ling in hat voorbijgaan •waarneemt, daarvoor het is juist de naam, die tot begTipsverwar- moeten rjj stil staan en studie maken. ring aanleiding geeft. Datzelfde geldt ook het inkoopen en het be- Nu is het een merkwaardig verschijnsel, zien ran winkels. Met een enkelen blik over- dat die heohWorteltjes, wat men zon kunnen j -a j -i. x it -ï noemen „hdhtsclruw zijn. Ze ontwikkelen ziet de stedeling een uitstalling, hq weet pre- Dameljjk el€chts uit de van het ]icht mes, waar datgene staat of hangt of ligt, dat nfgekeerde zijde der takken, dus daar, waar van zijn gading is; de buitenman heeft er een Z6 dienfct kunnen doen in de onmiddellijke half uur voor noodig. Dit komt niet doordat nabijheid van een boom, stam, een muur, een de een intelligenter is dan de andere, het is blok of wat ook, en die bodem moge bard en louter een kwestie van oefening. schijnbaar ontoegankelijk voor zulke teere Daarentegen is de stedeling veel minder organen zijn,ze weten de fijn© poriën wel sterk in het herkennen van menschen, die hij j;® vinden, dringen daar zóó ver in als noo- maar even gezien heeft. Hij ontmoet zooveel dl* 1S' om ff1 vast te hechten, maar zitten v j i_ a i_ i *1 n x dan ook weldra zoo Tast, dat men ze slechts gezichten, dat het hem onmogelijk is ze alle te met moeite of in >t gCr6el niet los kan krjjgen. onthouden; voor den buitenman is een onbe-j Groeien doen ze niet meer (aanvankelijk kende een merkwaardigheid, die goed opgeno- misschien nog een weinig), want z© zijn ge- men wordt. Bij getuigenverhooren enz., komt i heel voor hun taak gereed, en zelfs, al ver dat vaak uit en het „confronteeien" heeft hoe drogen ze, wat met den tijd het geval wordt, neleerde doozen van den metaalbarometer, aldus zegt hij, hebben naar schatting een oppervlakte van 40 vierk. cM.; op onder- en bovenvlak te zamen wordt alzoo een atmosferische druk van 80 K.G. uitgeoefend, de wanden zijn dun en veerkrachtig; welnu, is de doos werkelijk lucht ledig, dan moet zij door dien kolossalen druk zoo plat geslagen worden als een dubbeltje. Opgemerkt wordt nog in de leerboeken: „een stevig gebogen stalen veer trekt den deksel naar buiten, want anders zou de luchtledige doos door den luchtdruk al te sterk platgedrukt wor den." Maar dan moet zoo'n veer al bijzonder sterk zijn, vooral als er twee of drie doozen op el kaar geplaatst zijn, of zelfs zeven, zooals bij den zelfregistreerenden barometer van Richard waarop in totaal 560 K.G. druk wordt uitge oefend. En die veeren zijn integendeel zeer slap soms ontbreken ze zelfs, zooals bij die van Richard, waar de veer vervangen is door een langer hoe minder resultaat. De stedeling heeft dan blijven ze die taak toch vervullen. een scherp gezicht voor alles, waarbij hij be- Doeh tot de ludhtwortels kunnen de hecht- zeer klein verstelbaar tegenwichtje. lang heeft in zijn stadsleven; maar komt hij worteltjes van den klimop niet gerekend Gesteld echter, dat de doozen luchtledig zijn buiten, dan trekt hij aan 't kortste eind; hij wordel^ het bijkomende organen en de veer zoo sterk is, dat zij het platdrukken j om zich va»t te hechten, meent, dat alle boeren en boerinnen er gelijk nitzien en hjj ziet ternauwernood onderscheid SfTHRT.TFM A CTHTNTFI V"' tnsschen de eene koe en de andere, zeker met Hoewel de schrijfmachine eerst onder bet tusschen het eene paard en het