DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. De oorlog. Wiiiterpantoffels. P. W. TWEEHUIJSEN, Kinsftriiuisvesf 29«3l>3@y Kaaplsm VRIJDAG 9 OGÏSIÜËÜ iil4i 4usS9 Jaargang Bo. 7797 iypeiux van Aedtetie an Administrate intspoonimianaal t«flsf eonnuraiMer 1419. HET BOMBARDEMENT VAN ANTWERPEN. VAN ONZE BRABANT- SCHE GRENS. BARTËLJORISSTRAAT TELEFOON 1770. 27, Haarlemsche Ailecter jes No, 1451. SC03TE ABONNEMENTSPRIJS»! Per 8 maanden voor Haarlem Zl.85 Voor de plaatsen, waar een agent 1# gevestigd (kom der gemj Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post Afzonderlijk© nummert» PRIJS DER ADVERTENTIëNi Van I—8 regels 60 cent (contant 50 eent). Iedere regel meer 10 af Buiten Haarlem en de Agentschappen 15 ct per regel. Buiten]. 20 ct. i Dienstaanbiedingen 25 ct (6 regels), driemaal voor 50 ct contant). AGENDA. 9 October. Gebouw Sint Bavo 8 uur Hulpspaarbank Schoterkwartier. Half ne gen Spaarbank. Steuncomité. Inschrijving Bakkerij. Spaarkas St. Ni col aas. Opening Bibliotheek:. Proveniershuis Groote Houtstraat Consultatiebureau voor drankzuchtigen van 7—8 uur voor vrouwen, van 8—9 uur voor mannen. j verhaalt één groote puinhoop zijn: een: OVERZICHT, granaat ontplofte op den grooten dom. die is Zien de Engelschen want Antwerpen j -Haat onder een Engelsch bevelhebber: de; Belgen zijn afgetrokken en het Belgische le ger bevindt zich tusschen Sint Niklaas en1 ebt op weg haar de zeekust, zien de Engelschen waarlijk nog kans om den be legeraar van Antwerpen eruit te houden, mis schien zelfs terug te werpen? Men zou het zeggen, ja, men m o e t dat aannemen. Want enkel en alleen om de glorie, of om den vijand zooveel mogelijk verliezen te be zorgen, laat men toch een wereldstad als Antwerpen is, niet totaal .verwoesten i Dat zou inderdaad misdadig zijn, en wan neer de Engelsche bevelhebber vandaag of morgen Antwerpen tóch moet overgeven, na dat het misschien voor driekwart is verwoest en stukgeschoten, dan zouden wij willen vra gen of de Engelschen, die zonder éénige hulp van aanbelang te brengen, nu heel België ongeveer door de Duitschers hebben laten verwoesten en platbranden, van het arme Belgische volk niet Al te veel offers vragen.... offers, die men met welsprekende telegram men aan koning Albert en moties van hulde betuiging niet voldoende betaalt i Wij moeten afwachten, wat dan wel de re denen mogen geweest zijn, dat de Engel- sdyheommandant liever het gruwelijkste oor logswee over deze grocT-Nederlandsc-he veste bracht, dan haar te ontruimen en te doen sparen; wij herhalen hot.: de Engelschen moeten daarbij een bedoeling hebben, an ders kunnen wij 't ons niet begrijpen. Er loopen reeds geruchten (zie de tele grammen) dat de vesting is gevallen, doch we houden die voor ongegrond. D© binnenste for- tenlinie schijnt nog niet geheel tot zwijgen gebracht: dan zijn er nog de oude wallen (die nu wel nog eens extra zullen versterkt zijn) vóór de Duitschcr in de stad is De Duitsche ruiterij zwermt intusschen iir Zuicl-Vlaanderen en Noord-Frankrijk tot vlak bij 'de zee. Als Antwerpen valt, zal op deze zijde de Duifeoher ongetwijfeld met geweldige macht komen opzetten: het verband tusschen de belegering van Antwer pen en de operaties van den grooten Duibsohen rechtervleugel wordt met den dag duidelijker. Voor het eerst vinden wij 'in heb Fransche communiqué van gisteren (het Duitsche is ons tot op het oogenblik dat wij dit schrij ven nog onbekend) toegegeven vqri Franschen kant, dat men in het centrum der groote stelling achteruit is geworpen: „wij hebben het grootste deel van de stellingen, waaruit wij moesten wijken, hernomen", schrijft ge neraal Joffre. Van het oosten geen belangrijk nieuws: de gevechten bij Soewalki, die aangekondigd wa ven. zijn begonnen. In den nacht van Woensdag op Donderdag, prompt 