r
DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
De oorlog.
v* "r
TELEGRAMMEN.
Kinderhuisirest 29-38-S3, HaarSem
Winter'pantoffels*
P. W. TWEEHUIJSEN,
WOENSDAG II NOVEMBER 1914
1826
ABONNEMENTSPRIJS#)
Per 8 maanden voor Eaarlem
Voor de plaatsen, waar een agent to gevestigd (kom der gem.) 135
Voor de overig» plaatsen in Nederland franco per post
Afzonderlijke nnmmers
1.80
0.05
BsiroauiK van ü;@s8a®fao ®«t Administratie
imt@PO@BsaBS8S5ii»al TelefoonnuHiMei* 14ÜS.
PRIJS DER ADVERTENTIëNt
Van fi regels GO cent (contant 50 eert). Iedere regel meer 10 cA
Bniten Haarlem en de Agentschappen 15 ct per regel Bnitenl 20 et
Dienstaanbiedingen 25 ct (6 regels), driemaal voor 50 ct contant). j
AGENDA.
12 November.
Gebouw St. Bavo R. K. Volksbond
E. K. Bureau voor rechtskundig advies
inzake arbeidersbelangen van 89 uur. Ver
gadering Strijksters.
Gebouw St. Bavo - Smedestraat 28
2 uur vergadering voor alle xv. Jv. werit-
loozen.
Sociëteit Vereeniging 8 uur
Weldadigheidsconcert ten bate van 't Plaat
selijk Steuncomité.
Schouwburg De Kroon 8 uur
Vlaamscbe Liederenavond door Emiel Hul-
lehroek.
Oude Halsmuseum Pandpoort
Hildebraud-tentoonstelling van 10—4 uur.
Toegang 10 cent.
Schouwburg Jansweg 2 uur
Henri ter Hali's Revue: Past d'r op!
Groote Kerk 2—3 uur Orgelbespe-
ling door den beer Louis Robert Zie
programma Stadsnieuws.
Bisschoppelijk Museum Jansstraat
79 geopend eiken dag van 105 uur tegen
betaling van 25 cents. Uitgezonderd Zater
dagen en R. K. feestdagen.
OVERZICHT.
De zegetocht van de „Einden" is geëindigd,
zooals bij vroeg of laat eindigen moest: bet
kleine scheepje, dat geen grooter kanonnen
bad dan van 10 cM., is tenslotte niet aan de
vervolging van een geweldige overmacht
Engelsche, Japansche, Fransehe en andere
kruisers kunnen ontsnappen en op een een
zaam plekje in de Indische Zee ontdekt, ter
wijl bet juist bezig was bet Britsche draad-
looze station aldaar te vernielen. De „Ein
den" zal een wereldreputatie honden. Ook
van nobele krijgvoering: commandant von
Müller spaarde zorgvuldig de mensohenla-
vens bij al zijn vernielende guerillatochten
over den Oceaan. Twee maanden beeft hij
lat volgehouden tot razende ergernis der En
gelseben: bij zijn val die aan het grootste
gedeelte van de bemanning van bet schip
bet leven heeft gekost, zal de gebeele we
reld, vriend of vijand, hem een eere-saluut
brengen. Een tweede Duitsohe „schrik der
zeeën", die het echter niet zoo ver kon
brengen als de „Emden," is eveneens on
schadelijk gemaakt:: de „Königsberg" is in
een haven van Duitsch-Oost-Afrika door de
Engelschen bij het kolenladen ontdekt en er
in opgesloten, dus óók verloren.
En nu te land. Het is in de offieieele tele
grammen vandaag alweer bet oude liedje!
De Duitseher zwijgt, heeft niets te zeggen.
De Fransehman seint: „wii maken vorderin
gen" en beden nog wel „belangrijke"
zonder nadere preciseering znllen we dat
maar met dezelfde gemoedsrust aannemen
als we bet sinds eenige maanden doen: als
men al die „vorderingen" uit de dagelijksche
telegrammen eens achter elkaar legde en
ging- uitzetten op de kaart, zaten de Eran-
sehen en Engelschen zeker al voorbij Keu
len! De uitleg zal wel zijn dat alléén de eigen
„vorderingen" worden gemeld, en dat de even
periodieke „vorderingen" der tegenpartij
worden verzwegen.
