DE VIOOLSPELER.
TELEGRAMMEN.
BINNENLAND.
S T AO S N I E U W S.
FEUILLETON.
Bci-
BEZOEK VAN Z. D. II. Mgr. A. J. CALLIER
AAN DE BELGISCHE VLUCHTELINGEN
TE ROTTERDAM,
De Belgische viuchteü
het begin van den zomer nit zal zijn, tenzij
zich onvoorziene omstandigheden, waardoor
de oorlog gerekt wordt, voordoen, 't Is te
hopen dat deze Ens ten eenenmale de plank
mis slaat!
Poincaré te Parijs. President Poinearé, ver
gezeld van de ministers Viviani en Millerand
is Dinsdagavond om zes nor te JPa rijs aan
gekomen en heeft zich naar het Eiysée be
geven. De President koesterde het plan, en
kele hospitalen te bezoeken en zou waar
schijnlijk gisteren weer naar Bordeaux te-
rugkeeren. De regeering blijft daar voor
eerst toch óók maar!
Van Canwelaert aan 't woord. Een redac
teur van de Maasbode 6prak te Roosendaal
met Frans van Cauwelaert: Of het nog lang
zou duren met Antwerpen, vroeg hij.
.,Wij zullen vechten tot den laatsten man"
antwoordde de beer van Cauwelaert. „De
Dnitsehers hebben ons alles ontnomen, ons
geld, ons goed, onze kunst, onze kerken, ons
leven zelfs, maar onze eer zullen ze niet
hebben"
Tegen de priesters. Inzake de beschuldigin
gen tegen Belgische priesters gedurende de
eerste dagen van den oorlog uitgesproken,
wordt aan de Köln. Volksztg. uit Paderborn
geschreven, dat in het kamp daar 20 pries
ters waren, die zich aan misdrijven tegen
de Duitsche troepen zouden hebben schuldig
gemaakt.
De krijgsraad heeft nu bevonden, dat alle
twintig'o n s e h u 1 d i g zijn.
Engeland approviandeert zich. De Western
Mail, een blad dat te Cardiff verschijnt,
meldt, volgens een Reuterbericht, dat de i*e-
geering, ten einde een 6uikernood te voor
komen, 900,000 ton suiker heeft gekocht te
gen een bruto prijs van 20 pd. st. per ton.
De suiker komt van Demerara. Ja va, Mau
ritius en andere plaatsen.
Duitseh-Belgisehe postzegels. Voor het post
verkeer in het deel van België dat nu onder
het Keizerlijk Duitsch Generaal-gouverno
men t staat, worden Duitsche postzegels ge
bruikt van 3, 4, 10 en 20 en binnen- en bui-
tenlandsche briefkaarten van 5 en 10 pfen
nig, waar overheen gedrukt is: „Deutsches
Reich" benevens de waarde in centimes.
Verzamelaars kunnen ze koopen te Ber
lijn, aan het postkantoor Berlin C 2, König-
strasse 61
GEEN NIEUWS UIT FRANKRIJK.
PARIJS, 8 Oct. Het belicht van gisteren
middag 3 uur melcft, dat de Duitschers op
hun rechtervleugel in het noorden nergens
terrein wonnen, zelfs moesten zij op enkele
punten terugtrekken, speciaal ten noorden van
Atrecht, waar een actie gaande is onder
voor ons gunstige omstandigheden. De opera
ties van de cavalerie van beide partijen
strekken zich thans uit tot bijna aan de
Noordzee.
Tusschen do Somme en de Oise houdt de
vijand zich nog steeds krachtig staande, wij
hebben echter het grootste gtdeelte van de
stellingen, waaruit wij moesten wijken, her
nomen.
Benoorden de Aisue schijnt dc dichtheid
der Duitsche troepen verminderd te zijn.
Langs de heuvels van de Maas tusschen
Verdun en St, Mihiel is do vijand terug
getrokken tot benoorden Hattonchettel.
Hij houdt nog steeds Sint Mihiel en eeni-
ge posities ten noorden van die plaats op
den rechteroever van de Maas bezet.
In Woëvre zijn hevige aanvallen, die hij
gedaan heeft ten westen van Aprement. mis
lukt.
