OORLOGSMMNMERS Talrijke foto's van het Oorlogsterrein en van de slachtoffers van den Oorlog. Aan den rand van den afgrond. De eerste uitkeeringen hebben reeds plaats gehad. KATHOLIEKE ILLUSTRATIE Brieven uit Parijs. BINNENLAND. Spatis-Ongelukkenierzekering voor» de abonnë's en hunne ecfiigenooten. Alle abonné's op de Kath, Illustratie die een polis aanvragen worden tegen alle ongelukken, die den dood of levenslange geheele of gedeeltelijke invaliditeit tengevolge hebben, vol gens de bepalingen der polis verzekerd voor bedragen van f 500, f 250 en i 125. Wie voor het dubbel® dezer bedragen verzekerd wil zijn, abonneere zich tevens op(. het niet geïllustreerd ontspan ningstijdschrift Voor ledereen (5 ct. p, week. Vraagt prospectus). li, daarbij gesteund dooi' hefc»krnchtig iiiitia- ■f vau ds bevolking zelve. Ook nog op an- re 'wijze moet het strijden om zijn onder- aen te beschermen, zijn onderdanen, die in igeland in concentratiekampen opgesloten, n. Alle mannelijke Duit-schors en Oostenrij- i- tussclien 17 en 55 jaar zonder onder- beid zijn daarginds gevangen genomen: kel- rs, frisours, kleermakers, doch ook koop- den en geleerden. Niet Minder dan- 50.000 vinden zich reeds iu deze kampen, en de .gerustheid over hun lot groeit iu Duitsch- nti ondanks mededeelingen van den Ameri- ansehen gezant te London (die echter slechts ee der vele kampen, en zeker niet juist minste) bezichtigde, en ondanks de door •lo Duitschers uit de kampen oadertee- ■lak' verklaringen, die uit den aard der zaak els kunnen bcteekenen. In de eerste oor- gsweken werden 700 a 800 Duitschers per k in Engeland gevangen genomen, thans het getal der da gel ijk se he transpor- ji naar do kampen even groot. De zwaar- straffen staan op het verzuim zich in de den te laten inschrijven, een knecht van •t Salisburyhotel kostte dit twee maanden va n gar be id. D'e Enge'.sche .kleermakers heb- n zelf hieronder te lijden, daar een aantal r beste arbeiders Duitschers .zijn. Zoo be- aagt een groote firma/zich openlijk in do mes er over, dat zijn beste arbeider dien j door geen ander vervangen kan, gevangen ■nomen werd. De tóórn over deze Engelsche aitiegelen is gerechtvaardigd. Want in uil-.chland loopt nog thans elke Engelsch- an vrij rond. En cle Engelsche dames in resden (waar de zgn. Engelsche kolonie de ooiste villa-wijken der stad bewoont) genee- u zich op straat zoo weinig, dat het Sak- sche ministerie van een „uitdagend gedrag" ireekt. Ook in de badplaats Homburg waar i.ns Oscar van Pruisen, generaal Moltke i vele gewonden thans verpleegd worden, aagt men over de arrogante manieren der ngelschen die daar vertoeven en wie de oedige ernst van dit vreeselijke oorlogs man zoo koud laat, dat zij zelfs spotten innen D" (hotelhouders laten het dezen goed be lenden gasten, vooral ook met het oog op 5 toekomst, aan niets ontbreken, het volk jelfc zich echter gekrenkt door deze din- 5ti; die een zoo schrijnende tegenstelling urmen mét de berichten uit Engeland, dio m betrouwbare zijde (eu hierbij beroept en zich hier niet slecht op liet getuigenis au Dr. Peters in „der Tag") voortdurend in- omen. Do Duitsche Regeering heeft daarop in Lon en laten weten dat wanneer niet uiterlijk eden, den vijfden November, de in Engeland evangen genomen Duitschers op vrijen voet orden gesteld, repré-saillo maatregelen ten nzien der hier vertoevende Britsche on- erwachten zijn.