DAGBLAD voor NOORD- an ZUID-HOLLAND. De oorlog. BEENKAPPEN. P. W. TWEEHUIJSEN, fiUnd@pfiiuisvesi 26-31-33, Onze Gratis-Bugdakkii Vtrzekiriag. IOOO 400 300 150 IOO 60 15 PONBEROAG 15 AUGUSTUS ISU SSsto Jaargang Mo. 551-4 Bureaux van ftedaetie en Adaministraiie intercommunaal Telefoonnummer 1426. BELGISCHE HELDEN DADEN. BARTEL JORIS STRAAT 27, TELEFOON 1770. Alle betalende abonné's op dit blad, die in het bezit eener verzekeringspolis zijn, zijn volgens de bepalingen op de polissen vermeid tegen ongelukken verzekerd voor: GULDEN bij levenslange onge schiktheid tot werken. GULDEN bij overlijden. verlies van een GULDEN bij hand of voet. GULDEN bij verlies van één oog. OULDEN bij verlies van éèn duim GULDEN bij verlies van één wijs vinger. GULDEN bij verlies van één an deren vinger. Haarlemsche AÜedagjes No. 1405 .«3! ~:rr^n-*r-r ABONNEMENTSPRIJS I Per 8 maanden voor Haarlem 'J'*? Voor do plaatsen, waar een agent Is gevestigd (kom der gem.) «1.35 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post -1.80 Afzonderlijke nummers u a3 PRIJS DER ADVERTENTIëNt Van 6 regels 60 cent (contant 50 cent). Iedere regel meer 10 el. Buiten Haarlem en de Agentschappen 15 ct per regel Buitenl 20 ot. Dienstaanbiedingen 25 ct. (6 regels), driemaal voor 50 et öontant). AGENDA. 14 Augustus. Gebouw St. Bavo R- K. Volksbond R. K. Propagandaclub. Meisjeepatronaat St. Rosa Nassanlaan 50— 7J4-8M uur Spaarbank. Paleis van Justitie half 2 Bureau van Consultatie. Bisschoppelijk Museum Jansstraat Ï9 Geopend eiken dag van 10—5 uur, tegen betaling van 25 cents. Uitgezonderd Zaterda gen en R. K. feestdagen. OVERZICHT. Er is in dit overzicht vandaag eigenlijk zoowat niets te vertellen. 't Is nog zooals gisteren: de stilte voor den storm. Er is een vaag bericht nit Belgische bron, dat blijkbaar op een voorpostengevecht op de linies in de Kempen slaat, maar dat ons nietveel licht geeft wat er eigenlijk is ge beurd. Wij hebben het bericht, zooals Reu ter ihet geeft, hieronder opgenomen. Voorts is er zie de telegrammen een bericht dat de Duitschers over de heele linie terugtrekken. Erg betrouwbaar komt het ons niet voor! Blijkbaar zijn de Duitschers bezig, hun posities in te nemen voor den grooten slag, die komen gaat. Intusschen willen wij nu hier een denk beeld geven van de positie en de bewegingen der beide groote troepenmachten in midden- België, waardoor veel duidelijk zal worden van de berichten, en waardoor onze lezers ook op eigen gelegenheid het „oorlogsnieuws" dat de beide partijen publioeeren, zullen kun nen beoordeelen naar waarde. Het volgende overzicht is voor een goed deel ontleend aan een beschouwing in het Hbld., welke zeer dudelijk een beeld geeft van den toestand. De Duitsclie troepen, die België binnenruk ten en poogden een overgang over de Maas te vinden, hadden niet alleen ten doel door België naar Frankrijk te trekken, maar moes lim nu ook zorgen, dat zij bij den tocht naar Frankrijk niet in den rug konden worden aangevallen door het Belgisdhb leger. Had België den doormarsch der Duitsdh© tl'Oepen toegestaan, dan ware dit onnoodifir geveest. Dan hadden de Duitschers zich er toe kunnen bepalen, de spoorwegverbindin gen tueschen hun land en Noord-Frankrijk te bewaken. De weigering der Belgen, die zij hadden kunnen verwachten, maakte niet alleen de gevechten hij Visé en Luik noodt g, doch ver plichten de Duitsdhers nu, terwijl een gedeel te hunner troepen over Hoey naar Namen oprukt, belangrijke troepenmassa's in het Noorden van België te werpen, en daar het Belgische veldleger tegen te treden. Zoolang dit nog geheel of bijna intact is, zou het voortrukken naar Frankrijk met een friseche, niet verslagen vijandelijke troepen macht in den rug, te gevaarlijk zijn. Daarom moet allereerst die troepenmacht worden on schadelijk gemaakt, en vooral weggedrongen van zijn centraal-rednit, de vesting Antwer pen. Vandaar deze beweging der