Wstenswaarlig Allerlei.
Wetenschappelijke Berichten.
Sociale Berichten.
Rechtszaken,
GEZONDHEIDSCONGRES.
Te Maastricht werd .Vrijdag geopend het
Nederlandsch Congres voor openbare gezond
heidsregeling.
De openingsrede werd gehouden door den
voorzitter, mr. dr. A. F. baron Van Lijnden.
De voorzitter heette den burgemeester van
Maastricht, den heer L. B. J. v. Oppen, in het
bijzonder welkom, evenals de andere autoritei
ten van land, provincie en gemeente.
De penningmeester, de heer Mortier Hij
mans, vertoeft buitenslands. Zijn verslag zal
het volgend jaar worden uitgebracht.
De vergadering werd voor een deel bijge
woond door den commissaris der Koningin in
de provincie Limburg.
Daarna is aan de orde:
Lichamelijke ontwikkeling.
Inleiders: dr. O. Scheltema, buitengewoon
hoogleeraar in de kinderziekten aan de rijks
universiteit te Groningen; W. H. Nijsten, in
specteur voor de lichamelijke opvoeding, te
's-Hertogenbosch.
Kaar aanleiding der praeadviezen van Dr.
Scheltema en den heer W. Nijsten ontspon
zich een aangename discussie, waarna door
den heer I. A. van der Kloes, hoogleeraar
in de kennis en het onderzoek van bouw
stoffen enz. aan de Technische Hoogesehool
te Delft, werd gesproken over: „Mortel, de
oorzaak van de vochtigheid der woningen."
Tot lid van het bestuur werd gekozen (va
cature-Baron van Lynden), Mr. H. L. Drucker,
oud-hoogleeraar, lid van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal, buitengewoon lid van den
Centralen Gezondheidsraad, te 's-Gravenhagö;
terwijl Dr. W. P. Ruysch werd herkozen
(respectievelijk met 105 en 104 van de 115
uitgebrachte stemmen.)
Na afloop dezer vergadering werd door
meerdere deelnemers aan liet Congres te half
vijf ure een bezoek gebracht aan de Röntgen-
inrichting ïn het gesticht de Calvariënberg.
Het congres is Vrijdagavond te half negen
in de groote hal van het Stadhuis officieel
ontvangen door het college van B. en W.
den secretaris en gemeenteraadsleden.
De burgemeester, mr. L. B. J. van Oppen,
heette allen namens het gemeentebestuur har
telijk welkom.
Zaterdag werd het Congres voortgezet.
Namens de commissie van advies, bestaande
uit de heeren dr. H. Markus, leeraar aan de
rijksveeartsenijschool te Utrecht; dr. J. Poels,
directeur van de rijksseruminrichting te Rot
terdam; H. B. J. van Rijn, burgemeester van
Venlo; dr. P. M. J. M. E. Woltering, hoofd
inspecteur van de volksgezondheid te 's-Her
togenbosch, nam dr. Markus het woord, die
in een uitvoering betoog de historische ont
wikkeling van het toezicht op de vee- en
vleeschkeuring in liet licht stelde.
Daarna werd het praeadvies dezer heeren
voorgelezen. i
Ook hierover ontspon zich een gedachten-
wisseling.
Gedurende deze vergadering brachten en
kelen der congressisten een bezoek aan de
porseleinfabriek de Ceramique of aan het
rijkslandbouwproefstation.
In de middagzitting werd behandeld: „De
bestrijding van de vervuiling der openbare
wateren, in verband met de wetsontwerpen:
Riolenwet en Hinderwet,,' Praeadviseurs wa
ren de heeren Jhr. Mr. Dr. E. A. van Be-
lensteijn, burgemeester van Veendam; Mr.
Dr. O. J. H. Schepel, president van het Hoog
Militair Gerechtshof te Utrecht; Dr. P. M. J.
M. E. Woltering, hoofdinspecteur van de
.Volksgezondheid in 's-Hertogenbosch.
NATIONALE WONINGSRAAD.
Zaterdagmiddag is te Amsterdam onder
voorzitterschap van den heer H. C. A. Henny
de eerste jaarvergadering van deri „Nationalen
Woningraad" gehouden.
Het jaarverslag werd goedgekeurd en de
begrooting voor 1914 werd vastgessteld.
Bij de gehouden bestuursverkiezing wierden
tot bestuursleden herkozen de heeren H. O.