*) Het mag wel karakteristiek voor het Brit- Jhe chauvinisme genoemd worden, dat zelfs e herhaalde verzoekschriften van in het Duit- he rijk gevestigde Engelsche oirlerdancn, ai gelijke behandeling der Duitschers in En- eland, betoogende hoe zij in Duitschland) en haast volkomen vrijheid en hoffelijke ehandeling genieten, niet het minste resul- lat schijnen te hebben. De Brit beschouwt en Duitscher (beter gezegd, eiken vreern- eling) als minderwaardig, en zichzelf als een even van hoogere orde, dat niet met dezelfde iaat als andere mensclien gemeten kan wor- en. En waarschijnlijk zal eerst clan de on aardige behandeling der Duitsche ondercla- en ophouden, wanneer de Duitschers, zeer 'gen hun zin en aard, gedwongen door hét clang van hun volksgênooton, liun bedreiging s •tzeifde te doen wat in Engeland thans ge- .ehicdti (met dit verschil, dat kampen als e in Engeland bestaande hier niet te vinden uilen zijn) uitvoeren. Want '.dan zullen de rijke en aanzienlijke ingelscheu in Duitscliland, die het „oog om og en tand om tand" ondervinden alles iu ■p èn roer brengen om hun vrijheid terug' o krijgen. Daarop speculeert men bij de te lemen maatregelen, dio niet als wraak be- to c kl zijn, doch zuiver als het eeriige, middel •9 eigen onderdanen te bevrijden. Is cle spe: •iilatie juist? Of breekt thans een tijdperk an vergelding en weerwraak aan, dat den ••orlog steeds meer uitbreidt op een terrein, waarop hij onder géén omstandigheden geoor- uofd is? Wie zal het zeggen? Slechts dit: de ontduitseliing van Engeland s een onbegonnen werk. Niet- alleen de prins an Battenberg die pas zijn ambt neergelegd teelt, is van Duitsche afkomst. Ook Sir Go shen, tot het uitbreken van den oorlog ge tint in Berlijn, en Sir Bunsen, lange jaren aVeenseh vertegenwoordiger van het Britsche •ijk, ja zelfs de koning en de koningin heb- >en bijna uitsluitend Duitsch bloed in de ade em. De grootvader des konings was een Duit sche prins van Saksen-Coburg-Gotha, het stamhuis zijner grootmoeder koningin .Vic toria is heb Hannoversche huis. Zijne moeder was gee no Deensche, zij behoorde tot het huis Sleéswijk-Hölstëift. De tegenwoórtiigo'Ko- ningin is een prinses von Teek. Doch er is* nog meer. Het blijkt bij- deze gelegenheid dat een groot gedeelte der En- Engelsche industrie in Duitsche handen is. Het uitblijven der Duitsche verfstoffen heeft een groote werkeloosheid in Manchester en andere steden veroorzaakt. Een vierde van al "het in Londen geconsumeerde brood komt van Duitsche (en Oostenrijksche) bakkers, evenals bijna alle suiker van hier ingevoerd wordr. Geen noot muziek wordt in Engeland gedrukt en het asfalt der straten is van Duit- sehen oorsprong. Ook bestaat slechts de helft der zakenlieden der City uit Engelsclien. Op het wapenschild van den prins van Wa les staan nog steeds 'twee Duitsche woorden „Ich dien" Zulke dingen doen ons eerst recht besef fen, hoe zinneloos een oorlog is. Duidelijker dan elk verdrag, dan alle diplomatieke schrift uren -spreken zij van den onloochenbaren sa- menhang der volkeren, en van heb nut, dat slechts door dezen samenhang gesticht wordt. Parijs, 3 Nov. 1914. Het „was te voorzien dat de menigte die gisteren. Allerzielendag, de bedevaart naar de begraafplaatsen zou ondernemen, buiten gewoon talrijk zou zijn. Eigenlijk vind ik de Fransehe naam „le jour des. Morts" meer suggestief! De piëteit- voor de doodou is hier zeer groot, tot- iu het overdrevene toe. Men zou kunnen spreken van unc culte des morts! Toch is er zeer veel sympathieks in; vooral in de uitingen van liefde en eerbied voor hen die voor heb vaderland gevallen zijn. Het overgroote deel der Parijzenaars die gis teren de graven hunner lieven bezocht en met een schat van bloemen getooid hebben was te vinden op de begraafplaatsen van ïvvy, Bagneux en Pantin, waar de soldaten worden begraven die in do Parijsche ambulances overlijden. Om enkele cijfers te noemen van het geheel zijn op do Parijselie begraafplaat sen meegeteld die welke buiten de bar rière liggen 392.921 bezoeken aatigetee- kend; daarvan 257.277 op de drie hier boven genoemde begraafplaatsen. Een eenvoudig monument- is daar voor do gevallenen opgericht en Zondag, Allerheili gen, is de militaire gouverneur van Parijs, generaal Gallieni, vergezeld van®zijn staf en nog enkele officieele personen daar kran- zen gaan leggen. De driekleurige linten droe gen in zilveren letters het eenvoudige op schrift: Aux Morts pour la