kAKPETTÊN
IVONNE,.
P. J. JANSSEN
DE OORLOG
Brieven uit de HftrtaMMfMter.
BINMENUNiT
FEUILLETON
KOiiD ÖE LITURGIE
h. Warmoesstr
adres.
VERSPREIDE BERICHTEN
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT d1R£eblad
VI.
Naar hetgeen ik zoo nu en dan uit de gesprek-
Ke" cler katholieke Meerbewoners hoor, worden
'Ju brieven nu niet zoo objectief beoordeeld.
Ofschoon ik getracht heb de toestanden in de
Weer voorgelicht doo: personen die het weten
gunnen zoo zuiver mogelijk weer te geven,
p.uanks dit alles heeft men gepoogd uit mijn
°.rieven meer te lezen dan hetgeen in mijn bedoe-
lag, bij het schrijven ervan,
j. wat b.v. de pogingen betreft om onder de
K. militairen meer" katholiek leven, meerdere
?,n|wikkeling en solidariteit te brengen op katho
liek terrein, hetzij dan door een R. K. Militairen-
preeniging of een R. K. Militaire Ontwikke-
'ngsclub, ook hieruit heeft men iets gehaald,
at er niet in zat.
Omdat ik nu propageerde voor een speciaal
Mholieken band onder de militairen, heeft men
5aaruit maar geconcludeerd dat m. i. het be
gaande Militair Tehuis niet deugde! En juist
act tegendeel is waar!
Ifl het „Kath. Volk" en in dit blad heb ik
Vermalen mijn dank betuigd voor de stichting
Va« dit Tehuis, dat open stond voor alle militai-
leib maar nu komt het voornaamste voor
katholiek militair is een dergelijk tehuis waar
'?'J na afloop van den dienst zijn vrijen tijd door
mengt, m. i. niet voldoende,
bat is de kwestie en niets anders.
Immers, iedereen die het soldatenleven kent,
^al moeten toegeven dat het vol gevaren is. De
jmgelijksche, kameraadschappelijke omgang met
"Hüersdenkenden beperkt zich niet alleen tot e.
spelletje kaart of een partijtje dammen. Daar
Worden andere zaken besproken en beoordeeld,
°P een wijze waar men dikwijls verstomd van
Waat Of dit nu gebeurt uit onkunde of moed-
Fn doe* er n'ct toé. Het is en blijft een feit.
0111 daaraan wat te verhelpen is ontwikke-
ta En die ontwikkeling kon het Mili-
tehuis ons niet geven; welnu, daarom,
"''een daarom, hebben wij getracht en geluk-
met succes hierin verandering te brengen,
Waarvoor wij de volle medewerking hebben ont
ogen van den ZeerEerw. Heer Pastoor en
Kapelaan van Hoofddorp. En wie hieruit nu wat
fnders wil lezen, die ga z'n gang maar.
Uit het bovenstaande blijkt evenwel dat er
Van onze brieven toch wel notitie genomen
Wordt. En dat verheugt ons. Want juist door
•kspreking van dergelijke zaken in het openbaar
Worden vele misvattingen uit den weg geruimd.
T" daarom hopen wij dat met den steun van de
katholieken van de Meer, door middel van dit
blad nog vele misstanden zullen worden uit den
Weg geruimd.
Daarom niet langer aangedragen met zaken,
die zich vroeger hebben voorgedaan! Daarom
"iet langer over politieke kwesties gepraat, die
^oeger zoovetl verdeeldheid hebben gebracht,
waarbij men toch van weerszij voor de
°ueke zaak het goede bedoeld heeft!
aarom niet langer ook iedere daad van
propaganda en Roomsche activiteit, wanneer
ze wordt opgezet door een niet-Meerbewoner,
enzijdig beoordeeld en afgekeurd
Df men nu uit de stad komt of van het platte-
'and, dat doet niets ter zake. De hoofdzaak is
büjft de doorvoering en toepassing van onze
atholieke beginselen in de maatschappelijke
samenleving. Daaraan moet door allen worden
pearbeid, zonder uitzondering. Dit aan de
^atliolieken van Nederland uit alle standen en
rangen der maatschappij duidelijk te maken is
ae taak der katholieke pers. En dat die taak niet
Zwakkelijk is, bewijzen de feiten!
