H. J. LAMP, Tafelserviezen. VRAGENBUS RECHTSZAKEN. Barteljoriestraat 18. FAILLISSEMENTEN IN NEDERLAND. Hü was van dien volgenden inhoud: „Lieve Rose! Mijn lieve Rose, wanneer tet lot wil, dat mün voorgevoel wordt hewaariieid» volbreng Napoleon hield zijn belofte en de loa^j, r »chter het front, waarbij een kist, gedekt door der de oogen zien. Plotseling kijken allen >en fraaien krans, in de geopende groeve wordt Neergelaten; als bijschrift stond er bij vermeld, dat dit de begrafenis was van een zoon van 'generaal Von Emmich, als jong officier in het Vijandelijke land gesneuveld. Het Nederlandsche geillustreerd blad werd door iemand aan den generaal toegezonden, en het antwoord, dat de verzender hierop ontving luidde als volgt: „Besten dank voor de toezending van de afbeelding uit het buitenlandsche tijdschrift; ik heb daarvan met te meer belangstelling ken nis genomen, omdat ik nooit een zoon heb ge had. Gegroet: v. Emmich." Een Duitsch-Oostenrijkseh tolverbond? Dat de oorlog van invloed zal zijn op de toe komstige economische betrekkingen tusschen Duitschland en Oostenrijk blijkt o.a. uit de be spreking van het bestuur van den Deutsch 08terreichisch-Ungarisehen Wirschaftverband, ingespannen naai boven, waar opeens twee kleine wolkjes verschijnen. Eerige seconden gaan voorbij dan dringt eindelijk heel zwak het geluid door van de ontploffing van de ginder heel hoog ontplofte granaten. In de nabijheid van de wolkjes Hebben nu de toeschouwers den vijandelijken vlieger ont dekt, en ieder volgt met de grootste aan dacht den loop van den strijd tusschen vlieg machine en anti-luchtvaartgeschut. De strijd is vandaag al heel hevig. Nu eens links, dan rechts, dan weer vlak boven den vlieger ziet men de bommen ontploffen. De eeno knal volgt op den anderen, maar de groote gele vogel daar in de hoogte schijnt er zich wei nig om te bekommeren. Af en toe van rich ting veranderend, vervolgt 'hij zijn vlucht. Anders komen de vijandelijke vliegers maar zelden boven de binnenstad, maar vandaag schijnt hij het zich in het hoofd gezet te hebben het drukke gewoel op de Groote Markt eens van boven af te bezien, want ploteeling verschijnt hij, niettegenstaande het die einde Maart te Berlijn plaats hadden en gteeds heviger granaatvuur, loodrecht boven waarover de „Kölnische" nog eenige bijzonder heden mededeelt. De vergadering hield zich grondig bezig met de quaestie hoe de betrek kingen op het gebied van handelspolitiek in de de hoofden der nieuwsgierige menigte. De nieuwsgierigheid gaat tot verbazing en ver volgens tot vrees en angst over. Als hij eens een bom gooide!.... Sommigen beginnen en toekomst tusschen de beide naburige staten dan volgen er dadelijk hoe langer hoe meer, zouden zijn. Eenparig was men van meening, ^ie zich ijlings in de cafés en in de huizen begeven. De dames, die het nieuwsgierigst haar neusjes omhoog staken, zijn er nu het eerste bij om te maken dat zij weg komen. „Gaat u liever binnen, dames-", zegt in vloeiend Fransdh een onderofficier in een nieuw buitenmodel uniform, tot twee dames, van wie hij de eene, een heel mooie Fran- caise, met prachtige oogen, al lang van ter zijde aangekeken heeft. Meteen wijst hij naar een groot café vlak bij. Het aanknoopings- pnnt is gevonden „entente cordiale" tus schen Duitschland en Frankrijk! Waar een Engelsche vlieger toch al niet