TWEEDE BLAD BINNENLAND. Ontmaskerd. B UI T E nlik ii 0, Staten-Generaal'. feuilleton Boekfeese^cSeelinsj. D0VDEPCA8 13 HPHiL s- reactie tegen de invaliditeits wet. te NIEUWE HflflRLEMSCHE COURANT van verzekeringen, die zieh tot de loonar beiders beperken, in zijn voorstel lot wijzi ging der invaliditeitswet, daar niet toe ovex- FRANKRIJK. t -j - De „Gewetensvrijheid" in het leger, Het ontwerp licht den ouderdom uit de ,rH,et 40 VeS wntt -tillcrie heeft Michiel op Paasch-Zaterdagavond moeten ver- kerii)g op> va]len onder de ouderdomab&. laten, om naar het kamp van Chalons te ver- trekken en op den eersten Paaschdag ging liet jud'en ze invaliditéitsrente genoten, moet 81e regiment artillerie van Verdun naar de- d,fr/e overgaan in zgn. ouclerdoms„rente". telfde plaats van bestemming. Er moest dns aansluiting gevonden worden. Twee volle regimenten werden dus in de En wel 1 use eb en twee geheel ongel ijksoor- absolute onmogelijkheid gebracht, om op den tige instellingen^ grootsten kerkelijken feestdag van het jaar de Manr die mvaliditeitsronte zal in de mees- H. Mis bij te wonen. De Fransche Katholieke te «evallen hooger zijn dan de in uitzicht ij „a,okpliik scstcicle ouderdomsrente. oladen vragen, of dit nu wel zoo noodzakelij nde^ dgt mpt was, en of men niet meer eerbied zou kunnen toonen voor de gewetensvrijheid van de solda ten. Prins Napoleon riclite aan den generaal De Thomassin, een brief, waarin hij zegt, dat ongerustheid en angst zich meester maken van alle goede bur gers. Hij gelooft niet, dat heil kan ontstaan door het opnieuw raadplegen van de kiezers; j0(w» verlcenen. Dan was men van de moeilijkheden den leeftijd van den invalide-rentetrekker, op zondanige wijze rekening zal worden ge houden, dat de rente mét het klimmen der jaren grleideliik daalt, zoodat ze tenslotte zich aansluit hij de ouderdomsrente, d.w.z. twee gulden per week. Nog eervoudigcr zou het geweest zijn de ter oore kwam, ontbood den man bij zieh en gaf hom tegen Zaterdag z'n congé. Na dezo oneervolle bejegening ging de ontslagene .naar zijn plaats terug met het plan het eerste schaftuur het beste met zijn kameraden er over te delibereeren ten einde te redden wat er te redden viel. 'n Scherpzinnige vriend had 'n idéé. „Weet je wat?" gaf hij te raden, tcrwijL z'n pruim verhuisde van rechts naar links, „weet je wat? Zeg den baas dat je vrouw 'n kleintje heeft gekocht en dat die gebeurtenis voor jou aanleiding was om er een méér van de j plank te wippen." i „Prachtig 1" juichte de ontslagene. „Practi- itigl" herhaalde hij weer, terwijl 'n hikje 'zijn kop deed schudden. „Maar... waar haal ik 'n kleine van daan? Mijn jongste kind is zes." „Hij komt toch niet kijken," troostte de vriend. „En als hij liet tóch doet?" vroeg de ont slagene aarzelend. „O", riep de andere, „dan heb ik er thuis eentje van twee-en-een-half jaar... 'n klei de parlementaire republiek is gedoemd tot onvruchtbare handelingen, de regeering is een werktuig van partijzucht, niet van het volk. Het eenige middel is de grondwet te lier- zien en de directe verkiezing van het hoofd van don staat door het volk. Er moet een einde gemaakt worden aan de ontzettende uitgaven, waarvan de verantwoordelijkheid valt op het parlement. De prins brengt hulde aan de mannen van allo overtuigingen, die stemden voor den drie jarigen diensttijd, en zegt ten slotteZoo de Eranschen zich willen vereenigen