UITBREIDING ONGELUKKENVERZEKERING. Pe Administratie. Ingevolge onze voorloopige aankondiging van Maandag j,I. berichten wij, dat de uitkeeringen onzer Ongelukken-Verzekering tegelijk met de prijsverhooging dei* counnt als De uitkeering bij levenslange ongeschiktheid wordt verhoogd van f 8000 op f 4000. De uitkeering bij overlijden wordt verhoogd van f400 op ffSOÖ. Bovendien zal in het vervolg bij breuk van een arm of been tengevolge van een ongeluk een uitkeering van ff 75 geschieden. Eindelijk wordt bepaald dat bij ongelukken, die men beloopt als passagier reizende, bij een spoor-, boot- of tramongeluk, het dubbele van de gewone uitkeeringen wordt betaald, met uitzondering alleen van de uitkeering bij levenslange ongeschiktheid. Hiermede wordt onze ongelukken-verzekering de hoogste van alle couranten-verzekeringen in Nederland. Dezer dagen zal in de courant een formeele verklaring omtrent deze verhoogde uitkeeringen worden geplaatst, die uitgeknipt en aan de polis gehecht moet worden. WAT ANDEREN ZEGGEN ken, aan hun beginsel getrouw. Indien nu ieder kiezer op 't appel is en geen stem voor rechts verloren ga, dan is ook de uitkomst: Haarlem rechts!, eindigde spr. De heer de Lobel, de tweede spreker, werd eveneens met applaus begroet. Op geestige ma nier critiseerde hij 't geen de soc.-dem. de goê- gemeente diets maken indien men hunne candi- daten in den Raad kiest en wat zij haar alzoo voorspiegelen. De eene belofte is al schooner dan de andere. Maar spr. verwachtte dat van al die beloften in de practijk niet veel zal terecht komen en dat men ook hier weder zal zien: veel beloven en weinig geven, doet de gekken (pardon, de kie zers) in vreugde leven Dan deed spr. opmerken, dat de soc.-dem. krachtens hun programma en princiepen al de noodmaatregelen van heden in blijvende willen omzetten en daarmede den winkeliers en den middenstand schade zullen berokkenen. En verder stelde hi> in 't licht dat om redenen van tactiek de soc.-dem 't doen voorkomen, dat zij niet tegen den godsdienst zijn, om stemmen te winnen onder de geloovige arbeiders, maar dat zij in 't wezen der zaak wel terdege princi pieel tegen den godsdienst vijandig overstaan. Laten wij ons dan door de soc.-dem. tactiek niet in de luren laten leggen, eindigde spr. Stemt allen rechts en tijdig in de ochtenduren. Niemand blijve thuis. Dan is de kans groot dat aan rechts de victorie is. (Lang aanhoudend applaus.) De heer Mr. J. B. Bomans, wiens optreden een niet minder levendig applaus ontlokte, sprak over het karakter en de grootheid van den strijd, dien rechts voert, in geestdriftvolle bewoordin gen, waarbij hij deed opmerken, dat ook bij de gemeentepolitiek wel terdege beginselen te pas komen. Krachtig wekte spr. ten slotte op om bij die verkiezingen van éénheid blijk te geven, daar dat onze kracht is geweest waardoor wij meer dan eens overwonnen. Allen één, besloot spr., dan kunt ge bereiken, Wat ge wilt en moet: Haarlem om en Haarlem rechts! (Donderend applaus.) De heer Heerkens Thijssen sloot daarna de ver gadering met woorden van dank aan. de sprekers «n met 't uitspreken van den wensch, dat onze oandidaten allen mogen worden gekozen. Kaf&iolieke Juvenaat. (Vervolg van gisteren). De penningmeester, de Hoogearw. heer Deken Stoffels brengt de rekening en verantwoording van twee jaren nit. We stip pen de volgende cijfers aan: Saldo 1913: 327.98; ontvangsten 498,60; uitgaven 72.40; saldo 425.20; ontvangsten 1914 565, uitgaven 86.95, saldo 47825, waarvan 425 gedeponeerd bij de Gentr. Midd. Credietbank. Bij punt 4: mededeelingen *èn besprekin gen, deelt de voorzitter mede, dat de beslis sing van het Episcopaat, over de samenwer king tusschen Patronaten en Jongelingsver eenigingen en Aspirant-vakafdeelingen nog niet is afgekomen, omdat Z. D. H. de Aarts bisschop nog niet van