goed voor kan zijn. Deze heeft intusscben, even plotseling als hij kwam, weer afscheid genomen, zon der zijn gebruikelijk visitekaartje in den vorm van een hom te laten vailen. Hij ver andert eensklaps van richting en vliegt weer den kant naar het front op. De pas nog zoo angstig menigte is weer op het plein sa mengekomen en volgt den verdwijnenden vlieger en de bij hem ontploffende wolkjes weer met onverdeelde aandacht. In tusschen is van den anderen kant van den horizon een tweede vliegtuig versche nen, dat dadelijk door het Dnitsche geschut onder vuur genomen wordt. Maar deze vlieg machine trekt in een wijden boog om de stad heen, gevolgd door twee onzer' vliegers, die op veel geringer hoogte intusschen do Groo te Markt zijn overgevlogen en duidelijk te herkennen zijn aan de groote zwarte krui sen onder de vleugels. Plotseling dreunt het dat om politieke en economische redenen die economischo betrekkingen tusschen. Duitsch land en de Donaumonarchie zoo nauw mogelijk moeten worden en dat in het bijzonder een ge meenschappelijk douanetarief moet worden vastgesteld, evenals onder wederkeerige begun stiging en bevordering der belangen aan beide zijden van de grenzen een „Zwischenzollinie" moet worden ingevoerd, die acht slaat op de be hoeften en bijzondere belangen in ieder der drie landen. De bond zou deze quaestie in behandeling nemen en daarbij de vakvereenigingen raadple gen. Tegen de eerste helft van Mei is een ver gadering van industrieelen en economisten bijeengeroepen te Weenen om de zaak verder ter hand te nemen. Deze nieuwe richting in de handelspolitiek van beide staten kwam ook aan het licht in een rede van Frh. Von Plener, in een vergadering van do Gesellechaft Osterreichischer Volkswirte ter herdenking van het 40-jarig bestaan dezer yereeniging. Hij verklaarde, dat door het vervallen van den vrede van Frankfort de meestbegunstiging van Frankrijk in Duitschland ophield terwijl de wenschelijkheiid was gebleken van een stelsel van preferentieele rechten tusschen Oostenrijk- Hongarije en Duitschland. Wanneer eenmaal in doze richting tusschen beide eon nieuw ta- j j„, i plein onder het zware gewicht van een aan- riefui zqn vastgesteld, dat met principieel be- Vormend voertuig, een z.g. „ballon-kanon", hoeft to bestaan in een veilaging der tegen-1 op ecn zwarell gepantserd en auto-vrachtwa- woordig© tarieven, zal deze regeling den grond-1 geu gemonteerd. Op het plein stopt hij even. slag kunnen vormen voor de douane-politiek Blijkbaar moet de bestuurder zich eerst tegenover andere staten. Het zou dan verkieslijk sjjn dat met betrekking tot de rechten op arti kelen, waarbij de preferentieele rechten gelden, Duitschland en Oostenrijk een gemeenschappe lijk tarief atollen voor derde staten, terwijl voor artikelen, die niet hebben te maken met de pre ferentieele rechten beide Staten vrijheid be houden. oriëntec-ren. Dadelijk is het voertuig door nieuwsgierigen omringd. De manschappen, acht in getal, zijn op hun plaatsen blijven zitten. De bestuurder springt weer op den bok, het gevaarte roet het reeht overeind 6taande kanon heeft zich weer in beweging gesteld en stuift in het volgend ©ogenblik met volle vaart de Rue Nationale in. De Rijmelaars liebhen den durf van do Fran n I leuer betoogde verder de wen-KCjJ() en Engelsche vliegers gezien, maar ook •ohelijkkeid, dat