Gevaarlijke Vrienden.
DE OORLOG
feuilleton
c. H. VOGELZANG
NAGEKOMEN BEBICH
BRIEVEN UIT DUITSCHLAND.
Onze BLOUSES en ROKKB
munten uit dooi* goede
pasvorm en afwerking
GROOTE HOUTSTRAAT 29»
VERSPREIDE BERICHTEN
SU? dFenSraneeen„ W»
OOR LOGS-ALLERLEI.
Onderstaande berichten bereid
gisteren, na het sluiten der
voor het nummer van gisteren.
20
HAARLEfASCHE COURANT
IN DAGEN VAN STRIJD.
Berlijn, 6 November 1915.
Meer nog dan over de prestaties van Ö$n
staat op financieel gebied moet men in iezon
tijd verstomd staan over dat wat de ge
meenten opbrengen. Mon moet eerst over
het bittere gevoel heenkomen dat de ge
dachte veroorzaakt hoeveel nood er gèlenigu,
hoeveel 'heerlijke werken voor het geluk en
de welvaart der menschen er hadden kun
nen verrijzen met de middelen die nu het
verdelgingswerk dienen, middelen die voor
andere doeleinden nooit verkregen waren.
Dan echter vindt men weer reden tot be
wondering van datgene wat geschiedt. Wat
heeft bijvoorbeeld de stad Berlijn alleen al
op het gebied ter verzorging harer inwoners
met levensmiddelen gedaan! Ingeslagen heeft
de gemeente als een zorgzame huisvrouw om
in de dure tijden tegen haar eigen inkoops
pij zen de waren te kunnen geven aan de
minder bemiddelden. Aan de gelijkmatige
verdeeling der levensmiddelen over het rijk
helpen de gemeenten krachtdadig mee en
kunnen dit door de ruime bevoegdheden die
de bondsraad hun schonk steeds «jeer uoeu.
De maatregelen van zuivere weldadig hela ate
Berlijn reeds van het begin van den oorlog
af voor de gezinnen der soldaten trof, heo-
ben de stad in een jaar bijna zestig millioen
gekost-, en het voorbeeld der verhooging van
de ondersteuning van staatswege voor deze
vrouwen en kinderen met het oog op, de prijs
stijging wordt door de gemeente gevolgd.
Waar al deze middelen op den duur vandaan
komen bij een budget dat zelfs in vredestijd
niet met een surplus placht af te sluiten,
zullen wij in de volgende jaren aan ons be
lastingbiljet merken. Doch zijn de hierge
noemde op het oogenblik de allernoodzake
lijkste uitgaven die ertoe dienen deu moei
erin te houden bij degenen die het eer3t en
het zwaarst door de onvermijdelijke oorlogs-
gévolgen getroffen worden. "Men zou zoo zeg
gen: al het andere kan later komen, op
betere tijden wachten. Maar dit is juist het
merkwaardige, dat van de enorme veerkracht
van het Duitsche rijk en elk onderdeel ervan
spreekt: niets blijft liggen van wat eenmaal
begonnen was. Berlijn bouwt verder aan
een ondergrondsche spoorlijn, die maar even
tjes 8 millioen mark per kilometer kost, en
de geweldigste moeilijkheden zooals het krui
sen van twee rivieren worden daarbij thans
evengoed overwonnen als anders. Wij werden
enkele dagen geleden door de Btad uitgenoo-
digd, eens een kijkje te nemen bij dit onder-
grondsch werk bij den bouw der 13 kilometer
lange Noord-Zuidlijn. Kleine locomotieven
sleepen het zand uit den tunnel onder de
Friedriohstrasse in het hartje der stad, waai
over de houten vloeren, die in de piaat? van
bet plaveisel gekomen zijn, het venteer heevi-
raast. Hier is alles in wording, hier staat
nog het grondwater. Doch onder de Linden
zien wij den geweldigen tunnel vont* vier
paren rails al gapen, en het is geen zwaar
werk meer dat de vrouwen er doen, die
het zand aan beide kanben wegscheppen,
tegen een dagloon dat tot de ontevredenheid
der mannen bijna even hoog ia als het hunne.