Patrie(*) Vele particulieren kransen droegen het zelfde opschrift. Maar 't meest aandoenlijk waren cle eenvoudige bossen bloemen, los saamgebonden, waarvan de warme harten scherp afstaken tegen 't doffe zwart dér rouw- kleeding van vrouwen en kinderen. Met ge- heelen armen vol hebben zij ze schreiend neergelegd, haar kleurige chrysanten en ro zen, baar tuiltjes paarse violieren. De lucht was vervuld van do sterke kruidige geur der najuursbloemen en der stervende blaren, die zachtkens neerdwarrelden üeze'1'do geur en dezelfde stemming hiqg over geheet Parijs, dat) gedurende doze twee dagen in een ware bloemtuin was herschapen. Overal palmen en bloemen, afgesneden en in potten en een blik slaande over do groote pleinen, met haar schat van kleeding tintelend in de najaarszon, zeer mooi onwillekeurig. Ziedaar nu een stad in staat Van belegt Inderdaad, dat moet men zich met geweld to binnen roepen; wil men er aan denken in (het dagelijksch teven, 't Is waar: de café's sluiten nog vroeg, er mag geen absinth of dergelijke drank verkocht worden en er zijn nog verscheidene zaken gesloten. Maar voorzichtig halen de eigenaars de ijzeren rolluiken in de hoogte, ze scheppen moed, nu liet moratorium geëindigd, of ten minste gewijzigd is an ze dus cle zekerheid hebben hun geld, zooal niet direct, dan toch bij gedeelten en langzaam aan weer binnen te krijgen. Dat het industrieele en commercieel» leven zachtjes aan begint te herbloeien blijkt ook uit de voortdurend toe nemende dienstaanbiedingen in cle couranten. Gedurende twee maanden wemelde het van arnvragen, doch nu begint'er blijkbaar weric te komen op allerlei gebied. Alleen monsieur Lebureau speelt den eom- merganten wel eens parten. Zoo wordt het geval geciteerd van een firma, clio aan En gelsche officieren een aantal toestellen voor telegrafie zonder draad heeft geleverd. Zij ontving ter betaling Engelsch goud voor een belangrijk bedrag, dat natuurlijk geac cepteerd werd vooral da-ar in het 'algemeen het Engelsch goud een hoogen koers in Frank rijk heeft. Doch toen een der firmanten er mee a»ar een bankier ging, weigerde men zijn goud in te wisselen, omdat men do koers voor het oogenblik niet kon vaststellen. Mét een beetje goeden wil van weerszij den is 6r echter wel wat te beginnen. Ee Fransehe industrie vindt een ruim arbeids veld, nu haar Duitsche concurrente liet veld moet iruimen. Duitschland had er zich aar dig ingewerkt en het aantal, aan Duitsche firma's toebehoorende zaken, waarop dage lijks beslag wordt gelegd is groot. Bij rde heers ch en de stemming is een we- deraanknoopeiï van de handelsbetrekkingen niet Duitschland niet heel waarschijnlijk en de vraag mag bij u in Nederland, dunkt mij, wel eens ernstig overwogen worden, of de producten die tot dusver door Duitschland geleverd werden, niet door Hollandsche vervangen zouden kunnen worden. Met na-uje op het gebied der textiel industrie is hier wel wat te doen, en ook voor andere artikelen is op de Fransehe markt, plaats te vinden. Maal' dan is het zaak' op zijn qui vivo le zijn en Ü8 gelegenheid aan te grijpen zoodra die zich voordoet. Met de methode van eerst dé kat eens uit den boom kijken komt men «in niet. Om in hetzelfde genre van spreek woorden te blijven: wie wil de kat do bel aanbinden? Het goede oogenblik zal niet lang op zich laten wachten. Het zal daar zijn, lang vóór het einde van den oorlog. A. F. PET'ILLON. BEHOEFTIGE NEDERLANDERS IN BRUSSEL. H. M. de Koningin heeft naar aanleiding van den oproep om hulp voor de talrijke be hoeftige Nederlanders in Brussel, door de Nederlamlsche Vereeniging van Weldadig heid aldaar tot het Moederland gericht, in aansluiting met de hulp tot leniging van den onmiddellijken nood reeds door het Ko ninklijk Nationaal Steuncomité aan de ver- eeniging verleend, een belangrijke bijdrage aan het .bestuur der genoemde vereeniging te Brussel doen toekomen. Hare Majesteit heeft bovendien een