12 uur, is generaal von Beseier, die de stad Antwerpen belegert, met het bombardement Li t. 4 en der stad-zelve, begonnen, ilij had te voien de overgave gevraagd deze was geweigerd. Sedert diert tijd heeft bijna onafgebroken het kanon gebulderd: en wat er precies is gebeurd, hoever de Duitsche belegeraar is, of de f.ngelschen (die nu de stad verdedigen in plaats van de Belgen, wat wel zonderling lijkt) erin slagen zullen den aanvaller terug te werpen wij weten het niet. De verhalen der vluchtelingen zijn natuurlijk verward en teveel subjectief, en de berichtgevers der kranten blijven allen kilometers ver uit dé buurt van de belegerde stad!. Van denzelfden berichtgever die ons gisteren de eerste tijdingen van het bombardement bracht, ontvingen wij de volgende belangwekkende be lichten IiOOZEN'DAAL, 8 October. (Van een part corr.) Dp ellende en de ontzetting die wij hier meemaken, spot met alle beschrijving! De, wildste geruchten doen de ronde. Zoo dat heel Antwerpen in brand staat. Ik heb uit vet'S«ard« eu gelouterde inlicli- Beechèni u vasde, overtuiging gekregen, dat ingevallen, doch stichtte geen brand. Op, verschillende plaatsen van dc stad is brand uitgebroken door de Duitsche granaten. De bevelhebber der belegeraars laat telkens vra gen door parlementairs, of de stad, teneinde voor verwoesting gespaard te blijven, zich niet wil overgeven, doch de Engelsche be velhebber, die er nu het commando voert, weigert beslist, zoodat een bestorming van de schansen is te vreezen. De stad Antwer pen is zoo goed als geheel verlaten: allee» zijn er Fransche en Engelsche en eenige Bel gische troepen nog. En later werd ons door denzelfden bericht gever het navolgende gemeld: ROOZENBAAL, 8 October. (Van een part. corr.) Het gerucht gaat hier hardnekkig, dat Antwerpen reeds in Duitsche handen is. Be vestiging is echter nergens te krijgen. Zeker1 is dat de Duitschers reeds vier forten van* de binnenste fortenrjj hebben vernield. Wij laten natuurlijk de juisthuid dezer berich ten geheel in het midden: er is op het moment, vooral nu van Duitsche bron geen enkel officieel bericht inkomt, geen controle op te maken. Aan een bericht van een correspondent der Maasbode, die te Putte aan de bij Antwerpen dichtshnabije grens toeft, ontleenen wij nog het volgende: „Tegen half 5 (in den avond) is alles nog stil. Wij zijn weer naar onzen uitkijktoren gegaan. Links, in het Westen, gloeit de lucht van de avondzon. Op dé Schelde, die in het zonnelicht baadt, varen vele schepen de rivier af. Rechts van ons, in het Zuiden, waar Antwerpen ligt, in den schemer als in rouw gedompeld, zien wij groote rookwolken opstijgen. Rechts van den Lieve Vrouwe-toren laait een groote brand. Ver der rechts zien wij 5 rookkolommen opstijgen van de petroleumtanks, die in brand staan. „Links van den Lieve Vrouwe-toren stijgt eveneens een rookzuil op. Het geheele stations kwartier van Antwerpen staat in brand. „Uit Berchem zien wij ook vlammen opstijgen. Berchem is geheel verwoest, zelfs de kerk is niet gespaard. In de verte, waar alles in dichten nevel gehuld is, begint het kanongedonder op nieuw, doch slechts zwakjes. Alleen in de buurt van Wyneghem duurt het gevecht nog voort. Ook de infanterie is thans in actie. Het is wellicht het bewijs, dat de Duitschers de stad naderen. Dof klinken nog enkele schoten. „Zes uur.Het is donker. Dicht bij den Lieve Vrouwetoren zien wij een brand uitbreken. Het schijnt ons toe vlak bij den St. Jacobstoren te zijn. Dan zien wij plotseling een geweldigen brand oplaaien. Het zijn waarschijnlijk de en trepots en petroleumtanks. .