Een stuk verder zien wij de dikke'buizen
en kabels van electrisohe en andere gelei
dingen nog dwars door de holle ruimte ste
ken. Zij moeten allen naar de beide zijden
van den tunnel verlegd worden, wat op, zich
zelf al met onkosten van 1 millioen per kilo
meter gepaard gaat
Aan de Spree wordt van beide zijden aan
den tunnel gebouwd, die onder het water
doorvoert. Geweldige deuren van ijzer en
een heel geraamte van ij zieren balken be
doelen zelfs voor het geval van een doorbraak
van den stroom het indringen van water
in de tunnelgangen te beletten. Elf meter
diep onder de straat wordt hier gegraven in
ravijnen, de machines dreunen en hst opge
pompte grondwater stort ruischend in de
Spree. Interessanter nog is de wijze, waarop
de tweed© stroom behandeld wordt, dien de
lyn kruist. Deze, do Panke, die op sommige
tijden van net jaar ©en groote hoeveelheid
water voert, wordt mot onder- doch over-
tunnelt, d. w. z. men graaft een kunstmatigen
waterval, laat het bed dan ©on dozijn meters
horizontaal loopen om het water wo©r lanes
een stijging naar boven te voeren, zoodat de
tunnel van den ondergronds enen spoorweg
in een rechte lijn over den stroom heenloopt.
Ook hier ziet men slechts een warwereld
van ijzeren binten die het fundament voor
het gewapend beton vormen dat ten slotte
het rivierbed wordt.
Per auto van het eene punt der lijn naar
het andere komend, bereikten wij eindelijk
het beginpunt. Daar is al een heel station
onder den grond klaar met een zevaa meter
breed perron dat al een naam draagt en
loketten heeft terwijl slechts de rails ont
breken. Heel breed, een machtige tunnel, is
het allereerste begin der lijn met twee per
rons waar de treinen rangeeren zullen. Nog
heerscht hier doodsche stilte en de eioctri-
sche "booglampen stralen over een wijle ver
latenheid. In den herfst van 1917 zou ue
nieuwe lijn in gebruik genomen worden doch
men rekent erop dat zij niet voor !n
jaar van 1918 klaar zal komen. De tremen
zullen er even als op alle onder- en boven-
grondsche electrische lijnen met een maxi
mumsnelheid van 50 kilometer n het uur
loopen, en om dit verkeersmiddel nog meer
te doen beantwoorden aan den eisch der
grootst mogelijke' snelheid, zullen de treinen
kort zijn en de pauze op de stations nog
meer beperkt "worden dan thans nu ze. onge
veer een halve minuut bedraagt. Do>r deze
■lijn krijgt de noordelijke peripherie van Ber
lijn, de Seestrasse, die meer dan 10 kilometer
lang is en sedert de nieuwe Hindenburgbrug
over een spoorwegterrein in de diepte in
September klaar kwam, (ook een bouw der
stad die bijna anderhalf millioen verslond),
direct van Plötzensee naar Lichtenberg voert,
de onmiddellijke verbinding met de stad die
voor de hier in ruime, lichte woningen hui
zende arbeidersbevolking van groot gewicht
is. De Noord-Zuidlijn zal 13 kilometer lang
zijn, terwijl de eerste electrische ondergrond
sche spoorweg die in 1902 van het Westen
naar het Oosten gelegd werd mot de zijlijnen
ongeveer 40 kilometer bedraagt.
A«
Het torpedeeren van de „Ancona."
Berichten, van Kaap Bon (Golf van Tunis)
melden, naar Reuter via Parijs aan eeniga bla
den seint, nadere bijzonderheden over den onder
gang van het schip.
De „Ancona" stoomde langzaam in den mist,
en liet den misthoorn weerklinken, toen twee
duikbooten werden bemerkt, die de Oostenrijk-
sche vlag voerden, waarvan een honderd meter
lang was en met twee kanonnen bewapend was.
