Madonna.
FEUILLETON
oorlog de plaats der Duitschers in te nemen),
zijn tot nu niet bijzonder geslaagd, wijl de
Engelsebeu foun conservatieve methode niet
■willen loslaten en hun gewoonten willen op
dringen aan de Italiaansche afnemers, wat
natuurlijk is overeen te brengen met eischen
op verovering van een vreemde markt.- Twee
hinderpalen vonden de Italianen op den weg.
die moest leiden tot hetere verbinding met
de Engelsehe producenten, hinderpalen, die
bijna onoverkomelijk waren, n.l. hooge prij-
'.eu en betalingsvoorwaarden.
Voor bepaalde machines, die in Italië bijv.
voor 100 Lire worden vervaardigd, aarzelt
Duitsehland niet denzelfden prijs te notee-
ren, terwijl Britsche firma's ongeveer 250
Lire vragen.
Dergelijke enorme verschillen komen bij
honderden artikelen voor, waar voortreffe
lijkheid van hoedanigheid niet steeds de
hoogte van den prijs beter rechtvaardigen.
De Buitschers, bovendien, staan bijna altijd
een zekeren betalingstermijn toe, terwijl En-
gelsche firma's ook in deze moeilijke tijden,
wel willen hebben, dat Italiaansche firma's
onmiddellijke betaling eischen. Zij zouden
een groote som zouden deponeeren bij een
Engelsehe bankinstelling, waarop ze dan, te
gen overgave van papieren, zouden kunnen
„crekken". Het verslag sluit met aan te drin
gen, dat Engeland dezelfde methode moet
toepassen als Duitsehland.
Het is niets nieuws wat de Britsche Ka
mer van Koophandel hier schrijft. In de laat
ste jaren is geregeld geschreven over de
wijze, waarop Duitsehland, economisch vero
veringen wist te maken. En steeds werd dit
ten voorbeeld gesteld! Wel merkwaardig
mag het heeten, dat zelfs nu nog met nadruk
op het doeltreffende der Duitsdhe methode
wordt gewezen, terwijl reeds een jaar lang
immers van alle kanten stemmen opgaan om
zich aan de economische macht van Duitse'hi-
land te onttrekken en Duitsche buitenland-
tche markten veroveren!
DE POLITIEKE PSYCHOLOGIE
VAN SERVIE.
„Ëulgarski Torgowski jWestnik" van 80
•Juli geeft de volgende voorstelling van de
stemming in Servië, afkomstig van een onge
noemd professor van de universiteit te Bel
grado:
„Wij zijn een boerenvolk. De landbou
wer, indien hij al van den oorlog terug
komt, zal steeds zijn stukje grond terugvin
den, dat kan hem niet afgenomen worden.
De koopman in dè kleine steden en dorpen
heeft zijn bescheiden voorraad aan goederen
tegen voordeelige prijzen uitverkocht en een
aardig stuk geld verdiend. Hij is dus in
staat den grossier te Belgrado, die hem op.
crediet verkocht had, zijn schuld af te be
talen. De grossier moet dan maar zien hoe
hij met zijn bankier en zijn buitenlandache
crediteuren in het reine komt.
De staat was reeds voor den oorlog tegen
Turkije met schulden zwaar overbelast. Alle
inkomsten van eenige beteekenis zijn allang
verpand. Bij onze enorme schuldenlast komt
het er op een paar honderd nieuwe millioe-
nen, die de oorlog gekost heeft, waarlijk
niet meer aan. De ontreddering onzer staats
financiën was vroeger al onvermijdelijk; ten-
s5<-.-.-oYKo van <1© nieuwe toename der schul
den zal zij naar alle waaïscnvj nWywnow vroc-
ger optreden. Ons volk heeft alles wat het
bezat, reeds afgegeven, zijn ziel kan men
het niet afnemen.
Zoo denken alle Serviërs. Dit volk is op
alles voorbereid. Zijn chauvinisme heeft iets
van boerenkoppigheid over zich, die noch
door feiten, noch door verstandige redenee
ring geschokt kan worden. In Servië rekent
men thans niet meer op een overwiqning
van Rusland en van de Entente. De Ser
viërs zijn een pienter volk. De Russische
nederlagen in de Karpathen en in Polen
heeft men hier op de juiste waarde geschat.
