STADSNIEUWS. Wel ontvangen sommige cursussen, b.v. tee kencursussen enz. subsidie. Van onze patrona ten ontvangen op eenigerlei wijze subsidie van het Rijk 40, tot een gezamenlijk bedrag van 11,942.40, van de Provincies wordt door 24 patronaten aldus indirect subsidie genoten tot een bedrag, gezamenlijk van f .2570.50 en van de Gemeenten krijgen 30 patronaten f 6897.89, dus een totaal van f 21512.79. Dit bedrag moet voor de verschillende doeleinden, waarvoor het moet besteed, aldus worden verdeeld: voor tee- kenscholen f 18615.50, voor herhalingsonder- wijs f 3045.29, voor tuinbouw-onderwijs f 750. 16 Patronaten beweren een eigen gebouw te hebben. De indeeling in klein en groot patro naten bestaat bij 92 patronaten. Geen scheiding naar leeftijd bestaat bij 73, terwijl bij 12 patro naten wordt opgegeven een indeeling in klein-, midden- en groot-patronaat. Bij deze laatsten sluit aan het groot patronaat, de gezellen-ver- eeniging, als tusschenschakel tusschen patro naat en mannen-organisatie, vooral bij de werk- liedenvereeniging. Bij de anderen wordt de leef tijdsgrens verhoogd tot die, welke voor het lid maatschap van de R. K. Werkliedenvereenigin- gen wordt gesteld of bestaat er naast het patro naat een afzonderlijke Gezellen-vereeniging. Het aantal commissieleden bedraagt 1105, het aantal patronaafs-beschermelingen 14075, d. w. z. volgens de ingekomen lijsten. Bij 't onderwijs neemt het godsdienstonder wijs een eerste plaats in overal. In 84 wordt les gegeven in de Bijbelsche geschiedenis afzon derlijk, 63 Kerkelijke geschiedenis, er bestaan Apologetische, anti-alcohol-cursussen enz., waar over geen cijfers zijn mee te deelen. Wat het herhalingsonderwijs betreft, zij mee gedeeld, dat deze niet in cijfers is uitgedrukt door één federatie, van de overige 4 Diocesane federaties vond de secretaris 85 patronaten met herhalings-onderwijs, 18 met voortgezet onder wijs. Aan het eerste nemen 850 jongens deel, aan 't laatste 306. ïn 't geheel wordt per week 372 uur onderwijs gegeven. Teeken- en vakonderwijs wordt reeds door andere lichamen gegeven. Toch wordt nog door 48 patronaten voorbereidend teeken-onderwijs gegeven voor 123 leerlingen, met 214 lesuren per week, terwijl het vakteekenonderwijs wordt gegeven aan 43 patronaatsscholen met 1320 deelnemers, gedurende 321 lesuren per week. Voorts zijn er nog cursussen in boekhouden, vreemde talen, rekenen enz. enz. Aan 't slot van zijn verslag gaf spr. nog in 't kort een geschiedkundig overzicht van de wording der federatie en der gemeenschappelijke actie, met name het Centraal Comité. Na de mededeelingen van pastoor de Grijs, welke een uitbundig succes verwierven, was weer het jongenskoor in actie, dat een drietal liederen uitvoerde, waarna de „Varende Zangers" optra den, die eveneens een aantal liederen voordroe gen, welke zeer in den smaak vielen. De heer K. W. M. Wirtz, secretaris van de tentoonstellingscommissie, hield daarna eene uit voerige bespreking over de tentoonstelling die wij reeds hebben beschreven. Verschillende on derdeden van de groepen werden besproken. Te half elf sloot hierop de ZeerEerw. presi dent de vergadering met den christelijken groet. Woensdagmorgen. In de vergadering, welke te half 10 een aan vang nam en weer gepresideerd werd door den ZeerEerw. Rector W. v. Stee, van Voorburg, voerde het woord de heer Hendrik Heijman, voor zitter van het algemeen Christen Vakverbond van België, en vervolgens besprak Pastoor A. M. Mutsaers „de godsdienstige ontwikkeling en vorming in en door het patronaat." Het doel en de opvoeding van den jongeling is, hem op te leiden voor zijn eeuwige en aardsche bestemming en in deze taak is het patronaat een zeer nuttig instituut. De vraag, hoe het godsdienstonderwijs moet worden gegeven, beantwoordt