Voor de Dames DE OORLOG Nabij en vèraf. ni DE SPOOR DOOR DE MEER II. iV'au Aalsmeer naar Amsterdam dus.... Den grooten „polder'' zijn we hier uit, bij Aalsmeer, maar toch ia liet alles nog pomer- land in den omtrek, nu we op Bovenkerk afgaan, door een mooi land, waar liet bouw land gaat afwisselen met groote weien en Waar jo zoo telkens die rijk-beboomne. dijken tegenkomt, die dit spoortje dan met een kleine helling op en weer af „neemt". Dat keet dan telkens een halte: Oosteinde of Rerk- wegja, daar links zie ik een torentje even spitsen boven een groepje huizen: wat liet voor 'n kerk mag zijn? 'n Roomsehe is hot niet, geiool ik, want daar in do verte Koe nit al op de hooge, zeskante toren van 'jBoveiikerk, een bouwwerk van Cuypors, den ouden, meen ik, die deze kerk bouwde voor pastoor Brouwers, den „abbé", den kunst- iie venden en kunstminnenden priester, die lit dorpje indertijd in Nederland voorgoed takend gemaakt heeftl Ik herinner me nog uit mijn jongen ttijd een bezoek bij de i ,ebbé" zooals de geestelijken van zijn tijd hem noemden: en hij had zeker heel wat gra- ïieuselijk-Pranscb in zijn optreden, man van .'maak en begaafdheid, die hij was! We zagen toen zijn kerk; onthouden heb ik altijd, hoe hij met eert naïeve zelfbehagelijkheid ver- lelde, op welke aardige wijs hij het probleem had opgelost om de kerk-zelve te bouwen t>p de H, Linie, ta „oriënteeren" dus, en toch c-eu hoofdingang niet schuin te krijgen aan den weg» de toren was in den vorm van fcen zeshoek als grondvlak, maar in plaats van de zijde, parallel loopend met de voor oude, was de kerk er aan een der aangren zende schuine zijden aan-gezet, wat weer uoot pastorie en geboomte smaakvol was ge maskeerd! 't Was in die dagen een hooi geval em van Amsterdam uit in Bovenkerk te tomen: d'r hoorde een rijtuig met paarden nü heeft de trein ook dien atetand te niet gedaan, en Bovenkerk is geen stil pro\ hieiettorp meer, maar een tlorp „onder m r0?k van cl© hoofdstad". Tot dusver wisiten alleen de echte natuur liefhebbers, hoe mooi het daar is: hoe schil derachtig en zeldzaam-schoon „de Poel", die óroote waterplas, mo \)reed ajs het Spaarne of nog méér, die hiér ligt met haar rijkdom van flora en fauna, 't voor natuuronderzoe kers schatten herbergt aan rijk materiaal, en die tevens een paradijs bs voor zeilers De „spoor door de Meer" zal nu wel spoe dig ook anderen, die vajL. Bovenkerks weel de van Holland's sctboon niet wisten, hier brengen, ook uit Haarlem en het Westen ter provincie, hopen we! Langs dien Poel dan gaat do treinon au dwars het veen in. Hier ziin we in de turfs treek. Ge weet niet hoe turf gemaakt worden, of Lr, er gestoken1! Ge weet, misschien niet fens 'p vrage vooraf excuus wat turf iet Ge denkt aan het oud-HoIla,ndsche his torische raadsel van het land, waar de lands man „z'n eigen moer verbrandt"?..., Wel- Ku, hier is 't turfland, het veen, in heel z'n p'gen curieuzen vorm. Hier zijn de ontelbare patertjes en tochtjes en vaartjes, de eiland jes van turf zoover je zien kunt; de onder- geloopen stukjes land en de afgegraven een brokken.Hier ziet ge de turven af gesneden en op maat gezet in groote hoo- Peu te drogen, hier ziet ge heel de turf- industrie in haar eigénaardigen vorm, en R,ie het turfland nooit zag, kijkt zich de r>°gen uit hoe ze dit land, Hbo laag al en Zoo waterig, nog durven afgraven en als in blokjes verdoelen, die op hoopen worden Neergezet alomme Amstelveen, de naam wordt n nu op- 6ens ie te-zeggend, al was hii u hekend! Am stelveen: we naderen meer