DAGBLAD voor NOORD- an ZUID-HOLLAND.
De oorlog.
BEENKAPPEN.
P. W. TWEEHUIJSEN,
fiUnd@pfiiuisvesi 26-31-33,
Onze Gratis-Bugdakkii Vtrzekiriag.
IOOO
400
300
150
IOO
60
15
PONBEROAG 15 AUGUSTUS ISU
SSsto Jaargang Mo. 551-4
Bureaux van ftedaetie en Adaministraiie
intercommunaal Telefoonnummer 1426.
BELGISCHE HELDEN
DADEN.
BARTEL JORIS STRAAT 27,
TELEFOON 1770.
Alle betalende abonné's op dit blad, die in
het bezit eener verzekeringspolis zijn, zijn
volgens de bepalingen op de polissen vermeid
tegen ongelukken verzekerd voor:
GULDEN bij levenslange onge
schiktheid tot werken.
GULDEN bij overlijden.
verlies van een
GULDEN bij
hand of voet.
GULDEN bij verlies van één oog.
OULDEN bij verlies van éèn duim
GULDEN bij verlies van één wijs
vinger.
GULDEN bij verlies van één an
deren vinger.
Haarlemsche AÜedagjes No. 1405
.«3!
~:rr^n-*r-r
ABONNEMENTSPRIJS I
Per 8 maanden voor Haarlem 'J'*?
Voor do plaatsen, waar een agent Is gevestigd (kom der gem.) «1.35
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post -1.80
Afzonderlijke nummers u a3
PRIJS DER ADVERTENTIëNt
Van 6 regels 60 cent (contant 50 cent). Iedere regel meer 10 el.
Buiten Haarlem en de Agentschappen 15 ct per regel Buitenl 20 ot.
Dienstaanbiedingen 25 ct. (6 regels), driemaal voor 50 et öontant).
AGENDA. 14 Augustus.
Gebouw St. Bavo R- K. Volksbond
R. K. Propagandaclub.
Meisjeepatronaat St. Rosa Nassanlaan
50— 7J4-8M uur Spaarbank.
Paleis van Justitie half 2
Bureau van Consultatie.
Bisschoppelijk Museum Jansstraat
Ï9 Geopend eiken dag van 10—5 uur, tegen
betaling van 25 cents. Uitgezonderd Zaterda
gen en R. K. feestdagen.
OVERZICHT.
Er is in dit overzicht vandaag eigenlijk
zoowat niets te vertellen.
't Is nog zooals gisteren: de stilte voor den
storm.
Er is een vaag bericht nit Belgische bron,
dat blijkbaar op een voorpostengevecht op
de linies in de Kempen slaat, maar dat ons
nietveel licht geeft wat er eigenlijk is ge
beurd. Wij hebben het bericht, zooals Reu
ter ihet geeft, hieronder opgenomen.
Voorts is er zie de telegrammen een
bericht dat de Duitschers over de heele linie
terugtrekken. Erg betrouwbaar komt het ons
niet voor! Blijkbaar zijn de Duitschers bezig,
hun posities in te nemen voor den grooten
slag, die komen gaat.
Intusschen willen wij nu hier een denk
beeld geven van de positie en de bewegingen
der beide groote troepenmachten in midden-
België, waardoor veel duidelijk zal worden
van de berichten, en waardoor onze lezers
ook op eigen gelegenheid het „oorlogsnieuws"
dat de beide partijen publioeeren, zullen kun
nen beoordeelen naar waarde.
Het volgende overzicht is voor een goed
deel ontleend aan een beschouwing in het
Hbld., welke zeer dudelijk een beeld geeft
van den toestand.
De Duitsclie troepen, die België binnenruk
ten en poogden een overgang over de Maas
te vinden, hadden niet alleen ten doel door
België naar Frankrijk te trekken, maar moes
lim nu ook zorgen, dat zij bij den tocht naar
Frankrijk niet in den rug konden worden
aangevallen door het Belgisdhb leger.