spr. aldus 1. dat dit onderricht moet worden gegeven naar den staat en stand der beschermelingen door Gods Voorzienigheid toebeschikt; 2. dat daarbij niet mag worden verwaarloosd het aanbrengen van eenige apologetische en sociologische kennis; 3. dat den beschermelingen behoort te wor den ingeprent en door oefening moet worden geleerd, dat het leven naar de Katholieke ge- loofs- en zedenleer slechts dan geschieden kan, als zij gebruiken de genademiddelen door de H. Kerk geboden en vruchtbaarder geschieden zal als zij medeleven met de H. Kerk, b.v. door het liturgisch leven, door het Katholieke Vereni gingsleven enz 's Middags kwam de heer Chr. L. Wesseling, hoofd eener R.K. M. U. L. O. school, te Scheve- ningen, aan het woord, om de maatschappelijke ontwikkeling en vorming in en door het Patro naat na te gaan. Op de eerste plaats, aldus spr., moet het patronaat de maatschappelijke vorming zijner leden behartigen, welke vorming door het patronaat te geven, moet aansluiten bij die der gewone lagere school en voorbereiden op de veel zijdige werkzaamheid, waartoe de katholieke jonge man in onze dagen geroepen is. Ook zal men den jongen man de maatschappelijke plich ten, welke hij eenmaal moet vervullen, hebben bij te brengen, welke te herleiden zijn tot: a. plichten jegens het gezin, b. plichten jegens de vereeniging, c. plichten jegens den Staat. Tot aankweeking van die plichten dient het patronaat. Ten slotte geeft spr. nog aan, hoe in kleinere plaatsen het vakonderwijs zich behoort te richten naar de behoeften van de meerderheid. tianus weder, dien men nog- op vrije voeten had gelaten, en benoemde hem tot zijn opvol ger, Toen. de vrome bissdkop daarop nog voor het laatst aan het altaar wilde neder- knielen waarop hij zoo vaak het Heilig Of fer had opgedragen, werd hij door een fana tieke bende overvallen. Hij zonk, door twee bijlslagen aan het hoofd getroffen, op den altaarsteen neder en gaf weinige oogenblik- ken later den geest. Daarop werden Vietorinus, zijn zevenjarig zoontje:, benevens de overige veroordeelden op de gerechtsplaals ter dood gebracht. Po- tentianus liet de lijken der martelaren in de kerk begraven, en het scheen dat de bloed dorst der vervolgers voor het oogenblik ge stild was. In plaats echter dat de kudde door den dood van den Opperherder verstrooid zou zijn, bleek het dat de vervolging had bij gedragen om den band, die hen tezamen bond, nog sterker te maken. Toen Altinus uit de gevangenis ontslagen was, zette hij met dub belen fjver met Serotinus en Eobakl de ge loofsverkondiging voort. Excelsa modht den zwaren slag echter niet lang overleven; door den dood van haar echtgenoot en eenigst kind van alles beroofd wat haar aan de aar- Onmiddellijk werd het woord gegeven aan Mr. A. Baron van Wijnbergen, en ten slotte sprak de ZeerEerw. Heer L. Beijsens (Amster dam), die aanspoorde tot het Nationaal Centraal Verbond. Na een slotwoord van Rector van Stee, ging onder het spelen van een nummer door het mu ziekkorps van het St. Antoniuspatronaat te Woerden, het congres uiteen. Bekroningen. Hieronder volgen de uitslagen der bekronin gen van de proefstukken, vervaardigd door patro naatsjongens Patronaat St. Martinus, Maatstricht: de be schermelingen J. Lindeman, Th. Badjou, H. Bex en H. Peeters. Patronaat St. Aloysius, Utrecht: H. Reinhart, H. Koot, Th. Wils, J. Weldam, L. van Zenderen, Com. Bollebakker, A. Hooft, P. Kolling, Jac. Nieuwendijk, C. M. J. Koot, H. Reinhart. Patronaat Arnhem: A. Fontijn, Ger. Daamen, J. Nasz, J. v. Waal, H. Heytenis, J. Walraven, E. Ebbers, A. Tielen, J. Boerboom,"Th. v. d. Heiden, P. Pfeil, H. Atteveld, H. Klein, B. Keu- ling, J. A. van Leer, J. v. Oers. Patronaat St. Aloysius, Delft: X. Meurs, J. Voskuil, G. v, d. Maat, B. v. Haren. Patronaat