Want het eigenbelang van velen, brengt der
•katholieke pers ook hier vele vijanden op den
bals, vooral wanneer deze naar plicht nu en dan
°P duidelijke wijze niet alleen de rechten, maar
°°k de plichten van iedereen voor oogen houdt.
Welnu, om den band neg krachtiger te maken
'll3sehen de katholieken van de Meer (vooma-
le"(k can hare hoofdplaats) en onze katholieke
vooral onze „Nieuwe Haarlemsche Cou-
b|". daarvoor heb ik mij aan 't schrijven gezet
u Pat.deze pogingen succes zullen hebben in het
ii bng van de katholieke Meerbewoners zelf,
bscht van harte
OBSERVATOR.
Anti Dnitsche relletjes te Milaan,
Een landgenoot, die de Anti-Duitsche relle
tjes te Milaan heeft bijgewoond, schrijft uit
Lugano:
,,'s Avonds op het Domplein meende men een
verdacht licht op een gebouw hotel vroeger
toebehoorend aan een Duitsche gezien te
hebben. De kranten meldden reeds hoe dit ge
bouw toen geplunderd werd. Dat was de aan
vang van een algemeene plundering en vernie
ling van alle zaken, die door Duitschera of
vroeger door Duitschera gedreven werden. Ik
zag opgeschoten jongens, die met de Italiaan-
sche vlag, door den grootsten gedragen, voorop,
de straten doorgingen en aan wie, zooals ik ver
nam, heeren, die een lijst met namen van
Duitsche of Oostenrijksche bezitters hadden,
aanwezen, welke zaken zij moesten vernielen.
Die bezitters waren natuurlijk reeds lang afge
reisd vele zijn hier in Lugano maar had
den dan somtijds de zaak overgedaan. Toch was
zulks geen reden om niet al het meubilair uit de
zaak te dragen, op straat stuk te slaan en dan in
brand te steken.
Overal zag ik brandjes op straat, de politie
stond daar kalm naar te kijken. Per tram door
kruiste ik de stad. Overal tooneeltjes van van
dalisme.
Ik hoorde in de tram een paar Italiaansche
dames hun misnoegen hierover uitdrukken, doch
een heer zeide: „Wij doen niet anders als wat
men in Engeland ook gedaan heeft."
Bij 't Duitsche consulaat was de straat be
dekt met papier en zag men verscheidene per
sonen, die enkele brieven van dat consulaat in
de hand hadden. AI de inboedel was daar ook
uitgedragen, gedeeltelijk verbrand en gestolen.
's Avonds werd de toestand nog veel erger
toen n.l. de verlichting uit vrees voor een
aanval uit de lucht niet ontstoken werd.
Ik waagde het toen ook per tram een tochtje
te doen, maar moet bekennen, dat'ik mij onvei
liger gevoelde als gedurende het bombardement
van Antwerpen, dicht bij die stad. Opgeschoten
jongens liepen met knuppels door de straten,
roepende „ai Tedeschi," los op de Duitschers!"
Den volgenden morgen dus nadat veel ver
nield was zag men proclamaties, dat de orde
door militairen gehandhaafd zou worden. Yele
zaken hadden gedrukte billetten op de vensters,
waarop stond: „Italiaansche zaak", of „Eige
naar Franschman, Zwitser," enz. Tevens wer
den de reeds vernielde panden nu bewaakt en
met planken dichtgespijkerd.
Ik deed nog een uitstapje naar Yarese, doch
in den trein moesten de gordijntjes dicht blij
ven, nit vrees, dat men iets van de militaire be
wegingen zou gadeslaan.
