Tafelkleeden
Gewroken. -
n
p. J. JANSSEN
FEUlLLE'iON
BRIEVEN UIT BELGIE.
Anegang h. Warmoesstr.
Goedkoopst adresi
STADSNIEUWS
M)
ïufT011 n,et*
NIEUWE HAARLE/ASCHE COURANT T™*L"D
DL POST JN BRUSSEL EN ANTWERPEN.
Brussel, 15 April 1015.
Ondank» Je vele moeilijkheden, welke moesten
werden overwonnen is het postverkeer in België
Joch zoo goed mogelijk hersteld. Hoe deze post
verzending is ingericht?
Een hoog, maar daarom niet al te ruim .ver
trek met sterk getraliede vensters, een groote
twee persoons schrijftaiel, welke meer dan een
derde van het vertrek inneemt. Een paar stoe
lenDat is het bescheidene bureau waar
langs alle brieven en stukken gaan, die van uit
Brussel naar het buitenland worden verzonden.
Maar deze stukken worden niet eenvoudigweg
doorgezonden. Ze moeten ook eerst zorgvuldig
onderzocht worden
Drie personen, een Oberleutnant, een Leut-
nant en een burgerlijke secretaris wijden zich
aan deze taak met een rust, die imponeert. In
alle kalmte moeten zij dagelijks niet enkel dui-
zende poststukken verwerken, maar ook even
zoovele verlangens aanhooren cn beantwoorden
van in den regel niet zeer woordkarige personen.
Deze postbeambten moeten tegen wil en dank
wel wiisgeeren worden Men stelle zich slechts
den inhoud voor van 1500 tot 2000 brieven met
expresse bestelling er, van 50,000 tot 60,000
gewone brieven en briefkaartenDit zijn de ge
wone dagclijksche cijfers In den beginne dreig
den de beambten moedeloos te worden, maar al
spoedig raakten zij aan alles gewoon.
De bezoekers vormden zich spoedig tot een
vaste klandizie, aan welke de censors een zekere
opvoeding wisten te geven. De klanten zijn dan
ook vrij wat gemakkelijker en gewilliger gewor
den dan in het begin van den oorlog.
De 20 brieven, welke in den allereerst en tijd,
vanaf H nov i9i4, dagelijks door de censuur
tiOfisien worden onderzocht, gaven heel wat meer
verdriet en arbeid dan de duizenden, welke thans
moeten worden verwerkt
Vooral de Belgische dames vonden er langen
tijd een „patriottisch" vermaak in, geweldige
vellen, dicht beschreven, papier aan te bieden en
de beambten lastig te vallen met de ongeloof
lijkste vragen en verzoeken En ook nu nog
schijnt de Brusselaar te meenen dat een omweg
te verkiezen is boven den rechten weg, en dat
openhartigheid een vervelend iets is. Maar de
beambten hebben aldra geleerd, hoe zij met deze
lnidjes moesten omspringen. Ras-echte Belgen
doen nu zelfs moeite met de mannen van de
censuur Duitsch te spreken. Zij doen dit echter
niet zonder bijbedoeling. Ze hebben nl. ontdekt,
dat op de post over de meeste zaken inlichtingen
te bekomen zijn en dit weten zij met groote vaar
digheid uit te buiten. Om nu den beambte, dien
süj noodig hebben een „genoegen" te doen, pro-
beeren ze Duitsch te spreken.
Het spreekt wel van zelf, dat 't den beambten
niet altijd even aangenaam is, dat zij als een
inlichtingendienst worden gebruikt Het kost tijd
en eischt ook veel van de zenuwen.
De censors hebben zich aan vaste bepalingen
le houden. Wie zich buiten de zaken van het
militairbestuur houdt en aan z'n brief slechts
Persoonlijke zaken en dingen van het alledaag
se leven toevertrouwd, heeft van de censors
Weinig te vreezen. Zij laten door wat maar
«enigszins doorgelaten mag worden. Vele brief
schrijvers meenen van deze vriendelijke houding
misbruik te mogen maken, maar niet dikwijls
moeten de censors deze boosdoeners of smokke
laars tot de orde roepen.