de Balkanstaten zouden toe-1 boe de Duitschers op hun hoede zijn om ze treden tot hot nieuwe economisch verbond, wat to verjagen. dan zou beteekenen een wijziging in do tegen woordigo handelspolitiek van Oostenrijk-Hon- garije tegenover deze Staten. In ieder geval be val hij echter aan een voorafgaande regeling oet Duitschland. Een Zondagmidag te Riissel. Een con-respondent van de Köln. Ztg. be ech rij i't een Zondagmiddag in de Rue Natio nale te Rijaeel, welke thans in den waren «in des woords een Rue Internationale ge worden is. Uit den bijna wolkenioozen blau wen hemel schijnt de zoo lang ontbeerde voorjaanszon in haar volle pracht. Een bont gewoel als in een groote Duitsche stad. Wan delaars, die van den feestelijken lentedag gebruik maken om hun bekenden op te zoe ken; dames van de „beau monde" en van een andere „monde", die haar nieuwste voor jaarstoiletten vertoonen. Dnitsche officieren in hun beste grijze uniformen, kleine troep jes soldaten. Waar de Rue Nationale op de Groote ëarkt uitkomt, is het verkeer het drukst, et midden van het plein wordt ingenomen door een reeks rijtuigen en auto's, welke op dé terugkomst van de officieren wachten, die in de buurt dienst te doen hebben of die werden aangegaan enz. nagaat, dan kan men eens in de drukke Rue Nationale een wan-'zidl gemakkelijk een denkbeeld vormen van de delingetje willen doen. Weer anderen zijn imanciëele kracht van elk der vier landen en in een van de groote koffiehuizen op het i zich een voorstelling vormen over het „Iaat- plein samengekomen. Auto's glijden geruisch-8 te milliard waarvan de New-York Herald loos voorbij en zwenken de hoofdverkeers-i spreekt. We willen echter hopen,dat het „laatste De Financieels kracht der oorlogvoerenden. De „New-York Herald", ineen onderzoek waar zich „het laatste milliard" bevindt, geeft eenige zeer belangwekkende inlichtingen, welke gedeeltelijk aan de statistieken van het Depar tement van Koophandel der Vereeuigde Staten ontleend zijn. Volgens deze gegeven^ verdeelen de staats schulden zich als volgt; Duitschland 114» milliard dollar. Frankrijk 6 y2 Engeland 3 y2 Rusland ,4y2 Het nationaal fortuin dezer landen is: Duitschland 80 milliard dollar. Engeland 85 Frankrijk 50 Rusland 40 De oorlogskosten bedragen tot lieden: Duitschland 1milliard dollar. Engeland 2% Frankrijk 4% Rusland 4y2 Indien men de verschillende oorlogsleeningen der strijdende landen nagaat, het percentage hunner rescripties, de Staten waar de leeningen •wegen in. De electrische tramwagens, die er netjes uitzien en onophoudelijk heen en weer rijden, dragen er toe hij om aan het geheel een cachet van grootsteedschheid te geven, dat het moeilijk maakt zich te herinneren, dat op nauwelijks 3 4 uur afstand® de manschappen in de loopgraven den dood on- milliard" niet in de werkelijkheid behoeft te worden gezocht. Vraag. Gaarne wenschte ik -van UEd. eenige inlichtingen omtrent het volgende. Ik ben van de lichting 1906 militie. Nu ben ik 11 Dec. gedetacheerd bij de Landweer, en als ik goed heb gelezen, in de N. Haarl. Courant ben ik officieel overgegaan naar de Landweer (15 April.) Ik ben geschorst als kiezer omdat ik mi licien was. De Landweer is niet geschorst. Ben ik nu ala belastingbetalend burgerpatroon weder kiesgerechtigd, of blijf ik geschorst. A n t w. Landweermannen zijn kiezers. U dus ook als u