A. Henny, E. Kupers (beiden Amsterdam), mr.
D. Hudig (Santpoort), en voorts voor Zeeland
de lieer M. L. Laernoes te Vlissingen, voor
Noord-Brabant mr. R. Tilman te 's-Hertogen
bosch, voor Gelderland de heer W. C. Ar-
riëns te Angerlo, voor Overijsel mr. dr. H.
van Groenendael te Zwolle, voor Drente de
heer A. Bruintjes te Koevorden, voor Gronin
gen mr. P. A. Zeven te Wildervank, voor
Friesland in de plaats van den heer J. Post,
die bedankte, de heer J. J. Woidringh, bur
gemeester van Kollummerland, voor Zuid-Hol
land mr. v. d. Pot te Leiden en L. Kapaan
te Delft.
Betreffende bet voorstel van de R. K. bouw-
vereeniging „St. Joseph" te Bussum om zich
Eer adres tot de regeering te wenden met
et verzoek om het 'mogelijk te maken dat,
waar zulks noodig blijkt, toestemming worde
verleend tot het bouwen van arbeidswonin-
gen door „toegelaten" bouwvereenigingen in
de z.g. '„verboden kringen", in de omgeving
der forten en vestingwerken, werd na eenige
gedachtenwisseling besloten om het bestuurt
opdracht te geven een onderzoek nopens deze
aangelegenheid in te stellen ten einde daar
over later te rapporteeren.
den.
VAN ELDERS.
FAILLISSEMENTEN,
Failliet verklaard:
5 Juni. L. Everts, kóperslsager, Tilburg
10 Juni. N.V. Bouwmij. Van Hogendorp-
atraat .VI, Amsterdam, kantoor houdende bij
haren dir. E. van Oostvcen, Prinsengracht
560.
11 Juni. L. J. Boogert, bakker, Nijmegen.
W. B. Uittenliout, koffiehuishouder, Lei-
H. A. Brunklaus, koopman in manufac-
turen, Alkmaar.
W. A. Venrooy, koopman in manufac
turen, Grootebroek.
12 Juni. De nalatenschap G. van den Heu-
ve/1; m l6ven koopman, Werkendam.
j 'Y cloor homologatie van het ak
koord het faillissement G. F. Busch, koop
man en winkelier, Zutphen; door het ver
eend worden der uitdeelingslijst het fail
lissement P. Koppe, Amsterdam.
vi;JYg e h 6 v e n de faillissementen S. van
va_ Tw?Cn' zonder beroep, Ginneken; P. J.
Tortrnhmff11' s:Gravenhaee; W, Stam, bakker,
•«-Gravenha'ge Vaa Da,en' «teenhouwer,
EEN POMPEJI IN HET NIJLDAL.
In een drukbezochte vergadering van het
Egypt Exploration Fund te Londen heeft naar
de „N. R. O." meldt, prof. Sayce een over
zicht gegeven van de jongste ontdekkingen
in het Nijldal.
De afgeloopen winter is in dit opzicht bui
tengewoon vruchtbaar geweest en in liet Nijl
dal hebben mannen van de meest verschillende
nationaliteiten opgravingen verricht. Men be
hoeft zich niet voor te stellen, dat de oud
heidkundige schatten in Egypte binnenkort
uitgeput zullen raken. Zelfs boven den grond
zijn nog ontdekkingen te doen. Verleden jaar
vond Sayce zelf enkele mijlen van het ge
zochte Assoean Latijnsche opschriften, die in
Egypte zeldzaam zijn, op de steenen van
twee Romeinsche forten, die men nog1 nooit
had opgemerkt.
De twee groote ontdekkingen van het sei
zoen zijn geweest die van het Osireion te
Abydos door prof. Naville en van de praalgra
ven en kostbaarheden van Senoesert II te
Lahoen door prof. Flenders Petrie.
De kleinoodiëin van Senoesert, die gelij
ken op die uit denzelfden tijd welke de Mor
gan te Dahsoer gevonden heeft, zijn buiten
gewoon schoon, en het 'Osireion doet ons weer
beseffen hoe gegantiseh en grootsch de schep
pingen van de vroege Egyptische kunst zijn
geweest en het gemak waarmee ontzaglijke
steenmassa's werden behandeld.
