DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
Kath. Scheurkalender
voor 1915.
25
DE OORLOG.
P. W. TWEEHUIJSEïi,
J. H. A. G1ELEN,
Kiml^a^iuisvesi 29*SI"S3P Haarlem
intercommunaal Telefoonnummer 1426.
EERSTE BLAD,
i&erstboQsnen, Huist,
Bloemwerken. -
Fietakagspe&i
en Overschoenen
een
DINSDAG 22 DECEE9BEI 1914
40ste Jaargang Ho, 3625
Bttrsmn van Bsdsotia en Administratie
Dit nummer bestaat uit
twee bladan.
►f Een merkwaardig
artikel.
Zijlstraat fa. d. Gr. Markt.
TELEFOOH IMTEHC. 1619.
GARTELJgJGISSTftAAT 27.
TELEFOON 1770.
Haarlemsche Alledacjes No. 1509.
Kat de Haarlemmer!
de Grenzen.
ui.
IDffi HMUHBQE «UIT
ABONNEMENTSPRIJS»
Per I maanden voor Haarlem H?
LVoor de plaatsen, waar een agent te gevestigd (kom der gem.1 - 1.33
Voor de overige plaatssï in Nederland franco per post 1-
Afzonderlijke nummers
PRIJS DER ADVERTENTIBNi
Van 6 regels 60 cent (contant 50 eent). Iedere regel meer 10
Buiten Haarlem en de Agentschappen 15 et per regeL Buitenl 20 ct
Dienstaanbiedingen 25 et (6 regels), driemaal voor 50 ct contant), j
Met ingang van heden stellen wij voor onze
geabonneerden verkrijgbaar den H. Communie-
Scheurkalender, uitgegeven onder redactie van
Dr. A. DERCKX
De inhoud van dezen kalender is met veel
zorg samengesteld, en bevat zinspreuken uit de
werken der meest gevierde auteurs, die over het
wonder van de H Eucharistie hebben geschre
ven. Voorts is een ruime plaats gelaten aan
anecdoten, humoristische verhaaltjes en wetens
waardigheden van allerlei aard, etc.
Deze mooie kalender stichtend, leerzaam
en tegelijk vermakelijk wordt door ons aan
onze abonné's geleverd, met een fraai, smaakvol
gekleurd schild, voor slechts
afgehaald aan ons bureau of door bemiddeling
van onze courant-ombrengers.
Eveneens a 25 cents wordt beschikbaar ge
steld een H. Anlonius-Kalender voor hen, die
aan dezen de voorkeur geven. De beschikbare
voorraad is echter slechts klein.
Toezending buiten Haarlem en de agenschap-
pen geschiedt franco voor f 0.35, uitsluitend
na vooruitbetaling in postzegels of per post
wissel. Bestellingen zonder deze kunnen niet
uitgevoerd worden.
DE ADMINISTRATIE.
AGENDA. 23 December.
Gebouw St. Bavo R. K. Volksbond
Steuncomité van TA9 uur.
Sociëteit Vereeniging 8 uur
Volksconcert. HaarL Muziekkorps.
St Vincentius-bibliotbeek N. Groen,
markt geopend van 7A9 uur.
Teyler's Museum Tentoonstelling se
rie teekeningen „De Oorlog" door Dirk Lan-
gendijk ge wone__museum tijden.
Bisschoppelijk Mussum Janestraat
79 geopend eiken dag van 10—5 uur tegen
betaling van 25 cents. Uitgezonderd Zater
dagen en R. K. feestdagen.
HAARLEMMERMEER - 9^ uur - Ge
meenteraad.
BENNEBROEK nam. 7H uur Ge
meenteraad.
Onder den titel „Een Roomsclxa gewoonte,
die navolging verdient" schrijft in het ortho-
dox-Protestansehe Weekblad „Pniël," week
blad voor het ohristelijk gezin, onder redactie
van Dr. I. H. Gunning I.H&n., mevrouw A. de
Gr.-W. een artikel, dat wij op die plaats om
dubbele reden merkwaardig durven noemen.
