Veertien dagen'uit logeeren
Onze Raadselwedstrijd
Het Hand werkboekje*
x
Zoo'n beminnelijke parkwachter!
Twee kleine schelmen of waar een blaaspijp
- goed voor is.
s x x x
87.
Ik ben een lekkere vrucht; veeg in het
midden een letter bij en ik word een specerij'.
88.
Ik spring maar .steeds van tak op. tak;
Maar word toch heel licht tam of mak.
Zoek mij b>et liefst hoog in de boomen.
Nu kunt ge toch mijn naam wel droomen.
89.
Mijn naam bestaat uit zeven lettors; ge
moet mij aan een mand zoeken.
1. 2. 3. vindt ge in het kippenhok.
7. 6. 5. moet ge leeren voor School.
90.
Ik ben een muziekinstrument.
1. 2. 3. 4. gebruikt men in het huishouden.
4. 5. is een muzieknoot.
6. 7. 8. 9. is een meisjesnaam.
91- e
X
X I
x i
X
X w
De kruisjes geven den naam van een groot
Hollandsch schilder; op de puntjes moeten
de namen worden ingevuld van:
1: een dorp in Overijsel,
3: een stad in Drenthe.
5: een dorp in Z.-Holland.
7: een stad in Gelderland.
9: een stad in Zeeland.
92.
Met een b ben ik een wild dier; met 1 een
werktuig; met m een water; met p een
vrucht; met t een stof; met v een overzet-
middel. i
93. ii j.'i
X i i i
x .1. I L.
X
X I
x - w
X W
X
X
De kruisjes geven iets aan, 'dat alle kin
deren genoegen doet. De punten geven aan:
1: iemand, met wien men omgaat.
5: een vrucht,
3: een drank*
7: een boom.
94.
Mijn eerste is een lichaamsdeel; wijn
tweede een vrucht; mijn geheel is iets zéér
onaangenaams, ill
95.
Vorm uit onderstaande woorden een spreek
woord van vijf woorden: meer, dam, deel,
en, kannen.
96.
Ik ben een dorp in Limburg. Laat mijn
laatste letter weg, dan ben ik leelijk; schrap
dan nog mijn eerste letter .weg, dan word
ik een dier,
97.
Mijn geheel telt twaalf letters.
12. 1. 2. is een voorwerp om uit te drinken.
3. 4. 5. eveneens.
8. 7. 6. is een .werktuig om wagens te doen
stilstaan.
9. 10. 11. 12. is een gedeelte van een wijn-,
stok.
Het geheel is een uitspruitsel van een
kruipende plant,
98.
Welke ham is niet eetbaar, blijft stil lig
gen en kan niet weggenomen worden zon
der geheel te verdwijnen?
99.
Ik ben een rond 'getal
En tel meer dan zeshonderd.
Maar wat gij hooren zult,
Dat maakt u wis verwonderd.
Twaalf letters telt mijn woord
En denk niet, dat ik too ver
Neemt gij er zeven af
Dan bljjft er zeven over.
100.
In Zeeland kunt ge mij in overvloed vin
den; verander mijn eerste letter, dan leef
ik in de woestijn.
Hans: Wat geraakt?. Niets
heb je geraakt I Maar IK zaj
het eens beter doen 1
Tante [Wat drommel 1 Hoe
hebben het die schelmen nu
tpeh aangelegd om al mijn melk
bp te drinken 1
wezenlijk erg, toen de boodschap kwam dat
de auto al weer vóór was. Oom moest hen
komen halen, en een oogenblikje keken ze
een klein beetje sip dat ze den gezelligen
speeltuin moesten verlaten,
„Kom kinderen," sprak meneer Jansen,
„dat doet me nu wezenlijk echt plezier, dat
het jelui hier zoo goed "bevallen is. Ik weet
er maar één raad op: dat jelui met oom af
zeggen, want tante kon toch niet helpen dat
het zoó regende.
Neen, natuurlijk niet, maar toch was de
goede vrouw ai druk bezig geweest met te
bedenken, waarmee ze nü de kinderen bin
nenshuis een genoeglijken dag- zou kunnen
bereiden.
„Ga jelui maar eens mee naar boven,"
zei ze, toen de kinderen naar de kerk geweest
En nu moet ge niet in eens roepen! o,
dat is veel te moeilijk voor mij, dat kan ik
niet, want we zullen al de moeilijkheden
één voor één met elkander bespreken, en
mocht er dan nog eens iets wezen wat ge
graag vragen wilt, dan stuurt ge een briefje
aan den Redacteur van de Kindercourant,
maar schrijft op de enveloppe: „Voor het
Handwerk-hoekje", dan zal ik die vraag
in de Kindercourant beantwoorden.
