TWEEDE BI 3D ATTE IVMR£ P. J. JANSSEN FEUILLETON DE ODKLOe dïrri," cpHaïïe ttE TOESTAND IN BELG1E *ftegang h. Warmoesstr. goedkoopst adres. DIHSDHQ 22 JUNi •Vu VERSPREIDE BERICHTEN nieuwe haarlemsche courant (Vun Jaeger Bchrcef ik. a dr, u ai ^ïja 2e er onzen Brusselschen correspondent.) BRUSSEL. 13 Juni 1915. al eons, hoe geheime 4 ai zij.i ze er naar j;do meeuing ilir Belgische eevolking trachten te be- 'vloeu0u aoor heimelijk een blaadje te ver duiden en bauugenooten te winnen, .Veel j^'dacht is er niet aan geschenken. Maar J1» zd.n deze personen voortgegaan en schij- ,fcl* Zij de hoop te willen wekken, dat door d'vdoea oen politiek doel kan worden na- ^deeïd. j streven wordt duidelijk getypeerd door uieoeueeliiig van het Duitsche bestuur d Belgjë, welke tevens een bondige samuir "Uing >an oer toestand mag worden ge- i0tuiu. Ik iaat die meueoeeiiiag hier onver st volgen: "In net geheim worden onder het volk pitsende artikelen en opruiende vlugschrif- j/tj Verspreid. Leze geven een vols treat gal- J''10 voorste.ling van den militairen toestand lri daaruit dan zekere besluiten van politie- "u aard te kunnen afleiden. I Uo hierna volgende feiten weerleggen deze "Senachtige berichten: i Up het westelijk front hebben de Duitsche nnrlurt. acht maanden het offensief Pen sedert acht maanden het offensief l'* Franse hen en der Etigolschen onder de *!li® gehouden. In Champagne evenals tus- i;llen Maas en Moezel zijn de groote Uoov- n'ekingspogingen der bondgenooten mislukt. (i<; jongste aanvalsbeweging tusschen Atrecht 1 Ygieren, welke de Fransche opperbevel- fbber in persoon heeft willen leiden, is Uzelf de lot beschoren. Do kleine terrein- rist der verbondenen is volstrekt 'niet in ,®rhou<linc met hun buitengewoon zware ver- l'U-bn op deze plaats; deflieeliwat belangrijker pitsehe voordeelen bij Yperen kunnen ter e|®d opwegen. in liet Oostelijk front, is de aanvalskradht Kussen gebrtikcn. Tn Galicië hebben ze, ja een geweldige worsteling, een beslisscn- f® nederlaag geleden. De Russische legers ®vinden zich daar in vollen aftocht. Hun )"fci-lrezen zoowel aan mensdh.en als aan rna- ^tieel zijn reusachtig. Alleen aan gevange- 1,en verloren ze sedert het begin van den °°riog ruim één millioen man. .Bet jongste Duitsch-Oostenrijksch effen af heeft het gansebe Rmsisohe leger in een ?rstigcn en neteligen toestand gébracht. wordt de beteekeuie van deze neder- N.rr in Frankrijk en "in Engeland niet ge- °tehend. ■»,Ue hoop, die het Drievoudig erbood op Balie gevestigd had, ie niet in vervulling ^Saan. v/'iedaax hoe de zaken in werkelijkheid er '^ien. "et zijn enkel misdadigers, die de Belgi- ^''e bevolking steeds naeer met allerhande >alltehe geruchten paaien. Zli doen slechte S bedriegelijke hoep ontstaan, die niet vrimld kan worden. Het ergerlijke van do pk Rgi daarin, dat deze begoocheling do polking regelrecht tot weerstand tegen 't "kitsch© hfftnUT aanhitst, soowel bi} klel- ai6 hii aang<?l«f?eTlihe<3OT v8n belang. nadruk dient er daarom nogmaals op dat do Genernal-Gonvernenr ver gat is do kalmte en de veütóW van thot te handhaven. Moet het Hjn, «an.