De schrijfster deelt daarin n.l. mede, dat zij
als meisje van 15- jaar reeds bij een RoomBcbe
familie een „Kerstkribje" zag. Zij hield dat
echter voor een Zuidelijke gewoonte, daar de
vrouw de3 huizes een Italiaanscha was, en
pas later bemerkte zij dat „in bijna geen enkel
Roomscli huis tegen Kerstmis het kribje ont
breekt."
En nu:
„Verleden jaar dacht ik aan dat bezoek
van jaren geleden terug, („dat is ons heilig
hoekje," had de vrouw des huizes gezegd,
en soh rij fster herinnert zich nóg levendig de
wijding die ervan uitging, en de piëteit waar
mee het werd getoond) en vertelde ervan
aan mijn oudsten jongen van tien jaar. „Hé,
laten we dat ook eens maken tegen Kerst
mis," was het antwoord. Mijn eerste gevoel
was: „Och neen, 't is zoo Roomschl" Eigen
aardig, die schrik van ons voor iets wat bui
ten onze Protestante nuchterheid omgaat 1
Maar die opwelling was spoedig overwon-
nnn en we gingen aan 't plannen maken,
't Heette dan een verrassing van de beide
oudsten voor den jongste en ik deed enthou
siast mee en zei maar niet, dat ik ook van die
twee oudsten zélf een intenser meeleven met
Kerstmis verwachtte, als daar inplaats van
een afbeelding op een plaat, een werkelijk
stalletje te zien zou zijn.
Zoo hebben dan ook wij ons „heilig hoekje"
gehad verleden jaar mot Kerstmis. Een van
een pakkistje zelfgemaakt, heel eenvoudig j
stalletje, de vloer met zand bestrooid, in een
zelf-getimmerd kribje
maar dit alles komt neer op een, ondanks
veel' bloedvergieten, bijna onveranderdien
toestand.
Niettemin gaan de Engolsche bladen (enl
op dezer voetspoor sommige correepond'en1-
ten die rustig in Zeeuwsch-Vdaanderen of.,
met echt stroo, hetmisschien wel op de diverse redaotie-bureaux
(huizen) trouw voort eiken dag nieuwe over-
winnings verhalen der geallieerden te ver
melden, die echter door de officieele berich
ten absoluut niet worden bevestigd!.
In het Oosten geven dé officieele bulletins
nog geen klaarheid. De strijd duurt voort,
dat is alles wat we eruit kunnen mededee-
len totnogtoe. Blijkbaar hebben de Russen
nieuwe posities zijn ingenomen en moet
een nieuwe slag eerst vallen, voor men van
een beslissing spreken kan.
DE GEBEURTENISSEN IN
POLEN.
Uit Berlijn worden ons allerlei bizonder-
heden geseind1 over den strijd in Polen, die
wij natuurlijk onder da gewone reserve hier
eeni plaats geven.
Vooreerst is officieel vastgesteld, diat al
leen op 16 December de verliezen der Russen
aan gewonden! meer dan 19,000 man bedragen.
Uit Kattowitz, aan. dé Foolsehe .grens»
sohrijft een corr. van toet Berl. Tageblatti
In het industriegebied om Kattowitz bran
den alle hoogovens, en alle mijnkabels gaan
op en neer; vlak hij den vijand! volvoeren de
Duitsche werken hun diagelijtkischeni arbeid,
ze zulk een „Roomsclv" gebruik heeft nage- alleen maar dat er in plaats van vele man
nen thans veie vrouwen' en meisjes women
als mannen!
„kindje, in doeken gewonden", eromheen
Jozef, Maria en drie herders, achter in den
stal een os en ezel op stroo, buiten op het
paadje, van wit zand gestrooid, en tuesohen
het mos de schaapjes, die de herders waren
gevolgd.