alle Hoogwaardige Bisschoppen de beslissing had ontvangen. Z. D. H. de Aartsbisschop schreef erbij, dat naar het zich liet aanzien, geen groote bezwaren waren te wachten. Naar aanlei ding hiervan stelde de voorzitter voor, dit practisch besluit te nemen: de patronaten, hier aanwezig, besluiten met de R.K. .Vak organisatie, tot samenwerking met de Aspi rant-vakafdeelingen, op den grondslag, door Mgr. den Bisschop goed te keuren, behou dens de beslissing van het Episcopaat. Na verschillende opmerkingen wordt dit aangenomen. Betreffende het tijdschrift „De jonge wacht", wordt medegedeeld, dat het aantal abonnó's 6653 bedroeg. Er is een batig saldo Van f 509.25 Naar aanleiding van dit gun stige resultaat is besloten de Jonge Wacht uit te breiden en o.m. te illustreeren. Volgen eenige financieele mededeelingen. Het congres leverde een batig saldo op van f 59.84; ie lad „Patronaat" had een ie kort van f 1 i 94. De Voorzitter beveelt aan de studie van het ingediende .wetsontwerp, betreffende het vakonderwijs en ontving daarna gaarne opmerkingen enz. daaromtrent. Door den heer L. B. Huijgen, civiel-inge- nieur te Rotterdam, wordt nu het verslag uitgebracht van de Commissie van Toezicht op de Teekenecholendaarmede verhonden doet de heer Hu ij gen het voorstel, om de Commissie van Toezicht te veranderen in een commissie van advies, die tot taak zal hebben om adviezen te geven aan de teeken- eeholen. Hierdoor wordt eveneens weggeno men de schrik eventueel voor de critiek welke der teekenseholen nn zal bespaard olijven. De commissie zal raadgevingen verstrek ken en modellen e.d. aanbevelen. Men zal in de keuze der teekeningen zoo Veel mogelijk één lijn trachten te volgen, om ©enheid hierin te krijgen, maar toch elk pa tronaat hieruit eigen keus laten doen. De vergadering vereenigt zich met ddt "Voorstel en benoemt verder als nieuw lid Jfln de commissie van toezicht den weleerw. heer Th. van Ontersterp, Vervolgens heeft de bestuursverkiezing maats. De vier periodiek aftredende leden orden allen herbenoemd, te weten de hee- en: rector N. H. M. van Reysen, Deken G. Y Stoffels, J. Prins en F. H. van Kessel. ggji. Kt de pauze, gedurende welke in de ge- f6 benedenzaal de inwendige mensch W°rdt versterkt. - y a pauze i« aan de orde punt 7. De jVVeleerw. heer J. Annegarn, uit Den Blaag, komt een krachtige pleitrede houden Voor de ^richting van plaatselijke en districisbon- jjon. De Eerw. spreker toont allereerst aan, ®at ieder patronaat meester zal blijven in hm eigen huis, doch een band tusschen de atronaten onderling ie noodzakelijk, om- t dan veel meer kracht van het patro- aatswezen uitgaat; dien band bereikt men -*.£ plaatseL- en districtsbonden. De gewee- Jjko commissies bv. hebben gemeenschap- iel-'-v6 ^elanfi:en' ea bevorderen die gemak- 'rJu* en beter door gemeenschappelijk ooilng met elkaar te honden. Het patronaat wordt dikwijls beschouwd ©en particuliere liefhebberij; dat zal ver eren als er ©en plaatselijke of districts- is; dan gaat er meer kracht naar bui- Van de patronaten uit. spreker betoogt dan de groote voor- Plaatselijke fusie en districts-ver- nen in hun werken. Hij het Eerbalingisonderwijs kunnen 3e patronaten elkaar steunen, zooals we dat te Haarlem en in Den Haag ook al zien. Een te benoemen inspecteur zou verder dat onderwijs kunnen inspecteeren, en in den grooten bond zou verder hierin weer meer eenheid komen en een band zou er komen tusschen bet onderwijs in den gebeelen bond. Wat bevordert bet verder de teekenseho len niet, die door samenwerking hooger-op komen in hun werken. Wat is de onderlinge band verder ook nog bevorderlijk aan alles, wat bet patronaat wil en doet: bet werk der retraiten, de gym nastiek en aan alles eigenlijk wat een pa tronaat beoogt. De 1 andbouwcursuesen ten platte lande worden gezamenlijk