andere. Hij be- j jaatet grootgeworden geslacht meer algemeen grijpt er niets van, dat een boer zijn paard her-in gebruik is gekomen, dagteekent toch de kent tnsschen veertig andere. Van afstanden uitvinding der schrijfmachine van het jaar meten op het oog heeft hij geen begrip, terwijl 1714, dus van voor 200 jaar. De uitvinder was hij toch in de stad met wiskundige zekerheid Engelschman, Henn Mill, en hij kwam tusschen allerlei beweeglijks doorlaveerde. (Prov. Nijm- Ct.) DE KLIMOP. Men is den klimop dankbaar voor hare versieringskunst en de kleur, die de plant schrijfmachines van Bramalhl (1794), van Tur in den winter aan huis en tuin geeft waar- uit zij niet zelden de somberheid bant. der doozen voorkomt en er komt een atmos ferische depressie, een geringer luchtdruk wat zou er dan gebeuren? Hierop antwoordt de heer van der Lubbe: De veer wordt nu relatief sterker, heft den deksel iets meer omhoog. Er gebeurt evenwel niets. Geen enkel veertje is gevoelig genoeg de geringe schommelingen mee te maken. Geen veer is daartoe soepel genoeg. Op grond van een en ander concludeert de heer v. d. Lubbe dan ook, dat de doozen van Vidi niet luchtledig zijn, maar gevuld zijn met lucht van ten naastenbij één atmosfeer, hermetisch gesloten. Met veer enz. hebben we in fate bezit van een patent Maar hetzij nn de uitvinding niet voldeed, hetzij de wereld er nog niet rijp genoeg voor was de macfnine sloeg niet in. Op de uitvin ding van Mill volgde een lange reeks van andere; zoo kregen we achtereenvolgens de niets te maken. Ziehier waarom: schrijfmachines van Bramaib: (1794), van Tur- j l0. De druk van de buitenlucht neemt toe. ri (1808), van Pogrin dn 1833 en van PerrotDe opgesloten lucht wordt nu saamgeperst. De omberheid bant. in 1839. De Franschman Foucault bereikte j gecanneleerde, nieuw zilveren (of koperen) zeer De klimop, waarvan de wetenschappelijke -m 1841 met eiaviatnur van 60 knoppen buigzame deksel (en bodem) bewegen zich een naam Hedera Helix is, kan ongetwijfeld een een groote volkomenheid, des te merk- weiniv naar elkaar, der meest verspreide planten genoemd wor- waardiger, daar de uitvinder blind was. Det0+ evenwicht is. den. Zoo zelfs, dat het met mogelijk zou zijn, maohine van Foucault werd wel gebruikt, 2o De druk van de buitenlucht neemt af. +aan i 17 Wljzen' maar niet algemeen. Thurber's machine in 1 De opgesloten lucht in de doos behaalt de over- sclijjnlyk is dat wel Europa geweest, van- 1855 gepatenteerd, vertoonde reeds de hoofd- kand en duwt deksel en bodem wat meer van waar zy haar weg door het Oosten van prineipe6 der tegenwoordige machine. Deelkaar Noord-Azië heeft gevonden. Zij komt wild brief, met die machine geschreven; Gewoon een toepassing van de wet van Boyle. voor m Noord-Afrika, alsmede op de Azoren wordt nog heden in het archief van 't post- j De heer v d Lubbe heeft ook de proef op de hel gtheel Zooals bekend, is^ de klimop een heester- jggg 2375 Diet minder dan 25 verschillen- j achtig gewas, dat niet in staat is, rechtstan- de schrijfmachines construeerde, den grond- dig naar boven te groeien, omdat de dunne glag. van Thurber's machine volgde. j l._ x TT-J1 J- beste van S hol es' machines werd door stengels daartoe te zwak zijn. Vindt de plant in haar nabijheid geen steunsel, waaraan zij Remington Zonen te New-York overgenë- zich kan vasthechten, dan blijven