der Openbare Godsdienstoefeningen in de R. K, Kerken te Haarlem en Omliggende plaatsen
I
L
Sued werüborgews
KERK BE RICHTEN.
Dit nummer behoort bö de «Nieuwe HaarL Courant" van 26 September 1914.
De nadruk Tas de berichten en mededeelingen in dit blad is verboden.
ZEVENTIENDE ZONDAG NA PINKSTE
REN.
lies uit den brief van den H. Apostel Paulus
aan de Ephesiërs; IV, 1—6.
Broeders! Ik bid u, ik, de gevangene in
den Heer, dat gij wandelt waardig der roe
ping, waarmede gij geroepen zijt met alle
nederigheid en zachtmoedigheid, met geduld,
elkander in liefde verdragend, vol ijver om
de oenheid des Geestes door den hand des
vrede® te bewaren. Eén lichaam, en één Geest,
gelijk gij geroepen zijt tot ééno hoop uwer
roeping; éen Heer, éen geloof, éen doopsel,
cén God en Vader van allen, die hoven allen
en door alles en in ons allen is; die gezegend
is in de eeuwen der eeuwen! A men.
Evang. volgens den H. Mattheus; XXII,
K5—46.
In dien tijd naderden de Pharizeën tot Je
sus, en een van hen, een leeraar der W et,
vroeg Hem om Hem op de proief te stellen:
Meester! wat is bet groot gebod in de Wet!
sus sprak tot hem: Gij zult den Heer uwen
God liefhebben uit geihieel uw hart en met
geheel uwe ziel en met geheel uw verstand.
Dit is het grootste en eerste gebod. En het
tweede is daaraan gelijk: gü zult uwen naas
te beminnen gelijk u zeiven. Aan deze twee
geboden hangt de geineele Wet en de Pro
feten.
Toen nu de Pharizeën vergaderd waren,
ondervroeg Jesus hen, zeggende: Wat dunkt
u van den Christus? Wiens Zoon k Hij! Zij
iden Hem: Van David. Hij sprak tot hen:
Hoe noemt David dan in den Geest Hem
Heer, als hij zegt: de Heer heeft gezegd tot
mijnen Heer, zit aan mijne rechterhand, tot
dat Ik uwe vijanden stelle tot voetbank uwer
voeten! Zoo dus David Hem Heer noemt,
hoe is Hij zijn Zoon! En niemand kon Hom
een woord antwoorden; ook durfde van dien
dag af niemand Hem meer ondervragen.
te. aaa e§ tfeverlkpiariis gf
ZEVENTIENDE ZONDAG NA PINK
STEREN.
Met leedvermaak hadden de Phariseën
vernomen, dat de" Saduceërs op eene voor
hen vernederende wijze door Jesus waren
terecht gewezen. Waar zij echter in de ver
blindheid hunner, harten Jesus todh hieven
tegenwerken, verzonnen zij een nieuwen aan
val. Een hunner werd daarom afgezon
den om aan Jesus eene vraag te. stellen over
een der heftigste strijdpunten onder de Jo
den: „Meester, welk is het grootste gebod,
in de Wet!" Eeuigen hielden de uitwendige
Clods vereer i uar, anderen hot hT' TP" ftc -
pllcnxe offers, anderen Ihet vieren van den
Sabbath voor het grootste der geboden. Nie
mand, zoo dachten de Phariseën, kon een
allen bevredigend antwoord geven, en wat
Jesus ook zoude zeggen, zij zouden met Hem
m een redetwist geraken, om Hem op een of
andere wijze in Zijne woorden te vangen.