Men is algemeen overtuigd, dat de Entente
haar spel zoo goed ais verloren heeft. In de
erkentenis daarvan en omdat men allang
van den oorlog hartelijk zijn bekomst heeft,
is het volk met de arglistige politiek van
zijn regeering volkomen tevreden en wil
van een nieuw offensief tegen Oostenrijk-
Hongarije niets hooren. De Serviërs zéggen
dat zij voor de zaak der Entente meer ge
presteerd hebben dan een van de andere
bondgenooten. Het is niet hun schuld, dat
de groote oorlog in Galicië en Polen, in de
Dardanellen en in België totaal verknoeid
werd.
LWie ooit gelegenheid had met Serviërs
over politieke vragen te redetwisten, moet
het gevoel hebben gekregen, dat hij met
groote kinderen spreekt. Daarom ook wor
den de Serviërs geïmponeerd door de poli
tiek van een Paschitsch, die altijd iets
nieuws, iets verrassends, iets .overbluffends
over zich heeft. Voor zijn persoon is Pa
schitsch niets minder dan populair, laat
staan geliefd. Men ziet in hem slechts den
politieken parvenu, die als minister-presi-
dent kolossalen rijkdom verworven heeft.
Doch afgezien daarvan houdt men hem ech-
ter voor den meest door de wol geverfde
I politicus van Europa en bewondert met glim»
I deren lach elk zijner schaakzetten. Zoo vindt
■ook de jongste diversie der Servische pol-
tiek naar .Albanië overal vergenoegd lachen-
de toestemming, en dat in alle kringen der.
bevolking. Doch een bepaald gloeiende haat
brandt er. in de Servische volksziel tegeü
Bulgarije. Reeds het in overweging geven
van afstand van territoriaalgebied in Mace
donië aan den Bulgaarschen buurman is vol
doende, om ook den meest verstandigen Ser
viër dol van woede te jnaken."
NOG EEN OVERTOCHT OVER
DEN WEICHSEL.
In de „Lokal-Anzeiger vertelt een officier,
die de operatie meemaakte, van den over
tocht van het leger van Woyrsch over den
Weichsel op 29 Juli.
Met groote, geforceerde marsehen hij dag
gebreid worden, 15 uren wordt gevochten
Den volgenden nacht doen de Russen ver-
geefoche tegenaanvallen. Onze artillerie, ma
chinegeweren en infanterie werpen hen met
groote verliezen steeds weer terug....,
HERVORMING IN DE FRAN
SCHE AVIATIEK,
In de „Kolnische Zeitung" wordt een, haar
uit BerlijQ toegezonden, artikel gepubliceerd
over een hervorming, welke thans tot stand
is gekomen in dq organisatie der Fransche
legèx-luchtvaart.
Met kennelijk genoegen constateert de
Duitsche schrijver dat de Pranschen, die
zich zoo gaarne „de pioniers der lucht" noe
men en tot dusver geweigerd hebben zich
de ervaring van andere volken in zake de
luchtvaart ten nutte te maken, thans, van
de „bodies" hebben moeten leeren.
Generaal Hirschauer, de inspecteur van de
mites", de huishoudelijke bijnaam van de
granaten, gegeven. Sinds ik aan het front
ben, zoo schrijft hij, Leb ik ze allen leeren
kennen, die dames van 77, en 88, de groote
dame van 105, de jonggehuwde .Oostenrijk-
Maritz.
de „Reuter"-
Geueraal M.
Wie verlost ons toch' van
laster en -leugen? zoo wordt van Afrikaan-
sche zijde in .de N. Ct. gevraagd. Het is
onmogelijk, om dat alles to verdragen. Niet
en nacht onder stroomenden regen, werd hetFxansche luchtvaart, heeft onlangs bevolen,
l leger beneden Iwangorod vooruitgebracht. Mat voortaan geen eendekkers meer bij het
Fransche leger zullen worden gebruikt
De fabrieken van Louis Blériot die
thans ook de eendekkers-merken Nieupprt
en 'Deperdussin fabriceeren zullen voor
taan voor het leger nog slechts .tweedekkers
mogen leveren.