om den naam van Napoleon, zal ik een beroep doen op de bekwame mannen van alle partijen om met hen en op den grondslag van de volkssou- vereiniteit een regeering te vestigen van vruchtbare daden en nationale verzoening. rente voor de invaliden maar on hetzelfde ,l0 dop, die best voor 'n zuigeling kandoor- bedrag te stellen, en ze dan ook maar „koste- gaan. Je hoeft het maar te zeggen en ik leen je het d'o ieder verzekeringsstelsel oplevert, voor goed „Merci!" Én de man stapte naar den haas om hem af. En dan kon het evengoed gelden voor t.o vertellen waarom hij vanmorgen wat aan- fftf flTlfl 1 ffOTl oio r»YT7oT Pcf o nrli iron i 0,^,qT\o1/C 11 Wfl-St De patroon, die lont rook, beloofde des middags te zullen komen kijken, wat de man zei héél prettig te vinden .Wij verplaatsen onze gedachten, ten einde de geheele geschiedenis mee te leven, naar de woning des werkmaus, zooals die er uitzag op den bewusten middag. De vrouw lag te bed en naast haar lag de kleine van twce-en-een-half te spelen met de punt van liet laken. „Kijk, kijk, vrouw, is dat je kleintje?" vroeg de patroon binnentredend. „Inderdaad, zelfstoudigen als onzelfstanrligen. Laat men eer maal het verzekeringsstelsel los. wat de gepresumeerde invaliditeit, der ouderdom, betreft, dan komt men. van zelf verder op den weg der overheidsbedeeling. De invaliditeitsrentetrekker zal op zijn ze ventigste jaar ouderdonas„rente"-trekker wor den. Dit gevorderd in twee gevallen. Vooreerst wanneer hij. wat niet uitgesloten is, niettegenstaande zijn inval'diteitsrente, toeh nog tot de bedeelden behoort. En in de tweede plaats wanneer hij, wat evenmin onmogelijk is, op zijn 70ste jaar iCCn schoon kind. En hoe gaat het met u?" niet lot de hehoeftigen gerekend wordt. Een verijdeld plan. Een sensationeel© zaak houdt op het oogen- b]5k de autoriteiten van Graz bezig. De Rus sische; spion Alexander Jandric, die, zooals men weet, eenigen tijd geleden door de Ween- sdhe rechtbank tot meerdere jaren gevange nisstraf veroordeeld werd, morst zijn straf in de egvangenis van Graz uitzitten. Door Rus sische agenten worden nu pogingen aange wend om Jandric ie verlossen. De zaak kwam aan het licht, doordat de bevrijders hun plan in een herberg bespraken zonder er op te letten, dat zij door een kol lu er in af geluisterd werden, die toevallig Russisch verstond. De vrouw stelde de autoriteiten van het geval in kennis, die onmiddellijk uit gebreide maatregelen troffen. Zaterdagnacht kwamen werkelijk drie personen met een ante hij de gevangenis, maar toen de wacht post ben sommeerde te blijven staan, wend- ('©u zij Hot stuur en maakten zich in allerijl ,"'t de voeten. Men slaagde e rniet in hen Jn hechtenis ie nemen. Jandric zelf was floor een Insscbenpersoon Van het plan op de hoogte gebracht. In die heide gevallen krijgt hij niets meer. Een gevolg van het doen samenvloeien van het verzekeringsstelsel met het bedee- liresstelsel. Dit de invaliditeitswet wordt de ouderdom gePelit. Wat de invaliditeitsverzekering die over blijft, betreft: deze wordt gedwongen zich aan Ie passen aan een geheel ongelijksoor tige instelling. En de inwerkingtreding, die van rechts wege zou plaats hebben in December 1916. wordt in 'ieder geval uitgesteld, zoo niet afgesteld. Wel een© reactie!" OCTROOÏBEZORGERSEXAMEN. Bij beschikking van den Minister van Landbouw is benoemd rene commissie tot het afnemen van liet in Mei