Aan het front van de Aisne is de toestand
al even evenwichtig.
Bij Verdun schijnt als we de verschil
lende telegrammen goed lezen spoedig
eenige verandering op til te zijn. Deze week
is gemeld dat Vienne le Chateau, ten westen
van Verdun, is veroverd door de Duitscliers.
Op de kaart blijkt, dat deze verovering een
belangrijk feit is, daar de Dnitsahe legere
die blijkbaar bier bezig zijn, langzaam aan
een wig te drijven tnssebeu de Fransehe stel
lingen aan de Aisne en de stelling van Ver
dun, waarop de gebeele Fransehe linie
steunt! We hooren van de gevechten in dezen
boek, die ongetwijfeld ontzettend zwaar zijn,
betrekkelijk weinig, maar wellicht zijn ze.
san strategisch oogpunt, nog belangrijker
dan die in België.
Een telegram uit Berlijn zegt dat de Tur
ken don „heiligen oorlog" zullen uitroepen»
en werkelijk worden al de Muzelmannen die
door de Duitschers in Frankrijk en België
worden gevangen genomen, naar Konstanti-
uopel gezonden, en daar heel gauw „bekeerd"
om mee te strijden tegen de Fransdhen, Eu-
golsoben en Russen 1
DE TOESTAND IN BELGIë.
»>n -."t» T gebied blijven we aangewö-
Belffts beoordeeling van den toestand in
ma oer «»°S d? offioieele communiqué's die
pondenten" uit^e^S "°°rlof f *™3;
fantastisch zijn. vwte' dw meestal heel
?S6lsche berichten zijn nog-
gibleken ar' is ttl herhaa biel ijk
De correspondent van dn n„;i„ m i
Yperen staat m brand en een groot ge
deelte van deze èchoone, oude Vlaamscbe
s ad is verwoest. Vroeg in den morgen slaag
den de Duitschers er in de stad onder het
vuur van 'hun zware êesehte- L liet
a, ii i geecnut te nemen en er
de 11 en u dnimsgranaten in te werpen. Geen
amuse ren levens gingen echter verloren, aan
gezien de stad geheel verlaten was. Een zee
officier, die 's morgens uit Yperen vertrok
ken was, zeide, dat een oude, kreupele. Vlaam
scbe vrouw en een hond de eenige, achter
gebleven levende wezens waren. De vrouw
trachtte met emmers water te vergeefs het
laaiende vuur te blussehen. Aangewakkerd
door een noordooster bries, lekten de vlam
men gretig langs de huizen, welke voor bet
meerendeel van bont waren. Spoedig was het
westelijke gedeelte van de stad een laaien
do puinhoop geworden.
Tien tot twintig granaten in. de minuut vie
len er. Het waren granaten met groot ont
ploffingsvermogen en ook enkele brand'
stichtende projectielen waren er onder.
Dit lijkt een zeer utigewerkt bericht. Wan-
nedr we nu echter door een anderen corres
pondent dato Dinsdag even stellig hooren
beweren, dat Yperen nog geheel niet geleden
heeft, en dat de bondganooten meester zijn
van de stad, terwijl een derde on3 ver
zekert dat de Kathedraal, in puin ligt, de
Hallen zijn vernield en de D'uitscher er zijn
kwartier heeft opgeslagen, dan ziet men
dat we voorzichtig moeten zijn met al deze
berichtgever ij, waar voorloopig nog geen peil
op valt te trekken.
Van een bizonderen Belgischen medewer
ker ontvangen wij bericht, dat het hoofd
kwartier van den Belgischen koning, te Veur-
ne (Furnes). Dinsdag door de Duitschers al
lerhevigst is beschoten, zóó dat de Koning
het moest verlaten ;n de richting van de
Fransehe grens. Is dit juist dan moeten de
Duitschers toch ook in het Noorden en Noord-
Westen v'an Yperen al fér gevorderd zijn.