™ Jj ook niet nalaten al de daartoe noo'-JB pptregelen te nemen. Hil zal onverbiddo- en met de ui terete strengheid do over- p1®*! in gen die als gevolg van hoogerhedoeldo .Pïuiingeu te beschouwen zijn, weten te be ngelen. Gomeeno beleed!gingen in vlug- h'gsehrifteu of in buitenlandsc.he bladen *"Ken hem op geenorlei wijze kunnen beïn- 2,°oden, eens dat bij rich genoodzaakt zal pil met eene onvermijdelijke strengheid op 7 treden. De spot dorzelfde opruiers, wegenis ®£eve»dheid, wanneer aan misleide mi»- jfdigcrs genade geschonken wordt. zal evéh- pn eenig gevolg uitoefenen op zijne «re- jBelijn. Al deze drijverijen kunnen niets verande- r?n» daar do maatregelen van den Oenoraal- ®hvemenr steeds op rechtvaardigheid be ften en eeu enkel doel beoogen, namelijk P bevordering van bet welzijn van land en *°lk. .Wie geneigd mocht zijn zich te laten'mede- ®Pen door ophitsers, diene in overweging .te nemen dat er geene genade meer zal ge schonken worden indien de overtredingen toenemen. Alleen de gewetenlooze opruiers treft de verantwoordelijkheid, wanneer lieden die zich doar Ihton laten misleiden, de gevolgen hunner misdaden in alle strengheid te dra gen hebben." Tot zoover deze mededeeling. Een andere mededeeling sluit zich onmiddellijk aan hij wat ik reeds schreef over Mechelen. Zij be treft de opheffing van 't verbod, waarbij Me- cohelen van de buitenwereld was afgesloten en luidt woordelijk: „Daar een voldoend getal werklieden zijn diensten heeft aangeboden voor de werkhui zen der spoorwegen te Mechelen, ziin de door mijne kennisgeving van 80 Mei 1915 dwang maatregelen, te rekenen van middernac{k|t van 11 op 12 Juni, hierhü opgeheven. „Ik behoud mij eventwel het reclit. voor, de zelfde dwangmaatregelen opnieuw in te voeren, in geval het getal arbeiders van de werkhuizen dermate moest afnemen, dat de werken, noodig voor het verkeer der Belgi sche spoorwegen, daardoor zonden komen te lijden." Als bewijs voor wat zoo al niet moet ge regeld worden en dus administratieve en andere beslommeringen met zich brengt, mag do regeling voor het jacht- en viech- reéht gelden. Het gouvernement voor de provincie Na men had aan het GeneraaLGouvemement in structies verzocht voor de viséhverloven door officieren en soldaten aangevraagd. De Gouverneur-Generaal stelde de militairen onder <b zelfde bepalingen als voor de bur gers geldig zijn. 7ij hebben dezelfde voor schriften als de Belgische bevolking In acht te nemen en moeten dezelfde rechte» betalen. Dit geld wordt in de Staatskas gestort. Des nachts mag niet worden gevischt. Voorts is 't met bet oog op de tegenwoordige omstan- digffcieden, verboden te viasehen op minder dan 100 meter afstand van bruggen, sluizen I en andere waterwerken. Deze bepalingen 1 kunnen zoo noodig door de betrokken auto- j riteteu, bijv, voor de nabijheid van vestin- gen, worden verscherpt. Alleen door Duitsche officieren mag wor- den gejaagd, omdat dezen alleen over vuur- wapens kunnen beschikken. Hiervoor be hoeft geen recht te worden betaald: in Bel gië werden namelijk de jachtrecliteu steeds door particulieren geheven. De Stoat heeft er alzoo geen nadeel bij. Nog is bepaald, dat zonder toes temming van den eigenaar op particulier terrein niet mag worden gevischt. Er zijn in België altijd nog menschen, die van den toestand willen profiteerèn, zelfs ten koste van hun eigen landgenooten. Do Gouverneur-Generaal heeft dit. wat de 'graanoogst betreft, verbindend door alle overeenkomsten aunsraan.de den graanoogst nietig to verklaren, ook aj droegen ,;ij oen ■wettig karakter. Hierdoor wordt voorkomen, dat tengevolge van speculaties de prijzen zonden stijgen. Het heeft soms den schijn alsof half Bel gië door de