KERKNIEUWS.
Een strijd in volle Zee.
Vr. vau jos S. te Hillegotu.
Antw. Wij hebben uw vraag met de moeilijk
heid gelezen en onder de oogen gezien. Beter
aan hierop een uitvoerig antwoord te geven ach-
';cn wij het beste dat u zich met deze moeilijk
heid wendt tot het R. K. Bureau voor rechtskun
dig advies inzake arbeidersbelangen tc i laar-
iem. Dit bureau houdt eiken Donderdagavond
zitting van 8 tot 9 uur in het gebouw Sint
Bavo, Smedestraat, te Haarlem. Niet alteen dat
men u dan volledig zal inlichten, ihaar ook hebt
u naar de vereischte rechtskundige hulp- direct
hij de hand en bereid u te heipen. Onkosten zijn
er niet aan verbonden, tenzij een kleine vergoe
ding.
Vr. 1. Is er aan het Academisch Ziekenhuis
te l eiden een polikliniek? 2. Worden de patiën-
en aaar behandeld door professoren? 3. Wan
neer kan men daar terecht?
Aniw. 1. Ja. 2. Ja, althans onder toezicht van
prolessoren. 3. U kunt er eiken werkdag van 9
uur 's morgens af terecht. Voor speciale ziekteu
zijn speciale uren vastgesteld,
t-'ragen over loten.
Aniw. Zij, die geen antwoord ontvingen op
hun vragen omtrent uitlotingen van loten, zij
medegedeeld dat huu loten nog niet zijn uitge
loot voor zoover ons bekend. Aan hen, wier loten
wel waren uitgeloot, hebben wij die bekend ge
maakt per brief. De uitlotingen der Sint Bavo-
leemng worden immer in ons blad bekend ge-
maaKt. Dit ais antwoord op een gedane vraag.
Vr. Wat kan ik doen om weder in het bezit
te Komer. van een door mij verhuurd huis, waai-
van de bewoner mondeling heeft kennis gegeven
dat hij er uit zou trekken. Hij deed dit ook,
doen gaf geen sleutel en liet het huis gesloten
achter, gordijnen voor de ramen. Hij is nog
ettelijke weken huur schuldig en heeft geen
aures achtergelaten.
Antw. U zult eerst moeten beginnen met te
weten te komen waar uw huurder is. Dat weten
wij ook niet. U kunt dan, na hem gevonden te
heoben, den sleutel en de achterstallige huur
door oe politie of door den deurwaarder laten
opeischen. Kunt u den huurder niet vinden, dan
geven wij u in overweging de deur te forceeren
en aizoo binnen het huis te dringen.
Vr. Ik moet vijf October onder de wapenen
komen bij het paardenvolk. Ik heb echter bericht
ontvangen, dat ik 5 October niet weg hoef. lot
hoelang heb ik nu uitstel?
Antw. Dat is onbekend. Het uitstel is onbe
paald
Vr. In 1913 was ik aangeslagen in de be-
drijfs- en inkomstenbelasting voor f 1.10. Dit
jaar is dit 4.40. Kunt u mij ook zeggen tegen
welk inkomen ik ben aangeslagen? Ik heb vijf
kinaeren beneden de zestien jaar.
Antw. f 800.
Vr. Ik ben op Zondagavond in mijn dienst
gekomen en de dienstopzegging heeft ook op
Zondagavond plaats gehad. Heb ik nu het recht
om op Zondagavond te vertrekken, en zoo niet,
hoe laat mag ik dan Zondags mijn dienst ver
laten
Antw. U had den dienst moeten opzeggen
's Zaterdagsavonds tegen de volgende weck
Zaterdag. Dat hebt u niet gedaan. U hebt
't 's Zondags gedaan. Dat is te laat, dus moet
ti nog tot den tweeden daarop volgenden Zater
dag blijven. U moogt dan 's avonds na afloop
van het werk vertrekken. Van vertrekken op
Zondagavond komt in geen geval iets, tenzij met
goedvinden van uw patroon.
Antw. Wij zouden u niet aanraden thans iu
Duitschland te gaan werken. Verzuim in ieder
geval niet eerst uw licht op te steken bij den
directeur der Arbeidsbeurs te Haarlem, die over
uw speciale geval zal kunnen oordeelen, of bij
de Emigratie-vereeniging in Haarlem. Een pas
kunt u bij den Duitschen consul verkrijgen.
Vr. Bestaat er een vast tarief van uitkeering
voor vrouw en kinderen van personen, die onder
de wapenen zijn. Indien de uitkeering te gering
is, tot wien moet ik mij dan wenden om daarin
verbetering te brengen?
