Gevaarlijke Vrienden. DE OORLOG feuilleton c. H. VOGELZANG NAGEKOMEN BEBICH BRIEVEN UIT DUITSCHLAND. Onze BLOUSES en ROKKB munten uit dooi* goede pasvorm en afwerking GROOTE HOUTSTRAAT 29» VERSPREIDE BERICHTEN SU? dFenSraneeen„ W» OOR LOGS-ALLERLEI. Onderstaande berichten bereid gisteren, na het sluiten der voor het nummer van gisteren. 20 HAARLEfASCHE COURANT IN DAGEN VAN STRIJD. Berlijn, 6 November 1915. Meer nog dan over de prestaties van Ö$n staat op financieel gebied moet men in iezon tijd verstomd staan over dat wat de ge meenten opbrengen. Mon moet eerst over het bittere gevoel heenkomen dat de ge dachte veroorzaakt hoeveel nood er gèlenigu, hoeveel 'heerlijke werken voor het geluk en de welvaart der menschen er hadden kun nen verrijzen met de middelen die nu het verdelgingswerk dienen, middelen die voor andere doeleinden nooit verkregen waren. Dan echter vindt men weer reden tot be wondering van datgene wat geschiedt. Wat heeft bijvoorbeeld de stad Berlijn alleen al op het gebied ter verzorging harer inwoners met levensmiddelen gedaan! Ingeslagen heeft de gemeente als een zorgzame huisvrouw om in de dure tijden tegen haar eigen inkoops pij zen de waren te kunnen geven aan de minder bemiddelden. Aan de gelijkmatige verdeeling der levensmiddelen over het rijk helpen de gemeenten krachtdadig mee en kunnen dit door de ruime bevoegdheden die de bondsraad hun schonk steeds «jeer uoeu. De maatregelen van zuivere weldadig hela ate Berlijn reeds van het begin van den oorlog af voor de gezinnen der soldaten trof, heo- ben de stad in een jaar bijna zestig millioen gekost-, en het voorbeeld der verhooging van de ondersteuning van staatswege voor deze vrouwen en kinderen met het oog op, de prijs stijging wordt door de gemeente gevolgd. Waar al deze middelen op den duur vandaan komen bij een budget dat zelfs in vredestijd niet met een surplus placht af te sluiten, zullen wij in de volgende jaren aan ons be lastingbiljet merken. Doch zijn de hierge noemde op het oogenblik de allernoodzake lijkste uitgaven die ertoe dienen deu moei erin te houden bij degenen die het eer3t en het zwaarst door de onvermijdelijke oorlogs- gévolgen getroffen worden. "Men zou zoo zeg gen: al het andere kan later komen, op betere tijden wachten. Maar dit is juist het merkwaardige, dat van de enorme veerkracht van het Duitsche rijk en elk onderdeel ervan spreekt: niets blijft liggen van wat eenmaal begonnen was. Berlijn bouwt verder aan een ondergrondsche spoorlijn, die maar even tjes 8 millioen mark per kilometer kost, en de geweldigste moeilijkheden zooals het krui sen van twee rivieren worden daarbij thans evengoed overwonnen als anders. Wij werden enkele dagen geleden door de Btad uitgenoo- digd, eens een kijkje te nemen bij dit onder- grondsch werk bij den bouw der 13 kilometer lange Noord-Zuidlijn. Kleine locomotieven sleepen het zand uit den tunnel onder de Friedriohstrasse in het hartje der stad, waai over de houten vloeren, die in de piaat? van bet plaveisel gekomen zijn, het venteer heevi- raast. Hier is alles in wording, hier staat nog het grondwater. Doch onder de Linden zien wij den geweldigen tunnel vont* vier paren rails al gapen, en het is geen zwaar werk meer dat de vrouwen er doen, die het zand aan beide kanben wegscheppen, tegen een dagloon dat tot de ontevredenheid der mannen bijna even hoog ia als het hunne. Een stuk verder zien wij de dikke'buizen en kabels van electrisohe en andere gelei dingen nog dwars door de holle ruimte ste ken. Zij moeten allen naar de beide zijden van den tunnel verlegd worden, wat op, zich zelf al met onkosten van 1 millioen per kilo meter gepaard gaat Aan de Spree wordt van beide zijden aan den tunnel gebouwd, die onder het water doorvoert. Geweldige deuren van ijzer en een heel geraamte van ij zieren balken be doelen zelfs voor het geval van een doorbraak van den stroom het indringen