gegeven. Deze en nog vele voordeelen meer somde de Eerw. spreker op, om de vergadering te overtuigen van bet nut van. plaatselijke- of districtsbonden, tot de oprichting waarvan bij krachtig opwekte. De voorzitter onderstreepte van zijn kant nog eens een en ander, en sprak^ even eens den nadrukkelijken wensch uit dqt plaatselijke- of districtsbonden overal waar mogelijk tot stand komen. Als plaats der volgende jaarvergadering werd hierna Rotterdam aangewezen. Bij de rondvraag werden door ver schillende heeren inlichtingen gevraagd, meest van huishoudelijken aard. Ook werd een woord van hulde en dank gesproken aan de redactie van „De Jonge Wacht". Door een der Eerw. heeren geestelijke di recteuren werd de wenschelijkheid geuit, dat patronaten zich zullen aantrekken het lot van achterlijke en geestelijk en maatschap pelijk verwaarloosde kinderen, om die voor God en maatschappij te redden en dat te doen in den geest als door het St. Francis- eus-liefdewerk gedaan wordt. De voorzitter sprak ten slotte een uit gebreid „slotwoord" zoo kondigde de agenda tenminste bescheidenlijk aan maar het was in werkelijkheid een krachtige, mooie slotrede. patronaten hoogerop leiJen'. Met den wensch, dat dan het volgend jaar het getal patronaten van 79 tot 100 moge ge stegen zijn, sluit spreker zijn indrukwek kend woord, dat door een hartelijk en krach tig applaus ontvangen werd. De vergadering werd daarop om bij vie ren met gebed gesloten. VEEEENIGING VAN HOOFDEN VAN R.K. BIJZONDERE SCHOLEN. (Vervolg van gisteren). In de middagvergadering kwam aan de orde het punt: de schoolbibliotheek een technisch onderwerp bij uitnemendheid, achtte de voorzitter, om met de klasseonder wijzers te bespreken, nadat men eerst hier dienaangaande tot eenig practisch resultaat is gekomen. Inleider was de heer H. Am- mersdorffer van Hrsem. Spr. deed in een inleidend woord opmer ken, dat de 1. s. het kind ook leert het verstandelijk lezen om den kinderen te doen verstaan 'tgeen zij lezen en niet alleen het nauwkeurig en natuurlijk lezen. Die lagere school moet het kind leeren lezen. Maar daarmede mag die school niet volstaan. .Wan neer de school een aantal uren onderwijst, dan is haar taak nog niet geëindigd. Ook buiten de schooluren heeft zij haar taak en mede nadat de leerlingen de school hebben verlaten, opdat het op de school gehoorde moge beklijven. Het huisgezin, de priester en de school dienen elkander te helpen, betoogde spr., om de leerstof te doen beklijven en in dit verband is de schoolbibliotheek noodig en nuttig, mede om buiten den schooltijd in vloed uit te oefenen op het willen en kunnen der kinderen. De schoolbibliotheek is noodig na het derde leerjaar wanneer met voortge zet onderwijs is begonnen enmoet staan onder toezicht van den klasseonderwijzer, daar de ze 't meest met de kinderen op de hoogte is en weet wat hen uit te reiken. .Voor ieder leerjaar, dienst zij afzonderlijk inge- Tn behandeling "Kwam nu de derde Con clusie van den inleider," luidende'; De inhoud der schoolbibliotheek zij' van dien aard dat 't leerend en ontspannend ele ment beide aanwezig zijn,-echter met dien verstande, dat 't ontspannend element het leerend element bedekt. m Daarbij kwam de kwestie te sprake of of men ook neutrale lectuur zal opnemen. De heer Wesseling achtte dat men niet voor alles ontspanning moet zoeken, maar meer moet letten op 't godsdienstig en zede lijk element der boeken. In dit verband meende spr., dat men geen neutrale lectuur in de schoolbibliotheek opnemen moet. Spr. haalde voorbeelden aan hoe men met neutrale lectuur al is die dan ontspannend de kinderen feitelijk baldadigheid leert. Men bederft dan den smaak voor lectuur met godsdienstige en zedelijk-vormende strek king. Wij moeten hebben lectuur als van zuster Therèse in de Roomsehe Jeugd, meen- spr. De