Staten-Generaal, uw© groote en heilige onderneming, aanvaardt de verzekering mijner genegenheid: MERRY DEL VAL. HOOFDC'OMITé VAN T ROODE KRUIS. Naar. de Tel. verneemt is de gepension- neerde luitenant-generaal der vereeniging „Het Nederlandecfbe Roode Kruis,', voorne mens, binnenkort deze betrekking neer te leggen. Als zijn opvolger wordt genoemd de gepensioneerde generaal-maj oor F. Tonnet, oud-commandant der 2e divisie infanterie. PEST OP JAVA. ren regeeringstelegram betreffende pest- gevallen op Java van 8 tot 21 April ver meldt: afdeeling Malang 484 nieuwe pest- ge vallen, 423 dooden; Berbek 1, Ngawi 1 en Toeioengagoeng 4_sterfgevallen; Madioen 36 nieuwe gevallen, 34 dooden; Kediri 54 nieuwe gevallen, 52 dooden; Soerabaja 35 nieuwe gevallen, 32 dooden: Paree 54 nieu we gevallen, 53 dooden; Magetan 21 nieuwe gevallen, 15 dooden. o Een rare rijwieldicf. Toen iemand, die zijn rijwiel voor een perceel op de Prinsen gracht te Amsterdam had geplaatst, na eeni- gc oogenblikkcn weer buiten kwam, zag hij een als heer gekleed persoon met zijn rijwiel wegrijden. De eigenaar liep den dief daarop ijlings' achterna, „Houdt den dief!" roepende. Het gevolg was, dat de man door eenige personen gegrepen werd, tot staan gebracht en vastgehouden, totdat hij door een agent van politie kon worden overge bracht naar het bureau aan de Stadhouders kade. Aldaar zeide de man, half Engelsch, half Hollandsch sprekend een Amster- damsche tongval won het verre van een Amerikaanschen dat hij Jahs Nanmeri- cordo heette, uit New-York afkomstig was, waar zijn ouders nog -woonden en waar hij bovendien „zoo goed had leeren Hollandsch praten 1" Voorts was hij koopman in groenten en zeide den avond te voren met de boot te Rotterdam te zijn aangekomen en na eerst in Haarlem eenige uren te hebben doorge bracht, naar Amsterdam te zijn vertrokken. Met de meeste beslistheid ontkende hij, volgens do Tijd, de fiets te hebben willen stelen. Na een voorloopig verhoor werd de „Amerikaan" in een cel opgesloten, waar hij zich met een zakdoek poogde te wur gen, en nadat hem dit belet was, met de aagels den pols open te krabben. Toen de man weer uit zijn cel werd gehaald, poogde hij in het politiebureau over een trapleuning te springen, om zoo de wijk te kunnen ne men. Een rechercheur, die hem bij zijn jas vasthield, belette den man meer te kunnen bereiken dan in hangende houding over de trapleuning tusschen hemel en aarde te zwe ven. Om verdere pogingen tot ontsnapping te voorkomen, werd hij geboeid en vervol gens aan de Justitie overgeleverd. Gisterennacht schijnt hij eenigszins tot be zinning te zijn gekomen en bekende later aan den rechter-commissaris den diefstal, er o.a. aan toevoegende, dat hij na „een paar millioen" dollars te hebben verteerd, naar Amsterdam was gekomen en aldaar nog juist negen cents -op zak had. Voorloopig blijft de heer Nanmericordo, die in het geheel geen legitimatiebewijzen bij zich droeg, in verzekerde bewaring. Een flink conducteur. Zekeren li. ia zoo iets vreeselijks overkomen, dat hij het" geval onmiddellijk opschreefom toch maar niets van den indruk te verliezen en het als extra-tijding naar „Het Volk" opzond. Daarin prijkt het dan ook onder het op schrift: Op de tram (historisch). K. meende een weldaad aan den conduc teur van de tram te bewijzen, door het „Het Volk" ter lezing aan te bieden. „Want", zegt hij, „het is een gezellig gevoel zoo'n versche krant in je zak(l?) om even in te kijken in dc vrije minuten, tusschen twee ritten in." Maar aan dezen conducteur was die wel daad slecht besteed. Hij weigerde het socia listisch geschenk en voegde hem toe: „Dank je meneer, zulke lectuur blief ik