van water in de tunnelgangen te beletten. Elf meter diep onder de straat wordt hier gegraven in ravijnen, de machines dreunen en hst opge pompte grondwater stort ruischend in de Spree. Interessanter nog is de wijze, waarop de tweed© stroom behandeld wordt, dien de lyn kruist. Deze, do Panke, die op sommige tijden van net jaar ©en groote hoeveelheid water voert, wordt mot onder- doch over- tunnelt, d. w. z. men graaft een kunstmatigen waterval, laat het bed dan ©on dozijn meters horizontaal loopen om het water wo©r lanes een stijging naar boven te voeren, zoodat de tunnel van den ondergronds enen spoorweg in een rechte lijn over den stroom heenloopt. Ook hier ziet men slechts een warwereld van ijzeren binten die het fundament voor het gewapend beton vormen dat ten slotte het rivierbed wordt. Per auto van het eene punt der lijn naar het andere komend, bereikten wij eindelijk het beginpunt. Daar is al een heel station onder den grond klaar met een zevaa meter breed perron dat al een naam draagt en loketten heeft terwijl slechts de rails ont breken. Heel breed, een machtige tunnel, is het allereerste begin der lijn met twee per rons waar de treinen rangeeren zullen. Nog heerscht hier doodsche stilte en de eioctri- sche "booglampen stralen over een wijle ver latenheid. In den herfst van 1917 zou ue nieuwe lijn in gebruik genomen worden doch men rekent erop dat zij niet voor !n jaar van 1918 klaar zal komen. De tremen zullen er even als op alle onder- en boven- grondsche electrische lijnen met een maxi mumsnelheid van 50 kilometer n het uur loopen, en om dit verkeersmiddel nog meer te doen beantwoorden aan den eisch der grootst mogelijke' snelheid, zullen de treinen kort zijn en de pauze op de stations nog meer beperkt "worden dan thans nu ze. onge veer een halve minuut bedraagt. Do>r deze ■lijn krijgt de noordelijke peripherie van Ber lijn, de Seestrasse, die meer dan 10 kilometer lang is en sedert de nieuwe Hindenburgbrug over een spoorwegterrein in de diepte in September klaar kwam, (ook een bouw der stad die bijna anderhalf millioen verslond), direct van Plötzensee naar Lichtenberg voert, de onmiddellijke verbinding met de stad die voor de hier in ruime, lichte woningen hui zende arbeidersbevolking van groot gewicht is. De Noord-Zuidlijn zal 13 kilometer lang zijn, terwijl de eerste electrische ondergrond sche spoorweg die in 1902 van het Westen naar het Oosten gelegd werd mot de zijlijnen ongeveer 40 kilometer bedraagt. A« Het torpedeeren van de „Ancona." Berichten, van Kaap Bon (Golf van Tunis) melden, naar Reuter via Parijs aan eeniga bla den seint, nadere bijzonderheden over den onder gang van het schip. De „Ancona" stoomde langzaam in den mist, en liet den misthoorn weerklinken, toen twee duikbooten werden bemerkt, die de Oostenrijk- sche vlag voerden, waarvan een honderd meter lang was en met twee kanonnen bewapend was. De andere duikboot versperde de „Ancona," die trachtte te ontkomen, den weg; het sohip stopte eohter, zoodra het getroffen werd. De achtste sloep was juist gestreken, toen de „Ancona" zonk, het voorschip het eerst. De rest van de be manning, die op het achterdek gevlucht was, werd met het schip door de golven verzwolgen. Acht sloepen roeiden te 2 a men zuidwaarts, 's Avonds om zes uur kwam een schip met ge doofde lichten in zicht., maar verdween toen het de duikbooten bemerkte. De sloepen scheid den toen van elkaar; een met 26 man aan boord bereikte de kust van Tunis Woensdagmorgen om negen uur. De commandant vermoedt, dat de andere boo ten met 240 opvarenden verloren zijn. Een sloep met 28 man werd Woensdagmorgen opgepikt bij het eiland Zembra. Sommige overlevenden verklaren', dat de duikbooten de Duitsche vlag voerden toen ze het eerst gezien werden. Het gebruik van gekleurde troepen op het Europeesche oorlogstooneel. Aan het witboek, uitgegeven door het Duit sche ministerie