Belgen zou ziin verlaten. Eenige cijfers geven hierop wel een eigenaardigen klik. Volgens de telling van 81 December 1912 bedroeg de Belgische bevolking toen 7,571,887 inwoners. Van die bevolking zijn nn iu Holland 20-000 vluchtelingen, in Engeland 180,(WO eu in Frankrijk 160,000. In het leger zijn 200,000 man. Tezamen dus 650.000, zoodat 'in België zijn7,000,0(H). Zoo heel veel zijn er niet weg, maar toch zijn er onder die vluch telingen vooral van Engeland, heel wat die rich in hun land voor bun land zélf zouden kunnen nuttig l^ken en ook voor zich zelf beter deden, zich in in Engeland niet met «cbeeve nekken te laten aankijken. u. DE BRAND VAN BORYSLAW. De oorlogscorrespondent van den Berliner Bëreen-Courier in Galicië schrijft: Daarginds staan de napbta-bronnen in lichte laaie. Zij branden dag en nacht, sedert zes dagen on zes nachten. Zwart stijgen, reeds wanneer men Drohébyc® verlaten beeft, de rookwolken, rooktoren® on rook- vnlkanen naar den wolkeloozen hemel. Dicht hij de ongelukkige stad Boryelaw beginnen dan de donkere stoomkolossen in de diepte te schitteren en te verblinden: nog steeds sdhieten de gouden flarden on de gouden wolken nit den grond op, nog steeds laait de olie. Nooit is op zoo groote schaal brand gesticht als in Boryelaw, waar de Ruseen op hun terugtocht do naphta in brand sta, ken. Zij stichtten drie dagen lang brand, den llen 12eu en 13en Mei. Drie eotnies kozak ken die baast bij bet werk maken moesten, omdat de Honveds, die zij op voor lien ver schrikkelijke wijze hadden leeren kennen hij den Urzokerpne, hen op de hielen zaten. De drie sotnies kozakken, naar Boryelaw ge commandeerd om brand te stichten, namen een halve sotnie Russisiche dragonders mee. Deze moesten de naga i ka tegen het volk ge reed honden, indien dit zich verzetten zou tegen het vernielen van reservoirs en put ten, van ketels en boortorens. Maar niemand waagde er iets tegen te doen. Het gerucht deed de ronde, dat, behalve de petroleum- sc'batten, ook Boryelaw zelf in brand gesto ken zou worden, zoowel de hulzen van de Christenen als van de Joden. De menschen dachten allen a-an vluchten. Maar zij begre pen spoedig, dat ook deze redding onmoge lijk was, want ahe straten waren uren en dagen lang reeds bezaaid met menschen: te rugtrekkende Russen..., De kozakken deden hun werk zorgvuldig zoolang de vijand nog voor de poorten stond. In een groot en halven cirkel om Boryelaw staken zij de petroleumbronnen aan. Hun techniek was zeer eenvoudig. Zii boorden de reservoirs aan, lieten de petroleum er uit locpen en wierpen brandende, in petroleum gedrenkte lappen in de petroleummeertjee, die voor de reservoir® ontstaan waren. Toen zij de mansgaten ontdekten, namen zij een voudig de deksels van deze manegaten weg, zo cd at de petroleum rijkelijk nit de ketels vloeide. Enkelen der brandstichters traden heel on- noozel op. vijt man jox>en er naar een pe- troleum-meertje, staken lucifers aan: het meer vlamde op. hn binnen enkele eeconden waren de vijf kozakken verbrand. Hun ka meraden werden na dit voorbeeld voorzich tiger. De rookwolken stegen zwart en zwaar bo ven de geheele stad. Zij namen zoo'n om vang aan en waren zoo ondoordringbaar, dat de zon aan den volkomen helderen hemel achter den walm verscholen bleef en 'de warmte van den zonnedag veranderde in een steeds gevoeliger koelte en ten slotte in een ijzige koune. Verstikkende gassen