De andere duikboot versperde de „Ancona," die
trachtte te ontkomen, den weg; het sohip stopte
eohter, zoodra het getroffen werd. De achtste
sloep was juist gestreken, toen de „Ancona"
zonk, het voorschip het eerst. De rest van de be
manning, die op het achterdek gevlucht was,
werd met het schip door de golven verzwolgen.
Acht sloepen roeiden te 2 a men zuidwaarts,
's Avonds om zes uur kwam een schip met ge
doofde lichten in zicht., maar verdween toen
het de duikbooten bemerkte. De sloepen scheid
den toen van elkaar; een met 26 man aan boord
bereikte de kust van Tunis Woensdagmorgen
om negen uur.
De commandant vermoedt, dat de andere boo
ten met 240 opvarenden verloren zijn. Een sloep
met 28 man werd Woensdagmorgen opgepikt
bij het eiland Zembra. Sommige overlevenden
verklaren', dat de duikbooten de Duitsche vlag
voerden toen ze het eerst gezien werden.
Het gebruik van gekleurde troepen op het
Europeesche oorlogstooneel.
Aan het witboek, uitgegeven door het Duit
sche ministerie van buitenlandsche zaken, d.d.
30 Juli 1.1., over het gebruik van gekleurde
troepen op het Europeesche oorlogstooneel door
Engeland en Frankrijk, ontleent de N. R. Ct.
het volgende:
„In den tegenwoordigen oorlog hebben Enge
land en Frankrijk zich niet enkel op de kracht
van hun eigen volk verlaten, maar op het Euro
peesche oorlogstooneel tegen het Duitsche volks
leger ook in grooten getale gekleurde troepen
uit Afrika en Azië gebruikt. Gurkha's, Sikhs
en Pathans, Spahi's, Turco's, Gums, Marok
kanen en Senegaleezen vullen de Engelsche en
Fransche linies van de Noordzee tot aan de
z-witsersche grens. Deze menschen, die groot
in ri gewoi"den in landen, waar de oorlog nog
zeden rawste vormen wordt gevoerd, hebben de
medehra,^ 1111 geboorteland naar Europa
ring van Fn °?der de opperste legeraanvoe-
rit» orbfln rln i
de erkende oorlogsgebmiken0 maar ook
alle beschaving en menschelijkhefd
voor
voor
„Uit het omvangrijke materiaal, dat over het
barbaarsche gedrag van de gekleurde hulp
troepen van Engeland en Frankrijk beschikbaar
is, zijn de bijlagen slechts een keur; ze bevatten
louter beëedigde verklaringen van onwraakbare
getuigen, alsmede uittreksels uit dagboeken en
brieven van vijandelijke onderdanen.
„Uit die bescheiden blijkt, dat de op het
Europeesche oorlogstooneel gebruikte landge-
nooten van Engeland en Frankrijk, de barbaar
sche gewoonte hebben, als krijgstrofeeën afge
slagen hoofden en vingers van Duifsche solda
ten mee te nemen en afgesneden ooren als ver
siering om hun hals te dragen, (Bijlage 1—7.)
Op de slagvelden sluipen zij arglistig en ver
raderlijk op Duitsche gewonden af, steken hun
de oogen uit, kerven hun het gezicht met, mes
sen en snijden hun den hals door. Indische troe
pen voeren deze schanddaden met een scherpen
dolk uit, die in de scheede van hun zijdgeweer
is aan gebracht. Turco's kruipen zelf gewond,
op het slagveld rond en vermoorden als wilde
beesten-de weerlooze gewonden. (Bijlage 7—4).
„Onbegrijpelijk is het, dat de aanvoerders van
Fransche troepen bij deze hun bekende woest
heid en wreedheid aan gekleurde Senegaleezen
de begeleiding van gewonde Duitsche krijgsge
vangenen opdragen en daardoor hun moord
mogelijk hebben gemaakt (Bijlage 7 en 15);
maar de diepste verontwaardiging moet over
elk beschaafd mensch komen, dat de Fransche
militaire overheid er niet voor is teruggedeinsd,
aan die wilde kerels zelfs de bewaking toe te
vertrouwen van onschuldige vrouwen, die
het ongeluk hadden bij het uitbreken van
den oorlog zich in Frankrijk te bevinden, en die
vrouwen aan hun beestachtige lusten prijs te
geven. (Bijlage 16.)
