DAGBLAD voor NOORD='Sn ZUID-HOLLAND. i/1. tv srweehuy&en, s«3 arteijorJssfr ireJe/J770. öe loetssteen getoetst. STADSNIEUWS. Zaterdagavondpraaijes. •3l"33y Haarlem EÊB3TE BLAD. ZATERDAG 9 MEI 1914 39 f gang Mo. 8439 ABONNEMENTSPRIJS t'i Bureauxvan ftëdaöfli en Administratie Per 8 maanden voor Haarlem Voor de plaatsen, waar een agent Is gevestigd (kom der gém.) Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post Afzonderlijke nnmmers ftm 1.80 - 0.03 intercommunaal Telefoonnummer 1428. PRIJS DER ADVERTENTI8N» Van I8 regels 50 cent (contant 50 cent). Iedere regel meer ÏO oi. Buiten Haarlem en de Agentschappen 15 ct. per regel. Buitenï. 20 ct. Dienstaanbiedingen 25 ct. (6 regels), driemaal voor 50 ct. contant). GULDEN bij levenslange onge schiktheid tot werken. Alle betalende abonné's op dit blad, die n fief bezit eener verzekeringspolis zün, iHn volgens 'de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voorj GULDEN bij ftff| GULDEN bij IM'ffi GULDEN bij Verlies vau een jjjj 9 i 1 Verlies van 9'» O8 8' verlies van hand of voet. R# HJ| één oog. ft|i Ra één duim. GULDEN bij overlijden. GULDEN bij verlies van één Wijsvinger. GULDEN bij verlies van één anderen vinger. De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de MAATSCHAPPIJ „HOLIiANDSCHE ALGEMEENS VERZEKERINGSBANK" te Schiedam. Dit nummer bestaat uit uijf bla den lu. o. de Ofïiciëeie Kerk- lijst en het QeiSiustreerd Zon dagsblad, in 8 bladzijden. AGENDA. 11 Mei- Gebouw St. Bavo R. K. Volksbond Ondersteuningsfonds. Bestuur Schoenma kers. Teyier Museum Tentoonstelling van leek en ir gen, behoorende tot de kunstverzame ling van Teyler's museum, portretten, portret- schetsen en figuurstudies. Bisschoppelijk Museum Jansstraat ,9 Geopend eiken dag- van 105 uur, tegen betaling vau 25 cents. Uitgezonderd Zaterda gen en R. K. Feestdagen. III. (Slot). Wij komen nu tot het slot van het tweede Tijd-atikei, waar de schrijver spreekt over .,den eigenlijken toetssteen, om iemand Ka tholicisme te onderscheiden." We willen gaarne toegeven, dat de schrij ver in dit laatste gedeelte mooie woorden- neerschrijft, welke getuigen van zijn Roomsch enthousiasme en de eerlijkheid zijner heilige bedoelingen, alsmede van zijn vurig verlan gen, dat de strijd een einde zal nemen en alle katholieken eendrachtig en liefdevol zullen gaan samenwerken aan den volledigen bloei van het Roomsche leven in al zijn uitingen; doch dit belet ons niet, het toch geheel oneens te zijn met zijn antwoord op de vraag, wat nu eigenlijk de ware toetssteen is, waaraaB iemands geloof, iemands katholicisme moet getoetst worden. Wat de schrijver daar den waren toeststeen noemt, mag, naar onze oprechte overtuiging, niet als zoodanig gelden. Hij komt n.l. tot deze conclusie: „de toets steen tot erkenning van het ware Katholi cisme is dan voornamelijk de liefde". Nu is het waar, dat men van de liefde, als Christelijke deugd, heel veel schoons kan zeg gen, dat men lyrisch over deze deugd kan schrijven, hetgeen de schrijver dan ook doet met woorden van Christus (Jo. 13, 34, 35) en van den H. Paulus (I Cor. 13, 47) en met een woord van den H. Chrysostomus. Het is waar, dat wij als leerlingen van Hem. die de Liefde zelve is, bij al ons denken en doen moeten worden aangedreven door dn liefde. Ook wij moeten het den H. Paulus kun nen nazeggen: „de liefde tot Christus dringt ons." zijn van de liefde. Zeker, liet is het groote gebod van Chris tus, dat wij elkander zullen liefhehhenl Het woord van St. Paulus blijft altijd waar; „al hadden wij een geloof, waarmee wij ber gen zouden kunnen verzetten, als wij de liefde 7^7. hebben, baat het öns niets." Ons geloof moet dus werkzaam zijn door de liefde. Over de noodzakelijkheid van deze deugd kan men schoone woorden lezen in een twee tal mooie artikelen, geplaatst in „Het Cen trum" van 2 Mei 3e hl. en 6 Mei 2e bL, geti teld „Wat is Katholiek" en geschreven door P. Lippert S. J. in de „Stimmen aus Maria- Laach", vertaald door P. J. van Santen S. J- De liefde mag er ons nooit toe brengen ook maar een klein stukje van onze heilige bet- -ginselen prijs te geven. De schrijver zegt: „Pal staan, onbuigzaam „en hardnekkig, waar het om onze idealen „gaat, geen stukje princiep prijsgeven, al heet „het ook onpractisch en zwanger van tijdelijk „nadeel, dat is de eer, de glorie van den Ka tholiek". Zelfs onder de katholieken, zegt hij, zijn er, die afkeerig zijn van den Katholieken gods dienst „als iets ontzettends, iets gruwelijks." „Zij huiveren er voor, en uit teerhartig heid om anderen niet te stooten, trachten „zij de Katholieke leer te verzachten, te „verdoezelen. En zij sidderen en beven, wan- „neer de Katholieke Kerk telkens opnieuw „met open vizier voor de wereld optreedt, „en, ten volle zichzelf bewust, haar in koe- „nen kreet de naakte waarheid harer leer „in het aangezicht slingert." Het betaamt ons dus als Katholieken pal te staan en onverschrokken, naar het woord van St. Paulus, en ons over geen enkel deel van ons heilig geloof ooit te schamen. „De Katholiek, zegt pater Lippert, zoekt „daarom niet naar uitvluchten, naar de „kronkelgangen der kleinhartigheid om zich „slechts tot het minst mogelijke verplicht „te kunnen rekenen." De ware Katholiek aanvaardt de geheel© leer en al de verplichtingen dier leer; hij zal zijn heilig geloof ongerept belijden en bele ven en daarbij de liefde niet vergeten, welk© als groot gebod óók tot de ongerepte leer behoort. Hij zal, zegt pater Lippert, „een hart vol welwillendheid en broederlijke liefde voor den evenmensch" hebben. „Verkillend eigen belang, hardvochtige wangunst, laatdunkend© minachting, verdachtmaking en veroordee ling van anderen is niet Katholiek." Inderdaad, met dezen schrijver zijn wij het volkomen eens, en moet, wat dit punt betreft, iedere katholiek het eens zijn. En we zouden het ook met den „Tijd"- schrijver eens geweest zijn, als hii alleen had willen betoogen, dat de liefde voor den Ka tholiek een noodzakelijke, een onmisbare deugd is. of. zooals hij het zelf zegt, dat d© liefde „de drijfkracht van het ware ge loof" is; maar wij zijn het met hem niet eens, nu hij de liefde „den eigenlijken toetssteen van iemands Katholicisme" noemt; nu hij. zegt, dat die liefde „de drijfkracht èn toetssteen van het ware geloof" is. Want de liefde, als geestelijke kracht, welk© al onze handelingen moet bezielen en aan drijven; de liefde, hoe noodzakelijk als Chris telijke en hoogst beminnelijke deugd ook. blijft toch altijd iets we zouden willen zeg gen te vaags, to z we vends, te on bepaalds, dan dat wij (1 dar aan het war© Katholicisme, het ware geloof met zekerheid zouden kunnen toetsen. We zouden zeggen, dat de zaak hoogst een voudig is. Iedere Katholiek heeft aan te nemen en t© leven naar de leer en de geboden, welk© de Kerk hem als Christus' leer voorhoudt en predikt. Men heeft dus een leerstellig© leer en een geboden leer. De liefde i© een van Christus' geboden. De geheele leer. van Christus (geloofs- en zedenleer) wordt ons voorgehouden door de prediking der Kerk, welke daartoe de zen ding heeft ontvangen: „gaat en onderwijst alle volkeren enz." De prediking vinden wij terug in de offi cieel© documenten der Kerk, in de acten den Concilies, in de uitgesproken dogma's, in d© encyclieken der Pausen, in de gewone da- golijksche prediking der Kerk onder leiding van Paus en Bisschoppen enz. Als we ons Katholicisme, ons geloof dus willen toetsen aan den waren toetssteen, heb ben we eenvoudig te zien of ons katholiek leven, ons belijden en handelen, overeenkomt met de leer en de geboden van Christus, zoo als zij ons door het wettig