Merkwaardig, dat juist eenige dagen geleden
president Poincaró te Veurne bij' den ko
ning op bezoek was, naar een foto die wij
gisteren ontvingen.
IN GALICIë.
De oorlogscorrespondent van het „Berl. :Ta-
geblatt" in het Oostenrijk-Hongaarsche oor
logskwartier meldt d.d. 7 November, dat een
nieuwe belegering van Przemysl voor de deur
staat.
Toen wij, zoo schrijft hij, de vesting ver
lieten, begon juist een nieuwe fa,ze van den
strijd, welke de Russen met een vernieuwde
activiteit hunner artillerie en een overval
op Medyka inleidden. Het Oostenrijk-Hongaar
sche leger beantwoordde deze actie met een
krachtiger concentratie dor troepen met de
vesting als centrum.
In de laatste weken werden de aan den bui
tensten fortengordel aangebrachte beschadi
gingen in allerijl hrsfceld. Bovendien zijn tal
rijke verschansingen gegraven en werden de
kanonnen in verdekte posities opgesteld.
Alle' gewonden en do niet gerequiroerde
elementen der burgerlijke bevolking zijn naar
Wecnen, Wesfc-Gaiicië en Moravjë vervoerd,
terwijl uit omgekeerde richting talrijke trei
nen met groote voorraden meel, beschuit en
levensmiddelen zijn aangekomen. Zelfs drie
wagons bier zijn in de vesting gearriveerd.
De stemming der Oostenrijk-Hongaarsche
troepen is niettegenstaande den jongsten te
genslag in Russisch Polen uitstekend en vol
hoop op dé toekomst.. Het koude, vochtige
winterweer is nogmaals lente-zacht geworden.
EEN AMERIKA ANSCH OOG
GETUIGE AAN HET WOORD.
De New York Times bevat het relaas van
een Amerikaansch oorlogscorrespondent, die
de krijgsverrichtingen heeft gevolgd aan de
zijde van het Duitsche leger voor Metz. Hoe
wel het reeds van 30 September gedagtee-
kend is, komen er verschillende belangwek
kende bijzonderheden in voor, waarvan wij
hier een en ander overnemen:
De correspondent deed een tocht van vijf
dagen, die hem over de Duitsche vestingen
Maintz, Saarbrucken en Metz naar het grens
gebied' bracht tusschen Metz en de Fransehe
fortenlinie van Verdun tot Toul en naar de
stellingen van de zware Duitsche en Oosten-
rijksche artillerie, die de Fransehe sperfor-
ten en de geloderen van het Fransehe veld
leger! beschoten. Dat veldleger heeft hier en
daar de ingestorte vestingwerken van staal
en cement door borstweringen van vleesc-h
en bloed vervangen.
Op een punt op een hoogte boven St.
Miliiel kon de correspondent het groote slag
veld met een Duifsch leger dat door de linie
van spèrforten tusschen Verdun cn Toul
trachtte door.te breken, en do Fransehe
troepen die zich in zijn weg hadden gesteld,
in zijn geheel overzien. Op den voorgrond
lag bet dal van de Maas met de steden St.
Mihi.él en Banoiioour te midden van het groe
ne landschap. Aan gene zijde en achter dat
dal verhief zich een reeks van hoogten waar
op de Franschen bij de afzending van het be
licht hardnekkig een verschanste stelling
bezet bieldon, welke do punt van Üe Duit
sche wig in bedwang hield, terwijl de Fran
sehe troepen uit het, Noorden en 'Zuiden op
de velden van den Duitsehen driehoek druk
uitoefenden om hem weer over de Maas, en
buiten bereik van de edele fleelen. van de
Fransehe fortenlinie terug te drijven.
Springende projectielen wierpen hun witte
of zwarte rookzuilen langs den rand van
het tafereel op. Witte rookwolkjes hier en
daar gaven aan, waar een stelling onder ar
tillerie-vuur genomen werd. Af en toe kon
men een vliegtuig boven de linies zien zwe
ven, maar de stellingen van de infanterie
en de veldartillerie waren niet te onderken
nen, zelfs niet door een sterken kijker; zoo
handig hadden de legers dekking gevonden.