Had België den doormarsch der Duitsdh©
tl'Oepen toegestaan, dan ware dit onnoodifir
geveest. Dan hadden de Duitschers zich er
toe kunnen bepalen, de spoorwegverbindin
gen tueschen hun land en Noord-Frankrijk te
bewaken.
De weigering der Belgen, die zij hadden
kunnen verwachten, maakte niet alleen de
gevechten hij Visé en Luik noodt g, doch ver
plichten de Duitsdhers nu, terwijl een gedeel
te hunner troepen over Hoey naar Namen
oprukt, belangrijke troepenmassa's in het
Noorden van België te werpen, en daar het
Belgische veldleger tegen te treden.
Zoolang dit nog geheel of bijna intact is,
zou het voortrukken naar Frankrijk met een
friseche, niet verslagen vijandelijke troepen
macht in den rug, te gevaarlijk zijn. Daarom
moet allereerst die troepenmacht worden on
schadelijk gemaakt, en vooral weggedrongen
van zijn centraal-rednit, de vesting Antwer
pen.
Vandaar deze beweging der Duitschers m
de lijn Tongeren, St. Truyen, Leuven, Brussel
Het strategisdh doel is: het veldleger der
Belgiseh-Fransche troepenmacht to verslaan,
een afdeeling achter te laten, om Antwerpen
te maskeeren, en een uitval uit die vesting iu
den mg van het oprukkende Duitsche leger
te beletten, en zich zoo mogelijk van Brussel
meester te maken.
De Belgiseh-Fransche troepen moeten dit
pogen te beletten. Zij moeten dus trachten
dien opmarsch der Duitsche troepen tegen te
houden, deze terug te werpen op de Maas, en
zoo zij daarin niet kunnen 6lagen, een zoo
groote mogelijke ongeschokte troepenmacht
biunen de vesting en de stelling van Antwer
pen te brengen, zich dus van deze stelling
niet door een omtrekkende beweging der
Duitschers te laten afdringen. Is een groote,
ongeschokte, strijdbare en van alles voor
ziene legeraf deeling in Antwerpen, dan
vormt deze een voortdurende bedreiging in
den rug der Duitsche troepen en wordt het
Duitsche legerbestuur genoodzaakt een zeer
groote macht aan hare offensieve legers te
onttrekken, om de zeer uitgebreide stelling
van Antwerpen te omsingelen, of in elk ge
val te beletten, dat de daatrin Opgesloten
troepen een „retour-offensif' maken en den
Duitschen opmarsch pogen te verstoren.
Dit is in het kort de positie der heide in
SToord-België tegenover elkander staande le
germachten, zooals die uit de ontvangen be
richten is op te maken.
De ca valerie-ge vechten, waarvan wij tel
kens lezen, zijn voorposten gevechten, daar
cavalerie dient om de posities der tegen
partij te verkennen, zoodat doze telkens met
ae vijand in voeling komt.
Groote beteeken is hebben al die gevechten,
waarvan in 'de telegrammen telkens wordt
melding gemaakt, niet.
Wel wordt daarvan door béide partijen op
jEfe beurt groote ophef gemaakt, maar dat is
Sneer voor den indruk naar buiten. Als de
•puiteehera ons seinen, dat heele Fransche
Weerkorpsen „in de pan gehakt" .zijn, of de
fSW^schen. dat zij „op alle linies overwin-
zÜn, dan nemen we deze verzekerin-
met de noodige reserve aan, en.... leggen
bij de rest.
Zoo is het trouwens ook met de berichten
iWer d0 actie der Belgen. Het is duidelijk
•«Weken, dat de Belgische troepen met- groo
ten moed cn volharding hebben gestreden en
don Duitschers een tegenstand hebben gebo
den, dien deze niet hadden verwacht. Maai
de ontzaglijke lofzangen van de Fransche
en Engelsche pers zijn (zooals een Duitsche
fficieuze mcdedeeling terecht zegt) niet an
ders dan „reclame", en ook de hier bij ons
veelgehoorde voorstelling, dat door het verzet
bij Luik de plannen van den Duitschen ge
ne ralen staf volkomen in de war zijn ge
schopt is evenzoo een dwaasheid!