gezag, door d© Kerk, door Paus en Bisschoppen gepredikt worden. Hieraan hebben we den waren toets steen, waaraan wij ons geloof met volle ze kerheid kunnen toetsen. Dit is dus een heel andere toetssteen als die, welke de „Tijd" redacteur aangeeftl En dat do schrijver zich hier eenvoudig door z'n goed hart, door z'n eigen liefdevol streven en door de beminnelijkheid der deugd van liefde zelve heeft laten verleiden tot dit ontheologisch artikel, blijkt wel uit z'n eerst© artikel, waar hij in een oogenblik van kal mere bezinning veel theologisch er het vol gende schreef: „Paul Sabatier beweerde onlangs, dat er „twee Katholicisnien zijn, dat van Rome en „dat der modernisten. Het is een' verfijnde „leugen, en practisch onhoudbaar, z o o d r a „tot beproeving der echtheid „eener Katholieke overtuiging „de Encycliek Pascendi wordt „aangelegd." Waarom, zoo zouden we nu den schrijver kunnen vragen, gebruikt ge hier al6 toetssteen weer niet de liefde, maar de Encycliek Pascendi! Misschien herinnerde zich de schrijver hier, dat het in-der-tijd juifet de modernisten wa ren, die aan de goede Katholieken verwe ten, dat zij te weinig liefde hadden, en daar om voelde hij hier als vanzelf, dat de liefde toch de eigenlijke toetssteen niet is. maar wel de waarheid, zooals zij door den Paus is neer gelegd in de encycliek Pascendi! Hiermede zijn wij aan het einde van onze bespreking. We hopen zelve de liefde niet verbroken te hebben, al zouden we het liefdevolle in onze artikelen niet gaarne zien aangemerkt als het eenige merk toeken der waarheid. We willen dus enkel nog maar zeggen, dat we er geen oogenblik aan gedacht hebben t© kwetsen of te verbitteren. We hebben onze artikelen eerlijk geschre ven volgens den zin, welken wij in de „Tijd"- artikelen meenden te moeten lezen. Moge de „Tijd"-redacteur er dus van over- overtuigd zijn, dat deze drie artikelen ons werden ingegeven door eer oprechte liefd© voor de waarheid! P. VAN DORP, pr. Amsterdam, Mei 191 4 Haarlemsche AHedagjes No. 1326. STRAATREINIGING. Dat er hier bij ora#* openbare diensten van de gemeento op verschillend gebied nog heel- heel wat te verbeteren valt, zal niemand ont kennen. Wij staan, hij andere steden van de zelfde en kleinere grootte, b.v. inzake de be strating, inzake het onderhoud van straten en wegen, ook inzake de straatreiniging, nog heel wat ten achter Van het laatste een voorbeeld. We waren onlangs 'n een betrekkelijk klein© plaats in het zuiden des lands, 's Morgen© vroeg ging daar Ms overal de vuilniskar rond. Maar de voerman had, behalve de ge wone taak om de vuile inbakken te ledigen, nog wat anders te doen: met een haak of spitsen stok pikt© hp overal de papieren oude kranten e.d. d'!© langs de straten ver spreid lagen, op en haalde ze weg. Kijk, dachten wé» üat mankeeren we nog in Haarlem. Hoe de instructie luidt onzer vuilislieden, weten we niet. Maar het gebeurt, vooral in onze buitenwij ken, dat een massa papieren, kranten, vod den enz. dagen en dagen lang over en door de straten dwarrelt. Als er een verhuizing in de buurt is geweest, ziet men dat minstens twee weken lang aan de menigte vuilnis, pa pier, inpakrommel enz., die liggen blijft Waarom geen spijker aan een lat, en eeB jongen die daarmee den boel oppikt!.... HET SCHOUWBURG-AANBOD. De „Opr. Haarl. Ct." (St. Ed.) schrijft in denzelfden geest als wij over het kwart millioen schouwburgaanbod. Wij lezen in het nummer van gisteravond o.m. het navolgende: „De vraag doet zich voor: is hier ter stede behoefte aan een derden schouwburg? Deze vraag te stellen leidt onmiddellijk tot het stellen van een andere en wel of de gemeente verantwoord zat wezen de gé- néreuse gift van f 250.000 te aanvaarden onder het beding door den schenker ge maakt? Zeer zeker is het aanbod verleidelijk, doch vóór het te