Het antwoord des Zaligmakers is kort en
bondig, maar verheven en diep van betee-
kenis. Jesus zegt tot hem: Gij zult den Heer
uwen God liefhebben met geheel uw hart,
en met gelheel uw ziel en met. geheel uw ver
stand. Dit is Ihet eerste en het grootste ge
bod." Dit gebod is even oud als het meusch-
dom. Dit is bet eerste gebod, want hieraan
moet door eiken mensch de eerste plaats in
y.ijn hart worden ingeruimd, aan (Te vervul
ling daarvan moet alles, zonder eeniig voor
behoud ondergeschikt gemaakt worden. Het
ook het grootste gebod, want wat is groo-
tr-r dan God! Wat verdient meer bemind te
worden! Het is ook toet grootste, omdat het
den getoeelen mensch omvat voor heel den
duur van zijn "bestaan, en alles van hem
eisctot wat hij kan geven. Daarom zegt Je-
ïjls dan ook dat wij God moeten liefhebben
met geheel ons toart, dus al onze geneigdheid
Hem moeten geven, met geheel onze ziel,
alle driften, begeerten en verlangens op Hem
moeten richten, met geheel ons verstand,
y.oodat wij er ons op toeleggen Gods wil te
kennen en dien met alle kradhten van ziel
en lichaam te vervullen. Om de liefde tol
God moete.n wij met de Heiligen dagelijks
idden en trachten daarin steeds vorderin
gen te maken.
De Goddelijke Leermeester nam, gelijk Hij
meermalen gewoon was te doen. deze gele
genheid te haat om aan Zijn eerste onder
richting een tweede te verbinden, die eene
nadere verklaring en uitbreiding van het
geen voorafgaat, bevat. „Het, tweede gebod
aan bet eerste gelijk is; gij zult uwen naaste
ei hebben als u zei ven." De twee geboden:
liefde tot God en tot den naaste werden nooit
door den Zaligmaker gescheiden, en1 Hij wil
de daardoor aantoonen, dat zij zoo innig ver
bonden zijn, dat geen ware Mefde tot God
denkbaar is, al8 daarmede een opredhte lief
de tot den naaste niet gepaard gaat en om
gekeerd. Doch de vraag kan hij ons oprijzen:
hoe kan het gebod der naastenliefde gelijk
genoemd worden aan net gebod der liefde
tot God! Er ligt tooh een Oneindige afstand
tueschen die heiden! Ja, en toch kunnen dde
feboden gelijk genoemd worden. Gelijk, ont-
at zij helden aan den mensch zijn voor-
geedhreven door den*elfden God, gelijk om
dat beide geboden het*>]fde eisdhen/narne-
Jtfk de liefde tot God «n tot den naaste om
God, gelijk omdat evenal» de liefde tot God
ook de liefde tot den naaste na hot leven
ni«t eindigt, maar heiden den hemel binnen-
gaan. Ook de maatstaf wordt ons aangego- j
naar welken wtf onze Hefde tot den
naasta moeten regelen: „gU suit uwen naaste
©afheb-ban ale n-zelvea. Aan dezte twee ge-
hangt de ganache wet en de profe-
wwrkïaart Jesus. Daarin zijn ane
geboden opgesloten, ale die twee gebo-
verruld werden ia de geheel© wet ver-
V*ut alle andere geboden kunnen tot
worden teruggebracht,
heeft ons de verplichting der liefde
•voorgdhoudem nu wil Hii in het tweede ge-
deelte Zijner toespraak een he wijs geven voor
Zijne Meseiassische waardigheid en zoo het
stempel van een goddelijk Gezag drukken
op hetgeen Hij zooeven leerde. Terwijl die
Phariseën verzameld wareni richtte Jesus
het woord tot hen en ondervroeg Iben: „Wat
dunkt u aangaande den Christus! Wiens
Zoon is Hij!" Wel een gewichtig© vraag. De
Joden van die dagen verwachtten den Mes
sias, maar zij verwachtten Hem als sen mach
tig aardsche vorst, terwijl zij aan Zijn godde
lijke afkomst niet dachten. Daarom vroeg
Jesus hun: Wiens Zoon is Hij! Is Hij van
bloot menschelijke of tevens van goddelijke
naimr! De Phariseën antwoordden: JDavids
Zoon". Terwijl dit antwoord niet meer dan
de halve waarheid bevatte, en de goddelijke
natuur des Zaligmakers loochende, wierp
Jesus hun eene moeilijkheid op, ontleend aan
een der Psalmen, die de Joden zei ven! voor
Messianisch hield, en riep luide uit: „Hoe
noemt dan David door den Geest Hem Heer,
als hij zegt: de Heer heeft gezegd tot mijnen
Heer: zit aan Mijne rechterhand? Indien Da
vid Hem dan Heer noemt, hoe is Hij diens
Zoon?" Die vraag was klemmend en toet eenig
goede antwoord dat er op gegeven kon wor
den, hield eene getuigenis in voor Jesus'
Godheid. Maar ..niemand kon Hem een
woord antwoorden", niet omdat zü het niet
wisten, maar omdat zij toet niet wilden ge
ven, Zijne goddelijke afkomst niet wilden
erkennen.