zending lrieedingstukhan doen toezeggen, welke zullen worden gezon den zoodra de kleedingcommissie van het Kon. Nat. Steuncomité de opgave ontvangen is van de kleedingstukk enwelke te Brussel het meest noodig zijn. BELGISCHE VLUCHTELINGEN, Men meldt aan de „N. Ct.", dat het aantal Belgische vluchtelingen in ons land in de laatste dagen vermeerderd is met een nieuwe categorie, n.l. van personen, die noch wegens 1 vernieling van hun woningen, noch wegens j. vrees voor levensgevaar, reden tot vluchten hebben, maai* eenvoudig hierheen komen, om- jdafi zij in België geen werk vinden en dus niet in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Zooals meu onder Telegrammen kan lieii, zijn inderdaad deze maatregelen reeds genomen (Red.) Helaas, van een passende kerkelij ke herdenking en een algemeen gebecl voor de zi el en der afgestorvenen spreekt onze correspondent niet'Het is „la culte des morts" inderdaad.... cle zi el en worden ver geten R e cl a c t i e N. H. Ct. Priji f 0.90 per drie maanden of 7 cent per week. Nieuwe jaargang juist begonnen. Leest den grooten roman Gratis Ongelukken-Verzekering voor de abonnés en hun echtgenooten» Een jaargang van de KATHOLIEKE ILLUSTRATIE vormt een rijk geïllustreerd boekdeel van bijna DUIZEND bladzijden. Abonneert U op ons oudste katholieke familieblad en zendt het onder staand inteekenbiljet ingevuld, en onderteekend aan uw boekhandelaar, aan onzen agent in uw woonplaats, of aan N. V. Drukkerij de Spaarne- stad, Haarlem (bij verzending per post met 5 cents postzegel frankeeren.) Ondergeteekende abonneert zich op den 49sten jaargang van de gewone editie a f 0,90 per 3 maanden (per post f 1,7 cent per week. luxe editie X f 1,40 per 3 maanden (per post f 1,65) of 11 cent per week. S.v. p. doorhalen wat niet verlangd wordt. Naam Adres (Duidelijk schrijven s. v. p £ou elkaar opbotsten. Een was er onder het gezelschap, die een ■eer terugstnitend voorkomen had. Voor wien men, als men hem goed aanzag, al dadelijk op zijn hoede was als voor een adder, wiens gift men vreest. Ook hij droeg een roodwollen hemd en een ni-uts van geel bont, die, diep in de oogen gedrukt, er niet toe meewerkte om zijn voor komen aangenamer te maken. Zijn gluiperige oogen zagen iemand nooit •echt in het gelaat. Hij was klein, mager en ineengedrongen, mei dunne lippen, een puntige .neus, vaal- Meeke gelaatstint en ingevallen wangen. Als kruidenier had hij een klein vermogen verdiend, dat hem begeerig en wantrouwig ad gemaakt en sedert de revolutie was hü •en der vurigste sans-culottes. Nu was hij bevelhebber der nationale gar is van Lamballe. Hij heette Lecloux eu woonde op het plein, la een huis met een duiventil, niet ver van len Gouden Leeuw. Het is zonderling, zeide hij, reeds heeft iet li) uur geslagen en de post is nog niet aangekomen. De i, astelei n merkte kalm op: Zij zal vertraging hebben, wat niet te verwonderen ia bij zulk een weer. Het waait 100 sterk, dat zelfs geen os er tegen op kan komen. De kruidenier Imomde: Jammer. Waarom? Omdat wij dan de dagbladen niet zullen krijgen en ik zou gaarne weten wat er daar ginds voorviel. Te Parijs? Natuurlijk, en wat men er doen zal met de weduwe Capet. Eeh der omstanders riep onvoor/.idh-tig: Met cle koningin? Ledoux wendde zich tot hem als om hem een hittere terecht wijzingg te geven: Met cle Oostenrijksche. hernam hij. Zij spint kwaad gareu en ik zou geen sou voor 'haar huid geven. De brave Fouqiér Tinville zit haar op cle hielen en hij zal haar niet loslaten. Hij is een geduchte speurhond, de voormalige procureur. De herbergier scheen hem te willen tegen spreken, maar hij bedwong zich nog intijds. Zijn half gesloten oogen fonkelden. De kruidenier besloot: Ja, zij zal haar (hoofd wel door het ven ster van Sanson moeten steken. (Sanson was de heul van Parijs en met zijn „venster" werd het gat in de guillotine bedoeld, waar door de veroordeelde het hoofd moest steken). Le