bij de Landweer zijt. Vraag. Wie moet een ruit betalen, dat door de storm gebroken is, de huurder of de verhuur der? A n t w. De huurder. Vraag. Bestaat te Noordwijk of Noordwij- kerhout een R. K. Pensionaat voor meisjes? Ook heb ik gehoord dat de zusters op het Spaarne naast de kerk nog meisjes bü hun hou den, die daar op school gaan. Wilt u eens vra gen of dit waar is, dan zou ik liaar daar liever op school laten want dat is dichter bij Antw. Informeert u zelf eens bij het Vero nica gesticht, Spaarne, Haarlem, en schrijft u ook zelf naar het gesticht de Voorzienigheid te Noordwijkerhout. Dan wordt u het best inge- j licht. Vraag. Mijn kippen hebben zeero pooten. Wat te doen? A n t w. U moet uw kippen op stroo of op turfmolm lateu loopen. Vraag over ongedierte in stoeleu-trijp. Antw. Vraagt raad bij uw meubelmaker. Vraag. Mijn dochter heeft met Februari haar betrekking opgezegd, tegen Mei. Mag mevrouw de nieuwjaarsfooi afhouden en wat zij gebroken heeft, moet zij dat-betalen? Antw. Mevrouw mag haar wel de Nieuw jaarsfooi afhouden en wat zij gebroken heeft, moet zij betalen, als het haar schuld is. Vraag. Als een dienstbode wat breekt, mag mevrouw dan de kosten van haar loon afhou den A n t w Ja zeker, als er schuld is bij de dienstbode. Vraag van J. v. E. te Lisse. Antw. Op het oogenblik is de Belgische grens gesloten. Sedert 29- April kunt n echter weer alleen in Antwerpen komen. V raag. Wat doe ik om een waschfornuis, dat zeer geroest is, weef netjes te krijgen? Antw. Wendt u tot een smid, die weet vast wel een middel. V.r a a g. Bestaat er een weekblad, dat his torische verhalen geeft e. d; zulke stukjes ook. als de kerklijst van Jac. van Diemen, opnam cn dergelijke leerzame artikelen? Wie is de uitge ver van die lectuur. Antw. De N. H. Ort. geeft alleen derge lijke artikelen. We zullen spoedig nog weer eens een en ander plaatsen. Vraag T. Ik verte, k naar Canada; „boe- veel tabak en sigaren mag ik voor mijn man medenemen. IT. Mag ik ook stukgoederen medenemen j b.v. koper en katoen? III. Is men nu tijdens den oorlog verplicht bewijzen van Nederlanderschap bij zich to heb ben. IV. Is een lire Ttaiiaansch geld cn hoeveel waard heeft deze in Holland. A n t w. I en IT. Informeer dat bij de Direc tie der stoomvaartlijn. ITT. .Ta. IV. Ja; ongeveer 45 et. Vraag. Kunt u mij het adres opgeven van de vcrecniging voor beroepskeuze? Antw. Voorzitter is de heer Dr. A. G. W. van Wavëren, Sebotersingel 143, bij het Via duct, Haarlem. Vraag I. Bestaat te Haarlem een R. K. Gymnastiekvereeniging. Waar moet ik mij ver voegen om lid te worden? H. Wanneer wordt de zweminrichting aan de iïoutvaart geopend. Antw. I. Weudt u tot den heer O. A. P. Dammers, Kleine Houtstraat 41 rood, Haarlem. II. Eerstdaags. Dat wordt per advertentie be kend gemaakt. Vraag I. Kunt u mij ook zeggen, waar insignes verkrijgbaar zijn van de cribetclub „Rood en Wit"? IT. Bestaat hier te Haarlem een tennisclub? Antw. I. Als R. en W. al insignes heeft, zullen ze bij den secretaris, den heer F. A. Davindson, Wagenweg 60, alhier, wel verkrijg baar zijn; we denken evenwel zulks alleen voor leden. II. Van de Haarl. Lawn tennisclub is Jhr. P. Quales van Ufford, Florapark 4, alhier de secretaris. Vraag. Ik ben dagmeisje, en dien voor 'heelo dagen tot 's avonds acht uur. Nu is mevrouw do stad uitgegaan, maar heeft mij