AAN HET DUITSCH-KUSSISCHE FRONT
PARIJS, 8 October. Volgens het officieele
Fransehe communiqué van vanmiddag drie
unr, door Reuter medegedeeld, zetten de Rus
sen op het Oost-Pruisische front het offen
sief voort. Zeer hevige gevechten zijn in de
grensstreek ten westen van Soewalki gaande.
HET DUITSCHE GROOTE HOOFD
KWARTIER.
BERLIJN, 8 October. (Eigen S.-corr.) Het
groote Duitsche hoofdkwartier bevindt zich
tbans, nadat het eerst in Coblenz en daarna
in Luxemburg gevestigd was, in een Fran
sehe stad op 50 kilometer achter het front.
De dagelijksche koerier dienst brengt de stuk
ken van Berlijn in drie dagen over Keulen
en Luxemburg naar het hoofdkwartier heen
en terug.
DE KONING VAN BELGIë.
SELZAETE, 8 October. (Part. corr.) Zoo
als ik u meldde (zie de N. Haarl. Ct. van
gisterenavond. R e d.) is Koning Albert te
Selzaete. Langs een omweg wist ik de grens
to passeeren. Het is namelijk van Donder
dagmorgen af verboden de grens over te
gaan. Van hetgeen ik zag mag ik alleen
mededeelen, dat de Koning bijna plotseling
voor mij stond. Koning Albert was in gene-
faals-uniform gekleed en liep in gesprek met
een Engelsch officier langs de troepen. Zijn
gedachten schenen echter afgedwaald, want
2)
Door geheel Parijs had zich tegelijkertijd
het gerucht verspreid, dat de Jacobijnen, de
commune en de elk oogenblik bereid zijnde
oproerige secties en clubs der voorsteden op
den lOen Augustus een aanslag zouden doen
op de Tuillerieën en de koninklijke familie;
een sébaar niets ontziende kerels, die de
Girondijn Barburoux uit Marseille had laten
kernen en die reeds bij het optreden in de
Champs Elyeées bloedig gestreden hadden
met de soldaten van het bataljon des Filles
St. Thomas, zou de voorhoede van de op
standelingen vormen.
Zoo stonden de zaken en daarom is het te
verklaren, dat wij op den avond van den
9en Augustus, hij zulk een zadhten vreedza-
rnen maneschijn den fraaien tuin der Tuil
lerieën eenzaam, aan zijne uitgangen geba-
rioadeerd en door zwijgende soldaten be
waakt vinden; dat hij op het gemoed van
uilen, die in Ihet oude koningsvel-blijf en in
de onmiddelijke omgeving daarvan ademden,
een berg van koortsachtige spanning drukte.
1)<> laatste klokslag van Samt-Gerinain-
bij liep met gebogen hoofd en leek zeer mis
troostig. Werktuigelijk groette hij het volk.
dat hem toejuicht. Uitbundig wa6 de be
groeting van ihet volk echter niet. Driemaal
is de Koning Donderdagmorgen hieT ge
weest. Z. M. nam intrek bij een notabele
van Selzaete Cesar de Klerk.
Ik vernam, dat Antwerpen tot den laatsten
steen door de Eranschen en Engelschen ver
dedigd zal worden. Van de soldaten, welke
ik ontmoette, zagen er sommigen zwart en
smoezelig uit. Anderen waren in nog onge
repte uniform gestoken. Toen ik den koning
ten derden male ontmoette, scheen bij zeer
opgewekt en rookte hij, levendig met een i ge
officieren pratende, een sigaar. Den gansdhen
dag is bet kanongebulder uit. de richting
Schonaerden, Wetteren duidelijk hoorbaar
geweest. Elk oogenblik werd een schot ge
lost. Tegen den avond hield het schieten op.
Na half vijf werd geen kanongebulder meer
vernomen. Er zijn massa's vluchtelingen te
Selzaete.
VLIEGTUIGEN BOVEN KEULEN.