te houden octrooi- bezorger&examen, en in die commissie zi.in benoemd: tot lid, tevens voorzitter, mr. dr. F. W. J. G. Snijder van W'vsenkerke, dir. Bureau voor don Ind. Eigendom, voorzitter van den Octrooiraad; tot leden: prof. dr. S. Hoogewerff, buitengew. lid van den Octrooi- raad; W. Moorrees, c. i. idem idem; mr. C. O. Sogers, raadsheer in den Hoogen Raad, en prof. Is. P. de Vooys, w.i., hoogleeraar aan do Teclm. Hoogesehool buitengew. lid van den Octrooiraad. St. Ct. DE PEST IN INDIë. Een regeeringstelegram, betreffende de pestgevallen op Java, gedurende het 14-daag- Mgr. dr. W. H. Nolens schrijft in de „Nieu- scbe tijdvak van 25 Maart tot en met 7 April, lïe Veulosche Courant": i luidt als volgt: „Het ontwerp-Treub dat aan behoeftige I Afdeeling Malang: B00 nieuwe pestgevallen, zeventigjarigen een zoogenaamde „rente" toekent, is eene reactie tegen de Armenwet Maar evenzeer tegen de Invaliditeitswet Volgens dezo zijn alle loonarbeiders ver zekerd tegen invaliditeit en ouderdom. De invaliditeit is de hoofdzaak. Wie echter bet geluk heeft niet invalide te worden, heeft de zekerheid, dat hij op ze ventigjarigen leeftijd voor de betaalde pre mier, rente zal trekken. Niemand zal beweren, dat met deze voor zieningen nu alles in orde zou zijn. Zelfs niet voor de verzekerden, want de rente zal in vele gevallen toch nog slechts een bestaansminimum zijn. En zeker niet voor bon, die buiten de ver plichte verzekering vallen en van de gele genheid om zich vrijwillig te verzekeren, geen gebruik maken. De vraag is maar of men; ook de zooge naamd „zelfstandigen" in de verplichte inva liditeitsverzekering wil opnemen. Moorzoover thans kan blijken, zal de Minis ter van Landbouw, die een tegenstander Is 270 dood en. Toeloengagoeng 7. Lamongan 1 en Berbek 2 sterfgevallen. Madioen 31 nieuwe j gevallen, 22 dooden. Kcdir 46 nieuwe geval len, 45 dooden. Soera ba j a 39 nieuwe gevallen, 30 dooden. Paree 60 nieuwe gevallen, 12 doo den. Pasoeroean 10 nieuwe gevallen, 12 doo den. Malang in de vorige periode nog 22 ge vallen en 20 dooden. „Toontje." In een dorp, gelegen on der den rook van onze stad, is eenige dagen geleden het volgende voorgevallen. Een werkman, werkzaam in een groote fabriek, toond eherhaaldelijk anti-Paulisti- sclie neigingen, hetgeen hem buiten de fa briek geen achting deed verwerven en daar binnen voor den patroon verschillende ma len aanleiding wa9 den Bacchus-vereerder daarover gestrengelijk te berispen. Het resultaat was niet hijster groot. Op 'n Maandagmorgen laveerde de werk man weer de fabriek binnen, zooals gewoon lijk na een dag van rust lichtelijk aange schoten. De patroon, wien het andermaal „Naar omstandigheden goed, meneer Gaat uwes 'n oogenblikje zitten. „DankjeEnne dien flinke jongen hoo heet ie!" Daar zet de jonge wereldburger een paar groote oogen op, verbaasd dat een meneer het over hem heeft. Dan klinkt plotseling in onvervalscht Brabantsch dialect uit den klei nen mond op de herhaalde vraag naar 's ven- jes naam: „Toontje!! Hier schrijven we neer net., trad'itioneele tableau I De man bleef op de fabriek en verloor twee vrienden; de vriend met het twee-en- halfjarig „Toontje" en... den borrel! Hgzn. TWEEDE KAMER. GEWISSELDE STUKKEN. Wetboek van Strafvordering. Thans is ingediend het wetsontwerp tot vast stelling van een Wetboek van Strafvordering, vergezeld van eene Memorie van Toelichting welke niet