Uit hst dagboek ess rechter,
"dte tennis 'der geografie van 'Af rit a, Heeft thans
op een kleine expeditie van Assioet aan den Niji
uit, eenige kleine oasen ontdekt, die tot nu toe
onbekend waren. De eerste, Caïrowin Hattien,
ligt oostelijk van Tarafrah. Zij is met kreupel
hout beplant en telt slechts weinige dadelpal
men. Er bestaan eenige bronnen, terwijl men met
graven onmiddellijk op water stuit. Eens hebben
:r herders gewoond, die de kameelen hoedden
roor de bewoners der stad Tarafrah.
Ten Zuiden dier stad liggen nog drie oasen.
Een van deze, de Ain el Agwa, moet ontstaan
rijn na de expeditie, die Rohlfs in 1874 in deze
streken hield. Rohlfs noemt ze niet in zijn be
schrijving, noch op zijn kaarten, hoewel hij heei
dicht in de nabijheid moet zijn geweest, en de
enkele dadelpalmen zijn niet ouder dan 20 jaar.
Ten slotte ontdekte Harding King nog een
ruïne van baksteenen, die stellig van Romein-
schen oorsprong is.
HET OUDSTE BEELDHOUWWERK.
In Frankrijk zijn onlangs verschillende
merkwaardige vondsten gedaan, die nog af
komstig zijn uit den prae-historischen tijd.
Hierbij is ook beeldhouwwerk ontdekt, dat
door autoriteiten op dit gebied als het oudste
beeldhouwwerk, dat mensehenhanden vervaar
digden, wordt geroemd. Het zijn uitsnijdingen
in een hertgewei, die drie edelherten en een
paar vissohen moeten voorstellen. Het staat
vast, dat dit beeldhouwwerk nog afkomstig is
uit den tijd, dat mammouth en rendier nog in
die gewesten leefden, dus in een tijd, nog
voor het hoogtepunt van den ijstijd.
EEN KABELSPOOR IN HET HIMALAYA-
GEBERGTE.
Voordat een arts een verdoovingsmiddel
mag voorschrijven, dient hij zich eersst ter
dege op de hoogte te (stellen van de wijze,
waarop de patiënt in den laats ten tijd leef
de, en in het bijzonder van het gebruikte
voedsel, om pas na deze mededeelingen de
dosis te bepalen.
Er zijn namelijk interessante proeven ge
nomen door, dr. Hunt, te New-York, die be
wijzen, dat deze maatregel lang niet over
dreven is. Hij ontdekte, dait muizen bij een
bepaalde voeding een 40-maal sterkere dosis
van enkele giften kunnen verdragen dan bij
gewoon voedsel, Ddt merkwaardige feit hangt
waarschijnlijk samen met de verandering van
grootte der schildklier, onder het wissseen
van het diëefc.
Zooals men weet, speelt de Schildklier een
belangrijke rol bij het verdragen van giften.
Dr. Hunt heeft speciaal de werking van mor
fine bij verschillende leefwijs bestudeerd, ook
al, omdat er tegenwoordig in de geneeskunde
zoo overmatig met morfine wordt gewerkt.
Hij vond, dat morfine veel vergiftiger is voor
muizen, die zich aan melk te buiten gaan, dan
voor hun broertjes en zusjes, die hun maag
volstoppen met elk ander voedsel.
Later heeft dr. Döbeli, een Zwitserse!) arts,
de belangrijke ontdekking gedaan, dat konijn
tjes, die door de moeder worden gevoed,
niet half zooveel morfine kunnen verdragen
als jongen, die met „de fleseh" waren groot
gebracht.
Van nog meer gewïcht is de ontdekking
idafc ditzelfde ook geldt voor onze kinderen.
Vaak gebeurt het, dat menschen absoluut
niet reatgeeren op het gebruik van bepaalde
medicijnen. In dé dinetiwereld va** hetzelfde
te conslateeren. Dit zonderling vetseliijnSeft
kan door het volgende worden verklaard:
Konijnen, met wortelen gevoed, schijnen geen
last te hebben van toegediend cantharidine,
terwijl er een gevaarlijke nier-ontsteking ont
staat, wanneer zij slechts op haver hebben
geleefd. Men kan met reden verwachten, dat
bij den mensch hetzelfde zou gebeuren.