van buitenlandsche zaken, d.d. 30 Juli 1.1., over het gebruik van gekleurde troepen op het Europeesche oorlogstooneel door Engeland en Frankrijk, ontleent de N. R. Ct. het volgende: „In den tegenwoordigen oorlog hebben Enge land en Frankrijk zich niet enkel op de kracht van hun eigen volk verlaten, maar op het Euro peesche oorlogstooneel tegen het Duitsche volks leger ook in grooten getale gekleurde troepen uit Afrika en Azië gebruikt. Gurkha's, Sikhs en Pathans, Spahi's, Turco's, Gums, Marok kanen en Senegaleezen vullen de Engelsche en Fransche linies van de Noordzee tot aan de z-witsersche grens. Deze menschen, die groot in ri gewoi"den in landen, waar de oorlog nog zeden rawste vormen wordt gevoerd, hebben de medehra,^ 1111 geboorteland naar Europa ring van Fn °?der de opperste legeraanvoe- rit» orbfln rln i de erkende oorlogsgebmiken0 maar ook alle beschaving en menschelijkhefd voor voor „Uit het omvangrijke materiaal, dat over het barbaarsche gedrag van de gekleurde hulp troepen van Engeland en Frankrijk beschikbaar is, zijn de bijlagen slechts een keur; ze bevatten louter beëedigde verklaringen van onwraakbare getuigen, alsmede uittreksels uit dagboeken en brieven van vijandelijke onderdanen. „Uit die bescheiden blijkt, dat de op het Europeesche oorlogstooneel gebruikte landge- nooten van Engeland en Frankrijk, de barbaar sche gewoonte hebben, als krijgstrofeeën afge slagen hoofden en vingers van Duifsche solda ten mee te nemen en afgesneden ooren als ver siering om hun hals te dragen, (Bijlage 1—7.) Op de slagvelden sluipen zij arglistig en ver raderlijk op Duitsche gewonden af, steken hun de oogen uit, kerven hun het gezicht met, mes sen en snijden hun den hals door. Indische troe pen voeren deze schanddaden met een scherpen dolk uit, die in de scheede van hun zijdgeweer is aan gebracht. Turco's kruipen zelf gewond, op het slagveld rond en vermoorden als wilde beesten-de weerlooze gewonden. (Bijlage 7—4). „Onbegrijpelijk is het, dat de aanvoerders van Fransche troepen bij deze hun bekende woest heid en wreedheid aan gekleurde Senegaleezen de begeleiding van gewonde Duitsche krijgsge vangenen opdragen en daardoor hun moord mogelijk hebben gemaakt (Bijlage 7 en 15); maar de diepste verontwaardiging moet over elk beschaafd mensch komen, dat de Fransche militaire overheid er niet voor is teruggedeinsd, aan die wilde kerels zelfs de bewaking toe te vertrouwen van onschuldige vrouwen, die het ongeluk hadden bij het uitbreken van den oorlog zich in Frankrijk te bevinden, en die vrouwen aan hun beestachtige lusten prijs te geven. (Bijlage 16.) „Het volkenrecht verbiedt wel niet uitdrukke lijk het gebruik van gekleurde siammen in den strijd tusschen beschaafde naties. Maar bij zoo'n gebruik staat voorop, dat de kleurlingen, die op het oorlogsterrein optreden, onder een tucht staan, die schending van het oorlogsgebruik van beschaafde volken uitsluit. De bijlagen bewijzen, dat de gekleurde troepen, die Engeland en Frankrijk ia den oorlog tegen Duitschland ge bruiken, dien eisch in het gezicht slaan. „Gelijk Lord Chatham eens tijdens den Ame- rikaanschen onafhankelijkheidsoorlog in het En gelsche Lagerhuis (Bijlage 17) en prins Bis- mark ia dea Duitsch-Franschen oorlog van 1870/71 (Bijlage 18) tegea het gebruik van on beschaafde volken in den strijd tegen blanke sol daten als met het volkenrecht in strijd verzet hebben aangeteekend, ziel de Duitsche regee ring zich ook ia den tegenwoordigen oorlog ge dwongen, op het plechtigst er tegen te protes teeren, dat Engeland en Frankrijk tegen Duitschland troepen in het veld voeren, wier woestheid en wreedheid een schande voor de oor logvoering ia de 20e eeuw is. Zij grondt dat protest op den geest der volkenrechterlijke over eenkomsten der laatste tientallen jaren, die aan de beschaafde volken nadrukkelijk de taak heb ben opgelegd, het bij den oorlog onvermijdelijke