niet. Ik zou er d'r geen lucifer aan willen besteden, om 'm te verbranden. Een krant, die zóó liegt." En alvorens de socialistische weldoener van den schrik over zooveel snoode ondank baarheid was bekomen, vroeg hem de man van de tram: „Heb u nooit dat brochuretje van me neer Aalberse gelezen, waar „Het Volk" nooit op geantwoord heeft? En dat andere ook: „Allemaal Socialist?" Als u dat gelezen had, zou u óók zoo'n krant niet in uw handen nemen. Ik zou hem niet in me huis willen hebben, bij me kinderen. Néé, zoo'n krant leest geen fat- Boenlijk mensch." En wat antwoordde K? ,,Ik zei maar niks," deelt hij mistroostig mede. wens ik had ook nog geen tijd hem er nader over te spreken. Ik ken hem reeds sinds eeni- gen tijd, hij woont in een logement bij ons in de buurt en naar ik zeide: hij verdient dat men medelijden met hem heeft. Toen ik naar Seheveningen ging, ontmoette ik hem in de tram en vertelde hem mijn wedervaren. Dat was onvoorzichtig! viel hij haar ge troffen in de rede. Hij zal er geen misbruik van maken. Als Ik daarvoor bevreesd ware, zou ik hem niets verteld hebben, daar kunt ge staat op maken. Ik heb hem te Seheveningen den aanvoerder der ranetireurs aangewezen en Legrand zei de mij hem te kennen. Gij hebt gehoord, dat hü mij morgenmiddag eene goede tijding wil brengen. Als hij nog tot zoo lang in den Haag blijft. Waarom twijfelt ge daaraanf Omdat ik zag, dat hü met Delattre ge heimen had van zeer ernstigen aard. Met gespannen verwachting zag Kaatje tot haar geleider op, wiens peinzend gelaat haar scheen te verontrusten. Dan weet gij meer dan ik, 6prak zü- Zou dat geheim betrekking hebben op de misdaad, waarvan Martin wordt beschul digd'? Dat is zeer wel mogelijk, knikte Kaatje peinzend. Ik herinner mij, dat bij mij zoo zon dering aaukeek, toen ik hem van de misdaad vertelde. n daarmee hebt ge hem gewaarschuwd! Ais het zoo is, als gij vermoedt, dan zal hü te bclws\ eningen daarom een geheim onderhoud hebben verlangd om zyn medeplichtige te waarschuwen, sprak Emile -verwijtend. Denk Heel verstandig van hem, merkt "dé Tijd dood-nuchter op. Een lieve dienstmaagd. Het stuk heeft gespeeld in Den Haag. Mevrouw, die twee dienstboden houdt, zou eer diner geven. En wie komen er mevrouw, informeerde de keukenmeid. Mevrouw meende, dat dat nu juist niet be hoorde tot het gebied van de gedienstige. Ja, was het antwoord, als u het mü niet zegt, kook ik niet. Mevrouw wendde zich verontwaardigd tot meneer. Meneer vond, dat ze het in godsnaam maar zeggen moest. Wat gaf het ook eigenlijk; mevrouw moest nu maar blü zijn, dat zü ein delek een meid had, die goed kon koen, dus... En mevrouw vertelde: meneer en mevrouw, die en die, mevrouw die en mevrouw die.... Maar zü behoefde niet veel te vertellen. O, nee, viel het meisje haar al heel spoe dig in de rede, nee voor die kook ik niet, die staat op onze lijst, die behandelt haar dienst boden te slecht, voor die koken we niet De kok heeft voor mevrouw's diner ge zorgd. N. R. Ct. Een Chineezeu inval. Op het politiebureau aan de Nieuwe Haven te 's-Gravenhage zit men opgeschept met een heel gezelschap ChLneezen, manhen, vrouwen en kinderen, in het geheel 24 personen. Enkelen hunner spreken wat gebroken En gelsch of Fransch. Naar uit bun mededrelin gen is op te maken zegt het A. H. zijn ze van Frankrijk het Kanaal overgestoken naar En geland, waar zij niet werden toegelaten. Zij züu toen per Harwich-Hoek-van-Hollandlijn naar Nederland gekomen. Met den „Hoek"-trein kwamen zij naar den Haag en gingen daar met vijf auto's waarop hun bagage, beddegoed, de kens en allerlei gerei werd geladen, naar de Chineesche kanselarij. Daar kon men ben ech ter niet ontvangen, en