Frankrijk had, in tegenstelling met
Duitsehland, vóór den oorlog zijn leger-vlieg-
tuigen in twee klassen verdeeld: zware twee-
beneden Iwangorod
De vijand had daarvan geen flauw vermoe-
den. Plotseling, den 29sten Juli, zag hij het
j Pruisische leger tegenover zich. Den middag
i van den 28sten Juli moesten alle officieren
jvan ons bataljon bij den bataljonscomman-
j dant bijeenkomen. Wij kregen het volgende
j bevel:
„Om half twee hedennacht overtocht over
den Weichsel, op tien plaatsen. Onze .brigade
zijn drie plaatsen aangewezen. De inhoud j dekkers, met machinegeweren en toestellen
'om bommen te werpen, voorzien, en lichte
eendekkers. De eerste soort, met minstens
twee personen bemand, diende voor den
strijd in de lucht, en tot bescherming van
de tweede soort, de lichte eendekkers, die
ongewapend en mek slechts één persoon be
mand, uitsluitend dienden om de vijandelij
ke posities te verkennen.
Zoodra een luchteskader uit beide soorten
van vliegtuigen samengesteld, een vijande
lijk eskader had bereikt, hielden de zwaar
dere tweedekkers ,die in het algemeen géén
grooter snelheid dan 100 K.M. per uur kun
nen bereiken, zich op den achtergrond. Wan
neer nu de eendekkers, die ter verkenning
van de vijandelijke posities waren vooruit
gesneld, door Duitsche vliegtuigen werden
aangevallen, zich terug trokken, begonnen
de zware tweedekkers den strijd piet den
vijand.
De Duitsche artillerie in samenwerking
met de strijdvliegtuigen, die zich sneller be
wogen dan de zware Fransche tweedekkers,
maakten echter weldra deze methode on
bruikbaar. Eerst werd gepoogd, om de lichte
Fransche eendekkers ook te bewapenen en
wel met een machinegeweer. Maar het groo-
tere gewicht dat het vliegtuig door dit ma
chinegeweer en den daardoor noodzakelijk
geworden tweeden aviateur nu te dragen
kreeg, maakten dat het oorspronkelijk voor
deel der grootere snelheid boven de Duit
sche strijd-vliegtuigen, nu verloren ging.
Daar kwam nog bij, dat de plaats van den
stuurman op de Fransche eendekker, achter
den motor en te midden der groote draag
vlakken zeer ongunstig was voor een juiste
waarneming der vijandelijke posities.
Ten slotte is dan het Duitsche voorbeeld
gevolgd, en zal men tweedekkers gaan ge
bruiken die zoowel voor de waarneming als
van de patronenwagen meenemen. Ook drie
„ijzeren porties" de man. Ook die voor de
veldkeuken. Verdere-.alle groote sdhanswerk-
tuigen.
De overtocht moet zooveel mogelijk zonder
schieten, zooveel mogelijk zonder strijd plaats
j vinden. De vaart naar de overzijde vindt
plaats in groote pontons, door Oostenrijk-
sche pontonnier® geroeid, ieder op 16 man be
rekend. In de pontons moet het gewicht ge
lijkmatig verdeeld worden. Tijdens de vaart
mag niet van plaats geruild worden. Het
ransel afleggen, opdat men niet zinkt als
men soms in het wafer valt. Geen lidht, niet
rooken. Het ontschepiugspunt vrij maken.
Daar een bruggehoofd aanleggen."
Ik reed op patroelje de 15 kilomter voor
uit naar den Weichsel, om den weg te verken
nen. Wij troffen eindelooze Oostenrijksche
pontonscolonnes aan, de pontons handig met
stroo bedekt. De paarden, die de zware pon
tons trokken, moesten meestal een halve me
ter diep door den modder. Maar het ging
voornit. Eindelijk kwamen wij aan den
Weichseloever. Eenige infanteriekogels vlo
gen ons over het hoofd. Oostenrijksdhe cava-
leriepatroeiljes 'bielden den overe bezet. Op
den terugtocht hingen we stroowisschen als
herkenningsteeken aan kruisen en boomen
langs den weg. Wij moesten zooveel mogelijk
vrij veld voor de infanterie opzoeken. De
troepen kwamen ons reeds tegen. Om midder
nacht stond de brigade reeds bij F. achter
den boogen Weichseldijk. De mannen kon
den een uurtje rust nemen.
Om één uur werd aan den dijk opgemar
cheerd. Om half twee bevel tot inscheping.