Verschillende publieke gebouwen in Milaan
werden voor hospitaal ingericht. Men zag dan
sporen door de straten leggen, om gewonden,
die met den trein aankwamen, zonder overdra
gen in andere wagons door de stad te kunnen
vervoeren."
In een granaten-orkaan.
Ksiunin, de bijzondere correspondent van de
Nowoje Wremja, geeft in een bericht uit Lem-
berg d.d. 81 Mei een levendige beschrijving van
den verbitterden tegenstand der Russen aan de
San tusschen Jaroslau en Radymno tegen de
overmacht van kanonnen en munitie van den
vijand. „Tien dagen en nachten achtereen heb
ben officieren en manschappen onophoudelijk
gevochten, zonder te slapen en de aanvallen
van den vijand met goed gevolg gekeerd.
Een Duitsch legercorps werd zoo zwaar ge
teisterd, dat het naar de achterhoede moest om
zijn verliezen te herstellen. Intusschen vonden
onze dappere kerels tijd en energie, om 13 K.M.
loopgraven aan te leggen. Maar op den ochtend
van den 24sten Mei voerden de Duitschers een
groot aantal zware kanonnen, die door auto's
getrokken werden, aan. Toen begon een bombar
dement zonder weerga in de negen maanden
van den oorlog. Te Radymno alleen werden
door de Duitschers 700,000 granaten in 24 uur
afgeschoten.
De golf van brisantgranaten vaagde onze loop
graven weg, barste midden in de divisie-staven
en reserves en trof zelfs verwijderde transport-
kolonnos. Het gordijn van springende projec
tielen maakte de vijandelijke linie onzichtbaar.
Het werd onmogelijk, om bespanningen aan te
voeren om de kanonnen weg te halen, In die
hel hielden twee van onze regimenten het uit
onze
en hielden den vijand in bedwang, tot
hoofdmacht de rivier overgetrokken was.1
Een broodkaart voor een beer.
In de „National Zeitung" komt een verslag
voor van een eigenaardige rechtszitting. De be
klaagde, thans te Elberfeld gevestigd, was eige
naar van een menagerie en in het bezit van een
prachtigen beer, die echter zoo kiesehkeurig
was, dat hij slechts brood verkoos te eten. De
beklaagde had zijn broodrantsoen met den beer
gedeeld en werd daarom veroordeeld tot twee
maanden gevangenisstraf. In hooger beroep be
toogde hij, dat hij het dier niet kon missen,
daar het zijn middel van bestaan was. De recht
bank hield rekening met het eigenaardige van
het geval en veroordeelde den man tot 100 Mark
boete, maar gaf hem tegelijkertijd den raad zieh
tot den regeeringspreaident te wenden om de
voedering van het dier toe te staan. Wanneer de
regeeringspresident het verzoek inwilligt, zal
de beer dus in het bezit komen van een brood
kaart.
Bloemenzakjes.
Men schrijft aan de „N. R. Ct.:"
Overal in België wordt thans door dames en
schilders hard gewerkt om honderden en nog
eens honderden leege bloemzakjes van het
American Relief Fund door handwerk of schil
derwerk te versieren. Wjj zagen te Auderghem
bij Brussel een werkelijk fraaie collectie van
bekende schilders, die daar in die buurt gere
geld werken.
Fradie landschappen 0p <je achterzijde van
zoo'n bloemzakje of de voorzijde, geheel of ge
deeltelijk met al of niet gebruikmaking der
Amerikaansche versiering der zakjes, een wer
kelijke artistieke verzameling.
Ook te Brussel ziet men ze in de handwerk
winkels, geheel en gedeeltelijk bewerkt. In den
kuiselijken kring is men er drulj mee bezig. Te
Turnhout werd er zelfs reeds een tentoonstel
ling van gehouden.
Dit alles wordt gereed gemaakt om naar
Amerika te worden gezonden als een hulde van
de Belgen voor den door Amerika verleenden
steun, en het beloofd een waardige hulde te
worden, want er zal werk van eerste meesters
bij zijn.
De Fransche „oorlogskruisen."