toen het op betalen aan kwam, beweerden ze geen geld te hebben. De chauffeurs reden hen toen naar bet posthuis Bezuidenhout en van daar naar het politiebu reau. Hier werd in munten van verschillende landen ongeveer tien gulden door hen bijeen- gescbarreld, en daarmede de chauffeurs, die pl.m. 15 te vordereu hadden, tevreden gesteld. Hun werd toen een deel van de ruime agen- tenwacht aangewezen om voorloopig te verblij ven. Zij willen door handel te drijven in hun onderhoud voorzien en geld bijeen krijgen, om verder te reizen. Tot nu toe konden zij geen geschikt verblijf vinden en de politie, die ook zorgde, dat zij gevoed werden, overweegt nu, wat verder met hen aan te vangen. Aan de Chineesche kanselarij, waar men al verscheidene keeren met zulke de wereld door zwervende zonen van het Hemelsche Rijk te doen had, werden later een viertal der zwer velingen ontvangen, doch gaf men te kennen niet veel voor hen te kunnen doen. In de agentenwacht zitten ze nu rond een groote tafel geschaard; een vrouw met een zui geling op den schoot, terwü'l eenige kinderen, er zich al goed thuis voelend, onbewust van hun ellende, er rustig met elkander spelen. Hofleverancier. In het lekkere lentezon- netje, dat bet voorplein van het Huis ten Bosch zoo glunder hcscheem, stond puhlielt en wachtte.... Want 't kón zijn, dat H. M. de Koningin en de Prins een rütoer gingen maken en wie weet, was het Prinsesje er dan óók nog wel bü- En al bleef het nog angstwekkend stil achter de groote deuren, een half uurtje had men er als trouwe Oranje-vrienden wel voor over. Toen geviel het, dat de deuren werden ge opend en opeens electriseerde Verwachting het publiek. Gegalonneerde lakeien schreden ter denre uitde Koningin! Helaasgéén Koningin. Maar toch werd het aardig, schrijft de Ned. Want één daalde de trappen af en schreed over het eerbiedig-opengelaten pleintje heen, voorbü den diender ennódr het publiek, dat beleefdelük uiteenweek voor den gega- lonneerden man. Zoo schreed deze statiglijk voort tot 'hij stand hield bü een balonnetjeskoopman, wiens roode en blauwe luchtballetjes helder glanzend zachtkens heen en weer Wiegelden in de van zon doorzeefde schaduw onder de boomen. Lezer, ge begrijpt nn de situatie, de bal lonnetjes waren de attractie van het Prin sesje geweest. En zoo aanschouwde Publiek, in dankbare stemming, dat te mogen mee maken, den inkoop van zes luchtballetjes voor de.... Prinses. Dat aanschouwen geschiedde onder dood se!; e stilte. Ook de inkoop zelve geschiedde onder doodscbe stilte. Een voor een knapte de man maar niet, dat hij morgen-middag nog hier zal zijn Kom, daar twijfel ik geen ©ogenblik aan, vervolgde het meisje. Ik geloof niet, dat hij medeplichtig is aan de misdaad, maar wel, dat hü daarover het noodige licht kan la ten 6chü'nen. Dan moet zulks vanavond nog geschie den! Maak n niet ongerust. Als hü wilde vluchten, dan zon hij daarmee züne schuld bewijzen en hü zou het ook niet ver kunnen brengen; bovendien is het ook in strijd met zü'ne eer om door heimelük vertrek zich te onttrekken aan de vervulling züneT belofte. Als hü eerlpk tegenover n wilde hande len, dan zou hü nog vanavond n die mede- deelingen hebben gedaan, die hü u voor mor gen beloofd heeft, antwoordde Emile die züne vrees niet zoo spoedig kon terzüde stellen. Ik geloof nauwkeurig te weten, h,oe de quaestie in elkaar zit. Deze man heeft voorwaarden gesteld, waarover Delattre morgen zal heb ben te beslissen, en naar gelang die beslis sing uitvalt, zal hü zün besluit nemen. Kaatje dacht eenige oogenblikken na. Als ge eens gelük hadt! sprak ze eindelük met een diepe zucht. Als hü zich door de belofte van Delattre liet