heer Hendriksen achtte eveneens neutrale lectuur gevaarlijk, omdat "dan de naam van den schrijver bij de kinderen bij blijft en men later van denzelfde dan wer ken van nog veel gevaarlijker strekking gaat lezen. Aangedrongen werd om in de conclusie neer te leggen het beginsel, dat bij voor keur dienen te worden opgenomen werken met een godsdienstig en zedelijk vormende strekking. Ten slotte stelde inleider voor om in de conclusie te lezen in plaats van „ontspan nend element" „godsdienstigzedelijk vor mend" met dien verstande dat dit over- heerschend is. Daarmede vereenigde de vergadering zich. Aangenomen werden verder de laatste twee conclusiën luidende: Bij de uitreiking der boeken houde men rekening met de individualiteit van den leer ling, en: de bij de uitgifte betrokken onder wijzer stelle zich op de hoogte pf de inhoud is geworden het werkelijk eigendomsrecht volgt worden gerégeld Pastoor van Stee begon met de heeren voor hun aanwezigheid, te bedanken en voor hnn deelneming aan d© debatten en de vele gemaakte opmerkingen, die het bestuur, zoo zeide hij, ter harte zal nemen in het belang van het Patronaatswezen. De Eerw. spreker betoogde daarna in mooie bewoordingen, dat de directeuren toch met liefde en toewijding zioh voor hnn pa tronaat zullen geven, want dan alleen kan het gezond leven en grooter worden en kan er kracht ten goede van uitgaan. En er moet ook krachtig gewerkt wor den in en voor de patronaten, want, zoo ver volgt spr., het socialisme mag door den oor- richt te zijn. Ze dient te omvatten geschiedenis, land en volkenkunde, aardrijkskunde, natuurkun de enz., en te zijn een veelomvattends iets. In de schoolbibliotheek dient de. jeugd iets te vinden aLs een vergoeding voor de vele uren met de wetenschap doorgebracht en zij dient ontspannend en tegelijk leerend te werken, in dien geest, dat de jeugd ongemerkt gods dienstige en profane kennis wordt bijge bracht. Er is inderdaad veel lectuur in dien geest. Toch biedt de samenstelling eener schoolbi bliotheek veel zorg en moet bij de uitreiking jïer boeken rekening gehouden worden met log al zijn ontwricht, nè den oorlog zal het *ïlo individualiteit der leerlingen. Daarom weer krachtig en in al zijn gevaarlijkheid te voor schijn treden. Zedenbederf en on geloof zullen weer komen opduiken, als de vrede hersteld is, ondanks alle oogenblikke- Hjke opleving van godsdienstzin. Laten we daarvoor, zegt spr., steeds ge mobiliseerd zijn onder (het vaandel van on zen Koning Jesus Christus, en strijden om de aan ons toevertrouwde jeugd te bewaren tegen eopialisme en zedenbederf en onge loof. Ons patronaatewezen kan en moet nog meer vooruit! Spr. herinnerde aan de ge nomen besluiten en kenbaar gemaakte wen* schen, en hoopte, dat alles zon worden na gekomen en uitgevoerd tot grooter opbloei van het patronaatewezen. Mgr. Callier had eens tegen spreker ge zegd, dat het patronaatswezen zoo langzaam vooruit ging. Laten we zorgen, tegen de volgende ver gadering, tevredener woorden van Mgr. den Bisschop te hooren, en laten we daartoe ons aller best doen en liefdevol en ijverig on» dient ze te staan onder toezicht van den onderwijzer. En verder moet de onderwijzer zich op de hoogte stellen óf Üe inhoud der uitgereikte boeken het werkelijk eigendom van de leerlingen is geworden. Over eenige door den inleider gestelde conclusion is daarna van gedachten gewis seld'. Met de le conclusie van den inleider, dat een schoolbibliotheek nuttig en gewenscht is, vereenigde de vergadering zich daarna. De tweede conclusie luidde: „De inhoud en omvang der bibliotheek moet geschikt zijn om aan te sluiten bij den omvang der leerstof in de derde en boogere leerjaren. Eenigen der aanwezigen achtten, dat men met een schoolbibliotheek eerst moet begin nen bij het 5e en 6e leerjaar en dat de practijk leert