bekende oorden! Jaar is zoowaar de Kalfjeslaan, de tradd- tioneele omrijlaan, welke elke Amsterdam mer die familie van buiten over heeft-, als hij het doen kan, met 'n rijtuigje toch min stensééifi heeft „gemaakt", Want het ritje „de Kalfjeslaan om" is het eerste, dat elke rechtgeaarde Am&terdamsohe koetsier u zal aanraden, als ge hem vraagt naar 'n toertje buiten. Nu ligt de hoofdstad wijd-uit vóór ons. Z© ig toch waarlijk wel héél mooi van den Niustel-kant uit, mooier nog, zou ik zeggen, dan van het IJ gezien, waar je misschien |Vr1 den hanilgl ziet, maar niet het vonste- tlke dat haar van ouds al „de Koningin" deed noemen, die immers „de kroon draagt v»n Europa"? Nog een hooge brug, en danwe zijn ®an den uitersten zuidrand van de Amstel- ted, in een coquet stationnetje als eindpunt, waar het u nog tegenblinkt en tegengeurt van drogende lak en pas-gestreken verf, waar ge een modern-gefrieeerden kellner en zoowaar ook al een krantenkiosk vindt, en tafeltjes en stoeltjes buiten! Kijkt niet links: die koepel daar achter den Imogen muur is de gevangenis, maar even verderop vindt ge, vlak bij, liever dlie oude heerlijkheid van alle uitgaande Amster dammers 't beroemde Sdhinkelbaven: eu de tramlijnen wedijveren er al, welke u t spoe digst naar (liet centrum der stad zal voeren! Maar hier is mijn mandaat ten eind. 't Was me alleen fe doen om het epoor- reisje, eu dat is in de gezellige, mooie wagers van „de spoor door de Meer" een alleraardigst genoegen, een wondermooi tochtje, door streken die zeker aan drie kwart van onze lezers onbekend waren! Wanneer ge uitstapt aan al die schilder achtige dorpen, dan ziet ge allicht nog méér mooi's, maar de beschrijving van de spooneis zelve was me voor heden genoeg, en ik wil toch wedden, dat er nog wel eens de een of ander van mijn lezers, die zich een goede twintig minuten langer sporens niet bekommert en geen modernen haast heeft, toe komen zal, om in de volgende dagen de reis naar de hoofdstad over Aals meer, in plaats van over Halfweg, langs de eentonige trekvaart, te maken! Welnu, het zal hem niet berouwen! F. S. HOE HEMBERG WEED GE NOMEN. Pit het Duitsche groot-hoofdkwarLöi' komt. nu een ©enigszins aaneengeschakeld verhaal over de verovering van Lemberg, In het begin van September 1914 waren de. Russen Lemberg, de. hoofdstad van Galicië met 250.000 inwoners, binnengerukt. Zij ge voelden zich tijdeus bunne heerschappij in de schoone stad, die aanstonds den Foolschen naam Lwow terugkreeg, zeer tehuis en be gonnen Lemberg spoedig als een groote ves ting te versterken eu verder tot bescherming van-hun bezit de Grodek-tinio en de .Wereszy- ca-stelling voor de verdediging in gereedheid te brengen. De door de Oostenrijkers ge bouwde verdedigings-stellingen van Lemterg werden uitgebreid, vooral op het Zuidelijk, eri Zuid-Westelijk front en oen reeks veld- spooi wegen werd b'nncn het bereik der ves ting gebracht, om zelfs wanneer de Grodek- linie moe3t worden opgegeven, het behoud der vesting Lemberg te verzekeren. Gelijkloopend met de Grodek3telling en aau- sluitende aan het Noordelijk front dezer stel ling, werd een positie gobouwd die zien op do hoogten ten Westen van den spoorweg Lemberg*Rawaruska tot Dolroczt>ll UliSfaCkt. Nadat de legers van generaal-oversto Von Mackensen door de Grodek- en Weveszyca- stelling gebroken waren, kwamen de Duitsche divisies en de bij. hen aansluitende verbonden troepen voor de genoemde voortgezette stel- ling. liet centrum van het leger Boehm—Ermolli naderde tegelijkertijd het. West-front