bewegen af te reizen zonder zün woord te honden! Die mogelykheid is niet uitgesloten! Maar ik kan het niet gelooven; hü maakt te veel den indruk van een eerlyls man Vertrouw geen masker, dat er waar- schünlijk op gemaakt is, om n op een ver keerd spoor te brengen. Ja, maar wat moet ik dan doen? vroeg van-de-ballonnetjes zes ballen van zün „luch ter" af en reikte die, zichtbaar verheugd over de hem aangedane eer, aan den man- van-het-Hof, die accuraat en netjes de dra- dekens om zün vinger wond met een def tigheid als alleen een Hoflakei ter dispositie kan hebben. Daarna zwaaide hü sierlük zün portemonnaie en dolf daarin naar een rijks daalder, welke zilveren munt hem büna uit de beurs gekeken werd door 'tademloos pu- biiek. Geagiteerd grabbelde nu de nieuwe „Hofleverancier" in zijn „kas", ziinde een zü- zak van zün vestje, maar met grootmoedig, schier vorstehjk gebaar schonk de lakei den zün schitterenden verkoop genietende den gansehen rijksdaalder. Toen kwam de ontspanning op al die ge zichten. Lachjes plooiden de tot dusver in aandacht-spanning toegenepen monden, en in alle oogen twinkelde glans. Man-van-het-Hof af met de genoeglük ho ven zün hoofd deinende ballonnetjes. Man van-de-ballonnetjes, Hofleverancier nn, rechtsomkeert naar 't achterplein, dwars door den stroom der vroolüke opmerkingen over zün dag, die goed was geweest, en op zün lang heheerscht gezicht glansde nu een ver- legen-blü lachje, om de riks van 't Prinsesje. Geen scheepvaartverbinding. Bü het gra ven van het Noord-Hollandsch Kanaal, dat het Hoogheemraadschap Waterland door- snüdt, werd de keus gelaten, of dat kanaal Waterland zou doorsnüden met gesloten dij ken (waarbü dan door schutsluisj es in het behoud der gemeenschap tusschen de ver schillende dorpen zou worden voorzien), of wel het behoud der open doorvaarten. Men koos het laatste. De gemeenschap tusschen de dorpen onder ling was vóór het graven van het Noord-Hol- landsch Kanaal onbeperkt. Daarna konden vaartuigen breeder dan 3.30 M. niet meer gebruikt worden. Een barricade werd opge worpen, waardoor Landsmeer uitsluitend met kleine vaartuigen toegang kreeg, terwijl een brug (met do-orvaartwüdte van zeker 6 meter) hoog noodig is. Door onbe.1 emmerend0 gemeenschap met een grootscheeps-vaarwater zagen andere plaatsen hun handel reusachtig ontwikkelen (de Zaanstreek b.v.) Te Landsmeer zijn de handelaars even krachtig als daar, doch men is machteloos, nu men feitelük uitgesloten is van deugde lijke scheepvaartverbinding. Er is nu, naar het Hbld. meldt, een beweging op touw ge zet, om deze belemmering in den handel van dit vooruitstrevend dorp te doen wegnemen. Wilt U er aan denken dat onder de kwartj es-ad ver tentien alleen die van huur en verhuur, vraag en aan bod van personeel, bijzondere aan biedingen ter overname enz, doch geen handelsannoncen ge plaatst kunnen worden TWEEDE KAMER. GEWISSELDE STUKKEN. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi ging van de Landbouwbegrooting 1914, waar bij het eindcijfer! wordt verhoogd met de som van f 8,298,357. De Minister acht thans den tijd gekomen, 'dat aan de Rijks Hoogere Land-, Tuin- en Boschbouwschool te Wapeningen de zaak van het wetenschappelijk onderzoek voor den tuin bouw wordt aangevat en de grondslag wordt gelegd, hetizij voor eene afdeeling voor weten schappelijk tuinbouwonderzoek aan het voor noemde instituut, hetzij voor een zelfstandige inrichting. Welke van beide richtingen zal moeten worden ingeslagen maakt nog een punt van overweging uit. Voor een nieuwe Rijkslan'dbouwwintérschooi hetzij in Twenthe of in het noordelijk deel van Groningen, op de stichting waarvan reeds herhaaldelijk is