Duitschers m de lijn Tongeren, St. Truyen, Leuven, Brussel Het strategisdh doel is: het veldleger der Belgiseh-Fransche troepenmacht to verslaan, een afdeeling achter te laten, om Antwerpen te maskeeren, en een uitval uit die vesting iu den mg van het oprukkende Duitsche leger te beletten, en zich zoo mogelijk van Brussel meester te maken. De Belgiseh-Fransche troepen moeten dit pogen te beletten. Zij moeten dus trachten dien opmarsch der Duitsche troepen tegen te houden, deze terug te werpen op de Maas, en zoo zij daarin niet kunnen 6lagen, een zoo groote mogelijke ongeschokte troepenmacht biunen de vesting en de stelling van Antwer pen te brengen, zich dus van deze stelling niet door een omtrekkende beweging der Duitschers te laten afdringen. Is een groote, ongeschokte, strijdbare en van alles voor ziene legeraf deeling in Antwerpen, dan vormt deze een voortdurende bedreiging in den rug der Duitsche troepen en wordt het Duitsche legerbestuur genoodzaakt een zeer groote macht aan hare offensieve legers te onttrekken, om de zeer uitgebreide stelling van Antwerpen te omsingelen, of in elk ge val te beletten, dat de daatrin Opgesloten troepen een „retour-offensif' maken en den Duitschen opmarsch pogen te verstoren. Dit is in het kort de positie der heide in SToord-België tegenover elkander staande le germachten, zooals die uit de ontvangen be richten is op te maken. De ca valerie-ge vechten, waarvan wij tel kens lezen, zijn voorposten gevechten, daar cavalerie dient om de posities der tegen partij te verkennen, zoodat doze telkens met ae vijand in voeling komt. Groote beteeken is hebben al die gevechten, waarvan in 'de telegrammen telkens wordt melding gemaakt, niet. Wel wordt daarvan door béide partijen op jEfe beurt groote ophef gemaakt, maar dat is Sneer voor den indruk naar buiten. Als de •puiteehera ons seinen, dat heele Fransche Weerkorpsen „in de pan gehakt" .zijn, of de fSW^schen. dat zij „op alle linies overwin- zÜn, dan nemen we deze verzekerin- met de noodige reserve aan, en.... leggen bij de rest. Zoo is het trouwens ook met de berichten iWer d0 actie der Belgen. Het is duidelijk •«Weken, dat de Belgische troepen met- groo ten moed cn volharding hebben gestreden en don Duitschers een tegenstand hebben gebo den, dien deze niet hadden verwacht. Maai de ontzaglijke lofzangen van de Fransche en Engelsche pers zijn (zooals een Duitsche fficieuze mcdedeeling terecht zegt) niet an ders dan „reclame", en ook de hier bij ons veelgehoorde voorstelling, dat door het verzet bij Luik de plannen van den Duitschen ge ne ralen staf volkomen in de war zijn ge schopt is evenzoo een dwaasheid! Wanneer in die plannen met zulk eeu te genstand geen rekening zou zijn gehouden, zouden zij niet veel waard zijn. En dat mag men niet verwachten van den generalen staf van het Duitsche leger, bij stafofficieren die uit de school von Moltke zijn voortgekomen. Die hebben natuurlijk alle kansen vooraf berekend en daartegen maatregelen genomen. Want Duitschland wist, dat een oorlog zou gaan om „unsera staatliche und nationale Existenz", zooals von Bern hard i dat noemde, en dat het daarbij zou aangewezen zijn „einzig auf imscro eigene Kraft und unseven eigenen Willen zum Siege." Onder die omstandigheden is het niet aan te nemen, dat niet met alle kansen^ vooral rekening zou zijn gehouden, dat niet alle kansen zouden zijn nagegaan en overwogen! Hieronder volgen "dan, in de orde ongeveer waarin ze tob ons kwamen, do berichten uit do verschillende deden van het oorlogsterrein, UIT NOORD-BELGIS. In Noord-Belgiö, waar tusschen Diest en Jodoigne de Belgische hoofdmacht staat ge schaard, stellen zich. do legers tegen elkaar op. Yan ééne schermutseling geeft de Belgische staf het volgende, boven reeds besproken be richt „Na den nacht te hebben doorgebracht in de posities, die ze na hun terugtocht van gisteren hadden bereikt, zijn de Duitschers