Te Thebe vonden Lord Carnarvon en Ho
ward Carter samen den ingang van het ver
loren graf van Amenhotep I; het graf zal ko
mende jaar geopend worden. Te Tel-el-Amar-
na zijn de Duitschers voortdurend aan het
werk geweest in de bouwvallen van de oude
stad. Onder leiding van dr. Borchardt hebben
hun vondsten ons vertrouwd gemaakt met
den bouwstijl en het leven van de Egypte-
naren van 3000 jaar geleden. Het leven van
den hoogen stand in dien tijd leek opmerke
lijk veel óp het onze; zelfs vond men in
de huizen der gegoeden eigen badkamers en
haarden.
In de werkplaats van een beeldhouwer vond
men twee hoofden van prinsessen, buitenge
wone kunstwerken, die de schoonste voor
beelden van de Grieksche kunst evenaren.
Dr. Borchardt's merkwaardigste ontdekking
was misschien een tafel met den tekst van
het oudst- bekend politieke tractaat. Het
werd gesloten tussclien den Pharao van Egyp-
tfe en den eersten koning der Hittieten in
Klein-Azië, meer dan honderd jaar voor het
tractaat tusschen Ramses II en een lateren
I-Iittieten-vorst tot stand kwam.
In Soedan zijn ook belangrijke ontdekkingen
gedaan. Te Kerrna, ten N. van Dongola, deed
dr. Reisner er zelfs een die een geheel nieuw
inzicht in de geschiedenis geeft. Hij kon aan-
toonen, dat Egypte het noordelijke gedeelte
van Soedan reeds in den tijd van het Oude
Rijk in bezit had, en dat die bezetting zich
niet alleen uitstrekte door den tijd van het
Midden-Rijk (de twaalfde en dertiende dy
nastieën), maar tot aan het einde van de
Hyksos-periode. Dr. Reisner vond vele graven
van soldaten, die met hun bronzen zwaard
tusschen de beenen begraven waren; de graf
heuvels boven hen waren versierd met figu
ren van witte en zwarte steentjes, waarmee
de hedendaagsche Soedaneezeïi nog de 'graven
der dooden versieren. Men heeft ook over
blijfselen van menschenoffers gevonden; lij
ken van blijkbaar gewurgde mannen en vrou
wen, die opgestapeld waren om de leger
stede waarop het geraamte van den doode
lag.
Prof. Garstang's werk te Meroe bepaalde
zich echter in den afgeloopen winter voorna
melijk bot de Koninklijke Stad, een uitgestrek
te afgesloten plaats binnen de eigenlijke stad,
waarvan zij gescheiden was door een prach-
tigen muur van gehouwen steen, die op som
mige plaatsen 15 voet dik is. Hier heeft hij
een .Afrikaansch Pompeji aan het licht ge
bracht, met zijn paleizen, particuliere huizen,
openbaie baden en straten. De voornaamste
ontdekking van het seizoen was een obser
vatorium op den bodem, niet van een welput,
maar van een onderaardsche badinrichting,
een ideale gelegenheid voor astronomische
waarnemingen in een warm klimaat. Het was
blijkbaar ingericht naar het model van het
beroemde observatorium te Assoean, waar de
omtrek van de aarde het eerst bepaald is,
en verklaart ook wat de „welput" daar eigen
lijk geweest is.
DRAADLOOZE MISTSIGNALEN.
Het tijdschrift „Wireless World", uitgegeven
door de Marconi-Mij., maakt melding van een
interessante nieuwe uitvinding, die wel in staat
schijnt, de kans op vreeselijke catastrofen, als nu
onlangs met de „Empress of Ireland" passeerde,
belangrijk geringer te maken. Het is een draad
loos mistsignaal. Sedert eenigen tijd hebben des
kundigen proeven in de practijk genomen met dit
apparaat, welks signalen tot op grooten afstand
opgemerkt kunnen worden. Het draadloos tele-
grafie-apparaat is verbonden met een acetyleen-
kanon, dat genoeg gasvoorraad bevat om 400
uur lang elke minuut drie büksemsignalen en
drie knallen af te geven, te zamen dus 70,000
signalen, en dit zonder opnieuw te zijn geladen.
De moeilijkheid bestond tot dusver hierin, te ver
hinderen, dat de signaal-kanonnen door de
draadlooze berichten van passeerende schepen in
werking zouden worden gebracht. Dit gevaar is
nu echter overwonnen. Een dergelijk apparaat
voor mistsignalen in dienst der spoorwegen is
eveneens uitgewerkt en naar alle waarschijnlijk
heid zal het in de plaats treden van het systeem,
dat tot nog toe gebruikt werd.