vulden de straten. an tijd tot tijd hoorde men een verschrikkelijke knal. Dan vloog er een ke tel in de luelit. lntusschen hadden de kozakken de stad verlaten cm de P e trol eu in h ro n non in brand te steken. Zij gingen naar de houten boor- torens, die snel opvlamden en waarvan de vallende, brandende stukken terecht kwa men in de bronnen. Dan echoten er onmidr dellij'k vlammen nit den grond op, twintig, dertig meter hoog. Aan blusschen viel niet te denken. Niet omdat er geen mannen waren, die dat wilden doen. maar omdat zulk een brand niet te blussoheh is. Eindelijk stonden er ongeveer zestig re servoirs in brand, waarvan er- een paar al ben lö.OCflwagone petroleum bevatten. De hoer tor ene waren spoedig weg, maar de twee hondgod napfiitta-hroiinen brandden door. Na zes dagen en zee nacfoten bedroosr de echode reeds 180 millioen mark. En steeds gingen er nog voor mallioenen in vlammen op. Vele reservoirs, door de kozakken over het hoofd gezien, ontbrandden van zelf door de hitte. In. Boryslaw nam met den brand do pa- nieiBtomming toe. Vrouwen pakten shun bèddegoed bijeen, sleepten het naar het an dere eind van de stad, dat verder weg lag van de ketels en zochten schreeuwend en huilend een onderkomen. Kinderen giklen oni hun moeder. Duizenden (honden jankten, hang in de donkere stad, door de straten. 'tWs zóó duister geworden, dat men in de huizen 's middags de lampen moest aanste ken en dat de menschen op straat fakkels droegen. Er viel regen in den laten namid dag. Maar de regen was warm en zwart, als de vulkanen, die rondom werkten. En nie mand herkende in de zwarte gezichten zijn beste vrienden.... Tegen den avond van den derden brand- dag zetten de kozakken het plotseling op een joopen. De schoten van de Honveds dreun den reeds in de huurt- Zij, die bii vergissing ook vele Fransche en Engeleche bronnen in brand gestoken hadden in plaats van Duitsche en Oosfenruksche, konden al hun werk niet af. En ten sjotte dachten zij aan de eigen beurs. Voor dertig roebel, die de ingenieurs hun gaven, ontzagen zii een bron. En zoo gelukte het nog eeni yrfj groot aantal te redden. De kozakken wilden ook de hou ten bruggen in Boryelaw vernjejen j^ji voor twintig roebel per brug lieten zij deze ongemoeid. Toen vertrokken de kozakken in een wilde, ongeregelde vinciht. Vapt ye heuvels voor de stad stonden reeds de achtervolgers, de Honveds van den Uszoker pas. DE SLAG bij grodek. Een bijzondere berichtgever van de „Lokal- anzeiger" meldt uit bet Upstennjksch-Hongaar- fiche oorlogskwartier dé volgende bijzonderheden over den slag aan beide zijden van de merenNisj, dat aldaar het antwoord van Bulgarije van Grodek: laan de Entente Mogendheden als een afwijzing De legeraanvoerder der bondgenooten, gene- beschouwd wordt, en derhalve aangenomen raal-overste von Mackensen, ondernam na een voorafgaande, overweldigende voorbereiding door de geheele beschikbare artillerie een aanval met den sterken linkervleugel tegen de beheer- schende hoogten aan beide zijden van den spoorweg LubaczowRawaruska. Deze aanval rukte blijkbaar het krachtigst op tusschen Nemerow en Magierow, binnen de hoogtenrijen en daar het dichtst bij. Hij werd tot aan gene zijde van de hoogten-rij, tot aan den spoorweg Rawaruska—Zoskiew in één ruk uitgevoerd. Daar de Russische strijdkrachten ook ten Noorden daarvan vooruitgeschoven, tegenover Rawaruska stonden, scheen het als was de