De oningewijde toeschouwer zou eerder ge
meend hebben, dat hij een verlaten land
schap voor zich bad dan het'tooneel van een
groeten slag, die, zoo hij voor de Duitschers
goed afliep, de Fransehe hoofdmacht uit
kaan verschanste stellingen van de Aisne
moest verdrijven.
Ongeveer 5 K.M. verder weg, aan den an
deren kant van de Maas, wees een vier
kante hoop zwarte, op'gewoelde aarde tegen
d eglooiing van een heuvel de plaats, aan
van het Fort des Parodies, dat den vorigen
avond door de Duitschers tot zwijgen ge
bracht was. Het fort Camp des Remains,
zoo genoemd omdat de Bomemsche legioen
nen daar eeuwen geleden een strategisch
kamp vestigden, was twee dagen vroeger
door de Beierscbe infanterie bestormd nadat
zijn zware kanonnen buiten gevecht waren
gesteld, en officieren van de artillerie ver
klaarden, dat bet fort Lionville, 24 K.M.
zuidelijker en buiten bereik van het geschut,
daarna zoo goed als tot zwijgen was ge
bracht. Slecht3 een van zijn pantsertorens
ging nog voort met op de beschieting te
antwoorden.
Te St. Benoit ontmoetten we een troep van
zoo wat-300 Fransehe krijgsgevangenen, die
buiten liet hoofdkwartier wachtten. Het war
ren alle knappe jong» kerels, die een tref
fend contrast vormden met het oudere reser
visten-type, dat in de Duitsche gevange
nenkampen de overhand heeft. Het waren
blijkbaar keur-linietroepen. ZJj werden bijna
met ontzag door hun bewakers, eon detar
chement gebaarde Zuid-Duitsclie landweer
mannen, behandeld. Het waren de overleven
den van het garnizoen uit de vesting Camp
des Romains, die zich pp zulk een wanhor
pig dappere wijze verdedigd hadden, dat ze
daardoor de gulle bewondering van de Duit
sche officieren en soldaten gewonnen hadden.
Hun versterkingen, die een paar jaar ger
leden naar de beste voorschriften voor ves
tingbouw aangelegd waren, waren echter in
onverwacht korten tijd vernietigd door het
Duitsche en Oostenrijksche belegeringsge
schut. De Fransehe kanonnen werden tot
zwijgen gebracht en er werden loopgraven
aangelegd door een overstelpende macht pio
niers en infanterie tot op ruim vier meter
van hun vestingwerken voor ze terugtrok
ken van de eerste verschansingen naar ÏÏe
kazematten van het fort. Hier boden ze
hardnekkig weerstand en weigerden zich
over te geven. Er werden handgranaten
aangebracht, die tegen de openingen der
kazematten sprongen en deze met een regen
van staalsplinters vulden. Pioniers, die naar
een bepaald punt der kazematten kropen,
waar het vuur der verdedigers hen niet ber
reiken kon, richtten rookpijpen en stinkpot
ten op de openingen in de citadel, waarvan
zij de kamers met verstikkenden rook en
gassen vulden.
„Hebben jullie genoeg gehad?" werd er
aan de verdedigers gevraagd, na de eerste
roolc-behandeling.
„Neen," was het antwoord.
De operatie werd een tweede en een derde
maal herhaald, het, antwoord van de verde
digers op de vraag of ze zich over wilden!
geven kwam telkens zwakker, tot ze ten
slotte hun geweer niet meer konden oplich
ten. Het fort werd genomen. Toen de over
levenden van het kranige garnizoen instaat
waren naar buiten te marchoeren, bijgeko
men door de frissche lucht, zagen zij, dat
bun tegenstanders de wapens voor hen pre
senteerden als hulde aan hun dappere hou
ding. De meest eervolle voorwaarden yan
overgave werden hun toegestaan, liun offi
cieren mochten liun sabels behouden en bij
bun mar,scli naar een eervolle gevangen
schap werden zo overal met woorden van
eerbied en bewondering begroet.