„De Parijsche correspondent van do National
Tidende" geeft een beschrijving van de nieuwe
Fransche „oorlogskruisen"' die als pendanten
kunnen gelden voor de „IJzeren Druisen."
Men ziet ze te Parijs nu voor het eerst, dragen
en vol bewondering staren de Parijzenaars naar
de kleurige linten waaraan die militaire eere-
teekenen zijn gehecht. Dat lint is smaragd
groen met een diop rooden rand en heeft veel
gelijkenis met het lint van het St. Helena Kruis
dat destijds aan de laatste grenadiers van Napo
leon werd verleend.
Door een besluit van. de Fransche Kamer
wordt dit nieuws militaire kruis aan alle Fran-
schen en vreemdelingen van het leger en de
vloot verleend die gedurende den tegenwoordi-
gen oorlog loffelijk genoemd zij bij dagorder.
Het kruis is vervaardigd uit brons en draagt
het opschrift 19141915.
DE. BOTER.
Vanwege het Rijks Centraal Bureau voor
den uitvoer van boter, wordt het volgende mede
gedeeld
De maatregelen door bet Bureau in de laatste
weken ten opzichte van den beperkten boteruit-
voer getroffen,zijn zoodanige,dat er een behoor
lijk evenwicht in den handel is ingetreden.
Door 25 pet. der wekelijksche boter-produc-
tio in het land te houden; (0 pet. te exporteeren
en 5 pet. met bijgekochte consenten te mogen
uitvoeren, blijkt dat er voldoende boter in Ne
derland aanwezig blijft en dat de waarde der
consenten per K. G. boter juist gelijk is aan
het verschil tusschen den door Z.Exc. den Mi
nister van Landbouw vastgestelden maximum
engrosprijs voor de nm&nd Juni en den prijs,
die in het buitenland thans wordt bedongen.
Door dezen maatregel nan de binnenlatidsche
koopman zich thans zelfbehoorlijk van boter
voorzien tegen een pnjs tot hoogstens den
maximum engrosprijs e" v- ordt de hulp van het
Rijks Centraal Bureau.by het koopen van boter
schade voor den producent laten.
Het is echter wel te betreureu, dat verschil
lende personen, herhaaldelijk; door het Rijks
Centraal Burau aan boter geholpen, zonder
eenige kennisgeving bij het Bureau de door hen
bestelde en ook reeds afgeleverde boter, plotse
ling weigeren in ontvangst te nemen en de
schad voor den producent laten.
De appreciatie tegenover dezen regeerings-
maatregel gaat bij dergelijke personen ook al
niet ver en het Rijks Centraal Bureau dient tbn
opzichte van hen voor het vervolg zijn maat
regelen wel te nemen.
„NIEUWE VERHOUDINGEN."
De Resb. schrijft:
Herhaaldelijk hebben we doen opmerken, dat
de sociaal-democraten er ten onzent steeds de
fraaie gewoonte op na hielden, anderen iets te
verwijten en het zelf te doen.
We zien het thans ook weer.
Hoe vaak heeft een socialistische mond het
uitgebazuind, dat de kerkelijken, speciaal de
Katholieken, overal scheiding willen, zich ach
ter hekjes opbergen, enz. enz.
De Nemesis heeft hun zulke verwijten al lang
ingepeperd. Bij verschillende gelegenheden
bleek reeds, dat ze zelf niet anders doen. Deuk
aan hun jeugdvereenigingen, socialistische pad
vinders, muziekkorpsen, enz., enz.
Het komt nu echter weer fraai uit.
Zooals men weet, hebben zich hier en daar
revolutionnaire socialisten tot een verbond ver-
eenigd. Leiden was daarover zeer in last. Wat
te doen, vroeg al een afdeeling of wat. fn „Het
Volk" komt nu een uitvoerig advies van het
partijbestuur voor, waarin den bewusten wordt
voorgehouden, geen lid te worden van die
nieuwe organisaties, want:
„de leden der S. D. A. P., die zich bij
het Verbond aansluiten, organiseeren zich
daardoor buiten de partij met hare meest ver
bitterde vijanden, om haar door een andere
partij, in den geest der S. D. P. te vervan
gen."