de sten- men en aan de markt gebracht. Toen ver gels op den grond liggen, wortelen zich hier overde de schrijfmachine zich spoedig een en daar vast, maar leiden toch een armelijk pjaak in de werelcL bestaan. Komen ze echter in het hereik van een voorwerp, dat poreus is, zoo hechten zij zicib daaraan vast en dan gaat het naar ho ven, zóó zelfs, dat de lentegroei onbeperkt schijnt te zijn. BLIKSEM EN DONDER. De natuurverschijnselen van hef onweer zijn moeilijk aan nauwkeurige metingen te onder werpen. Zoo zijn ook de pogingen, de lengte van bliksemstralen te meten, helaas dikwijls niet succesvol geweest. Er bestaan opgaven, die ech ter met voorzichtigheid beschouwd moeten wor den. Volgens deze zijn veel bliksemstralen 15 kilometer lang, maar ook wordt er van bijna 50 DERTIGDUIZEND GULDEN VOOR EEN kilometer gesproken. Een nauwkeurige kennis OUD TOONEELSTUK. j van de lengte der bliksemstralen zou ook een Het zal bibliophilen niet ontgaan, dat er oordeel over de electrische spanning mogelijk thans weer hijzonder hoege prijzen voor zeld- maken, die de ontlading veroorzaakt. De ver- zame oud© boeken worden betaald, schrijft houding tusschen spanning en vonkenlengte kan de Londensche correspondent van de TeL i in het laboratorium bepaald worden. De stroom- Eenigen tijd geleden scheen daarin de klad sterkte van den bliksem is door verscheidene te zullen komen. De overvloed van geld heeft waarnemers tusschen 6000 en 20,000 ampère dat weer veranderd. Rijksverzamelaars ma- geschat. De atmosferische ontlading kan tus- hulde kerkgebouwen, het groene kerkje te ,_en and€rmaa| ijverig op zeldzame oude boe- schen twee wolken plaats hebben. Ze loopt in Oegstgeest o a - die daardoor een schilder- k(m mjj zoowel leed doet a]fi V€T. het algemeen niet altijd in loodrechte of schuin- aen Mzlöüt on leveren. heugt- Want al moet ik mijn verzamelen be-dalende richting, maar er zijn ook opstijgende van een woonhuis, waarhij alleen de ramen en vensters met zorg vrij gehouden zijn, le vert altijd en overal een vroolijk gezicht op. Zoo vindt men wel geheel in het groen ge- Bdhtig gezicht opleveren. Is het waar, dat de muur daardoor nat zon dra^ude'toeke^Tn de ,en hoop neg eens een goeden slag te «laan, toch Het antwoord hierop kan kort en stellig TCr£eu J het mij, dat Zlllke verwelkte schep- zyn en wel dit: dat het met anders is dan den menschelijken geest evengoed vooroordeel en het tegendeel juist als ^AlA,m x,nT1 waarde een als oud porceleim hun groote waarde behou- een verdienste van den klimop mag genoemd a worden, aldus het „Tijdschrift voor Tuin- Qen< aldus het bou7'. Wauneer een muur van onder tot ben 1 tooneektuk betaald. Tot de thans alhier ven dicht daarmee begroeid is, kan by zelfsTT„u,-K;m;r>+WV Een recordprjjs i« bier nn eens voor een door Sotheby geveilde Huth-bibliotheek be- hoorde een Lfm.att exemploar der oe«to editie van „The true chronicle History of king Leir and his three daughters". Op dat werk heet Shakespeare zijn vermaarde tra gedie van koning Lear te hebben gebaseerd. den, omdat al het water langs d® dichte bla deren naar beneden druipt en den muur niet kan bereiken, terwijl de poreuze steen van een onbegroeiden muur veel water opneemt. De muur, eenmaal droog zijnde, blijft 11e muur, eeumam urwg exemplaren heeten er nog van bet oor- droog; tenzn die in lage, natte streken