Vloerzeilen P. J. JANSSEN UIT DE PROVINCIE WAT ANDEREN ZEGGEN SOCIALE BERICHTEN UIT ONZE OOST LEGER EN VLOOT RECHTSZAKEN. Anegang h. Warmoesstr Goedkoopst adres. VERREGAAND! een Belgische dame zou hebben getwist over de rechtmatigheid van den Duiteohem inval in België, gelooven wij niet. Alhoewel het mogelijk is in dezen zin, dat er moraal-tiheo- logen zijn, die het geoorloofde van contract breuk in noodgeval van zelfbehoud! verde digen. Zooals diefstal van brood, om niet van honger te sterven, ze-d eli jk-geo or lo o l'cl mag heeten. Maar dit is een puur-theoreti- sche, een academische kwestie. En al zou een Ned. priester wat uit tact- en kiesdk- heidsoverweging misschien heter nagelaten iware die theorie tegenover een Belgisch onderdaan hebben gedefendeerd. dan mocht dit nog in de verte niet als aanleiding gel den tot een algemeene ophitsing tegen onze priesters en tot de beleedigende bewering-, alsof zij werktuigen zouden zijn in Duitsche handen om de Belgen te verdoelen. Zulk een laster overschrijdt de grens van wat wij Ne derlandsche katholieken, van de amti-cleri- caIeii onder onze gasten, uit België op den duur verdragen. ned: r. k. fabrieks-, haven- en arbeiders in dienst van genoemde onderneming hoog tijd wordt zich te organiseeren. (Wordt vervolg' len, nu Italië aan den oorlog is gaan mee doen. Waar er een hof ie en waar diplomaten! samenkomen, die misschien over Nederland spreken, is het z.i. verstandig, dat onze di plomaten aan dat gesprek deelnemen. ONZE NIJVERHEID. In dc „N. Eott. Ct." komt nog eens een pleit- rode voor op het nieuwe leven, dat na den oor log in ons land dient ontkiemen. Men moet tieh daarop tijdig voorbereiden: lo. de propaganda voor d» betere waardee- ring voortzetten en zoodanig uitbreiden, dat de breede lagen der bevolking worden bereikt, en 2o. het stichten van een bureau dat er voor waakt, dat de Ned. nijverheid niet worde achter gesteld, de producten der eigen nijverheid beter helpt bekend maken en behulpzaam is bij de juiste keuze uit de voorhanden adressen. In de discussie deed mr. Vlaanderen, namens het Hoofdbestuur sprekende, opmerken, dat wordt het voorstel van het bureau aangenomen, tot grooter ontwikkeling te brengen, om nieuwe betrekkingen aan te knoopen, nieuwe markten ie zoeken voor onze producten, en nieuwe wegen voor ons verkeer. Voorbereiden misschien, wel licht ook, om nieuwe industrieën te vestigen .Voorbereiden, om gevestigde industrieën or een commissie zal benoemd worden om de zaak uit te voeren. In die oommissie zullen dan worden uitgenoodigd vertegenwoordigers van de Nederlandsche Vereeniging van Werkgevers, van die Vereeniging Het Nederlandsche Fabri kaat, de direcetur van het Bureau voor Han en om nieuwe arbeidsgelegenheid in hot delsinlichtingen, een nijverheidslaboralorium te leven te roepen. De oorlog heeft op leemten j Delft. van onze industrieels organisatie het oog doen i Ten slotte is het voorstel aangenomen, even- vellen; de nood van den oorlog heeft nieuwe; als een voorstel van Dordrecht om te zijner tijd, mogelijkheden aan den dag gebracht, aan voor- j naar het oordeel van het hoofdbestuur, een ver been ongekende fabrikaten den weg gebaand, j oeniging te stichten tot het houden van een In dit blad is reeds van deskundige zijde de aan- nationale Nijverheidstentoonstelling. Dit werd aangenomen. In plaats van de aftredende hoofdbestuurs leden de heer F. C. Dufour en mr. dr. W. F- J. Frowein