Laten wij met nederig geloof het antwoord
geven en Jesus' Godheid belijden, laten wij
luide erkennen, dat Hij de Zoon Gods is, en
dus God als Zijnen Vader, en zoo het eerste
en grootste ^ehod vervullen God te bemin
nen met geheel onze ziel en al onze krachten*
maar zorgen wij dan tevens het tweede ge
bod aan het eerste gelijk te beoefenen, onzen
naaste te beminnen als ons zeiven, dan ver
vullen wij de geheele wet, en zullen eenmaal
ihet loon daarvoor ontvangen in den hemel.
Burger Dubois was zeer slecht ia zijn hu
meur. Reedis driemaal' had hij gescheld om
zijn ontbijt, en ofschoon „moeder Gonju" de
vrouw, die hem bediende, telkens had ge
roepen: „Ik kom burger president," toch het
zij nog een half uur verloopen, eer zij lang
zaam naar binnen kwam strompelen.
Dat was al te veel gevergd voor het ge
duld van een hongerig man, en ofschoon bur
ger Dubois zachtzinnig van aard was, keek
hij zeer boos, toen moeder Gonju" binnen
kwam en begon haar duchtig de les te le-
ii.
je jliem een oogenblik aan, en begon toen te
betoogen, dat het waarlijk hare schuld niet
was, dat zij hem had laten wachten. Had hij'
het wel ooit bedacht, dat zij, in dit groote
huis, voor al het werk alleen stond, en dat
hare oude beenen stram begonnen te worden?
„liet open doen van de deur alleen", be
weerde zij, „neemt reeds de helft van mijn
tijd in beslag. Ach,, het spijt mij waarlijïj,
dat ik u dikwijls zoo slecht bedien, maar wijl
moesten er een meisje bij hebben, om naar
de schel te gaan. Ik weet wel een fatsoen
lijk, stil meisje, dat u zeker zou bevallen.
Oatiheirioe was de naam van eene vrouwelijke
ttran in he# Noorden, nl, in Rusland, de an
der© die van een heilige. Beide klonken een
republikein onaangenaam In d© ooren. Het
was de gewoonte in dl© dagen, doopnamen te
veranderen en due drong Dubois er op aan
dat het nieuw© dienstmeisje Violette zou wor
den genoemd. Daarop deed hij haar nog ver
schillend© vragen met betrekking tot hare
kookkunst,
„Ik krijg van middag eenig© vrienden ten
eten, dus kunt gij terstond uwe bedrevenheid
toonen. Natuurlijk zult gijl binnen komen eten.
Wij zjjn allen broeders en zusters."
Het'was gelukkig dat de president de ge
dachten van de nieuwe dienstbode niet kon
raden, anders zou hij gezien hebben dat zij
op familiebetrekking niet bijzonder was ge
steld. Violette zeidie echter niets en wilde
reeds het vertrek verlaten toen vrouw Gonju
vroeg: „Waar zullen wij het kind laten sla
pen, burger Dubois? Zullen wij maar een bed
voor haar opslaan op het zolderkamertje?
Burger Dubois bekommerde zich weinig om
trent net lot van Violette, indien zij hem
slechts goed bediende. Hij verzocht vrouw
Gonju haar een bed te geven, waar zij het
best een plaatsje kon vinden en dacht verder
aan .Violette niet.
Het zolderkamertje dat zij voortaan het
hare zou noemen, was op de vijfde verdie
ping, zoo hoog, dat het zelden door iemand
anders dan door haar zelve bezocht werd.
Toen de „burger president" een paar uur later
uitging, kwam hij op de trap moeder Gonju
tegen, gevolgd door een ouden man met een
groot pak onder den arm.