waterrk, uit den grond opneemt. Ook blijft er tusschen j dTama zljn' dne m de bladeren, hoe dicht ook, ruimte genoeg bliksemstralen waargenomen. De draagwijdte van den donder is in het algemeen niet groot en kan met de zichtbaarheid van den bliksem niet wedijveren. Het z.g.n. weerlichten levert dik wijls bewijzen voor bliksems, waarvan de donder niet gehoord kan worden. De donder verbreidt zich op de geluidgolven en legt daardoor 1 kilo meter in ongeveer 3 seconden af. Het is daarom gemakkelijk, den afstand van den bliksem met het horloge in de hand te bepalen. De beroem de natuurkundige Arago heeft op grond van vele waarnemingen verzekerd, dat de donder slechts zelden op afstanden van meer dan 25 kilometer waarneembaar is. Volgens nieuwe me tingen is dit vraagstuk in zooverre duidelijk ge maakt dat de donder op een afstand tusschen twee (waarvan één geschonden) in het Brit- 15 en 45 kilométer hoorbaar is. De toestand sche Museum, het zesde en best bewaarde van den atmosfeer is voor de voortplanting van p[airm^jongeeHe^aTdeüJ-wone, wil-exemplaar kocht Huth in 1865 voor 2520, dga dënder "van overwegenden invloed, de Hereda Felix, dicht tegen den muur, dan terwijl het 9 jaar vroeger slechts /„270 op-Een middei tot onderzoeking van dez. deze vraag- M^end^L?aUaritch stukken leveren de ondervindingen opgedaan f m bi] sterke kanonsalvo's waarbij echter in het algemeen van veel grootere afstanden sprake was. Het geschut in den slag bij Waterloo moet 100 kilometer ver gehoord zijn, dat bij de belegering van Belfort in 1870 ten minste 90 zien, want in het tweede jaaT hebben de jon ge stengels reeds bet steunsel, waaraan zij behoefte hebben, gevonden, en zich onmid dellijk aan de steen vastgehecht. Daartoe ontwikkelen zich, zoodra zij den steun „ruiken", in gr00ten getale eigenaar- dige bijkomende organen, die men, om de een luchtledige ooos^ bestaat, schijnbare overeenkomst met wortels, hecht- 12470 pst. of wel 29,640 voor betaald. HET LUCHTLEDIGE BIJ DEN BAROMETER. In alle natuurkundige leerboeken wordt aan gegeven, dat de metaalbarometer van Vidi uit kilometer tot aan Freiburg, dat van Parijs zelfs 150 kilometer. De artillerie-salvo's in de haven In de „Natuur" komt de heer G. J. v. d. van Portsmouth op den dag der begrafenis van wortels noemt, hoewel zij met ware 'wortels Lubbe tegen deze bewering op dat de barometerkoningin Victoria waren tot op 134 kilometer niets' dan den naam gemeen hebben; maar uit een luchtledige doos zou bestaan. De gecan- hoorbaar. MAANDAG 27 JULS 1914. 39ste JAARGANG ®o. 8499 BIJVOEGSEL VAN DE NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. levendigen wens-ch voor zijn studeervertrek! kelistraten door. Honderden mooi© dingen Wa- 7ïxm nnuiüllfl UCAIlUtlid een mooi tapijt te hebben. Dat hij nu had, was ren er te zien. Hoe langer hoe langzamer wer- fcjjll üöWHIiy ViUUWIJO, werkelijk te klein. Men kon het nog goed in den mevrouw Eilers' schreden en plotseling de slaapkamer gebruiken en het maakte ook bleef zij met een uitroep van verrukking staan een heel 'anderen indruk hij de patiënten, j voor een pelawinkel. wanneer zij een elegant, flink vertrek bin-„Neen kijk eens wat een pracht van een kwamen. Immers het uiterlijke wil ook wat pels, man t" voor oogstreeling. iV&n bonten on polzon beid. do dokter 3*1 Doch °de kleine huisvrouw voedde dezen j heel weinig