van Lemberg. Do hoofdtroepen van dit leger vie len een vijand aan, die naar het Zuiden steunende op de vesting, achter dc Sczerc- zeek- en de Stawczanka-beek zich opnieuw gereedmaakte voor den tegenstand. Het 'ge lukte in den avond van 21 Juni op verschil lende plaatsen door deze stelling te breken eu de aanvallende troepen vooruit te schuiven tegen de versterkingen op het Westel'jk front van Lemberg. De Duits -In troepen onder leiding van gene raal Von der Marwitz bestormden op den zelfden dag de voornaamste punten van de door de Russen hardnekkig verdedigde aan sluitende stellingen en dwongen den vijand daardoor deze positie in haar geheele uitge strektheid te ontruimen. Zv openden daardoor voor de naburige Oostenrijksehe troepen den weg tot de. versterkingen op het Noord-Wea- teiiik front der vesting. Op 22 Juni konden aldus de verdedigings werken op het Noord-Westelijk en Westelijk front door do Oostenrijk-Hongaarsche troe pen 'genomen worden. Reeds om Vijf uur in den morgen viel hef fort Rzesna, spoedig daarop Sknilow, tegen elf uur ook Pvsa- gora. Dit fort werd door het, Ooslc nrijksehe 34ste' infanterie-regiment. Wilhelm I, Diiitseh keizer en koning van Pruisen, veroverd In hel: fort Rzesna werden, na-ast gesel vut en machinegeweren, '400 gevangenen gemaakt, die lot niet minder dan achttien verschil lende Russische divisies behoorden. Tri liet fort vond men, behalve een massa wapens en munitie', ook veel houten kisten met stalen piafen. Reeds in den middag van denzelfden dag rukten de zegevierende troepen de hoofd stad binnen, waarin de Russen bijna tien maanden hadden geheerscht. Om vier uur in den namiddag trok de Oostenrijksehe bevel hebber de geheel ongeschonden, rijk met. vlaggen versierde stad binnen. Óp de stra len, voor de vensters, op de balkons stonden duizenden pn duizenden inwoners, 'die den bevrijder stormachtig begroetten en een bloe menregen deden neerdalen op de automobiel. Een der volgende dagen wenschte de opperbevelhebber, generaal Non Mackensen, te Lemberg den veroveraar der vesting, gene raal der cavalerie ,Von Boehm—.Ermolli geluk. De Duitsche keizer richtte bij het verne men van den val van Lemberg het volgende telegram aan generaal-overste Von Macken sen Ontvang bij de bekroning van den scliitierend-geleiden veldtocht in Galicië door den val van Lemberg miin innigsten ge!uk- wen sch. Deze val beëindigt de operatie, die stelselmatig voorbereid en krachtig ca ener giek doorgezet, tot successen aan veldslagen en buit in slechts zes weken leidde, daarbij nog in het vrije veld. gelijk zelden in do krijgsgeschiedenis te vinden is. Aan Gods genadige hulp danken wil °P de eerste plaats deze schitterende zegepraal, daarbij aas uw hekende door den strijd gestaalde iéfding en de dapperheid der verbonden troepen van de beide als trouwe kameraden strijdende legers. 'Ais teeken mijner dankbare etkaa- telijkheid benoem ik u tot veldmaarschalk. (Get.:) Wilhelm I.R. Tegelijkertijd werd de leider van het Oos tenrijksehe leger, aartshertog" Friednch tot Pruisisch generaal-veldmaarschalk benoemd. De trouwe samenwerking der verbonden legers had rijke vruchten gedragen. DU1TSCHLAND EN AMERIKA. Het Berl. Tagebiatt wijdt ©en hoofdarti kel aan do verhouding tot Amerika. Het eindigt aldus: Men mag niet over het hoofd zien, dat de berichten, die naar Amerika gekomen zijn, dat men in Duitschland in de hoogst© mate onverschillig is tegenover de mogelijkheid van een oorlog met Amerika, daar een zeer slechten indruk hebben gemaakt. Wij willen daarom