En na het lezen van het Kerstverhaal uit
Ds. Ulfers' Kinderbijbel, werd toen de in
druk, op het kinderhart gemaakt, niet veel
dieper, toen we daarna stil stonden te kijken
naar het vredig stalletje, spaarzaam verlicht
door een stallantaarntje, dat rustig hing te
branden? Sprak dit óók niet tot het kinder
lijke het beste immers in o n s, groote
menschen
Voor allen, groot en klein, lag er door dat
stalletje een bijzondere Kerstmiswijding over
onze huiskamer en zoo heb ik er niets dan
voldoening van gehad, dat Ik deze Roomsohe
gewoonte heb nagevolgd."
Wij noemen dit artikeltje óp die plaats dub
bel merkwaardig.
Vooreerst om de eigenaardige schuchterheid
waarmede de schrijfster zich bij hare protes-
tantsohe lezers eenigzins verontschuldigt dat
volgd.
Maar dón tegelijk om de dappere wijs, waar-
Aan het station een bordje; „Naar het
op zaj die navolging op^ volkomen duidelijke en Dusstedie spoor1" en eenl spoorbrug.-yOert u
over eeni beekje, waarbij' een landstormnmn
op wacht staat- Dan begint Rusland en! daar
mede een andere wereld: dia dorpen zijn door
<d© inwoners, met exceptie van de joden, ge-
toeel verlaten, en fabrieksselioorsteenen en
elevatoren zijn opgeblazen; do bureaux der
meestal met Fran&eh kapitaal gedreven wer
ken zijn gesloten!; op de stations staan de
zwartgeblakerd© loco motief rtemisen en ma
gazijnen, die door de Russen werden' ver-,
nield; de dubbele adelaar op de Russische
locomotieven i« met papier overplakt; tus-
schen Duitsche wagens ziet men nu en! dan
Belgische opduiken met „Genlt—Brugge'' er
op en deze wekken dezelfde aandoeningen
sprekende gronden verdedigt.wat dan zon
der éénig commentaar door de redactie wordt
geplaatst.
Wij zijn het het is te begrijpen met de
sohrijfster volkomen eens.
Doch wij vragen ons afhoe is het mogelijk,
dat men in diezèlfde Protestantsche kringen,
waar men de gewoonte om het stalletje van
Bethlehem in beeld te brengen, als een machtig
en duidelijk hulpmiddel ter opwekking van
vroom gevoel, zonder eenige tegenspraak „een
gewoonte die navol ging verdient" mag noemen.
zoo fèl optornt tegen onze gewoont om, als
hulpmiddel immers evenzeer voor onze reli
gieuze gevoelens, ook de Heiligen Gods in beeld ai1» de wagens met „Munster" of „Magd©-
te brengen 1
Ds. Posthumus Meije», van Zandvoort, durfde
tergelegenheid van 't feest van „Allerheiligen"
nog in zijn blaadje te schrijven dat de Katho
lieken, nu ja, in theorie de heiligen niet
„.aanbidden," maar in de praotijk, zlet-u,
gebeurt het tóch.
Tegenover zulken praat (dien we trouwens
nog wel eens afzonderlijk zullen onderbanden-
nemen!) doet het ons goed:, in het weekblad
van Ds. Gunning een artikel opgenomen te
zien als dat, waarvan we hierboven melding
maakten.
OVERZICHT.
De Duihsc ba en Frausche communiqué©
uit het Westen zijn vandaag ongemeen lang,
maar d© inhoud ervan is aan de lengte
niet evenredig, 't I« weer het oude liedje:
nemen en verliezen van loopgraven, terrein
winnen hier, voortgang maken daar
burg" erop, die ik voor een paar dagen te
Limanowa zag.