„Het volkenrecht verbiedt wel niet uitdrukke
lijk het gebruik van gekleurde siammen in den
strijd tusschen beschaafde naties. Maar bij zoo'n
gebruik staat voorop, dat de kleurlingen, die op
het oorlogsterrein optreden, onder een tucht
staan, die schending van het oorlogsgebruik van
beschaafde volken uitsluit. De bijlagen bewijzen,
dat de gekleurde troepen, die Engeland en
Frankrijk ia den oorlog tegen Duitschland ge
bruiken, dien eisch in het gezicht slaan.
„Gelijk Lord Chatham eens tijdens den Ame-
rikaanschen onafhankelijkheidsoorlog in het En
gelsche Lagerhuis (Bijlage 17) en prins Bis-
mark ia dea Duitsch-Franschen oorlog van
1870/71 (Bijlage 18) tegea het gebruik van on
beschaafde volken in den strijd tegen blanke sol
daten als met het volkenrecht in strijd verzet
hebben aangeteekend, ziel de Duitsche regee
ring zich ook ia den tegenwoordigen oorlog ge
dwongen, op het plechtigst er tegen te protes
teeren, dat Engeland en Frankrijk tegen
Duitschland troepen in het veld voeren, wier
woestheid en wreedheid een schande voor de oor
logvoering ia de 20e eeuw is. Zij grondt dat
protest op den geest der volkenrechterlijke over
eenkomsten der laatste tientallen jaren, die aan
de beschaafde volken nadrukkelijk de taak heb
ben opgelegd, het bij den oorlog onvermijdelijke
leed te verzachten, alsook de belangen van de
menschelijkheid en der beschaving stelt de Duit
sche regeering dus met allen nadruk den eisch,
dat gekleurde troepen niet meer op het Euro
peesche oorlogstooneel worden gebruikt."
Wij zullen onze lezers de gruwelijkhijden uit
de bijlagen besparen. De eerste bijlage is het ge
tuigenis van een Nederlandsch onderdaan, den
heer Victor Schmier, in 1870 te Leiden gebo
ren, De uittreksels uit dagboeken van Fransche
soldaten zijn in facsimile weergegeven. Ook is
er een portret van een Duitscn soldaat, wien
de beide oogen zijn uitgestoken. Enz.
Halfslachtig finantieel beleid.
Hot Engolache Parlement zal den algemeenen
finantieel en toestand bespreken; in het Lager
huis werd reeds door Mr. Asquith oen nieuw
crédiet voorgesteld, terwijl het Hoogerhuis de
motie van Lord Rul zal behandelen die op groo
ten spaarzaamheid aandringt. De vorige week,
zoo meldt dit particulier telegram uit Londen,
werd do finantieel® toestand door Asquith
dringend gonoemd; dez© veraohilt niet veel van
vroeger maar wordt dreigend wijl er niet ge
noeg
bezuinigd wordt. De totale uitgave tot
einde Maart bedroegen 1600 millioen, terwijl
de inkomsten „00 millioea en de leeningen 900
millioen bedroegen, het loopende jaar zijn dus
nog 400 nu i°cn noodig terwijl hot volgende
jaar wellicht nog 1500 millioen zal worden ge
leend. Tot nogtoe worden in het Buitenland
goederen gekocht ten bedrage van 30 millioen
per maand, boa en hetgeen wordt ingevoerd. Ook
worden jaarlijks 400 milli0en geleend aan onze
bondgenooten. ierin. kan alleen worden voor-
zien door uitvoer van goud, den verkoop van
panden of het s 11 ten van Buitenlandsche lee
ningen. Er moet hierin bezuinigd worden op
een tot nogtoe onbekende wijze: laatstelijk werd
in het Laogrkuis gezegd dat elke burger de helft
van zijn inkomen ter beschikking van de Staat
moest stellen. Wanneer 4^ millioen per dag
wordt genomen, als loopende oorlogsuitgave
kunnen wij zeggen dat inkomstenbelasting 1
mdllioen versohaft en de tot nogtoe bestaande
bezuinigingen IK millioen, terwijl de rekening
kan worden vereffend door nog 1 millioen per
dag te besparen, en door de bovengenoemde mid
delen. Tot nogtoe is er te veel geleefd en uitge
geven zooals vroeger. De invoer moet worden
verminderd waarivoor twee wegen openstaan.