geen kostgeld gegeven. Heb ik daar recht op of niet. Zoo ja hoeveel bedraagt dit dan? Antw. Neen, dagmeisjes krijgen geen kost geld. Vraag. Mijn dochter zou 8 Mei in be trekking gaan. Zjj heeft thans geen zin in dien dienst, en ik heb hem afgezegd «n den gods penning teruggezonden. Mevrouw heeft me nu geschreven, dat ze mij vervolgen «el. Hoever strekt dat zich uit? Antw. Mevrouw kan van haar zes weken huur eischeu. Vraag. Hoe is de naaste weg per fiets van Haarlem naar Nijmegen? Hoeveel K. M.? Antw. HaarlemAmsterdamUtrecht- ZeisArnhemLentNijmegen. Afstand 122 K. M. Vraag. Wat is de kortste weg per rijwiel naar Arnhem? Hoeveel K. M.? Antw. HaarlemAmsterdamUtrecht ZeistArnhem. Afstand 114 K.M. Vraag. Mijn dochter is half October in dienst gekomen en wordt per maand betaald. Met April heeft ze den dienst opgezegd tegen Mei. Heeft mevrouw het recht om haar Nieuw jaarsfooi af te houden en heeft zij nu het recht om met 4 wekeu op te zeggen? Antw. Voor 1 April opzeggende, kan u 1 Mei vertrekken. De Nieuwsjaarsfooi wordt af gehouden. Vraag. Een dienstmeisje is op 15 October 1914 in dienst gekomen. Bij haar in diensttre- ding is geen arbeidsovereenkomst gemaakt. Om haar een genoegen te doen is baar loon uitbe taald op 1 November, 1 December enz. Nu zegt het meisje plotseling op 4 April haar dienst op. Wanneer mag zij nu vertrekken en mag zij haar Nieuwjaarsfooi behouden. Antw. Ze mag vertrekken op 1 Juni. De Nieuwsjaarsfooi mag zij niet behouden. Ongeteekende vragen worden niet be antwoord. DIEFSTAL VAN EEN DUBBELTJE. Voor het gerechtshof te Amsterdam heeft in hooger beroep terecht gestaan do hoofd agent van politie F. H. C., door de 5e kamer der Amsterdamse!)© rechtbank veroordeeld tot 5 dagen gevangenisstraf, omdat bij op 13 October in het politie-posthuis aan de Ferdinand Bolstraat bii het i'ouilleeren van J. Weymer zich wederrechtelijk een bedrag van 10 cent bad toegeëigend. Gedagvaard v.aren 6 getuigen a charge en 2 a décharge. Bekl. deelde mede, op raad van den hoofd commissaris van politie ,een aanklacht we gens laster te hebben ingediend tegen de agenten Kruis en Mensen en herhaalde zijn verklaringen, in den eersten aanleg afgelegd. Ook voordat bekl. overging van den neu tralen tot den Katholieken bond. stond hij niet op goeden voet met Mensen. De eerste getuige, de commissaris van po litie, de heer Marcussen, door de verdedi ging gedagvaard, was tegenwoordig hij het onderzoek, door den burgemeester naar deze zaak ingesteld. Get. demonstreerde, op welke wijze Kruis had laten zien bii dit onderzoek, hoe bekl. het dubbeltje onder een krant zou hebben weggemoffeld. Hij betoogde, dat Kruis voor de rechtbank bad verklaard, dat C. zijn beide handen hier bij had gebruikt en voor burgemeester Roëll, bij het onderzoek door dezeu ingesteld, de demonstratie met één nand verrichtte. Get. staat zeer sceptisch tegenover de waarne ming va nde agenten Kruis en Mensen, die het feit beweren gezien te nebben, daar zij hem meermalen van gebrek aan waarne mingsvermogen hebben blijk gegeven. Op een vraag van den adv.