De Russische spoorbanen op dit Russisch-
Pooleck gebied worden op Duitedhe manier
gedreven, maar de militaire overheid is Oos-
tonrijloecli-Hongaa.rsdbl
Plakatenl waarschuwen en onderrichten de
burgerlijke bevolking. Tér leniging van den
nood wordt er middag- em avondeten ver
strekt, bekendmakingen verbieden het rond
venten' en den tussehenhandel enl bepalen
vaste prijzen voor levensmiddelen, die naar
onze begrippen zeer laag genoemd mogen
worden. Zoo kost een) pond rundvleesch. 60,
een pond zout 6 beller.
In een der laatste nachten speelde zich een
aangrijpende scène af: een Russisch batal
jon (drie en een (halve compagnie) wilde zich
overgeven, verliet de loopgraven en ging op
de Oostenrijkers af. Zoodra d© Russische of
ficieren de bedoeling van hunne soldaten
merkten, lieten ze door achterwaarts gepos
teerd© rescrvemanechappen het vuur op de
soldaten openen; daardoor gealarmeerd, hiel
den toen ook de Oostenrijkers de Russen
voor aanvallers en beschoten óók die onge-
hvkkigen! Van de 900 man bleven er 600 op
het slagveld liggen; de andere driehonderd
werden door d© Oostenrijkers gevangen ge
nomen!
DE DUITSCHE MINISTER
VAN MARINE OVER DEN
OORLOG.
De meergenoemde Amerikaansche journalist
von iWiegand heeft in het hoofdkwartier een
gesprek gehad met admiraal von Tirpitz, den
Euitschen staatssecretaris van marine.
Volgens tWiegand was von Tirpitz de op
vatting toegedaan, dat de D'uitschers door alle
schepen met bestemming naar Engelsche ha
vens dioor duikbooben in den grond te boren,
den toevoer van levensmiddelen naar Enge
land zouden kunnen en moeten verhinderen.
Blijkbaar zinspeelde von Tirpitz hierbij' op
het nieuwe type van de groote Duitsche duik-
booten, die in de maak moeten zijn.
Naar betgeen Wiegand van verschillende
kanten vernomen zegt te hebben, zouden er
veertig Van die nieuwe booten met een water-
verplaatsing van 900 ton in aanbouw zijn.
Von Tirpitz achtte het onmogelijk, dat de
•Duitsche en Engelsche booten elkaar ela-g
■zouden leveren, zoo lang de Engelsche dread-
inoughtvloot in d© Iersciie wateren bleef. Van
♦de aanvallen der Duitsche duikbooten tegen
Engelsche koopvaarders verwachtte hij voor
zich veel taeer dan van een aanval van
Zeppelins op Londen.
De duikbooten waren een nieuw belangrijk
element in den oorlog, maar men dient niet
te vergeten, dat de Noordzee met haar laag
gelegen kusten en ondiepe plaatsen een zeer
gunstig operatiegebied voor die soort van oor
logsvaartuigen is. Het is nog twijfelachtig,
of in ander vaarwater da strijd niet ten
gunst© van de zware linieschepen zou uit
vallen.
De oörrespondent vroeg oiok, hos lang do
oorlog nog naar Tirpitz' meening zou duren.
Deze antwoordde hierop, dat gelijk Engeland
den oorlog had uitgelokt, dat land het ook
in zijn macht had er een einde aan t© maken.
En waren nog menschen, die hoopten, dat
Engeland ten sip (te naar rede zou luisteren.
Hijzelf geloofde het niet. Duitsehland had niet
de bedoeling om den oorlog tot het bittere
einde'door te zetten, maar, zoolang Engeland
volhield, zouden de D'uitschers op hun post
blijven.
EEN MERKWAARDIGE
PREEK.
Uit den brief van een Duitschen Trappsten
aalmoezenier deelt „De Tijd" bet volgende
fragment mede:
De pastoor van.woont in deze verlaten
streken in een kasteel, op vijftien minuten af-
stnnds van de parochiekerk. De eigenares van
bet slot heeft hem eenige kamers afgestaan, nu
door de scheiding van Kerk en Staat liet Gods
huis en de pastorie staatseigendom zijn ver
klaard.