KEULEN, 8 Oct. (Part. V. D.) Hedenmid
dag vier uur werd een vijandelijk vliegtuig
w aargenomen boven de hallen der vliegtuigen
„Pickendorff" bij Keulen. Door het vuur der
machinegeweren werd het toestel verwijderd
en ging in de richting over de gasfabriek van
Ehrenfeld. Het wierp daar een bom uit en
vloog verder over de zuidelijke brug en van
daar naar liet, fort Deckstein. Het verdween
tenslotte in westelijke richting. Dc bom richtte
geen schade aan. Gemeld wordt, dat ook een
vliegtoestel bij Düsseldorf heeft gevlogen en
schade heeft aangericht door het werpen van
epn bom op de hallen der luchtschepen.
DE „GELEN" IN EUROPA.
BERLIJN, 8 Oct. Uit Duitsche bron wordt
ons het volgende geseind: Vooral de Fransehen
schijnen de „hulp" van Japan met toenemend#
wantrouwen te beschouwen.
Dit is zeer begrijpelijk, als men let op de
door de groot-Japansche agitatie in gevaar ge
brachte Fransehe kolonies Tonkin en Annam.
Francis Charmes geeft in de „Revue des
deux Mondes," waarvan hij hoofdredacteur en
leider is, deze gevoelens weer, waar hjj sehijft,
„Men kan aannemen, dat Japan zich al zeer
weinig bekommert om onze Europeesclie con
flicten en dat de zaak van het recht en de onaf
hankelijkheid der koloniën, welko ons zoo ter
harte gaan, voor dit land allicht van minder
belang' is dan voor ons.
Al is Japan dan ook met Engeland verbon
den, het is twijfelachtig, of Japan in het ver
drag met Engeland wel de voornaamste reden
voor zijn besluit, om mede oorlog te voeren
heeft gevonden en evenzeer of Engeland er nu
wel zoo erg heeft op aangedrongen, om Japan
tot zijn besluit te brengen.
Om de waarheid te zeggen kan Japan ons
niet zoo erg van nut zijn en dit is dan waar
schijnlijk ook niet het doel, dat het nastreeft.
Het dient slechts zijn eigen belang. Doch dit
is èijn recht.
Het ultimatum aan Berlijn was een meester
stuk van onbeschaamdheid. Het initiatief van
Japan werpt tal van kwesties op."
EERSTE KAMElt.
De leden van de Eerste Kamer zijn ter
vergadering bijeengeroepen tegen Dinsdag
13 October, 's avonds te half negen.
VERKIEZING EERSTE KAMER.
De Provinciale Staten van Zuid-Holland zul
len Dinsdag 20 October bijeenkomen ter ver
kiezing van een lid der Eerste Kamer ter voor
ziening in de vacature ontstaan door het over
lijden van den heer E. A. M. v. d. Kun.
NEDERLAND EN DE SCHELDE.
Do Temps bevat, volgens een telegram aan
de N. R. Ct. een artikel getiteld .Antwerpen
en de Schelde", waarin het blad zegt:
„De vraag dringt zich op, of de verplich
tingen die voor Nederland voortvloeien uit
de noodzakelijkheid om zijn onzijdigheid te
handhaven, het eventueel zouden voorschrij
ven zich te verzetten tegen Ihet vervoer langs
de Schelde van hulp voor Antwerpen in ver
schillende vormen."
De Temps haalt dan de stelling, die in Bel
gië is verdedigd door prof. Ernest Nys en
die voorkomt in het werk van baron Guil-
laume, getield „De Schelde sedert 1830" aan
trekt er de volgende slotsom uit:
Naar het schijnt, zal Nederland de mo
gendheden, die de onzijdigheid van België
hebben gewaarborgd, niet belemmeren in de
uitoefening van de plichten, uit deze waar
borgen voortvloeiend, plichten die Nederland
in beginsel heeft erkend door mede-onder-
l'Auxerrois was nauwelijks weggestorven,
toen twee mannen aan den zuidelijken vleu
gel van het kasteel het Floro-paviljoen ver
lieten en zich naar het oeverterras van den
tuin richtten.
Nadat zij dezen bereikt hadden en nu uit
het halfduister van de slechts spaarzaam met
lantaarns verlichte allee, in den vollen ma
neschijn traden, welke de opening tusschen
de boomenrijen en de kaai van het terras
verlichtte, konden de schildwachten de ge
laatstrekken en gestalten der beide zwijgen
de mannen duidelijk herkennen.