„Wie is dat?" vroeg Dubois.
„De kruier, die Vlolette's goed heeft ge
bracht."
„Zoo? Geef hem dan een glas wijn voor
zijne moeite."
De kruier kon nauwelijks een glimlach ver
bergen, bij het hooren dezer woorden. Kunt
gij raden waarom? Hij1 had blijkbaar zeer
lang werk met zijn glas wijn, althans hij
bleef zoo lang in het hui», dat niemand er helm
weer uit zag komen.
Violette deed haar werk ijverig en goed,
en haat! meester vroeg èr niet naar, hoe zij
haar vrijen tij dl bes teedde. Had hij' daarop
©enigszins gelet, dan zou hij hebben bemerkt,
dat zij dikwijls urenlang vertoefde op haar
zolderkamertje.
„Morgen vieren wij' een groot nationaal
feest." sprak Dubois eens op een dag, ter
wijl hij de laarzen aantrok, die Violette hem
juist had! gebracht. „Ter eere van den dag
oen ik van plan een diner te geven."
Dat was een angsstig vooruitzicht voor Vio
lette. Zou zij! zoo jong en onbedreven in
Staat zijn alles naar behooren te verrichten?
Maar moeder Gonju hielp en onderwees haar
eensklaps doodsbleek, toen zij de kamer wil
de verlaten, en waarom bleef zij een oogen
blik dralen?
„Ik weet zeker," sprak een der gasten,
„dat De Blangy in Parijs is. En ik ban vast
besloten hem te vinden."
Tevergeefs betoogde de goedhartige gast
heer, dat hij nooit iets anders dan goeds van
De Blangy had gehoord.
„Hij is een aristokraat en dat is mij ge
noeg. Ik zou ze alleen naar de guillotine willen
zien brengen, als ik kon. Morgen zal ik eene
verklaring afleggen, dat Ik weet dat De
Burger Dubois was op dit oogenblik repu-Blangy, zich ergens in deze buurt schuil houdt
blikein, echter meer uit eigenbelang dan uit" - u"'" 1-»— -'1
beginsel. Hij wenschte gaarne het geld' te
behouden dat hij verworven had, toen Frank
rijk door een koning werd geregeerd. War©
den volgenden dag het keizerrijk in Frank
rijk uitgeroepen, dan zou zijn „leve de kei
zer!" even luid hebben weerklonken als nu
zijn kreet: „Weg piet de aristocraten! Leve
de republiek!" Hij was aan alle gevaar ont
komen gedurende de dagen der omwenteling
en bekleedde nu zelfs den gewichtagen post
van president van eene der sectiën, waarin
Par ijs toen ter tijde was verdeeld.
Dubois was in vele opzichten een .wijs man,
maar hij was niet zoo wijs van te infoïmee-
ren naar de levensgeschiedenis van de lieden
die hem bedienden. .Vrouw Gonju deed haar
plicht, en het was zijne zaak niet te weten,
waar en hoe zij het grootste deel van haar
leven had doorgebracht.
Laat mij u, in het geheim, vertellen dat
gtaaf De Blangy, een aristocraat,
zij ajren lang in dienst was geweest bij: den
Toen de revolutie uitbrak verdween de graaf
eensklaps. Zijne bedienden dachten dat hij1
buiten Frankrijk eene schuilplaats had ge-
„Wat is dat voor een deur?" zeide een der
Officieren.
(Had hij' het dienstmeisje oplettend gade
geslagen, dan zou hij hebben gezien, dat die
woorden haar wel eenigszins van haar stuk
brachten. Toch antwoordde zij kalm:
„Bat is mijn kamertje."
„Waar is de sleutel?"
„Hier".
„Maak het open."
Violette stak aarzelend den sleutel in het
slot, en keerde zich daarop verlegen tot ha
ren meester zeggende: „U moet niet booss
wezen dat het er slordig uitziet. Gisteren na
het diner heb ik geen tijd gehad het op te
ruimen."
„Dat komt er niet op aan," zeide een der
officieren ongeduld ig. „Vlug, maak open."