WAT MEN VAN WALVISCHOLIE MAAKT
Het vleesch der walvisschcn, waaruit in
Noorwegen aan boord dor walvischva-arders
in persketels liet grootste gedeelte der olie
uitgeperst is, woidt in droogschuren ge
bracht en op 300 a 400 gr. c. verhit en
gedroogd. Daarop wordt liet, naar Ofterdahl
in het „Pharmaceutisch Zeilschr." bericht,
tot kleine stukken verbrokkeld en in een
pers aan oen sterken druk blootgesteld, om
de zich nog in het vleesch bevindende olie
resten te verwijderen. .Van hier uit gaat liet
nogmaals in een droogtoestel en eindelijk
in den molen, waar het tot een fijn poeder
vermalen wordt. Van daar komt het nog
warm op het dek van het schip tot afkoe
ling, wordt daar gezeefd en in zakken ge
daan. De beenderen worden met een stoorn-
zaag in kleine stukken gesneden, in droog-
apparaten gedroogd, gemalen, 'doorgezeefd en
in zakken gedaan. Beendereumeel en
vleeschmeel worden dan in bepaalde ver
houding gemengd en blijken een uitmunten
den mest op te leveren, die niet meer dan 2
a 3 pet. vet, ongeveer 12 pet. stikstof en
14 a 15 pet. fosforzuur bevat.
Giano van dit fabrikaat wordt gewoonlijk
met 1012 Mark de 100 K.G. betaald.
Uit een walvisch van gemiddelde grootte
kan men 4050 «akken van 100 K.G. be
reiden.
Nog pas 10 a 15 jaren geleden werd de
walvischolie uitsluitend in looierijen en als
toevoegsel aan smeerolie gebruikt. Slechts
een klein deel van den voorraad gebruikt
men voor de zeepfabricatie. Toen begon men
de olie in glycerine en vetzuren te splitsen,
daar bet verbruik van glycerine voor de fa
bricatie van dynamiet, dat men bij het gra
ven van het Panamakanaal in belangrijke
hoeveelheden noodig had, zeer in prijs ge
stegen was. Toen echter de glycerine-prij-
zen weer daalden, werden verscheidene fa
brieken tot stilstand gebracht en daarmede
daalde ook de walvischolie in prijs.
Nu is men in den laatsten tijd weer begon
nen die olie met waterstof te harden. Een
fabriek in Noorwegen hardt in 24 uren 150
ton olie en levert een walvischvet met een
smeltpunt van 40 tot 50 gr. C. Electroly-
tisch gewonnen waterstof wordt daarvoor ge
bruikt en bet aldus verkregen vet is zuiver,
reuk- en smakeloos en bevat alle natuur
lijke bestanddeelen van de walvischolie. Het
vet wordt hoofdzakelijk voor de zeepfabrica
tie aangewend. L. D.
DE ZILVERSCHAT VAN EEN BANKIERS
HUIS.
Dezer dagen verkoopt men te Londen bij
Christies de rijkdommen aan zilver, die men
uit de vuurvaste kelders der Goutts Bank voor
den dag had gehaald. Het is het tafelzilver van
een vorst onder de kooplieden, de roest van
meer dan een eeuw ligt er op. Er is één prach
tig sierstuk bij, dat met z'n gedreven klimop
bladeren, en bacchische figuren, stellig wel
15000 gulden waard is. Machtige kandelabres
met wijnloof, druiven en de figuren van Venus
en Adonis schijnen eerder uit den Griekschen
heldentijd dan uit onze nuchtere eeuwen afkom
stig. Door de geschiedenis van deze zilverschat
weeft zich een weinig romantiek heen.
De bank werd opgericht in de zeventiende
eeuw, doch kwam pas na 1778, toen Thomas
Coutts de leiding nam, goed tot bloei: Bij zijn
dood liet hij zijn vrouw een vermogen van 20
millioen na. Het zilver bleef in de familie Coutts
Het kwam in het bezit Van het lievelings-klein-
kind van den bankier, Miss Angela Burdett,
die als Barones Burdett-Coutts wereldberoemd
was om haar milddadigheid en haar vriendschap
met Koningin Victoria. Voortaan vertegenwoor
digde zij het bankiershuis, het oudste Westend-
House, waarmee alle koningen uit het Huis
Hannover in financiëele relatie hebben gestaan.