dat te beginnen met het 13e leerjaar nog wel wat vroeg is. De conclusie .werd in dien zin geamen deerd aangenomen dat in het algemeen met het 5e leerjaar zal worden begonnen en waar van den leerling. Besloten werd nog eene commissie te be noemen om saam te stellen een catalogus waaruit men kan putten bij oprichting of aanvulling eener schoolbibliotheek. De Voorzitter betuigde daarna on der applaus dank aan den inleider voor de. door hem gedane moeite. Nadat bij de rondvraag nog eenige huis houdelijke aangelegenheden waren behan deld, voerde ten slotte nog het woord de Hoogeerw. heer Mgr. M. P. J. Möllmann, vicaris-generaal van Z. D. H. den Bisschop, en eere-voorzitter der vereeniging. Mgr. sprak als navolgt: „Bij de Posteommunie der H. Mis van Kerkwijding heb ik hedenmorgen met n go? beden, want ik mag vertrouwen* dat ve len uwer reeds de goede gewoonte hebben aangenomen, om den priester met het Mis saal te volgen: „God, Die uit levende en uit gekozene steenen een eeuwige woonplaats „voor Uwe Majesteit voorbereidt kom Uw „sineekcnd volk te hulp, opddat Uwe Kerk „uiterlijk aangroeiend in ruimte, ook gees telijk in goederen moge toenemen." In dit gebed vond ik stof en aanleiding nu een entkei woord van opwekking tot u te sprekeu. Mijn© vrienden, gij werkt met God mede, om Hem een woonplaats te bereiden uit lo vende en uitgekozene steenen: ik ver sta bieronder de zielen der kinderen op de eerste plaats! Zij zijn op bijzondere wijze de lapides „vivi", het leven der genade, hun in het H. Doopsel gegeven, stroomt nog brui send en onvermengd door de zielen: zij zijn uitverkorenen „electi"; bet meest aangenaam aan den goddelijken Kindervriend* Die ge sproken heeft: „Laat de kleinen tot Mij ko men.' En uit die levende en bevoorrechte zielen is God bezig een eeuwige woonplaats te be* reiden voor Zijne Majesteit: God in ons en wij eenwig in God. Maar bij die voorbereiding neemt God u aan met de ouders, tot zijn medewerkers, Wat een heerlijke en verhevene roeping! „Veel grootscher werk dan het bouwen eener Kathedraal" zegt Mgr. Korun van Trier „is het opbouwen en. vormen der kinder ziel, want deze is een levende tempel Gods". Wat eene verantwoording dan ook van u, mijne heeren, die aan het hoofd der scholen staat! Hoe groot moet uwe zorg zijn, om het doodend gif of de doodelijke aanvallen van den vijand, waar hij ook gevonden zou worden, af te weren van die levende en bevoorrechte kinderzielen! We verheugen ons over de oprichting van zoovele katholieke scholen, niet het minst in ons Bisdom.... Maar is overal de katholieke geest! Of zouden wij met omzetting der woorden van de Postcomnrame niet nu en dan kun nen zeggen, dat de katholieke school uiter lijk aangroeit in ruimte, maar geestelijk in goederen afneemt! Ware dit het geval, het zwoegen onzer brave katholieken voor op richting en onderhoud onzef Roomsehe School, zou voor een groot deel doelloos zijn geweest. Neen, hoe meer scholen, hoe meer vooruitgang in geestelijke goederen! „Spiritualibus amplificetur arguentis". Vooral het hoofd moet den echten Room- schen geest honden in de school; daar moet verspreid worden de goede geur van Chris tus: als in een lusthof moeten daar bloeien de welriekende bloemen der deugd, der lief de, der zuiverheid, der gehoorzaamheid, der naarstigheid. Het gedrag en voorbeeld, de opwekking en de vermaning van den leeraar moeten bet geestelijk leven van den leerling versterken en vruchten doen dragen. „Spiritualibus amplificetur arguentis". Die taak is zwaar en dikwijls ondankbaar. Maar het groot© middel bezit ge, om baar met lust en succes te vervullen: het gebed. „Auxiliare populo tuo 6upplicanti": Vooral dat gebed, hetwelk ge zeer dikwijls, moge lijk dagelijks tot God kunt storten, wanneer de eeuwige Wijsheid des Vaders onder 6a- cramenteele gedaante in uw