werden gekozen de lieeren J. F. Huls wit, directeur der Haarlemsche machine fabriek, en J. IJssel de Schepper, directeur der Kon. Stearine Kaarsenfabriek „Gouda." dacht gevestigd op de mogelijkheid, de groote ertsinvoeren, die over onze havens plaats heb ben, ten nutte te doen komen ook aan n nieu wen tak van Nederlandsch bedrijf. Er zijn, mee- ncn, wij, reeds een tiental jaren geleden derge lijke plannen geweest, waar toen echter Duitsch d kapitaal de leiding bij zou hebben gehad. Maar zit er niets in de gedachte, met Nederlandsche energie Nederland van vreemde metaalnijver heid onafhankelijker te makenHeeft de oorlog niet in ieder geval de wenschelijkheid daarvan bewezen? Van andere zijde werd ons gewezen op onze mooie, bij uitstek nationale industi'ie, de seheepsbouwnij verheid, en de eischen, die daaraan reeds nu worden, en na den oorlog in toenemende mate zullen worden gesteld. Zorgt voor de toekomst en maakt u gereed, zooveel mogelijk van eene komende periode in den scheepsbouw te kunnen voordeel hebben was het refrein van dat schrijven. Opent zich, in elk geval, hier niet een perspectief, dat niet zonder meer behoort te worden dichtgesloten? Een klein berichtje over den aanmaak van papieren zakken een noodfabricage, ontstaan uit door den oorlog veroorzaakt gebrek deed ons zien, dat ook hier mogelijk een nieuwe nijverheids tak zou kunnen opkomen, waarvóór belangstel ling is, en wellicht medewerking zou zijn te vinden. Denk, tenslotte, aan de glazen peertjes voor Philips gloeilampen, voor den oorlog uit den vreemde betrokken, en nn te Leerdam aan gemaakt. Het zijn maar voorbeelden, die wij opsom men, om te doen zien, dat er op verschillend ge bied terreinen kunnen komen open te iiggen, waarop nieuwe Nederlandsche bronnen van in komst een voorspoed zouden kunnen worden aangeboord." Natuurlijk onderschrijven wij deze aanspo ring van harte. Intussehen aldus de Resb. is er één om standigheid die ons wel wat doet vreezen. Onze industrie WOrdt v»n hooger Hand. t« -wei nig gesteund. Ze zit in de klem, welke buïten- landsche bescherming haar aanlegde. Ons eigen handelsstelsel biedt geen tegenwicht. Zoolang wü aan onzen zgn. vrijhandel blijven hangen; is de vrees gewettigd, dat, wat de oor logsomstandigheden aan voorsprong brachten, in normale tijden de vrijhandel weer ontneemt. Ja, die vrijhandel werpt zijn schaduwen al vooruit, wijl hij do ondernemers afschrikt iets te beginnen wat straks dreigt doodgeknepen te worden door de sterk concurrcerende buiten- landsche nijverheid. MAATSCHAPPIJ VAN NIJVERHEID. Op de Zaterdag hervatte vergadering is van gedachten gewisseld over het vraagstuk van een uur daglicht meer in den zomer. Het resul taat der gedachtenwissoling is dat een voorstel van den heer van Lookeren Campagne (bij de regeering aan te dringen op aanneming van den Europeeschen tijd, jvaarmee men een proef ge nomen wil zien) is aangenomen met 155 tegen 132 stemmen. Daarna is gediscusseerd over het vraagstuk van de waardeering der eigen nijverheid. Naar aanleiding van rapporten van de departemen ten ingekomen had but Hoofdbestuur als zijne meening te kennen gegeven, dat op dit oogen- blik voornamelijk tweeërlei noodig is: costuums niets wist. Daarop volgde de aan gifte bij de politie. De rupsen en de arbeiders. Men schrijft aan Het Vad. Het is heusch gebeurd, op 24 Juni 1915, 's ochtends 8 uur. Een dame wandelt met haar hondje in de Scheveningsehe boscbjes achter Hotel Prome nade. Midden boven het pad hangt van een boom een lange zijden draad, waarlangs een leger rupsen naar boven en beneden glijden. 