Brieven en gaven voor de Belgische gevange
nen worden door de censors, die met de soldaten
Weten mee te voelen, met bizondcre opmerk
zaamheid en zorg behandeld. Betuigingen van
dank van moeders, echtgenooten cn verloofden,
die de tegemoetkomende houding der Duitschc
officieren weten te waardeeren, zijn geen zeld
zaamheid en moeten dikwijls in het belang van
den dienst worden afgesneden. Maar vaak
®pelen zich daar in die kamer aangrijpende too-
tieelen af. Zoo bijv. wanneer geen antwoord kan
gegeven worden op de vraag of de geadresseerde
hog tot de levenden behoort of reeds dood is!
Want dit mag niet worden vergeten: België is
het eenige der oorlogvoerende landen, dat niet
in directe verbinding kan staan met z'n striidend
leger.
Zoodra in Antwerpen de tijden rustiger waren
geworden, kon ook daar het postwezen weer
opleven. Niet uit 't oog mag worden verloren,
dat in dc Scheldestad maandenlang de mogelijk
heid ontbrak om met de buitenwereld in gere-
gelde verbinding te staan.
Toen de Duitschers het Antwerpsche hoofd
postkantoor binnendrongen vonden zij daar den
grootsten chaos. De postzakken lagen in de
grootste wanorde en de inhoud lag over tafels,
stoelen en over den grond verspreid. De tafel
laden waren uitgetrokken, alle kamers en berg
plaatsen opengebroken en zelfs de brandkasten
waren geforceerd! Een algemeene vernieling
scheen aan het werk te zijn geweest.
Tien dagen waren noodig om eenige orde te
scheppen. Eu zoo kon sinds 11 Januari weer
een geregeld postverkeer worden begonnen.
Duitsdie beambten en Duitsche officieren werken
daar nu samen met de Belgen, die zidi niet
willen onttrekken aan de diensten, welke zij
hunne medebevolking kunnen blijven bewijzen.
Van hoeveel belang voor de herleving van het
particulier- en handelsverkeer in Antwerpen het
herstel van het landelijke postverkeer geweest is,
kan het beste blijken uit het feit, dat op het
oogenblik dagelijks 20,000 stukken worden be
handeld. En daarbij komt nog, dat het verkeer
te water slechts matig mogelijk is.
GEMEENTERAAD.
(.Slot der zitting van gisteren.)
Kupppktoir© belasting
f kokier.
B. en W. bieden ter vaststelling aan het 2e
suppletoire kohier vau de pi. dir. belasting naar
het inkomen tot een bedrag van 0148.80.
Wordt vastgesteld.
Het tweede douche
badhuis.
B. en W. stellen voor goed te keuren de reke
ning over 1914 van de afdeeling van het Witte
Kruis en <le begrooting voor 1915 van bet 2e
douchebadhuis.
Wordt goedgekeurd.
Voor ons museum.
Vrouwe M. 13. Préviniaire, echtgenoot© van
Mr. A. A. dol Court tot Krimpen te Yelp, en
Vrouwe E. Préviniaire, echtgenoote van Jhr.
Ch. F. van da Poll, alhier, bieden aan d© ge
meente, ter plaatsing in het Frans Liuls mu
seum, ten geschenke aan een geel koperen
antieke kerkkroon, onder voorwaarde, dat hare
namen (hetzij door inschrift, hetzij door aan-
hechting) aan bedoelde kerkkroon verbonden
zullen blijven.
B. en W. stellen voor dit waardevol geschenk,
onder de door de schenksters gestelde voorwaar
de, met dankbetuiging voor de gemeente te aan
vaarden.