Eenigsains kan men huiverig worden bij
de idee van den verschillenden invloed van
wiittebrood, dat, haar men zou meenen, al
tijd op nagenoeg dezelfde wijze is samenge
steld. Dr. Hunt heeft geconstateerd, dat de
selfde muizen, wanneer 'zij gevoed waren met
brood van bakker X, 4-maal zoo gevoelig
voor vergif waren als na het eten van het
brood van bakker Y. Men heeft de oorzaak
niet kunnen ontdekken, maar men vermoedt,
dat hier de onderlinge verhouding der ingre
diënten haar invloed heeft doen gelden; het
zoutgehalte is hierbij een factor van befcee-
keni-s. Als men nu weet, dat volgens een
statistiek van Javal de hoeveelheid zout op
één K.G. deeg varieert van 0.110 gr., dan
zat men overtuigd zijn, dat de medicus bij
het toedienen van verdoovinggmiddelen de
uitórste voorzichtigheid te betrachten heeft.
(Vox Med.)
NIET OUD WORDEN 1
Op de laatste vergadering van de Franscfae
Academie heeft prof. Arnaud Gautier naar
wij in het „Mbld. t. d. Verv." lezen in een
lezing door proeven trachten te bewijzen, dat
het verouderen op het verlies van fluor en fos
for berust. Hoe ouder de mensch wordt, hoe
meer hij van deze beide elementen verliest, die
door een tot nog toe onbekende natuurwet
met elkaar in verband staan. Op grond van tal
rijke onderzoekingen heeft Gautier de volgen
de formules samengesteld: le. De organen van
het menschelijk lichaam bevatten een meer of
minder groote hoeveelheid fluor. 2e. Hoe meer
deze organen verouderen, hoe meer zij aan
fluor en fosfor verliezen en dit fosforverlies
berust alleen op de afneming van het fluor.
Fluor is het bindmateriaal van fosfor. Als wij
dus het fluor in het menschelijk lichaam kun
nen houden, behouden wij ook het fosfor. Zoo
doende zullen wij niet zoo snel of heelemaal(
niet, verouderen.
DINSDAG 17 MAART 1834.
38ste JAAR3ANG No. 8390
BIJVOEGSEL VAN DE NIEUWE HSARLEMSCHE COURANT.
a©e==iB!
In het begin dezer eeuw stond in een vrij aan
zienlijk dorp, nabij een der grootste zeesteden
zei Johnson, zoodra men licht ontstoken had.
Armstrong, die zich van zijne ontroering
eenigzins hersteld had, sprong haastig de trap
pen op en 'n troep boeren hem achterna. In het
eerste portaal klopte hij aan de deur van Wil
son's slaapkamer, maar oniving geen antwoord.
Armstrong scheen te aarzelen, maar de veld-
van het noorden van Engeland, een groot, hecht j wachter opende de deur en een akelig tooneel
gebouwd huis, met een ruimen hof en verdere j vertoonde zich aan hunne oogen. Wilson lag ge-
aanhoorigheden, dat onder den naam van j heel gekleed, maar ontzield op den grondhij j
Craig-farm bekend was. Daarbij behoorden on- j had twee diepe, door een spits voorwerp toege- j
geveer honderd roe bouw- en weiland, en dit i brachte wonden in de borst, maar geen spoor
behoorde destijds aan een welgesteld landman,van Teven was meer in hem te ontdekken. Dej
Armstrong geheeten, die 't voor eenige jaren invensters waren open, en bij beter onderzoek vond
openbare "veiling had gekocht. Armstrong was men vex-sdieidene pakken met kleeren, linnen,
gehuwd, maar "had geen kinderen. Hij en zijn j zijden doeken, juweelen, zilvergeld enz. die alle
vrouw waren uit Devonshire, beide stugge, oh-als Wilson's eigendom herkend werden. Zijn