O. L. Vrouw, Hilversum: C. Mil tenburg, Nic. Poort. Patronaat St. Aloysius, Gouda: W. v. Ham, A. S. Bizot, Fr. v. Soest, G. de Bruin, P. J. v. Velsen, H. v. Leeuwen. Patronaat St. Joseph, Schiedam: H. Dries, P. v. Hobbe, Joh. Marreve. Patronaat St. Willibrord, den Haag: A. Braün. Patronaat St. Jozef, Haarlem: J. Hetem, J. Erkens. Patronaat St. Theodoras van Embden, Amers foort: D. Snijders, C. de Kruijf, H. v. d. Last, R. v. Doorn, L. v. Manen, B. v. d. Last, H. Hak- foort. Patronaat St. Aloysius, Zeist: G. v. Wande len, A. S. Willemsen. Patronaat St. Dominicus, Amsterdam: M. de Vries. Patronaat Alphen a/d. Rijn: A. v. Gils, C. v. Frankfort. Patronaat Zwolle: W. J. Dokman. St. Joseph Ambachtsleerlingen, Haarlem: A. Kruijper. GEMEENTERAAD. (Vervolg). Verbetering huisvesting. De Maatschappij tot verbetering der huie vesting van minvermogenden te Haarlem verzoekt den Raad om een voorschot van 14,227.75 tot aankoop van gronden met de daarop staande woningen. Dit voorstel zal worden terugbetaald voor de bel ft door het Rijk 'en voor de helft door de gemeente in vijftig annuïteiten; en een voorschot van 36,400 om grond te koopen en woningen te bouwen, geheel door de ver eeniging terug te betalen. De aanvrage van de Maatschappij tot ver betering van de huisvesting van minvermo genden, schrijven B. en W., wijkt uit finan cieel oogpunt af van die van de Haarlem- scbe Stichting tot woningverbetering, behan deld in ons voorstel d.d. 19 Mei 1914 (gedrukt stuk no. 110). Is bij laatstgenoemde vereeni ging de rol der gemeente uitsluitend die van tusscbenpersoon tusschen Rijk en vereeni ging, inwilliging van de aanvrage van eerst genoemde vereeniging brengt bovendien mede, dat de gemeente voor hare rekening neemt de betaling van een bijdrage geduren de 50 jaren van oen som, gelijk staande aan de helft van de geraamde annuïteit ad 648.22. De gemeente zoude daardoor voor de helft delgen eene door die vereeniging aan gegane sdhuld van 14,227.75 voor den aan koop en de wegruiming van onbewoonbare opstallen. Naar onze meening verdient het ijverig streven van deze vereeniging, om in wantoestanden op won'nggebied afdoende verbetering te brengen, allen steun van over heidswege. Zij is bij Kou. besluit van 4 Sep tember 1912 no. 78 toegelaten ais vereeniging uitsluitend werkzaam in liet belang van de verbetering der volkshuisvesting. Aan haar kunnen dus op grond van het bepaalde bij art. 30, 1, der Woningwet voorschotten en bijdra gen uit de gemeentekas worden verleend. Dq bouwplannen voldoen aan de eischen der Bouwverordening. De huurprijs der wonin gen bedraagt gemiddeld 187.20 per jaar. Voor elk perceel is gemiddeld 116 M2. grond beschikbaar. Bij B. en W. bestaat geen enkel bezwaar tegen inwilliging van het verzoek, weshalve zij den Raad in overweging geven, het bij gevoegde ontwerp-beslu't te bekrachtigen. De heer SLINGENBERG vindt bet niet goed dat 'hier weer een broksgewijze oplossing van het woningvraagstuk wordt voorgelegd. Waar hier toch woningnood is, zou spr. het beter achten dat een volledig plan werd voor gelegd, zooals in den Haag en Rotterdam geschiedt. Wat het voorstel zelf betreft, be- teekent het 'n belangrijke schrede voorwaarts op den weg tot oplossing van het woning vraagstuk. Het geldt hier een subsidie, dat niet meer aan de gemeentekas zal worden teruggegeven. Wil de Raad de broksgewijze vernieuwing, spr. heeft er vrede mede, doch de kon boeien, bezweek zij onder de gemoeds aandoeningen en stierf zacht en kalm. Hare laatste bede was dat men haar stoffelijk overschot een rustplaats zou geven aan de zijde (barer dierbaren, i Severus had Nerses van den dood der voor naamste Christenen te Senones kennis gege ven, doch ontving slechts een koel antwoord. Nerses zag er alleen bet bewijs in