aanvaarden, dient toch wel on der het oog te worden gezien, waaraan de gemeente zal vastzitten zoodra zij een eigen schouwburg gaat exploiteeren. We hebben als uitgave voor meubilair en decors sommen hooren noemen van tusschen de f 75.000 en f 100.000. Nemen we aan, dat het f 80.000 zal we zen, dam komt het aanbod van den schen ker der f 250.000 ons met den grond mee te staan op minstens f 100000, waarvan aan rente per jaar een goede f 4500 zal moe ten worden opgebracht, ongerekend de kos ten van onderhoud, assurantie enz. enz. Die zijn wel uit de exploitatie te halen, zal allicht worden gezegd, het schouwburg bezoek zal wel toenemen, hoorden we reeds beweren, wanneer er maar eenmaal een mo dern ingerichte schouwburg zal wezen. Locli deze beweringen zijn alle als scho ten in de lucht, waarvan niemand kan zeg- gefi of ze werkelijk doel zullen treffen. Waar dit zoo is, waar de gemeente er financieel zóó slecht hij staat, dat zeker voor luxe uitgaven niet meer mag worden beschikbaar gesteld dan thans het geval is en aan riskante uitgaven dus niet ma" worden gedacht, zal de Raad goed doen allerernstigst te overwegen of in de zen stand van zaken het aangeboden ge schenk in de gevolgen misschien niet een hangijzer kan worden. Onze gemeente is reeds lang niet meer wat men noemt een luxe-stad, al wonen er dan ook personen die een kwart mil lioen kunnen wegschenken. Er zijn veel grootere behoeften, waarin allereerst moet worden voorzien, om er maar één te noemen hijvoorbeeld de Spoor- en Havenuitbreiding aan liet Noórder Spaarne. En nu moge het waar wezen, dat de exploitatie van een eigen schouwburg al licht slechts enkele duizenden guldens per jaar zal kosten, zoo lang aan de naastbij- liggende behoeften niet behoorlijk kan wor den voldaan, is volgens ons inzicht de ge meente niet verantwoord gelden uit te ge ven voor het in exploitatie nemen van een eigen schouwburg, waaraan de behoefte niet is gebleken. MUSEUM VAN KUNSTNIJVER.HEID In het Museum van Kunstnijverheid alhier zal de tentoonstelling van foto's der bouw werken van Hermann Muthesius Zondag as- voor het laatst te bezichtigen zijn. In de verzameling, bijeengebracht om d© verschillende teekeningen, die hii de versie- ring der stoffen worden toegepast, aan t© toonen, werd thans een hoogst zeldzaam stuk geplaatst, en wel een zakdoek met een merk waardig opschrift in 1726 door een Hollander op Ceylon vervaardigd en dat tot nog toe niet kon worden ontcijferd. Het vermoedelijk oud-Indisch opschrift werd volgers da daar bij gevoegde verklaring, overgenomen van een grafsteen, die zich bevindt bil of op den Adamspiek aldaar. De verzameling kunstnaaldwerken uit het Reuzengebergte blijft zeer de aandacht trekken en zal tot 15 Mei tentoongesteld blij ven. TREINBOTSING. Gisterenmiddag tien minuten voor half vijl is de trein uit Hoorn door verkeerden wis selstand op den trein geloopen, die gereed stond om naar Zandvoort te vertrekken. Om 4 uur 23 minuten kwam trein 580 uit Hoorn binnen op het vijfde spoor. Even te voren waren de twee wissels omgezet om een wagen met vee te brengen van het vijfde spoor op het vierde spoor, waar die wagen moest gebracht worden achter trein 455, die gereed stond om naar Zandvoort te vertrekken. Door den rangeerder is verzuimd de om getrokken wissels recht te zetten, maar d8 liulprangeerder had een van de beide wis sels al overgezet. De rangeerder verklaar de bij het onderzoek, gemeend te hebben, dat de hulprangeerder beide wissels had omgezet. Door den verkeerden wisselstand kwam trein 580, die op spoor 5 binnenkwam bij den niet rechtgezetten wissel op het ver bind ingsspoor naar het vierde spoor met het gevolg dat de locomotief een' ledigen eerste en tweede klasse personenwagen van den lZandvoortschen trein van terzijde aanreed. De wagen werd uit de