Thans is de bank in een modern gebouw ge
vestigd, waarheen allerlei kunsttukken zijn
overgebracht, als rijkgebeeldhouwde schoorsten-
mantels en deuren, Chineesche tapijten, enz.
HET DESINFECTIEVERMOGEN VAN
METALEN.
Door een groot aantal proeven is aange
toond, dat metalen en hun verschillende legee
ringen, zooals gemunt geld, vlug en afdoende
de kiemen vernietigen. Koper bleek steeds het
bacteriën-dooden vermogen het sterkst te bezit
ten. Daarna komen messing, zilver en goud;
hierbij sluiten zich de andere metalen in afda
lende verhouding aan. Vaak heeft men zich af
gevraagd, of metalen slechts in zuiveren, dus
schoongepoetsten toestand of ook bedekt met
een laag oxyde en vuil over dit vermogen zou
den beschikken. Prof. Bitter weet thans aan te
toonen, dat de smerigste cent en de deurknop,
die in geen maanden met poetspomade in aan
raking kwam, evengoed de ziektekiemen dooden
als nieuwe, nooit gebruikte voorwerpen van de
zelfde samenstelling.
Wij zien dus, dat we in de metalen gebruiks
voorwerpen uitstekende kiemdooders bezitten en
dat men nu niet meer vies behoeft te zijn van
het geld, ontvangen uit de hand van slager of
kolensjouwer. Zelfs desinfecteeren de meest
gebruikte munstukken het best! Inmiddels moet
men toch bij epidemiën rekening houden met de
mogelijkheid, dat ziektekiemen kunnen worden
overgedragen. Juist tinnen stalen eetgerij
desinfecteeren het minst, evenals iizer en ge
ëmailleerd blik.
HET BIJENGIF TEGEN RHEUMATIEK.
Een. eigenaardig middel tegen rheumatiek en
jicht is door cjr. Tere uit Marburg gevonden;
hij gebruikt den bijensteek als geneesmiddel.
Deze methode, die als krachtig wapen tegen
een der hardnekkigste ziekten beschouwd
wordt, wordt in de „Umscliau" beschreven.
Een rheumatisch persoon reageert op een
steek der bij geheel anders dan iemand, die ge
zond is. Terwijl bij een gezond mensch de ge
stoken plek opzwelt en rood wordt, vertoont
zich bij een dergelijken zieke hoogstens een
roode plek; ook wat de nawerking van een
bijensteek betreft, is deze geheel verschillend.
Bij een gezonde treedt rillerigheid, duizelig
heid op, bij eeu rheumatiek of jichtlijder echter
niet. Veeleer voelt hij na een eersten steek eene
weldadige verlichting van zlin pijnen en ver-
giftigings verschijnselen treden eerst na vole
steeken op. Ts het dus reeds eene belangrijke
ontdekking wat betreft het stellen der diag
nose, de gunstige resultaten zij" n°S van meer
belang en bepaald verrassend. Ziekten die bü
oudere kuren geen baat meer vonden, zijn door
bijensteken genezen. Bij ernstige en verouderde
gevallen moet het middel wel in ..sterker dosis
toegediend worden. Vele patiënten ontvingen
maandenlang 150 bijensteken per dag en in het
geheel 10.000 tot 15.000 tot ze genezen waren.
Voor minder ernstige gevallen zijn „slechts"
1000 tot 2000 steken noodig- De patiënten
geven gewoonlijk de voorkeur aan den steek
van de bij boven eene kunstmatige inspuiting
van bijengift. zegt het „U.D.", zij zijn veel min
der gevoelig voor den steek dan gezonden.
Van andere zijde wordt gemeld:
Om te bewijzen, dat een bijensteek het pro
bat urn is tegen rheumatiek, liet een Amerikaan
genaamd Frank Mc. Glynn zich door 100 bijen,
dio zoo kwaad mogelijk gemaakt waren, zooveel
het hun lustte, steken. Deze heldhaftige demon
stratie had plaats in de bijenschuur van W. A.jvan vilten pantoffels te verhelpen. Door goea
Leizer, aan den ouden York Doad, te Jenking- te ventileeren en nu en dan even op te staan
ton, waar meer dan 2000 bijenkundigen uit alle en een diepe ademhaling te maken, kan men
deelen des lands tot eene conventie wareu zichzelf veel nut doen. Is in een locaal geen
saamgekomen. j goede ventilatie en kan dat niet verholpen
Mc Glynn vertelde, dat hij jaren lang een j worden, dan kan men om de 2 a 3 uur eens even
slachtoffer geweest was van rheumatiek, dat j flink spuien, want ook hier is een half ei beter
hij twee jaar geleden het ongeluk had, een dan een leege dop.