Hunne elegante kleeding en trotsche hou
ding verrieden dat zij edellieden waren.
Een der twee heeren was een sdhoon man
van vijf en twintig jaren. Zijn fijngevormd
gelaat Ibad een bijna vrouwelijke tint en
zachte omtrekken: hij zag er daardoor veel
jonger uit dan hij was. De fraaie kleeding,
welke zelfs buitensporig mocht heeten,
duidde hem aan als vexweckelijk pronker
van het soort, dat aan het hof een rol speelde.
En toch was deze man, vau wien hier spra
ke is, slechts oogenscbijnlijk een pronker.
Hij, die hem opmerkzaam gadesloeg, hem in
de donkere bliksemende oogen zag, deze nam
daar de uitdrukking van moed en energie
waar en uit zijne edele trekken liet zich
gemakkelijk lezen, dat hij niet gewoon was,
zoo omzichtig te werk te gaan. Inderdaad,
onder de sierliike kleediiut van de jieomt.e
teekening van het verdrag van 1839".
De Temps besluit: „Wij stellen volkomen
vertrouwen in de officieele verklaringen van
onzijdigheid van Nederland en betwisten niet
dat de positie van Nederland delicaat is.
Daarom hebben wij de overtuiging uitge
sproken, dat indien de kwestie der Schelde
op het tapijt komt naar aanleiding van de
verdediging van Antwerpen, Nederland' ze
zal hebben op te lossen met alle loyauteit
en allen eerbied voor het recht, dat in de
politieke traditie van Nederland liggen."
Men zal Ihet gevaar voor ons landi, dat
uit deze uitlegging (die door verschillende
gezaghebbende juristen volstrekt onjuist
wordt genoemd) volgt, uit de door ons vet
gedrukte woorden ongetwijfeld begrijpen
De Maasbode meldt:
Haarlem's Kerkvoogd, die sedert eenige
dagen te Rotterdam vertoeft, teneinde er in de
verschillende parochiekerken het H. Vormsel
toe te dienen, bracht gisterenmiddag een be
zoek aan de emplacementen der Holland
Amerikalijn, om er den zwaarbeproefden Bel
gische vluchtelingen een blijk te brengen van
zijn sympathie en hun in hun naamloos leed
een woord van opbeuring en troost toe te spre
ken.
Z. D. H. werd bij dit bezoek vergezeld door
den HoogEerw. heer mgr. P. A. F. Thier, deken
van Rotterdam, en zijn secretaris, den Zeer-
Eerw. heer J. M. v. d. Tuijn; terwijl mede
tegenwoordig waren wethouder H. Stulemeijer,
alsmede de ZeerEerw. hoofdredacteur en de
directeur van „De Maasbode."
Toen monseigneur omstreeks lialf zes per
auto arriveerde aan de loods, tijdelijk voor het
verblijf van een deel der Belgische gasten in
gericht, werd hem door een afdeeling man
schappen van den vrijwilligen landstorm het
militair saluut gebracht. Aanstonds begaf de
hooge bezoeker zich naar de boven-verdieping,
waar de heer J. Slot, chef van den eivielen
dienst der H. A. L., ter ontvangst aanwezig,
aan Z. D. H. werd voorgesteld.
De bisschop wendde zich dan tot de arme
vrouwen en mannen, die zich zoo onverwacht
in hun gemoedelijk collectief huishouden zagen
verrast. In den beginne met eerbiedigen
schroom hun hoogen gast naderend, drongen zij
zich dra in grooten getale rond hem en zijn
gezelschap heen, en zoowel Katholieken als
Israëlieten, klaagden hem vrij-uit hun nood en
spraken vertrouwelijk van bet groote leed, dat
hen drukte. Met vaderlijke genegenheid hoorde
monseigneur hen aan, informeerde belangstel
lend naar bun toestand en gaf hun raad waar
zij dien vroegen.
Dan besteeg monseigneur een inderhaast op
gesteld podium met Nederlandsche vlaggen
versierd, en gebaarde stilte tot de menigte.