De Staat laat de kerken vervallen, het dak Is
heel slecht, het plafond ten deele naar beneden
gestort, de vensterruiten zijn gebroken, doch de
pastoor mag niets laten repareeren. Van de
3000 inwoners houden er 800 tot 400 hun
Pascben, waaronder 10 tot 20 mannen. De
burgemees'ter is een hatelijke „Kuhurkatnpi
vechter, de arbeedrsbevolkng uit alle na
tiën samengesteld, zelfs Grieken ontbreken
niet. Doze parochies waarlijk geen benijdens
waardig® post.
Ik heb 1.1. Zondag in deze kerk een H. Mis
opgedragen. De geheele kerk was tot in de hoe
ken gevuld. Rechts de soldaten met hun offi
cieren aan het hoofd, links vrouwen en kinde
ren uit de paroohie. Ilc hield een korte preek
en droeg daarna de H. Mis op, waaronder de
soldaten hun Duitsche liederen zongen met een
bezieling, dat het een lust was ze te liooren.
Ten slotte natuurlijk bet „Groszer Gott", dat
de ruiten ervan trilden. Een groot aantal sol
daten ging voor en na de H. Mis met hun offi
cieren ter H. Communie. Een kapitein uit
Freiburg ging vooraan, en gaf aldus een goed
voorbeeld. Alles verliep in de meest volmaakte
orde; priester en geloovigen wendden hun
oogen niet af van het ongewone schouwspel.
Met vasten tred verlieten de manschappen na
de H. Mis de kerk.
SNEEUW....
Terwijl wij dit schijven,, vlokt in witte massa
de sneeuw neder uit een grauwe lucht, op
viezig-groezelige straten die naar een modder
poel gaan lijken waar ze het nog niet zijn.
En guur snerpt- de waterkoude wind door do
straten.
Spreekt ge iemand over het weer, tien tegen
één dat hij u zal zeggen, met een klank van
medelij In de stem, dat het nu toch wel héél
schrikkelijk zal wezen „aan het front"....
Ja zeker, schrikkelijk zal het er zijn voor de
soldaten.
Maar.
Onze armen, onze werkeloozen, onze huisge
zinnen waar gebrek is.... we hebben die alle
vlak bij ons.
Laat ons medelijden niet zijn een louter
woord, waarin de vreemde soldaten worden
bedacht die ten strijde staan.
Maar liever een daad ten gunste van zooveel
ongelukkigen en gebrekhebbenden om en bij
ons! Er wordt met zulke koude en zulk schrik
kelijk weder véél geleden reeds in gewone
tijden, hoeveel te meer nu'!.
De sneeuw die valt, moge niet ons hart ver-'
killen, maar als een warm dek daaronder doen
gloeien de Roomsche Oharitas, die juist in deze
dagen haar mooiste taak te vervullen heeft.
Toen ik de sacristie binnentrad, keek de
Fransclie geestelijke mij met groote oogen aan,
dooh zei niets, en ging voor de Communiebank
staau> om de geloovigen de uren der missen
van de volgende week mede te deelen; lederen
Maandag een H .Mis voor de gesneuvelden enz.
Toen ging hij met eenige verheffing van stem,
eenigszins scherp, ongeveer aldus voort:
„Mijn geliefde parochianen! Ik wil u niet
lang ophouden; de preek hebben de Duitsche
soldaten voor u gehouden. De Duitschers zijn:
onze vijanden, het is zoo. Maar mannen, solda
ten, die met liun offioieren aan het hoofd zóó
den Zondag heiligen door geestdriftige lie
deren, door het ontvangen der H. H. Sacra
menten, en die door hun godsvrucht en hou
ding, vrij vau alle menselilijk opzicht hun'
Katholicisme belijden, dwingen ons bewonde
ring afen het stemt ons treurig, als wij denken
aan de omstandigheden, waarin wij verkeeren.