Antw. Door den Minister van Oorlog is liet
maximum van het tarief van ondersteuning be
paald op f 1.50 voor een landweerman en op
f 1.voor een milicien. Hoeveel een landweer
man of milicien voor vergoeding krijgt wordt
bepaald door den Minister van Oorlog, na
daarin voorgelicht en geadviseerd te zijn dooi
den burgemeester der gemeente, waarin de be
doelde landweerman of militieplichtige woont.
De burgemeester stelt daarna een onderzoek in
naar de behoeften van het gezin. Kunt u zich
niet vereenigen met het bedrag, dat is toegekend,
dan kunt u zich om verbetering wenden tot den
Minister van Oorlog. Maar aangezien de minis
ter, alvorens een nieuw besluit uit te vaardigen,
toch weer eerst het advies van den burgemeester
vraagt, zoo zult u het beste doen met u aller
eerst met uw klachten te wenden tot den burge
meester der plaats uwer inwoning. Zijn uw
klachten gegrond en meent de burgemeester dat
uw wenschen moeten ingewilligd worden, dan
zal hij u wel adviseeren een request te zenden tot
den Minister van Oorlog of zelf voor de vervul
ling der formaliteiten zorg dragen. Een bepaald
vastgesteld op advies van den burgemeester.
(Wij ontvingen vele vragen van ongeveer de
zelfde strekking. Wij zullen die niet alle afzon
derlijk beantwoorden, maar men gelieve het bo
venstaande als antwoord daarop te beschouwen.)
Vr. Mijn zoon is van de lichting 1914 en
bestemd voor een bereden korps. Kunt u mij ook
zeggen wanneer hij moet opkomen?
Antw. Allerwaarschijnlijkst in cle maand Oc
tober a.s., doch er is nog niets met zekerheid
bekend.
Vr. Mijn inwonende dienstbode heeft met
Aug. haar kennisfooi ontvangen, en half Sep
tember haar dienst opgezegd tegen 1 Nov. Is
zij nu niet verplicht mij de kermisfooi lenig te
geven? Zoo zij in gebreke blijft mag ik dan het
bedrag' van haar loon afhouden?
Antw. Het aannemen der kennisfooi houdt in
dat de dienstbode met November niet weggaat.
Gaat de dienstbode toch weg, dan moet de ker
misfooi worden teruggegeven. Als zij in gebreke
blijft, kunt u de kermisfooi van het loon afhou
den.
Vr. Kunt u tnij den koristen weg per fiets
opgeven naar Venlo?
Antw. Van Haarlem over Amsterdam, Dui-
vendrecht, Breukelen, Utrecht, Zeist, Arnhem,
Nijmegen, Mook, Gennep, Venlo.
Vr. Kunt u mij den koristen weg per fiets op
geven naar Reewijk?
Antw. Haarlem, Hillegom, Leiden, Koude
kerk, Hazerswoude, Boskoop, Reewijk.
manschappen in mijn koffer een kistje si- „Komiek, daar omnoog was niets te Itooren merkbaar tin* th
garen ontdekt en dit onder het missaaltje en nu hoor ik het weer heel duidelijk." fluisterde a*?LSaelheid ve™inaerae
DE EERSTE H. MIS OP TERSCHELLING.
De Maasbode verhaalt van eeu der aal
moezeniers, die op telegrafisch verzoek van
den stellingcommandant van Den Helder de
gar
plaatst; we waren gered
Een voor een kwamen nu de R. K. mili
tairen binnen, om knielend voor een stoel
te biechten. Daarna begon ik de H. Mis, pri
mitief in deze omgeving, maar ik geloof, na
mijn eerste H. Mis nooit meer zoo aandoen
lijk te hebben gecelebreerd; dan een militaire
preek gehouden, waarna allen zeer onder den
indruk de H. Communie ontvingen en nog
eeni gen tijd bleven nabidden.
Zonder uitzondering gav enallen hun vreug
de te kennen en vroegen als in koor: wan
neer komt u weerom? Ik beloofde den Bis
schop erover te raadplegen.
Thans komt er iedere veertien dagen een
priester uit Harlingen dien mannen, zoo
troost behoevend, den grootsten zieletroost
brengen, en beeft God in Zijn H. Sacramen
ten ook dat zoo vergeten eiland in letterlij
ken zin gekozen tot rustbank Zijner Voeten.
„Van de lijn Hoek van Holland—Harwich af
de zee verkennen, den strijd met sterkere vijan
delijke krachten vermijden!" Zoo ongeveer
luidde de opdracht, die volgens een schets van
F. Bernhard in die lVvchensch.au de beide Duit
sche kruisers hadden gekregen, welke in de nabij
heid van den oostelijken ingang van het Kanaal
zich bevonden
Gevonden hadden ze van de vijanden tot op
heden „nit emol e Harnmelssterzche", zooals het
eeuwig in Jjeweging zijnde mondwerk van den
hoofd-matroos eu mijnenlegger Tiesler, het uit
drukte.