Wanneer in die plannen met zulk eeu te
genstand geen rekening zou zijn gehouden,
zouden zij niet veel waard zijn. En dat mag
men niet verwachten van den generalen staf
van het Duitsche leger, bij stafofficieren die
uit de school von Moltke zijn voortgekomen.
Die hebben natuurlijk alle kansen vooraf
berekend en daartegen maatregelen genomen.
Want Duitschland wist, dat een oorlog zou
gaan om „unsera staatliche und nationale
Existenz", zooals von Bern hard i dat noemde,
en dat het daarbij zou aangewezen zijn „einzig
auf imscro eigene Kraft und unseven eigenen
Willen zum Siege."
Onder die omstandigheden is het niet aan
te nemen, dat niet met alle kansen^ vooral
rekening zou zijn gehouden, dat niet alle
kansen zouden zijn nagegaan en overwogen!
Hieronder volgen "dan, in de orde ongeveer
waarin ze tob ons kwamen, do berichten uit
do verschillende deden van het oorlogsterrein,
UIT NOORD-BELGIS.
In Noord-Belgiö, waar tusschen Diest en
Jodoigne de Belgische hoofdmacht staat ge
schaard, stellen zich. do legers tegen elkaar op.
Yan ééne schermutseling geeft de Belgische
staf het volgende, boven reeds besproken be
richt
„Na den nacht te hebben doorgebracht in de
posities, die ze na hun terugtocht van gisteren
hadden bereikt, zijn de Duitschers krachtig
voorwaarts gedrongen naar het punt, waar
onze voorbereidselen werden gemaakt, en dat
zij onverdedigd waanden. Onze generale staf
waakte echter zorgvuldig. Uitstekend inge
licht door de verkenningen der cavalerie wist
hij de noodige bevelen te geven en de vijanden
vonden zoodoende een tegenpartij, die hun te
woord stond.
„Er ontwikkelde zich een gevecht, waarvan
de uitslag gunstig was voor onze wapenen.
„Een 10.000 manschappen namen er deel
aan. Het was de eerste actie op open terrein.
Onze troepen streden met voordeel en een goed
vooruitzicht voor de toekomst.
„Overigens is de toestand onveranderd, ten
minste uiterlijk. Bij de verbondenen wordt het
plan, dat van te voren overeengekomen is, stuk
voor stuk gevolgd."
Men ziet dat dit niet zeer veel licht geeft.
We zullen dus moeten afwachten,
AAN DE ELZASSISCHE GRENS.
Ook van de zuidelijke gedeelten van het oor
logsveld komen vandaag niet veel berichten.
Bij Miihlhausen, zoo meldde een Duitsch be
richt, namen de Duitsche troepen eenige Fran
sche officieren en 513 soldaten gevangen, en
maakten vier kanonnen en tien amunitiewa-
gens buit, benevens een groot aantal geweren.
Het Duitsche grondgebied is van vijanden ge
zuiverd.
Bij Lagarde vielen den Duitschen troepen
meer dan 1000 ongewonde krijgsgevangenen in
handen, d.i. meer dan een zesde deel der beide
regimenten, die aan het gevecht deelnamen.
Het is echter niet duidelijk of deze berich
ten op nieuwe gevechten betrekking hebben,
ofwel dat ze slaan op den reeds vermelden slag
waarin de Duitschers de Franschen hebben
teruggeworpen.
AAN DE BELGISCHE
ZUIDGRENS.
Van Luxemburg eu de Belgische zuidgrens
is er heelemaal geen nieuws. Het gerucht loopt
dat een groote Fransche legermacht in Bel
gisch-Luxemburg optrekt naar het Noorden,
doch dat is al zoo vaak verteld.... De Fran
schen zijn niet vlug met hun hulp aan de Bel
gen!