'Vlak er naast staan twee arbeiders met op hun pet het woord „Plantsoen." De dame maakt do mannen op de rupsen attent. „Ik zal het geval rapporteeren," zegt de oudere onverschillig, de rupsen, de rupsen kalm aan liaar vernielingswerk overlatend. „Wat," roept de dame uit, „en u zult de rup sen intussehen niet dood maken?" „Neen," is het antwoord, „daarvoor heb ik geen opdracht, maar ik zal rapporteeren." De jongere man luistert met aandacht naai de wijze les van zijn meerdere. Gebenedijd zij de geemente, die over zoo nauwgezette arbeiders beschikt! Schandelijk. Ook het hoofd der openbare school te Neder woud, onder Lunteren, is ais landweerman onder de wapens, en daar hij vrij gezel is, heeft hij zijn woning tijdelijk gesloten. Van deze gelegenheid nu hebben een of meer personen gebruik gemaakt om een nachtelijk In de vacature P. J. van Voorst "V ader as ^>ezoejc aan n0g a} eenzaam staande woon voorzien door de benoeming van mr. M. Tyde- man Jr. te Breda. Als voorzitter werd de heer J. van Hasselt herbenoemd. Nadat nog eene wetsherziening had plaats gehad, is beslotende volgende vergadering te Haarlem te houden, waarna de vergadering werd. gesloten. De Echo Beige zet hare lezers op tegen de Nederlandedhe priesters. Zij beweert, dat een kapelaan, ter gele genheid van een bezoek aan een Belgische dame, de inbraak van het Dnitsehe leger in België zou hebben verdedigd. Namen worden er natuurlijk niet genoemd. Het geval kan niet onderzocht worden. Aan den Hollandschen priester l'Alleimagne, wordt hij gebeeten kan niet om inlichtingen worden gevraagd. Belgische lezers schijnen zoo'n naamloos piaatje vlot te gelooven; en de Echo Beige ziet de kans schoon om haar lezers op te hiteen tegen onze priesters. „Belgische katholieken", staat er hoven dat artikel, „wacht u voor den valstrik En dan wordt de f&hel opgedischt, dat Duitechlaud bezig is een nieuw wapen te smeden, door te trachten de Belgen in den vreemde te verdeden. Onze priesters zouden dan werktuigen in handen der Duitsch ens zijnll Zulk een geschrijf is ergerlijk, zegt de L. K. terecht. Toen de Belgen hij duizenden over onze grenzen werden geworpen, zaten onze pas- toriën en kloosters het eerst vol; is dat nu al verKctent Het verhaal van den kapelaan, die met Oplichting. Een confectiefirma te Rot terdam is opgelicht voor een dertigtal costuums ter waarde vatl ^ngeveer 200. Hiervan wordt verdacht een jongeman uit Amstelveen, thans te Amsterdam aangehouden en vandaar naar Rotterdam overgebracht. Op 16, 17 en 18 dezer maand kookt hij achtereenvolgens bij de firma deze costuums op crediet en gaf daarvoor wis sels af, die hij valsclielijk met den naam van zijn vader onderteekende, zeggende dat deze op den 21sten zou betalen. Toen hij na dien datum nogmaals een eostuum op crediet wilde koopen, kreeg 'men argwaan en stuurde dit eostuum onder rembours naar zijn vader, die bet niet in ontvangst nam en van den koop van de overige huis te brengen. Na de glasruiten te hebben stukgeslagen, is men hierdoor naar binnen ge klommen. En eenmaal binnen, heeft men op de schandelijkste wijze huisgehouden. Meubelen zijn totaal vernield, alle aardewerk is aan grui zelementen getrapt en gordijnen en tapijten zijn stukgesneden. Bovendien zijn enkele voorwer pen