aangedrongen, wordt uitge trokken voor personeel f 2000, voor de eerste inrichting van die school f 4000. In de eerstvolgende jaren zal voor de Rijks- veeartsenijschool moeten worden gesticht: een operatiegebouw, stalgebouwen voor het onder wijs en onderzoek in jparasitaire en infectie ziekten, een instituut voor dit onderwijs en onderzoek en een nieuwe hoefsmederij, be tere localiteiten voor hetonderwijs in ana tomie. De uitgaven hiervoor worden In totaal en zonder de inrichting geraamd op f 425,000. ^Ten einde de noodige zaden voor landbouw- proefvelden fe kunnen verleenen, wordt ver hooging van het desbetreffend artikel met f 5000 gevraagd. In verband met de overplaatsing van de Kaatje, terwül zü bleef staaB- Zie, daar ie bet logement, waar Legrand woont. Denkt gij, dat hij zou spreken, ais "WÜ hem daartoe wil- len noodzaken? Neen, want we kunnen hpm met noodza ken, zoolang wü geene bewijzen tegen hem zeiven hebben, die hü zou hebben te vreezen. Ik zon hensch niet weten wat go moest doen; gij kent hem beter dan ik. kent wellicht züne zwakke zijde. Vrouwenlist heeft reeds menig maal het schijnbaar st onmogelijke mogelijk gemaakt. Langzaam schreden zü voort, voor het huis van Verschuur hieven zü staan. Ik zal beproeven wat ik kan, sprak het meisje, ik zal er vanavond uog heengaan. Ik ben bevriend met de waardin zij moet mü dadelpk boodschappen, als zü bemerkt, dat hü haar huis voor goed wü verlaten. Als by er nog terughoort- wierp Emile in 't midden. Wü weten niet. welke afspraak hü met Delattre heeft gemaakt; sinas ge me zeidet hem in 't geheim te hebben ingewijd, verontrust mij dat geheime onderhoud. Ja, ook Ik ben er nu aiet gerust op. Ik zal hem zeggen, dat ik hem .gezien heb, toen bü met bedoelden heer een onderhond badg ik zal van hem eischen, dat hij mü de waar heid hekent. Wil hü mü oia tuin leiden dan weet ik, dat hü müa vertrouwen niet meer verdient. Gü moet dat zelf het beste weten; Ik kan n niet zeggen of ge er al dan niet ver standig aan doet, of wat ge anders moet doen. Ik raad n slechts, alles aan te wenden om achter dat geheim te komen. Het is mogelijk, dat hü tot de misdaad in Maisonrouge niet in de minste betrekking staat; in dat geval hoofdinspectie voor ae scheepvaart naar Rot terdam wordt f 11,150 aangevraagd, o.a. voor standplaatstoelagen, jaarwedde machine-ex pert en adjunct-inspecteur en f 14,600 voor aankoop van een perceel, waarin de bureaux zullen worden gevestigd. De post „kosten van den Btormwaarschu- wingsdienst en van de kustwacht" wordt ver hoogd met f 14,675. f 13,5000 wordt gevraagd voor het bouwen van een verdieping op den nieuwen aanbouw van het hoofdgebouw yan het Kon. Ned. Me teorologisch Instituut en f 4000 voor de stich ting van een blijvend gebouwtje voor de vlie gerwaarnemingen. Daar de arbeid der commissie voor de Mid- denstandsenquete, voor wat betreft de alge- meene beschouwingen over den toestand van den handeldrij venden en industrieelen midden stand, benevens de conclusies der commissie nog eenigen tijd moest vorderen, zoodat haar rapport voor dit gedeelte eerst in het voorjaar van 1914 zou kunnen worden gepubliceerd, is het noodig voor de uitgaven dier commissie ook over 1914 over gelden te kunnen beschik ken voor kosten van drukken enz. en salaris sen der adjunct-secretarissen, waarom wordt voorgesteld het aanvankelijk op f 2500 uitge trokken artikel met f 10,000 te verhoogen. Voor de definitieve beantwoording van de vraag in hoever er ook naar de meening van de feoogleeraren bij de Technische Hooge- scliool aanleiding zou bestaan maatregelen te nemen tot het verstrekken van voorlichting op 't gebied van den vezelhandel en de vezel industrie