Arm Frankrijk, eens zoo groot en nu zoo ver
nederd. Wij mogen niet morren en mogen niet
klagen, dat God met dezen verschrikkelijken
geesel van den oorlog Frankrijk tuchtigt. Wij
moeten deze straf geduldig dragen en het voor
beeld volgen van het Duitsche volk; wij moeten
terugkeeren tot den God onzer vaderen, dan
zal God Frankrijk weer zegenen."
EEN ONJUISTE MEENING.
(Velen denken, dat het optreden in Berlijn en
andere steden van vrouwelijk personeel bij de
electrische trams een bewiis is voor Duitsch-
lancTs gebrek aan vallede mannen.
Dit. denkbeeld is volstrekt onjuist, schrijft een
correspondent uit Berlijn aan „De Tijd": Als
de nood aan den man mocht komen, hebben we
reeds alleen hier te Berlijn nog duizenden en
duizenden strijders in reserve. Dat bij den tram-
dienst vrouwelijk personeel optreedt en dan
nog maar in de „Anhanger," de bijwagens
geschiedt om een dubbele beden: een tactisch®!
en een practische, als ik het- zoo eens mag aan-'
gevon. Vooreerst zijn de vrouwelijke condue-
Het leven In zoo'n grensgehucht is laniie-
Üjk-gcinoedeJijk. Dat begint al met het ont
waken ra het stroo. De morgenklanken* diie
.velen d© gewoonte hebben bij het ontwaken
hit te stooten* wondeni hier ha rtelijik beëoho'd'
door het vriendelijk geluid) hunner vieirvoe-
fcige makke ra, waarvan ik hierboven gewaag-
3©. Ik heb hooren vertellen dat in één kwar
tier de loeiend© ko© trouwer de reveille loei-
le dan een onzer hoornblazers, alleens zij
komt wat vroeg! Na het landelijk ontwakon.
aoeft men hét landelijk zich reinigen achter
■e woning op ©en erfje, dat ©en modderpoel
Hjkf* hier worden de gulle: mórgen buur,
gewisseld met zijn ne vembewonersk
Na eenigon tijd wordt er getoeterd' „voor
kok in d» keuken" en ziet men groepjes
loldaten door de dorpestraat sjouwen met
•adctjes (lees; eenige dagen oud© kudhie's),
toet boter en koffie. Over deze landelijkheid
terder het zwijgen'!
Maar weten onze Haarlems eb o stadgenoo-
ten wel dat wij hier groot-pionierswerk ver
richten T Wel niemand onzer had. tot voor
e enigen tijd, kunnen denken* dat de krachten
van Haarlemsche smeden, bankwerkers, kan
toor- en winkelbedienden, journalisten, op
perlieden, enfin al wat Haarlem :in zijn jon
gelingschap bezit, zich zouden vereenigen
tothet aanleggen van nieuwe wegen in
de Brabantsdh© hiei! En ziedaar nu een on-
zor bezigheden* waarneer wij niet op grens
wacht zijn. Overigens is het hier. wat de
soldaten noemen een „louw dienst.ie," een<
groot verschil met onze vorige diensten,
want oölc wat training in 't marcheeren en
gevechtsoefenen betreft, hebben ze ons,
Haarlemmens, niet misdeelde En al slaan
wij wellicht 'geen reccord', liet aantal door toet
roemruchte „Tiendel" in deze mobilisatie af
gelegd© kilometers zal zeer zeker wiel een
getal van ettelijke cijfers zijn. Nu trekken
de Haarlemmers des morgens met bun mi-
niatunr-sdhopje d© hei op. Ge kent ze wel,
die pioni ensckoppen, die langszij een in veld-
tenue marcheerenden soldaat bengelen. Des
morgens lijkt de processie een uittocht naar
Zandvoort! Aan de wegen worden namen;
gegeven van C. O. (een afkorting van com
pagnies-commandanten). Patent wordt echi-
ter on deze' namen niet genomen en daarom
meen ik dat zij sledhts zullen gelden* zoo
lang de Haarlemsche overlicerso'hing bier
duurt.