bijenkorf om te werpen, hoe de verwoede bijen j Heeft men een ganschen dag stil gezeten,
hem waar ze maar konden, staken, tot hij ge- dan moet men 's avonds geen afleiding zoeken,
heel onherkenbaar geworden was. Vreemd ge
noeg den volgenden dag had hij zijn wonden
nog, maar de rheumatiek was hij kwijt.
Mc Glynn vernam van een geneesheer, dat het
vergif der bijen waarschijnlijk als een tegen
gift tegen het „uric acid" in het bloed had gc-
waarbij de zenuwen worden ingespannen, waar
bij veel alcohol gedronken wordt of waardoor
men lat naar bed gaat. Na geestelijke inspan
ning heeft men meer rust en slaap noodig dan
na lichameiijken arbeid.
Om gezond te zijn en te blijven, moet men 8
werkt. Toen de oude kwaal opnieuw boven uur slapen men moet dus iets langer
kwam bestelde Mc Glynn een 12tal bijen uit een
bijenschuur en smaakte het genoegen te onder
vinden, dat het middel nogmaals afdoend bleek.
Nu verbaasde hij al de aanwezigen, door
zijn rug te ontblooten en een 1^)0-tal bijen uit te
'tarten om hun best te doen.
WAAR MEN WEL EENS MBER AAN
MOCHT DENKEN.
De waarde van onzen intellectueelen arbeid,
zoo schrijft het weekblad „Molenschot," neemt
af, naar mate wij langer doorwerken. We ver
liezen dus niets, als we arbeid en rust laten
afwisselen."
Wanneer we voorovergebogen zitten te
schrijven of te lezen, kunnen we slechts zeer
oppervlakkig ademhalen, terwijl toch diepe
ademhalingen meer noodig zijn dan spijs of
drank. Een slechte gewopute is het ook lang
met over elkaar geslagen knieën te zitten, voor
al als daarbij nog één been tusschen het andere
been en den onderkant van den lessenaar ge
kneld wordt.
Sommige studeerkamers of kantoorlokalen
zijn in den regel veel te warm of worden te
slecht geventileerd, terwijl de verlichting veel
vuldig te wensehen overlaat. Soms hangen de
lampen zeer dicht boven de hoofden der wer
kers en is de grond koud, zoodat de gulden
regel: „warmo voeten en een fi'isch hoofd" om
gekeerd wordt.
Een zittende levenswijze veroorzaakt nog al
eens een lijden der buikorganen, waarvan
aambeien en trage ontlasting bekende voorbeel
den zijn. Meer nog vinden we hier de oorzaak
van kleine, voortdurende, ongesteldheden, die
men in het dagelijksche leven geen ziekten
noemt- Kinderen kunnen natuurlijk blijvend
geschaad worden, men denke aan ruggegraats-
verkromming, bijziendheid, algemeene zwakte
en groote vatbaarheid voor infectieziekten.
Gelukkig behoeft men beroepen, die met
een zittend leven gepaard gaan, niet als gevaar
lijk te beschouwen, daar men voldoende vc
zorgsmaatregelen nemen kan.
Wie 's ochtends even vóór 8 uur en even
vóór 9 uur door een groote stad wandelt, ziet
een groot deel der straatbevolking zich in
groote haast voortbewegen. Op een drafje ziet
men dames, heeren en kinderen trams naloopen
of zij gaan, als ze een tram verlaten, er op een
holletje van door. Komen zij langs een klok,
dan worden daar angstige blikken op geworpen
en slaat de klok, dan wordt een extra sport ge
nomen.
Ieder wordt natuurlijk wel eens opgehouden
of verlaat zich wel eens op de een of andere
wijze, maar waarom wellicht 't grootste deel
van het kantoorpersoneel en der schoolkinderen
altijd „bijna" te laat is, is psychologisch raad
sel.