gestolen. Nekkramp. Te Steenderen is een 7-jarig knaapje aan nekkramp- overleden. IJMUIDEN. Personalia. Door den Minister van Water- émissaire de '8taa^ ;a benoemd tot buitengewoon opzichter: M. Zwamborn, alhier, bij liet onderhoud van de Rijkswegen in Zuid-Holland. SPAARNDAM. Voor de gemobiliseerden. Alhier .zijn in de forten heel wat militairen gelegerd en de be hoefte aan een gelegenheid tot baden en zwem men was zeer groot. De heer W. Dyserinck te Haarlem heeft daarin voorzien en thans is men druk bezig met den bouw van een bad- en zweminrichting in de Mooie Nel; dank zij do medewerking van dijkgraaf en hoogheemraden van Rijdland, die daarvoor toestemming ver leenden. Deze week zal de inrichting, in tegen woordigheid van-autoriteiten, worden geopend. SASSENHEIM. Aanbesteding. Bij onderhandsche aanbeste- ding is achildorwevk vari de K. K. Kerk to Zoet rmoer den laagsfen inschrijver, den leer J. H. Rohrey, alhier, opgedragen. ONZE TOEKOMST. De Maasbode betoogt, dat deze dagen van nationale eaamhoorigheid een groot débacle zijn voor de henepen geesten, die onder ons waren opgestaan en die vooral bii zekere Juni-gebeurtenissen begonnen te weeklagen over de eenheid des volks, die h.i. gevaar begon te loopen door een zeker drijvom waaraan to eva! lig] ijk juist de politieke te genstanders zich schuldig maakten. Wij hadden schrijft ze een jaar te voren juist getwist, dat de vaderlandselie bodem er van dreunde, doch in 1914 was er eendracht en stilte rondom het vaandel. Dat kostte aan de verongelijkten wel een zelfbehcersching, die eerst de historie op de juiste waarde zal schatten, doch die zelfbc- heersching bestond dan toch en bewees de kracht, die zoowel in het volk als in het be ginsel dér zich beheerscheiilden school. En zoo bleek dan toch, dat al de jaren van twist onze nationale saamhoorigheid onge rept hebben gelaten, dat de_ bovengenoemde profeten het ongetwijfeld mis hebben gehad. Een les en een leering voor de toekomst. Een les en een leering, die naar wij ge looven, reeds vrucht hebben gedragen. Men stelle zich eens voor, dat een wetsontwerp tot het instellen van een gezantschap hij bet Vaticaan in gewone tijden aan de orde zou zijn gesteld. Zelfs onze op dit punt niet ge ring te schatten verbeelding, waagt bet niet zich de tooneelen van twist voor den geest te balen, die dan zonden kiin ontstaan. Eu nu? Zeker, er waren enkele dwaze dominé'e, die ahveer aalx het beweren Kragen, dat de eenheid des volks in gevaar kwam. doch het volk zelf, onbeducht voor de denkbeeldige gevaren, wandelde de estrades dézer rede naars achteloos voorbij. En ook zagen wij anderen, die thans ook hunnerzijds genoeg zelfbehcersching bezaten, om aan gevoelig heden het zwijgen op te leggen en aan wie zeer zeker ook een woord van oprechte hulde toekomt. Het is verbazing wekkend, dut een volk als liet onze, waarbij breede lagen zoo wan hopig vastzitten -in enkele anti-elericale-ge meenplaatsen, ziek zOo weinig heeft laten verstoren en dat zelfs een zeker wantrou wig anti-elericalisme, dat duizenden -en dui zenden onzer als aangeboren schijnt, het ver trouwen van dezulken in de Jeiding van de zaken des lands geen o ogenblik beïnvloeden kon. En dit zou voor pessimisten onder ons ook een openbaring kunnen ziin: het diepe gevoel van discipline, dat ons thans allen als 't ware van zelfsprekend samentrekt om de regeering. Zoo moet 't ook zijn. Het gaat er thans niet om, of