Wordt aangenomen.
Wijziging uitbreidings
plan.
B. en W. stellen voor een wijziging aan te
brengen in het reeds vastgestelde uitbreidings
plan voor de gronden ten zuiden van de Am-
steidamsche Vaart-
Wordt aangenomen.
Voorstel van B. en W. tot vaststelling van een
plan van uitbreiding voor gronden 'tusschen den
Harmensjansweg, do spoorbaan Rotterdam.
Amsterdam, de Oostersingelgraeht en de gevan
genis.
- Wordt vastgesteld.
Voorschotten aan w on ill g-
houw vereen igingen.
B. en W. stellen voor aan de coöperatieve
woningbouwvereeniging voor gemoen toper,
soneel te Haarlem een voorschot van hoogn' -ns
250,000 te verleenen ter tegemoetkoming in
de kosten voor den bouw van 77 arbeiderswo
ningen op een terrein aan de Zomorvaart.
De hoor .1 ONCKBI.OEDT vraagt of een
huurprijs van 3.55 niet te hoog is voor ge
meen teworklieden en of dat niet zal leiden tot
't aanvragen van een loonsverhooging. Hij in
formeert verder naar de controle, die de raad
aangaande den bouw heeft, waar geen bestek
aan den raad is overlegd en dringt san om
de raadsstukken voor zulke belangrijke zaken
wat eerder voor do raadsleden ter inzage te
leggen.
De heer DE BREUK zegt dat kennelijk vol
gens 't oordeel der werklieden do huurprijs niet
te hoog is en dat de commissie voor openbare
werken met de zaken accoord ging. Waar op
spoed was aangedrongen, meenden B. en W.
die te moeten betrachten. Vandaar dat dc stuk
ken maar kort ter inzage konden liggen.
De heer KLEYNENBERG herinnert dat in
den huurprijs ook aflossing is opgesloten en
dat de lieden nu voor een gocdo woning ook den
zelfden prijs moeten betalen. Hij acht, dat, de
raadsleden genoegzaam met de reeds lang nan-
hanging zijnde plannen op de hoogte zijn.
Dc heer SLINGENBERG deelt mede, dat de
lieden nimmer eigenaar van de woning kunnen
worden.
De heer J ON CKBLOEDT merkt op, dat in
dien men meent dat do mcnschen 8,56 kunnen
verwonen, hjj er vrede mede heeft. Verder acht
bij dat men stukken aangaande zulk belang
rijke zaken minstens acht dagen te voren moet
ontvangen en dat men een. bestek bij de stuk
ken moet overleggen.
De heer VAN STYRTTM ondersteunt de op
merkingen van den heer Jonckbloedt die hij
zeer op hun plaats acht, te meer daar het voor
stel 11 Maart is gedateerd. Ook hij meent dat
de stukken den raadsleden eerder hadden moe
ten bereiken.
De heer SLINGENBERG dringt Aan om in a
der voorwaarden op te nomen, dat 't voorschot
wordt verleend tegen rente cn aflossing in
„evenveel" gelijk annuïteiten als de gemeente
aan 't riik moot betalen voor het voorschot.
De OORZITTER zegt dat B. cn W. dat
overnemen.
liet voorstel wordt nu z. h. s. aangenomen.
B. en \Vstellen voor: aan de woningbouw
vereeniging Spaarnoog te verleenen een voor
schot, van hoogstens 150,000, ter tegemoet
koming in de kosten voor den bouw van 52 ar
beiderswoningen op een terrein aan den Har
mensjansweg.
De heer JONCKBLOEDT zegt dat hij dit
plan wel een gedetailleerde begroeting is over
gelegd. Hij acht die beslist te laag <>n meent
dat de menschen daar niet voor kunnen 'klaar
komen.
De heer DASSCHUIT aehf oveneens de be
groeting te laag en meent, dat 't in 't belang
der mensehen is om nu de zaak niet af te doen.