-gen., mr. baron Van der Feltz, deelde bekl. mede geen geld zorgen te hebben. De heer Tj assens Keyser, eommlsaris van politie, vroegere chef vau beklaagde, noem de O., desgevraagd, een man van voortdu rende plichtsbetrachting, over wien nooit klachten inkwamen. Den agent Kruis werd door den president mr. Romme, onder 't oog gebracht, dat zijn waarnemingsvermogen minder sterk sdbijut te zijn dan hij zelf meent. Hij maant hem das aan enkel dat te verklaren, wat hij ze ker weet. Get. liet daarop zien, hoe hij het dubbeltje onder de krant zag. Deze demonstratie week in zeker opzicht af van die, bij het onder zoek voor don burgemeester verricht, naar get. Mareuesen deed opmerken. Naderhand bleek getuige zich van de om standigheden, waaronder deze demonstratie plaats had, niet alles meer juist te herinne ren. Zoo o.a. bet feit dat daarbij de krant door een blad papier was vervangen. Voorts beweerde get. thans weder dat bekl. zijn beide handen gebruikte bij het wegmoffelen van het dubbeltje. Get. zeide dat bekl. het geld, op den arres- tant gevonden, had weggebracht. Bekl. ont- kende dit, dit deed de agent Noordergraaf. Get. bleef erbij dat hij de demonstratie voor den burgemeester aner® deed dan get, Mar- enssen heeft verklaard. Mr. Van der Zweep: Heeft u gehoord, dat gezegd werd: „acht kwartjes en acht 2M- centsstukken". Lag toen dat dubbeltje onder de krantï Get.: Ja. Mr. Vau der Zweep: Waarom hield u toen uw mond, terwijl u dit wish en waarom ver dacht n C. dadelijk van diefstal, en zoneter aan een ongeluk te denken. U bad toch nooit eerder gehoord van oneerlijkheid van 0.1 Getuige kan hierop geen voldoend ant woord geven. Hij zegt dat uit zijn handelingen wel blijkt dat hij bekl. wilde 6paren. De president: Welke zijn dan die hande lingen 1 Alles schijnt er juist op aangelegd' te zijn de zaak zoo ruchtbaar mogelijk te maken. Mr. Povel vraagt, of bekl. niet gedurende eenige maanden was geboycott. Get. spreekt dit tegen. Get. Mensen herhaalde, wat hii reeds in don eersten aanleg verklaarde. Hij zeide, dat C. het eerst zeide: „Dan zal ik er een dub beltje bij leggen." Zonder voorafgaande aanmaning hiertoe. Later herhaald© hij deze verklaring. De agent Noordergraaf, de volgende get., zeide, dat bekl. zeer verontwaardigd was, toen hij over het verdwenen dubbeltje werd) aangesproken. Get. heefi niet gehoord, dat bekl. agent Baehra aanmaande niet zoo luid1- rnchtig te zijn. Brigadier Louwe, die bij de fouilleering aanwezig was, zeide dat hij het had moeten zien, als bij bet geld op tafel op een 2/4-cent- stuk e endubbeltje had gegeven. Deze verklaring, is dus lijnrecht in strijd met die vau den agent Mensen. Ook week de verklaring van get. af van die van den agent Noordergraaf. De briga dier beweerde .nl. dat deze agent hem da voorwerpen, bij de fouilleering gevonden in de brigadiers-kamer heeft gebracht, wat Noordergraaf ontkende. Get. kan zich niet met zekerheid herinne ren hoe de agent Kruis de demonstratie ver richtte voor den burgemeester. Advocaatgeneraal mr. Baron van der Felta verklaarde in zijn reqflisitoir nadrukkelijk getuige Kruis niet te wantrouwen. Hij nam aan, dat bij alias gezien heeft, zooals hij zei de, doch bii heeft niet gezien dat C. het dub beltje wegnam. Hij trok de gevolgtrekking dat dit zoo was, uit twee handelingen van beklaagde. De aanwijzingen zijn hier te vaag om tot schultlig ver klaring te conclu deer en. Stond hier iemand waarover meer geklaagd is, dan was het een ander geval. Doch over beklaagde kregen zijn chefs nooit klachten, hü staat te goeder naam bekend. De mogelijkheid blijft, dat in een. zwak oogenhlik het feit is gepleegd, doch dan moe ten de aanwijzingen sterker en duidelijker zijn. Het dubbeltje dat onder de krant is waargenomen, kan bovendien gedurendo den tijd dat de krant op tafel bleef liggen, ook door een anderen agent weggenomen zijn. Adv.