Z. D. H. sprak ongeveer als volgt:
„Beste vrienden! Ik ben bier gekomen om u
aan te moedigen. Wij begrijpen vanzelf, dat in
deze treurige omstandigheden een zekere onrust
u bevangt. Ge behoeft volstrekt niet ongerust
te zijn. Gij zijt hier bij een broedervolk, dat
de meeste sympathie voor u en voor uw ongeluk
heeft. Al onze autoriteiten zorgen voor u en
zullen voor u blijven zorgen zoolang het noodig
is.
„Uw legers hebben dapper gestreden. Nu
moet gij in uw ongeluk ook dapper zijn. vooral
nu gij ziet, dat de autoriteiten alles doen om
u te helpen.
„Zijt dus volkomen gerust; en weest er van
verzekerd, dat men zijn best zal doen, om u
een nog beter onderdak te bezorgen dan gij
thans reeds hebt. Voor het oogenblik moet gij
u met deze plaats als tijdelijk verblijf tevreden
stellen; maar gaat gij naar een andere dan zal
bet zeker een even goede, zoo niet een nog
betere zijn. En overal zult gij vinden een vrien
delijk woord en een broederhart.
„En laat ik er dit aan toevoegen. Wij zijn
bezorgd voor u, en dat zijn we uit broederlijke
genegenheid. Maar als bisschop mag ik zeggen,
dat de Katholieken onder ons zich uw lot aan
trekken uit Christelijke liefde en om God.
Niets anders vragen wij, dan dat gij, als gij
God dankt voor uwe redding, ook een klein
gebedje zult storten, opdat God ons beloonen
tal wat we voor u deden."
Daarna gaf monseigneur aan de menigte
zijn bisschoppelijken zegen.
Het zalvend troostwoord van den Kerkvorst
maakte zichtbaar diepen indruk.
In de oogen van alle vrouwen glinsterden
tranenverschillenden stonden luid-op te snik
ken. En 'als Z. D. H. na het eerste deel
van zijn toespraak, even ruston bleef, en ook
aan het slot, klonken luid de bravo's op en
riepen do mannen in geestdriftige dankbaar
heid: „Leve Holland!"
Onder leiding van den heer Slot maakte Z.
Leon de Fonteille klopte een warm hart
voor al bet schoon© en goede, en de pronke
rige zijden kleeren omhulden een slanke ge
stalte, die kradbt en lenigheid in zidh ver-
eenigde. De vicomte Leon gold dan ook hij
zijne stadgenooten voor een ede] karakter,
een geoefend ruiter, kortom, voor een vol
maakt edelman, al verklaarde menige laffe
spotter van het hof, dat h in vele zaken een
bange haas en een onverbeterlijke idealist
was.
Dit laatste zou niemand van den beer heb
ben. kunnen zeggen, die thans naast Leon
voortschreed. De ridder De Paarvis telde on
geveer vijf en dertig jaren, was tamelijk
klein, doch breed geschouderd en krachtig,
had een bleek maar ikoekig gelaat, waarop
de sporen van een woest leven geteekend
stonden. Een ©enigszins verachtelijk lachje
speelde om zijne lippen, zijn doordringende
blik had iets uitdagends.
Ofschoon de beide beeren, zooals wij zei
den, elegant gekleed waren, droegen zij tocli
laarzen met sporen. Zij waren ook, zooals
men dat noemt, tot aan de tanden gewapend.
Beiden droegen een degen en uit de zijzak
ken van hel bovenkleed staken pistolen.
De vicomte en de ridder behoorden niet
tot bet kasteel en dc naaste omgeving des
konings; zij waren op het bericht dat de
vorst in gevaar verkeerde, eerst eenige uren
geleden naar de Tuillerieën gesneld: evenals
D. H. vervolgens een rondgang; door het) ge
bouw, om nog meer van nabij de inrichting
ervan gade te slaan. In de ruimte voor het
nuttigen der maaltijden ingericht, vond mon
seigneur gelegenheid aan den vertegenwoor
diger Rei- H. A. L. te verklaren, dat alle
Belgische gasten, zoolang zij de gastvrijheid
der maatschappij genoten, op de Vrijdagen
waren gedispenseerd 'in de onthoudingswet.