Moeder Gonju kwam tusschenbeide: „Als
gij zoo onvriendelijk tegen het kind spreekt,
wordt zij bang. Zij is al verlegen genoeg.
Daar, de deur is open. Ga. maar binnen."
Burger Dubois hield van Violette en het ging
hetn aan het hart, dat iemand ruw tot haar
sprak.,„F l-an ,v oor hare vaderlandsliefde
instaana ls voor mijne eigene," zeide hij.
„Ik begin te denken, dat men ons voor
den gek heeft gehouden," zeide een der of
ficieren, terwijl hij op den rand van het bed
ging zitten en rondkeek in de kamer, die er
inderdaad vrij slordig uitzag. „Er zijn nu
nog maar twee huizen en wij hebben niets
gevonden."
.Natuurlijk zult ge nog naai' de twee andere
toe moeten," sprak burger Dubois, „en ik zal
meegaan om u te helpen, maar eerst; wilt
gij toch zeker wel iets eten en drinken en
wat uitrusten. Violette, ga eens het een en an
der gereed zetten."
„Ik? burger president?"
„Ja, natuurlijk," zeide vrouw Gonju snel.
„Vlug. Ik zal wel op uw sleutel passen."
Het meisje liep naar beneden met knik
kende knieën, maakte de ververschingen ge
reed zoo snel zij kon, en luissterde met angstig
verlangen naar de voetstappen op de trap.
„Natuurlijk waren wij van het eerste oogen
blik af aan zeker dat er in uw huis niemand
verbergen zou zijn, burger Dubois," hoorde
zij. „Nu willen wij nog eens goed in de andere
zoeken."
Eien oogenblik knielde Violette neder.
„Hemelsche Vader, ik dank IJ," stamelde
zij, en toen de officieren beneden kwamen,
diende zij hun kalm en vroolijk de verver
schingen toe.
Niet voor het huis ledig was, viel zij moe
der, Gonju snikkend in de armen.
en ik zal ieder huis laten doorzoeken.
De arme Violette werd, zoo mogelijk nog
bleekeT dan zij reeds was, en had moeder
Gonju haar niet haastig een paar woorden
toegevoegd', dan zou zij misschien door kreet j kamor binnentrad, kwam hem een statige,
of gebaar haren, angst hebben getoond. mooie vrouw tegemoet.
eng nog een paar flessschen wijnriep
Dubois. Violette verliet een oogenblik dë ka
mer en keerde een vroolijk gezicht te
rug.
Toen echter het diner voorbij was eün de
gasten waren vertrokken, was het Violette
onmogelijk zich langer goed te houden. !Was
het het harde werk dat haar zoo bedroefd
maakte, of was het misschien ontevredenheid
over haar zolderkamertje? Zeker wel niet
het laatste; want teen zij bjj' moeder Gonju
eens goed uitgehuild had, waschte zij haar
gezicht en liep, zachtjes zingende, de trap
pen op, alsof zij nooit in haar leven een traan
had vergoten en utoot met vroolijk ge
zicht de deur van haar kamertje achter zich.
Zij vond het blijkbaar prettig, een kamertje
voor zich te hebben. Zoo gaat het met de
meeste menschcn.
Toen moeder Gonju den volgenden morgen
Jaren verliepen. Robespiere en zijne vrien
den hadden het onderspit moeten tdelven. De
edelen keerden langzamerhand naar Parijs
etrug en sommigen slaagden er zelfs in, den
dood hunner vréenAen te wreken. "Waarom
kwaad! had gedaan, in 'Parijs bleven om voor
de wreedheden van andere burgers te worden
gestraft? Eens op een morgen was hij spoor
loos verdwenen, het huis aan zijne twee dienst
boden overlatend.*
Twaalf jaren verliepen, zonder dat men iets
van hem zag of haarde. Napoleon had nu zijne
macht gevestigd en Louis Athanasius Dubois
zat op een morgen in een koffiehuis, toen
hem een brief werd' overhandigd. Geen won-
dier, dat hij verbaasd opkeek. Het was een
uitnoodiging van een man, dien hij nooit ge
zien had, naar een huis, waarvan hij nooit
bad gehooid. Hij kende graaf Delmas bij naam
en wist dat hij een van de helden van den
dag was, maar waarom die man hem juist
uitnoodigde, daarvan begreep hij niets.