Of het volk moet er vrijwillig van afzien om te
koopen, of de regeering moet alle ingevoerde
artikelen zoodanig belasten dat men gedwongen
wordt hieraan minder geld te besteden. Yan be
perking dor algemeen© diensten is tot nogtoe
weinig te bespeuren geweest. Zooals Mr. As
quith zeide zijn de kosten voor onze soldaten van
100 pond per hoofd en per jaar tot 300 pond ge
stegen,: de financiën van het Ministerie van
Oorlog worden eohter niet gecontroleerd en
ongetwijfeld wordt een groot deel van het geld
verspild.
WINTERKWARTIER.
In de Morgenpost beschrijft een soldaat het
betrekken van het winterkwartier in Rusland
Dadat het bevel gekomen was voor den winter
een verdedigende stelling in te nemen. De
plaats die daarvoor gekozen was lag twee kilo
meter achter het front cn daarom moest de
troep terugtrekken zonder dat de Russen het
merkten. Deze kwamen achterna maar merk
ten spoedig dat er van ten vlucht geen sprake
was. Nu gingen beid© partijen tegenover el
kaar stelling nemen.
Een gedeelte van de troep ter sterkte van
een compagnie woTdt. nu vier k vijfhonderd
meter teruggezonden om daar in reserve te
blijven en een kwartier In te richten. Tevens
meet deze compagnie zorgen voor de dingen die
in de loopgraven noodig zijn, palen voor de
draadversperringen, spaansche ruiters, hoo
rnen en planken voer schuilplaatsen. Een door
de bewoners verlaten bijgebouw vaa een groot
landgoed biedt een onderkomen. Op den mor
gen van den 2en dag echter wordt dit gebouw
onder vuur genomen en moet de compagnie het
ontruimen. Nu komt het. er op san schuilplaat
sen te bouwen die op den winter bereken! zijn.
Eeu heuvel in een open plek in het fcoseh levert
het geschikte terrein. Spoedig heeft iedere eor-
jooraa' zijn mannen ijverig aan het werk. Men
graaft diep in den heuvel om zoo weinig moge
lijk zichtbaar en beschermd tegen vijandelijk
artilleriegevecht te zijn. Vier dagen hard werk
zijn er noodig voor de aanleg zoover is, dat de
mannen niet meer in do open lucht, behoeven
te karn/peer en. Nu begint het inrichten van
binnen. Rondom langs die muren worden koeien
ingericht die uit een verhooging bestaan met
stroo erop. Aan planken wordt alles opgehan
gen.
Twee uitgebroken ruiten samengesteld de ra
men laten 't daglicht naar binnen vallen. Een ta
fel en eeniige banken in het midden vormen het
meubilair. De trote van de bouwers is echter
de uit gebroken baksteenen gebouwde kachel
met koskgelegeheid, die onmiddelijk in gebruik
genomen werd. Nu het uiterlijk. De achter
wand van het verblijf ligt diep in den' heuvel,
het dikke dak dat uit 30 c.M. zware balken met
een laag aarde van 50 c.M. erop bestaat en dat
tegen sbrapnells en lichte granaten bescher-
ming biedt wordt met graszoden belegd en met
ge
heel nuttig zijn, enz. Ieder weet een pra
raad en allen werken met liefde en vlijt
villa, ofsohoon elk weet dat hij er slee]
paar weken zal wonen om dan plaats te
voor anderen die hij in de loopgraven ver;
moet. Dit is eohter slechts een aansper
de kameraden die later komen een aang
verblijf voor te bereiden.