Tenslotte begaf mgr. Callier zich nog naar
het hotel der tusschendeks-passagiers, waar
mede vereshillende uitgewekenen waren on
dergebracht. Ook hier werden de verschil
lende localiteiten, de eetzalen, de slaapzalen
enz. bezichtigd en bij herhaling gaf mgr. zijn
verrassing te kennen over de keurige inrich
ting van een en ander.
Telkens weer sprak ook de bisschop de
groepjes vluchtelingen 'aan, die her en dei-
door bet gebouw stonden, hen staag verma
nend, dat zij gerust zouden zijn en moed
houden moesten.
Aan eenige vrouwtjes uit Lier beloofde
monseigneur nog, 'dat hij zou zorg dragen,
dat een tweetal paters Jezuïeten, eveneens
uit 'Lier gevlucht en thans te dezer stede
vertoevend, zich met haar in verbinding zou
den stellen.
Nadat monseigneur nog even de kleine maar
devote kapel had bezichtigd wij mochten
daar tot onze vreugde vernemen, dat zij spoe
dig voor een ruimer bedehuis zal plaats ma
ken vertrok de bisschop weer met zijn ge
volg, door de dankbare Belgen eerbiedig be
groet.
DE BELGISCHE VLUCHTELINGEN.
De stroom van vluchtelingen houdt aan.
Bij duizenden komen ze aan in Breda, Roo-
zendaal en Vlissingen. Overal bewijst; men
hun hulpvaardigheid.
Soldaten en landweermannen hielpen mee
aan het sjouwen van de bagage en 't dragen
der kinderen. En overal reikte men hun
voedsel uit.
Natuurlijk kon men ze op die plaatsen
niet houden. Van daar worden ze naar Rot
terdam, Amsterdam, den Haag en Haarlem
in lange treinen vervoerd, die alle volge
propt zitten.
Te .Rotterdam zijn zoovele duizenden heen
gebracht, dat. men daar geen raad er mede
weet om er nog meer huisvesting te ver-
leenen.
Het hoofd van die gemeente heeft per te
legram het verzoek gericht aan den direc
teur-generaal der Staatsspoor, het leiden van
treinen met vluchtelingen voor Rotterdam
te staken.
Plaatsruimte belet ons om in hirecdvoe»
rige bijzonderheden te treden. Maar dit kan
gezegd: dehulp ver leen ing is overal groot
Wel toont ons land in deze dagen, dat de
zin om weldadigheid te bewijzen enorm is..
MISBRUIK VAN VRIJSTELLING VAN
BRIEFPORT VOOR MILITAIREN
Het omvangrijke misbruik, dat blijkens de
ingekomen rapporten van de ten behoeve
va nde militairen verleende vrijstelling van
briefport wordt gemaakt, heeft, ter kennis
gébracht van 'den opperbevelhebber van
land- en zeemacht, aanleiding gegeven tot
het uitvaardigen van een order aan de land
en zeemacht.
In deze order wordt, er op gewezen, dat de
vrijdom van hriefpox-t in het leven is geroe
pen uitsluitend om in deze tijden aan de
militairen en hun verwanten en kennissen
de kosten der briefwisseling te besparen en
wordt bet misbruik gelaakt, dat wordt ge
maakt, door hen, die den vrijdom beschou
wen als een middel om de door hen te voe
ren correspondentie over handelszaken kos
teloos te doen verzenden, om. de posterijen
zonder vergoeding, hun circulaires, prospec
tussen reclame-biljetten te doen verspreiden,
of wel er zicli toe te leen en, om de stukken-,
welke derden met de post wenschen te doen
vervoeren, met, de gewaarmerkte aanwijzing
„militair" te voorzien, om zoodoende port-
ontduiking te hereiken. N. R. Ct-
AANVOER VAN TARWE
Te Amsterdam is gearriveerd het stoom
schip Eibergen, komende van Baltimore en
geladen met 7500 ton tarwe aangekocht door
de Nederlandsche regeer ing. Het schip ligt
aan de Silokade. Reeds is men met het los
sen begonnen, Ihetgeen door mi (hiel van
graanelevatoi-s geschiedt.