De oude heer ging echter en toen hij de
Parochiekerk van den H. Joseph.
ZONDAG, Heden Hoogfeest van aanbidding.
D© stille H.H. Missen te 6, 7 uur en half
9, te half 11 plechtige Hoogmis. Na den
middag te 3 uur openbare aanbiddingen gebe
den voor den vrede. Des avonds te 7 uur
Pontificaat Lof, waaronder feestpredicati.:
door den ZeerÉerw. Pafier H. Janssen, s.q.,
Processie en Lofzang Te Deum.
MAANDAG en volgende avonden zal le
IVi uur 'het Rozenhoedje met de Litanie van
Allerheiligen worden gebeden.
De geloovigen worden aangespoord zooveel
mogelijk aan deze openbare gebeden deel te
nemeu.
DINSDAG, kwart voor 8 uur voor
Heer Jacobus van der Salm, als lid
Broederschap van de H.H. Martelaren van
Go reu m.
DONDERDAG, gezongen Requiem op
Kerkhof St. Barbara, opening van de October-
maand; van 6—8 uur gelegenheid om te biech
ten.
VRIJDAG, le Vrijdag der maand, bijz. toe
gewijd aan de vereering vtfti Jezus Goddelijk
Hart; te kwart voor 8 uur gezongen H. Mis.
VRIJDAG, van 6—half 8 gelegenheid om
te biechten uitsluitend voor kinderen.
ZATERDAG, nu den middag van 5 uur al
gelegenheid om te biechten.
Om half 9 H. Mis voor de bekeering d r
Zondaren in de Kapel van het Mirac. Maria»
beeld.
Congregatie van de H. Maagd Maria
Onbevlekt Ontvangen.
«en
der
gezocht, en vrouw Gonju had, zoowel als de:reeds vroeg aan de deur een luchtje ging
anderen, een nieuwen dienst gezocht. Zij was scheppen, haarde zij dat de huiszoeking naar
-irtierster geworden bij burger Dubois en den graaf De Blangy reeds was begonnen.
Zonder ook maar eene minuut te wachten,
strompelde de oude vrou:w, zoo vlug alss
hare beenen haar wilden dragen, naar boven
naar de vijfde verdieping. Zij klopte met drie
nemen," sprak burger Dubois, „en zorg dat korte tikjes aan de. deur en werd terstond
zij vooral 'de dingen precies op tijd binnen binnen gelaten
«"W' „Houd maar
er wel voor gezorgd, dat njemand de tra
nen zag, die zij schreide over het lot van
haren vroegeren meester.
,*Lj dunkt, ik zou dat meisje dan maar
Reeds vroeg in den morgen 'van den vol
genden dag zocht vrouw Gonju eene buur
vrouw om een uurtje hare plaats in te ne
men en spoedde zich naar eene der voor
steden van Parijs. Na korten tijd kwam zij
teruST met een meisje van omstreeks vijf
tien jaar.
De nieuwe dienstbode was gekleed in een
gjrof kleedje en droeg donkere kousen en dikke
schoenen, zoo als dat bij de dienstboden van
dien tijd de gewoonte was. Naar hare muts
te oordeelen, bestond er geen de minste twij
fel, of zij een goede republikeinsche was.
De linten waren zoo lang en er was zóóveel
f°°d» wit en blauw aan, dat gij er wel twee
hocdon mee hadt kunnen garneeren.
ioen de klok negen uur sloeg, traden de
twee dienstboden de kamer van den president
binnen, en het jonge meisje werd aan haren
meester voorgesteld.
„Hoe heet gij?", sprak Dubois.
„Catherine Marie", was het bedeesde ant
woord.
Geen dezer namen beviel den president.
maar moed, kindlief, nog maar één
dag tm dan is het ergste voorbij."
Nadat zij deze geheimzinnige woorden ge
sproken had, spoedde moeder Gonju zich weer
naar haar portierehuisje, waar zij twee schild
wachten voor de deur zag staan en twee
officieren, die begeerden binnen gelaten te
worden om te zoeken naar den vermisten
aristokraat.