misschien in het optreden der regeering het een of ander ons niet bevalt en ons aanleiding zou geven tot critiek, ook tot felle en gerechtvaardigde critiek, het. gaat er thans niet om, of wii niet den een of anderen minister liever uit het kabinet verwijderd zouden zien en hem door een sterker broeder zonden zien vervangen. Al de détail-critiek en afkeuring van personen kan ons niet weghelpen over het feit, dat wij in deze crisis, wel de ergste voor ons nationale leven, die wij sedert 1830, mis schien sedert een eeuw terug, doormaakten, de leiding der regeering in de internationale politiek moeten volgen. Doen wii dit niet, dan vermeerderen wij de gevaren om ons heen nog met het grootste: een nationale verwarring op het oogenblik, waarop ons be staan op het spel kan staan. Het blad voegt daaraan toe te meenen goed te doen in dezen somheren, ja angst wekkenden tijd, op vorenstaande eens de aandacht te vestigen. Op de gevaren, die ons bedreigen, is, zegt het, herhaaldelijk gewezen en we zullen er nog herhaalde malen over moeten spreken, Doeh alleen te spreken over gevaren zou ontmoedigen, wanneer wij niet zonden mogen wijzen op het sterkende, be moedigende, opwekkende, dat wii, bii alle te kortkomingen, aantreffen in den geest des volks. Daarin is iets van toet kalm-bewuste, krachtig-sterkende van de oude. fiere leuze: „Ik zal handhaven." TRANSPOETARBEIDERSBOND „ST. WILLIBRORDÜS." Door bovengeno-emden Bond is aan de aïd. besturen, de besturen van de R. K. Volksbonden en Werkliedenvereenigingen een circulaire ge richt waarin de arbeiders, in dienst van de maatschappij „Van Gend en Loos," worden aan gemaand, om zich, voor zoover zij Katholiek zijn, bij den Bond aan te sluiten. En toch Btaat liét vast dat het ook voor de „De arbeiders weten zoo zegt de circulaire dat de maatschappij in wier dienst zij zijn een j der grootste ondernemingen is op het gebied van goederenvervoer. De arbeiders weten dat de maatschappij in wier dienst zij zijn niet alleen is een reuzen- onderneming, maar dat het ook is een zeer winstgevende onderneming. Verder weten de arbeiders dat er van eenige regeling hunner rechtspositie geen sprake is, dat op vele plaatsen dagelijks op zeer eigenaar dige wijze met hun belangen wordt omgespron gen. De arbeiders weten ook, dat de arbeidstijden in den regel veel te lang en de arbeidsloonen veel te laag zijn. De arbeiders hebben reeds ondervonden dat plaatselijk niets kan worden bereikt. Biina alle pogingen, daartoe reeds in het werk gesteld, bleven zonder eenig resultaat. Wil men aan deze onderneming iets bereiken, iets blijvends, iets goeds, voor de arbeiders tot stand brengen, dan zal het landelijk moeten worden gedaan. Dan zal er moeten worden on derhandeld met het hoofd der onderneming. En wil men eenige kans van slagen hebben, dan zullen dus de arbeiders in dienst van de maatschappij „Van Gend en Loos" zich ook landelijk moeten organiseeren. Wij noodigen de arbeiders in dienst van deze maatschappij daarom dringend uit toe te treden tot den R. K. Fabrieks-, Haven- en Transport arbeidersbond. Waarom dit alles noodig is? Wel eenvoudig hierom, omdat het bestuur van onzen Bend in samenwerking met Jiet bestuur van den Moder nen Bond besloten heeft opnieuw een pogib# te doen om voor de arbeiders, in dienst van dé maartschappij Van Gend en Loos verbetering van arbeidsvoorwaarden te verkrijgen." NACHTELIJK AVONTUUR. De Magelangsehe correspondent van