Een officiëel communiqué uit Parijs spreekt
het bericht tegen, dat er een belangrijk gevecht
plaats had in den omtrek van Givet. Sinds 't be
gin der vijandelijkheden werden talrijke ruiters,
welke aan het patrouillceren waren, langs de
Fransch-Belgisch grens gevangen genomen,
zoo wordt gemeld.
TER ZEE.
Een Duitsch Beuterbeiiclit zegt:
Duitsche onderzeeëer» vare» in de laatste
dagen langs de Oostkust van Engeland en
Schotland tot aan de Shetland-eilanden. Over
de resultaten van deze tochten kan natuurlijk
nog niets worden medegedeeld.
De pantser-kruiser „Goeben" en de kleine
kruiser „Breslau" zijn 5 Aug. na hun onder
nemingen aan de Algerijnsche kust in de neu
trale Italiaansohe haven Messina binnenge-
loopen.
Uit een Duitsch schip werd een nieuwe voor
raad kolen ingeladen.
De haven werd bewaakt door Engelsche sche
pen, die met onze kruisers in contact gekomen
waren. Desniettegenstaande slaagden onze
schepen er in 's avonds (6 Aug.) Messina te
verlaten en het ruime sop te kiezen.
Nadere bijzonderheden kunnen begrijpelijker
wijze nog niet worden medegedeeld.
Van Engelsche zijde wordt medegedeeld dat
deze beide Duitsche kruisers zich thans in de
Grieksche wateren bevinden en op weg zouden
zijn naar de Dardanelles
Uit den Lokal-Anzeigor is het volgende
verhaal, dat aan de 'N. R. Ct. wordt overge
seind:
In den namiddag van 1 Augustus liggen
de Goeben en de Breslau vreedzaam voor
Brindisi. Gereed voor den strijd zijn de sche
pen reeds lang. Weinige uren later brengt
de draadiooze telegrafie verlichting na de
lange spanning. Met Ihet donker worden stijgt
er wat meer rook uit de machtige schoor-
steenen en als deze door den wind is wegge
waaid is het watervlak ledig. Slechts grijze
schaduwen glijden over het water. Voor het
eerst zal 'top den vijand los gaan. Nog drie
honderd zeemijlen tot Messina. Snel de straat
binnen.
Op 2 Augustus geeft de gastvrije neutrale
haven kolen zooveel als de schepen maar her
gen kunnen. In den avondnevel weer naar
buiten. Geen vijand in zicht. In allerijl west
waarts.
4 Augustus. De Afrikaans die kust van Bl-
serta schijnt te slapen in het vale vroegodlv-
tendlichi Langzaam stoomt de Breslau met
eenigszins verhoogde snelheid voort en ver
dwijnt in 't Westen. Bij 't aanbreken van den
dag zenden beide schepen hun metalen groe
ten naar de Afrikaansche kust. In Phlippe-
ville en Bön>e liggen stoomhooten vreedzaam
aan do kade. Het genot wordt hun vergald.
Spoedig is het vernielingswerk verricht. Blik
semsnel, gelijk zij kwamen, zijn de kruisers
weer verdwenen. De kanonnen donderen van
land terug. Onschadelijk.
5 Augustus. De oorlogsschepen zijn weer in
Messina. Thans wordt het ernst. Belangrijker
taak wacht. De haven is door Engelschen en
Fransehen omringd, het verblijf in een neu
trale haven afgemeten. Weder zooveel moge
lijk kolen ingenomen en dan eindelijk, en nu
echt, op den vijand los. Admiraal en officie
ren gaan den 5en nogmaals aan land om hij
den Duitschen consul testamenten, brieven
en kostbaarheden achter te laten. Dan komen
de laatste voorbereidingen tot den „huzaren-
rit."
De zon zinkt dieper, donkere schaduwen ver
breiden zich over de Straat van Messina, de
pijpen rooken, het knarsen van de ankerket
tingen wordt gehoord. In de haven een dui-
zendhoofdige menigte. Op de Goeben weer
klinkt het volkslied. Blootshoofds staan offi
cier enen manschappen aan dek. Drie hoe-
ra's op den Keizer. De maan verlicht de nach
telijke vaart. Diepe stilte.