van ge schiktheid om de provincie nog langer te be- heeren, wanneer het hem mocht gelukken het Christendom tot het laatst spruitje uit te roeien. Toen de prefect Bibulus bij zich ont bood om met hem over een voortzetting der vervolging te beraadslagen, kreeg hij een even koel antwoord. Bibulus zag van alle verdere deelneming daarvan af. Zijne wraak zucht was gekoeld, hij had, zooal6 hij meende, zijne roeping vervuld. Nadat hij op verderen leeftijd, toen hij zijne wroegingen niet langer kon verdragen, lang naar den dood verlangd had, maakte bij in een vlaag van woede zelf een einde aan zijn leven. Hij stierf met een vloek op de lippen tegen het Christendom, dat hij niet ibad kunnen overwinnen. Bevreesd gemaakt door de bedekte bedrei gingen van Nerses, zette Severus nu de ver tevens wijst spr. erop, en hij verzoekt aan- teekening in de notulen dat de Raad, met dit voorstel goed te keuren, een precedent schept. De gemeente todh mag geen subsidie geven voor woningen met een huurwaarde van 8.60, zooals hier het geval is. Dat mag al leen voor woningen van 1.50 a 2.huur waarde. In dit geval heeft spr. er geen be zwaar tegen, dodh spr. wijst er op dat de Raad een precedent schept, waarop spr. en anderen later zullen terugkomen. Spr. eritiseert dan het beleid der vereend- ging. Spr. huldigt dat zij de pionier was in zake het woningvraagstuk. Veel particulier kapitaal is er voor gebruikt, ook vóór de Wo ningwet. Toch meent spr. dat de vereeniging niet met baar tijd is meegegaan. Zij koopt woningen in (het centrum der stad, zeer duur, en zet nieuwe woningen zoolang het met par ticulier kapitaal gaat, verdient zulks niet meer dan hulde. Als zij echter subsidie en voorschot vraagt, moet zij zich ook wenden tot den Raad als zij krotten wensclht op te ruimen. Zij wende zich tot .den Raad en de Gezondheidscommissie. Op die voorwaarde wil spr. subsidie geven. Als zij de woningen aan de Heerenvest had gekocht, na onbewoon baarverklaring, dan was zij veel goedkooper uit geweest en had de gemeente nu geen sub sidie behoeven te betalen. Spr. beveelt aan om ihet voorstel van B. en W. aan te nemen, en hoopt tevens dat de vereeniging dan de juiste manier volgt. De heer LASSCHUIT heeft bezwaar tegen het voorstel wat betreft punt 2. Spr. zou lie ver zes enkele woningen hebben. De heer JOOSTEN kan zich niet geheel vereenigen met de zienswijze van den heer Slingenberg, hoewel woningvoorziening een eisch is. Hij sluit zich aan bij den heer S., waar deze sprak over den langen tijd dat het advies van B. en W. achterwege blijft. Reeds twee jaar is er een adres van het H. A. S. bij B. en W. Spr. weet wel, dat ihet moeilijk is, maar dringt op spoed aan. Spr. acht den prijs van f 50.000 voor vijf dubbele woningen veel te laag. De gemeente gaat f 64 per woning bijpassen of f 1.20 per week en dat voor menschen die f 4 per week verwonen. Spr. heeft alle mogèlijke waardeering1 voor wat de vereeniging deed, maar spr. meent dat met subsidie gaan ge ven aan deze vereeniging, men de taak der woningvoorziening bemoeilijkt voor de toe komst. Op deze manier kan de nood niet worden opgelost. In de rekening ziet spr. dat de vereeniging over 50 jaar het geheele bedrag afbetaalt en dan het vrije bezit heeft over de woningen en dat zonder dat ze nu eenig' kapitaal in den bouw steekt. Een ver schil met de vereeniging voor gemeente werklieden waar de woningen, na vijftig jaar, aan de gemeente komen. De heer ANDREAE wil met het oog op het nut dat de vereeniging sticht het voor stel van B. en W. steunen. Hij acht de ma nier, welke de vereeniging volgde, niet juist. Echter wil hij ook ditmaal wel steunen. Verder wijst spr. er op, dat de vereeniging maar sloopte en geen onbewoonbaarverkla ring afwachtte. Zij derfde alzoo huur en rente. De (beer BREDA KLEYNENBERG gaat niet mede met den beer Joostien dat de kos ten zoo hoog zijn. Spr. had liever gezien dat de vereeniging een geheel plan had voorge- legid van vevliet erin wen in de bmaicuetadi 3ST-a heeft men maar een klein deel. Spr. gelooft dat de Raad zou voelen voor een groote ver betering, al kost ,'bet wat duur. Spr. ie het niet eens met deni heer Slingenberg, dat het voor het laatst moet zijn. Als het voor (het laalst is, dan moest men liever heelemaal niets doen. Als wij het doen, dan moet de vereeniging weten dat wij niet stil zullen staan. Het is een lange, kostbare, maar goede weg. De heer LASSCHUIT geeft nogmaals in overweging om wel het eerste_ punt van het voorstel aan te nemen, maar niet het tweede. De heer KRUSEMAN zegt zeer gevoelig te zijn voor de woorden van lof voor de ver eeniging, waarvan spr. voorzitter is. Todh acht spr. het niet goed spr-'s_ vereeniging te vergelijken met de vereeniging, die eenige maanden geleden opgericht is. Spr.'s veree niging stelde zich ten doel krotten op te rui men uit sociaal oogpunt: om dronkenschap te bannen, ziekten te vermijden. Dat was het doel der vereen. Zij bestond zes jaar vóór de Woningwet. Een treurige toestand bestond tusschen Burgwal, Heerenvest en Spaarne. Spr. hangt een treurig tafereel daarvan op. Ei- stonden 18 krotten, zonder riolen; 12 huisgezinnen hadden één privaat. De ver eeniging verbeterde die toestanden. Eerst waren de woningen wel gewild, maar later niet. Er was geen uitgang en de kinderen zagen er allerlei ongerechtigheden. De ver eeniging zag zich genoodzaakt die toestanden te verbeteren. De eigenaars hielden de huizen vast of verkochten ze tegen hoogen prijs, omdat zij den „huisjesmelkers"heel wat voor deel gaven. De vereeniging ondervond veel sympathie, maar wanneer men vroeg: om aandeelen te nemen, was het wat anders. Tweemaal honderdduizend gulden heeft men bij elkaar gehaald, maar aan de philantropic is een grens. Hypotheek kan zij niet krij gen, want zij trekt maar 2 pet. Toen wend de ze zich tot hot Rijk dat zeide dat de vereeniging al veel eerder had moeten aan kloppen. Op de tentoonstelling te Den Haag werd de vereeniging tot tweemaal toe uit-ge- volging met vernieuwde kracht voort; niet uit plichtsbesef, noch uit baat tegen de Chris tenen, maar alleen uit angst voor het behoud van zijne waardigheid. De diaken Serotinus was het eerste offer der hernieuwde vervol ging. Men wist dat hij vaak den natiht op het graf van Sabinianus doorbracht en bij werd op die heilige plaats gevangen genomen. Toen hij, evenals zijne voorgangers in het marte laarschap, met heilige verontwaardiging alle pogingen om (hem tot afval te bewegen, van de band wees, beval Severus dat men hem zou geeselen tot er de dood op volgde. Onder deze vreeselijkc martelingen bLes hij den laatsten adem uit. Na Ihem stierven ook Potentiauus, Altinus en Eobald den heldendood des Christendoms en met hen een aanzienlijk getal geloovigen. Volgens een vrome overlevering had deze marteling plaats in de nabijheid der kerk St. Pierre le Vif, vermoedelijk zoo genoemd naar de voorstad Vivus, die daar in de nabijheid gelegen was. Hunne overblijfselen zijn in de erypta van dit Godshuis bijgezet. Severus stierf eenige jaren later een el- lendigen dood. Ook Nerses, die eigenlijk de oorzaak was noodigd te exposeeren, omdat het de eenige vereeniging is in Nederland met dit doel. Men heeft gezegd dat de Vereen, te gauw is gaan afbreken en daardoor rente derfde. Doch dat is niet geheel juist. De menschen gingen er vanzelf uit. De jeugd heeft toen voor de slooping gezorgd. Die bevallige jeugd is niet om mede te spelen. De schut ting ook ruineerde zij. En nu laatst was spr. in de gelegenheid te zien dat er eed flinke schutting om heen stond. Men ga nu