Tiesler, als ze jou doodschieten," had de lui-
tenant-torpedist bij een gelegenheid eens gezegd,
n es e ij-e v. txoigmg op zich nam der ïl. Tv. mdtt je je snavel met een extra-slagpa-
troon uit elkaar laten springen, anders staat ze
toch niet stil."
De lucht was klaar en helder: de zelfs op zee
de
militairen op liet eiland Terschelling.
Met admiraal X maakte de priester
reis naar Terschelling;
Geven wij hem zelf het woord:
Wal bad de aankomst een bekijks. Bij het
van boord gaan word ik vooral aangegaapt,
ze hadden daar nog nooit een priester ge
zien, toch werd ik niet ongemanierd behan
deld of nagejouwd zooals wij geestelijken
dat iu bevolkte streken wel gewoon zijn.
drukkende daghitte was aanmerkelijk minder ge
worden nu het tegen den avond liep. Heel in de
verte waren duidelijk de witte Engelsche krijt
rotsen zichtbaar. De zeevlakte was, behalve door
een paar bruine Hollahdsche visscherspinken,
geheel verlaten.
Niet één enkel rookwolkje was aan den ge
1 udelboader*\'r!vmd l'n' jl(>.lld'\vaai' tla zichteinder van deze anders zoo drukbevaren zee
hotelhouder weemd opzag eh misschien wel Mon haA bracht
een spion m me vermoedde. Na eemg pralen
en roepen naar een kamermeisje „Ficf bob
ben", wist ik dat er op no. 5 boven nog een
kamer beschikbaar was.
Nu ging ik naar de kazerne, te weten een
daarvoor dienstbaar gemaakte school, waar
ik den commandant (écu len luitenant van.
hel Indische leger) ©uturn; Ite. die alhdewel iden hoe anSer hoe onduidelijker weldra zag
zelf niet katholiek, toch al zijn best had ge- Jme" van den aan 't hoofd varenden kruiser mets
daan een R. K. priester voor'zijn manschap- anders dan een schaduwachtige massa,
pen le doen overkomen. °P beide schepen werd „Torpedowacht" ge-
Z.E.Gestr. ging nu mede ten gelegenheid
zichtbaar. Men had getracht van de bemanning
dier visscherspinken eenig bericht te krijgen over
de Engelsche vloot, doch ook zij hadden niets
gezien.
Langzamerhand begon de schemering zich
over de onmetelijke watervlakte te verspreiden
het werd duister. De omtrekken der schepen wer-
zoeketi om den volgenden morgen de H. Mis
te kunnen lezen; ook de burgemeester was
medegegaan om ons van advies' te dienen,
maar tevergeefs, nergens was ruimte en ge
legenheid te vinden- Dan maar iu mijn bu
reau, zegt de welwillende comandant. die zich
tigheid bij het onderhouden van de vuren, opdat i
niet eenige gloeiende vonken door den schoor- j
steen naar buiten kwamen en dan als een ver,
zichtbare vuurstaal!, door de lucht gedragen
werden. Hoe licht zoo iets mogelijk was, had men
immers bij vroeger gehouden torpedo-manoeu
vres kunnen waarnemen.
leder luid gesproken woord was streng ver
boden over de watervlakte toch, draagt de
klank van woorden onberekenbaar ver. Bevelen
werden van mond tot mond gefluisterd.
Frits Tiesler, jan Abroineit en
kunnen lezen, zoodat nog iets gezocht moet
tarief voor een vrouw, of voor een vrouw eri zoo-I worden om dit te verhoogen; niets behoor-
veel kinderen bestaat niet. De vergoeding wordt lijks is er voor te vinden, totdat een der
Bij de S. K. (snelvuurkanonnen) lagen de
manschappen gereed, om dadelijk het vuur te
kunnen openen. De vuurmonden waren geladen;
ernaast stonden de verpakte munitie en eenige
losse projectielen.
H Boven, in het gesloten zoeklicht, zongen en
voor zijn aanbod evenwel cc nigsx iris'geneert, I duisterden de koolspitsen. Alle vensters en luiken
omdat hij het tusschen de opgestapf-Me waren „lichtdicht" gesloten. Ni te 'n enkel licht-
sehoolbanken en «le fourage ak tonnetjesstraaltje kon naar buiten dringen,
botor, kuas enz. «een pussende omnvvhn- nekt. j lu de stookplaatsen arbeidden de lui met de
on O. L. lieer, die niet terugschrok voor
BetihMiem's stal, i.s zeker tevreden met het
noodbmvau van den len luitenant.