gezellige menschen van een norsch en somber j kleerkast en schrijftafel waren opengebroken en
voorkomen. Zij gingen ook zelden uit, en dan I de moordenaars naar het scheen gestoord gewor-
meestal om ter markt te gaan; zij lieten zich; den, en met achterlating van hun buit door het
ook maar zeer zelden in de kerk zien, en wer- j venster gevlucht. Even zoo vond men in de kamer
den daardoor voor de babbelzieke dorpelingeneen nieuwen zwarten hoed, die den vermoorden
voorwerpen van wantrouwen en argwaan, veel te klein was. De veldwachter raapte hem
want niets is den eenvoudigen landman otiaan- J op, en beproefde hem Armstrong op te zetten,
genamer dan achterhoudende stugheid. i maar ook deze was hij veel te klein. Dit en de ge-
Kort nadat Armstrong zijn nieuw goed had j reed gemaakte pakken verdreven den argwaan
betrokken, kwam nog een ander vreemdeling weer, die een poos bij Johnson was opgekomen,
in het dorp en betrok de beste vertrekken van en hij riep op zijn gewone wijze: „Nu Arm-
het huis. De nieuw aangekomene, een man van strongsta niet zoo te kijken als een uil in
ongeveer vijftig jaren, en naar zijn kleeding en doodsangst; men ziet wel, dat gij het niet hebt
taal te oordeelen een voormalig zeeman, was i gedaan."
even ongezellig en achterhoudend als zijn huis- j Op deze aanmerking antwoordde Armstrong
heer. Hij noemde zich Wilson, maar men vist noch zijne vrouw een enkel woord, maar ston-
niet zeker, of dit zijn wave naam was; hij had den nog altijd vol ontzetting en bevend op het
een dochter meegebracht, een lief. dertienjarig J Hjk, de pakken, de opengebroken sloten en het
meisje, dat hij in de naburige stad op een kost- j open venster te staren. Op eens vroeg iemand of
school deed. Hij bezocht het kind slechts zelden j men Mary Sfrugnell niet gezien had. Deze vraag
en de geheele verkeering tusschen vader en deed Ann strong uit zijndoffe mijmering ontwa-
dochter "had hoofdzakelijk plaats door de tus-'
sc'nenkomst van zekere Mary Stnxgnell, een
ken; hij antwoordde. „Zij is nog niet thuisge
komen; hare deur is gesloten."
„Hoe kunt ge dat weten?" vroeg de veldwach
ter hem scherp aanziende. „Zeg, hoe weet gij
dat?"
„Omdat.omdatomdat zij altijd hare
cleur sluit, als zij uitgaat," stamelde Armstrong.
„En welke is hare kamer?" vroeg de veldwach
ter.
„De kamer hiernaast," was het antwoord.
Zij probeerden nu deze kamer te Openen, doch
ze was gesloten. Johnson klopte en riep: „Zijt
gij daarbinnen Mary?"
Geen antwoord.
„Zij komt Zondags nooit voor elf uur thuis,"
zei Armstrong bedaarder.
„De sleutel steekt van binnen in het slof,'' riep
een jonge man die het licht door het sleutelgat
weduwe van ongeveer 'dertig jaar uit het dorp
geboortig en die dienstbode bij Wilson was ge
worden. Mary verliet insgelijks slechts zelden
Craig-farm, en wel meestal slechts des Zondag-
middags, wanneer zij, als het goed weer was,
hare tante in de stad en tegelijk het dochtertje
van Wilson ging bezoeken, en dan gewoonlijk
des nachts te elf uur of soms nog later terug
keerde. Armstrong was dikwijls verscheidene
dagen van huis afwezig, en wel naar het heette
om" zaken voor Wilson te verrichten. Op den
eersten Zondag van het jaar 19.. was Arm-
strong met zijn vrouw ook juist een week op
reis en nog niet teruggekeerd.