Natuurlijk gevoelde Dubois zich genood-
i zaakt een handje te helpen, en hij wierp
woonte was. Naar hare muts de eene deur na de andere open om te too
nen dat hij er ook maar in de verste verte
niet aan gedacht had, aan eenigen graaf ter
wereld eene schuilplaats te verleenen. Ook
Violette hielp ijverig mee. Zij opende kasten
en beantwoordde vragen met de grootst te be
reidvaardigheid.
„Gij kunt er van verzekerd zijn," zeide
haar meester, „dat Violettte eene goede bur
geres is; anders zou zij ook waarlijk niet
in mijn huis wonen."
Alle kamers waren doorzocht alleen de
vijfde verdieping bleef nog over. Ook hier
weder wees Violette ijverig leder hoekje aan.
„Welkom hier, mijnheer Dubois", zeide zij'
en de oude man zette groote oogen op en
riep: „Violettevoor hij zelf recht, wist
wat hij zeide.
Ja, het waa .Violette, of liever Catherine Ma-
rle de Blangy, die hem langen tijd trouw ge
diend had en die haren vader op haar zolder
kamertje, op het laatst zelfs onder haar matras
had verborgen. Geen wonder, dat niemand ooit
den kruier naar beneden had zien gaan.
„D. v. N.-B."
DINSDAG, 7 uur Congregatie.
Broederschap ter eere van (le H.H. Martela-
ren van Goreum.
Eiken Zondag half 3 gelegenheid tot in
schrijving van nieuwe leden.
Edel wacht van het All rh. Sac ment.
ZONDAG, [half 2 oefening van "de Edelwackt
Parochiekerk van den H. Antonius
van Padua.
ZONDAG, ie 5, 7 en half 9 uur de gelezen
H.H. Missen; te half 11 de Hoogmis; 's na
middags te half 4 gemeenschappelijk gel d
voor den vrede en vergadering voor de leden
der 30 Orde van den H. Franciscus.
In het Gesticht „St. Joannes de Deo", na-
het Lof van half 3, Predikatie voor de Doof
stommen door den Eerw. Pater van den
Boezem.
MAANDAG, Dinsdag en Woensdag, 'sav,
te half 8 gemeenschappelijk Gebed en Be
nedictie met het Allerh.
DINSDAG, te 8 uur gezongen H. Mis ter
eere van den H. Antonius van Padua. 's Av.
to half 8 Lof en Vergadering der Br.schap.
DONDERDAG, le dag van de October-
maand, 'savonds te half 8 Lof ter eere van
de Aller li. Maagd en Rozenhoedje. Des av.
gelegenheid om te biechten van 68 uur.
VRIJDAG, le .Vrijdag der maand, de le
H. Mis te 7 uur; te 8 uur gezongen H. Mis
ter, ©ere van het Allerh. Hart, waarna het
Rozenhoedje; 's avonds te half 8 Lof, Predi
katie en acte van eereboete aan het H. Hart.
ZATERDAG, te 8 uur de H. Mis voor
Mevr. de Wed. Jacobs jgeb. Geur te, als Lid
der Br.sdiap van den H. Antonius. Hot Ro
zenhoedje na de H. Mis, van half 10.
ZONDAG, 4 Oct. Feest van den H. Fran
ciscus van Assisië, volle aflaat onder de ge
wone voorwaarden; 's avonds te 7 uur plech
tig Lof en Feestpredikatie.
Te beginnen met Zondag 4 Oct. zal de
le H. Mis op Zon- en Feestdagen aanvangea
te ihalf 6.
Auteursrecht voorbehouden.
Kathedrale kerk St. Bavo.
ZONDAG, dë H.H. Missen om half 7, 8
en 9 uur en om half ll.de Hoogmis. De
H. Mis van half 7 zal wordien opgedragen
uit dankbaarheid, bij gelegenheid van het 25-
jarig bestaan van dën Ned. R. K. Volksbond
afd. Haarlem. Om 1 uur Catechismus in de
Kerk en half 7 Lof met Rozenhoedje.