Père Dudliesne (het dagblad van He- bert, een der leden van de Nationale Con ventie) eischt haar hoofd en hij zal het heb ben ook. Sénéean, die links van den kleineu man zat. legde (hem de hand op den schouder en zeide: Komaan, wat zijt gij kwaadaardig van avond, Ledoux. Wat scheelt u toch? Iedereen weet, dat gij geen vlieg leed zoudt kunnen doen. Ledoux hief zich in zijn volle lengte op en riep: Dat zou nog te bezien staan, wanneer het voor het heil dor natie was. Wij zullen niet veilig zijn zoolang de trawanten van de tyrannie nog één aanknoopingspunt heb ben en zoolang- er nog een welp in het wolfs- nest van den Temple is. De omstandigheden zijn ernstig, meester Sénéean. Ik ben maar een kruidenier, maar toch heb ik begrip van den toestand en dan, ik stel mij op de (boogie. De Engelsclien zenden wapenen aan de vij anden der natie. Men heeft ze ontscheept te Saint-Malo en op nog verscheidene andere plaatsen aan de kust, zoowaar als ik een patriot hen. De royalisten organiseeren zich. Welke royalisten? Ledoux knipoogde. Wij kennen hen wel, zeide hij, en gij kent hen ook, misschien nog beter dan wij, want uw beste klanten belmoren tot het complot Ilc zou er u nog heel wat meer van kunnen vertellen. Alle kasteelen der ci-devants (ci- devant, voormalige, aldus noemde men tij dens de groote revolutie de aanhangers van den ouden regeeringsvorm) en der aristocra ten zijn broeinesten van samenzweerders. Die hiel' bleven zijn uiet beter dan zij die ver trokken zijn. Zij roeren zich, en de duivel bestuurt hen. De duivel, dat is in ons district de gewezen baron de Guern. Daarmee vertel ik u niets nieuws, niet waar? Men kent den naam van zijn vrienden en de schuilhoeken waar hij zlcli verborgen houdt. Weldra zal hij achter slot zijn, en dan.... De kruidenier maakte een veelbeteekenen- de beweging om zijn hals, terwijl de notaris hem tot kalmte zocht te brengen. Komaan, wind u zoo niet op, mijn vriend. Gij luistert te veel naar Le Père Duchesné. Den ganschen dag hebt gij den neus in dit afschuwelijke blad, dat niets dan plundering en moord predikt. Wanneer gij mijn meening wilt hooien, dan geloof ik niet aan de op rechtheid van al die uitgebazuinde vader landsliefde. Zoo? Ik heb hem gekend, den man die Le Père Duchesne schrijft en de menselben mei zijn schrijven vergiftigt. Ik ontmoette hem te Alenpon, waar ik eenigen tijd geweest ben, nog niet lang geleden. Hij was een jong- rnensch zonder een sou op zak, afgunstig op hen die.beter bedeeld waren, Wanneer hij hu zc/ hard schreeuwt, dan is dat alleen om zijn zak te spekken. Best mogelijk, een ieder leeft van zijn beroep, maar dat neemt toch niet weg dat Le Père Duchesne een eehte patriot is, een wave volksvriend. Niemand durfde, deu kruidenier tegenspre ken. In deze dagen hadden de Jacobijnen de macht in handen en het was niet voorzich tig hen te tarten. Ledoux was een machtige, want hij be hoorde tot de Jaeobijnenclub van Hennes, waaraan hij zijn benoeming tot kapitein dei- nationale garde te Lamballe had te dankeu- Durfden de omstanders hem evenwel niet tegenspreken, géheéi met Ibem instemlmen wilden zij evenmin en zoo ontstond er een pijnlijke stilte in het gezelschap, totdat ee. een zeer welkome afleiding kwam. De deur der gelagkamer werd geopend en een nieuwe bezoeker vertoonde zich op den drmpel. Hij was een man van hooge gestalte en zijn lang, verwarde haar was heuekt door een muts van dierenvel. Droeg de kruidenier een muts van vossen vel, de nieuw aangekomene had er een dia van een wolf afkomstig was. Elk dezer mutsen paste wonderwel bij den drager. Het gelaat van den nieuwaangekomena was wel geschikt om indruk te maken', zijn trekken duidden wilskracht aan, zijn oogen stonden vurig en zijn onderkaak was sterk ontwikkeld, hetgeen als een kenteeken van moed en vastberadenheid geldt. - r (Wordt vervolgd Katholieke Illustratie

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 6