uitdrukkelijk constateeren, dat der gelijke lichtzinnige uitingen slechte door zeer weinig bladen en, persoonlijkheden ge daan zijn, en dat zij het tegendeel vormen van hetgeen de groote meerderheid van het Duitecho volk gevoelt en wenscht. Ieder dwaas ophitsend woord van dit soort is na tuurlijk zooveel mogelijk gebruikt en de New-Yorksc'he bladen, die van Engel.sche zijde geïnspireerd worden, hebben zelf» her haaldelijk beweerd, dat JOnifcsehtend er naar streeft Amerikt in 't conflict te betrekken. Er zijn dus ook bij ons medeplichtigen aan de schuld1, dat de stemming tusschen, de hei de landen niet zoo is als zij moet zijn. Men moet erkennen, dat door al 'deze ontstem mingen de wederxijidt-cho verhouding niet zoo hopeloos in de war geraakt is, dat men niet bij goeden wil van beide zijden tot op heldering, overeenkomst en herziening van het oordeel zou kunnen komen. Sledhts op één punt zal het moeilijk zijn den strijd der meeningeu uit den weg te ruimen, namelijk in de a mm un i t ie-k west i e. De groote meer derheid van de Amerikanen houdt er aau vast, clat de regeering niet het recht heeft de particuliere industrie te verbieden am munitie te verkoopen aan wieu zij wil. Zij staat verder op het standpunt, dat men al leen hieraan een einde zou kunnen maken door ecu nieuw internationale overeenkomst die echter slechts in vredestijd gesloten kan worden. Zij wijst er vooral op, dat dc Aine- rikaanscihe regeering ate zoodanig geen con trabande verkoopt en pok geen ammunitie fabrieken A-an beteekenis bezit. Zij vork! a a rt, dat in vroegere oorlogen, waaraan Duitsch- land geen deel had, de Duitsche industrie precies zoo wapens, ammunitie en andere dingen aan de oorlogvoerenden heeft gele verd. In Amerika wordt zelfs beweerd, dat Duitechland langs den Aveg over Nederland uit Amerika eeu grootere menigte waren, dlie geen contrabande zijn,, gekregen heeft, dan alle contrabande-leveranties aan Engeland beloopen. Dat alles zal ons natuurlijk niet van onze meen'ing kunnen bekeeren, dat deze vreese- lijke oorlog, met zijn ontzettend bloedvergie ten en zijn lijden en tranen, door de Ameri- kaansoho leveranties van wapens en schiet voorraad verlengd wordt en. dat dit in strijd is met de pacifistische en humane neigin gen van de Vereen igde Staten. Ook als de leveranciers zich op de doode letters van het bestaande recht hunnen beroepen, hou den wij het voor dringend noodiig, dat men, ondanks deze letters, tot een snelle regeling Aan de amm unitie-kwestie komt. Evenzoo moeten wij op het standpunt b Ui ven staan, dat Duitechland in zijn oorlog tegen de En gelsche zeemacht geen afstand kan doen van het wapen der duikboot-en. Dat het dit wa pen niet geheel kan laten stomp worden. Maar wij Lopen, dat ook op dit gewichtige punt eeu vreedzame overeenkomst met de groote Amorikaansche republiek kan wor den bereikt. Het is ons bekend, dat hij de ver ziende burgers van Amerika, vooral in het middelste westen en in het Avesten, een stérke neiging bestaat ons gerechtigheid te doen wedervaren. Aan de overzijde moet men daarom ook weten, dat verreweg het grootste gedeelte van bet Duitsche vqlk, evenals de Duitsche tegeering den ernstigeu wil heeft met Amerika in vrede en vriend schap te leven. Als men deze overtuiging daarginds gekregen, heeft, dan moet de weg tot een eervolle overeenkomst gebaand zijn. Op de gezindheid komt het hii den tegen woordige.! toestand vooral aa; i. VOORBERICHT. Zooals geachte lezeressen van de Nieuwe Haanlemmer" een auteur zijn werk in een „Voorbericht" inleidt en als het ware aan den ^zer voorstelt, zoo neem ik bij deze beleefd de vrijheid voor een kwartiertje uw aandacht te ,.r3gen voor mijn nieuwe rubriek..Ik wil er dade- J hij zeggen, dat ze eigenlijk alleen in zoo- He van mij is, dat c!e redactie mij de leiding h an opgedragen heeft. Verder, mijne geachte «mes, behoort deze rubriek, die we iederen Vrij- «g hopen te doen verschijnen, aan u. En ik tjneï ,u dan °°k eerst gaan gelukwensclien met sta dat u 'n de Roomsehe krant een eigen kb u,ng hebt gekregen. Een waar u naar Voi a.ns hopen zult vinden allerlei waar- pi u zich interesseert, op verschillend gebied, hief'V zou u 00'K wel gelukwenschen, was het kftn'n 'k u 'oc'1 e'Seii 'ijk moeilijk feliciteeren ik 7JIet Iets' waf u gegeven wordt, en hetwelk £elf gemaakt heb! iolom'm ter ,za^e voor koffiepraatjes zijn onze W S" nL u,ie t bedoeld' U hebt hier nu ^achf^ Verstaat mij echter goed. lezeross-en. niet is het de bedoelingdat VERSPREIDE BERICHTEN Dc toestand in Tripolis. De Voes. Ztg. verneemt uit Lunano: Hoe bedenkelijk de toestand voor de Italianen in Tripolis geworden is, blijkt uit d© mededee- lingen van een uit Tripolis teruggekeerden Secolo-correspondent. Hij schrijft o.m.: Na zware verliezen, Avel- ke aan gebrek aan doorzicht, misschien ook aan verkeerde manoeuvres ziin toe te schrij ven, is gelijk men uit de officieele berich ten zou gelooven, de toestand niet hopeloos. De heele Westelijke kuststreek, alsmede do daarachter gelegen 100 K.M. breede vallei van Gaf fis zijn rustig. Daarentegen is na het ongelukkig einde A-an de mislukte expe- ditie-Miani de toestand zeer ernstig in Oos telijk Tripoli eu in de Gibla in de streek ten zuidon van Gebel, welke met de nim mer onderworpen streek van Syrum in ver binding staat. Daar is de zetel van de rehellenstammen, die door de Senoessi ondersteund worden, die heimelijik van wapens voorzien worden. Daar wordt met afwisselend geluk gestre den. Deze stammen trekken thans op tegen Oos telijk Tripoli. Tarkuna is reeds ontruimd. Hopelijk zullen wij het Aveer bezetten, wan neer de regeering spoedig van Homs tot Garia sterke verdedigingslinies aanlegt. Daardoor zal het deel behouden bliiven, dat de moeite loont. Wanneer wii ons echter tot Homs, Tripolis, Sn ara moeten beperken, (ton wordt de toestand wanhopiger, want dan zullen ook de tot nu toe trouw gebleven stammen opstaan. De terugtocht der Russen. De oorlog&corresiponclenit van de Köln. Ztg. schrijft: De Russische artillerie heeft opgehouden te schieten. Wat men in de geschiedenis van geen enkelen oorlog beleefd heeft, is hier voor den eersten keer gebeurd: alle artille rie-parken, die anders do taak liebhen den terugtocht te dekiken, zijn ou dit oogeniblik als weerlooze hallast, met de grootste snel heid naar het achterland gevoerd, omdat nren geen of slechte slechten schietvoorraad had. Zij hebben de rol op zich genomen van den trein, die anders het eerst wordt, wegge stuurd. Ook de trein echter A'ormt in dezen slag van de reusachtigst© en gruwelijkste afmetingen een hijzonder hoofdstuk. Sedert dagen vormen zij stuwingen en oueenhoo- ping'en en onontwarbare kluwens. De afdeelingen werden \Tan hun troepen gescheiden. De troepen kregen geen toevoer. Dit maakt begrijpelijk, dat heele troepen ge vangenen halfdood van den honger gevon den werden. Toen de opmansch steeds voort ging, bleef den Russen niets anders over den hun trein vaak in den steek te laten. De manschappen redden de paarden, spanden ze uit en reden weg, terwijl de wagens on beheerd