De correspondent had geen gelegenheid
om van nabij de 42 c.M. kanonnen op te ne
men, de brommers van Luik, Namen en an
dere vestingen, die Krupp en het Duitshe
leger als een verrassing voor dezen oorlog
hulden. In Metz zelfs kon rnen zo hooren
donderen met tusschenpoozen van vijf mi
nuten. Een batterij van dit geschut, zoo
diep in den grond gegraven, dat alleen de
tromp van het kanon zichtbaar was, werd
van een afstand van ongeveer 800 meter in
actie gezien. Zelfs op dien afstand zag men
duidelijk do vlammen, die bij het afvuren
uit de loop schoten.
KORTE BERICHTE!?.
De Seminaries van Mcehelen. Z.Em. Kar
dinaal Mercier beeft, naav men aan de Maas
bede schrijft, besloten dat liet groot-Semina,
ric, de wijsbegeerte van het klein-Seminarie
van Meckel en en bet klein-Seminarie van
Hoogstiaten zullen geopend worden den 17
November a.s.
De Serviërs. De Fiankf. Ztg. verneemt uit
Konstaatmopel, dat een daar uit Nisj ont
vangen bericht behelst, dat de Serviërs tot
dusver wel aanzienlijke verliezen hebben ge
leden, maar dat zij uit Rusland en Frankrijk
steeds opnieuw geldelijke ondersteuning ont
vangen, terwijl over Saloniki Fransch oor
logstuig voor beu wordt ingevoerd. Boven
dien krijgen zij Russisch oorlogstuig in ri
viervaartuigen over de Donau.
De toestand der Servische strijdmacht is
dan ook nog geenszins gebroken.
Bovenstaande mededeelingen komen van
BARTEL JORISïTÜAAT
TELEFOON 1770.
27
haarlemscne Müe- at iis Mo. 1475.
DE „SLECHTE TIJD.'.
Als men onze „Agenda" van vandaag, bo-
een buitenlandscb diplomaat in Servië. Deze ven aau de kraat' eens, bek®ct', daa Yf*1 bc
vertelde ook nog dat Belgrado wel een doo- dat .er van den „slechten _^d_dien_w
doarmaken, toch op het gebied der amns*
inenten niet veel te merken valt.
Of dat nu „ten bate van het Steuncomité
of voor eigen zak gaal: geld kost het in icde
geval, en bet eigenaardigste is. dat bet gel
daarvoor toch wel in ruime mate is te vindei
Vooral de werkliedenklasse ziet gelegen
heid, om geld voor amusement te vinden,
men zie maai' eens in den Schouwburg
in die lokalen waar vooral de wei'kma
komt
Dat alles wijst niet op een diep besef va
den ernst der tijden.
Reeds op zichzelf is die uitgaanswoed
die een ongeloof el ijke hoogte heeft bereik
vooral bij het jongere geslacht, een droevi
verschijnsel. Vooral omdat daarmee de ge
van onverschilligheid voor bet hoogere zo
geducht wordt in de hand gewerkt.
Het mag dan ook niet ongezegd blijvoi
dat bjj alle waardeering voor bet vele d
óók door middel van amusement en uitga a
wordt gedaan voor goede doeleinden, h
houden van uitvoeringen en pretjes ten ba;
van Steuncomité's van welken aard ook
liefst uitzondering moge blijven. De „6lecht
tijd" die ons nog 'heel wat ernstigs misschiei
,jii zijn selioot verborgen houdt, verdraag
zich toch slecht met een aanwakkeren va
dem zucht tot uitgaan!
den stad leek
Een roerend verhaal. Uit een brief van een
verpleegster, dochter van een geneesheer te
Parijs, in de Croix:
Heden is onze eerste gewonde gestorven.