minder dan 250 pagina's telt. Daaruit blijkt dat het door de Staatscommis sie voor de herziening van het Wetboek van Strafvordering ontworpen wetboek door minis- ter Heemskerk als Minister van Justitie ad interim op 8 Juli 1913 om advies naar den Raad van State is verzonden. Mede in het licht van dit advies, dat reeds 23 December 1913 inkwam, heeft de tegenwoordige Minister van Justitie het wetsontwerp aan een algeheele her ziening onderworpen en waar noodig met eigen inzichten in overeenstemming gebracht, Na een inleiding worden de hoofdbeginselen van het ontwerp uiteengezet. Onze strafrechtspleging onderscheidt zich daardoor van die der meeste andere landen van Europa, dat de berechting i3 opgedragen uit sluitend aan ambiehjke rechtsgeleerde rechters en dat in de wijze van berechting geenerlei on derscheid wordt gemaakt tusschen de misdrij ven, naar gelang zij een ernstiger of minder ernstig karakter dragen. Bij het ontworpen strafproces is nu aangeno men, dat beide hoofdbeginselen onveranderd ge handhaafd blijven. Ook wordt gehandhaafd het z.g. opportuni teitsbeginsel volgens hetwelk het openbaar mi nisterie de bevoegdheid heeft ook dan, wanneer een bewijsbaar strafbaar feit gepleegd is en dus eene strafvervolging met waarschijnlijkheid van veroordeeling zou kunnen worden ingesteld, die vervolging achterwege te laten, wanneer dit op gronden, aan het algemeen belang ontleend, wenschelijk voorkomt, wanneer eene vervolging niet door het algemeen belang gerechtvaardigd is. Welke zijn nu verder de voornaamste begin selen, die het aangeboden ontwerp beheerschen? Een goed ingericht strafproces moet zooveel mo gelijk bevorderen de toepassing van de strafwet op den werkelijk schuldige en tevens de veroor deeling, kan het zijn, de vervolging van den niet-schuldige naar vermogen verhinderen. In het ontwerp is beproefd de rechten en be voegdheden van de vervolgende autoriteit zoo danig te regelen, dat zij naar de omstandig heden tot alle gevorderde maatregelen in het be lang van het onderzoek zal kunnen overgaan. Art. 41 van het geldende Wetboek geeft slechts een recht tot aanhouding van den ver dachte ingeval van ontdekking op heeterdaad; art. 55 ontwerp wil die bevoegdheid, althans voor officier van justitie en subsidiair voor hulp officieren van justitie en opsporingsambtenaren, ook geven in alle gevallen waarin iemand ver dacht is een strafbaar feit te hebben gepleegd, waarvoor preventieve hechtenis is toegelaten. Zeer belangrijk zijn verder de bepalingen, die betrekking hebben op het zich verzekeren van den persoon van den verdachte. Art. 58 ontwerp geeft eene regeling, waardoor liet recht van den officier van justitie of den hulpofficier om den verdachte gedurende enkele dagen in verzeke ring te houden, wettelijk wordt verzekerd. De grenzen waar binnen de preventieve hech tenis zal zijn toegelaten, worden eenigermate uitgebreid, met name ten aanzien van verdach ten, die hier te lande geene vaste woon- of ver blijfplaats hebben. De artikelen 509 en vlgg. van het ontwerp strekken tot invoering van een met die voorloo- pige hechtenis ter voorkoming van herhaling of voortzetting van strafbare feiten verwant insti tuut, te weten van de zoogenaamde rechterlijke bevelen tot handhaving der openbare orde. Voorts geeft het ontwerp een betere regeling van het psychiatrisch onderzoek van verdachten. Van veel belang zijn in het ontwerp