leed te verzachten, alsook de belangen van de menschelijkheid en der beschaving stelt de Duit sche regeering dus met allen nadruk den eisch, dat gekleurde troepen niet meer op het Euro peesche oorlogstooneel worden gebruikt." Wij zullen onze lezers de gruwelijkhijden uit de bijlagen besparen. De eerste bijlage is het ge tuigenis van een Nederlandsch onderdaan, den heer Victor Schmier, in 1870 te Leiden gebo ren, De uittreksels uit dagboeken van Fransche soldaten zijn in facsimile weergegeven. Ook is er een portret van een Duitscn soldaat, wien de beide oogen zijn uitgestoken. Enz. Halfslachtig finantieel beleid. Hot Engolache Parlement zal den algemeenen finantieel en toestand bespreken; in het Lager huis werd reeds door Mr. Asquith oen nieuw crédiet voorgesteld, terwijl het Hoogerhuis de motie van Lord Rul zal behandelen die op groo ten spaarzaamheid aandringt. De vorige week, zoo meldt dit particulier telegram uit Londen, werd do finantieel® toestand door Asquith dringend gonoemd; dez© veraohilt niet veel van vroeger maar wordt dreigend wijl er niet ge noeg bezuinigd wordt. De totale uitgave tot einde Maart bedroegen 1600 millioen, terwijl de inkomsten „00 millioea en de leeningen 900 millioen bedroegen, het loopende jaar zijn dus nog 400 nu i°cn noodig terwijl hot volgende jaar wellicht nog 1500 millioen zal worden ge leend. Tot nogtoe worden in het Buitenland goederen gekocht ten bedrage van 30 millioen per maand, boa en hetgeen wordt ingevoerd. Ook worden jaarlijks 400 milli0en geleend aan onze bondgenooten. ierin. kan alleen worden voor- zien door uitvoer van goud, den verkoop van panden of het s 11 ten van Buitenlandsche lee ningen. Er moet hierin bezuinigd worden op een tot nogtoe onbekende wijze: laatstelijk werd in het Laogrkuis gezegd dat elke burger de helft van zijn inkomen ter beschikking van de Staat moest stellen. Wanneer 4^ millioen per dag wordt genomen, als loopende oorlogsuitgave kunnen wij zeggen dat inkomstenbelasting 1 mdllioen versohaft en de tot nogtoe bestaande bezuinigingen IK millioen, terwijl de rekening kan worden vereffend door nog 1 millioen per dag te besparen, en door de bovengenoemde mid delen. Tot nogtoe is er te veel geleefd en uitge geven zooals vroeger. De invoer moet worden verminderd waarivoor twee wegen openstaan. Of het volk moet er vrijwillig van afzien om te koopen, of de regeering moet alle ingevoerde artikelen zoodanig belasten dat men gedwongen wordt hieraan minder geld te besteden. Yan be perking dor algemeen© diensten is tot nogtoe weinig te bespeuren geweest. Zooals Mr. As quith zeide zijn de kosten voor onze soldaten van 100 pond per hoofd en per jaar tot 300 pond ge stegen,: de financiën van het Ministerie van Oorlog worden eohter niet gecontroleerd en ongetwijfeld wordt een groot deel van het geld verspild. WINTERKWARTIER. In de Morgenpost beschrijft een soldaat het betrekken van het winterkwartier in Rusland Dadat het bevel gekomen was voor den winter een verdedigende stelling in te nemen. De plaats die daarvoor gekozen was lag twee kilo meter achter het front cn daarom moest de troep terugtrekken zonder dat de Russen het merkten. Deze kwamen achterna maar merk ten spoedig dat er van ten vlucht geen sprake was. Nu gingen beid© partijen tegenover el kaar stelling nemen. Een gedeelte van de troep ter sterkte van een compagnie woTdt. nu vier k vijfhonderd meter teruggezonden om daar in reserve te blijven en een kwartier In te richten. Tevens meet deze compagnie zorgen voor de dingen die in de loopgraven noodig zijn, palen voor de draadversperringen, spaansche ruiters, hoo rnen en planken voer schuilplaatsen. Een door de bewoners verlaten bijgebouw vaa een groot landgoed biedt een onderkomen. Op den mor gen van den 2en dag echter wordt dit gebouw onder vuur genomen en moet de compagnie het ontruimen. Nu komt het. er op san schuilplaat sen te