de Java-Bode zendt het volgende fantastisch® relaas van een ietwat duister „gebeuren". Evenals Amerika het land is der onh®" grensde mogelijkheden, is Indië het land der onbegrensde geheimzinnigheden. De volgen de spookachtige geschiedenis speelde zich M tijdens een nachtoefening, gehouden door een der bataljons van het garnizoen, terwijl do nachtwind, suizelend door de slanke» spichtige bamboebladeren, raadselachtige ge' luiden verwekte en witte wolkensehepen» scherp afstekend tegen den donkeren nacht hemel, telkenmale het zwakke licht van het. bescheiden maantje onderschepten. De v ij and sloop onhoorbaar nader, in zoo verre zulks, loopende op een paar model- schoenen met stevige kopspijkers beslagen» over een modderigen weg, bezaaid met groo- te, gladde, keien, mogelijk was. De lnitenant tuurt scherp voor zieli uit» trouwens ieder is één waakzaamheid; van den top van zijn bamboehoed tot den uiter sten kopspijker aan de punt van zijn schoen j Daar staat aan den kant van den weg een doode hoorn, met een wanstaltige uitwas en één rechte tak. Juist zulke boom en zijn altijd zeer gevaar lijk voor nachtelijke aanvallers je kunt nooit weten, of niet een of andere spion daarachter verborgen zit. De lnitenant grijpt den dooden b >om l'il de bult, welke wonderlijk week aanvoelt» misschien vermolmd, onderzoekt verder. „Doro"! zegt de boom onderdanig, die zich plotseling ontpopt als een vrouwtje niet een vracht op den rug en een langen stok in d® hand en niets begrijpt van de belangstelling van den toean luitenant. Als dat nu niet „etwas noch niet dagewesen" is. dan wete"> wij het niet. DOOR EEN KROKODIL VERSLONDEN- Zondag had midden in de kotta Sidoardj" j een noodlottig voorval plaats, meldt be' Soer. H'bld. Een jonge inlandsche vroirtf' had aldaar in de kali een had genomen d was reeds weer op den oever, toen zij plot seling door een grooten krokodil werd aa" - gevallen. De ongelukkige vrouw gebreeuwd0 om hulp, en de mannen in de buurt haast ten zich om deze te brengen, dodh helaas, d0 hulp kwam te laat. Vóór zij ter plaatse wa ren aangekomen, was het ongure heest reeds met zijn slachtoffer in <fe kali verdwenen- Men zag dat een plek in het water door het bloed der ongelukkige rood gekleurd werd» doch van den krokodil werd verder ge00 spoor meer gevonden. ARTIKEL 70 DER MILITIEWET- Hot oiidm-zocjk naar de voorgeoefoudheid 010 lichting .1916 zal van 27 tot 31 Juli 1915 pJaats hebben voor drie commissies op dezelfde als het vorige jaar geregeld. De aanmeldt0" moet thans geschieden voor 9 Juli bij de burg0, meesters. Bij verhindering van deelna030 wegens Ziekte kan men zich nog 29 Juli geven bij den inspecteur der infanterie, W1** lemstraat 4, den Haag. Het nader onderzoe heeft dan plaats op 10 Augustus. In dronkenschap. Voor den krijgsraad te 's-Gravenhage heef' terecht gestaan een korporaal van het Landweerbataljon, afkomstig uit Naarden, dl0 ziek heeft schuldig gemaakt aan het dreig00 en aangrijpen van een landweer le-luitena»'' die beltl. aanhield toen hij zich in beschonk0'1 toestand den openbaken weg bevond t® Nederhorst den Berg. Bekl. wist zich weinig of niets van het ge®*1 te herinneren. Na uit de provoost ontslagen t4 zijn, had hij een paar borrels gedronken, waft0, door hij bevangen werd. De auditeur-militair, de schuld van bek'' bewezen achtend, requireerde veroordeel in g t°® 4 maanden militaire gevangenisstraf, in gaan 14 J uni. De