„De lucht boven Antwerpen is één vuurgloed, en wij, die op zoo'n afstand van de stad staan, kunnen onze kranten bij het licht der verre vlam men lezen. Antwerpen lijkt ons geheel in brand te staan" De belegeraar van Antwerpen is generaal von Beseier, een uiterst bekwaam krijgskundige, die reeds 64 jaar oud is. Hij werd, naar de Tijd meldt, in 1850 geboren, bracht zijn jeugd te Berlijn door en trad op 18 jarigen leeftijd in het leger. Hij maakte twee jaren later den veld tocht van 1870 mede en ontving toen het ijzeren kruis. Hij nam deel aan het beleg van Metz en Parijs. Na den oorlog werd hij leeraar aan de mili taire academie en later zag hij zich in den gene- ralen staf opgenomen. Hij is ook in 1893 afdee- lingschef geworden in het ministerie van Oorlog. In September 1904 werd hij benoemd tot cjief van het ingenieurs- en pionierskorps en tot ge- neraal-inspecteur der vestingen. Vooral op het gebied van vestingbouw is hij een deskundige, en vandaar waarschijnlijk, dat hem het beleg van Antwerpen is toevertrouwd. In 1907 werd hij tot generaal benoemd en in 1909 was hij opperscheidsrechter bij de groote manoeuvres. In 1912 werd hij op non-aetiviteit gesteld. Maar, evenals von Hindenburg, bood hij bij het uitbreken van den krijgs zijne diensten weer aan bet vaderland aan. Daar is een greus voor het beschrijven van ellende en wee als dit.... Men kan geen woorden meer vinden: 't wordt herhalen en nog eens herhalen van wat al ge zegd is Op onze Zuidgrens is het ontzettend! Daar b;j Roosendaal, bij Essclien, bij Putte, bij Wuest- wezel en Wernhout, overal waar de groote wegen gaan van Antwerpen naar Holland, daar is hel één ontzaglijke ellende, een beeld van ontzetting, als geen pen kan. beschrijven. Bij tiend ui zen'den nog altijd maar komen de effen bij moeder thuis vltieliteling'en. vaak van all.es beroofd, aan uit de slad die een li ei is geworden. De toestand in lloosendaal, schrijft een be richtgever van „Hot Vnd.", spot. mét alle be schrijving. Het is de ellende ten top. Nog steeds 1 krengen treinen en allé denkbare voertuigen arme vluchtelingen aan, De wegen zijn er mee bezaaid. Het aantal is niet te tellen. Te Roosendaal zijn reeds de kerken met vluchtelingen gevuld. Schitterend is het Hollandsche hulpbetoon. Militairen en burgers zijn onvermoeid. Het leger stelde 50.000 brooden beschikbaar. Sol daten verdeelen brood en drank. Daar van her berging geen sprake meer is, slaat men bij het station te Roosendaal een groote tent op. De aanblik der vluchtelingen is hartver scheurend. Zij hebben alles verloren. Ze gingen op weg doch weten niet waarheen ze zullen gaan. Particulieren halen met hun voertuigen nog zooveel mogelijk uit Nispen. Ook zijn daarvoor rijtuigen gerequireerd. De militairen munten uit door hulpverstrek king in alle omzichten. Zoo is de lof overal. Maar het is ook zoo vreeselijk, dit alles! Daar kwamen zoo schrijft weer een be richtgever van „De Msb." uit de grensplaats Putte daar kwamen een twintigtal zusterkes uit Wijneghem. De armen, ze hadden gisteren avond nog goede tijding gekregen en waren in heur woonstede gebleven. In den slaap werden zij door een verschrikkelijk artillerie-gevecht Opgeschrikt. Granaten vlogen in heur klooster en zij hadden ternauwernood tijd gehad om eenige kleeren op een stootwagen te laden. Zelf stonden de zusterkes in het gareel en "trokken den wagen, waarop zij nog eenige kin deren van vluchtelingen geladen hadden, naar het Nederlandsch grondgebied. Daar, in Belgisch Putte gekomen, spanden zich eenige mannen voor den wagen en glim lachend, liaar mede-lotgenooten nog troostend, trok de zusterschare weg in de richting van Bergen-op-Zoom. Arme moeders, die zeven uur lang geloopen hadden, volgden. Eén spraken wij er even aan. Ik heb niets anders over dan dit meneer... en zjj wees mij op dé drie kleintjes, die haar volgden. En uw man? Mijne man, meneer? Ik heb hem gister avond nog bij Oeleghem gezien. Hij vocht daar mee sinds twee dagen, en ik zag hem gister