De commandant laat de manschappen aan
treden cu doel inededrcling dat. do H. Mis
den volgenden dag om halftien woi*lt opge
dragen. Nu ga ik naar mijn hotelkamer,
wachtend op het diner.
Al wachtende hoor ik buiten mot tussehen-
poozen een bel klinken, 't is de plaatselijke
omroeper, die de mededeel ing doel dat er in
do Geref. kerk door deuit Harlingort,
met het oog op den oorlog eu voor liet be
houd van den vrede in ons vaderland, een
bidstond gebonden worden zal. Ook kier
wordt dns door de burgerij tot God gebeden.
Jammer dat ze niet weten Jhoe morgen
(wellicht voor hot eerst) hnu God en Koning
eenige oogen blikken zal neerdalen uit den
hooge, onder de nederige gedaante van brood
en wijn.
Den volgenden morgen reeds vroeg ga Ik
naar het bureau van den commandant. Een
Indisch, sergeant, met eenige militairen wa
ren al bezig wat orde te brengen, ruimte le
maken en banken le plaatsen; allen waren
zeer voorkomend en dienstwillig.
Op dergelijke missiereizen niet voorbereid,
heb ik in den koffer bij me een zwaren hoofd-
altaarsteen; deze wordt geplaatst op een (hou
ten tafel, nu eeu kleed er over en de kande
laars met kaarsen er op eu het hulpaltaar
is gereed. Ook de ampullen wórden op liet
altaar geplaatst, want een Misdienaar is er
niet....
Het. hulpaltaar Ï3 erg laag eu ik bemerk
dat ik moeilijk uit mijn klein missaaltje zou
duidelijk," fluisterde
de eenjarige", die sinds Juni aan boord was.
„Leg het hoofd hier maar eens vlak tegen den
wand van den golfbreker aan. Klink het geluid
dan nog niet sterker dan daareven?" Een
ander echter meende, dat de klank integendeel
zwakker was geworden.
„Zouden we het niet aan Jensen zeggen?"
sloeg de „éénjarige" voor. Gelijktijdig verhief hij
zich en trad op den veelgevreesden, gestrengen
opperbootsinan toe „Heer opperbootsman,
daar is ergens iets te hooien. Het klinkt net, of
een scheepsschroef zeer snel gaat."
„Waar?"
„Dat kan ik u niet juist aanduiden. Bij het
geschut hebben we het allen duidelijk gehooid,
als wij het hoofd legen den golvenbreker legden,
doch zoodra wij het hoofd omhoog hieven werd
het geluid zwakker."
De onderofficier stond op en volgde den een-,
jarige naar voren: ook hij legde zich neer en
drukte het oor tegen de ijzeren wanden.
„Hoort ge 't fluisterde Tiesler. „Dat klinkt
toch net hetzelfde als het malen eener schroef
in het water?" Jensen luisterde een poos met
alle aandacht en zei dan: „Ja, eenjarige, ge
hebt gelijk, maar wat het is weet ik niet; dat
het van een torpedoboot afkomstig is, geloof ik
echter niet, want dan moest het langzamerhand
sterker of zwakker worden; het klinkt echter
altijd even sterk. Ik wil eens zien, of achter ook
iets te hooien is."
Voorzichtig sloop de reusachtige baardige ge
stalte naar achteren, langs de vier zacht brom
mende en zoemende schoorsteen en, terwijl hij
overal de bij de kanonnen liggende, en in de
zwaluwnesten staande mannen op het gehoorde
opmerkzaam maakte. Hij bereikte spoedig het
achterschip. Niets te hooren!
I lij ging naar den stuurmansmaat. Deze ging
dadelijk met hem mede naar voren, luisterde
en had dadelijk de oplossing gevonden. „Jelui
zijn me kerels! Heb je nog nooit een electrische
dynamo hooren loopen? Maar ge behoeft je zoo
erg niet te schamen. De eerste maal dat ik het
zelfde geruisch bij cle torpedomanoeuvres hoorde,
lieb ik het ook heel trotsch gaan meldenen
kreeg drie dagen provoost, omdat ik onnoodig
het geheele schip in oproer had gebracht. Maar
iu c'en werkelijken oorlog is het toch wat anders
Beter wat te voorzichtig dan onoplettend."
Langzamerhand verstreek de nacht. Op 't dek
was 't met den fijnen motregen erg pnbehagelijk
geworden benedendeks, iu de bijna luchtdicht
afgesloten ruimten meendr men te zullen stik
ken. Toen twee minuten vóór vieren luitenant
Becker op cle commando-brug kwam om de
wacht over te nemen, heerschte nog stikdonkere
nacht
„Nou, 'k geloof dat de Engelschen nu niet
meer zullen komen," zei de luitenant tot zijn
wachtvoorganger, Deze echter antwoordde: „Af
wachten en theedrinkenDie komen bepaald nog,
ze verdienden immers slaag als ze bij ons gren-
zenloos brutaal optreden, zoo kort voor hun huis
deur, ons niet bemerkt hadden."