eens zien. Spr. hoopt dat de Raad het voor stel zal achten in het algemeen belang. De heer SLINGENBERG wijst er op dat de vereeniging al f 200.000 uit particulie re portemonnaies heeft bijeengebracht, zon der dat het de gemeente ooit iets heeft gekost. Spr. meent dat door de gemeente dit blijk van waardeering aan "de vereeniging wel mocht worden gegeven nu de vereeniging de krotten reeds gekocht lieeft. Doch de vereeniging stelt de gemeente voor een fait accompli. Daarom zegt spr. nu eens, maar niet meer! Den heer Joosten antwoordt spr. dat hij zich vergist met een pluim op den hoed der gem. werklieden te steken. De huizen wor- zen worden geen eigendom. Dat mag niet'. Het kon. besluit zegt toch dat de eigendom men aan de gemeente moeten worden over gedaan met alleen een kleine vergoeding voor overschrijvingskosten. De heer SCHRAM spreekt waardeering uit voor het goedo werk der vereeniging en zal het voorstel van B. en W. steunen. De heer ANDREAE verduidelijkte zijn be toog, dat het geenszins zijn bedoeling is om nu voor het laatst steun te verleenen, maar alleen voor het laatst op deze manier. Hij behoudt zich voor om ook een volgende maal als de vereeniging aanklopt steun te verleenen. De heer JOOSTEN beantwoordt den heer Slingenberg en merkt verder op dat geen subsidie mag worden verleend op grond van het goede dat de Vereeniging heeft gedaan. Spr. betwijfelt of Ged. Staten op deze gron den het besluit zouden goedkeuren. De heer v. d. KAMP vraagt den heer Kruseman of het een eerste en laatste aan vrage is. Hij is er dan wel voor om de ver eeniging te helpen, maar niet als het een begin is van meerdere aanvragen. De heer KRUSEMAN antwoordt dit niet te kunnen zeggen. Het geldt hier een proef en daar hangt alles van af. De vereeniging zal krachtiger kunnen werken als de ver eeniging van den heer Slingenberg in den woningnood voorziet. De heer SLINGENBERG vraagt om over legging van (Ie plannen van B. en W. ter voorziening in den woningnood. Dan kon een goede beslissing gezocht worden. De VOORZITTER wijst op de moeilijk heid om iedereen te voldoen. Laat men plannen rusten, tot er een afgerond geheel is, dan vraagt men, waarom komt u niet met details. Komt men met details, dan vraagt men om het heele plan. B. en W. achten het wenschelijk in deze zaak een beslissing te nemen en dienden daarom het vooi'stel in. Wat de plannen van B. en W. betreft, deze zullen spoedig komen, maar wanneer, weet spr. niet. De heer LASSCHUIT stelt voor dat de gewone woningen. De OORZITTER merkt op dat dit een geheel nieuw voorstel is en het niet aan gaat den Raad daarover te laten beslissen. De heer BREGONJE meent dat de heer LASSCHUIT wel vroeger had kunnen komen met dit voorstel. De voorstellen zijn twee jaar aanhangig geweest. De heer LASSCHUIT trekt zijn voorstel in. Het le gedeelte van het voorstel (verlee nen voorschot tot aankoop van slechte wo ningen) wordt aangenomen met 20 tegen 6 stemmen, die der heeren Elffers, Las- schuit, Kleynenberg, Joosten, Nagtzaam en Poppe; buiten stemming blijven de heeren dr. Kruseman en mr. Van Styrum. Het Gasthuis. B. en W. adviseeren om het amendement van den heer Slingenberg op de conceptver ordening-Gasthuis om den Directeur te doen benoemen door den Raad na aanbeveling van Regenten, en niet uit een voordracht van dezen, niet aan te nemen. Ook niet het amen- demenlj-Merens, om dit „zoo mogelijk" tel doen. De Iheer MERENS vindt het jammer dat hij zelf vroeger bet voorstel heeft ingetrok ken en is dankbaar dat de heer Slingenberg het opnieuw heeft ingediend. De heer Merens apprecieert het werk der regenten. Zij hebben een groote macht en kunnen veel benoemin gen doen. Deze enkele niet. Hiervoor geven zij een voordradht, maar spr. wenscht niet dat de Regenten een voordracht