-gen. concludeerde derhalve tot ver nietiging van bet vonnis der rechtbank en vrijspraak van beklaagde. De verdediger, mr, Povel, sloot zich bij het bovenstaande aan en vroeg onmiddellijk: vrijspraak. Het hof verklaarde, na in de raadkamer j te zijn geweest, dat hier geen termen nam ',-wezig waren om tot onmiddellijke vrijspraak over te gaan en bepaalde de uitspraak oi Woensdag 5 Mei. Lotisico. De rechtbank te den Haag veroordeelde i* hooger beroep, met eenige wijziging in de kwa/ lificatie van de in eersten aanleg door dei kantonrechter aldaar in de desbetreffend^ zaken gewezen vonnissen, een 24-tal personen! tot 25 boete of 6 dagen hechtenis, wegenf overtreding van do Loterijwet door het ter vei* koop in voorraad hebben van Lotisicobriefjest DE ONBESCHAAMDE POSTBODE. Het Hof te Arnhem heeft het vonnis der recht* bank te Zwolle d.d. 18 Maart, waarbij J. D., postbode te Avereest, wegens het opmaken eetier valsche schuldbekentenis, veroordeeld werd tot 6 maanden gevangenisstraf, bevestigd. - Volgens mededeeling van het Handels-infor- matiebureau van van der Graaff Co. s du* reaux voor den Handel zijn over de afgeloopen week in Nederland uitgesproken 31 faillissement t entegen 63 faillissementen in dezelfde week van het vorige jaar. FAILLISSEMENTEN. Failliet verklaard 26 April. L. Bouman, koopman, Gestel. 26 April. J. F. M. Wijtenburg, 's-Gravenhagtii Jac. Camphuysstraat 211. Geëindigd door het verbindend worden def uitdeelingslijst de faillissementen: J. M. Amoif reus, boekhandelaar, firma Stender's Boekhafl' del, gewoond hebbende te Amsterdam, Paleis^ straat no. 41N. V. Anglo-Dutch Trading (Amsterdam Holland) Ltd., Amsterdam; C, d' Klepper, Rotterdam. penen onderzochten, voor den strijd, die bij hot aanbreken van den dag zou beginnen. Nu en dan wisselden patrouille en schild wachten het wachtwoord. Do officier, die zat te schrijven; was nog jong en toch was'zijn haar reed» geheel •ijs, terwijl zijn gebronsde gelaat met rim- els'was doorploegd. In zijn oogen evenwel schitterde een jeug dig vuur. Het was Jean d® Trémazan, die thans ge neraal was geworden ©n vereerd werd met de persoonlijke vriendschap van den keizer. Zijn brief was gericht aan mevrouw Rose Lesson, op hot kasteel La Guyonnière, nabij Lamballe (Bretagne, Frankrijk). Wij ©taan aan don vooravond van oen grooten, beolieeenden veldslag. De strijd zal hevig zijn. Onze vijanden zijn dapper en tal- jrfjker dan wil. Tooh zal het genie van den keizer ons tot de overwinning voeren, daar hen ik zeker van, maar. niettemin 6chrijf ik ,u, van de «somberste voorgevoelens bezield. De vrees den dood niet, maar. ik voel, dat hij nadert en niet ver meer al ia. Gij moet de volle waarheid weten. Ik heb n hartelijk lief en voel voor u allen de innigst© gehecht heid en toch zal ik dien dood zegenen. Sedert den dag waarop ik Thérèse heb zien ster ven, verlang ik naar hem met ai mijn kracht, Met laar is de hoop op levensgeluk geheel in mfj uitgedoofd. Sedert heeft niets mij meer afleiding kunnen geven of mijn smart ver zachten. Noch Egypte met zijn pyramiden, noch Italië waar wij roemvolle overwinnin