rails gezet en raak te bekneld tusschen de locomotief en hef perron. ,Wij hoorden vertellen dat de wagen niet ledig was, doch dat er een dame inzat. Per soonlijke ongelukken hadden intussclien niet plaats. De heide treeplanken van den aangereden wagen werden gedeeltelijk afgerukt en het portier van een der compartimenten bescha digd. Locomotief 580 had geen schade. De uit de rails gezette wagen werd opgevijzeld met dommekrachten en door een locomotief weder op de rails gezet. De beschadigde wagen is naar de Cen trale Werkplaats gebracht. De dienst naar Zandvoort had maar weinig vertraging. Een geluk mag het boeten dat de Hoorn- sche trein niet veel vaart had. De reizi gers waren hevig geschrokken, zooals licht te begrijpen valt. LANDWEER OPKOMST. De landweerplichtigen, die voor opkomst on der de wapenen de oproepingsplaats per open haar middel van vervoer moeten bereiken moeten van vervoerbewijzen worden voorzien. Deze vervoerbewijzen moeten de belangheb benden aanvragen by het gemeentebestuur, dat ook voor den dag van opkomst vijf-cn- twintig cent daggeld daarbij kan uitbetalen. Een bulletin van onze Courant en waarom, ik de vlag uitsteek. Een vreemd present, en hoe leelijk of het is. De Amsterdamsche poort-kwestie, en hoe men hier een poort bouwt voor een oud hutje. Een pessimistisch oor deel, en een verzuchting over naïeve menschen. Etn bulletin van de „Nieuwe Haarlemsche": „De Koningin komt in de stad!" 't Maakte gis teren overal veel belangstelling gaande, en zoo «en we dat Hare Majesteit Haarlem toch niet vegeet. Al is het bezoek van a.s. Dinsdag maar officieus zooals dat heet, dat wil zeggen dat het zonder groot vertoon en eenigszins op hui selijke wijs zal worden gebracht toch zal Haarlem ongetwijfeld het vorstelijk echtpaar met eerbied en huldebetoon willen ontvangen Ik «teek alvast de vlag uit op dien dag, en u? Dat voor h yoor,de komst der Koningin liever dan die onM^ aut,e van een kwart miIlioen, dat wil aanbiedenroy e gever aan de stad Haarlem ÏÏgmfwatlouT een schouwbl»'g! Jegens, iwngtns, wat zou er met een kwart millioen heel wat te doen wezen en te verbeteren in onze stad Wat zouden we daar 'n macht nuttige en noodi- ge dingen mee kunnen doen, als die meneer zijn twee en een half honderdduizend guldens dan toch metterdaad kwijt wil! Maar voor een schouwburg, een ding dat zooals de redactie heel terecht zeide nóch noodig nóch nuttig is mw hi? mlfemde. Enfin, ik geloof dan ook dankbaar niet. djd onze gemeenteraad, hoe ankbaar ook gezind jegens een zoo vrijgevig man op dat aanbod zal ingaan, 't Zou eenduif paardje worden op stal: eFkomt natuurliik non heel wat bij, en dan al de soesah van een ü&- meentehjke exploitatie, die wel het onwensehe- lijkste is van wat men bedenken kan, tenzij de gemeente dien nieuwen schouwburg aan meneer van Gasteren zou willen verhuren, maar dan vraag ik me natuurlijk óók weer af, of daarvoor nu zooveel geld noodig is, waar de schouwburg in de Jansstraat in alle behoeften voldoet en altijd groot genoeg is. We zullen maar afwachten- er komt natuurlijk nog bij dat de bewoners van het Wilsonsplein allerminst ingenomen zijn met het voorstel om hen zoo'n vierkante kast voor de deur te zetten, men spreekt zelfs al van een „servituut". En ten slotte, ik ben in mijn quali- teit van leverancier van wekelijksche bijdragen aan deze courant natuurlijk óók wezen kijken op het Stadhuis naar de plannen van meneer van der Steur, en ik kan het hier niet verhelen, dat ze mij allesbehalve naar den smaak zijn. Ik vind het ontwerp voor het gebouw, als ik zeggen mag, foei-leelijk, althans wat de buitenzijde be treft, die mij het ine63* doet denken aan een synagoge. Een grapPenmaker hoorde ik gisteren al zeggen, dat 't ook een mooi gebouw zou we zen voor een lijkverbrandingsoven, wat ik óók