Korte vreugde. Ten nadeele van den
melkknecht S. V. is gisteravond te Rotter
dam een bedrag van 1875 ontvreemd, dat
bij gisteren als erfenis had ontvangen.
Brand in een huis van bewaring. Te den
Haag is gisterenavond brand uitgebroken in
het huis van bewaring aan de Casuarisstraat in
een cel op de tweede verdieping waar een
vrouw was opgesloten.
Daar ei' geen lucifers in de cel aanwezig
waren, vermoedt men, dat de vrouw den brand
heeft gesticht. Zij werd in de cel bezig gehou
den met vuurmakers te vervaardigen en nu
heeft zij vermoedelijk een vuurmaker tegen
het gaslicht, z.g. hanggloeilicht gehouden; de
zij had dit menige dapper© edelman gedaan
om op het oogenblik van den hoogsten nood
Lode wijk en de zijnen als trouwe aanhangers
der kroon naar krachten te steunen, en met
het koningschap te staan of te vallen, in te
genstelling met zoovele edelen, die bij het
begin en gedurende het verloop der revo-
lutionnaire beweging naar het buitenland
waren gevlucht, om zichzelve en hunne fa
milie daar in veiligheid te brengen ol' tot
een emigrantenkorps vereenigd, met de troe
pen der coalitie tegen het oproerige Frank
rijk op te trekken. Alleen in de koningsge
zinde Vendée en in het slechts bier en daar
door den i-evolutionnaireu geest bezieldte
Normandië waren bijna alle edellieden op
hunne goederen gebleven en hadden van daar
de onheilspellende stormen des tijds het
hoofd geboden. En tot zulke edellieden be
hoorden ook Leon de Fonteille en de beer De
Parvis.
De eerste was Normandiër en behoorde
thuis in het departement Eure; zijn goed lag
tusschen de stadjes Evreux en Louviers aan
de rivier de Eure; de ridder behoorde ech
ter thuis in de nabijheid van Fontenay in
dat gedeelte der Vendée, dat men Bocage
noemt. Eerst sedert eenige dagen verhieven
de beide mannen in het hen van vroeger
goed bekende Parijs, den baard der revo
lutie.
Nog altijd zwijgende gingen zij slechts
voorraad krullen en de hars waarmede de
vuurmakers werden vervaardigd leverden een
licht brandbare massa, zoodat de cel weldra in
vlam stond.
Voor dat hulp kon worden verleend was de
vrouw deerlijk verbrand, zoodat men voor haar
leven vreest.
Beambten van de gealarmeerde brandweer
verleenden baar de eerste hulp, waarna een
dokter van den inmiddels gewaarsehuwden ge
meentelijken geneeskundigen dienst de vrouw
verder verbond. Zij werd vervolgens naar liet
gemeenteziekenhuis vervoerd.
De brand had, wat de materieele schade be
treft, overigens niet veel te beduiden.
Gisterennamiddag deden geruchten de ronde,
dat er des avonds hier nog wel een twee dui
zend vluchtelignen zouden komen. Het comité
nam aanstonds de noodige voorbereidende
maatregelen.
Voortdurend waren comité-leden op 't perron
aanwezig tot laat in den nacht de heeren
hebben er inderdaad veel voor over maar de
groote toevoer kwam niet....
Nu, dat was misschien maar goed ook. Want
men heeft al genoeg te doen om te regelen de
zaak der huisvesting van hen, die hier eergis
terenavond zijn aangekomen en in localen voor
loopig werden gehuisvest.
Dat gaat nog zoo gemakkelijk niet. Daar is
heel wat aan te rangschikken en te plooien.
Natuurlijk blijven de familiën 't liefst bij el
kaar, maar even natuuilijk is, dat dit in den
regel niet gaat, daar maar niet een ieder een
groot gezin kan herbergen.
Gezorgd wordt echter zooveel mogelijk, dat
leden van één gezin in eikaars nabijheid wor
den ingekwartierd. Met dat alles te regalen
heeft men nog heel wat te stellen.
Wij waren daar getuigen van, toen wij gis
terenmiddag in de oude R. K. Kerk te Schoten
dr. Ootmar, die daar de leiding heeft, met zijn
helpers en helpsters er mede bezig, zagen. De
eerw. beeren kapelaans hielpen mede aan 't
invullen van staten en 't- verzamelen van ge
gevens.