Russische rechtexvleugel tusschen Nemerow en Magierow doorbroken. Vaststaat dat voor den vijand de spoorweg Lemberg—Bizec afgesneden werd en dat Zaterdag de ten Noord-Westen van Zolkiew aangekomen verbonden troepen, slechts twee dagmarschen van het gewichtige spoorweg kruispunt Krasno, ten Noord-Westen van Lein-' berg waren verwijderd. Teekenend voor het afnemende weerstands vermogen van den uiteengeslagen vijand is het feit, dat het Russische Wereszyca-front overal door de nachtelijke aanvallen van het leger van Boehm— Ermolli onhoudbaar werd. Door het vooruitdringen van het centrum der verbonden legers naar het Oosten werd de toe stand voor de met het front naar het Zuiden aan den Dnjestr en Zuidelijk van de rivier strij dende Russen onhoudbaar. De bij Mikolojew en ten Noord-Oosten van Stryj opereerende Rus sische troepen moesten terug, indien zij een omsingeling wilden ontgaan. Deze gebeurtenissen zullen een beduidende terugwerking op den toestand van het leger van Pflanzer-Ballin hebben. Het „Berl. Tagebl." verneemt voorts uit het Oostenrijksche oorlogsperskwartier het volgende: Het aanvalsfront der verbonden legers is ge heel evenwijdig met de stellingen, die het eer- Csteren innam, wederom vooruitgeschoven. Het ger van von Mackensen en het zeste Oosten rijksche korps bleven vooruitrukken in de rich ting van den spoorweg RawaruskaLemberg. De troepen van von Mackensen zijn, na de D< r\., 11 1, a.A ii f 1 4 4 wordt dat een overeenkomst tusschen Bulgarije en Oostenrijk-Hongarije bestaat. Aan de Servische Regeering zou geen mede deeling gedaan zijn van de aan Bulgarije aan geboden schadeloosstelling, noch zou zij daar over geraadpleegd zijn. De half officieuse „Samoeprava" is van gevoelen dat het verdrag van Boekarest een politieke fout van Bulgarije geweest is. zegt echter tegelijkertijd dat niemand het recht heeft van Servië te eischen dat het op grond van gemeenschappelijke belangen aan Bulgarije concessies moet doen voor en aleer Bulgarije zich voor die gemeenschappelijke be langen uitgesproken heeft. De openbare meening is tegen een afstand van grondgebied door Servië aan Bulgarije, en behoudt zich het recht voor om eerst na afloop van den oorlog een beslissing te nemen. DE OOSTENRIJKSCIIB LEGERAANVOERDER TEGEN ITALIË. Algemeen wordt aangenomen aldus wo. \t uit Weeneu aan de N. R. Ct. gemeld al is daarover ook niets gepubliceerd, dat Ccirad von Hötzendorf het leger tegen Italië zal aan voeren. Hij kent het terrein door en aoor en heeft zich jaren voorbereid op een oorlog nu Italië, dien hij onvermijdelijk achtte. Toen hij :n Innsbruck het commands voerde, heeft hij strategische punten bezocht, het grensg-b'cd alle richtingen doorkruist en bestudeerd en het aanleggen van versterkingen gez - -d. ./Jsn conflict niet graaf Aehrenthal is nog niet Vf-r geten. Hij vroeg toen zijn onisiag als chef va.z den generalen staf omdat hij zich niet kon ven- eenigen met de welwillende politiek van dezen minister tegenover Italië tijdens den oorlog tegen Tripoli. Gru welen-rapporten. Prof. mr. J. baron d'Aulnis de Bourouill to Utrecht schrijft aan de Nieuwe Courant: ln uw blad lees ik een verhaal uit h. t ver slag der „Belgische gruwelen-commb sie" t* -it. r ,TJ, i sing uer „jzejgiBoue gruweien-comnu. Si© SlSfIlmgen °P °e(k,UVelS HAvre. Hoe onvertrouwbaar dergelijke vor-* aan dg Büg te hebben teruggeworpen, tot aan iQ„ dezp nllerh, lano-riiWe