In de loopgraven heeft men intuesch
niet stilgezeten. Hier komt het a an! egg
dé verdedigingswerken natuurlijk op de
plaats in aanmerking. Goede dé
steunen, schietgaten, schouderweren
eerste behoeften. Er werden greppels
om te verhinderen dat er plassen ontsta a
loopgraven. Is dit alles klaar dan beg
met het bonwen van de schuilplaatsen,
nen natuurlijk niet zoo „geriefelijk
aangelegd als achter de Btellingen, ma,
hier doet men wat men kan. De kunstvaa
komen tot hun recht hij het zorgen voor i
warming, kaehelfabrikanten zouden hie
dige modellen kunnen opdoen.
Te midden van dit werk moet wpcht gek
worden en de draadversperringen word',
spannen. De eerste dagen is er dan
Weinig rust, i« echter alles afgeloopen
nen de troepen den komenden winter
tegemoetzien.
YELES OPNIEUW HEROVER 1
DOME, 11 Nov. Uit Monastir wore
seind dat de Fransche troepen op 8 N
ber Vetes (Kuprulu) weer zouden L
heroverd.
I (Het bericht wordt echter in geen
legerbericlit nog bevestigd. Red.)
HET TORPEDEEREN VAN DE „ANC
ROME, 11 Nov. Gemeld wordt, dat zie
boord van de „Ancona" 25 Amerikam
vonden.
WASHINGTON, 11 Nov. Het Depai
van Buitenlandsche Zaken verneemt
lijk, dat Amerikanen zich aan boord
„Ancona" bevonden, doch weet nog n
er daarvan het leven hebben ver!ore
dien dit het geval mocht zijn,
verwacht men in Engelsch-Amerikaa:
kringen, dat de regeering tegenover O
rijk dezelfde gedragslijn zal volgens ah
tijde tegenover Duitschland wegens he
pedeeren van de „Lusitania", tenzij O.
rijk kan aantoonen dat de „Ancona" a
waarschuwingen van den onderzeeër
stoppen geen gehoor heeft gegeven e
tracht heeft te ontkomen.
(Volgens een eerder gemeld Wolff-b
zou de „Ancona" werkelijk getracht h
te vluchten, hetgeen later ook in een Fr
telegram wordt, bevestigd. Red.)
CHINA EN JAPAN.
LONDEN, 11 Nov. De „Times* ver'
uit Peking, dat de Chineesche regeering
er van in kennis heeft gesteld, dal c
jaar geen wijziging in den regeering
zal komen, en dat de verkiezingen t
gewone wijze zullen worden gehouden. I-
ambtenaren in de provincie sprekea
npnf Vfteon T7"«i 31
dent Yoean-Sji-Kai reeds aan als Keiz
POLITIEKE MOORD IN CHINA
'kleine deuneboompjea beplant om het voor a V d VaD^"E
elusten doodden door 1» revolverschot
s vliegers te verbergen. Ook de aarde die men llcm Wn den ffiilitairen g0™ei
Uitgegraven heeft wordt met graszoden bedekt, nriraal Tsengjucheng, toen deze zich n
Dicht aan den ingang werden tegen sneeuw en
regen beschermde geweerstanders opgesteld
Om het heele paleis wordt een greppel gegraven
om te verhinderen dat bij regen en dooiweer ligt
water naar binnen stroomt. Ieder brengt zoo
vaak hij gelegenheid heeft droog hout naar
i hom te lossen den militairen gouvcrnei'
miraal Tsengjucheng, toen deze ziel
Japansche consulaat wilde begeven om,
de receptie ter' gelegenheid van de kr
van den Mikado bij te wonen. De secr
vau den generaal werd eveneens ernsti
wond.
Naar het Franseh.
warm was, kwam er toch van h^t~^T
verfrieschend briesje opzetten een
SylIia W-as i?r een a^niam opgewon-
Toen zij zich allen te goed hadden gedaan
aan ijs en taartjes, verklaarden mevrouw
Wolsky en vriend Frits, tot Sylvia's vJwon
dermg, dat zij weer naar het Casino teruo-
gingen. 1 u»"
Ik speel vandaag niet meer, zeide «?-<ri
V'. vtóWLota. - Ik l,6r, Sg"
had
binnen, dat voor den winter wordt opgesteld.