Elk nader bericht ontbreekt. Wat loeren
den vijanden overkomen is, weten zij alleen.
de engelsche HULP
TROEPEN.
Nu de Engelschen^ dra in België zullen
verschijnen misschien er reeds zijn om
mee te vechten tegen de Duitschers, zulleu
enkele mededeelingen, ontleend aan een cor
respondentie in de Tel', uit Londen, onzen le
zers welkom zijn.
Reeds vóór het einde der vorige week ver
nam ik van iemand, die van een bezoek aan
de Engelsche Kanaal-eilanden was terugge
komen, dat hij een groote boot met duizenden
Engelsche soldaten het Kanaal had zien over
steken. De plaats van hunne bestemming is
niet uitgelekt. Ik weet ook dat hier brieven
van Engelsche soldaten uit België zijn ont
vangen en toch blijken zij aldaar tot dusver
niet te zijn opgemerkt. Maar dat wordt eens
deels uit de censuur verklaard en anderdeels
uit het feit, dat alle dagbladcorrespondenten
op eerbiedigen afstand van het oorlogsveld
worden gehouden. Geen enkele Engelsche
oorlogscorrespondent mag het van hier ge
zonden expcditieleger vergezellen. Deze ont
zaglijke volkerenkrijg maakt aan de carrière
der oorlogscorrespondenten een einde. Van
het veeliten zien zi.i niets meer. En zij kunnen
daaromtrent slechts berichten, wat men van
officieele zijde rapporteert of verteld wil heb
ben. Van den bloedigen strijd om en in Luik
kregen onze lezers zeker wel het beste en
meest onpartijdige nieuws vau uit uit. Luik
zelf en Maastricht-
De sterkte van het Engelsche expeditiele-
ger zal tusschen de 100,000 en 200,000 man zijn,
maar dichter bij het laatste dan hij het eerste
cijfer. Met geen mogelijkheid kou ik echter
daaromtrent de juiste gegevens erlangen.
Wel meen ik te kunnen zeggen, dat de uitge
zonden troepen de keur van het Engelsche
staande leger zmllen vormen. De z.g. territo
rials, of landweer, blij ven de hinaenlandsoha
veiligheid beschermen. Naar mij werd gezegd,
zullen minstens twee garde-regimenten tot
het expeditie-leger behooren. Het opperbevel
daarvan is, naar het 'heet, toevertrouwd aan
generaal sir John French, die het laatst in
den Zuid-Afrikaanschen oorlog roemrijk
vocht, en aan generaal sir J. M. Grierson, de
commander in chief der Oostelijke divisie
van het Engelsche leger en ook een zeer be
kwaam krijgskundige. Hij maakte vroeger
een bijzondere studie der legers van Rusland
en Duitsohand.
Met deze enkele mededeelingen moet de le
zer zich tevreden stellen, omdat ik, zooals ik
reeds zeide, niet indiscreet wil zijn. Het aller
belangwekkendste is, dat sinds 99 jaar geen
Engelsche troepen op het vasteland zijn ge
weest en gestreden hebben. Dit bewijst toch
wel de reusachtige beteekenis van dezen al-
lerontzetteudsten oorlog, die wegens zijn om
vang onmogelijk lang kan duren.
Een Belgisch blad verhaalt de volgende moe
dige daden, van Belgen, welke door officieren
zijn bevestigd
Tijdens een schermutseling vloog een soldaat
op twee uhlanen aan en bedreigde hen met de
bajonet. De Duitschers lieten hunne wapenen
vallen, en leverden zich over.
Twee andere soldaten, in den omtrek van
Thienen ingekwartierd, hadden zonder toela
ting de rangen verlaten om te Thienen sigaret
ten te gaan koopen. Zij bevonden zich zonder
wapens, toen zij opeens twee uhlanen zagen,
die van hun paard waren gestapt. De Duit
schers sprongen met de bajonet naar de Belgen
toe. Een der laatste sloeg het wapen met de
hand weg en greep den Duitscher bij de keel.