cnnnrlim rfnnrroHmnom 0 8 Zyn' bleek mij ujt liet Volg+Pro: deze allerbelangrijkste spoorlijn doorgedrongen. Voortdurend strekt het nieuwe aanvalsfront zich verder uit over de door het tweede leger en bet korps Marwitz van vijanden gezuiverde Wereszyca-stellingen tot beneden in het dal van den Dnjestr, terwijl de vijand over dit geheele front zoo snel mogelijk terugtrekt. Van het dal van de Tanew tot aan de mon ding van de Wereszyca is de tegenstand der Russen gebroken, weiks brandpunt op de his torische, gedenkwaardige hoogten bij Stradz, ten Zuid-Oosten van de Tanew, zich bevond. De verbonden legers hebben thans de laatste verdedigingslinie voor Lemberg bereikt, die vol gens waarnemingen van vliegers op ongeveer vijftien kilometer ten Westen van Lemberg gele gen is. Deze vermoedelijk versterkte linie moet In de te Pary'e verschijnende en in Nederland op ruime schaal verspreide „Revue hebdona- daire" is, in het nummer van 29 Mei j ic:g uitkomst eenor Engelsche enquête o. a. her "ht dat Wandre, een plaatsje bij Luik, op Augustus geheel is verwoest. Een zakboekje van een Duitsch soldaat, Ei tel Anders, zou dit heb ben aan het licht gebracht: „Nous arrivAmes alor» A la ville de Wandre. Les maisons fuiont épargnées, maïs tout fut visité. A la fin r oua 1 eortime» de la ville et tout fut réduit en Daar hij het begin des oorlogs in Neder' scbe bladen gunstige berichten omtrent den toestand te Wandre waven openbaarg-m «kt en ik aldaar relation bezit, besloot ik thans tengevolge van de flankaanvallen van onze troe- i gebomde te onderzoekeu. Een bezitter van P®'en Noorden en ten Zuiden, in waarde dalen, mijnonderneming ginds bericht mij gisteren, d it Op het front aan den Dnjestr is het leger van PflanzerBallin de wanhopige bestormin gen der Russen meester geworden en rukt steeds verder voorwaarts. DE HOUDING YAN BULGARIJE. Op grond van betrouwbare mededeelingen is te Berlijn bekend geworden dat de Quadruple Entente van Bulgarije geëisoht heeft dat het onmiddellijk zou mobiliseeren en tegen Turkije oprukken. Als tegenprestatie zou aan Bulgarije worden toegekend Servisch Macedonië, de haven van Cavalia, benevens het achterland met de grenslinie Enos-Midia en tevens ondersteuning m geld ontvangen. Bovendien zouden de Entente AJogendheden getracht hebben Bulgarije te bewegen om de Dobroedsja terug te geven. Bul garije heeft de Quadruple Entente daarop zeer beleefd in den vorm van tegenvragen geant woord, die op het volgende neerkomen: Welke schadeloosstelling zal Servië ontvangen voor den afstand van Macedonië? In hoeverre felooft de Quadruple Entente het aanbod van lacedonië werkelijk in ernst te kunnen maken Zijn met Servië onderhandelingen gevoerd over dat deel van de Dobroedsja dat de Entente gelooft aan Bulgarije te kunnen teruggeven? Welke schadeloosstelling krijgt Griekenland in Klein-Azië voor den afstand van Cavalia? Wat is onder achterland van Cavalia te verstaan? - Bulgijje vestigt daarbij tevens de aandacht er op, dat het noodzakelijk is dat het precies weet wat hem toegezegd wordt en dat hem u.. - t mppr daar het land tengevolge van den Balkanoorlog m -Y reeds danig uitgeput is en een deelneming aan den tegenwoordigen oorlog een ongewone er in het geheel twee huizen verwoest zijn, e- hoorende tot zijn arbeiderskolonie, »n wel om-' dat uit die huizen was geschoten. Van het zoogenaamd „dagboek van Eitel ifL dera" mag nu ieder