avond voorbij ons brengen. Hij was gewond. Ik wilde hem bij mij houden.doch zijn zachte stem zei me nog: Ga vluchten Marie, want wij zijn teruggeslagen. Dan reden zij hem. verder. Ik ben alles bijeen gaan pakken. Mijn drie kinderkes heb ik aangekleed en sjust was ik daarmee bezig of ik hoorde een geweld van belang. Onze militairen, linietroepen en peerde- volk, kanonnen en heel de andere rest vlogen voorbij. Ik kwam bij mijn deur. „Vlucht, vrouw,"' riepen zij me toe, „vlucht!" Nauwelijks waren zij weg, 0f dö granaten der Dutsers vlogen m onze huizen. Oeleghem vloog in lichte laaie en wij zijn gaan loopen, alleen met onze kinderkes.... En weer een ander verhaal, uit de N. R. Ct. De berichtgever uit te Roosendaal, en hij ver telt: Een broeder kwam er aan, van het gesticht te Tessenderloo in de Kempen, waar drie-hon derd kinderen werden verpleegd. Hij kwam om onderkomst voor die heele bevolking te zoeken, want zei hij ze hadden een gewonden Duitschen officier verpleegd, die gestorven was. En toen waren de Duitschers gekomen en die hadden gezegd, hun officier was vermoord, en zij hadden 't gesticht in den brand gestoken. De arme stumpers. Zij waren wel eerst wegge voerd mogen worden, maar waar moesten ze er in dien jammerlijken volkstrek mee heen? Zij zullen hun plaatsen vinden. „Ge zult alle maal uw onderdak krijgen, uw leger, en uw verzorging. Want hier is 't nog vrede hoor je de soldaten troostend tot de verbijsterde mensehen zeggen. En goedig over de oudjes heengebogen, en op iederen arm een wicht, de makkers zwaar torschend hun poovere bul len, helpen ze hen steeds maar weer voort, de jonge kerels, niets minder hartelijk dan of 't hun eigen moeders, hun eigen onnoozele wur men waren. „En geen centen aannemen, jon gens." spreekt met toch een week timbre in zijn barre bu zat ens tem een cavalerie-luitenant hen toe. „Want, al kan 't haast niet dubbel, ze zijn nog armer dan wij." En die echt gemoedelijk Brabantsche gast vrijheid dan? Roosendaal, ongelogen, is zoo vol als een tonnetje haring. Maai daar zijn er van nacht verscheiden geweest, onder allerlei stan den, die zelf maar op een stoel wat zijn blijven dutten, omdat ze de afgetobde kinderen, de verwezen oude mensehen zoo onder den arm van 't station mee hebben genomen, en warmp jes in hun eigen bedden gelegd. De beambten van 't spoor, de douanen, van hoog tot laag, oevelen hebben er niet gezegd: „Ik zal je wel s brengen. Wij hebben toch nachtdienst, dus da.n ,kan je even goed ouder mijn dekens kruipen." En die families dan. groot of klein behuisd, waar ze nu met hun twintigen, hun dertigen aan 't middagmaal HET BLOEMBOLLENS YNBICAAT. De kans, dat er nog iots van 't Bloembol- j zitten, en 't beste is immers niet goed genoeg voor de wildvreemde gasten. Waar plaats is voor drie, eten voor drie, daar is er ook nog voor zes. Hoe vaak heb ik 't in allerlei vaiia- ties al hooren zeggen. En als 't in Nederland dan opraakt? vragen er bezorgd. Wel, hoorde ik 't antwoord, dan zal Engeland voor ons nu toch wel wat meer in de schepen door laten gaan. Nu houdt alle redeneeren op. Nu spreekt al leen de ontroering en 't hartgrondig mede lijden EEN VERDWENEN ONDER- ZEEëlï. Zoowel Engelsche als Duitsche bladen staan vol met berichten over een duistere en zonderlinge geschiedenis: een op de werf j lensyndicaat zal komen is thans al heel ge- Fiat San Giorgio te Spezzia gebouwde onder-1 ring geworden..., zeesche boot- is plotseling- verdwenen onder Zooals men weet, had na heel wat o.u- commando van een zekeren reserve-luitenant j dérhandelingen minister Treub als voorwaarde Belloni en bemand met vijftien koppen. Vast voor de Begeeringshulp gesteld, dat een ter schijnt te staan dat da boot gebouwd werd j zijner beoordeeling voldoend aantal kapitaal voor een vreemde regeering, maar