verstand, maar hij bleef toch keer een heimelijken, vurigen wensch, dien even staan en bekeek die verscheidene pels- zij reeds sinds den aanvang van den winter j werkenkostbare boa's en moffen, waaronder in zich ronddroeg, en die evenwel in de oudezeer veel namaak. Enkele dure, op den voor- omstandigheden tot nu toe niet kon vervuldgrond geplaatste boa s deden hem het kip- wotrden. penvel krijgen, om de pracht, maar ook om Thans hield zij de som gelds in haat hand, de bijna onbetaalbare prijzen, die aan haar wensch kon voldoen en waarop Mevrouw Eilers zuchtte heel lang en diep, zij aanspraak mocht maken, omdat haar tante haar oogen flonkerden van genot, groote heb- het geld gestuurd had. Eerst had zij er nog zucht beving haar gemoed, geen woordje aan verspild. Waarom ook over „Maar man kijk toch eens, dat schitterende Dokter Hans Eilers had den hoogsten prijs Uit de huwelijksloterij getrokken. Dat on dervond hij zelfs niet alleen, maar iedereen ibevestigüe dat, van wien hij het maar wilde hooren. Do jonge mevrouw Eilers was wer kelijk een innemend, allerliefst vrouwtje en de af gunstigste Vriendin moest zelfs zeggen dat zij knap, aardig en een uitmuntend huis moedertje was, die haar huishouden keurig in orde hield, de kunst verstond iederen dag Tiaar man zijn meesit gezochtste gerechten voor te zetten en hem goed merken liet, dat hij inderdaad en waarachtig de heer des huizes was. Natuurlijk had' dokter ERe(rs den huissleu tel $en eigen geirieve altijd bij' zich en de Stamtafel, waarvan de dokter in zijn vrij gezellen jaren ïneeds deel uitmaakte, had te vergeefs gehoopt op zijn huwelijk en pan- toffelheldendaden eenige moppen te kunnen verkoopan. Zij hadden zich daarin leelijk ver gist, die oude stamgasten. Dokter Eilers ver scheen in den kring der biergasten met onbe perkt verlof en wanneer hij toch vroegtijdig naar buri« ging, zoo kon de meest geroutineerde dingen babbelen, die onbereikbaar zijn? Het ware dwaas! Maar nu.... de kersen moesten van den boom, want zij waren rijp genoeg, dacht mevrouw. Zij 'hield de lapjes in de hand, legide ze naast elkaar, dan weer boven op elkaar en verheugde zich er ovevr Een tapijt voor de spreekkamer van haar hèer en gebieder was heel mooi en voor zeker zeer praktisch. Maar wie zag nu direct garnituur daar. Wondervol, vindt je niet?" Hij "knikte als van zelf; „Prachtig!" „Er is toch haast niets kosbelijkers dan een zoo mooie pels", meende mevrouw. Elsje dweepziek. Dokter Eilers werd oplettender. Hij merkte zoo iets. „Is het dan werkelijk zoo buitengewoon kostbaar?" vroeg hij, ,i. Zij knikte. „In een woord, hemelsch schoon," rfep zij mw hepruman niet euvel zco'n tapijt in een kamer? Dat valt immers dxddenfin zooverre deze mevrouw Eilers lom- altiid niet °P- 00 patiënten, die ontobegeesterd uit. „Je moet weten, dat, toen dte haar man in dit soort zaken volle!de spreekuren komen, zijn nummer zoo kunst- .ik nog heel klem was, ik altijd zoon klein vrijheid liet en hot hem thuis zoo echt ge- aangelegd, dat zij bijzondere kennispelsje en mutsje gaarne gehad heb, en ik zellig maakte. Een zoo aardig jong vrouwtje was nog veel vroolijker dan de meest gemoe delijke stamgast, dat moesten de oude vrien den ook bekennen. Ja,, zij waren wel een beetje afgunstig op den dokter, dat hij het met de keuze van een ega zoo fijn getrof fen had. Eenmaal had