krachtig voorwaarts gedrongen naar het punt, waar onze voorbereidselen werden gemaakt, en dat zij onverdedigd waanden. Onze generale staf waakte echter zorgvuldig. Uitstekend inge licht door de verkenningen der cavalerie wist hij de noodige bevelen te geven en de vijanden vonden zoodoende een tegenpartij, die hun te woord stond. „Er ontwikkelde zich een gevecht, waarvan de uitslag gunstig was voor onze wapenen. „Een 10.000 manschappen namen er deel aan. Het was de eerste actie op open terrein. Onze troepen streden met voordeel en een goed vooruitzicht voor de toekomst. „Overigens is de toestand onveranderd, ten minste uiterlijk. Bij de verbondenen wordt het plan, dat van te voren overeengekomen is, stuk voor stuk gevolgd." Men ziet dat dit niet zeer veel licht geeft. We zullen dus moeten afwachten, AAN DE ELZASSISCHE GRENS. Ook van de zuidelijke gedeelten van het oor logsveld komen vandaag niet veel berichten. Bij Miihlhausen, zoo meldde een Duitsch be richt, namen de Duitsche troepen eenige Fran sche officieren en 513 soldaten gevangen, en maakten vier kanonnen en tien amunitiewa- gens buit, benevens een groot aantal geweren. Het Duitsche grondgebied is van vijanden ge zuiverd. Bij Lagarde vielen den Duitschen troepen meer dan 1000 ongewonde krijgsgevangenen in handen, d.i. meer dan een zesde deel der beide regimenten, die aan het gevecht deelnamen. Het is echter niet duidelijk of deze berich ten op nieuwe gevechten betrekking hebben, ofwel dat ze slaan op den reeds vermelden slag waarin de Duitschers de Franschen hebben teruggeworpen. AAN DE BELGISCHE ZUIDGRENS. Van Luxemburg eu de Belgische zuidgrens is er heelemaal geen nieuws. Het gerucht loopt dat een groote Fransche legermacht in Bel gisch-Luxemburg optrekt naar het Noorden, doch dat is al zoo vaak verteld.... De Fran schen zijn niet vlug met hun hulp aan de Bel gen! Een officiëel communiqué uit Parijs spreekt het bericht tegen, dat er een belangrijk gevecht plaats had in den omtrek van Givet. Sinds 't be gin der vijandelijkheden werden talrijke ruiters, welke aan het patrouillceren waren, langs de Fransch-Belgisch grens gevangen genomen, zoo wordt gemeld. TER ZEE. Een Duitsch Beuterbeiiclit zegt: Duitsche onderzeeëer» vare» in de laatste dagen langs de Oostkust van Engeland en Schotland tot aan de Shetland-eilanden. Over de resultaten van deze tochten kan natuurlijk nog niets worden medegedeeld. De pantser-kruiser „Goeben" en de kleine kruiser „Breslau" zijn 5 Aug. na hun onder nemingen aan de Algerijnsche kust in de neu trale Italiaansohe haven Messina binnenge- loopen. Uit een Duitsch schip werd een nieuwe voor raad kolen ingeladen. De haven werd bewaakt door Engelsche sche pen, die met onze kruisers in contact gekomen waren. Desniettegenstaande slaagden onze schepen er in 's avonds (6 Aug.) Messina te verlaten en het ruime sop te kiezen. Nadere bijzonderheden kunnen begrijpelijker wijze nog niet worden medegedeeld. Van Engelsche zijde wordt medegedeeld dat deze beide Duitsche kruisers zich thans in de Grieksche wateren bevinden en op weg zouden zijn naar de Dardanelles Uit den Lokal-Anzeigor is het volgende verhaal, dat aan de 'N. R. Ct. wordt overge seind: In den namiddag van 1 Augustus liggen de Goeben en de Breslau vreedzaam voor Brindisi. Gereed voor den strijd zijn de sche pen reeds lang. Weinige uren later brengt de draadiooze telegrafie verlichting na de lange spanning. Met Ihet donker worden stijgt er wat meer rook uit de machtige schoor- steenen en als deze door den wind is wegge waaid is het watervlak ledig. Slechts grijze schaduwen glijden over het water. Voor het eerst zal 'top den vijand los gaan. Nog drie honderd zeemijlen tot Messina. Snel de straat binnen. Op 2 Augustus geeft de gastvrije neutrale haven kolen zooveel als de schepen maar her gen kunnen. In den avondnevel weer naar buiten. Geen vijand in zicht. In allerijl west waarts. 