op den weg bleven staan. De vol gende colonnes A-an de Russen wierpen ze kortweg ter zijde, om maar A-oornit te ko men. De velden werden er mee bezaaid en nu begon eeu wedloop, waarin overwinnaar eiï overwonnene in een ongeëvenaard tempo de grootst mogelijke snelheid trachtten te hereiken. De achterhoedegevechten, die de Russen A'aak leveren, kan men ternauwer nood als ernstiger tegenstand beschouwen. Deze wilde vlucht is slechte te verklaren uit de volkomen overrompeling der aanvoer- voerders, die ten slotte hulpeloos moesten toezien, hoe zij even zoo gewelddadig van hun troepen gescheiden werden als de troe pen A-an hun trein. Ten slotte was er geen brigade-, geen divisie-, A-aak ook geen korps- commandant meer, die een oog had kunnen houden op den terugtocht van hun eigen troepen. Zij waren steeds ergens anders en niet te vinden. Aanvoerders en manschap pen, alles ging en gaat in wilde hoopen in stinctmatig achteruit. Intueschen gaan dc dreigende bewegingen van de legers van Duitechland en Oostenrijk uit het noorden voorwaarts en tegelijkertijd uit het centrum. Eeu Frauseh officier aan het woord. De Kolnische Zeitung geelt de vertaling van een stuk uith et dagboek van een Franseli officier, die gevangen is genomen. Vóór den oorlog was hij hoogleeraar aan do Sorboune te Parijs. „Een bosch met hyacinthen, anemonen en vogels. De wind zingt in de berketakken. die zich zacht in zijn streelenden adem wie gen. De wilde kers bloeit. Ik heb me een tuil hyacinthen in den koppel gestoken. Ik liob mij op een bemosten steen gezet en hen geheel alleen, geheel alleen in de droome- rige stilte van dezen namiddag, is het mo gelijk, dat de doffe slagen, die de wind uit het Noorden aanvoert, weer kanonschoten zijn, dezelfde kanonnen die in de Vlaamsche hel donderden?" |De schrijver wordt dan bitter, als hij denkt aan de menschen, die achter het front alles bedisselen en alles krijgen, terwijl die voor aan het front zijn alleen ontvangen wat hun de „Boclie" kan toezenden. Een officier is moeten aantreden en men vroeg hem uit naam van den minister rekenschap over een brief, waarin hij geschreven had, dat zijn manschappen geen lust meer had den. Óp een dag roept cle opperbevelhebber de officieren bijeen om hun te verwijten, dat zij te scrupuleus zijn, en liun te bevelen, de manschappen haat tegen al Avat Duitsch is in to prenten! „U moet uw soldaten dén haat tot plicht maken, plant dien in bij hun gezinnen, voedt hun kinderen in den haat op!" En tot slot verbood hij hun „odol, osram-lampen en maggi-soep." Als dc schrijver aan den winter in Vlaan deren deukt wordt hij grimmig. „Als ik be denk, dat wij zes maanden lang in het ver schrikkelijke ongerief van don Vlaamschen winter een sector hebben verdedigd, dié aclit dagen na ons vertrek verloren gingUDe geheele Ysermond hoort nu aan de Boche3, al die plaatsen, waar wij zooveel hebben uitgestaan, de spits van Langemarck, waar we in het lijkewater vervuilden, het drie hoekig boschjo dat in December 1500 man heeft gekost, Steenstraete, waar ik in de donkere Januarinacht heb gewerkt, Pil- ckem, waar ik een heele haardplaat heb vol gekrabbeld, het kruispunt 145, waar ik je Kerstpakje heb ontvangen: onze heele win ter, al ons ongemak, alles verloren en ver geefs 1 Dit is het beeld van dezen heelen oorlog; werkelooze offers, lijden, ziekte, dood en verwoesting zonder eind. En over winnaar is ten slotte niet, wie het meest heeft gewonnen, maar wie het langste heeft uitgehouden. Meer dan ooit heeft men den indruk, dat allen van voren af aan moet be ginnen. Het bericht van den terugtocht op Boesinghe heeft ons volslagen verpletterd Eerst had men het gevoel van iemand, dié zich na een opwindend ongeval betast om te voelen of hij heel ïs gebleven. 