gen hebben behaald, Marengo en zooveel an dere, noch Oostenrijk, noch do Rijn, noch dlo eerbewijzen en verworven graden, noch de vriendschap van ©en veldihoer wiens roem nog in latere eeuwen^ zal voortleven, niets in één woord heeft mij ook maar een oogen hlik kunnen troosten. Ik weet niet welke ge heimzinnige stem mü waarschuwt, dat het einde nadert on dat de rust nabij is. Gisteren ontmoette ik den keizer. Hij kwam mij mot een glimlach tegemoet en zeide: Gij hebt mij nooit eens iets te vragen, Trémazan. Ik antwoordde: Mij blijft niets te wenschen over, sire, gij overlaadt mij met uw gunst. Gij zijt wel onbaatzuchtig. Toen zeide ik: Welnu, sire, waar gij mijzelf aanmoe digt, zon ik u wel twee verzoeken willen doen. Spreek. Het eerste is, dat ge u genadig toont tegenover Barras, die in ballingschap leeft. Heeft hij u opgedragen mij dat te ver- zooken? Neen, sire, maar ik heb voor hem ©en groote dankbaarheid, zonder ihiem zou ik uw beschermeling niet zijn geworden. De keizer dacht een oogenhlik na, ik zag dat hij aarzelde, maar eensklaps zeide hij: Wij zullen zien. Thans uw tweed© ver zoek, Trémazan? Wanneer ik sterf op het veld van eer en men mijn lijk terugvindt, moge mijn fa milie in Frankrijk het dan begraven. Is dat alles? Ja, sire. Vreest gij dan te zullen sterven? Ik heb den dood nog nooit gevreesd, sire, maar ik verlang naar hem. Nog altijd verdriet? Nog altijd, aire. Toegestemd, maar ik wil, dat gij zult leven, ik heb u nog te veel noodig. Mijn bloed behoort u toe, dat weet gü, eire, maar mijn leven behoort aan God» Hij verwijderde zich. dan den laatsten wil van uw ongelukkigen broeder. Ik wil rusten naast Thérèse. Ver eenig onze overblijfselen in hetzelfde graf, in de gewijde aarde van ons familiekerkhof en laat daarop een steen leggen waarin onze namen zijn gebeiteld. Arme, lieve Thérèse, welk een glans van vreugde verhelderde haar gelaat- f?en 23,1 mij op haar sterfbed weerzag! Welk eene vreugde vopr mij te weten, dat ik mijn laat- sto verblijf mot haar zal doelen. Het leven had ons gescheiden, de dood zal ons veree nigen. Ik eindig. He dag breekt aan, huiten blaast men de reveille, het kamp wordt weer levendig. Mijn lieve vriendin, ik moet u vaarwel zeggen, denk dikwijls aan mij, aan mü, die u nooit heeft vergeten. Woest er; van over tuigd dat ik n liefhad met alle kracht van mijn ziel. Loeft vereenigd en gelukkig. Van verre kus ik de blonde kopjes uwer beide kinderen. Dat zij braaf zijn, moedig en trouw zooals bun vader. Vaart allen wel! Vormt één gezin! Sterke God u op uw levenspad' en denkt nog dik wijls aan mij. Herinner o, mijn Rose, onze ouders, onze doode vrienden en uw broeder, die misschien spoedig bij hen zal zijn. Ik omhels u alDv tceder. Uw broeder, JEAN. Zijn voorgevoel had hem niet bedrogen. Austerlitz, de schitterend© overwinning' zon aan Frankrijk vele dapperen kosten. Generaal de Trémazau behoorde tot edelste slachtoffers. Hij had voor het minst de vreugde E«h»<£ den roem van het keizerrijk te mogen b« wonen, den val er van behoefde hii niet beleven. Na een dag van zegepraal viel hii op h veld van eer. wcnsöh vau den ongelukkige werd vervu11 Op het kerkhof van La Guyonnière een steen geplaatst waarin twee namen v ren gehouwen: THERESE NOLLAN JEAN DE TRÉMAZAN. 20 Maart 1806. EINDE. -r

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 10