Onze brigade had ongeveer 50, pontone. Het
moest dus in groepen gaan. De manschappen
die achter bleven trokken de pontons in den
Weichsel. Snel waren ze vol en nu ging het
er op los. De Oostenrijksche pioniers roeiden
voor den strijd zijn uitgerust. Het zal ech-
I staat helder aan den hemel. Een groot zwaarlijk gaan om dè Blériotïabriekendie
IDuitseh zoeklicht van terijde de^ overzijde geheel ingericht zijn op het bouwen van
eendekkers, binnen korten tijd in staat te
maken tot het vervaardigen van tweedek
kers; terwijl de fabrieken die thans twee
dekkers maken o.a. die van Farman en
Brequet thans reeds met werk zijn over
laden. 'i
van den Weichsel af.' Onze artillerie over
stelpte de overzijde met granaten en granaat
kartetsen, die huiveringwekkend en prachtig
tegelijk daar opbliksemend ontploften. De
pontons gleden als groote muizen steeds ver
der. Wij hielden den adem in.
Plotseling, het was of ons bloed verstijfde,
beginnen de Russen met geweren te schieten.
De Oostenrijkers roeien met alle macht. On-
danks eenige verliezen gaat Ihet voorwaarts,
j Er moesten nog ongeveer 800 meter worden
afgelegd. Het water schijnt niet meer diep.
Tot aan de borst waden wij erdoor been. De
pontons keeren terug om anderen te halen.
Snel door het water, en nu begint het. Wij
schieten lichtkogels af om de anderen te la
ten merken dat wij erover been zijn.
Barrevoets, uit den slaap opgeschrikt, lig
gen de Russen in hun dekkingen. Wij erop
af, ondanks het geweervuur. Een van onze
kapiteins valt naast mij en nog menige dap
pere man erbij. Met de kolven erop los roe- ,g ook Mtelijk ]iet gebrek aan steenkool,
pen onze landweermannen. Met een hoera«nehar,
VERSPREIDE BERICHTEN
Munitiegebrek in Turkije.
JJit Sofia wordt aan de Neue Zuricher Ztg.
geschreven, dat het een niet meer te looche
nen feit is, dat Turkije aan munitiegebrék
begint te lijden. Reeds zond Duitsehland ee
nige duizenden vaklui naar Constantinopel,
om daar een paar munitiefabrieken in te
richten. Met het toenemen der Russische
heerschappij op, de Zwarte Zee baatte echter
ook deze hulp, weinig. Want voor de berei
ding van munitie is behalve metaal ook
steenkool noodig, en die moet den Turken
over de Zwarte Zee worden toegevoerd. Het
weermannen, Mei een noerad de beide Goeben en Breslau
slaan zvi erop in, de bajonetten doen Jban t werkelooB £oe te zien. Dit gebrek
werk. Wij schieten achter de vluchtendenfteenkool zou ïurkije ten val kunnen
aan. Het is een verschrikkelijk handgemeen.
Mouwen worden zelfs afgescheurd. De Rus-
j sen werpen ons handgranaten en een branden
de massa tegemoet. Zij wijken echter. In het
brengen, en daarom stellen de Midden-Eu-
ropeesche mogendheden alles in het werk,
om Roemenië te beweg®11 den doorvoer van
"?n ewT?rbXIi munitie en wapens vrij te geven. Men weet
dorp Kobylmtza, vlak aan den Weichsel zit; d t d d Eoemenië in den laatsten
de troep. Yoornit! Onze artillerie doet haar
i werk. Het dorp brandt. De Russen vluchten.
Zij liggen bij honderden dood. Ook een Ja-
pansche luitenant-kolonel in Japansche uni
form. Later vonden wij ook een weinig Ja-
parsche munitie. Eindelijk is het brugge
hoofd gereed. Een korte pauze en dan gaat
tijd een ernstig karakter begint aan te ne
men. Het zal spoedig blijken, welke groep
de sterkste is.
Onder de Marinites.
Een Fransch soldaat heeft, in een op sol
datenmanier geschreven brief, in de „Matin"
sclie van .130, het moedertje van 210 en' de tegenstaand* h v P
hebben aangetoond, dat er niet zoo iels
staan heeft ais een Duitsche samenspan
ning, blijft dit lasterpraatje circuleeren. Met
generaal Manie Maritz zit de zaak eenvoudig
zoo, gelijk u bij nadere overweging ook zult
inzien. Na de overgave van D.-Zuiawest was
hij als een vogel in de lucht, geen plek voor
de holte van zijn voet. Hij Ls nu met eenige
anderen over de Portugeesclie grens getrok
ken, om zich te doen interneeren, liever
dan in handen te vallen van de eeuwig
lachende Botha en verraderlijke Smjxts, bei
d-en even onscrupuleus, die thans iu ons
land heerschen met hulp, van de krijgswet
een slaafscli parlement, een geheel Engel
sehe politie en een talrijke bende Hooli
gans, terwijl de Afrikaners reeds sedert ruim
2 jaar zorgvuldig ontwapend zijn, en nu ook
het burgerelement van de teruggekeerde D.-
Z. W.-troepen onder voorwendsel
weerherstelling.