De heer DE BREUK oordeelt hét 't beste om
nu de zaak af tc doen. Men kan don later wel
verder zien.
In a der voorwaarden wordt inplaats van vijf
tig gelijk annuïteiten gelezen evenveel gelijke
annuïteiten.
Het voorstel wordt daarna z. li. s. aangeno
men.
Grondverhuring.
B. en W. doen een Voorstel tot ve, huring van
een gedeelte land en water aan do Friesehe
Yarkcnsmarkt aan de roei- en z.eilvereeniging
„Het Spaarne."
Wordt aangenomen.
.Schadevergoeding.
Naar aanleiding vau een verzoek van do
firma Groenenberg, Kruithof en Sloet, aan-
neemster van den bouw van de Hoogero Bur
gerschool roet Handelsschool aan do Zijlvest
alhier, stellen B. en W. voor aan deze firma
5200 te verleenen als tegemoetkoming in dc
door haar geleden schade bij de uitvoering van
ht grondwerk voor dien bouw.
De heer JONCKBLOEDT zet uiteen, dat
van een recht tot schadevergoeding geen sprake
kan zijn en evenmin van de billijkheid daartoe.
Hij zou daarom willen voorstellen om 't ver
zoek van do hand te wijzen.
Do heer WEDSENAAR vindt: een schade
vergoeding billijk, daar in de grondwerken
schade is geleden.
Do heer ANDRAEA doet. opmerken, dot fei
telijk de aannemersfirma schade had, volgens
baar zeggen, door vertraging, ontstaan door
schuld dor dcrectie. Hij verlangt dien aangaan
de nadere inlichtingen.
De heer DE BREUK deelt mede, dat de bc-
schnldiging van vertraging door schuld der
dircctiè, bestaande in te laat ontvangen van
teekeningen in oen correspondentie tusschen
Directie en Firma niet door do Firma is waar
gemaakt.
Men moet z. i. de zaak van 't- standpunt van
dc billijkheid beschouwen cn niet uit een rechts
geleerd oogpunt. Op grond van billijkheid deden
daarom B. en W. hun voorstel.
De heer ANDRAEA doet opmerken, dat er
kennelijk meer aan de zaak vast zit dan men wel
zou denken ziend© dn stukken en oordeelt dat
men nader moet worden ingelicht alvorens in
deze zaak een lieslissing te kunnen nemen.
De heer DE BREUK acht dat men veel meer
in de zaak zoekt dan er in zit. Do voornaamste
reden tot schadevergoeding is dc schade, gele
door 't, grondwerk. Spr. is er veel meer voor om
<lo zaak in der minne te schikken, daar men
z. i. daarmede veel verder komt, dan er arbi
ters of advocaten in te mengen.
De heer ANDRAEA dient in een voorstel om
de zaak aan te honden en. om aan dc aanne
mersfirma inlichtingen te vragen aangaande
haar beweringen, dat zij schade zou geleden
hebben door Vertraging ontstaan door schuld
der directie en de rekening van meer of
minder werk.
Do heer SLINGENBERG betoogt dat 't beter
is om nu op dit verzoek afwijzend te beschikken
en keurt 't af dut door 't raadsstuk do raad niet
goed is ingelicht. Nu kan de raad niet anders
doen dan op dit schrijven afwijzend beschikken.
D© heer VAN STYRUM zot uiteen, dat z. i.
de isad geheel en al onvoldoende is ingelicht,
daar 't eene deel van 't werk nadeel en 't
amkie vooideel kan opleveren. Indien dc aan
nemend ii ma zelf niet meer inlichtingen geeft
uit eigen beweging, dan zal spr. tegen 't voor
stel van B. en W. stemmen, wanneer dat een
volgenden keer opnieuw in behandeling komt.
De VOORZITTER zegt dat B. en W. 't voor
stel van den beer Andraea overnemen, dut
h. s. wordt aangenomen.