en welke die maatregelen zouden kunnen zijn (de vraag werd door bedoelde hoogleeraren voorloopig toestemmend beant woord), alsmede voor het doen van voorstellen omtrent eene eventueel© inrichting van zulk een voorlichtingsdienst, wordt f 4000 noodig geacht. Voor een andere regeling van het presentie geld voor de Kamers van Arbeid ia f 4000 meer benoodigd. Het ligt in 's Ministers be doeling een ambtenaar te benoemen ter be vordering der arbeidsbemiddeling op het plat teland, in overleg en samenwerking met de Vereeniging van Nederlandsche Arbeidsbeur zen. Paardenfokkerij. Ingediend is een wetsontwerp betreffende de Staatszorg voor de paardenfokkerij. In zijne toelichting tot dit ontwerp herinnert de Minister van Landbouw, dat het in 1911 in gediende ontwerp tot aanvulling en wijziging van de bestaande wet van 1901 indertijd is inge trokken omdat het niét mogelijk was gebleken aan de bezwaren welke de grondslagen van de bestaande wetgeving raken tegemoet te komen door aanvulling van het wijzigingsontwerp. De minister besloot daarom tot den opbouw eener geheel nieuwe wettelijke regeling. In het thans aangeboden ontwerp zijn de hoofdbeginselen der bestaande wet: de gedwon gen hengstenkeuring, de vrijheid van fokrichting en het steunen der paardenfokkerij door toeken ning van premiën en bijdragen, gehandhaafd. In de wijze waarop de verplichte hengsten keuring is geregeld, worden echter belangrijke veranderingen voorgesteld. Volstrekt onverdeeld was men in alle provin ciën van oordeel, dat de verplichte hengstenkeu ring moest woraen gehandhaafd. Het gehand haafde stelsel van dwang moet worden verzoend met een stelsel van opvoeding tot meer vrijheid; op dien grondslag is het wetsontwerp opge bouwd. Ook de vrijheid van fokrichting moet worden gehandhaafd. Niet de overheid maar de fokker zelf moet beslissen, welke fokrichting voor zijn bedrijf en in zijn omstandigheden moet wor den gevolgd om blijvend de meeste voordeelen te kunnen behalen. Elke wettelijke regeling, welke in dezen een fokker aan banden zou leggen, zou niet te handhaven zijn, doch tevens een verant woordelijkheid op de Regeering laden, welke door haar niet kan worden gedragen. De gelde lijke steun aan de paardenfokkerij kan nog niet worden gemist. Een belangrijke wijziging wordt voorgesteld ten aanzien van de verplichte heng stenkeuring en de wijze, waarop deze zal worden toegepast. Zal aan' de bezwaren, hiervoor ge noemd, v/orden tegemoet gekomen en tevens de vrijheid van fokrichting worden gehandhaafd, dan zal de keuring moeten geschieden door Rijkscommissiën, die over het geheele land keu ren en zoodanig zijn samengesteld, dat de hoofd- Srpen der paarden gekeurd worden door afzon- erlijke commissiën. Bij zoodanige regeling wordt voorkomen dat de locale inzichten, zich uitende in de richtingen, waarin de fokkerij zich beweegt en in het streven der verschillende paar- denstamboekvereenigingen, zoodanig op den voorgrond treden, dat de vrijheid van fokrich ting daardoor geheel aan banden wordt gelegd. Ook bij de provinciale keuringscommissiën is er in de meeste provinciën naar gestreefd, de locale inzichten te doen domineeren en zijn steeds naast den veearts en het door den Minis ter van Oorlog aangewezen militaire lid drie provinciale leden benoemd in bijna alle provin ciale keuringscommissiën. zou uw© moeite vergeefsch zün, maar gü hebt u later niet het verwüt te maken, dat gü iets verzuimd heb, wat uwen verloofde de eer en de vrüheid had kunnen teruggeven. Ik herhaal nog eens, dat ik zal beproeven, wat mogelük is. Goed zool Ge weet waar ik logeer; kom zonder verwül tot mü. zoodra ge iets gewich tigs vernomen hebt. Goeden