Een jongen van het vierde. Toen zijn toe
stand verergerde deed ik, omdat hij katholiek
was, een onzer verplegers zoeken, die pries
ter is. Hij is onmogelijk te vinden. Dan staat
in die groote zaal van zestig bedden een ge
wonde op en sleept zich, hoe weet ik niet,
naar hetybed van den stervende, aan de an
dere zijde van de zaal. Het was een pater
van den H. Geest, die den armen man biecht-
hoorde en troostte en daarna, haast bezwij
mende, weer naar zijn bed terugkeerde. Nooit
zal ik dieu priester vergeten, in hospitaal-
kleeding, die den stervende de absolutie gaf.
DE „EMDEN" EINDELIJK IN DE VAL.
LONDEN, 10 Nov. (Particulier). Wij ont-
vingen gisterenavond liet berielit uit Lon
den, dat de Duitsche kruiser „Emden!", be
kend om zijn heldendaden, 11a een hardnek
kige jacht en een lievig gevecht door den
Engelsch-Anstralisehen grooten kruiser „Sid
ney" is op het strand gejaagd van de Cocos-
eilanden. De kruiser raakte in brand en werd
vernield. Velen der bemanning lieten het
leven.
DE „KöNIGSBERG" GEVANGEN.
LONDEN, 10 Nov. Officieel wordt gemeld,
dat de kruiser „Königsberg" in Duitseb-Oo#t-
Afrika in de rivier de Rufiii achterhaald is.
De bemanning van de Königvsberg ging aan
land en verschanste zich, waarop de Brit
sche kruiser Chatham het vuur op bet schip
en do bemanning opende en groote schade
aanrichtte. De Engelschen lieten kolensche
pen in de monding van de rivier zinken,
waardoor de Königsberg is opgesloten. Men
neemt thans maatregelen om beslag te leg
gen op het sdhip.
„WIJ MAKEN VORDERINGEN."
PARIJS, 10 Nov. Het communiqué van
heden luidt volgens een Reuterberieht als
volgt: Gisteren werden da hevige gevechten
over heel de linie tusschen de zeekust en Ar-
mentières voortgezet. Aan beide zijden ging
men tot het offensief over.
Op het eind van den dag was bet voor
naamste feit, dat een hevige aanval der
Duitschers teu zuiden van Yperen werd af
geslagen.
De Fransehe strijdmacht tusschen Yperen
en Armentières maakte belangrijke vorde
ringen.
HET RUSSISCHE BERICHT OVER DE
ACTIE OP DEN KAUKASUS.
ST. PETERSBURG, 10 November. Reuter
seint de navolgende mededeeling van den gene-
ralen staf van het Kaukasische leger: „Eergis
teren is bij het aanbreken van den morgen de
strijd bij KoeprikoeP met nieuwe kracht hervat,
nadat de vijand de in de streek van Erzeroem
smengeirokken troepen, welke op hun beurt ver
sterkt werden door het garnizoen van die ves
ting, tegen ons had laten oprukken. Te oordeelen
naar den aard van het gevecht en naar de ont
vangen inlichtingen, voeren Duitsche officieren
het bevel over de Turken. In den namiddag, toen
de Turken hun voorhoede door de nieuwe divi
sies steunden, werd de strijd vooral hardnekkig.
Intusschen is hun poging om een van onze
flanken om te trekken mislukt, dank zij de dap
perheid van onze troepen. Wij konden tegen den
avond, toen de slag bedaarde, ons handhaven in
al wat wij veroverd hadden."
DE „HEILIGE OORLOG" DER TURKEN.
BERLIJN, 10 Nov. (Part. S.-corr.) In Tur
kije worden steeds meer kenteekenen duidelijk,
dat de strijd tegen den vijand een „heilige oor
log" van alle Mahomedanen zal worden. De
„Hakitat" bespreekt in een hoofdartikel de plich
ten van Perzië en verklaart dat de strijd tegen
Engeland en Rusland niet alleen een levensbe
lang voor Perzië is, maar ook zijn religieuze
plicht. Hoewel Perzië tengevolge der intriges
van Engeland en Rusland momenteel geen ge
organiseerd leger bezit, zoo kunnen toch de dap
pere stammen der Schachschewennen, Karadogs,
Bachtiaren en Kaschgais voor de vijanden een
groot gevaar worden.