de rege lingen betrekkelijk inbeslagneming en huiszoe king, die in het geldende recht onvoldoende en onvolledig zijn. Tegenover de uitbreiding van de rechten van de vervolging staat die van de rechten van ver dachte en verdediging. Het geheim van het vooronderzoek wordt in den regel tegenover den raadsman prijsgegeven. Hetzelfde kan ook geschieden tegenover den verdachte. Het ontwerp heeft het gerechtelijk vooronder zoek behouden en dat wel met den rechter als onderzoekenden ambtenaar. De openbaarheid van het onderzoek is niet wenschelijk geoordeeld. Er is voldoende voor gewaakt, dat eene behan deling ter terechtzitting niet zal plaats vinden, zonder dat de verdachte gelegenheid heeft gehad eene voorafgaande beslissing van den rechter in te roepen. Ten aanzien van het bewijsrecht houdt het Ontwerp het grondbeginsel ten deze van het geldende Wetboek, d. w. z. de rechter mag eenig feit slechts dan als bewezen aannemen, wanneer hij daarvan uit het onderzoek ter terechtzitting door den inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging heeft bekomen. Eene bepaling omtrent dé kracht van onbe- eedigde verklaringen is in het ontwerp niet op genomen. Het ontwerp houdt vast aan den regel, dat alle personen, die als getuigen gehoord wor den, den eed of eene evenfuee.'e daarmede gelijk gestelde belofte, moeten afleggen. Ook kinderen beneden den leeftijd van zestien jaren en personen lijdende aan storing of ge brekkige ontwikkeling hunner geestvermogens, kunnen als getuigen worden gehoord. leder kan als getuige gehoord worden. Voor den rechter daartegenover de plicht te wikken en te wegen, welk gewicht aan ieders verklaring mag worden toegekend. Met afwijking van het geldende Wetboek is in het Ontwerp niet volstaan met eene verdeeling in Titels, doch is allereerst eene verdeeling ge geven in Boeken. Het Eerste Boek is bestemd voor de alge- meene bepalingen. Het Tweede Boek behandelt het strafproces in eersten aanleg. Het Derde Boek behandelt de rechtsmiddelen. De rechtsplegingen van bijzonderen aard zijn vereenigd in het Vierde Boek. Bij de toelichting wordt o. a. medegedeeld: Het aantal strafbare feiten waarvoor voorloo- pige hechtenis is toegelaten, wordt uitgebreid. De vrijlating onder zekerheidstelling, een in stituut, in schier alle buitenlandsche wetgevin gen erkend, verdient ook hier te lande in het gewone strafproces invoering. Dat het instituut der schadevergoeding onder gane voorloopige hechtenis ook hier te lande invoering verdient, wordt vrij algemeen erkend. De beslissing in zake de toekenning der scha devergoeding wordt bij dit wetsontwerp in het algemeen opgedragen aan het college, door of bij hetwelk de beslissing is genomen, waardooi aan de strafzaak een einde is gemaakt. De toekenning eener tegemoetkoming heef! steeds plaats, indien en voor zoover daartoe gronden van billijkheid aanwezig zijn. Bij kennisneming van artikel 126 zal men be vinden, dat de eedsdwang in het ontwerp is gehandhaafd, onder uitbreiding nochtans van het aantal gevallen, waarin voor den eed eent belofte in de plaats treedt. Rekening wordt gehouden met gewichtige ge wetensbezwaren eene toetsingsbevoegdheid van den rechter erkend, doch anderzijds enkel voor zoover betreft de waarachtigheid, de overtui- gingswaarde, van de opgave van die aanwezig heid. Het ontwerp geeft aan den verdachte en den raadsman de bevoegdheid om zonder