Soms afgekeken van.... de hekjeszettende
Katholieken?
We lezen verder nog in het advies:
„Daar dus het P. B. elke georganiseerde po
ging tot vaststelling eener nieuwe talctiek
thans voorbarig en schadelijk voor eene normale
doorwerking van de zieb steeds veranderende
nieuwe verhoudingen op het denken der arbei
ders acht, zal het niet in de fout der oprichters
van het „Verhond" vervallen, door op zijn beurt
tegenover de taktiek, waarop dit zich vastlegt,
een nieuwe taktiek te stellen of de tot heden
gevolgde taktiek onzer Partij als onverander
baar voor de toekomst voor te stellen."
De heeren bobben meer de gewoonte, telkens
maar te spreken over „taktiek", als er hun be
ginselen in 't spel zijn. Nu, ze zullen er niet
velen door verblinden, 't Is immers al te duide
lijk, dat de partij voor de „doorwerking van
de zich steeds veranderende verhoudingen op
het denken der arbeiders," haar beginselen ook
maar verandert.
Ze hebben het vaak over de radicale hervor
ming, die ze over de wereld willen brengen I
Denk u zoo'n hervorming door een partij, die
door één oorlog van ettelijke maanden zelf radi
caal moet hervormen. I
WAAROM GEEN 1IOLLANDSCH?
De heer A. L. van Blommestein te Rotter
dam schrijft in „Neerlandia," naar aanleiding
der verschijning van het Nederlandsche Wit
boek:
„Het trof mij dat de Engelsche gezant al zijn
offieieele stukken in het Engelsch schrijft en
de Nederlandsche Rcgeering in 't Fransch ant
woordt. Ook aankondigingen tot de Regeering
en het publiek gericht acht de Engelsche gezant
niet noodig in een andere taal dan in het En
gelsch te stellen.
„Eveneens stelt de Duitsche gezant al zijn
stukken aan onze Regeering in het Duitsch,
en onk hem antwoordt onze Eegeering in het
Fransch.
„Ik meende dat Fransch de „diplomatieke
taal" was, zooals de vorige Minister van Bui-
tenlandsehe Zaken ook nog te kennen gaf.
„Sinds wanneer zjjn ook Engelsch en Duitsch
„diplomatieke taal" geworden?
„Was het onmogelijk dat de Nederlandsche
Regeering op deze in Engelsche en Duitsche
taal gestelde stukken, in het Nederlandsoh
antwoordde? Als de Duitsche en Engelsche
Regeering en bare gezanten de eigen nationale
taal gebruiken, waarom doet de Nederlandsche
Regeering dat dan ook niet?"
De opmerking schijnt volkomen juist, merkt
de Resb. aan.
Nu het Fransch als algemeene diplomatieke
taal heeft'afgedaan Amerika, .Tapan, China
houden er zich ook niet meer aan en men
Zoo
pioee. ,v°Hiepon weken en maanden. Het
vou r i had een kalm V6rlo°P- Èlly
- ibgoi-t., ba'd haar getuigenis «tegen Ivonne
(We,ü i sen en dus was een verder verhoor
deeid 8; UJaar ook Elly was niet veroor-
verVió v>eeou® gebrek aan bewijzen en dus
Wv; u' no8 vóór dat de lente in het land
Ver<i„akten gesloten. Naar Ivonne was
ïeviAuaviaa£ eodaan, de eens zoozeer
;ai 0.Ile® °n Wert scheen geheel
««ten te zyn. Een bitter glimlachje vloog
uaar mond, toen zij den brief van den
yOor('f&t dichtvouwde. Edmond's beeld rees
iw; aar °P en zij wist zelf niet, dat zij
schreide.
ie Jij0 kwam verschrikt aanloopen en streel-
l 'La»? -d 'We blond« lokken.
weeuen, Lize", zeide zii op hare
''e üc ..J"' 611«Het zijn de laatste tranen,
stort™ hoofdstuk van mijn leven
,n° I'd stuk T -ot, was e8Q veelbewogen
h°op liet L m' v,6!' eon nieuw. en naar
Ai'ip, laatste, het rustigste!"
s avonds, voordat zii zich ter ruste
legde, vloog hare ziel nog eenmaal naar
Edmond Brand, die zijne liefde zoo gemak
kelijk had opgegeven, die geen hand had
uitgestpken, om naar haar lot te vernemen.