In het paleis van den Scheich-ul-Islam (het
opperhoofd der Mahomedanen), wordt een reli
gieuze oproep uitgewerkt, waarin alle Mahome
danen die in de legers van Rusland, Frankrijk
en Engeland meevechten, tegen Turkije niet als
soldaten, maar als broeder-moordenaars worden
uitgekreten.
Op grond van deze „Fetwah" zal ongetwij-
feld de Dahtiad (heilige oorlog) worden uitge-'in ons dierbaar vaderland nog meer het m
roepenHet geldt thans reeds als zeker dat gevoel voor de vreemde gewonden op te we
trots alle pogingen, voornamelijk van den kant ken; bet is toch een groote troost voor
van Engeland, de Fetwah toch langzamerhan
onder alle Mahomedanen ter wereld zal wo
den bekend gemaakt.
In Jeruzalem hcerscht groote geestdrift voo
den ooriog.
TEGENSPRAAK YAN BERICHTEN VA.
„OORLOGSCORRESPONDENTEN."
Men seint ons uit BERLIJN, dato gisteren
Een correspondent van „Do Tijd" in Am
sterdam had over zoogenaamde slechte bt
handeling van Engelsche gewonden op hc
station Landen allerlei bijzonderheden vertel
volgens welke' de Engelschen zonder etc
of drinken werden gelaten, ze in hst gezic
zouden zijn gespogen, en de soldaten op h
zouden hebben aangelegd.
De Duitsche regeering heeft een diepgaan
onderzoek te dezer zake doen houden, e
maakt nu als eindresultaat bekend:
„De gebeele bewering van den genoemde
correspondent is onwaar. Oeen enkel van
meegedeelde bijzonderheden klopt met de f
De Engelschen zijn nóch geslagen, nóc
ges too ten, nóch bespogen, maar bun is
tegendeel warm eten verschaft, dat door all
op twee na is geaccepteerd. Dit getuigen
magazijn inspecteur Huebner en de lmdwee
soldaat Krueger.
Den 9den October is geen trein met 20
gewonden te Landen aangekomen, doch slee
kleinere transporten, waarvan het juiste aa
tal uit de verplegingslij sfen kan opgemaa
worden.
.Verzamelingen van 200 a 300 soldalen
dé wagons kunnen niet voorgekomen zijn, w.
de posten bevel ontvangen hadden om bet p
ron vrij te houden. Bovendien is steeds mi:
stens één officier van de stations-Ivommai
dantur bij de regeling van een gewonden-tre'
tegenwoordig.
Het is onmogelijk, dat do soldaten met c
geweren op de Engelschen aangelegd hebb
wijl de manschappen, die in do keuken of I
den uitdeelingsdienst gebruikt worden, stee
ongewapend zijn. Andere soldaten hebben
geen toegang."
Over de voortreffelijke behandeling van
wonde vijanden door de Duitscbers wo
trouwens een nieuw bewijs gébracht in
brief, die 37 lichtgewonden aan den Fr
sehen ministerpresident hebben gericht
welke luidt: „Zeer geachte Heer Prcsidon
met bet oog op de uiterst liefderijke l>ehm
deling die wij gewonde Fransohen in b
Vincentiushospitaal te Paderborn hebb
ondervonden, voelen wij ons verplicht u 1
nis te geven van de zoo lofwaardige w-
waarop artsen en verplegers hun best do
ons lot te verlichten en wii voelen ons
lukkig u te mogen verzekeren, dat wij bi
een evenzoo volkomen en liefderijke opna
hebben gevonden als die welke onzen D
scben landgenooten ten deel valt. Wij
kennen gaarne, dal u, mijnheer da Pr
dent, bij het begin van den oorlog ord
hebt gegeven tot een gelijkmatige behan
ling van alle gewonden, en gü faadt vo'
men gelijk, dat gü daarbij vertrouwen F
in de grootmoedigheid van het Duitsohe vol
Wij beoogen dan ook met deze regelen alle
maar u aan te moedigen bü uwe houdi
te blüven, misschien is bet li mogelijk o