En ook de zeereerw. heer pastoor kwam ei
nu en dan een kijkje nemen. De menschen had
den 't, er weder heel best gehad. Allen kregen
nog een extraatje en aan de mannen werden
sigaren uitgereikt.
En de kinderen speelden in den tuin, waai
de vluchtelingen zich in een verwarmend zon.
netje zaten te koesteren
Te 5 uur kwam een trein binnen, die 300
vluchtelingen mede bracht. Deze allen werden
van 't station, naar 't gebouw der Handels
school geleid, om daar te worden ingeschreven.
't Was een droeve stoet, die langs Kenau
park en Kinderhuisvest naar de Raaks ging,
nadat aan allen eerst op 't station voedsel was
uitgereikt.
De lieden vertelden ons, dat in Antwerpen
was bevolen, dat des middags om 4 uur, alle
burgers de stad moesten verlaten en dat veel
kogels de stad doorvlogen en overal terecht
kwamen.
Dc menschen waren bij hoopen in Antwerpen
in den trein gezet, Ook stationspersoneel was
gevlucht. We zagen een man, die nog een uni
formpet op had, vader van een gezin van 5
jonge kinderen. Deze was ook in Meclielen ge
weest.
Velen van hen hadden groote pakken bij zich
Deze werden op een wagen geladen en zoo ver
voerd. Een ander had zijn fiets medegenomen
en die hoog-op met pakken beladen.
In den loop van den avond werden van de
vluchtelingen een 500 naar 't nieuwe gebouw
van de Rijkskweekschool aan de Leidscbevaart
gebracht om daar te worden gehuisvest.
Verder werden nog een 50-tal personen, die
met andere treinen arriveerden bij particulie
ren ingekwartierd.
Doch, zooals gezegd, de groote te verwach
ten stroom kwam niet. Wel passeerden lange
treinen met vluchtelingen naar Amsterdam.
Inmiddels bleven eenige eomitiéleden tof)
laat in den nacht op 't station wachten of
er nog zouden komen. Ook de burgemeester
was daar in den loop van den avond.
De vluchtelingen beginnen zich hier al
aardig op hun gemak te gevoelen. Wij be
merkten dat bij een bezoek nan *t 'huis in
die Jansstraat.
Wat zaten ze daar gezellig aan tafel met
't Servies er op, terwijl de kinderen zich
met speelgoed vermaakten!
Precies alsof ze in bun eigen buis waren!
Dat is wel leuk. Men doet alle moeite op
dat in de Jansstraat nog een tweede huis
voor gezinnen kan worden ingericht. D'r
'eenige passen langs het oeverterras, traden
dicht bij de steenen horstwering en lieten
den blik over bet water waren. Daarna richt,
ten zij zich naar de plaats waar de Pont-
Nenf over de Seine is geslagen.
Eindelijk verbrak Parvis het stilzwijgen
door een spottend halfluid gelach en zeidc.
Het schijnt dat het canaille der jjpedo
stad Parijs zich- bedacht heeft; ik bemerk
tenminste nergens het geringste teeken dat
het gemeen van plan is ons dezen nacht of
morgen een bezoek te brengen. Zie, vervolg
de hij, terwijl hij met de rechterhand naar
de Pont-Neuf wees, alles is zoo vreedzaam
en stil als herbergde in die steenen doolhof
in plaats van vratige wolven slechts eene
tamme kudde schapen. De eerzame kramers
van het Marias zijn zeker blijde hunne uni
form der burgermilitie in de kast te kunnen
laten hangen en de wakkere sansculotten
citoyens hebben zeker de pbrygische ooren
getrokken. Waarlijk, mijn vriend, wij zouden
beter doen ons ter ruste te begeven, dan
hier gewapend rond te slenteren. Het was
maar bluf van de clubs om den koning en
zijn ministers bang te maken, wij zullen
heden tevergeefs op Ihet luiden der storm
klok wachten.
Gelooft gij zoo zeker van uw zaak te
zijn7 vroeg Leon ernstig.
(Wordt vervolgd).