Zoii !hij haar reeds vergeten hebben!
Ivonne had al haar wilskracht noodig, om
zich staande te houden; somtijds meende zii
te bezwiiken, maar haar hart was geloovi-
ger en verstandiger geworden, zij vertrouw
de op God en Zijne beloften, en dat alles
was haar als een sterke rots.
Toen Lize weer geheel hersteld was en
hare krachten had teruggekregen, begon
Ivonne over haar toekomst te denken; in
overleg met deze waarachtige vriendin, be
sloot zij eene met hare kennis en bekwaam
heid overeenstemmende werkkring te zoe
ken. Lize als de oudste en meest ervarene,
las en zocht in de couranten naar passende
betrekkingen, maar het geluk scheen Ivonne
niet genegen; zij kon niet klaarkomen. Diepe
neerslachtigheid maakte zich van haar mees
ter, hoewel de oude schoolmeester en zijne
dochter haar moed inspraken. Er was reeds
een jaar met vruchteloos zoeken voorbijge
gaan.
„Vandaag is het juist een jaar geleden, dat
ge aan onze deur kloptet", zeide Lize glim
lachend, toen zij bij het ontbijt tegenover
Ivonne zat.
„Ik dacht er juist aan."
„Daarom süit ge zoo stil e» toch hebt
go reden om u ui ei .ons hj verheugen! Ge
hebt geen gebrek ge'cecu en zijt in een warin
nest geborgen, welistt":'ar kon het wat zach
ter zijn, maar het £'ia|; z°o toch ook, als 't
niet anders kan. ,lk ^'Ün gezondheid en
krachten teruggeki'e=ejn is dat geen te
rugblik, waarop wil .P^ch kunnen zijn!"
„Wanneer iemand bin en dankbaar is, dan
ben ik het," hernam bvonne. „Maar de tijd
vervliegt en ik g*een stap gedaan
om mijn toekomst V .yorzekeren!
„Verzekeren?, O, j^u lieve Ivonne, dat is
te veel gezegd; zeBs wanneer go een good®
betrekking vindt, z«l uv.e toekomst niet ver
zekerd zijn.... een .V1.eenjd huis bergt zoo
veel verauderlijkbein zich, de luimen van
éóu menscli zijn genoeg daartoe.een eigen
tehuis alleen biedt ons bescherming. Hebt ge
er nooit aan gedacht, een eigen haard te
stichten?"
„Ach, beste Lize, ik heb geen geluk
eenmaal heb ik op den drempel van het pa
radijs gestaan, ik had er nauwelijks een
blik in geworpen, of ik werd door een engel
met het vlammenzwaard verdreven."
„Ik begrijp het, het was destijds.... arme
Ivonne! De vooruitzichten op Ihoogere krin
gen moet ge laten varen, maar er zijn ook
bescheiden woningen, waarin een plaats is
te bezetten. Hebt ge reeds aan het schoolge
bouw in Hilfthal gedacht? De jonge hooi'd-
ojMlerwijzer is een verstandig, in zijn vak
bekwaam man; in den Jaatsten tud is hu
dikwijls hier geweest, veel vaker dan vroe
ger en.... nu ja, ik heb den stillen wensch
fn zijne oogen gelezen, hij zou u gaarne- als
zijue vrouw m zijn woning voeren.... be
denk u eens goed, liefste Ivonne. het Hilft-
lialer schoolgebouw zou u voor het ronddo-
len in de wereld bewaren. Ik weet. gij hebt
droevige ervaringen op gedaan.... de hoog
vliegende plannen zijn verdwenen, gij ver
langt naar een stil vreedzaam telmis."