hart rust! Dan kunt ge zoo krachtig bidden voor n zeiven, opdat nw roeping zekerder worde^ en voor uwe leerlingen, opdat ze bewaard blijven voor het kwaad en gesterkt worden in bet goede. Blijft ge dit trouw doen, dan zult ge zelf ook blijven behooren tot dien eeuwigen tem pel, dien God voor Zijne Majesteit voorbe reidt, en in dien tempel zult gij niet de minst schitterende, steenen zijn, want: „die velen zullen onderwezen hebben ter gerechtigheid, zullen als sterren blinken in de eindelooze eeuwigheid". De voorzitter zeide dat men gaarne zou handelen in den geest als door Mgr. was gesproken en dankte de aanwezigen voor hun opkomst, waarna Mgr. met gebed de verga* dering ©loot. FRANKRIJK EN DE KATH. KERK. In antwoord op de bewering van Enten* te-gezinde Nederlandsche bladen, dat eene overwinning van Duitschland een gevaar voor de Kath. Kerk zou vormen, schrijft de ZeeTEerw. Heer A. Blomjous, Nederl. R.-K. pr. in Duitschland, in bet weekblad „De Toe komst" een betoog voor het tegendeel. De Kath. Kerk, die zegt hij volgens de Fransdben nu vooral van Duitechland te vreezen heeft, wordt in Frankrijk sinds ruim 85 jaar systematisch vervolgd. „Het katholicisme ie een hindernis voor de repu- blicaniseering. Wil Frankrijk de republiek redden, dan moet bet met Rome breken", schreef in 1879 Pillon. In hetzelfde jaar werd Jules Grévy president en Leon Gam- betta („Le cléricalismevoila 1'ennemi") werd „le dauphin de la république". Onder 't eerste .ministerie van Grévy kreeg Ferry de portefeuille van Onderwijs. Reeds zijne benoeming was een oorlogsverklaring aan de katholieken. Door dó eerste zijner wet ten werd aan de Kath. Hoogescholen het recht ontnomen den naam van Universiteit te dragen en dat om doctorstitels te ver* leenen. Die wet kwam neer op: gelijke plich ten en ongelijke rechten voor de Katholieke en de Staate-Hoogescholen. Den 29sten Maart 1880 vaardigde Freyci- net een decreet uit, dat nit allerlei oude en lang vergeten wetten was samengesteld en waaronder o.a. le. de orde der Jezuïeten zich binnen een maand moest ontbinden en zijne kloosters ontruimen; 2e. alle niet goed gekeurde (gemachtigde) congregaties bin nen drie maanden bij den Staat hunne goed keuring moesten aanvragen; 52 mannea- en 224 vrouwenorders vroegden de goedkeu ring aan, die gewoonlijk geweigerd werd. Den 16en October werdén de Carmelieten en Barnabieten verdreven, anderen volg den. dien len Januari 1881 waren reeds 261 kloosters gesloten, 5643 kloosterlingen ver bannen. In 1881 ook werd de wet tegen de bijzondere lagere scholen in de Kamer met 866 tegen 121, in den Senaat met 165 te gen 105 6temjnen aangenomen. In_ 't zelfde jaar ging er ook de beruchte scheiding^wet door. In 1884 besloot de Kamer alle kloos terlingen uit de scholen te verbannen, eerst in 1886 werd dit door den Senaat aangeno men. De school zonder. God triomfeerde i» Frankrijk. Intusscben had men. om eene „goede" uitvoering der schoolwetten te be* zorgen, het personeel der rechtbanken „ge zuiverd"; 614 katholieke rechters werden af gezet. Den Den Juli 1889 werd met 336 te* gen 350 stemmen een wet aangenomen, die de jonge geestelijken en theologanten in de kazerne dreef. In 1892 werden door een zeer onrechtvaardige wet de „kerkfabrieken" on der staatscontrole gesteld. In 1899 werd Wal* deek-Bousseau minister-president, die zijn#, wetten tegen de kloosters reeds klaar had. Deze wetten, die indruisehen tegen elk rechtsgevoel, werden in de Kamer met 808 tegen 224, ia den Senaat met 169 tegen W stemmen aangenomen. Rousseau had *'n werk gedaan ©n ging. Comibee, de yerloopen theologant, volgde hein op. Al' aanstonds sloot hij 125 zusterkloosters, enkele maan den later nog circa 1800 kloosterscholen. In Juli en Augustus 1903 liet Oomhes 12.607 in-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 7