Het bier in oorlog
Ik zal niet de moeite nemen u de verschillen
van loop, en beweging van al die dames uit
een te zetten, dat gaat onzen vrienden aan, die
als artillerist, de taak hebben granaten te
laten regenen op. de hoofden hunner mede-
menschen.
Ik, die infanterist ben, heb slechts tot
taak, ze op, mijn hoofd op. te vangen. En ik
kan dus slechts den indruk analyseeren, die
ik krijg als zij. bij mij komen om mij hun
vriendelijkheden in het oor te fluisteren. De
meisjes van ,77, en 88 hebben vooral een
lachsucces. De „poilus" (de bijnaam der
Fransche soldaten zooals „boches" een bij
naam voor de Duitschers is) vinden ze een
beetje te jong. Ik hoorde ze aankomen, gis
teravond, juist toen wij de soep, zouden ge
bruiken, en ik riep eenige mannetjes, die
onder een boom te slurpen zaten, toe: „Pas
op, jongens, zoek dekking!" Zij keken mij
verwijtend aan. „Maar luitenant, u zult ons
toch niet voor niets laten opstaan?"
De 105 moet met meer eerbied behandeld
worden. Zij is op, een leeftijd, dat zij ern
stig genomen ,wil worden.
Men herkent haar aan haar gefluit, want
elk heeft een aparte stem, de 77 miauwt, de
105 joelt ,de 210 bootst nauwkeurig het
geluid van een electrische tram na en de
280 en 305 maken een spectakel, dat veel
gelijkt op, een sneltrein, die een station bin-
nendondert. Wat de Oostenrijksche 130 be
treft, zij zegt niets en bepaalt er zich toe
haar komst aan te kondigen na uit elkaar
gesprongen te zijn; zij is, m.i. het gemeen
ste schepsel van allen.
Wanneer zal de oorlog ten einde zijn?
De „New, York American" heeft oniang3
tot verschillende personen de vraag gericht,
van
stijd.
De te Weenen verschijnende „Zeil" vindt
in het door den Duitschen Rijkskanse
lier uitgevaardigde uitvoerverbod voor bier
en moutextracten aanleiding tot een kleine
beschouwing over do beteekenis van bet
Duitsche bier voor Oostenrijk, welk land me
de in het uitvoerverbod is begrepen, waaraan
liet volgende is ontleend-
Vooral de donkere Beiers ehe biersoorten
worden in Oostenrijk ingevoerd, speciaal in
Salzburg, Tyrol er Duitseh Bohemen, tot
een hoeveelheid van 40 a 50.000 H.L. per jaar.
waarvan 5 a 6000 H.L. alleen door Weenen
worden verbruikt. Het Spatenbrau neemt
daaronder een eerste plaats in; volgens de
„Zeit" behoort dit ook tot de lievelingsbieren
van keizer Frans Jozef, aan wiens tafel bet
wanneer volgens hunne jneening de oorlog j zelden ontbreekt. Ook toen in Ihet begin dei-
zal ten einde zijn. j mobilisatie het goederenverkeer geheel stok-
Om meer dan eene reden merkwaardig is, "ie, werd toch gezorgd, dat het Weensche hof
wat volgens de „SecolQ" van 8 dezer, D An-
nunzio heeft geantwoord. Be oorlog zal lang
duren, zoo zegt hij, en steeds heviger wor
den. Van alle volkeren het meeste zal Italië
daaruit de grootste geestelijke verrijking
putten Het schouwspel van onze bur
gerlijke en militaire vernieuwing is het
meest onverwachte en meest buitengewone,
zijn „Spaten" niet geheel behoefde te missen.
Pscliorrbrau, Löwenbrau Panlanerbrau
vinden eveneens in gewone tijden hun weg
over de Oostenrijksche grenzen.
In den laatsten tijd deden zich tal van
moeilijkheden voor bij bet transpo'-zoodat
de voorraden geringer waren en tl ns komt
het uitvoerverbod van Duitsché zijde geheel
dat de, wereld thans, t,e zien geeft 1) .Volgens onverwacht. De beperking der Duitsche bier
dezen grootjën man zal het. voor. den herfst 1
1916 vrede zijn.