Een ton uit de ontruimde boerderij is de aard
appelkuil. De wegen worden verbeterd en bord
jes opgehangen die naar de verschillende ver
blijven den weg wijzen.
Nu komt echter nog de watervoorzienig. Het
is twintig minuten loopen naar het naastbij-
zijnde bruikbare water. Wij hebben echter vak-
menschen, die een zakput aanleggen. De grond
wordt met kiezel bekleed, waarvoor een schot
van planken komt. Nu hebben wij goed water.
Men zou denken d9t thans het winterkwartier
gereed was. Het lijkt er niet naar. Zoolang onze
soldaten daar wonen zoolang wordt er ook ge
bouwd Hier moet een schoor komen, daar nog
een raam, een klein hok voor voorraden zou nog
WEER EEN!
ROME, 11 Nov. Uit Cagliari wordt a
„Giornalo d'Italia" geseind, dat de Fra
pakketboot „France Zondagmorgen i
een Duitschen onderzeeër is getorpedee
gezonken ie. Do bemanning w erd te Cu
aan land gebracht.
ROEMENIE EN DE OOIÏLOO. j
BOEKAREST, 11 Nov. In een beschot
over het succes, dat de centrale moge
den tot dusverre in den Balkan hebbe
baald, schrijft de „Steagul": Tbane dt
nemen aan den oorlog tegen Duitse!
zou beteek enen, dat wij een ondergese
ro! op ons willen nemen, die daarin zo
staan, dat w« aan het viervoudig ver
meer tijd zouden verschaffen voor land
m den Balkan. Het lot van Roemenië
Maar Sylvia hoorde ternauwernood wat
zij zeide. Het verwonderde haar, dat vineu
haar niet gefeliciteerd had. Zij vond het een
prettige gedachte, dat zij hem geluk nai
aangebracht.
Hij Was uitgescheiden met spelen en stond
nu dicht hij een der ramen. Hü had haar
zelfs geen enkelen blik toegeworpen, en het
gaf Sylvia een vreemd gevoel van onbehaag
lijkheid, te zien dat hij zich zoo op een ai-
stand van haar hield. En dat terwijl zoo
veel menschen, die haar volkomen onbekend
waren, haar waren komen bédanken voor Sbet
geluk, dat zij hun had aangebracht!
Laten we nu een ijsje nemen! riep me
vrouw Wachner plotseling uit. Als
vriend Frits gewonnen heeft, trakteert hij
zijn oudje dikwijls op een portie ijs-
Het viertal ging nu het Casino uit een
begaf zich op weg naar een hotel, waar, YO-1
gens beweren van mevrouw Wachner, het
beste restaurant was. De zon begon reeds
onder te gaan en ofschoon het nog zeex
Vergeef 't mei riep die Poolsche nu
i berouwvol. moeten
zeggen, nujn uei vriendinnetje! Misschien
zouden we toen verloren hebben. Je weet
j wel, dat die waarzegster mij voorspeld heeft,
dat ik veel 8eia zou krijgen nu, ik kan
zelfs nu nog neggen, dat ik eeu bijzonder ge
lukkigen dag heb gehad,
i Ga met mee en blijf bij mij eten
de Villa La«. zei Sylvia.
on Till R PcaL
Zil Ver'a,,6Jc
Vtear reeds'ÏÏ0 6P6eltafels zitten.
Maar reecis na e enige minuten voegden de
twee anderen zich weer bij hen. Zij hadden
opnieuw ingezet en nu zooveel verloren, dat
zu beiden boos op zichzelf cn, wat werkelijk
onbillijk was, boos op de arme Sylvia waren.
Ik ben er zeker van, dat als jij ook
was gaan spelen en wij hadden met je mee
gespeeld, wij gewonnen in plaats van ver
loren zouden hebben, zeide Anna Wolsky
1 wrevelig.
't Spijt me erg, zei Sylvia.