4 Augustus. De Afrikaans die kust van Bl- serta schijnt te slapen in het vale vroegodlv- tendlichi Langzaam stoomt de Breslau met eenigszins verhoogde snelheid voort en ver dwijnt in 't Westen. Bij 't aanbreken van den dag zenden beide schepen hun metalen groe ten naar de Afrikaansche kust. In Phlippe- ville en Bön>e liggen stoomhooten vreedzaam aan do kade. Het genot wordt hun vergald. Spoedig is het vernielingswerk verricht. Blik semsnel, gelijk zij kwamen, zijn de kruisers weer verdwenen. De kanonnen donderen van land terug. Onschadelijk. 5 Augustus. De oorlogsschepen zijn weer in Messina. Thans wordt het ernst. Belangrijker taak wacht. De haven is door Engelschen en Fransehen omringd, het verblijf in een neu trale haven afgemeten. Weder zooveel moge lijk kolen ingenomen en dan eindelijk, en nu echt, op den vijand los. Admiraal en officie ren gaan den 5en nogmaals aan land om hij den Duitschen consul testamenten, brieven en kostbaarheden achter te laten. Dan komen de laatste voorbereidingen tot den „huzaren- rit." De zon zinkt dieper, donkere schaduwen ver breiden zich over de Straat van Messina, de pijpen rooken, het knarsen van de ankerket tingen wordt gehoord. In de haven een dui- zendhoofdige menigte. Op de Goeben weer klinkt het volkslied. Blootshoofds staan offi cier enen manschappen aan dek. Drie hoe- ra's op den Keizer. De maan verlicht de nach telijke vaart. Diepe stilte. Elk nader bericht ontbreekt. Wat loeren den vijanden overkomen is, weten zij alleen. de engelsche HULP TROEPEN. Nu de Engelschen^ dra in België zullen verschijnen misschien er reeds zijn om mee te vechten tegen de Duitschers, zulleu enkele mededeelingen, ontleend aan een cor respondentie in de Tel', uit Londen, onzen le zers welkom zijn. Reeds vóór het einde der vorige week ver nam ik van iemand, die van een bezoek aan de Engelsche Kanaal-eilanden was terugge komen, dat hij een groote boot met duizenden Engelsche soldaten het Kanaal had zien over steken. De plaats van hunne bestemming is niet uitgelekt. Ik weet ook dat hier brieven van Engelsche soldaten uit België zijn ont vangen en toch blijken zij aldaar tot dusver niet te zijn opgemerkt. Maar dat wordt eens deels uit de censuur verklaard en anderdeels uit het feit, dat alle dagbladcorrespondenten op eerbiedigen afstand van het oorlogsveld worden gehouden. Geen enkele Engelsche oorlogscorrespondent mag het van hier ge zonden expcditieleger vergezellen. Deze ont zaglijke volkerenkrijg maakt aan de carrière der oorlogscorrespondenten een einde. Van het veeliten zien zi.i niets meer. En zij kunnen daaromtrent slechts berichten, wat men van officieele zijde rapporteert of verteld wil heb ben. Van den bloedigen strijd om en in Luik kregen onze lezers zeker wel het beste en meest onpartijdige nieuws vau uit uit. Luik zelf en Maastricht- De sterkte van het Engelsche expeditiele- ger zal tusschen de 100,000 en 200,000 man zijn, maar dichter bij het laatste dan hij het eerste cijfer. Met geen mogelijkheid kou ik echter daaromtrent de juiste gegevens erlangen. Wel meen ik te kunnen zeggen, dat de uitge zonden troepen de keur van het Engelsche staande leger zmllen vormen. De z.g. territo rials, of landweer, blij ven de hinaenlandsoha veiligheid beschermen. Naar mij werd gezegd, zullen minstens twee garde-regimenten tot het expeditie-leger behooren. Het opperbevel daarvan is, naar het 'heet, toevertrouwd aan generaal sir John French, die het laatst in den Zuid-Afrikaanschen oorlog roemrijk vocht, en aan generaal sir J. M. Grierson, de commander in chief der Oostelijke divisie van het Engelsche leger en ook een zeer be kwaam krijgskundige. Hij maakte vroeger een bijzondere studie der legers van Rusland en Duitsohand. Met deze enkele mededeelingen moet de le zer zich tevreden stellen, omdat ik, zooals ik reeds zeide, niet indiscreet wil zijn. Het aller belangwekkendste is, dat sinds 99 jaar geen