de ba- krachtige kweekers, borg zouden blijven voor richten zijn (het er niet over eens of dat de de rentebetaling en aflossing der te leenen géi- Roemeenschc, de Russische of de Duitsche den. regeering was. In elk geval eisch te de neu-m. -a, w. dat diegenen die zelf van *t syn- traliteit van Italië dat de boot, die vóór den dica&t geen gebruik behoefden te maken borg oorlog besteld was, niet geleverd zou wor- j zouden zijn voor finantieel-zwakkeren, dis den toen deze uitbrak en de directie van de woi }iu]p Van 't syndicaat zouden moeten werf dacht er dan ook niet over om de boot ontvangen. af te leveren. Maar nu is ze opeens doorÈcn eisch die, naar 't zich liet aanzien den reserve-luitenant met den krijgehaftigen nje(; zou kunnen worden vervuld, waar im- naam in zee gebracht! mere kapitaal-krachtigen geen belang'bij de- De heer Belloni is n.l. een goed vriend za,ak hebben en van hen in deze eritiek© van Frankrijk en hij wil die mogendheid te- tijden, nu oen ieder al heel blij is als hij gen Oostenrijk helpen! zelf 't hoofd boven water kan houden, niet r De Engel sdhe couranten vinden dat heel kan worden gevergd, dat zij voor anderen nobel van Belloni! i borg zullen worden. De directie der Fiat-fabriek zegt, dat zu j)© commissie deed evenwel moeite om ka- zelf geheel geen verantwoordelijkheid draagt pitaal-krachtige kweekers bijeen te krijgen voor het gebeurde en dat de onderzeeër on- j geneigd waren aan den eisch van den gewapend is. E11 Belloni heeft naar't schijnt j ^ulster te voldoen. Een termijn werd ge- een brief aan de firma achtergelaten, vaar- waar binnen men zich kon opgeven, in ibp schrijft dat de bemanning niet wist j Maar.... niemand der kapitaal-krachtigen meld- wat hij doen ging, en voorts vraagt om hetde z;ch aan en ,]e termijn van inschrijving oordeel over zijn daad op te schorten totdat |j3 thans verstreken. hij in een haven zal zijn binnengeloopen van j -yyej oieeli aan de commissie, dat velen "waaruit hij berichten zal zenden tot verkla-aaQ finantieelen steun beho ffte hebben. Du ring van zijn gedrag. 'commissie zal met den minister nog wel do De Italiaansche bladen zeggen, dat al» Bel-onderhandelingen voortzetten, doch, gezien 1-oni gepakt wordt, hij streng' gestraft za't]o houding, die de minister tot nu toe aannam, worden, want het strafwetboek stelt opwordt vermoed, dat hij wel geen verdere con- I schending der neutraliteit een strat van ten1 cessies aal willen doen. minste 16 jaar gevangenis. De Italiaansche j gn denkelijk zal er daarom wel niets van I vloot 'heeft last gekregen, om scherp uit Synciioaat komen. Evenwel zal, mochten' kijken of zij Belloni's vaartuig niet ontwa ren kan. 1 op niets uitdraaien, de commissie nog zien of Een Engelsch bericht meldt, dat de bootjdan andere W6, u to vinden aangekomen zon z,.,n m Ajaccio op Corsica.filiantieul-zwakkeren - dat volstrekt niet en dat daar de bemanning verdenking op- k vakgenooten behoeven te vatte ten aanzien van Belloni s plannen, zoo-j J dat zij ziclk aanmeldden Mi de Fransche^middels zal nu niets meer kunnen ko- oveiheid van Ajaccio. cz ego 1 men, althans voor 't komende jaar niet meer, loopig beslag te eggen op c ei i 1I vian een regeling der productie en een wa-i En naar de Neue Ib'e.oPre^semt Mlaan^ overproductie-, dat mede met 't verneemt, zijn de ingenieur Koechi, tweede bevelhebber, en Yasallo, dJectroteohnicuk jsyndicaat werd beoogd, utvcuieuwi, immers do bollen zitten nu reeds in de de ontvoerde duikboot, te Spezzia, waar zij waren teruggekeerd, gevangen genomen 't Is een rare historie! grond. Dar-ging zooveel tijd heen met da j onderhandelingen, dat hiermede niet meer kon worden gewacht. Dat men ze plantte is nic- FKN FNCEISCH OOR-mand kwalijk te nemen, waar men eenmaal de n„„T nvifii ili-ctoi r'|. gronden ei v ooi had. DEEL OV LK i Men had ook willen trachten te komen tot MOEDIGEN KRLloEK vaststelling van een binnenlandschen inkoops- „EMDEN." prjjs der 'bollen. Doch dienaangaande was geen In de „Dailv Telegraph" schrijft Archibaldsamenwerking te verkrijgen. TT j i ta a I idee daarvan is reeds eerder door er n Hurd over den kruiser Einde»l Tk-ci' Kivla-ge geopperd, doch zij ondervond „Het schip vond m den Indischen Oceaan .