Toch merkwaardig deze terughouding der
John-bulls! Men was toch op het oogenblik be
paald zeker in de Theemsmonding, dus in het
geheel niet ver meer van de oorlogshavens
Chattam en Sheerness. Bepaald merkwaardig.
Zou daar soms geen list achter steken? Terwijl
hij hier nog over nadacht, klonk van stuurboord
de halfluide roep: „Ze komen!" En bijna gelijk-
pedobooten aan stuurboord achteruit!"
In alle hoeken en kanten van liet groote vaar
tuig wend tiet nu levendig. De commandant, die
iu liet kaartenhuis den nacht doorgebracht liad.
men zag, hoe op de andere boot een springende
granaat de geheele commandobrug wegnam,
Wat kon het schelen dat een der Duitsche sche
pen ook tegelijkertijd een paar kogelgaten kreeg.
Dat de tegenpartij ook een paar torpedo's had
algeschoten, had luitenant Brünner, de officier
aan 't roer, duidelijk bemerkt. Getroffen hadden
zij gelukkig niet.
Maar, sakkerloot, wat was dat?.Dat moest
toch van kolossaal zwaar geschut afkomstig zijn
wat daar m het water die geweldige waterzuil
omhoog geworpen had! Nog eens! En nog eens,
lieihaalde zich dat schouwspel. Wat het eerste
schot op 200 Meter van bakboord in het water
teiccht gekomen, de beide andere kwamen onaan
genaam naderbij. Blijkbaar ijzeren doodsboder.
uit de Britsche kustbaiterijen. Wij draaiden af'
in de instructie stond immers duidelijk: „Deii
strijd met de overmacht vermijden!"
Zeker, het was geen groote of kapitale zeeslag,
maar wij konden met het behaalde succes toch
tevreden zijn. „Prachtig, zooals onze mannetjes
zich gehouden hebben," verzekerde een seconde
later de commandeerende fregat-kapitein, aan
zijn eerste officier, terwijl hij de ronde met hem
deed om zich van de aangerichte schade en
averij te overtuigen.
„En ook met dc schietkunst van onzen tegen-
stander schijnt het nu niet bepaald zoo briüant
gesteld te zijn. Die hadden toch waarachtig aan
een schijf zooals onze schud is, trefkans genoeg,
dat zij er niet zoo miserabel langs en overheen
behoefden te schieten."»
„Wij hebben immers haast niet meer dan een
paai klassen in de verf opgeloopen."
„Hoeveel verliezen, dokter?"
„Zoo, zoo, niet één enkele? Zooveel te beter!"
„Het draadloos telegram is toch zeker aan het
opper-commando gezonden, niet waar? Oi
ons zusterschip ook iets van de Engelsche Hoog-
zeevloot mag hebben bespeurd? En of het daarbij
ook zooveel geluk heeft gehad ais wij? Zoo
niet, wat zullen ze dan jaloersch zijn! En nu,
kameraden, langs den koristen wen naar hnïet"
Het andere Duitsche slagschip had echter ook
„geluk gehad, bijna nog meer dan het eerste.
Nadat net zich ter hoogte van Lowestof van
zijn kameraad gescheiden had, was het een lan-
Pf i, l f15 vervelende boei geweest. Bijna was
het bijbelwoord op hen van toepassing geweest:
„Den heelen nacht gevischt en niets gevangen."
Een genoegen was het waarachtig niet, uit den
treure naar den tegenstander te zoeken, die zich
bijna voortdurend verdekt hield. Zoo was ze dan
tot tegen den morgen met een tamelijke vaart
noordwaarts opgestevend en daarbij ook nog in
een zeer wispelturige, dan eens dikker, dan weet
ijler wordende mistwolk geraakt.
„Ziezoo, nog een half uur, dan moeten wij
ongeveer voor Goole zijn," had eindelijk de
Oude" gezegd, terwijl het langzamerhand helder
der geworden was, Verder naar liet Noorden te
gaan, heeft geen doel en is ons trouwens ook
niet opgedragen."
Op eenmaal echter had de stem geklonken van
den matroos die in het „Kraaiennest" op den
uitkijk stond. Op luiden toon brulde hij door ck-n
scheepsroeper
„Onderzeebooten, recht vooruit!"
„Wat, onderzeebooten, waar dan?"