Engelsche troepen op het vasteland zijn ge weest en gestreden hebben. Dit bewijst toch wel de reusachtige beteekenis van dezen al- lerontzetteudsten oorlog, die wegens zijn om vang onmogelijk lang kan duren. Een Belgisch blad verhaalt de volgende moe dige daden, van Belgen, welke door officieren zijn bevestigd Tijdens een schermutseling vloog een soldaat op twee uhlanen aan en bedreigde hen met de bajonet. De Duitschers lieten hunne wapenen vallen, en leverden zich over. Twee andere soldaten, in den omtrek van Thienen ingekwartierd, hadden zonder toela ting de rangen verlaten om te Thienen sigaret ten te gaan koopen. Zij bevonden zich zonder wapens, toen zij opeens twee uhlanen zagen, die van hun paard waren gestapt. De Duit schers sprongen met de bajonet naar de Belgen toe. Een der laatste sloeg het wapen met de hand weg en greep den Duitscher bij de keel. Deze gaf zich onmiddellijk over, terwijl zijn ge zel wegvluchtte. De vluchteling liep echter niet ver. Hij werd achtervolgd en ingehaald. Toen de overwinnaars met hunne sigaretten terugkwamen in dg linies, bekwamen zij niet alleen vergiffenis maar werden ook toege juicht. Een soldaat van het derde lansiers, Bogaerts genaamd, vindt zijn plezier in gansch alleen voor de voorposten der Duitschers te gaan wan delen. Bemerkt hij een groep uhlanen, dan rijdt hij er heen, maakt er een of twee af en drijft de andere op de vlucht. Tot nu toe heeft hü er reeds verscheidene gedood en vijftien gevangen genomen. Tusschen zijn slachtoffers bevindt zich een Duitsche spion. WAT ZIJN „KRIJGSGEVAN GENEN". Volgens het volkerenrecht mag ieder oor logvoerende partij de volgende personen krijgsgevangen maken: de soldaten van het vijandelijke leger, degenen, die met of zon der toestemming der regeering deel nemen aan de militaire operaties, het hoofd van de regeering van het vijandelijke land, de bur- gerliike ambtenaren, wier ambtsbezigheden onmddellijk met den krijg verhand houden, de personen, die opdracht hebben in het land of in de linies verontrustende berichten te verspreiden en de gemoederen op te winden, de officieele boodschappers, die openlijk hun zending vervullen en de lucbtsohippers of aviateurs, die verkennersdiensten verrichten of verbindingen onderhouden tusschen de verschillende legerkorpsen. De internationale conferentie van Brussel heeft voorschriften gegeven betreffende de behandeling eu de rechten der krijgsgevan genen. De toestand van krijgsgevangenschap is noch een straf, noch een daad van wraak. Het is een tijdelijke opsluiting in een stad, fort of kamp, die niet het karakter van een straf mag dragen. De krijgsgevangenen kunnen gebruikt wor den voor werkzaamheden in openbaar belang, mits deze niet direct of in verhand met de krijgsoperaties staan. Deze werkzaamheden mogen niet uitputtend of de rang en po sitie van den krijgsgevangene in aanmerking genomen vernederend zijn. Met toestemming van de militaire overheid kunnen zij werkzaam zijn in particulieren dienst, liuft salaris strekt dan tot verbetering van hun toestand of zal Ihun worden uitbe taald na afloop van den oorlog. De onder houdskosten mogen dan in mindering worden gebracht. Ook het gehalte van het, voedsel is bepaald. De verzorging der krijgsgevan genen kan n.l. geregeld worden door een over eenkomst tusschen de oorlogvoerende par tijen en hij gebreke daarvan moet voedsel en kleeding worden verstrekt als aan de sol- daten van het leger. Zij zijn aan de_ krijgs tucht onderworpen en kunnen disciplinair gestraft worden. In geval van ontvluchting Is bet geoorloofd na sommatie op hen te schie ten. Bij arrestatie kunnen zij disciplinair gestraft worden en onder strenger toezicht gesteld worden. Worden zij ten tweeden male krijgs gevangen gemaakt, dan mogen zij voor hun ontvluchting niet gestraft worden. De uitwisseling der krijgsgevangenen moet geregeld worden bij bijzondere overeenkomst tusschen de