luitenant, hieromtrent door den preside01-, mr. Zaaijer ondervraagd, deelde mede dat bekl. niet in staat achtte in nuehteren toesta" een gewelddaad tegen liem te plegen. Hij be schouwde «bekl. als een slachtoffer van d00 drank en hij sprak de hoop uit, dat dit d00 krijgsraad mild zou stemmen in zijn oorde® over bekl.'s daad. wil ik u dit toch wel zeggen: de wijze waarop gij uw zoon voor ziin gedrag in de kerk straft, ie naar mijn oordeel even ver keerd als gevaarlijk de zaken niet te ver kleinen, zoo gij dit eenigs-zioö tegen kunt gaan. Waarom hem niet een naar flrinke klappen gegeven, zoo gij den kleinen bengel streng straffen wilt, voor iets dat eigenlijk zijn schuld niet was? Geef hem liever geen pudding of zoo iets. Nu vereenigt hij in zijn geest het toooren van de preek met de straf om in de kou te worden opgestoten! Gij laat hejji een tekst van buiten leeren. maar hij overspant zich; ook zal ik u eens zeggen waar ik bang voor ben als hii nog meer leert als het u onverschillig is gij maakt dat hij een grooten afkeer krijgt als alle andere jongens voor slaag hebben." „Mijnheer!" riep de heer Thoroe uit, zich eensklaps omkeerende en den toeër Good- worth met uitdagende blikken aanziende: „Ik moet u nu eens voor altiid dringend verzoeken, voortaan van deze profane uit drukking in het gesprek, zelfs van uwe lip pen, verschoond te mogen büiven. Al mijn eerbied en toegenegenheid voor u. als me vrouw Thorpe's vader, zullen mii niet weer houden om steeds een heiligen afkeer te ge voelen bij de herinnering aan zulk een vree- seli.ike ongodsdienstigheid, als naar ik meen opgesloten lag in de woorden, die gij zoo even uitgesproken hebt. Mijn god-dienstige overtuiging komt er tegen op...." „Houd op!" zeide de heer Goodworth streng en ernstig. De heer Thorpe gehoorzaamde terstond. De manieren van den ouden man getuigden gewoonlijk meer van hartelijkheid dan waar digheid, maar dit verdween nn geheel en al. Toen hij met zijn hand op de tafel sloeg en opstond, lag er iets in ziin blik dat niet licht te tellen was. „Mijnheer Thorpe", vervolgde hii kalmer, maar op vastberaden toon: „ik wil u niet meer lastig vallen, met u te zeggen, wat mijne meening is over eerbied en genegen heid, die er u toe gebracht hebben om mij terecht te wijzen met zulke woorden als gij daareven deed. Ik wenschte n slechts te zeg gen, dat gij mij nimmer meer zulk eene be risping behoeft te geven, daar ik niet voor nemens ben, ooit weer een woord tegen u te spreken over de opvoeding van mijnen kleinzoon. Veroorloof mij, na deze verzeke ring, op mijn Beurt u niet terecht te wij zen, maar u bijtijds een goeden raad te ge ven: ik beveel u aan, in het vervolg niet zoo lichtvaardig en onbarmhartig iemand van god&dienstloosheid te beschuldigen, om dat zijne godsdienstig?» overtuiging mis schien niet in alle opzichten met de uwe overeenkomt. Een ernstigen grond voor 4® meening van uw tegenstandonsovertui;, .ag' aan te nemen, hoe ongunstig gii ook o v c hem denkeu moogt, kan u niet benadeelen; een Biechten gro-nd daarvoor aan te nemen, kan hem nooit goed doen. Doe mii het ge noegen, om hierover niet meer te spreken. Laat ons elkaar de hand geven en nooit meer een onderwerp aanraken, waaromtrent wij te zeer verschillen om ooit met eenig goed gevolg gedachten daarover te kunnen wisselen." Op dit oogenblik kwam de knecht met het ontbijt binnen. De heer Goodworth schonk zich een glas sherry in, maakte een opmer