Voor Italië, althans in den gedachtengang
van d'Annunzio misschien jammer! Want
het zou zich anders steeds meer „geestelijk jc
kunnen verrijken!"
productie had toch reeds den uitvoer tot 60
pOt. van de gewone hoeveelheid doen dalen.
De Oostenrijksche verbruikers zullen daar
wellicht nog Ihet minst onder lijden, want in
de laatste jaren legden de brouwerijen in
in Oostenrijk zelf zich meer en meer erop toe
Bescherming tegen inslaande granaten. Lieren van dergelijke qualiteit als de
In de „Vorwarts" komt een artikeltje voor peiepeheaf te everenen dit zal nu nog meer
over de uitwerking van granaten, in ketiworden bevorderd. Het „echte bier moet
bijzonde rin een bosch. Duidelijk, zoo lezen I evenwel missen.
wij daar, kan men .waarnemen de ont- Lt?1»®1* "^cMingen van de „Zeit zou het
ploffingskracht van de projectielen 6terk Duitsche uitvoerverbod znn oorzaak x inden
naar boven gaat. De beste bescherming «6en tekort aan bier dat sedert de produc-
6 „ton m Ha.n nnk I tifiheperking in Dui schland u ontstaan, ge
geven het toenemenci gebruik voor het leger,
waarvoor het langs den weg van requisitie
het weer verder. Het bruggehoofd moet uit een psychologische ontleding van „les Mar-
tegen inslaande granaten is dan ook onge
twijfeld zich plat op. den grond te werpen.
Natuurlijk ziju goedgedekte schuilplaatsen
ook niet te versmaden. Men ziet, dat men bij
vuldigheid en hout te werk gaat. Heele
bosschen verdwijnen nu in den grond. De
goede dekkingen maken' dan ook verreweg
het grootste gedeelte van de afgeschoten
kogels en de rondvliegende granaatsplinters
schadelijk. Ondanks de ontzaglijke toene
ming van de uitwerking der moderne pro
jectielen en de verhoogde snelheid van het
Vuren der kanonnen en ook ondanks alle
verfijning in de techniek van het richten
en van het waarnemen van het doel, zijn
nog nooit in een oorlog betrekkelijk zooveel
schoten zonder uitwerking gebleven. Als
ieder schot raak was, dan was er geen
levend mensch meer op. de wereld.
De zeevaart tusschen IJsland en
Denemarken.
De reederijen op. IJsland hebben, naar
„Politiken" meldt, ,uit Engeland bericht ge
kregen, dat voortaan schepen van Usland
een Engelsehe of Schotsche haven moeten
aandoen om hun lading te laten onderzoe
ken. Doen zij het niet, dan loopen zij ge
vaar in Engeland of .Danada geen kolen
te kunnen laden, voor eigen gebruik zoomin
als voor uitvoer.
Het gevolg zal zijn, merkt „Politiken" op,
dat schepen niet meer rechtstreeks tusschen
Denemarken en IJsland kunnen varen. Vol
gens het bericht geldt de aanschrijving al
leen schepen, die van Usland uitvaren, maar
evenals die schepen reeds herhaaldelijk door
Engelsehe schepen op zee zijn aangehouden
en naar Kirkwall of Stornoway opgebraent,
is dat meermalen gebeurd met schepen van
Denemarken naar IJsland.
Gewoonlijk doen schepen van Usland on
derweg Leith aan, maar er zijn er verschei
den die de reis niet afbreken.
werd verkregen. In Oostenrijk verwacht men
eon uavoiging van dergelijke maatregelen
niet. Het biexvërbruik per hoofd Is daar la
ger en de behoefte aan bier voor het leger
niet zoo aanzienlijk. Daarbij komt, dat de
Oostenrijkeehe bierexport, die vooral naar
Frankrijk, Italië, Rusland, Engeland en Ame
rika was gericht, vanzelf door den oorlog
stilstaat en dus groote hoeveelheden voor
binnenlandsch verbruik beschikbaar blijven.
De beperking van de bierproduetie ten ge
volge van. het contingenteeren van de mout,
laat zich, naar de Berliner Börsenkurier
meldt, in Beieren bij het warme weer
bijzonder hinderlijk gevoelen. Er waren zelfs
moeilijkheden door ontstaan bij bet binnen
brengen van den oogst, omdat de arbeiders
niet genoeg van hun gewone verfrissching
kregen en het bier steeds scbaarscher werd.