het zijne denken. Onlangs heeft men, om de oorlogsgruwelen te* doen vaststellen, gepoogd uit onzijdig* landen, een internationale commissie in het leven roepen. Een moeilijk werk, en de éénige weg' tot kennis der waarheid: Zal men echter o it hiertoe geraken! De toestand in Rusland. Het „Berl. Tageblatt" verneemt uit Stock ul - Het „Svenska Dagbladet" schrijft, dat da afgetreden Russische minister, Maklakow, een der ijverigste vertegenwoordigers van het stand punt den oorlog tot het uiterse vol te houden en daardoor een aanhanger van grootvorst' Nicolaas Nicolajewitej was. Het aftroden van Maklakow, schrijft het blad, i* het jongste symptoom van den geweldigen) strijd in de leidende Russische kringen. De1 jobstijdingen uit Galicië de bedenkelijke on geregeldheden te Moskou hebben de zenuwach tigheid doen toenemen. De Btrijd schijnt on-, middellijk te gaan om het einde of voortbe-\ staan van den invloed van grootvorst Nioolaa» Nioolajewitsj. Men schijnt naar een grondige hervorming van het kabinet te streven. In het krachtsinspanning z«u vorderen. De Corriere della Sera" verneemt nog uit De „Voss. Ztg." vernoemt uit Stockholm: Naar aanleiding van het aftreden van den) RuRsisehen minister van binnenlandsche zaken wijst het „Stockholm's Dagbladet" op de wis-' *it>oor ui" {j;rV zou rekenschap kunnen vorderen, voor Woord xnaax ik heb geen tijd moer. W*t gij, dat ik op de vlucht ben? Laat He- gp,e tech rusten, zij is roede lang dood. Het a-y« dat gij haar door do cournnten liet Voeden, heeft zij niet meer noodig, zij j,® het niet opvorderen, hoe ik er ook op "teug. Geef mij het, ik moet het hebben, jv^eg te komen.... hoort geï" oude vrouw bleef onbeweeglijk, xnoet het geld hebbenl.... hond mij ko», Steger op; hoe liobt kon hier iemand gi- on dan zou ik verloren ziinl Met te jj 1 gevaar ben ik tot u gekomen, martel s]]j ®'et langer. Ik was sedert .acht dagen Ik lacht onder nw veneter. overdag lag {st: "et bosch verborgen; ik hen moe, hon- e p. Bu dorstig en tot allee in etaatl" voeg- hGo er dreigend aan toe. „q geld hebben en zelfs veel." hiijlJp het dan gauw, ik moet nog heden Hn. a']eKgen, do grond brandt onder 'octen. Geef het dan toch. morgen ga ik dc zee over, ge zult nooit meer iets van mij hooren," „De grond mag branden, ik geef het niet eerder, dan wanneer ge eene volledige he ken ten is hebt afgelegd." „Welke bekentenis!" Von Zeeburg scheen zeer ongeduldig. „Ik moet weten welken dood Helena stierf. „Hm ja, zij verongelukte bii een tocht op de zee." „In den storm en met gebonden armen!" hoonde mevrouw Burgholt. Eon onvergelij- kelyke koelbloedigheid lag OP haar gelaat, hare oogen richtten rich strak op den map, die onwillekenirig een etan achteruit -mus getreden. „Gij weet dus meer! Goed.... wat betaalt gij mijl ,Jk betaal zes duizend mark voor nw ge heim." „Waar zijn ze!" Zijn oog fonkelde hegeerig. „Ik bob ze bij de hand, en gii zult ze heb ben, wanneer...." „En gij laat mij met rust!" „Ik ja.-.