Crcdietaanvrago.
B. en W. vragen een credict van 875 voor
hot opnieuw bestraten van de speelplaats der
school no. 9 ann de Linsehotenstraat en tot het
doen uitvoeren van bijkomende werken.
Wordt goedgekeurd.
Huuropveggi ng.
B. en W. stellen voor hen te machtigen met
ingang van 1 Januari 1910 0p te zeggen de
huur van een gedeelte grond aan de Enirna-
straat.
Wordt goedgekeurd.
G romlverhuring.
Door den heer S. Blei, commissaris-mede-
eigenaar van de onderneming „Kaarscladeveer,"
veerdienst Haarlem'Amsterdam, is vergun
ning verzocht voor het plaatsen langs den
Spaornewal vóór het perceel no. 14 van eene
electrisch gedreven hijsehkraan. Tegen inwilli
ging van dat verzoek bestaat bij B. en W. geen
bezwaar. Naar aanleiding van doen zij een
voorstel tot grondverhuring.
Wordt goedgekeurd.
Afwijzende beschikking.
Ten opzichte van een adres van den heer W.
P. J. Th. van Linden Tol, houdende verzoek om
eene tegemoetkoming van de gemeente Haar
lem in de kosten van verandering der in zijne
woning aangebrachte installation ten gevolge
van mogelijke levering van electrisehen stroom
door de gemeente ITeemstede aan het door hem
bewoonde perceel aan de For^einlaan no. 11 te
Heemstede, stellen B. en W. voor afwijzend te
lie schikken.
De heer KLEIJNENBKRG drnkt «te wen-
eehelijkheid uit, dat Heemstede aan adressant
blijvo vergunnen van Haarlem stroom te be
trekken.
Het voorstel wordt, aangenomen.
Wachthuis der E. S. M.
aan dc Kampervest.
Do directie der E. S. M. heeft medegedeeld,
dat het haar wenschelijk is voorgekomen, om
liet niet meer aan de eisehen des tijds beant
woordende wachthuisje barer maatschappij aan
dc Kampervest te vervangen dooT een ruimer
eu aantrekkelijker gebouwtje in denzelfden
stijl, doch langer, in den geest als het. wacht
huisje van de E. N. E. T. hetwelk op den hoek
van den Wagenweg en de Hazepaterslaan is
geplaatst. Naar aanleiding daarvan doen B.
en W. den raad een voorstel inzake grondver
huring voor dat wachthuisje.
Wordt aangenomen.
Verplaatsing ©ener hnlpseliooh
B. en W. stellei) voor aan te nemen voor
kennisgeving een adres van C. J. Janssen
c.s. inzake verplaatsing van de hulpsefbool
aan «te Papentorenvest naar het noordelijk
deel der gemeente.
Wordt aangenomen.
■Winkelsluiting.
Rapport der raadscommissie voor de win
kelsluiting, met een concept-verordening en
eenige amendementen der heeren Poppe c.s.
Genoemde heeren stellen voor de volgende
wijzigingen in de concept-verordening aan
te brengen:
I. Art. 1 worde gelezen: Het ie verboden
vóór des voormiddags vier nur en des na
middags negen uur: a. een winkel (inbegre
pen barbierswinkels en kapperesalons) voor
bet publiek geopend te hebben; cn b. in of
uit dergelijke inrichtingen waren af te le
veren of te doen afleveren.
De bepaling in het voorgaand lid vermeld
is niet van toepassing op a. enz. tot f (als
oorsproukelijk voorstel).
II. Art. 4 worde gelezen: Een winkel wordt
als voor *t publiek geopend beschouwd, zoo
lang er publiek aanwezig is, of er winkel
bedienden of beiden aanwezig zijn, behou
dens het geval in artikel 3 voorzien.