tusschen- komst van den president en in den door hen ge kozen vorm hunne vragen rechtstreeks tot de ge tuigen te richten. Wel is waar zal de president ambtshalve of op het verzet van den officier van justitie kunnen beletten, dat aan zoodanige vra gen gevolg wordt gegeven, doch ook bij vragen door den officier van justitie gesteld bestaat de mogelijkheid eener soortgelijke rechterlijke tus- schenkomst. Op het voetspoor van het Engelsche stelsel is het instituut, oin staande de terechtzitting nog wijziging in de dagvaarding aan te brengen, op wélks invoering ook ten onzent reeds meermalen van verschillende zijde werd aangedrongen, in het ontwerp opgenomen. Veelvuldig zijn de klachten, die aan den grondwettigen eisch, dat alle vonnissen de gron den, waarop zij rusten, moeten inhouden (art. 161 der Grondwet), door de tegenwoordige wijze van motiveeren van strafvonnissen, niet op be vredigende wijze wordt voldaan. Ten einde aan deze grieven tegemoet te komen, zijn daarom in het ontwerp vijf motiveerings- voorschriften opgenomen. Bij den drang naar herziening van ons straf proces, wa3 steeds een van de hoofdwenschen deze, dat de berechting van „kleine zaken" mocht worden bespoedigd en vereenvoudigd. Daartoe zoekt het ontwerp in de eerste plaats bespoediging en vereenvoudiging te brengen in het gewone rechtsgeding voor den kantonrechter ter openbare terechtzitting. Tegen misbruik van de zijde van het open baar ministerie bij het gebruik maken van het rechtsmiddel van hooger beroep is getracht te voorzien door aan den verdachte een langeren termijn voor het aanteekenen van beroep toe te staan. Nieuw is de invoering van rechterlijke bevelen tot handhaving der openbare orde. In hoofdzaak geldt het de invoering van eene belofte, die de verdachte heeft af te leggen, eene bereidverklaring, die bij heeft te geven, waarvan de nakoming op verlangen des rechters, door zekerheidstelling moet worden gewaar borgd, houdende, dat hij het strafbaar feit, dat op heeterdaad werd ontdekt, binnen een hem gestelden termijn niet zal voortzetten of herha len, terwijl hij óf bij weigering van die bereid verklaring, of bij niet-nakoming van de bevelen, welker opvolging hij beloofde, kan worden in verzekering gesteld, hoewel slechts voor een door de wet beperkten tijd, terwijl de niet-nakoming der bevelen bovendien ten gevolge heeft, dat de gestelde zekerheid aan den Staat vervalt. Het Ontwerp kent den maatregel uitsluitend in geval van ontdekking op heeterdaad van een strafbaar feit. De reeds bij verschillende wetten ten aanzien van beoaalde stukken verleende vrijstelling van het recht van zegel en registratie is tot alle'stuk- ken op eene strafzaak betrekking hebbende uit gebreid. Heffing eener inkomstenbelasting. Met de bedoeling de hoogere inkomens zoowel in de inkomstenbelasting als in de vermogens belasting eenigszins zwaarder te treffen dan in het wetsontwerp geschiedt, zijn door de heeren Bos, van Deventer, Ketelaar, Limburg, Mar- chant, Roodenburg en Teenstra amendementen voorgesteld. Legende of historie? door Th. Famulus R. K. Boekcen trale Amsterdam. 