Het was dien avond bijna elf uur, toen de
buren uit hun eerste sluimering gewekt werden
door een luid en aanhoudend kloppen op de deur j had laten vallen en naar binnengezien had. Bij
van Armstrong's hms, het kloppen werd hoe deze woorden kromp Armstrong ineen, alsof hem
langer hoe heviger, tot ook de zwaarste slapers 1 een kogel getroffen had, en zijn vrouw greep
wakker waren geworden. Alle vensters werden I hem met dezelfde zenuwachtige uramptrekk lig
geopend, en weldra naderden talrijke schredenbij den arm gelijk naderhand door verschei-
de plaats, waar het rumoer plaats greep. Het dene'getuigen verklaard en bezworen "erd
bleek dat dit vervaarlijk geweld door Armstrong
zelf werd veroorzaakt die met zijn vrouw voor
de deur stond, en met zijn zwaren stok op de
deur stond te hameren, zonder dat er van binnen
tenig antwoord kwam. Maiy Sfrugnell was
waarschijnlijk nog niet uit de stad teruggekeerd
maar men vroeg elkaar met verwondering:
waar Wilson toch wezen kon, die anders gewoon
was dag en nacht op het huis te passen. Op eens
riep een jongen, dat hij uit een der achterven
sters van het huis een witten doek of laken zag
hangen. Deze ontdekking die de vermoedens der
dorpelingen, dat hier eene of andere misdaad
„Mary Strugnellzijt gij thuis?" riep de
veldwachter nogmaals.
Een diepe zucht kwam van binnen. In een
oogenblik was de zwakke deur opengestooten en
Maiy Sfrugnell naar het scheen meer dood dan
levend, van onder haar bed te voorschijn ge
haald, waar zij in zwijgende angst zich vér-
scholen had. Toen men haar op een stoef had ge-
1 zet, kwam zij spoedig spoediger dan men in
zulke omstandigheden zou verwacht hebben
weder tot haar volle kennis. Met zenuwachtige
spanning zag zij den kring der vol verwachting
op haar gevestigde gezichten rond, en haar oog
gepleegd was. scheen te bevestigen, haalde hen! was niet op Annstrongen zijn vrouw gevallen of
over op eene meer afdoende wijze te beproeven j zij riep met een luiden gil van schrik: „Dat zijn
er binnen tc komen, dan door als tot hiertoe, op! de moordenaars!" waarop zij in bezwijming
de deur te kloppen. Johnson, de veldwachter der viel of zich tenminste zoo hield.
(gemeente, een verstandig man sloeg voor de deur
open te breken, en toen Armstrong en zijn vrouw
doodsbleek en sidderende van' koude, of van
angstige bekommering, aarzelend hun toestem
ming gaven, haalde men dadelijk breekijzers,
De aangeklaagden werden, ondanks hunne
plechtige en herhaalde betuigingen, dat zij on
schuldig waren, dadelijk in hechtenis genomen
en in eene verzekerde plaats gebracht. Mary
Sfrugnell echter werd naar een naburig huis
brak de deur open, en een half dozijn mannen vervoerd, waar men haar de noodige verple-
jtraden het huis binnen. On dit oogenblik had ging verschafte, zonder haar daarom onbewaakt
Armstrong's vrouw, gelijk later werd opgegeven, te laten, en de ontstelde dorpelingen keerden
haren man bij den arm gegrepen en bevende naar huis terug om den afgebroken slaap te
hem iets in het oor gefluisterd, waarna beiden hervatten, dien allen zeker niet zoo spoedig voo-
binnentraden. den.
„Ga nu voor ous de trappen op, Armstrong," De verklaring van Mary Strugnell voor de
lijkschouwing kwam in hoofdzaak hierop neer.