III. Art. 7 worde gelezen: Onverminderd
de bepalingen op het venten in de Alge
meene Politieverordening opgenomen, Ls het
venten, behalve met drukwerken, op den
openbaren weg verboden op de uren, waarop
het volgens art. I verboden is. winkels vooï
liet publiek geopend te hebben.
IV. Art. 8 worde gelezen: Burgemeester en
Wethouders zijn bevoegd bij openbare ken
nisgevinge eene al dan niet voorwaardelijke
ontheffing te verleenen van de verbodsbe
palingen dezer verordening:
a. algemeen ten aanzien van alle winkels,
voor enkele in de kennisgeving aan te wij
zen dagen of gedeelten van dagen;
b. ten aanzien van alle wiukeks op eene
tentoonstelling, liefdadigbeidsverkooping ef
andere soortgelijke inrichtingen van tijde
lijk en aard voor een in die kennisgeving vast
te stellen tijdperk.
Het handelen zonder inachtneming van,
of in strijd met de b« de kennisgeving ge
stelde voorwaarden, wordt gelijk gesteld met
het bandelen zonder ontheffing.
V. Art. 8bis. Na art. 8 worde ingevoegd:
Drie jaren na het inwerking treden van
deze verordening wordt het sluitingsuur des
avonds bepaald op adbt nur.
De VOORZITTER zegt dat alleen 't rap
port der commissie en niet de verordening
en de amendementen aan de orde zijn, daar
de rechtsgeleerde commissie een verordening
moet ontwerpen.
De heer KDEIJNENBERG betoogt, dat
zeer zeker niemand het rapport zal aanval
len en vindt jammer, dat men nu niet do
zaak kan afhandelen.
De VOORZITTER meent, dat de raad zal
moeten beslissen of hij al dan niet een win
kelsluiting verlangt. Tot beden is dat niet
geschied.
De heer KEELAGE zet uiteen, dat tegen
't rapport der commissie wel eenige beden
kingen zijn te maken en valt dat aan op het-
geen er is in gezegd aangaande een „nood-
stand" in «lezen. Hij neemt 't op voor de per
soonlijke vrijheid der winkeliers en drukt
den wensch uit, dat de raad niét zal over
gaan tot een regeling der winkelsluiting,
waar dit behoort tot de competentie van
den rijkswetgever.
De beer SLINGENBERG brengt buide
aan dc commissie voor de samenstelling vau
T rapport en zegt met de algemeene strek
king ervan zicfb te kunnen vereenigen. Hij
vindt het merkwaardig, dat waar in de com
missie zaten voor- en tegenstanders van de
winkelsluiting, de commissie zich eenparig
vóór winkelsluiting verklaarde.
Spr. kan er zich niet mede vereenigen om
de winkelbedienden uit te schakelen en acht,
dat «leze er recht op hebben om des avond»
tijdig naar huis te gaan. Met den geest der
amendementen-Poppe punt II gaat spreker
aceoord.
Spr. oordeelt het niet goed om te wachten
met de regeling der zaak totdat deze in
j Sehoten is geregeld. Haarlem als centrale
gemeente moet maar vast beginnen.
De heer JONCKBLOEDT zet uiteen, dat
men z.i. niet op Schoten moet wachten met
de zaak te regelen en drukt den wensch nik
dat de verordening zoo spoedig mogelijk is
werking moge treden.
De heer POPPE verdedigt het principe
om de winkelsluiting bij gemeentelijke ver
ordening te regelen en acht bet niet goed
gezien om deze zaak naar de sociale wetge
ving te verwijzen. Hij herinnert aan betgeen
ten aanzien biervan reeds in binnen- en bui
tenland is besloten, gevende dienaangaande
tal van becijferingen.
De heer HULSWIT kan niet medegaan
met de conclusie van het rapport en zet uit
een dat z.1. de zaak van regding der winkel
sluiting eene is van den rijkswetgever. Do
rijkswetgever toeh is aangewezen om den
arbeid der winkelbedienden te beperken,
zooals dat ook is gedaan voor andere bedrij
ven. Do rede van den heer Poppe bad meer
in de Kamer thuis behoord.