Het overig© van den dag wordt er gekaart.
Immer maar gekaart. Gekaart wordt er in
't stroo; gekaart in eafé'3_(zond'er iets te ver-
teeren, je loopt xuaar binnen!) gekaart bij
den boer aan tafel: gekaart overal.
Sommige soldaten zijn den boeren, zooals
ik reeds aanstipte, behulpzaam, tot genoe-
gen van beide partijen. Ik zag onlangs een
onderofficier met een voer hooi langs deni
weg, terwijl een ander bezig was door een
modderpoel een straat aan te leggen*
Het best leert men onze woonstee des
avonds kennen. Na vier uur ziet men geen
sterveling meer op 't pad, tenzij, nu, eenige
soldaten* die zidk op 't oorlogspad begeven,
maar inboorlingen geene. Een expeditie bui
ten de deur is trouwens in de Egyptische
duisternis, die er heersebt, een levensge
vaarlijk werk. Bij lichte maan brandt er na
tuurlijk geen licht. Niemand die dezie roeke
loosheid zou vorderen* doch het ie mij ge
bleken, dat bij donkere maan de vérlichting
maar bestaat uit twee gloeiende spijkers.
Daarbij komt nog de zuidelijke onhebbelijk
heid om alle vensters met de ruiten potdicht
af te sluiten. Men loopt de grootste kans om
in ©en moddergreppei of in een mestvaalt
terecht te komeni en tenminste om weg to
zakken in den modder.
Nog twee staaltjes ter kensdhtetsing van
ons verblijf.
Onze sergeant-majoor d'aehib het niet erg
getroffen te hebben met zijn kwartier. Edoch
dit was voorbarig. Luister.
Zijn kwartier is op 't bureau. Daar werkt
hij; daar slaapt hijiu d© kast De a.-m.
stapt 's avonds vanaf zijin kruk in bed en
's morgens van uit z'jjn bed op de 'kruk. De
deuren der kast gaan overdag dicht en nie
mand zou vermoeden dat daarachter dónzen
kussens zijn opgeborgen. Ik geef het allen
serg.-maj. van ons leger te doen) een idealer
kwartier te vinden*
Eén van de compagnie marcheerde des
nachts naar W. Hij kwam thuis van verlof.
Hij nam, met een lotgenoot, niet d© langste
weg, maar een korter' door d© 'hei. Hij raak
te toet pad' bijster. Moedeloos besloot men op
een lagen boomtak maar te gaan „keveren*
jen dien morgen af te wachten. De ander gaf
jden raad om nog even! het slaan der nabije
'torenklok af te wachten. Hij meemde_dicht
bij W. te zijn, doch wist de richting niet. D»
klok sloeg, tot vreugd© d©r nachtelijke wan
delaars; zij liepen in de richting, vanwaar
Ihtet geklep kwam en.... kwamen te W.
Ik meen hiermed© de lezers der N. H. 01
gevoegelijk de kennismaking met onze Ie*
gerplaatsen te kunnen doen afbrekenl Nog
veel zou er óver verteld kunnen wordml
dóch ik wil niet overdrijven* In de ze© van
wetenswaardigheden «n gebeurtenissen ver
dwijnt ons klein© lot zoo ruim* Goddank!
Maar toch zij hier eens hartelijk herhaald
de wenlsoh, di© onze soldaten aan de grens
en in de binnenlanden nu reed» bijna vijf
maanden' dag aan dag uit het diepste van
hun ziel uiten: Gev© God ©en spoedig eincte-
Een volgende maal hoop ik e©n en ander
over den geest onzer troepen te eohrtjveni
P.S. Men treft hier groote maatrlegelea
voor de overwintering. De hulpelooee wacht
lokalen aan d© grenzen worden vervangen!
door houten loodsen, met ©en warm© kachel
er in; mandjes met bivakmutsen) *ün goor*
Iriveerd, enz. enz. Wij voelen de warmte d©fl
toewijding van de Nederiarodiecb© vrouw!