doen. De Raad moet vrij zijn. Is de voordracht goed, dan zal de Raad niet zoo dwaas zijn om daarvan af te wijken. Doet (hij het, dan heeft de Raad er wel reden voor. Spr. meent anders dat de Re genten het Ibeele recht van benoeming moeten hebben. Dat zou consequent zijn. Wanneer wij zien hoe de regenten uit 180 sollicitanten een besturende zuster gekozen hebben; hoe dat is afgeloopen, dan meent spr. dat de Raad het even goed zou hebben gedaan. De heer SLINGENBERG betoogt ook dat de Raad de verantwoordelijkheid heeft, en van de vervolging in Gallië, ontging de straf fende hand niet. Nog voor dat bij in de gele genheid was zicli van Rome te verwijderen, liet Nero hem gevangen nemen, als beschul digd van deel te hebben genomen aan de ont dekte samenzwering van liet jaar 65. De tiran liet hem weten dat (bij ziehzelven in den dood moest begeven. De lafhartige booswicht was echter niet in staat daaraan gevolg te geven en dewijl Nero weinig lust had om in de toe komst nog tegen zijn halven broeder op zijne hoede te zijn, liet bij hem door 'tCenturio ver moorden. Ook Seneca en Burrus werden, naar men zeide wegens medeplichtigheid aan een samenzwering, ter dood veroordeeld. Aan eerstgenoemde werd als een gunst toegestaan dat hij de wijze, waarop men hem ter dood zou brengen, mocht bepalen. Hij liet zich in zijn bad de aderen openen. Gennorix overleefde zijne vrienden slechts weinige jaren. Hij was (het die een 6teen op hun graf liet plaatsen met het opschrift: „Hier rusten de lichamen dergenen, die ge tuigenis voor Christus hebben afgelegd: Sa binianus, Potentianus, Eobald en Serotinus, benevens een groote schaar geloovigen. Na dat zij met hun bloed de overwinningskroon dus de vrijheid moet hebben van benoeming. Zooals de Raad nu gebonden is aan een voordracht, is maar half werk. De Raad moet een ander kunnen benoemlen. Natuur lijk zal bet maar zelden voorkomen. Ged. Staten hebben eenzelfde recht wat betreft het gesticht Meerenberg. Ook spr. brengt hulde aan het beleid van regenten. Hij heeft het onlangs aan den lijve ondervonden. Maar hier vordert hij een recht op voor den Raad. De Iheer VAN STYRUM betoogt dat de Raad een zeer weinig geschikt college is om verschillende benoemingen te doem Het hangt afof er veel heeren zijn enz. Daarom is een rem, zooals een voordracht is, zeer goed. Spr. zou hetzelfde zeggen aan Prov. Staten, welk voorbeeld door Mr. Slingenberg werd aan gehaald. Ged. Staten benoemen. Dat is een klein college. De voordrachten zullen reecle vele verkeerde benoemingen voorkomen heb ben. Spr. beveelt aan vertrouwen te stellen in de goede leiding van de regenten, waaraan hulde wordt gebracht. De heer MOBOO meent dat de Raad maar zelden afwijkt van de voordracht. Maar .de Raad moet vrijheid behouden, anders wordt Ihet benoemingsrecht van den Raad een fic tie. De heer vap Styrum geeft hoog op van het vertrouwen in Regenten, doch spr. meent te kunnen wijzen op een voorbeeld, dat het goed is dat de Raad niet de voordracht van Regenten volgden. De heer POPPE heeft met bevreemding den Iheer van Styrum gehoord. De heer VAN STYRUM: Dat zal wel meer gebeuren. (Gelach). De beer POPPE betoogt dat de Raad wel degelijk geschikt is om benoemingen te doen. Spr. is voor democratie. De heer KRELAGE zal tegen de amende menten stemmen, omdat het niet aangaat incidenteel e enverandering te brengen in de verhouding tusschen gemeente en Gasthuis, maar spr. vraagt of de discussie geen symp toom is van de wenschelijkheid om de ver houding tusschen Gasthuis en gemeente te veranderen. De heer ANDREAE meent dat het voorstel niets anders is dan de belichaming van den geest van het altijd bestaan hebbende regle ment. Het is altijd zoa geweest, doch in den laatsten tijd zijn er kwesties gerezen. Wat het