Aan een anderen drank wilden de Beieren
niet, en het werd langzamerhand een gevaar
voor het werk dat men het personeel niet
genoeg bier ter beschikking kon stellen. Ook
uit andere doelen van het rijk kwamen, zij
het ook in mindere mate, dergelijke klachten.
In Noord-Duitseh land dreigt het gebrek
aan bier nadat de bond van brouwers met
het legerbestuur een verdrag had geloten om.
een derde van hun productie voor de troepen
te reserveeren. Juist in den tijd van Ihet
sterkste gebruik van bier moesten vele brou
werijen uit gebrek aan mout het werk staken,
terwijl zij het volgende kwartaal, als het bier
niet meer zoo noodig is, de nieuwe gerst weer
zonden kunnen gaan bewerken.
Men heeft dus naar middelen moeten zoe
ken oija het biergébrek in deze zomermaan
den te bestrijden. Aan de brouwerijen is toe
gestaan de helft van hun moutcontingent
voor het laatste kwartaal te gebruiken en
verder zijn de brouwerijen, die niet genoeg
mout hebben, omdat hun voorraad aan gerst
Naar den roman van W. COLLINS.
39 (Uit het Engelsch.)
Bij deze woorden stroopte Jack zijn mou
wen op en sprong tusschen de omstanders.
Zijn lengte, kracht en bekendheid met boksen
deden hem spoedig zegepralend de tweede
bank bereiken. De twee of drie stompen, een
S> den rug en een tegen zijn neue, zoodat ihet
eed er uitspatte, dienden slechts om zijn
moed nog grooter te maken. In een oogwenk
stond hij naast den man met het kalotje; en
de twee vochten rug tegen rug, temidden van
de. toejuichingen die hen van het publiek aan
het andere einde van de zaal ten deel vielen,
dat slechts de rol van toeschouwer hij dit
Mandje vervulde.
Intusschen was de politie gewaarschuwd.
Maar de knedhts beneden, in hun begeerte om
den strijd gade te slaan tusschen twee perso
nen aan den eenen en een paar dozijn aan den
anderen kant, hadden verzuimd de straat-
ideuren te sluiten.
Het gev.olg was, dat al de koetsiers op
straat en al de nachtelijke zwervelingen in de
wijk, waarin de Tempel der Harmonie gele
gen wds, binnen drongen en op hunne beurt
slag leverden aan knechts, die trachten, maar
te laat, om hen te weren. Juist'toen de agen
ten hun weg door Ihet gedrang hadden ge
baand, hadden Jack en de vreemdeling zich
door het gedrang heengewerkt, en waren zij
buiten het vertrek gekomen.
Rechts van het portaal was een deur, waar
door de man met het kalotje zich eensklaps
verwijderde, 'Jack met zich trekkende. Hij
was even bedaard als altijd en zijn oog even
vlug en waakzaam. De sleutel van de deur
stak aan de binnenzijde, Ihdj draaide dien in
het slot om, onder het luid gelach en gejuich
van Ihen die op de trap stonden, terwijl „de
politie, de politie!" en „houd hen op de
plaats!" uit den mond der knechts weerklon
ken. Het tweetal snelde in vliegende vaart de
trap af, en kwam in een keuken, hij een
kok en een paar keukenmeiden, die hen met
groote verbazing ontvingen. Jack wierp den
man op den grond, vóór deze gebruik had
kunnen maken van de pook, die hii bij hunne
verschijning gegrepen had, terwijl de vreem
deling doodbedaard een hoed nam, die op de
rechtbank stond, en dezen met zijn groote
hand ijlings op Thorpe's bloot hoofd drukte.
Onmiddellijk daarna stonden zij op de bin-
nenDlaate.
De agenten verloren van hun zijde ook geen
tijd, maar zij moesten zich door de menigte
dringen om in de gang te komen en achter
'het huis omloopen, vóór zij den hoek konden
bereiken, waar de plaats toegang tot de
straat verleende. Dit gaf den vluchtelingen
eenig voordeel, en de lanen, straten en steeg
jes die daar in elkander liepen, begunstigden
ook hunne ontkoming. Terwijl de woedende
menigte en het geschreeuw van „houd den
dief" aan het eene gedeelte de lucht vervul
de, volgde Jack rustig arm in arm met den
vreemdeling het andere gedeelte en de
jonge Thorpe waarschuwde elkeu agent die
Ihen voorhij ging, om zich toch in 's hemels
naam te haasten, want dat een groote schurk,
de andere richting uit, den Tempel der
Harmonie ontvluchtte.