MAANDAG, 8 uur gezongen Requiem voor
Margaretha Geertruida v. der Laar, geb. Zue-
len; 9 uur H. Mis voor Maria Dijt geb.
Straathof als lid van het Gezellenfonds St.
Jozef. Om 7 uur Lof met Rozenhoedje.
DONDERDAG, Feestdag van den H. Bavo,
Patroon dezer- kerk; om 8 uur gezongen H.
Mis en 's avonds 7 uur plechtig Lof met
feestpredikatie door den WelEerw. Heer G.
D. van Emmerik, kapelaan te Halfweg.
Van 6 uur af tot aan bet Lof gtelegenheid!
om te biechten. Na het Lof ia er geen ge
legenheid meer.
VRIJDAG, lste Vrijdag der maand, bijzon
der toegewijd aan de vereering van het H.
Hart en tevens dag van aanbidding; om 8
uur gezongen H. Mis voor de levende leden
van de Vereeniging der Eeuwigd. Aanb. Na
deze H. Mis korte acte van Eereboeto. Het
H. Sacr. blijft fier aanbidding uitgesteld tot
11 uur en 's middags van 3—4 uur. Kwart
over 3 uur luide aanbidding.
ZATERDAG, 7 uur Rozenhoedje in d©
Mariakapel.
A.s. Zondag lsfce Zondag der maand en te
vens feestdag van de H. Rozenkrans; half
11 plechtige Hoogmis.
Kerk van het Allerheiligste Hart,
(Kleverparkweg.)
ZONDAG, te negen uur de stille H.
Mis, te half 11 de Hoogmis, onder -de
HjH. Missen Predikatie, te half 1 Catechismus,
te 4 uur Lof, Rozenhoedje met de Litanie
van Alle heiligen.
MAANDAG-, Dinsdag- en Woensdagavond
half 8 Rozenhoedje met de Litanie van Allo
Heiligen.
DINSDAG, te half 8 gezongen H. Mis ter
©ere van den H. Antonius. 's avonds half
8 Lof; 89 uur gelegenheid tot het verkrij
gen van katholieke lectuur.
DONDERDAG-, Vrijdag- en Zaterdagavond
half 8 Rozenhoedje met de Litanie van Maria
ën het Gebed tot den H. Joseph.
Donderdagavond van 68 uur gelegenheid
om ito biechten.
VRIJDAG, le der maand te verdl nen volle
aflaat, bet H. Sacrament blijft ter aanbidding
uitgesteld van 's morgens 7 uur tot half 10;
te half 8 gezongen H. Mis ter eere van het
H. Hart, half 8 Lof.
ZATERDAG, van 5—half 10 gelegenheid om
te biechten.
In de week de H.H. Missen te half 8 en
0 uur.
ZONDAG, 4 October, Hoogfeest van den H.
Vader Franciscus, Insteller van de Orde der
Minderbroeders; tevens feest van den H. Ro
zenkrans, te verdienen volle aflaat. Te 7 en
9 uur die stille H.H. Missen, te half 11 de
plechtig© Hoogmis, onder de H.H. Missen,
Predikatie, 'h namiddag» te 4 uur plechtig
Lof, Predikatie en oefeningen der October*
maand!
Parochiekerk van Onze Lieve Vrouw.
ZONDAG, d© HR. Missen te half 6, 7, f
uur en te half 11 de Hoogmis; te 12 uur
Catechismus voor d© meisjes en te 1 uur voor
de jougens. Te 7 uur Lof.
Voorts lederen avond behalve Zaterdag
half 8 Lof; Maandag, Dinsdag en Woensdag
met Roesenhoedje ën Litanie van Alle Hedlt
gen, Donderdag en Vrijdag met de gebeden
van die Octobermaand me a.& Donderdag be
gint.
DONDERDAG, te 8 uur gezongen H- Mla
voor idle leden tier Broederschap van Gedu
rige Aanbidding. Bes avonds van 7 uur tot
DE OFFICIEELE KERKLIJST
Mét onverstoorbare Kalmte noorue iwrw
„Bre rv°°" L -
zou Dubofd, flïo nooit vrijwillig een vlieg-
liet