werkelijk de oude raadsheer Klimt de boosaardige gedachte gehad en ver teld, dat de kleine doktersvrouw een zeer kloeke huisvrouw was, en zij met al haar toegeeflijkheid en al hare onderdanigheid haar man jLAn een zacht zijden draadje den weg deed, ja dwong op te gaan, dien zij wilde vol gen. Maar juist op den avond, toen Klimt deze booze gedachte geuit had, was dokter Eilers tot middernacht aan de stamtafel ge- bleevn. Hij had zijn vrouw geheel verontwaar digd en kwaad thuis verteld, wat er onder dë stamgasten opgeld gedaan had aver hem en haar. Immers zij had altijd ingestemd in zijn verlangen, om uit te blijven zoolang hij verkoos en hij mocht doen wat hij wilde. Zijn vrouw zeide hem dan ook, dat de oude regeer ingsraad Klimt een boosaardige benijder vtifo zijn geluk was en dat hij niet kon ver dragen, dat bij een ander de zon in het water schijnt. I i I i I I i Óp oen mooien zomerdag kwam zij met van vreugde stralend gelaat haar man, die van de ziekenbezoeken huiswaarts keerde, te gen geloopen. Twee blauwe papiertjes zwaaide zij triumphanfcelijk in de hand en zij riep hem op de stoep reeds toe. „Hé, manlief, kijk eens aan, tante Ad'èle heeft ons tweehonderd mark gezonden,, een lieve tante, vindt je niet? Dat was een meevallertje voor het dokters gezin, dat het, wanneer de bewoners van het stadje hardnekkig lang gezond bleven, niet zeer breed had, want het kleine ver mogen, dat de jonge vrouw meegebracht had mocht niet aangeroerd worden en de prac- tijk was voorloopig nog niet zeer groot. Wat met de tweehonderd mark zou ge beuren was het onderwerp van ernstige over weging. In een jong huishouden gapen zoo vele gaten, die gestopt dienen te worden, maar wier dichting aan de toevallen van het geluk wordt overgelaten. Hier gold het een gelukstoeval, dat uitste kend te stade kwam en niet te versmaden viel, en 'te meer op prijs gesteld werd, om dat tante Adèle er groot vermaak In vond van tapijten hebben. .Voor hen was het oude j herinner mij nog, dat het mijn grootste zalig- dus nog goed genoeg Eigenlijk vond zijheid was, toen ik er een kreeg. En nu...." zij het zelfzuchtig van haar man, dat hij in ditzweeg als verschrokken en wendde haar blik geval slechts aan zich zelf dacht; die twee-van haar man af, honderd mark waren toch in werkelijkheid j „Nu? En nu...." Vroeg haar echtvriend!, aan haar gegeven. Maar zoo zijn de mannen„Ach, nu kan ik het heelemaal niet medr. Wanneerr men ze zeer verwent, dan wor- dragen," zei zij bedroefd. „De mof is te klein den het pure egoistenphiloeopbeerde zij. Dat en de motten zitten er al in. De boa is geheel had mama haar altijd ingescherpt, dezelfde uit de mode en ook reeds te slecht. Dora wijze mama-, die haar ook geleerd haxj^ dat! zegt, ik kan ze niet meer omhangen." de man zich als de meester in zijn huis ge- j En zij verdiepte zich weer in het bekij- gevoelen moet. jken der uitstalling." De kleine doktersvrouw dacht aan den „Bezie nu eens de bontwerken, die groote raadsheer Klimt, den ouden, akëligen vrij'- j mof met dien kop er op en dan die wonder- gezel, die zoo'n ondeugende dingen vertelde.schoone boa! .Verrukkelijk niet waar? Och Men moest met Hans voorzichtig zijn, zeereen pels kleedt zoo goed en vooral wanneer voorzichtig, opdat zijn vermetelde stamgas-men een mooi gekleurd wandelpakje heeft ten hem geen kwade plannen in het hoofd i