„Ik heb niets te bedenken, goede Lize, mijn
weg voert voorbij Hilfthalantwoordde
Ivonne treurig en ging de kamer uit.
„Het is tevergeefs, zij heeft eens gevlogen
en heeft de vleugels behouden", meende
Lizo peinzend. Toeu begon zii de zoo juist
gekomen couranten* door te lezen. Zij las al
les zeer vluchtig, maar opeens bleef 'baar oog
op een advertentie rusten; zij las en herlas
ze en riep ten laatste Ivonne er hij, die zij
de courant overreikte.
„Lacht u de betrekking niet toe?" vroeg
zij na eenige oogenblikkcu, waarin Ivonne
stil bad gelezen en nagedacht.
„Do verpleegster eener hij tijden krank
zinnige vrouw te zijn, is een verantwoorde
lijke positie, maar ik zal de betrekking aan
nemen, ingeval men mij geschikt acht."
„Slot Woltersdorf in Silezië"zcida
Lize peinzend, „dat klinkt heel mooi."
„Wilt gij voor mij schrijven, Lize? Mii
CCLXIV.
TONSUUR OF KRUINSCHERING.
De tonsuur of kruinschering is, zooals wü
reeds zeiden, geen eigenlijke wijding, want
zy verleent geen enkele volmacht. Zij is
slechts een ceremonie, waardoor een jonge-
die zich tot liet priesterschap geroepen,
gevoelt, m een nieuwen, van den leeken ver-
sch.ilenden stand officieel wordt opgeno-
n drVnr' p!tif.ijherl'eid> waardoor hij op zin
neb ee digo wyze aan do wereld verhaakt en.
gt ice! en al des Heeren eigendom wordt Do
geaachtc aan verzaking van de wereld en-
overgave aan God, beheersen t daarom cert
mom en en gebeden der tonsuur.
Vergelijkt men de Kerk met een ]cg..r
dan zyn zy, dm de kruinschering ontvangen]
üe jeugdige soldaten, die beginnen te leercn
hoe zij de wapenen moeten hanteeren om
later officieren te worden en van overwïn-
mngen te kunnen spreken, reerut en, waar-
i c oi Christus binnenkort Zijn leger zal aan-
vullen en versterken, pages van den Koning
ei koningen, die met bijzondere zorg opgc-
voed en met de spijzen Zijner tafel zuilen
gespijzigd worden. In den tnin Zyner Bruid
ue li. kerk zyn zij de jeugdige planten, dia
beginnen uit te loopen, de eerste bloemen
van Zyn bloemperk, de eerste knoppen van
hWuWn"Sffrd' -Mlen ,Hij luet Zdn kostbaar
he?.lt, w,ileu besproeien eu die zijn
aarde11 aan de niteinden der
Ziet, daar naderen twee aan twee da wij
delingen, gekleed m een zwarten toog, met
een koorkleed (snperpli) op den linkerarm
en een bramlende waskaars in de rechter-
hand. De Bisschop begint nu de II. Mis, doch
onderbreekt deze, zoodra hij het Kyrie Elei-
son gebeden (heeft. Dan toch zet hij'zicli voor
het midden des altaars neder, gelijk Chri»
tus onder de Zijnen en de aartsdiaken roept
1 - moor stem: „Dat alten, die gewijd moe
ten worden nader komen!" Allen treden nu
aan vóór den Bisschop, plaatsen zich zoo
veel mogelijk in een halven cirkel en knie-
en. neder. Vervolgens wordon de wiideliugen
ieder by hun naam geroepen eu door hun»
„Adsum. (dr.; ik ben aanwezig) betuigen
zij telkens, dat zij tegenwoordig zijn. Deze
oproeping is niet zonder betseken is. Nie
mand toch kan in den heiligen krijgsdienst
oei Kerk treden, tenzy geroepen zooala
Aaron; het zyn allen nieuwe Samuels, le
vieten, die den Heer zullen dienen. Door een'
plechtig contract, in de tegen woordigheid
van getuigen, voor het annsehün van hemel
en aarde, m de heiligheid van den tempel
a^Vhiin6™1 ^taigen- z-ii bereid
h?7.