oorlogvoerende partijen. Zij kunnen vrijgelaten worden op eerewoord wanneer tenminste de wetten van hun eigen land zulks toestaan. Iedere krijgsgevangene die op cerewoord is in vrijheid gesteld en andermaal met do wa- penen in de vuist wordt gevangen genomen, kan aan deu krijgsraad worden overgeleverd. MAG DAT? Sinds eenigen dagen ziet men des avonds in onze hoofdstraten een individu, goor ge zicht pn lange vette haren, van 't beker le anarchisten-type, die schichtig en sluik3 aan alle militairen die er loopen, papiertjes uit deelt. Die papiertjes zijn anti-militairistis oho schotschriftjes waarin de soldaten worden aan gemaand om den boel erbij neer te gooien, niet te vechten als dat noodig zou wezen, en meer .van dat mooi's meer. Nu zal wel niemand bang behoeven te zijn, dat deze anti-militairistische jonkman daad-, werkelijk veel aanhangers zal krijgen, doch dergelijke anticlericale en antimaatschappa- lijke propaganda doet tocli altijd kwaad, is ërop berekend om ontevredenheid te wekk-n en is vodral in dezen tijd onduldbaar. (Wij vragen ons af, waarom de politie niet scherper toeziet op dit anarchistisch individu? Do militaire overheid intusschen is hier mede gewaarschuwd: het zou wellicht 't beste zijn mIs 'de soldaten-zelf dit sujet eens beduid den, dat zij van zijn opruiende DrooaaSanda niet gediend zijn! Rechtens eindigt de krijgsgevangenschap hij het einde van den oorlog. Hun invrijheidstel ling moet door een overeenkomst van de oor logvoerende partijen geregeld worden. Kradlutens de conventie van Genève worden reeds voor het eindigen der vijandelijkheden de gewonde of zieke krijgsgevangenen na hun genezing, indien zij voor den krijgsraad on geschikt zijn geworden, in vrijheid gesteld en naar hun land teruggezonden. HET KONINKLIJK PALEIS TE BRUSSEL ALS HOSPITAAL. In October 1910 woei, zoo vertelt de „Gazet van Antwerpen", boven den rechtervleugel van het koninklijk paleis te Brussel, de fiere vlag van keizer Willem van Duitsch land, boen op bezoek bij den koning en de koningin der Belgen. Thans wappert aan denzelfden vlag.gestek) het vaandel van het Roode Kruis en het. [Mi- leis is in een hospitaal herschapen; op de ge sloten vensteis, heel den voorgevel langs, ziet men hét Roode Kruis op witten grond, alsook pp de vensters uitziende op do groote bin nenplaatsen. Het is onze edelmoedige koningin, die er op gestaan heeft, het koninklijk verblijf te lier- scheppen in een toevluchtsoord voor de slacht offers vjln den oorlog, om het even welke» want het is een internationaal hospitaal. Wanneer men de prachtige zalen doorloopt, waar weleer de luisterrijke ontvangsten ten eere van Willem II plaats hadden, krimpt hot onverschilligste hart ineen, en wordt men ba- vangen met een diepgevoeld en eindeloos wee. De koningin heeft zelf de inrichtingswer ken bestuurd. Terwijl de koning ginds verre met zijn ge neraals de zege voorbereidde, bereidde H. M,. de teederflbe zorgen voor aan hen, die ge kwetst van do ijselijke slagvelden zouden te- rugkeeren. En dit hospitaal is ruimschoots van alle bee noodigdheden voorzien. Is koningin Elisabeth immers niet de dochter van een geneesheer?.... Heel de eerste verdieping en een groot deéf van de tweede werden benuttigd. Het koninklijk hospitaal zal drie honderd gekwetsten kunnen ontvangen. De bedden werden geplaatst in de groote balzaal, in da groote galerij, in de wachtkamer, in de kei zerlijke zaal, in de witte salons, alles op dK* eerste verdieping. J i Uit deze salons werden de meubelen, de dra perieën, de tapijten weggenomen. De lusted werden van de kristallen ontbloot, de prach^ tigo veiriichtingstoestellcn werden vervangen! door heldere, electrische lampen; waterkranen en lavabo's werden bijgeplaatst, enz.... De serre, waar, bij de hofbals, het kfeitt buffet woidi ovtr-ssteld. bevat thans en d»b- l»elo operatiezaal.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 1