Deze gaf zich onmiddellijk over, terwijl zijn ge
zel wegvluchtte. De vluchteling liep echter
niet ver. Hij werd achtervolgd en ingehaald.
Toen de overwinnaars met hunne sigaretten
terugkwamen in dg linies, bekwamen zij niet
alleen vergiffenis maar werden ook toege
juicht.
Een soldaat van het derde lansiers, Bogaerts
genaamd, vindt zijn plezier in gansch alleen
voor de voorposten der Duitschers te gaan wan
delen. Bemerkt hij een groep uhlanen, dan rijdt
hij er heen, maakt er een of twee af en drijft
de andere op de vlucht. Tot nu toe heeft hü er
reeds verscheidene gedood en vijftien gevangen
genomen. Tusschen zijn slachtoffers bevindt
zich een Duitsche spion.
WAT ZIJN „KRIJGSGEVAN
GENEN".
Volgens het volkerenrecht mag ieder oor
logvoerende partij de volgende personen
krijgsgevangen maken: de soldaten van het
vijandelijke leger, degenen, die met of zon
der toestemming der regeering deel nemen
aan de militaire operaties, het hoofd van de
regeering van het vijandelijke land, de bur-
gerliike ambtenaren, wier ambtsbezigheden
onmddellijk met den krijg verhand houden,
de personen, die opdracht hebben in het land
of in de linies verontrustende berichten te
verspreiden en de gemoederen op te winden,
de officieele boodschappers, die openlijk hun
zending vervullen en de lucbtsohippers of
aviateurs, die verkennersdiensten verrichten
of verbindingen onderhouden tusschen de
verschillende legerkorpsen.
De internationale conferentie van Brussel
heeft voorschriften gegeven betreffende de
behandeling eu de rechten der krijgsgevan
genen. De toestand van krijgsgevangenschap
is noch een straf, noch een daad van wraak.
Het is een tijdelijke opsluiting in een stad,
fort of kamp, die niet het karakter van een
straf mag dragen.
De krijgsgevangenen kunnen gebruikt wor
den voor werkzaamheden in openbaar belang,
mits deze niet direct of in verhand met de
krijgsoperaties staan. Deze werkzaamheden
mogen niet uitputtend of de rang en po
sitie van den krijgsgevangene in aanmerking
genomen vernederend zijn.
Met toestemming van de militaire overheid
kunnen zij werkzaam zijn in particulieren
dienst, liuft salaris strekt dan tot verbetering
van hun toestand of zal Ihun worden uitbe
taald na afloop van den oorlog. De onder
houdskosten mogen dan in mindering worden
gebracht. Ook het gehalte van het, voedsel
is bepaald. De verzorging der krijgsgevan
genen kan n.l. geregeld worden door een over
eenkomst tusschen de oorlogvoerende par
tijen en hij gebreke daarvan moet voedsel
en kleeding worden verstrekt als aan de sol-
daten van het leger. Zij zijn aan de_ krijgs
tucht onderworpen en kunnen disciplinair
gestraft worden. In geval van ontvluchting Is
bet geoorloofd na sommatie op hen te schie
ten.
Bij arrestatie kunnen zij disciplinair gestraft
worden en onder strenger toezicht gesteld
worden. Worden zij ten tweeden male krijgs
gevangen gemaakt, dan mogen zij voor hun
ontvluchting niet gestraft worden.
De uitwisseling der krijgsgevangenen moet
geregeld worden bij bijzondere overeenkomst
tusschen de oorlogvoerende partijen.
Zij kunnen vrijgelaten worden op eerewoord
wanneer tenminste de wetten van hun eigen
land zulks toestaan.
Iedere krijgsgevangene die op cerewoord is
in vrijheid gesteld en andermaal met do wa-
penen in de vuist wordt gevangen genomen,
kan aan deu krijgsraad worden overgeleverd.
MAG DAT?
Sinds eenigen dagen ziet men des avonds
in onze hoofdstraten een individu, goor ge
zicht pn lange vette haren, van 't beker le
anarchisten-type, die schichtig en sluik3 aan
alle militairen die er loopen, papiertjes uit
deelt.