Zij draaide haar lief hoofdje om en bekeek zouden kunnen praten. En daarom besloot zich in den zijspiegel van de vitrines, waarin mevrouw Elsje voorloopig maar niets van hare zij haar gezicht, rosig getint, tegenblikte* wenschen uit te laten en vooral heel politiek j Dokter Eilers hart begon geweldig te klop- en diplomatiek te zijn Zij zweeg, maar, han- pen. Daar stond nu zijn vrouwtje, die toch delde.... opeens had kunnen zeggen: „Laat ons dien „Zullen we eens naar 6en nieuw tapijt j pels koopen." Zij bekeek, begluurde hem uitzien?" vleide zij met haar zachtste stem- slechts van buiten en deed gieen mond tot mefcje, den volgenden dag haar man, heer en koopen open. meester. j Weliswaar was een palssbel een groote luxe Dokter Eilers was verslagen. Zijn Elsje wasEn een tapijt? Ja, was dat eigenlijke inderdaad een juweel van een vrouwtje. En ook geen overdadige weelde? Had hij geen zij dacht er niet eens aan, de twee honderd heel mooi vloerkleed in zijn kamer liggen? mark yoor zich zelf aan te wenden, want zij Dat was immers nog goed genoeg! Waarom gaf ze zonder dralen aan hem alleen. Hij die noodelooze onkosten gemaakt? was week als boter. j Zij scheen zijn gedachten te raden, want „Mij goed, dan gaan we van middag nog i plotseling trok ze hem aan den arm. „Kom naar Rot en Melduer." laat ons glaan", zei ze. Doch dit voorstel stond mevrouw Eilera Hij bezag nog eens het pelswerk. Wat gansch niet aan. Izou het wel kosten? „Och neen, laten we niet naar Rot en j Maar de vrouw trok hem reeds mee en Melduer gaan. Daar hebben wij niet zoo'n terwijl zij verder gingen, schertste zij vroo- groote keuze. Liever koop ik het bij Schleusz- lijk als een jong meisje, ner." j „Vindt je niet, manlief, dat er in onze Haar man was eenigermate verstomd, dagen zoo'n weelderig© luxe heerscht? Ma- „Maar bij Rot en Melduer hebben we de ma vertelde altijd, dat zij haar bont en mof andere tapijten ook gekocht." sprak hij'. dertig jaren gedragen had, wat als een won- „Ja... maar bij Schleuszner is veel ruimere der gold. En nu.... iedere dienstmeid heeft sorteering.... en daar zal men ook wel wat tegenwoordig een bontstel, al is het ook heel slecht namaak. En ieder jaar koopen ze wat nieuws. Of zij het trouw betalen weet ik niet, man, maar zij hebben het toch en pron ken vaak met andermans veeren voor nie mendal. Wanneer een kleedingstuk uit de mede is, moet het verdwijnen en een nieuw modisch er voor in de plaats komen I Ja manlief, draag je nu iets ouderwetsch of on- modisch, ze lachen je uit en halen de schou ders op. En dit doen vooral de deftige wan betalers! Dora zei laatst ook nog tot mijElsje je moet dat koopen en...." Zij brak plotstó- goedkooper zijn." In den middag gingen beiden op koop uit. Bij Rot en Melduer bleven zij een oogenblik kijken. „Toch wel mooie zaken," merkte de dok ter op. En mevrouw Elsje hernam toegevend: .Daar heb je gelijk in, maar eerst zullen jongen getrouwden lieden zulk een genoegen wij eens het andere magazijn bezoeken. Wan- te verschaffen. Men mocht nu op meerdere neer je daar niets bevalt, komen wij hier blauwe lapjes rekenen f terug." Nu koesterde de dokter reeds lang denLangzaam slenterde het echtpaar de win- f7 11 x 1 1* J' in i blldiib Vi Uoi UJjfJuuvi iiwgc jji jjncu wi acru- munvii) vuuumiu^ VOOR DE HUISKAMER

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 7