't Overbekende, puike werkje van Th Fa mulus, den populair-wetenschanpelijkcn apo logeet pater Th. Bensdorp O.S.S.U. is weer in een nieuw kleed verschenen: de derde herziene uitgave. Dit feit alleen is aanbeveling genoeg voor dit degelijke werkje, waarin met zoo heldere La,If,™Üisif*_w®ar01lder «Meen de vijf dooh- verliet, vierde ik in Hotel le rang mijne breng ik op de meest ongedwongen wijze assessor met een ironisch larihje. Gij hebt Naar het Duitsch door August Ewali König. s au de weduwe van den, rechtercommis- bruiloft met pauken n trompetten en het het gesprek op Delattre en ik kan er dan ze- toch, toen gij u uwe bruid uitkoost. ook niet sarxs, en nu trouwde zoo'n uilskuiken eene 'geheele theatervolloe was mede uitgenoo- ker van zijn een eerlijk antwoord, te mogen de bevoegdheid op dat hooger beroep laten vreemde, heel gewone zangeres, die het digd van de partij te z«n. .verwachten. .gelden! hoogwelgeboren publiek avond aan avond - Maar was de hoon tegen de samenleving Ge kunt gelijk hebben stemde Emile toe;Misschien ware het beter geweest, als ik voor eenige stuivers hare kunsten vertoonde! niet een groote waaghalzerij? vroeg Emile de kwestie heeft toch altijd nog wel eenige het wel gedaan had! INu, er is clan ook al het mogelijke beproefd opgewekt. dagen den tijd en we kunnen alleen dan op I Gij kondet dan nu president aan eene of mij mijne domheid duidelijk te maken. Uit- Kom, wat kon ®U toen gebeuren? Arm een goeden uitslag rekenen, wanneer we ten andere rechtbank zijn. noodigingen ontving ik niet meer, wel ano- was ik niet. Indien men mij genoodzaakt had volle zeker zijn van onze zaak. Gaat ge mee nyme brieven. En mijne bruid moest ik da- mij uit mijn ambt terug te trekken, dan bad naar het strand? r del ijk van het tooneel nemen, wanneer ik ik mijn geluk in Amerika beproefd. Ik heb I De justitieraad verklaarde zich bereid; hij Een huis vol huwbare dochters en stn- .„i®, ,mv welnemen, een geheime echt- haar niet aan het gevaar wilde blootstellen wel van boven tot onder een neus gehaald/maakte dus zijn toilet en ging met den deerende zoons en eene vrouw die n dave- nud© liper terwfii \C°\ "Jet' scbr.ytste de TTan met rotfe appelen te worden gegooid, maar de ontvangst lachend gekwiteerd. In devriend naar buiten. j Riks van hare koffiekransjes eenige nieuw- honM m^Hioof en V vaal' Zljn voor" 'HLt heeft mij aan ergernis niet ontbroken, stad, waar ik toen kwam te wonen, noemde Ik hoop, dat ge verstandig genoeg zult tjes medebracht. i.i/i„.13-.a."f 'fe oogen met (De collega's, die den vrede in eigen huis wil- i men mijn huwelijk^romantisch en mijne zijn om niet mct_ volle zekerheid op den goe- j In de groote steden is dat alles niet zoo 10.) Stellig, ik zou een onbezorgd bestaan gehad hebben. 'j heeft destijds heel wat opzien gebaard «i, eén meln,niar?if -; g^,001'7-amen en my vrouw werd in alle kringen gevierd, ik had den irtslag te rekenen, zooals gij zulks zoudt erg, als in de kleine plaatsen. Als ik bedenk; Maar dat is opheel iets nieuws voor mLi! <W-.ni .^l at e u',t c,en £aan; het daar ook geene verwachtingen den bodem wen&dhen, zeide hij, terwijl zij langzaam over dat het zoo kou zijn, als gij het schildert, dan Maar dat is geheel iets nieuws voor mu! kwam zelfs zoo ver, dat de bonden op de ingeslagen Doch *><>als gezegd, het was een de duinen naar het strand wandelden, Leon wenschte ik liever begraven te zijn, dan zulk A Itt 9.