Die papiertjes zijn anti-militairistis oho
schotschriftjes waarin de soldaten worden aan
gemaand om den boel erbij neer te gooien,
niet te vechten als dat noodig zou wezen,
en meer .van dat mooi's meer.
Nu zal wel niemand bang behoeven te zijn,
dat deze anti-militairistische jonkman daad-,
werkelijk veel aanhangers zal krijgen, doch
dergelijke anticlericale en antimaatschappa-
lijke propaganda doet tocli altijd kwaad, is
ërop berekend om ontevredenheid te wekk-n
en is vodral in dezen tijd onduldbaar.
(Wij vragen ons af, waarom de politie niet
scherper toeziet op dit anarchistisch individu?
Do militaire overheid intusschen is hier
mede gewaarschuwd: het zou wellicht 't beste
zijn mIs 'de soldaten-zelf dit sujet eens beduid
den, dat zij van zijn opruiende DrooaaSanda
niet gediend zijn!
Rechtens eindigt de krijgsgevangenschap hij
het einde van den oorlog. Hun invrijheidstel
ling moet door een overeenkomst van de oor
logvoerende partijen geregeld worden.
Kradlutens de conventie van Genève worden
reeds voor het eindigen der vijandelijkheden
de gewonde of zieke krijgsgevangenen na hun
genezing, indien zij voor den krijgsraad on
geschikt zijn geworden, in vrijheid gesteld en
naar hun land teruggezonden.
HET KONINKLIJK PALEIS TE BRUSSEL
ALS HOSPITAAL.
In October 1910 woei, zoo vertelt de „Gazet
van Antwerpen", boven den rechtervleugel
van het koninklijk paleis te Brussel, de fiere
vlag van keizer Willem van Duitsch land, boen
op bezoek bij den koning en de koningin der
Belgen.
Thans wappert aan denzelfden vlag.gestek)
het vaandel van het Roode Kruis en het. [Mi-
leis is in een hospitaal herschapen; op de ge
sloten vensteis, heel den voorgevel langs, ziet
men hét Roode Kruis op witten grond, alsook
pp de vensters uitziende op do groote bin
nenplaatsen.
Het is onze edelmoedige koningin, die er op
gestaan heeft, het koninklijk verblijf te lier-
scheppen in een toevluchtsoord voor de slacht
offers vjln den oorlog, om het even welke»
want het is een internationaal hospitaal.
Wanneer men de prachtige zalen doorloopt,
waar weleer de luisterrijke ontvangsten ten
eere van Willem II plaats hadden, krimpt hot
onverschilligste hart ineen, en wordt men ba-
vangen met een diepgevoeld en eindeloos wee.
De koningin heeft zelf de inrichtingswer
ken bestuurd.
Terwijl de koning ginds verre met zijn ge
neraals de zege voorbereidde, bereidde H. M,.
de teederflbe zorgen voor aan hen, die ge
kwetst van do ijselijke slagvelden zouden te-
rugkeeren.
En dit hospitaal is ruimschoots van alle bee
noodigdheden voorzien. Is koningin Elisabeth
immers niet de dochter van een geneesheer?....
Heel de eerste verdieping en een groot deéf
van de tweede werden benuttigd.
Het koninklijk hospitaal zal drie honderd
gekwetsten kunnen ontvangen. De bedden
werden geplaatst in de groote balzaal, in da
groote galerij, in de wachtkamer, in de kei
zerlijke zaal, in de witte salons, alles op dK*
eerste verdieping. J i
Uit deze salons werden de meubelen, de dra
perieën, de tapijten weggenomen. De lusted
werden van de kristallen ontbloot, de prach^
tigo veiriichtingstoestellcn werden vervangen!
door heldere, electrische lampen; waterkranen
en lavabo's werden bijgeplaatst, enz....
De serre, waar, bij de hofbals, het kfeitt
buffet woidi ovtr-ssteld. bevat thans en d»b-
l»elo operatiezaal.