„Daar, daar, vlak voor ons, met den kijker
kunt u den commandotoren duidelijk zien; een,
twee, drie, vier stuks! De onzen kunnen het on
mogelijk zijn! Hoera, Engelschen!"
Van den afstanchneter was het getal 45 ge
meld, dat beteekeude, ciat cle afstand der booten
nog 45 Hectometer of 4500 Meter bedroeg.
Minstens vier minuten hadden de onderzeeërs
of lagen rondom hun „kantonnen i gjeine kruiser, en met hun beiden evenveel be
houden ze weer niet komen e vroeg de manning als een kruiser hadden. Zij kwamen
Frankfurter. De hemel zelf had in cle twee laatste
uren alles gedaan om de duisternis nog dieper
en ondoordringbaarder te maken, alle sterren
gedoofd, en zich in een clikkè wolkenlaag ge
pakt.
„Ik weet niet, best mogelijk vinden ze ons in
't geheel niet."
„Ja maar, 't is voor ons wat anders dat wij
die kleine torpedo's zien, clan zij onze groote
schepen
„Ja, daarom hebben wij dan ook den geheelen
dag gezocht, en zij kunnen het nu iu cjen nacht
doen."
„Wees eens stil! Is dat met net een geluid,
alsof er stil en behoedzaam een schroei in het
water slaat?"
„Houd toch je muil eens, Tiesler!"
Allen hieven hun hoofden op, legden ze tegen
cle golfbrekers en luisterden ingespannen, terwijl
zij beproefden de als 't ware tastbare duisternis
met hun oogen te doorboren.
„Koppen naar beneden!' fluisterde de ge-
schut-richtende maat. - Het lieele gezelschap
dook weer met het hoofd achter de reeling.
.-.rods Isabella geroofd eu op Hereford-house Nu alles legen mij is, zal hertogin Mo
to vondeling gelegd werd en dus zijn die lusiuo mij wel niet alleen willen laten, klonk
brieven ^Bog mooi op tijd in miju bezit ge-het zegevierend, alleen zij koestert zulke go-
Eobert voelens, dat ze me zelfs oji de beklaagden-
vau een bijzondere verkenningsvaart terug.
Wonderlijk, hoe weinig het hun toch om dén
strijd te doen was! Als instinctief draaiden ze
af, om de Duitschers te outloopen.
Op den kruiser was in 't zelfde oogenblik de
machtige commandostem van „den oude" te hoo
ren „Op de torpedobootenvuur
Oogenblikkelijk was de ééne zijde van het schip
in een vlammenspuwende!! rookgordel gehuld.
Het donderde, bliksemde en kraakte van geweld.
De machtige donder van het geschut overstemde
alle andere geluiden en rolde over de donkere
wateren. Daghelder belicht, bleven de Engelsche
torpedobooten zichtbaar. Men kon duidelijk zien,
dat de bedieningsmanschappen naar het geschut
sprongen; in allerijl lichtten en ook hun vuur
op den kruiser openden. En dan begonnen de
kogels ook bij den Duitscher hier en daar ia te
slaan zonder echter veel schade aan te richten.
Doch aan de overzijde!Een dreunende ont
ploffing die men zelfs door het krijgstumult dui
delijk kon hooren een reusachtige stoomwolk
die omhoog steeg. Hoera, de eene boot was vleu
gellam geschoten, ketel-lek! Duidelijk was het
was in twee sprongen op de commandobrug. De noodig om onder te duiken,
kanonnen waren bezet; de loopen der kolossaleI „Opgepast! Bakboord-geschut en stuurboord
stukken draaiden naar stuurboord, naar rechts,geschutOp de ondërzeebootenDrie-en-der
en tegelijkertijd wierpen de zoeklichten van bo-jtig Hectometer! Langzaam afzonderlijk vuur
ven af, machtige verblindende stralen, tastend en met vizierverwisseling! No. A 1 begint!"
vorschend op cle donkere watervlakte. In 't zelfde1 Boemtnkraakte het schot De terug-
sterd l oogenblik wareh zij ontdekt, en duidelijk zag looprem laat met sissend geluid haar saamge-
- - "?e c|e anderej meu nu in 't scherpe electrische licht, twee van perste lucht vliegen. Eenige seconden later hoort
wakkere „pikbroeken nog meer beetten, die daar tjje geheel nieuwe, groote torpedobooten dermen de afgeschoten granaat springen. Groote
bij het stuuiboord-bak-gesclmt oenooiden, zaten s-kiasse, die niet veel minder waren dan een waterzuilen verheffen zich. Maar wat is dat?
rran i.„,-nnnnen ii - .1 i Dg commandant verirouwt zijn oogen nietnog
maals ziet hij door den kijker! Rondom ééii der
onderzeebooten kookt en borrelt het water! „Ke
rel, vuurleider, weet je wat je gedaan hebt?