king omtrent het weer en was weldra weder dezelfde goedhartige man als altiid. Maar hjj vergat de belofte niet, die hii aan 4en heer Thorpe gedaan had. Van d'at oogen blik- af mengde hij zdch met woord noch daad in de opvoeding van ziin kleinzoon. Terwijl de theorie van den heer Thorpe's beginsel over de opvoeding der jeugd in ziin kamer werd behandeld, werd die in prak tijk gebracht, voor zloover het Jack betrof, door een allesbehalve gewenscht en aanmoe digend voorbeeld, in de gevangenissfeer van de kleedkamer. Toen mevrouw Thorpe de eerste trappen op was, hoorde zij haar zoon met een oor- verdoovend geraas tegen de deur van zijn gevangenis schoppen. Daar dit Jack's ge woonte was, wanneer, hij, alsof hii stout wa<s geweest, opgesloten werd bedroefde het ^uar wel, maar was er volstrekt niet over verwonderd; zij ging eerst naar haar huis kamer, om daar haar gebedenboek, dat in een marokijnen band gebonden was, met goud enslot, op een tafeltje neder te leggen, waar zij ze altijd door de week op plaatste. Misschien was zij zoo zenuwachtig, dat haar hand beefde; of wellicht had zii zulk eon liaast, hoe dit zij, toen zii het marokijnen boek op de tafel legde, wierp zii een orna ment, een ivoren kerktorent. .e in florentijn- schen stijl, dat onder een stulpie stond, om ver, zoodat het in duizend stukken brak. Terwijl zij nu de overblijfselen er van op raapte en zich het Ongeval verweet, hield zij zich langer op in de huiskamer dan haar plan was. Toen zij Laar hand op de leuning- van de trap legde, trof het haar plotseling, dat het leven in de kleedkamer geheel opgehouden had. Op hetzelfde oogenblik dat zii dit met ge noegen ontdekte, zag zij in haar moederlijke verbeelding, en niet denkende aan hetgeen de heer Thorpe heneden gezegd had, een vreeselijk tooneel. Jack stond voor zijns va ders scheerspiegel, met zijn Ingezeepte kin, en een scheermes op zijn blooten hals. De knaap had een bijzondere geneigdheid om altijd bezigheden van volwassen mensehen na te bootsen. Hij was toevallig eens dooT zijn kindermeid medegenomen naar de kerk, toen een vriendin van deze huwde. Jack had den anderen dag er op gestaan om de trouw plechtigheid na te doen, met, een bruid en bruidegom van zijn eigen leeftiid: daartoe had hij twee speelmakkers van Baregrove- Square uitgekozen. Dit spel was iets dat een ieder in het g0' heugen bleef, en werd door elke vrouwelijk dienstbode, die daarbij tegenwoordig was weest, telkenmale verteld als een ho gunst, aan iedere opvolgster, die 'het aie bijgewoond had. Een andermaal, toen tuinman onvoorzichtig zijn brandende pitf op een plank had laten liggen, om een blo*0 te plukken voor een der werkmeiden, o' liij gewend was met bloemen te vereer0 zag. Jaek de kans vrij om eens gauw, 0 der dat iemand het merkte." drie stev'jj", trekken aan de pijp te kunnen doen: ffl? e al spoedig liep hij waggelend, als een kb-'J v dronkaard over het gras, men moest stil naar huis brengen» doodsbleek, ter^' het koude zweet hem uitbrak, en opdat '~iJ( moeder er niets van te weten zou bracht men hem naar de meest verwijd00 plaats, in de nabijheid der keuken. Ho''> mevrouw Thorpe die jeugdige keddendd"0,,: van haar zoon ,die wij hierboven vertel, niet in al haren omvang vernam, had toch een menigte soortgelijke ontdekt, herinnering daaraan deed de arme schrikte vrouw de tweede trap in allef'J snellen. <])-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 8