Zy willen dus God alleen tot hun erf
den kiezen. De wereld moge nog zoo aan
lokken door hare vermaken en bcdriegelijke
verleiding, hun besluit is genomen: in het
witte kleed der onschuld willen zii Gode al
leen toebchooren. Door hun „Adsum!" wil
len zij als 't ware zeggen: „O mijn God, zie
my hier, ondanks mijne zonden, zwakheden
en gebreken; zie mii hier met miin ziel eu
myn lichaam, om ze toe tewiiden aan U in
de uitoefening der priesterlijke bedieningenI
Zie my hier met mijn verstand, dat voortaan
slechts Jesus en Dien gekruist wil kennen,
met mijn hart. om TT beminnen, miin God*
U alleen en de z.ielen, die Gii tot den clood
toe bobt liefgehad! Adsum! Zie. ik bmi aan
wezigl
onze regeering niet meer in ééne overeenge
komen taal, maar in eene taal naar eigen keuze
aanschrijft, hebben wij het recht eveneens de-
taal te gebruiken die wij verkiezen.
Dat te Parijs, Berlijn of Londen, geen Neder
landsoh wordt verstaan, behoeft men waarlijk
niet te vreezen 1
VERLOVEN AMBTENAREN TER
GEMEENTE-SECRETARIE.
Het hoofdbestuur van den Ned. Bond van
Gemeenteambtenaren heeft besloten den mi-
n is ter van Oorlog te verzoeken zooveel mo
gelijk gevolg te geven aan de verzoeken van
gemeentebesturen om aan ambtenaren ter
secretarie, die gemobiliseerd zijn, verlof te
verleenen. De gemeentesecretarissen zijn ala
gevolg van alle buitengewone maatregelen,
verband houdende met de tijdsomstandighe
den, zoodanig met werk overladen, dat deza
werkzaamheden met overal meer naar be
lmoren kunnen worden vervuld en hier en
daar groote achterstand ontstaat In dit be-
n'e 1 Worden voorzien door tijde-
hjke aanstelling van personeel dat met de
^emeento-aaministratie niet vertrouwd is*
dunkt, uw hand is gelukkiger dan do mijne."
Lize haalde de schouders op, doch ver
klaarde zich bereid Ivonne's wensch te ver
vullen. Het scheen -waarlijk, of Lize een ge
lukkige hand had. Na verloop van een week
hield Ivonne het contract in de hand, dat
haar tegen een hoog salaris tot gezelschap
en verpleging eener ziekelijke mevrouw
Burgholt, de moeder van barones Wollcrs-
derf, verplichtte.
Op den vooravond van Ivonne's vertrek
zeide Lize plotseling: „Ik weet niet hoe ik
het heb, maar ik ben zoo angstig, dat ik u
van de reis zou willen terughoudenik
vrees, dat u de taak te zwaar zal zijn en dat
uwe zenuwen in den omgang niet een on
toerekenbare oude dame, voel te li;den zul
len hebben". t
Ivonne glimlachte. „Wees niet angstig, ik
ben voorzichtig en zou de taak mij te moei
lijk zijn, nu, dan maak ik mij over een jaan
vrij en kom terug."
„Er zouden van weerszijden onaangenaam
heden ontstaan, wanneer ge u terugtrekt; gif
hebt nu eenmaal de betrekking aangenomeu
en barones Wolterdorf heeft geschreven, dat
zij u ten volle vertrouwt en dat hare moe
der volstrekt niet gevaarlijk en nu en dan
zelfs zeer verstandig is. Ga dus met God.
miin kind, wij mogen uw hart niet vóór dem
tijd beangstigen. Alleen wanneer men teveel
van uwe krachten vergt, herinner u dan het