Met het eerste schot glad den commando-toren
weggeschoten! Mijn compliment!"
Langzaam loopt de onderzeeër vol water. Geen
drie minuten later gaat met een eleganten
sprong de E 7, een der nieuwe en beste Engel
sche U-booten, met den voorsteven omlaag, da
diepte in.
Zijn lotgenooten schieten uit elkander, eenige
oogenblikken later zijn de drie anderen allen
ondergedoken. Waarschijnlijk zullen zij zich on
der water bij elkaar voegen.
De kruiser heeft een kolossale vaart gekregen.
Hij heeft nu van de onderzeeërs betrekkelijk wei
nig te vreezen met die vaart. Zoo snel kunnen
zijn vijanden hem onder water niet volgen. Om
weer aan cle oppervlakte te komen daarmede
gaat minstens 6 minuten gepaard. In dien tijd
heeft hij te veel voorsprong
Bovendien begrijpen zij, dat hij zoowel achter
zich als terzijde het vaarwater scherp zal otv
serveeren.
Zoo eindigde dit treffen
raakt Dexter is dood. maae-gu.B
Mount-Sc ver u zult uw loon naai' gerechtig-j bank zal gezelschap houden
K-icl niet ontloopen. Geloof maai' niet, dat j Wat moet dat beteekenei
ik bang beru—voor publiciteit van die lage j tog streng,
bet terugvinden van Isabella beeft
enen? vroeg de lier-,
alles, alles! Wat beidon zeiden is de
waaitheid. ik heb hem n*t eigen band neer
geschoten en op mijn voorhoofd brandt bet
Kaïnstoeken....
Gebroken zat die hertog in zijn stoel en
daad
reeds stof genoeg opgejaagd. Wat ik vree*
de, helaas door deze brieven bewaarheid
de straf zal de rechter je wel toemeten.
Sir Robert stond op en maakte eeu correcte
buiging voor zijn vertoornden neef. zich op zijn oom wvrpen om Ihem terneer
De hertog van Hasting» veroorlove. mij te smijten.
.kor,t ï™0™1 !;e müner verdediging, sprak Maar Isabella sprong tusschen tien beiden,
hu -oe,. Dr. Dexter heeft Isabella toch bij Om Godswil, Charley, riep zij nit. laat
'i!e* ,fr lieden ondergebracht, en b« noch u niet door drift vervoeren, bij liegt niet,
j een oogenblik was het doodstil jn zaaj.
j En Melusme stond1 weer op en bleef naast
Dat beteekent dat. lady Melnsine liaarIsabella staan, schijnbaar zonder innerlijke
eersten echtgenoot, sir Ralph Hereford, door ontroering, de banden gevouwen. Toen sprak
eigen hand gedood beeft! zijOnophoudelijk on onuitwischbaar brandt
Schurk, je liegt! riep de hertog verorit- 'het Kaïnsteeken op mijn voorhoofd en de
waardigd uit en met gebalde vuist wilde bij bloedende gestalte van sir Ralph, met. die
.k hebben beur een haar op 't hoofd gekrenkt.
Jat zal toch wel als een verzaeibtencle om-
.sfaiHigheid worden aangemerkt
Jawel, zeer goed zorgde dr. Dextear voor
de vondelinge, zelfs uitstekend, zoolang mijn
moedor nog in loven was, maar zij zou zon
ik heb het zelf gezien, ik was den morgen
van de jacht, in het. bosdh en zag met eigen
oogen (boe zij hem neerschoot!
I>e hertog viel als een beschonken® in zijn
stoel terug en de dames schreiden van ont
zetting.
der uen trouwen Chester in het gekkenhuis Melusine, Melusine, riep de hertog met
erec.d genome® zyn. Je brutal® uitvluchten' j gebroken stem uit. Melusinezeg, dat
an veronteoouildigingen maken het; geval nog I Indelen liegen, zeg, dat ge onschuldig zijt» en
erger. Robert Mount-Severn, en je zult je,Uk wil je weer liefhebben, ik wil je....
•oo waar als ik Charles Hastings beet, voor
boeven daad ie verantwoorden Ihebhen.
Met fonkelende oogen koerde Moimt-Severa
«oh om en maakte een gebaar in de richting
«n lady Melusine, dat duidelijk 'a maue olfUi
verried.
Nu was Melusine's gemoed overvol. Beide
hauden sloeg zij voor ihel gelaat eu met
krampachtig gesteun viel zij naast het ta
feltje op de knieën ne.er.