Zij was des middags, als gewoonte, naar de stad
gegaan, om hare tante te bezoeken, had bij deze
thee gedronken, en was toen naar de kerk ge
gaan. Na de godsdienstoefening had zij de jon
ge juffer Wilson willen bezoeken, maar vernomen
dat het meisje zwaar verkouden en reeds naar
bed gegaan was. Zij was daarop onmiddellijk
huiswaarts gekeerd, en dus ruim een uur vroeger
dan zij gewoon was thuis gekomen, had de bui
tendeur van het woonhuis met haar sleutel ge
opend, en zich rechtstreeks naar haar kamertje
begeven. In Wilson's kamer was geen licht, maar
zij hoorde hem daarin heen en weer gaan. Toen
zij haar hoed en omslagdoek had afgedaan en
op het punt stond naar beneden te gaan, hoorde
zij een gedruisch alsof eenige personen door de
achterdeur in huis kwamen en behoedzaam de
keuken doorslopen. Hierover verschrikt en niet
wetend wie het zijn konden, daar Armstrong en
zijne vrouw eerst over eenige dagen terug ver
wacht werden, had zij zachtjes hare deur toege
trokken en gesloten. Weinige minuten later hoor
de zij de trap kraken onder zachte voetstappen
voorzichtig werd de knop van hare deur omge
draaid, doch daar zij de deur op slot had ge
daan, vroeg een stem zacht: „Zijt gij thuis,
Mary?" Natuurlijk gaf zij geen antwoord, maar
zij verzekerde volkomen overtuigd te zijn, dat het
de stem van juffrouw Armstrong geweest was.
Daarop had juffrouw Armstrong haren man
waarschijnlijk toegefluisterd: „Zij is om dezen
tijd nog nooit thuis." Een poos daarna had
iemand aan Wilson's deur geklopt, zij had diens
antwoord echter niet verstaan, maar alleen uit
hetgeen Armstrong zeide opgemaakt, dat Wilson
reeds naar bed was gegaan en zich niet nxeer
wilde laten storen. Wilson ging namelijk dikwijls
in zijn kleeren slapen. Armstrong was er dus on
gehinderd ingegaan, en onmiddellijk daarop had
zij een dof geluid als van een zwaren 3lag en
een diepe zucht gehoord, waarna alles weer stil
was geworden. Van schrik en afgrijzen was zij
verlamd. Eenige oogenblikken daarna had een
onvaste, bevende stem vermoedelijk van juf
frouw Armsti-ong gevraagd of alles afgedaan
was. Armstrong had dit bevestigend beantwoord
en tegelijk gevraagd, waar Wilson den sleutel
van zijne schrijflessenaar bewaarde. „In de kleine
schuiflade van het nachttafeltje," was het ant
woord geweest. Daarop was Armstrong uit de
slaapkamer gekomen en beiden waren Wilson's
woonvertrek ingetreden, maar spoedig daaruit
teruggekeerd en naar hun eigen slaapkamer ge
slopen, die op dezelfde verdieping lag. Vandaar
waren beide naar de keuken gegaan. Een van
hen, waarschijnlijk de vrouw, was de achterdeur
uitgegaan en daarop waren opnieuw zware voet
stappen de trappen opgekomen. Half dood van
angst en schrik was Mary daarop onder het bed
gekropen en wist verder niet wat er gebeurd was
totdat zij zich door al de buren omringd had
gezien.
Deze verklaring werd nog daardoor bevestigd,
dat men een groot aan Armstrong behoorend
zakmes, waarmede blijkbaar de moord begaan
was, in een hoek van Wilson's slaapkamer ge
vonden had. Bovendien vond men nog in een
kist, in de slaapkamer van het echtpaar, een
hypotheek-akte, die Armstrong, onder verband
van Craigfarm, aan Wilson had gemaakt, en
die, volgens de onder eede afgelegde verklaring
van Mary Strugnell, gewoonlijk door Wilson in
zijn schrijflessenaar op de voorkamer bewaard
werd. Bovendien vond men in Armstrong's
slaapkamer, in het bed en onder allerlei huis
raad verborgen, nog honderd vijftig pond aan
goud, zilver en banknoten, ofschoon men wist,
dat Armstrong, nauwelijks veertien dagen te
voren een hem aangeboden zeer voordeeligen
koop van vee afgeslagen had, omdat hij volgens
zijn eigen verzekering, geen contant geld had.