De beer JOOST EN kant zich tegen bet
principe van 't betoog van den heer Krelago
en betoogt, dat de winkeliers geen vrijheid
bezitten, indien er geen winkelsluiting is,
daar dan, indien een winkelier ziin zaken
Iaat openhoudt, anderen dat ook wel moeten
«loen.
Verder acht spr. het een font, dat de com
missie alleen de zaak regelde wat aangaat
de winkeliers. Vandaar de amendementen
der soc-dem. ten opzichte van de bedienden.
Dc beer SCHRAM verdedigt het principe
eener winkelsluiting van gemeentewege.
De beer NAGTZAAM verdedigt 't amen
dement der soe.-dem. ten aanzien van de
winkelbedienden.
De heer HU ES WIT houdt vol dat deze
materie in de Tweede Kamer moet worden
geregdd.
De beer BRTJCH, rapporteur der commis
sie, verdedigt baar rapport. Hij consta
teert, dat niemand beweerde, dat de winke
liers schade zullen lijden door een winkel
sluiting en kant zich tegen bet aangevoerde
•jj Gij rijt toeh een vriend der Trémazans?
andere stamgast, zwaarlijvig man met
'Tfiood gelaat, zcide:
Hij heeft gelijk. Ik zou ev ook niét op
1 zulk een huwelijk hii te wonen.
d© Trór,>a"/„Tecrzi»wekkend, dat mejuffrouw
Ktlrit trouwen mot een man,
Hij hield op.
- Zij zijn nog met getrouwd! Men kan er
iitef zeggen wat men wil maar ik ^1 bet
gelooven voordat ik het zie.
"°nray was, na de gasten begroet t©
Tm, met zijn vriend Legner ia een hoek van
Stelagkainer gaan zitten.
Hebt gij tijding nit Parijs? vroeg bij.
«Ta.
Goede?
Zo° goed als men ze wenseken kan.
Van Jeanne?
JJ is getrouwd, mijn beste Gouray.
°niann, nu zjjt gij de oom van een
markiezin! Zij is een goed, braaf meisje en
zal nu we! willen, dat gij uit uw herberg
gaat om te rentenieren van een jaargeld,
dat zij u geven zal. j
Legner lachte.
Mijn waarde, zeide hij, ik verlang ev
niet naar te rentenieren, evenmin als gij.
Onze zaken gaan goed en het ontbreekt ons
aan niets. Wij jagen niet naar geld Ik ken
onze Jeanne, zij zal ale markiezin evenmin
trotsch zijn als zij dat ooit geweest is en
zie', er zeker niet voor schamen, dat haar
oom kjistelein is. Zij verliet ons. omdat zij
zooveel verdriet had, het arme kind cn ik
heb haar aldoor gemist. Den dag, waarop
zij tot ons terugkeert en mij Weer zal orn-
helsen en kussen als toen zij nog zoo'n kleine
dreumes was, die» <lng zal ik zoo blij zijn,
dat ik dc revolutie, de guillotine en alles
wat wil nog meer gezien hebben, zal vergeten.
Op zacht en toon voegde hij er bij:
Geld brengt geen geluk aan. Waarom
zou men er dan zooveel van begeeren. Zie
maar eens naar den berucliten dokter.
Nollan?
Ja.
En nog zachter zeide Legner:
Gelooft gij ook niet, Gouray, dat hij
verstandiger zon gedaan hebben met niet
zoo op dat geld te azen. Onder ons gezegd
geloof ik, dat, hij er weinig plezier van zal
beleven. En tfiiï
De beide mannen zagen elkander aan.