Het deed haar werkelijk leed. Anna hadi
.'nog nooit op dien toon tot baar gesproken.
JU ue »«-- - "Jjivia.
j Zij namen nu afscheid van de Wachners
'en terwijl Z1J c:ea horten afstand van het
Casino naar net hotel aflegden, vertelde
Sylvia Anna van haar bezoek aan den Cha-
let des Mugucts.
't Zijn haitelijike, eenvoudige menechen,
zeide zij*,. Iüevrouw Wachner was heel
vriendelijk.
O ja, imaar ze is erg streng, antwoord
de Anna glimlachend. De arme man had
geen stuiver op 2^ voor<jat zij kwam en
het wachten op haar maakte hem boos en
ongeduldig! Ik had lU6t hom geld te kenen,
maar ik deed het niet, want ik.heb mij voor
genomen in een Casino aan anderen nooit
S^a^idTan^ W onaan-
Iü de hal van de Vilia du Lac troffen f
de Vmeu aan, die een eourant stond te le
zen. Hy had zie-h gekleed voor bet middag
maal en hoog voor de twee dames, zondter
n*ar haar toe te ko-men.
Kijk, daar is mijnheer do Virieu, zei
'Anna fluisterend en op een toon alsof het
haar genoegen deed hem te zien. Ik wist
met dat hü bier logeerde.
Ja, hij logeert hier, zei Sylvia. Zij kleur
de licht en ging snel de trap op. Het was
een paar minuten voor zeven.
't Spijt me dat je in hetzelfde hotel
logeert als dra man. Knoop maar geen
vriendschapsjanden met hem aan, Sylvia-
lief. Graaf de Virieu is een onwaardig indi
vidu, hij' heeft al twee fortuinen verspeeld.
En m plaats van te werken leeft hij nu op
PfSt™11! d?? van zijn zuster, hertog
d Eglemont. Als ik jou was, zou ik me een
.ceVfstaild Van he^ bouden. Hij
kijkt altijd, uit naar eeu mooie rijke vrouw
om er mee te kunnen trouwen.
Sylvia antwoordde niet. Zij voelde dat zij
op dit cogenblik haar etera en haar woor
den niet in haar macht had en zij was er
dankbaar voor dat Anna Wolsky niet even
eens in de Villa du Lac logeerde.
Zij nam zich tevens voor, dat wanneer zu
weer haar inviteerde, zü met haar zou gaan
cteu in het restaurant dat mevrouw W ach-
ner zoo geprezen had.
Het feit, dat Anna- Wolsky zoo'n slech
ten dunk had van Paul de Virieu, gaf Syl
via, gedurende het gelheele diner, een onaan
genaam gevoel. Maar ofschoon de ïTansch-
man hoog. toen de twee vriendinnen binnen
traden, kwam hij haar niet aanspreken-
aks Sylvia stellig gedacht had.
Na het diner ging hij heen en Sylvia
Anna mee naar den tuin. Maar zij liet
den moestuin niet zien. De oude po*
wekte bij haar eeu stemming op, die zij;
wilde laten bederven.
Anna Wolsky, met kleine teugjes t.
tend van Polperro's uitstekende k
bracht bet gesprek weer op de Virieu.
Het verhaast me erg hem bier in
ville te zien, zeide ze peinzend. Ik
gedacht dat hij het niet chic genoeg zou
den. 's Winters speelt hij altijd in M
Maar Anna, protesteerde Sylvia, -
Virieu doet hetzelfde wat een massa i
ren, doen.
Anna lachte.
Ik begrijp wat je deukt, zeide z
Je vindt zeker dat ik iu 't geval Leu l
den pot die den ketel verwijt dat bij z
ziet Maar met mij is het iets anders.'
Iheb een jaarlijksoh inkomen en ben vr{'
te besteden aan 't spel. Ik zou er net
goed de voorkeur aan kunnen geven te
nen in een groot huis, of liever gezeg
een klein huis, want ik hen niet heel
Maar ik houd nu eenmaal van sjiele;
ben niemand rekenschap verschuldigd
de wijze, waarop ik mijn geld besteden
(Wordt vervolg,