besluit met democratie te maken heeft, begrijpt spr. niet, doch dat zal domheid van spr. zijn. Men boude in Ihet oog, dat de Raad invloed kan uitoefenen op de samenstelling van het college van Regenten. De heer KRUSEMAN wij:st op de moeilijk heid om een benoeming te doen-van een be sturende zuster, en dringt er op aan dat de Raad het artikel niet verandert. Het is soms maar mogelijk om één candidaat te vinden. Zij (hebben er nu één op het oog. Wordt dit amendement aangenomen, dan duurt het mis schien weer een jaar. De heer MODOO bestrijdt deze meening. De heer Dr. TIMMER zou van regenter een voordracht van twee personen willen heb ben. Kunnen zij maar één enkelen candidaat vinden, dan moeten daarvan alle gegevens worden overgelegd en tevens een lijst van alle sollicitanten. Dit geschiedt ook bij solli citanten van leeraren aan het gymnasium. Men heeft dan gelegenheid om de zaak te onderzoeken. De VOORZITTER wijst ook nog op de tantp.n te vinden. Hoe moeten regenten doen. als zij geen andere geschikte kunnen vinden! Spr. gelooft dat ook regenten geneigd zijn om alle stukken over te leggen in ih et vervolg. De Iheeren SLINGENBERG en VAN STY"- RüM voeren beiden nog het woord. Ook de heer SCHRAM verklaarde zich vóór de amendementen. In stemming wordt gebracht het amende ment van den beer Slingenberg. Het wordt aangenomen met 20 tegen 8 stemmen. De heer Merens trok zijn amendement in. Het geheele artikel 11 werd aangenomen. School voor U. 1,. O- De heeren NAGTZAAM, JOOSTEN en POPPE stellen voor ihet volgende besluit te nemen: De Raad, enz. Overwegende, dat het aantal leerlingen der scholen voor gewoon lager onderwijs No. 1- 2 en 3 van dien aard is, dat opheffing van. school No. 1 op dit oogenblik nog niet ge- wenscht is; Gaat over tot de orde van den dag. De heer NAGTZAAM betoogt dat het aan tal leerlingen der U. L. O. alhier 984 leerlin gen bedraagt, terwijl de scholen 1, 2 en 3 1050 leerlingen tellen. Wordt school No. 1 opge heven, dan krijgen wij 3 U. L. O.'s voor het mindere aantal leerlingen en twee voor 'bet grootere aantal leerlingen bij 't lager onderw- Nog meer zou spr. voelen voor de opheffing van een der opleidingsscholen. Want de school voor meisjes telt maar 230 leerlingen en het aantal gaat, volgens de jaarverslagen, steeds achteruit. Daarvoor zou nog meer te zeggen zijn, want de opleidingsscholen tel len maar ruim 700 leerlingen. Spr. wijst er op dat de school no. 1, die zou worden op geheven, bet zevende leerjaar ontbreekt. Plotseling, ongeveer tegelijkertijd met de be noeming van een nieuw hoofd gebeurde dat. Ook door niet-toelating van nieuwe leerlin gen er waren er maar 14 en die werden naar een andere school gezonden schijnt het dat men den indruk heeft willen wekken alsof school no. 1 overbodig is. hadden verworven, werden zij hier bijgezet in vrede, op den dag vóór de ealenden van J anuari. Het romeinsche keizerrijk is voorbijgegaan en velen hebben in zijne trotsdhe ruïnen hun graf gevonden. Eén echter, die getuige was van al zijne pracht en (b-eerlijkheïü, van zijne grootheid en macht en ook van de straffende hand Gods die bet heeft getroffen de Kerk van Christus zij is gebleven en niet ver ouderd in al die eeuwen. Zij is uit elke be proeving, uit elke verdrukking als verjeug* digd te voorschijn getreden. Ook de bisschop pelijke zetel van Sabinianus staat op dit' oogenblik nog en gedurende al de eeuwetf der Christelijke tijdrekening is het nooit ge beurd dat zijne lange reeks van opvolgers een oogenblik afgebroken is geweest en aan vrome pelgrims, die bet graf van dien hei lige komen bezoeken, heeft bet nooit ontbro ken. E I N D F- Vereenig'ing' plannen zal indienen voor 6 moeilijklheid om b.v. twee geschikte solHci-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 6