'Nog acht dagen daarginds en we waren dood geweest of krijgsgevangenen gemaakt. En toen kwam de gewaarwording van iemand, die er heel huids is afgekomen, maar er zijn vermogen bij heeft ingeschoten. Want al die oorden daar behoorden ons, ons, de jongens van het ste. En nu is alles voorbij, en A-an de offers, die van den winter zijn gebracht, is niets overgebleven dan de herinnering aau een schrikkelijken boozen droom." Marconi in gevaar. Mevrouw Inez Milholland Boissevain, die a!j correspondente van de „New York Tribune" nu in Italië aan bet werk is, telegrafeerde 1 Juni aan het blad het volgende uit Londen: Een Duitsche duikboot joeg de „St. Paul" Zaterdag achterna tot den uiond van de Mersey, vanwaar de U-boot door Britsclie torpedojagers werd verdreven. Ik vernam liet van den com mandant van de „St. Paul", die het aan den heer Guglielmo Marconi en mij vertelde even voordat wij Zondagochtend de boot- verlieten. De heer Marconi was door den Italiaanschen consul te New-York gewaarschuwd, dat een onderzeeër waarschijnlijk een poging zou doen, om do boot aan te houden ten einde zich meester te maken van den heer Marconi. (Tot recht begrip hiervan moet men weten, dat Marconi, die senator van Italië is, door den Koning uit New-York ontboden werd naar Rome, waar hem een rang in het leger en het opperbevel over het draadloos seinen gegeven zou worden.) Zijn naam werd niet op de passagierslijst ge-' plaatst én men poogde zijne tegenwoordigheid op de „St. Paul" geheim te houden. Onder da pasagiers 1ste klasse bestond een zwijgende OA-ereenkomst, dat zij allen zouden „liegen als u van de courant voortaan alleen dit leest! Alles, wat voor allen is, blijft ook voor u. Nieuwsberich ten e. d. van den Roomschen Vrouwenbond zul len we bijv. evengoed onder „Sociale Berichten" blijven plaatsen. Maar deze rubriek is speciaal voor u. Hierin zullen we niet zoozeer nieuwtjes voor de vrouw opnemen, Maar toch van alles wat u interesseert. Zoo nu en dan een praatje over mode. (Zonder dat zou een vrouwenrubriek wel een onding zijn!) Mededeelingen over wat in de Nederlandsche vrouwenwereld alzoo voor valt, in den ruimsten zin genomen (onder: Uit Eigen Land). Idem wat bui-ten onze landspalen in uwe krin gen gebeurt. (Onder: Van over de grens). Ver der: huishoudelijke en praclisdie raadgevingen en nog eenige andere onderafdeelingen van onze Vrouwenrubriek, die zekerlijk in den loop dei- tijden nog zullen ontstaan. U-zelf zult daaraan kunnen meewerken. Wij geven ook een „Brieven bus". U vraagt daarin bijv. om een wapen tegen een vlek in uw japon. Weien wij het niet, en kun nen wij het niet achterhalen, dan brengen wij liet probleem ter openbare kennisse (zonder uw naam natuurlijk!) en trachten zoo de oplossing voor de vraagster te verkrijgen. Op die manier krijgen wij een onderlinge hulp en samenwer king onder onze katholieke vrouwen, door mid del van onze Damesrubriek, en dat wenschen wij juist. Het behoeft wel niet gezegd, dat die mee- en samenwerking op allerlei gebied mag en moet bestaan. Zoo houden wii ons voor inzen ding van stukjes op verschillend gebied ten zeer ste aanbevolen. En hiermede, mijn geachte lezeressen, moet ik mijn voorbericht dat welhaast een voorrede is geworden! sluiten. U kent nu onze bedoe ling. Die zal u na eenige Vrijdagen hopelijk nóg