Onze Redacteur was zoo vriendelijk, voor
den wedstrijd eenige prijzen beschikbaar te
stellen, die aan de vervaardigsters van het
beste werk zullen worden uitgereikt.
Voor dezen keer heb ik je genoeg verteld
de volgende week hoor je verdere bijzonder
heden over den wedstrijd en gaan we te
zamen aan het werkje beginnen.
M- H, S,
Vreemdeling: [Wat een prach
tige rozen hebt u hier tochl
Parkwachter (ietwat gemoe
delijk): Pluk u er maar gerust
een, meneer, bij ons
wordt men om zulk een
kleinigheid maar niet dadelijk
achter slot en grendel gezet.
't Kost alléén maar vijf gul
dens boete l
spreekj. om gauw nog eens hierheen terug
to komen."
Oom lachte maar eens en zei dat het
nog een heel eind was van Zutfen naar Win
terswijk, en met een hartelijk afscheid ver
trokken ze.
De auto-rit terug beviel hun nog wél zoo
goed als 's morgens, en toen ze weer bij
tante thuis waren, smaakte het eten nóg
lekkerder dan het maal bij meneer Jansen.
Dien avond deed de drukke dag met de
vele beweging en het voortdurende verblijf in
de open lucht zich gelden. Ze trokken vroeg
naar bed en sliepen^ als rozen.
Den anderen morgen waren ze niet vroeg
op ook.
„Vandaag maar weer thuis blijven, lie kin
deren," sprak tante lachend met een blik
naar buiten. Het stortregende, moet je weten.
Nu, dat vonden de jongelui eigenlijk aller-
onpleizierigst, al durfden ze er niets van
ZOO'N ONBESCHAAMDE BEDELAAR.
(Vervolg.) i
Na het heerlijke maal mochten ze nog
een poosje don tuin in, eb het sp.eet huh
Dame: Wel man, hoe heeft de soep
gesmaakt
Bedelaar (Wel wat beter dan de vori
ge maal mevróuw; u begint heuSch' aan
je leeren.
waren en het ontbijt goed en wel afge-
loopen was. Daar op. zolder stond al van
alles klaar: een kolossale bouwdoos waar
een heel kasteel uit op z®tten was, een
kegelspel met groote kegels en ballen, die
ze haast niet vasit konden houden, poppen
en heele poppenkamers voor de meisjes, en
nog heel wat meer.
Én het gezelligste van alles was dat tante
do meid naar boven stuurde om mee te
spelen. Het .werk moest dien dag maar eens
blijven rusten, had tante gezegd, en het
eten daar zou ze zélf wel voor zorgen.
Nu wisten ze allen '°ok de logeetjes
a.l bij ondervinding, hoe heerlijk Dina mee
kon spelen en hoe goed .zeer de orde in
wist te houden, die toch noodig is om wezen
lijk ècht-gezellig te kunnen spelen.
Eer ze het wisten was het twaalf uur en
kwam tante roepen voor de koffie.
„Van middag moeten jelui eens even met
mij! mee, kinderen," luidde het na de middag
boterham. .,Ik moet op een boodschap uit
waar ik jelui bij noodig heb. Je zoudt anders
wel gaan danken dat het leven enkel en
heelemaal spel en pretmaken is."
En eventjes na tweeën stapten dan ook het
viertal, de meisjes voorop en de jongens aan
tante's arm, met eene heelo reeks parapluies
gewapend de straten van het stadje door. Het
ging naar een van de buitenwijken, en na
eenig zoeken bleef tante staan voor een
huisje, dat er op het eerste gezicht Jrcel
netjes uitzag. Maar toen ze op tantes schellen
binnen gelaten werden, keken zo heel ver
baasd, .Want de kamer, waarin de bleeke
jonge vrouw die de bezoekers opengedaan
had, hen binnenleidde, zag er, zooals men
wei eens zegt, uit, dat een blind paard er
geen kwaad zou doen.
Meubels waren .er haast niet in. ,Een paar
slecht gekleede en* akelig uitziende kinderen
zaten op den 'grond; het jongste schreide
erbarmelijk en liet zich door het binnentreden
van het gezelschap daarin volstrekt niet
storen.