Eindelijk vond men in Armstrong's zak nog een
sluetel van de achterdeur, die niet alleen Mary
Strugnell's verklaring bevestigde, maar voorna
melijk ook klaar bewees, dat het kloppen op de
voordeur om binnen gelaten te worden, waardoor
het dorp in rep en roer was gebracht, een bloot
voorwendsel geweest was. De geheele buurt was
dan ook weldra overtuigd, dat Armstrong en
zijne vrouw de moordenaars van Wilson geweest
Het grootsche plan bestaat, om in het wildste
deel van het Himalayagebergte een 75 K.M.
lange kabelspoor aan te leggen, die de stad
Kaschmir met Abottabad in Pendschab zal ver
binden. Twee, op een afstand van 3 M., even
wijdig met elkaar loopende kabels een voor
den been- en een voor den terugweg en steu
nende op 100 voet hooge stalen torens, die tel
kens 800 voet van elkaar staan, zullen komen
te liggen in een streek, vol ravijnen, waar ten
gevolge van het groote gevaar voor bergstor-
tingen, geen tandradbaan kan gebouwd wor
den. Het gebied wordt verdeeld in 15 zones van
6 K.M., die elk een door electrisehe kracht
roortbewogen kabel zullen bezitten. Elke zwe
vende wagen zal een gewicht van vier cente
naars kunnen dragenaanvankelijk zullen al
leen goederen worden vervoerd, doch indien
dit goed blijkt te gaan, zullen ook over een
jaar wagens worden ingericht tot vervoer van
reizigers. En wild-romantischen tocht zullen
dezen dan kunnen maken; immers op verschil
lende plaatsen komen de wagens te glijden
ooven breede, gapende afgronden, met een
diepte van 500 M. en meer.
DE WERKING VAN GENEESMIDDELEN
BIJ VERSCHILLENDE LEEFWIJZE.
Aldus sprak Arnaud Gautier....
Verbeeld je eens, dat het waar kon zijn!.
RADIUM OP BLIKSEMAFLEIDERS.
De Academie te Parijs heeft dezer dagen een
nieuwen bliksemafleider te keuren, waarvan
de punt voorzien is van radium-dek van een a
twee m.G. gewicht en 400 francs prijs. Het
radium maakt de omgevende lucht nog op
grooten afstand geleidend, waardoor in de ver
schillende atmosferische lagen een wisselwer
king plaats grjjpt, hetgeen de bliksemvorming
verzwaart.
EEN VEELGEBRUIKTE STOF.
Reeds sedert 1779 is de glycerine bekend. Het
is een afvalproduct van de stearinekaarsen-
rli;fabrikatie en van zeepbereiding. In zui ze-
ren toestand is zij een dikke witte zoetsmaken-
de vloeistof (vandaar de naam glycerine van
glucoszoet). Echter leerde men deze stof
eerst veel later gebruiken en er is wellicht
geen enkele substantie, die voor zoo uiteenloo-
pende doeleinden gebruikt wordt. De grootste
hoeveelheid verandert men door salpeterzuur
in nitroglycerine (ontploffingsmiddel). Als
deze met infusoriëaarde vermengd is heet de
vaste stof dynamiet. Verder gebruikt men de
glycerin^ voor de bereiding van mieren-zuur,
allyl-alkohol en etherische olie. Bovendien
wendt men het aan Lij dc bier-productie, als bij
voegsel van wijn bij do fabrikatie van likeuren,
punch, limonade en confituren. Bij de cho
colade-productie wordt glycerine gebruikt om
het uitdrogen te beletten. Verder bewijst zij
vele diensten bij het conservoeren van vruch
ten, eiwit en vlcesch. Ook belangrijk is deze
stof bij de fabrikatie van mosterd, azijn, voor
toiletartikelen, parfumerieën en zeep en'even
gewichtig voor de textielindustrie bij de fabri
katie van kunstwol in de spinnerijen, weve
rijen, looierijen en voor het verven van ge
drukte katoentjes. De glycerine bewijst verder
vele diensten hij de vervaardiging van perka-
mentpapier.lijm en gelatine evenals voor boek
drukkers walsen, kopieerinkt en stempelvorven.
Een mengen van lijm en glycerine dient voor
hektogruafmassa. Ook in ijzergieterijen en bij
dc pliotografie wordt glycerine gebruikt, teT-
wijl anatomische preparaten door deze stof
kunnen verduurzaamd worden. De apotheker
maakt een druk gebruik van glycerine
voor geneesmiddellen, zalf, om pillen vochtig
te maken enz. Ook voor schoensmeer, snuif eD
pruimtabak wordt deze stof gebruikt. Ook voor
het smeren van machines en het vullen van
gasmeters wendt men glycerine aan. De buiten
gewoon lage prijs werkt het verbruik natuur
lijk in de hand.