Wanneer Hubert Nollan had kunnen be
grijpen wat zij elkaar zeggen wilden met
dien blik, zonder een woord te spreken, dan
had hij versche paarden voor zijn rijtuig la
ten spannen, was terstond teruggekeerd naar
Lamballe om zijn reisgoed te halen en vau
daar in alle snelheid naar Parijs gereden
langs een anderen weg, om niet in een hin
derlaag te vallen.
De laatste stralen \an de zon doofden de
een na den andere uit.
Het rijtuig kwam weer in draf voorbij,
maar nu bleef het niet staan.
Gouray haalde een groot zilveren horloge
uit zijn zak er. zeide:
Over een uur zal me juffrouw de Tré-
mazan van naam verwisseld hebben. Goeden
avond, Legner.
Hij drukte zijn collega de hand en giog
met hem naar de binnenplaats van dc her
berg. Daar wenkte Legner zijn staihnecht.
Deze kwam met het paard van den kaste
lein, een jonge, vlugge vos, gezadeld naar
buiten.
Gouray sprong op bet paard en zeide te
gen Legner:
Ik zal u hem morgen terugbrengen.
Goede reis.
Legner keerde in zijn gelagkamer terug.
Zijn gasten betaalden (bun vertering nan
de meid, die hen bediend had en gingen heen.
Het werd tijd voor het avondeten.
Een ga-st vroeg aan den kastelein:
Was dat de bruid, die daar voorbijging?
Ja.
Een rare bruiloft.
En de andere gasten herhaalden als een
echo: Ja, een rare bruiloft!
Toen de kastelein alleen gebleven was met
zijn dienstbode, een stevige boerenmeid van
omstreeks 20 jaar, met een frisch gezicht,
vroeg hij haar:
En gij, Yvonne, wat denkt gij er van?
Dc meid antwoordde op knorrigen toon:
Niet veel goeds.
Legner knikte toestemmend met bet hoofd
en zeide:
Bij St. Mélaine, mijn patroon, het iè
best mogelijk dat gü gelijk hebt. Over een
uur (luis zal dc jongedame trouwen, zooals
Gouray zegt, die er meer van weet dan wii.
Gouray draafde, op den vos van Legner
gezeten, door het veld.
Aan den zoom van bet bosch gekomen,
hoorde hij het schreeuwen van een nachtuil
en hield zijn paard in-
Vau onder de boomen kwam een man Ie
voorschijn, een houthakker ©f kolenbrander,
die hem naderde.
Zijt gij gereed? vroeg Gouray hem.
.Ta-
Goed.
Hij reed weer voort-
De vos liep met groote snelheid en deed
I met zijn hoeven het vuur nit de steenen van
den -weg springen.
Het rijtuig van den dokter stond voor het
t raadhuis van Lamballe, toen Gouray thuis
kwam. Hij braclit 'zijn paard naar den stal
van de herberg op dezelfde plaats waar hii
eenmaal Gagnard verborgen had, toen dc
arme kerel gewond was door een kogel, dien
dokter Baehelin hem had uitgesneden.
Vervolgens begaf hij zich naar zün kamer,
waar hij zijn daagsche kleeren verwisseld»
voor zijn Zondags pak en daarop ging ha
naar het raadhuis.
D© barones de Prevent en Rose de Tré
mazan waren reeds in de groote zaal.
Bij haar bevonden zich dokter Baehelin
en de notaris Sénccan.
Een dertigtal toeschouwers namen de
ruimte in die voor het publiek was vrijge
houden en wachtten met ongeduld.
De bruidegom bleef lang weg.
Op de estrade, die versierd was met twee
gipsbeelden, waarvau het eene do Republiek
voorstelde, een forsehe vrouwenfiguur, het
hoofd gedekt met de pèrygische muts en het
andere Hyme, de godin van den echt, zal «e
ambtenaar van den burgerlijken etan«i. ee>
oud man, met zijn secretaris naast y-*en'
reed om het huwelijk te «JwHen.
Er was niets plechtigs of indmkwekk