Het eerste vereischte voor het ontbijt is
„tijd". Geen voedsel kan verteren, als het in
haast gebruikt wordt, wanneer het niet ge
kauwd en met speeksel vermengd is. De kinderen
moeten dus vroeg, genoeg op staan. De kamer
waarin ontbeten wordt, moet geventileerd,
liefst „aankant" en 's winters verwarmd zijn.
Ook is het niet bevorderlijk voor den eetlust,
het ontbijt op een blad op de slaapkamer te la
ten brengen. Voor de dienstboden mag dit ge
makkelijk zijn, flink eten doen de kinderen er
niet door.
"Voedsel, met tegenzin gebruikt, verteert zeer
slecht. Volwassenen gebruiken maar zelden, en
dan nog zeer weinig spijzen, die hen niet sma
ken. Geeft dan ook de kinderen, voor zoover
dit mogelijk is, zonder hen te schaden, dat voed
sel dat hun het beste smaakt en in dien vorm
als hun het liefst is. Een of andere meelspijs
in melk gekookt is voor het ontbijt der kinde
ren aan te bevelen. Lust uw kind liever maï
zena dan griesmeel, geeft dan maizena, ook
al hebt ge hooren zeggen, dat het griesmeel of
een andere meelspijs voedzamer is. Mocht uw
kind het griesmeel dat geklonterd, of de mai
zena, die aangebrand is, willen laten staan,
dwing het dan niet de pap te eten. Niet het
kind, maar zij, die de pap roeren moest, heeft
schuld. Het is eene op verkeerde bespiegelingen
berustende dwaasheid te meenen, dat hierdoor
do kinderen verwend zouden worden.
Zorgt ook voor afwisseling in de spijzen.
Het gebruik van eieren is in de grooiperio e
wenscholijk, maar nu moet men. niet maan en
achtereen gekookte eieren geven, oor telkens
gedurende een week b.v. gekookte eieren, dan
weer eens spiegeleieren, omelette enz. te geven,
vermeerdert men de eetlust der kinderen en
dus ook dë spijsvertering en hun groei.
Jonge kinderen moet men geen koffie of
thee geven. Deze genotmiddelen worden eerst
voedzaam door toevoeging van suiker en melk.
Het is dus zeker een paskwil koffie of thee
zonder suiker aan kinderen te geven. In minder
mate, maar toch eenigszins, is dit geval met
brood en boter. Hoe voedzaam brood ook is,
droog of slecht gesmeerd brood kunnen kinde
ren haast niet slikken en boter, .d.i. vet, is ook
noodzakelijk voor onze voeding.
Wanneer men tijdig opstaat, niet overhaast
ontbijt en op zijn gemak naar het kantoor of
school wandelt en niet tramt, komt men daar
toch veel prettiger aan. Men heeft dan gezonde
lichaamsbeweging gehad, juist noodig voor
hen, die een groot deel van den dag moeten
zitten. Is op het kantoor de vloer koud, dan is
dat door een kleedje, een voetenbankje, een
zooltje in de schoenen of door het aandoen
°P
zijn slaapkamer zijn.
De Zon- en feestdagen en de vacantia moet
men niet besteden, zooals geschiedt, aan gefor
ceerde wandel- of fietstochten. Rust na arbeid!
Men vermijde de eenzaamheid, ook zij, „die
zich alleen niet vervelen," maar men zoeke
prettig gezelschap, zoodat men nieuwe gedach
ten krijgt en zijn geest verfrischt.
WIE IS STERKER, LEEUW OF TIJGER?
Het is eenmaal een verbeide meening', dat
de tijger tegenover den leeuw als „koning;
der dieren" wel het onderspit zou moeten
delven. Nieuwe feiten en onderzoekingen
echter doen dit sterk betwijfelen. Zoo vond
zeer onlangs in den dierentuin te New-York
in tegenwoordigheid van honderden toeschou
wers en vele bewakers, die tevergeefs tracht
ten de vechtenden te scheiden, een verbit
terde strijd tusschen den driejarigen, sterken
Nubischen leeuw „Huerta" en den prachü-
gen jongen Behgaalschen koningstijger
„Rajah" plaats, waarbij na urenlang worste
len de tijger den leeuw ben slotte den rugge-
graat stuk beet en hem op de plaats doodde.
Een dergelijk tooneel speelde zich voor ver
scheiden jaren in den Londenschen dieren
tuin af, waar een jonge tijgerin een grooten
leeuw, met. wien zij bijna twee jaar de gevan
genisschap vreedzaam in één kooi had ge
deeld, in een plotselingen aanval van woede
worgde.