<A mi? in /1.A l i j ir.n« nrPBGO r» 1 J_1 Ir.iDM._t_ - reeds lang, zeer lang geleden, toen ik bet 'gen aankomen, iieve, aardige kind trouwde, dat ik reed»; —Tut, tut.... Wee jaar later met mijn eenig kind ten gra-Ge behoeft "er geenszins aan te twiifelen ve moest dragen. Wees niet bevreesd, dat de Het is letterliik de waarheid herinnering daaraan mij sentimenteel zalOmdat ik aan de memchen mijn toorn sohiedenis! Ge komt van den Franscihen graaf, heeft hij u ,weer geërgerd? Neen, ditmaal niet. Hebt ge d© vreem delingen lijs ten doorgezien? Delattre kan een fatsoenlijk man zijn en als een leven te lijden! zijne brnid hem bemint.... j Gij verheugt u deihalve, dat gij toen» Dan heb ik natuurlijk niet het recht die maals de stem van uw hart yolgdet en den twee te scheiden. Maar stel n gerust, ik toover weerstondt, dien de vijf dochters det vecht met geen windmiolenes. Voor 't ove- weduwe van den rechtercommisaris op u uit. Ja, ik trof er een heer uit Lyon ïn aan rige verwijs ik n naar uwe eigene veriovings- vindtng ^da^^^n^et^ep84 0flder^ ji0D' &af aan i ©deren hond, en mijn onderzoek heeft er toe geleid te ver-en huwelijks geschied en is, gij hebt toen ook, looi tspu t i to en t eM k anv? ni g^ailde maag dl6 mV een sdhop en als zulk nemen, dat hij nog niet hier ie. 1 looit sentimenteel kan worden, een mishand-eld beest ook al eens naar mij I Hebt ce dan ro©d» met hem ►o'n otizJ en?18 r°m UW luiW€]ijk dan beet; z,°rffde ibeT v0°r> dat hij werd dood-! - Wind^ niet oP - verdere mededeelin- u opzient geschoten en alle andere henzon 1u. ên OmdaT uii'ine bruid een then te geschoten en alle andere honden den muil- gen kan ik n nog niet doen. Ik ben dien beer i t;bea^r-Pi'inses korf moesten dragen.. De rattenvanger van vreemd. Wat zou bü er van denken, als ik tik een goed gesitueerd kantonrechter den president der Arrondissements Recht-1 zoo maar Lt de deur in huis kwam valïeil het antwoord schuldig zijne plaats sou ik het oefenden. Dien toover te weerstaan was niet zoo 'zonder n ook maar door iets te laten terug- erg, ik geef er n mijn woord op, lachte d© Hebt ge dan roods met hean gesproken? houden, uwen eigen weg gevolgd tot het doeloude heer. Rosalinda, Timen eld a, Theodo- was bereikt! I Ade,gonda en Clotilda; boe bewallen Jongen©, jongens! Daar heb Ik hem een u d© namen? wapen tegen me zielf gegeven! klaagde de j Echt Germaans oh! schertste Emile. oude heer. Gij zult daarvan nn bü iedere go-1 Met Gotisch krulwerk. De vader was een legenheid gebruik maken, maar al was ik braaf Duit6cher, die graag op een berenhuid '1 niet den kantonrechter Mansfeld, om respectievelijke voor mii hadden in zoo'n geval doen. Laat mij tot morgen den zeggen, op een presenteerblaadje mi zoo gestoofd. Ik behoef u wel niet te vertellen, j tijd; ik zal door bemiddeling van een keil» aange-ijdat het toen gebeel niet meer in het nestjner of badknecht trachten hem t« naderen telde incisies T':'TS' Mke ra.ei.s'ies' ontwih- (was uit te houden. Ik verzocht dus te wor-jen een gesprek mét hem 'attnknöopea En telde mei*-,©*, beschaafde meisjes en musi- den overgeplaatst, maar alvorens ik de plaat»1 we>et ««Mm», bekend <£n boden! Mooie legenheid gebruik nu ook in mijne jeugd een dwaas, moeten daarom dan all© ander© jonge mannen dwaas handelen? Meent gij dan, dat men ten opzichte van aangelegenheden des harten maar altijd al leen; het verstand most raadplegen? vroeg de sliep en er altijd nog wel eentje lustte. En deze vijf Germaansche dochters, ze waren allen aschblond, spichtig en lang als boo ne etaken; zjj boezemden mü' een tegenzin in wegens hunne gemaakte lieftalligheid. Brr!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 5