't- Is te laat, sprak zij op treurigén toou,
doodelijke wonde in d.e horst, (heeft me ver
volgd in waken en droomen, heeft in me
gewekt hel. bitterst berouw! Hü stond tus
schen ons beiden als de geestelijke ons in
den edbt verbond: en ik mij.ue mot bloed
bevlekte hand in uwe reine legde. Waarom
ik dat. deed? Om je te kunnen toebehooren,
want, ik beminde je, maar ook je rang en
rijkdom lokten mij en stortten me iu den
afgrond der zonde, 't Was een vreeseliik
oogenblik van krankzinnigheid1, waarin ik
het deed, achter mij lag armoede en bitter
heid, vóór mij rijkdom, liefde en hooge rang
ik legde aan, en met vaste hand, zonder
te beven, sdhoot ik hem door de borst! Met
een vreesdij ken schreeuw stortte hij terne
der, de arme, oude man, en' op hetzelfde
oogenblik had ik reeds het bitterst berouw.,
te laat! II; moest alarm maken: een verzin
sel bedenken en voor den rechter een main.
alle» heb ik verloren, liefde, geloof en hoop eed doen. Zoo had de eene tflWhte daad d»
andere tot gevolg en zij stapelden zich meer
en meer op. 't Was dc oude geschiedenis van
„Auld Robin Gray"Macbeth van Schot
land vermoordde koning Duncan om een ko
ningskroon en zijn achterkleinkind, doodde
haar gemaal om een hertogskroon. Obarley,
ik ben schuldig, schuldig, driewerf schul
dig, en ontzettend is het leed, dat ik u en
den zoon van den doode heb berokkend
verstoot me, ik heb niet anders verdiend.
Sir Ralph zeide mij stervend: Ellendige
vrouw, dat de straf niet over je kornet En
ik hen gestraft en ellendig tot ju .bet diepst
mijner ziel. Charley, als Ihet mogelijk is, (help
me dan dat Kaïnsteeken van mijn voorhoofd
verwijderen, help me mijne handen rein te
wassohen van het bloed, dat er aan, kleeft.
doch indien je dit niet mogelijk is, verstoot
me dan en laat me nimmer je gelaat meer
aanschouwen, maar vervloek mij niet!
Zij zweeg en hoog haar mooi hoofd, diiep,
diep neer op haar horst en stil werd bet,
doodstil als iu de rechtszaal vóór het vonnis
wordt uitgesproken. Eindelijk liet de hertog
de handen van zijn door smart verwrongen
gelaat vallen en het leek of hij wel twintig
jaar onder geworden was.
Breng deze vrouw weg, zet (hij met
schorre stem, ik wil haar niet meer zien,
nooitt Zij is dood voor mij!...-
Hij wendde zich af om haar niet meer le
zien. Kalm, langzaam als eeu nachtwande-
laareter verliet «ij zwijgend het vertrek en
deed de deur zóó geruischI003 achter zich
dicht, alsof -rij bang was door het dichtslaan
van ihet slot hem aan haar te herinneren»
Op haar kamer gekomen, sloot zij ziek op.
en zonk voor Ihaar bed op de knieën neer.
Zoo lag ze uren lang tot diep in den nacht.
Zij stond op.
Overwonnen! mompelde zij zacht.
Toen ontdeed zij zich van (kaar kostbaaf
kleed en trok ervoor in de plaats een aa"
van eenvoudige wollen stof', vulde een hand4
koffer met ©enig lijfgoed en deed in haatf
h'eurs eenig geld. Vervol gons opende zij d«
groote cassette van Ihiaar juweelen en ver
geleek de aanwezige sieraden nauwkeurig
met de inventarislijst. Tenslotte trad zij voor
den spiegel en kamde haar lang goudblond
haar tot het in een bundel naar henedei"
hing, greep een schaaren binnen eenig"
seconden lag haar schoonste sieraad, buM
mooiste tooi afgesneden voor Ibaar op dp
tafel. Weemoedig glimlachend streek ze me*
haar mooigevormde handen over de lang"
heerlijke vlechten, hond ze vervolgens ine*
een zwart lint samen en hing er een brifcO*
aan. waarop met bevende hand geschreven
werd:
„De eerste schrede tot boete."
Het lange, goudgele haar legde zij bij d4
briljanten in de cassette on den sleutel de#*
ze in eon enveloppe, die zij aan Charl©»|
adresseerde en op de tafel achterliet
(Wordt vervolgd).»
Vr. Ik wil in Duitschlarvd gaan werken. Be-
Staat daar thans gevaar bij, of kan ik last heb
ben om een Duitsche pas te krijgen?
Tl; vind het Mor binnen beter rbtn bulten,Retammerdo v.oTxv*»\uifsVie\n en voorziet*!
tijcViK c\e luide stem van eeu anderen man: „Tor-
„Machinist, geef acht! Volle kracht vooruit 1"
j