- God zal u wel vinden". Hij barstte ln een duivelseben laoh nit. „Waar is het geld, laat mii het zion, eerwt geld, dan zal ik bekennen." Zwijgend ging mevrouw Bunghiolt naar de brandkast, haalde een sleutel te voorsohijn en ontsloot de kast. Zij hukte zich eu nam er een portefeuille met banknoten uit £jj nam ze een voor een er en telde ze hem voor. „De som komt uit T7 16 «'«ed. Welnu, Helena was erg ziek>la Klug met haar naar het Ooetzeebad, onderweg verergerde haar i toestand zoodanig, dat ik met haar in ©en klein vieschersdorp hluven moest, waar zij nog denzelfden dag.6 -- Ik vreesde de pijnlijke uiteenzettingen met de overheid, mijne papieren kon ik niet toonen en er i waren meer gewichtige redenen, die mij van eene begrafenis deden afzien. Daarom wacht te ik den avond af, die zeer stormachtig was en droeg het lijk naar de zee, hond het de armen op den rug, om er den schijn van 1 een gewelddadigen dood aan te geven en wierp het in het water. Den volgenden dag echiter vertrok ik met een ledige kist, waar in ik zoogenaamd het lijk miiner vrouw naar het vaderland voerde, ongehinderd uit het dorp." Von Zeeburg was langzaam nader geslo pen en wilde zich met een sprong van de banknoten meester maken; maar de oude vrouw voorkwam dat; zij wierp de porte feuille bliksemsnel in de kast terug, sloeg de deur in het slot en trok de sleutel er nit. „Uw verhaal is nog niet ten einde Zee burg, eerst het slot, als 't u blieft." „Duivelsl" knarste hij luid. Zijn oogen fon kelden kwaadaardig. „Ga voort Waar is Helena's lijk beland!" „Zij werd neg denzeifden nacht gevondenlemen met bewegen. Een verstikkende rook en naarZ..-- georaen waar de doodechouw 'benauwde hare longen en voor hare oogon plaats had- „Dat ie alles, ik weet alleen nog, dansten dwaallichten. Met geweld opende zij dat zii daar hegraven werd. de moede oogleden.... daar zag zij de kamer „Erbarmelijk mensöb.... meer wilde ik vol rook en aan de deur kronkelden vlaai- niet, dan van uwe eigen lippen uwe echan- mentonnen omhoog. delijke mi6daad vernemen. Helene is .niet „Barmhartige Godl" kreunde zij smarto'ijk haar natuurlijken dood gestorven, maar ge- en proliee/de op te staan, het was onmo^o»- noeg hier is uw looü!" lijk. „Mevrouw Burgholt!" riep ze«iet De kast knarste in hare hengsels en do. u de vlammen daarl Mevrouw Burgo'oltl" portefeuille met de banknoten vloog voor'Een lichte zucht antwoordde haar.... Jrir Zeeburg's voeten. wa« allee. Nog eenmaal wilde lvonne roe- Met de zelfbeheersebing van den schm-kren opstaan wilde zü, maar tevergeefs, was het ten einde als een tijger -wierp 1 Geheel verdoofd viel ze achterover en bleef hij zich op de oude vrouw, greep haar bij de roerloos liggen. keel en wierp haar op den grond. j De vlammen knetterden lustig vervier in lvonne stiet een angstkreet uit eu snelde den houten houw en loeiden reeds hoog op, de kamer binnen. „Helpl help!" schreeuwde I toen het eindelijk levendig werd onder in zij luid. liet paviljoen en in het park. Zeeburg keek wild om zich heen.... toen) Hulp- en angstkreten klonken verward hij zich echter na een sprong naar de deur j door elkaar.... bijlslagen dreunden opde vergewist had, dat niemand buiten op hom j gesloten (huisdeur en toen deze eindelij: loerde, greep hij jnet een ruwen lach Ivoii- onder de forsch© slagen bezweek, sloeg' ne's arm, rulste het schelkoord van den wTand en bond bare handen vast op den rug, dan wierp hij haar op den grond, raapte het geld op en met een mompelend: „Dat meisjo schijnt testemd te zijn, om mii overal te er geren,verdween hij uit de lv&»r. Toon lvonne na een poos ontwaakte, wae het haar, als lag zij op de pijnbank. Haar hoofd deed vreeselijk pijn en zij kon hare dikke rookwolken naar buiten, de trap eter in lichtelaaie, het was onmogelijk binnen gaan (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 5