duidelijker worden UIT ÉIGEN LAND. Over Vrouwenkiesrecht. En ik hoop dan als bewijs, dat u die begrepen heeft, flinke medewerking te mogen ontvangen I U moet nog niet schrikken als u dit leest. Ik ga natuurlijk geen pleidooi houden voor het stemrecht van vrouwen. Daar houden wij ons niet mee op aan onzen kant. Voorloopig, ge achte lezeressen, hebt u ai genoeg te doen met te zorgen dat uw man naar de stembus gaat. (Of gij, geëngageerden, dat uw verloofde gaat stem men, of gij, dochters, dat uw vader en gij zusters uw broer zijn kiesrecht gebruikt!) Zelf moogt u nog niet. U zoudt immers niet willen, zooals bijv. in Finland en in Noorwegen, en nu pas nog weer in Denemarken, de dames gaan doen. De koning van Denemarken heeft nl. op 5 Juni de nieuwe grondwet bekrachtigd, waarbij aan de Deensche vrouwen gelijke burgerrechten zijn verleend, als aan de Deensche mannen. De Nederlandsche Vrouwenkiesrecht-vereeni- ging heeft niet nagelaten, bij deze gelegenheid aan diverse personages hulde-adressen te zenden. En ze heeft den Deensclien consul te Rotterdam van alle kanten huldigend toegesproken. Gij kunt u misschien voorstellen, dat de leden van die vereeniging watertandden, toen zij van Denemarken's besluit hoorden!....- En gij berust maar weer in deze „achterlijk heid" bij uwe Deensche zusters Ja? Dan vind ik u heusch verstandigl VAN OVER DE GRENZEN. Vrouwelijke tramconducteur# te Berlijn. Door den oorlog werd de directie van de Ber- lijnsche tram voor de keuze gesteld het verkeer uit gebrek aan personeel sterk te beperken of de onder de wapens geroepen beambten te vervan gen door vrouwen. Zij nam haar toevlucht tot het laatste en daardoor kon de dienst, weliswaar niet in vollen omvang, maar toch voor het groot ste gedeelte, geregeld doorgaan. Bij de aanneming van vrouwelijk personeel is men echter zeër voorzichtig te werk gegaan. Eerst werden slechts de naaste familieleden van onder de wapens geroepen beambten in dienst gesteld en deden de vrouwelijke „conducteurs" alleen dienst op de bijwagens, waar zij zoo goed als niets met de technische inrichting te maken hadden, maar langzamerhand is men tot uit breiding van het vrouwelijk personeel overge gaan en vervangen zij hier en daar de mannen geheel en al. j Thans kan iedere vrouw, die den leeftijd van 21 jaar bereikt heeft, minstens 1.62 M. lang is en een getuigschrift van goed gedrag kan overleggen, zich aanmelden. Zij wordt dan ffbg geneeskundig onderzocht, vooral op scherpte van gezicht en gehoor, en blijken deze voldoende te zijn, dan ontvangt ze onmiddellijk uniformklee- ding en wordt haar aangezegd zich den volgen den dag te melden op het station, dat het dichtst bij hare woning ligt. Daarna moet zij twee dageti onder leiding van een ouderen conducteur dienst doen, vervolgens krijgt ze gedurende vijf dagen theoretisch onderricht en dan mag ze zelfstan dig optreden. Dan is de beginnelinge nog wel wat angstig en onzeker, maar het zelfvertrouwen keert snel terug en na eenige dagen doen de vrouwelijke conducteurs haren diens-t even goed als de mannelijke collega's! BRIEVENBUS. Alles, voor deze rubriek bestemd te richten aan de 'Redactie van de N. Haarl. Crt. (Dames- rubriek), Kinderhuisvest 29—33, Postbus I, Haarlem. Tot uiterlijk Woensdagmiddag ontvangen brieven en stukken worden in de eerst-verschij- nende rubriek verhandeld; nè dien tijd ontvan gen bijdragen komen een weekje later aan de beurt. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ™SSuiL«D I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 5