niet kan tegenspreken. Een schouwburg, een schouwtoóneel zie ik nóch ia de motieven die in een vreemden poespas bijeengegaard zijn, nóch in het geheel van den gevel, waar die twee koperen halfbollen, als omgekeerde pauken, al heel gek op doen. En daarenboven zou dit ge bouw, in die omgeving, vlak bij onzen nieuwen Sint Bavo en bij het variëerende, frissche, hup- sche villakwartier achter de Tempeliersstraat, met z'n logge vormen raar afstekenin onze stad althans past zoo'n lomp gebouw heelemaal niet! Dan bouwt de heer Dumont kijk maar eens naar de nieuwe hoogere burgerscholen aan de Zijlvest karakteristieker en mooier gebouwen 1 Alles en alles onderschrijf ik ten volle wat onze redactie van de week al zeide: het is een mooie aanbieding, maar als die meneer van z'n kwart millioen beslist af wil, is het altijd beter te besteden dan aan zoo'n onnutten schouwburg, waar niemand eenige behoefte aan gevoelt! Ik sprak daareven over meneer Dumont, onzen knappen gemeente-architect, die met de ontwer pen voor de hoogere burgerscholen zich zulk een smaakvol bouwmeester heef) getoond; al is hij ook zooals méér knappe menschen 1 in het gebruik een beetje duur. Het spreekt vanzelf, 'dat ik bij het noemen van dien naam dadelijk nu denk aan zijn voorstellen tot doorhakking vanniet van de Amsterdamsche poort, maar van de poort-kwestie, die befaamde kwes tie, die al zoolang hangende was en al zooveel pennen, tongen en potlooden heeft in beweging gezet 1 De Amsterdamsche poort-kwestie is eigen lijk de kwestie van het maken van een beteren toegangsweg naar de binnenstad van de richting van den Amsterdamschen Straatweg uit. Wie met rijtuig of auto wel eens van Amsterdam kwam, weet hoe allermiserabelst die toegangs weg is. Of men nu de Heerenvest gaat, ofwel de Anthoniusstraat zich inperst, 't is akelig, en een vreemdeling die van die richting komende, Haarlem bezoekt, denkt zich in een provincie stadje van het allerminste allooi. Men heeft nu het kleinste bezwaar van alle: de doorgang door de Amsterdamsche poort zélf, verbeterd: er komt een flinke brug naast de poort Maar het grootste bezwaar: de toegang tot de stad, blijft onverbeterd en tot later uitgesteld! Dat is wel een gek ding, want ik voorzie dat we nü doen zooals iemand die een héél groote poort bouwt voor een oud hutje, en er dan nooit meer toe komt om dat hutje door een paleis te vervangen', dat bij die poort past, zoodat iedereen die de poort doorgaat, een allerverschrikkelijksten tegen valler voor zich ziet! We hebben uit de krant vernomen, dat er eigenlijk wel een plan is om j dat hutje tot een fatsoenlijk huis te maken, ol duidelijker gezegdom den toegangsweg tot de stad van de Amsterdamsche poort af royaal en onzer stad waardig te maken, maarvan düt plan-Dumont zijn de gemeentenaren weer een^ koud gebleven en niemand ziet er wat van, voor» dat een onderdeel ervan (de brug, die nu -ge* bouwd zal worden) in den Raad in bespreking kwam. Heel rich tig is dat niet, maar ik houd hef met een van de ambtenaren van onze gemeente, die mij deze week zeide dat er in de eerste tien jaren van zoo'n groote doorbraak en onteigening en aanleg van een nieuwen verkeersweg toch niets komen kan, zoodat het eenerlei was, of hef „plan" nü bekend werd of nooit! 't Is een beetj pessimistisch gedacht, maar wie de financie van de gemeente even erbij in de gedachte houd zal wel tot hetzelfde resultaat komen. en.;, daarbij zich nog méér verbazen over de op vlakkige naïeviteit dergenen die nog tisch gestemd zijn ten opzichte van dat schouwburgplan van een kwart millioen, pt wat de gemeente erbij zal hebben te betalen I 9 MÉV Vi»u 1010 400 300 00 15 Zoo als liet licht dooi- die lucht hangt, zoo moet ons lieele leven en streven doortrokken CCCXLIII.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 1