(oen algemeene instemming van een ideaal terrein voor zijn werkzaamheden, d0 7jj,c|e 'tfer kweekers van bollen, omdat er een groot aantal schepen passeert en pjr was iter aanzien hiervan geen samenw.T- omdat de „Emden" vele schuilhoeken kan ge- king te krijgen, toenmaals niet en ook nu nog J bruiken om zich voor de Engelsche kruisers te niet. De gevolgen hiervan kunnen voor heel 'I bloembollenbedrijf groot zijn. Hopen we ech ter, dat 't nog wol los zal loopen en dat mocht er geen syndicaat komen, op andere wijze finantieel-zwakkeren hulp zal kunnen j worden verleend verbergen. Buitendien heeft de „Emden" het voordeel van zijn vlugheid. Hij kan steeds als er gevaar is vluchten. De actie van den kruiser vervult ons (de Engelschen) met, bewondering. Wij mogen den kapitein von Müller met zijn ondernemingsgeest gelukwenschenhij treedt ook niet. slechts met menschelijkheid, maar zelfs met tegemoetkomendheid jegens do En gelsche manschappen op. Deze marine-officier kan de De Wet van de zee genoemd worden. Zijn actie is geheel bij zonder. In geen zee-oorlog van den ouden of den nieuwen tijd werd door een vijandig schip de tactiek van den beroemden leider van den gueriila-oorlog op het land, van den buit 1e leven en de gevangenen in vrijheid te stellen, zoo toegepast. Juist het succes van den kruiser maakt het moeilijk, hem te vangen. Het zal niet baten, verdachte kolenschepen te vervol gen; de „Emden" krijgt zijn kolen gratis. Het schip neemt er natuurlijk zooveel als het mee kan nemen." DE OORLOG VAN KONIJNENHOLEN. Aan een correspondentie in de „Times", ge dateerd van 4 October uit Spernay is het, vol gende ontleend: De slag aan de Aisne is nu de vierde week ingetreden en indien er niet de een of andere flank-beweging wordt uitgevoerd, schijnt er geen reden te bestaan, waarom deze titanische tragedie niet nog langer zou duren. De Fran- J deskundige spreekt dc ^meening uit, dat d> schen spreken van een ..guerre d'apaches," een steling tegen een onzichtbaren vijand, bij de hoogten vlak ten Noorden van de Aisne. Uit de door mij verkregen inlichtingen blijkt dat de loopgraven der verbondenen nu de vort gelijking met die der Duitschers kunnen door staan en dat heel het land hier een uitgestrekt mitliair konijnenhol geworden is. Beide par tijen zijn vastbesloten geen duimbreed grond prijs te geven, doch terwijl de Duitscheri voortdurend tegén-aanvallen ondernemen, is d« algemeene indruk, dat de verbondenen geen be sliste pogingen doen, om in deze Btreek vooruil te komen. De communique's spreken met eentonige ofschoon moedgevende regelmatigheid van hel afweren met zwaar verlies der Duitsche tegen aanvallen, doch zij maken geen melding var eenig voorwaarts dringen van beteekenis. Df conclusie is dus, dat de verbondenen voor het oogenblik tevreden zijn met, het afslaan en dal zij niet- pogen, de vijandelijke loopgraven te bo- machtigen. Mooi vooruitzicht! Een Russiech militair oorlog met Duitsdliland gerekt zal worden daar de wintel-veldtocht, niet zoo krachtij x gevoerd zal kunnen worden. In het voor jan nooit gezien wordt, totdat h« onverwacht vit- de oor1og dan wcpr n,pt v6rr)i(,nwp ft4d( zijn schuilplaats springt. uitbreken. In elk geval gelooft deze de.-kmi it ae#>rfc natimrlyk betrekking op den strijd digo dat de oorlog in liet late voori i n- o

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 1