Volgens een uitvoerige statistiek, door den
Engelsehen natuuronderzoeker Rowland
Ward gepubliceerd, bereikte de grootste, be
kende door Goring Jones in Bengalen neer
gelegde en nauwkeurig gemeten tijger een
lengte van tien voet zeven duim en woog bij
na vijfhonderd pond, terwijleen iets kleinere
door denzelfden sportman in de middenpro
vincies van Indië doodgeschoten tijger zelfs
zevenhonderd pond woog. De „record-leeuw",
die door den reiziger Wanghan Kirby in
Britsch-Zuidoost-Afrika gedood werd, wast
tien voet vijf duim lang en indien zijn ge
wicht ook ai niet nauwkeurig werd vastge
steld, andere, neergelegde kolossale leeuwen
wogen nooit meer dan vijfhonderd pond, de
meeste zelfs belangrijk minder. De tijger is
alzoo reeds als men alleen lichaamsilengtie
en gewicht laat gelden, de meester van den
leeuw en alle jagers van den lateren tijd, die
volwassen exemplaren van beide soorten In
vrijheid konden gadeslaan, stemmen met el
kaar overeen in hun verklaring, dat het Azia
tische roofdier zijn gelen bloedverwant doori
snelheid en kracht-van-aanvallen verre over
treft.
DE VERWEKKER VAN MOND- EN
KLAUWZEER.
Herhaaldelijk zijn den laatsten tijd berichten
opgedoken, dat de verwekker van het mond- en
klauwzeer nu toch inderdaad ontdekt was. De
Regeeringsraad Wehrie en prof. dr. Zwich heb
ben nu ten behoeve van den Duitsche Kaiserl.
Gesundheitsambt onderzocht, wat er voor waars
was aan die berichten. Hun is daarbij gebleken,
dat nóch de zytorrhijktescokken van dr. Siegel,
noch door het bacterium van dr. von Rieszen
bij contrölevee mond- en klauwzeer verwekt kon
worden. Wat de eerstgenoemde bacteriën betreft,
bleek verder, dat de er mee ingeënte dieren ook
allerminst immuun waren; toen de eens of twee
maal met zytorrhijktescokken geënte dieren drie
weken later geënt werden met lymphe van mond
en klauwzeer, werden zij nl. ter dege door deze
ziekte aangetast, sommige zelfs en dan de niel
met Siegel's cokken geënte controlekoeien.
Het bacterium van dr. von Rieszen bleek nota
bene een mengsel van bacteriënsoorten te zijn;
de verwekker van het mond- en klauwzeer was
dus niet eens in reincultuur verkregen, gesteld,
dat hij onder het allegaartje aanwezig was.
Ten slotte memoreeren we nog, dat een door
Zöffler uitgevonden serum tegen mond- en
klauwzeer gebleken is onwerkzaam te zijn tegen
deze ziekte. We staan tegenover deze aandoe
ning momenteel nog even hulpeloos als jaren te
voren, en wat de kennis betreft ten aanzien van
den verwekker der kwaal staat het er al niet
veel beter bii.
(Tel.)
Uitlotingen,
2 POT. LOTEN ANTWERPEN 1903.
Trekking van 10 Juni.
Seriën.
332 2950 5304 5706 9340 11072 11940
12361 16012 17449 19805 21210 22641 23308
25135 26127 26388 27697 29870 29967 31581
33932 34374 34489 35052 36248 36598 37033
37913
Hoofdprijzen
Serie No. fr. Serie No. fr.
17449 5 ÏOOO 21210 15 100000
22641 2 25000 33932 14 600
33932 17 500
Serie No.
5304 10
11940 24
23302 25
34374 6
Serie No.
5804 1
19805 21
26388 1
31581 11
36248 10
3e volgende ad fr. 200.
Serie No. Serie No.
5706 22
12361 20
26388 24
36248 16
9340 18
22641 9.
31581 a
37033 84
Seri» Ni
11072
2264J l|
83932 1
ffc
de volgtende ad to
SeWe N<j. Seri® Np.
9340 16
21210 11
J29870 1
3158i !a
36598 19
12361 71
22641 11
31581 1
35052 22
37033 10
Seri»
16012
23802
31681
86248
37083
De overige nos. in bovenstaande Seriën vair'
vat elk fr. 110.
Betaalbaar 1 Mei.