nacht! Aangename nachtrust! zei Kaatje be wogen, terwül zü zünen handdruk beant woordde. God bescherme den ongelukkige, die onschuldig in den kerker zit. Emile sloeg den. weg in naar zijn hotel. Toen hü het logement voorbijkwam, bleef hij een oogenblik talmend staan. De gedachte drong zich aan hem op om hü de waardin information in te winnen nopens Legrand, maar na kort beraad vond hü het beter om bet na to laten. Hü wist niet of hü ©P de stilzwügend'heid der vrouw kon rekenen en Legrand mocht niet vernemen, dat men zich met zün persoon onledig hield. Nauwelüks was hü in zün hotel terugge keerd toen een kellner hem berichtte dat d© graaf van Maisonrouge reeds meermalen naar hem had gevraagd en dringend wenschte hem te spreken. Eenige minuten later trad Emile de kamer des graven binnen. De oude heer zat met een brandende sigaar voor een flesch Bordeaux. Hij ontving den assessor met zichtbaar onge duld verzocht hem plaats te nemen en hood hem wün en sigaren aan. Ik heb n te vergeefs in Seheveningen gezocht, sprak hü, zoolang gij hü de dames waart gezeten, wilde ik n niet aanspreken en De Minister meent cle tegenstrijdigheid van belangen te kunnen ondervangen door meer dati tot dusver is geschied medezeggenschap aan de stamboekvereenigingen te geven. In het ontwerp wordt voorgesteld de goedkeuring van hengsten voor dekking op te dragen aan Rijkscommissiën.' en daarnaast onder bij algemeenen maatregel van bestuur te stellen voorwaarden aan de stamboekvereenigingen de bevoegdheid te verke nen tot goedkeuring van die hengsten voor dek king, welke in het stamboek zijn ingeschreven. De stamboekjury's zullen de eerste plaaft gaan innemen en de Rijkscommissiën meer een aan vullende taak krijgen en belast zijn met de zorg, dat geen onrechtvaardigheden worden begaan en de vrijheid van fokinrichting wordt gewaar borgd. Een provinciesgewijze organisatie van de I stamboeken acht de Minister niet rationeel. De keuring van hengsten zal worden opgedra gen aan een commissie, welke voor het veeartse- nijkundig onderzoek wordt bijgestaan door een of meer veeartsen. Verder zal op de keuringen beroep zijn. Waar het beginsel van verplichte keuring in de wet gehandhaafd blijft, wordt het dringend noodig geacht, met meer kracht dan volgens de geldende wet, het dekken van merrie* met niet- goedgekeurde hengsten te keeren. Evenals de gedwongen hengstenkeuring, is ook het stelsel van het bevorderen der paarden fokkerij door het toekennen van premiën en bij dragen in de ontworpen wettelijke regeling be houden. Voortaan zullen ook de kosten van de keurin gen en de verdere uitgaven voor de provinciale regelingscommissiën uit de subsidiën worden bestreden. In verband hiermede zal het noodig zijn het jaarlijks op de Staatsbegrooting uit te keeren bedrag voor subsidiën van f 75,000 op f 100,000 te verhoogen. Ten minste drie Rijkscommissiën zullen wor den benoemd, ééne voor de keuring van trek paarden, ééne voor de keuring van tuigpaarden en ééne voor de keuring van hiervan afwijkende vormen, zooals dravers, volbloeden, ponies enz. De gewone keuringen zullen jaarlijks in het voor- en najaar gehouden worden. Gedeeltelijke herziening Leerplichtwet Door den Minister van Binnenlandsche Zaken zijn bij Nota eenige wijzigingen voorgesteld in het wetsontwerp tot gedeeltelijke herziening van de Leerplichtwet. Voorgesteld wordt, te doen vervallen de bepa ling, dat het schoolbezoek geacht wordt geregeld plaats te vinden, indien gedurende twee achter eenvolgende maanden niet meer dan twee schooltijden zonder geldige reden wordt ver zuimd. De maximum-duur van een speciaal verlof voor veldarbeid wordt teruggebracht tot vier weken; de