De man met het kalotje had tot nu toe den
weg aangewezen, ofschoon naar de wijze
waarop hij aan de hoeken der straten stil
stond, en nu en dan met zijn nieuwen vriend
een doodloopend steegje insloeg, het duidelijk
genoeg bleek.dat hij met dat gedeelte dei-
stad, waar zij zich nu in bevonden, geheel
onbekend was. Jack, die zich dien
nacht tot een derde glas grog had laten over
halen, en juist de helft daarvan geleegd had,
toen de twist begon verkeerde in een toestand,
dat hij zich niet de minste voorstelling kon
maken, in -welk doolhof van Londen hij nu
was. Hij vervolgde steeds druk pratende zijn
weg, en op elke vTaag die hij den vreemde
ling deed,' ontving hij geen antwoord. Het
hielp niet of hij zijn dapperheid, zijn ma
nier van vechten, die ongetwijfeld, zeer te be
wonderen viel; al prees; zijn verbazing te
kennen gaf over de vlugheid waarme
de Ihij zijn hoed weder opzette, onder de me
nigte die hem steeds weder afwierp; en nog
maals zijne verwondering uitte over de
vlugheid waarmede hij den hoed van den kok
greep en dien op zijn metgezels hoofd drukte
om daardoor de achterdocht, die hij huiten
dan soms zou opwekken, te voorkomen. Welk
onderwerp hij ook beproefde geen antwoord
kwam over de lippen van den vreemdeling.
Oe onverstoorbare held, die gedurende den
twist geenwoordgesproken had, was onver
staanbaarder dan ooit en wilde ook nu niet
eenig antwoord geven.
Eindelijk bereikten zij de Fleet Street en
vervolgden van daar hun weg naar Ludgate
Hill. Hier stond de vreemdeling stil zag
naar de rechterzijde, waar de rivier stroom
de uitte een zucht van verlichting en te
vredenheid en sloeg den weg in die naar
de Blackfriars brug leidde. Hii voerde Jack
met zich, die steeds binensmonds sprak en
zeer onvast op zijn beenen stond, naar de ba
lustrade der brug, liet den arm van Jack los
en zag hem strak in het gelaat bii het schijn
sel der gaslantaarn daarop richtte hij voor
de eerste maal het woord tot hem op een ern-
stigen en vastberaden toon:
S „Wat zoudt gij er nn van denken, jonge
man, om eens even adem te halen en het1
bleed van nw gezicht te wisschen?"
Jack gevoelde de beteekenis van dit weinig;
beleefde gezegde niet wat anders zeker, als.
hij nuchter was geweest, het geval zou wezem
en barstte in een schaterlach uit.
De opmerkelijke kalmte en bedaardheid ia
de stem en manieren van den vreemdeling
vormden een zonderlinge tegenstelling
het gezegde, waarmede hij zijn gesprok be-,
gon; en zou zelfs iemand; die in op
gewonden toestand verkeerde, belachelijk heb
ben toegeschenen.
Terwijl Jack lachte dat de tranen over zijn.
wangen biggelden, stond do vreemdeling nog.
steeds met zijn handen over de balustrade ge
leund en trok b« «jn glaoé handschoenen rut.
die gedurende den twist zeer veel geleden
hadden. Toen hij ze in elkaar gefrommeld had
wierp hij ze minachtend in de rivier.
„Daar gaat het eerste paar handechoeneru
dat ik ooit gedragen heb; en het laatste dat
ik van plan ben ooit weder aan te trekken i
zeide hij, en liet den kouden wind langs zijn|
vereelte handen strijken.
Thorpe liet nog even zijn luiden lach hooi
ren, maar werd daarop van de uitputting
even. kalm en ernstig.
„Ga er maar mede voort'zeide de mannier
het kalotje, en zag hem even bedaard aan
ix\ts Vv\Vionn -p-nmAxVvp: ««wAdVi4. "Oo
tor woVKOita den. T>«.\tsClvexi wcilir IJ ver, ao«r De
u\« AycffliOlASTYCW. "Eonx -pMivaWVvB «OffiicBhlt. mow ucuwscuvi.
Het bou-wpu «iaarvan «tuoda uiob meer zorg-