„Wij komen eens naar u kijken, juffrouw
Valdert,begon tante heel vriendelijk. „U
moet niet boos zijn, dat ik me met uw zaken
bemoei, maar men heeft mij gezegd dat u
heel moei Hike omstandigheden verkeert,
en misschien zou ik u kunnen helpen,"
De straks nog doodsbleeke wangen der
huismoeder kleurden zich, en wet bevende
stem antwoordde ze: „Mevrouw is heel goed,
en het zal ook wel niet anders kunnen, maar
ziet u het is zoo bitter hard, geholpen
te moeten worden. Dat is mij. nog nooit
overkomen. In d,e laatste jaren 'ging bet wel
steeds moeilijker, .maar toch heb ik altijd
nog voor mij en de kinderen den kost kun
nen verdienen, maar nu ben ik eenige weken
hard ziek geweest en 'daarmee het grootste
deel van mijn. naaihuizen kwijt geraakt.
Daarmee is de. bittere, armoe mijn huis bin
nengekomen. Mijn arme kinderen lijden hon
ger, en toch, mevrouw, wil ik heusch graag
heel hard werken
willen vragen of als u ten minste vol'
doende hersteld bent u bij mij een dag
in de week wilde komen
„O zoo graag, mevrouw. Als de menseben
mii maar een klein beetje met werk willen
helpen, behoef ik geen aalmoezen aan te
nemen. Dat zou ik zoo graag willen."
„Toch moet ge bedenken dat ge niet te
trotsch moogt wezen, lieve juffrouw Valdert,",
hernam tante, „als God ons beproevingen
overzendt, moeten we óok de middelen aam,
vaarden die Hij geeft om er doorheen ter
komen. En .wij zijn immers op de werelq
om elkander te helpen 1"
Tegen zooveel goedheid was de trots der
arme jonge vrouw niet bestand, en in tranen
uitbarstend, greep ze de hand harer weldoen
ster en drukte er een kus op.
„Kom, kom, geen tranen,' sprak tanto.
„hier hebt ge tien gulden voorschot op hel
loon dat ge bij mij verdienen zult. En deze
kinderen hier dat moógt ge niet afslaan,
foor, zouden graag allen uit hun spaarpot
wat willen geven voor uw arme kleintjes.'*
De vier jongelui konden hun tranen maar
met moeite bedwingen, en ze haalden, de
een al vlugger dan de andere, hun beursjes
voor den dag om de arme moeder wat voof
haar kindertjes in de hand te stoppen.
(Wordt vervolgd.).
EEN BEDENKELIJKE VERGISSING.
slang was.
Vijfde groep.
11. f
Zoek uit de volgende letters vie.r bekende
namen uit het Oude Testament:
zaasolono mm
esaabr amhiddv
Om het u een beetje gemakkelijker te
maken, deel ik u nog mee, dat öiet twee
namen zijn van 7 letters en twee van 5 letters.
82.
Neem een rijk in Voor-Indië en haal er
een letter uit; dan ben ik een jongensnaam,
83.
Mijn eerste is een geldstuk; mijn tweede
een maat; mijn geheel is een vogel.
84. i
A X X
G X X X X 4
H
T
u x X it
s
Invullen een visch', een vogel, een kruip
dier en een vogel. -
85. i I'
Mijn eerste is water; mijn tweede land;
mijn geheel een dorp in Zuid-Holland.
86.
Ik ben een stuk speelgoed; laat de mid
delste letter uit mijn naam weg en ge krijgt
een voornaam lichaamsdeel.
te moeilijk voor dat meisje zou kunnen we
zen, heb ik mij voorgenomen de meisjes
in twee groepen te splitsen:
A, meisjes van 8 tot 11 jaar;
IB, meisjes van .11 tot 15 jaar.
!We zullen een wedstrijd houden in het
handwerken, maar deze geldt op het oogen-
blik alleen voor de meisjes in groep B, en
zal bestaan in het vervaardigen van een
kleedje in Janina-borduurgol, zooals ge op
de afbeelding ziet.
(Frans": Kijk eens, tante, wat
een mooie vogel daar boven I
[Besto Meisjes, I J
De Redacteur van de Kindercourant be
loofde aan de jeugdige lezers en lezeressen
raadsels, mooie vertellingen, knutselwerkjes,
enz. Zoodoende kwam ik er toe, om zoo
nu en dan, speciaal voor de meisjes, eenige
ruimte te vragen om er handwerkjes in te
plaatsen. Die ruimte zullen we voortaan
noemen: „Ons Handwerk-hoekje".
Daar nu het eene werkje wel eens te ge
makkelijk voor dit, en het andere wel eens
Ziet u, ik heb hem al ge
raakt ook
i'ü
K DE KINDERCOURANT X
X l
X I k I 1
X i i i i
„Dat g©loof ik best, juffrouw1, en ik had al
'JO, ivv