bevoegdheid van den gemeenteraad tot regeling van den tijd of de tijden, binnen welke het verlof moet vallen, wordt omgezet in eene verplichting, en die tijdsruimte bepaald op ten hoogste vier achtereenvolgende maanden, welke voor afzonderlijke deelen der gemeente ver schillend kan worden genomen. Het maximum der geldboete bij eenvoudige overtreding wordt verhoogd van 15 tot 30 gul den, tengevolge waarvan het O. M. in hooger beroep zal kunnen gaan, als een zóó geringe straf wordt opgelegd, dat de eerbied voor de wet daardoor noodzakelijkerwijs verzwakt wordt. Ten slotte wordt een bepaling voorgesteld om werkgevers strafbaar te stellen (met een geld boete van ten hoogste 50 gulden), bij wie leer plichtige kinderen in dienst zijn. Wijziging van de overgangsbepa lingen der Auteurswet 1912. Een hiertoe strekkend wetsontwerp is inge diend. Art. 50 der Auteurswet 1912 geeft dengene die vóór 1 September 1912 wettiglijk eenige reproductie had openbaar gemaakt van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, of eenige openbare voordracht gehouden of op- of uitvoe ring, tentoonstelling of voorstelling van zooda nig werk gegeven had, het recht om gedurende 2 jaren na het in werking treden der wet hier te lande dus tot 1 November J914 die ver veelvoudigingen te blijven verspreiden en te ver- koopen en met die openbare voordrachten, enz. voort te gaan. Naarmate het tweejarig tijdvak echter verder is voortgeschreden, werd het meer en meer dui delijk, dat deze overgangstermijn in geenendeele voldoende zou zijn voor de uitgevers van veelal kostbare reproductiën van werken van beeldende kunst, van vertalingen van buitenlandsche wer ken, bloemlezingen, enz., om van hun voorraad een voldoend aantal exemplaren van de hand te zetten, teneinde gevrijwaard te zijn voor gelde lijk verlies. Vandaar dat thans wordt voorge steld, het tijdvak voor den verkoop dier werken van 2 jaar te verlengen tot 5 jaar, doch voor den verkoop van reproducties van kunstwerken tot 10 jaar; en om de nieuwe regeling in wer king te doen treden op het oogenblik waarop de iweejarige termijn zou eindigen. nu erger ik er mü over, dat ik bet niet ge daan heb. Herkendet gij in den heer, die bü de jon ge dame zat, den zoon uws tuiniers? vroeg Emile snel. Dus die beer was Leon Delattre? Nu, ik heb hem lang en zeer nauwkeurig gadegesla gen, maar vond geen enkelen trek in zün ge zicht, die mü aan nüjnen tuinman herinnerde. Ook niet aan den vrouw des tuinmans? Ik heb die vrouw nauwelijks gekend; ik herinner mü haar slechts eenmaal vluchtig te hebben gezien. Ten tijde dat Francois De lattre trouwde, was ik bü nüja regiment if. garnizoen; eerst na de revolutie, na de coup d'état van Louis Napoleon keerde ik naar Maisonrouge terug. Intnsschen was de vrouw des huizes reeds overleden en zün zoon be reids schoolplichtig. Van dien jongen heb tk dan ook niet veel gezien. De tüdsoinstandig- heden riepen mü ®P°edig weder naar mijn vaandel en later was de deugniet zijn vader ontloopen. De oude sprak niét meer van hem en ge zult begrüpen, dat ik geene aanleiding bad, hem er aan te herinneren. Daardoor ver nam ik dus zün voornaam niet; ik geloof evenwel, dat mijn bediende, dien ik als ge tuige naar hier lieh ontboden, hem wel zal kennen. Gy spraakt vanochtend van een ver denking, ging de graaf met toenemende op gewondenheid verder. Ik wil nu nog geen oor deel vellen, maar die verdenking kon gegrond zün. Is de jonge dame, die ik aan zijn zijde zag, de bruid van Delattre? Ik zag op de horst dezer dame een met diamanten versierd medaillon (Wordt vervolgd.! Suppletoirs Luxpd.bou.wb enrooting 101-4-.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 6