ADVERTENTIES OT> RIJM.
Het Hbld. drukt over een advertentie, die
voorkwam in dat blad van 27 Sept. 1851. Wij
moeten wel aannemen dat de advertentie ern
stig gemeend wasde kosten met „zegelre
kende het blad uit, moesten 8 bedragen heb
ben. En iemand zonder een „roode duit" zal niet
aldus 8 uitgeven als hij niet meent zijn geld
goed te beleggen:
WELGEMEENDE
HUWELIJKS-AANVRAAG.
Een Heer van circa Dertig Jaren,
Wien de Ongehuwde Staat verveelt,
Zoekt, naar een Liefdevolle Gade,
Die 't zoet des levens met hem deelt.
Zijn' Zaken zijn steeds goed in orde,
Zijn' Boeken nimmer achteruit,
In 't Financieele zeer bekrompen
Want hij bezit geen Roode Duit;
Doch kan op Hooge Afkomst roemen,
Heeft veel Verstand, een goed Humeur,
En, in de Roomsche Kerk bevestigd,
Zoo zoekt hij Laken van één Kleur.
Wanneer zijne onbekende Sehoone
Hem aanbrengt eenig Kapitaal,
Zal hij daar niet zoo nauw op kijken,
Maar toont zich liever liberaal.
Zij mag niet zeer veel ouder wezen
Dan Twee of Drie en Twintig Jaar,
Graag zag hij bij een lief Gezigtje
En Blanke Hals, Blond, Golvend Haai.
Muzijk- en Zangkunst mag hij gaarn'
Door haar beoefend, kon het zijn.
Zij, die hiertoe mogt inclineeren,
Vervoegt zich op het Reg'liersplein
Nomraer 4, hij den Boekverkooper,
Met franco briefjes Lr. Z.
Op Stijl of Opschrift (dit a Gouverno)
Wardt niet het allerminst gelet.
Kom Meisjes lief, wees niet verlegen,
Er wordt hier als een Mof gezwegen.
Er zijn verschillende antvobrden op geko
men in vers, in de advertentiekolommen.
De volgende kosten van plaatsing 9 is
zoo geestig, dat wij haar overdrukken, begrij
pende dat Maria M. zich wel eens gedrukt
wilde zien:
WELGEMEEND ANTWOORD OP DE
WELGEMEENDE HUWELIJKS-
AANVRAAG
voorkomende rn het „Handelsblad van Donder
dag 25 September 1851.
O Heer van even Dertig Jaren,
Wien de ongehuwde staat verveelt
Voor u, geen liefdevolle Gade
Die 't zuur des levens met u deelt!
Uw zaken, zeg gij, zijn in order,
Uw hoeken nimmer achteruit,
Hoe i3 uw Beurs dan zoo bekrompen
Dat gij bezit geen rooden duit?
O]) hooge afkomst zoo te roemen
Toont geen verstand, een flauw humeur,
Al zijt ge in Romes Kerk bevestigd
Geen wijze Maagd wil Moria's kleur.
Voor zulk een Uil, zal geene Sehoone
Verschijnen met een Kapitaal,
Voor li, die slechts bij Geld bekijken
En anders niet. zijt liberaal.
Gij zegt: zij mag niet ouder wezen
Dan twee- of drie en twintig jaar;
Ook zaagt gij graag een lief gezigtje
Een.blanke hals, blond, golvend haar.
Gij zijt niet vies, en zoudt zoo gaarn
Nog meor verlangen, kon het zijn.
Nu, die voor U mogt inclineren,
Behoeft niet naar het Regsliersplein.
Zij. die door zulk oen Uiverkooper
Als Gij, met mve letter Z.,
Zich vangen laat (dit a gouverno)
Die dient in Meeronberg gezet.
Dus Meisjeslief, laat hom verlegen
En verder van dien Kwast gezwegen.
MARIA M
Dwaasheid.
VOOR DE HUISKAMER