bouwen die op den winter bereken! zijn. Eeu heuvel in een open plek in het fcoseh levert het geschikte terrein. Spoedig heeft iedere eor- jooraa' zijn mannen ijverig aan het werk. Men graaft diep in den heuvel om zoo weinig moge lijk zichtbaar en beschermd tegen vijandelijk artilleriegevecht te zijn. Vier dagen hard werk zijn er noodig voor de aanleg zoover is, dat de mannen niet meer in do open lucht, behoeven te karn/peer en. Nu begint het inrichten van binnen. Rondom langs die muren worden koeien ingericht die uit een verhooging bestaan met stroo erop. Aan planken wordt alles opgehan gen. Twee uitgebroken ruiten samengesteld de ra men laten 't daglicht naar binnen vallen. Een ta fel en eeniige banken in het midden vormen het meubilair. De trote van de bouwers is echter de uit gebroken baksteenen gebouwde kachel met koskgelegeheid, die onmiddelijk in gebruik genomen werd. Nu het uiterlijk. De achter wand van het verblijf ligt diep in den' heuvel, het dikke dak dat uit 30 c.M. zware balken met een laag aarde van 50 c.M. erop bestaat en dat tegen sbrapnells en lichte granaten bescher- ming biedt wordt met graszoden belegd en met ge heel nuttig zijn, enz. Ieder weet een pra raad en allen werken met liefde en vlijt villa, ofsohoon elk weet dat hij er slee] paar weken zal wonen om dan plaats te voor anderen die hij in de loopgraven ver; moet. Dit is eohter slechts een aansper de kameraden die later komen een aang verblijf voor te bereiden. In de loopgraven heeft men intuesch niet stilgezeten. Hier komt het a an! egg dé verdedigingswerken natuurlijk op de plaats in aanmerking. Goede dé steunen, schietgaten, schouderweren eerste behoeften. Er werden greppels om te verhinderen dat er plassen ontsta a loopgraven. Is dit alles klaar dan beg met het bonwen van de schuilplaatsen, nen natuurlijk niet zoo „geriefelijk aangelegd als achter de Btellingen, ma, hier doet men wat men kan. De kunstvaa komen tot hun recht hij het zorgen voor i warming, kaehelfabrikanten zouden hie dige modellen kunnen opdoen. Te midden van dit werk moet wpcht gek worden en de draadversperringen word', spannen. De eerste dagen is er dan Weinig rust, i« echter alles afgeloopen nen de troepen den komenden winter tegemoetzien. YELES OPNIEUW HEROVER 1 DOME, 11 Nov. Uit Monastir wore seind dat de Fransche troepen op 8 N ber Vetes (Kuprulu) weer zouden L heroverd. I (Het bericht wordt echter in geen legerbericlit nog bevestigd. Red.) HET TORPEDEEREN VAN DE „ANC ROME, 11 Nov. Gemeld wordt, dat zie boord van de „Ancona" 25 Amerikam vonden. WASHINGTON, 11 Nov. Het Depai van Buitenlandsche Zaken verneemt lijk, dat Amerikanen zich aan boord „Ancona" bevonden, doch weet nog n er daarvan het leven hebben ver!ore dien dit het geval mocht zijn, verwacht men in Engelsch-Amerikaa: kringen, dat de regeering tegenover O rijk dezelfde gedragslijn zal volgens ah tijde tegenover Duitschland wegens he pedeeren van de „Lusitania", tenzij O. rijk kan aantoonen dat de „Ancona" a waarschuwingen van den onderzeeër stoppen geen gehoor heeft gegeven e tracht heeft te ontkomen. (Volgens een eerder gemeld Wolff-b zou de „Ancona" werkelijk getracht h te vluchten, hetgeen later ook in een Fr telegram wordt, bevestigd. Red.) CHINA EN JAPAN. LONDEN, 11 Nov. De „Times* ver' uit Peking, dat de Chineesche regeering er van in kennis heeft gesteld, dal c jaar geen wijziging in den regeering zal komen, en dat de verkiezingen t gewone wijze zullen worden gehouden. I- ambtenaren in de provincie sprekea npnf Vfteon T7"«i 31 dent Yoean-Sji-Kai reeds aan als Keiz POLITIEKE MOORD IN CHINA 'kleine deuneboompjea beplant om het voor a V d VaD^"E elusten doodden door 1» revolverschot s vliegers te verbergen. Ook de aarde die men llcm Wn den ffiilitairen g0™ei Uitgegraven heeft wordt met graszoden bedekt, nriraal Tsengjucheng, toen deze zich n Dicht aan den ingang werden tegen sneeuw en regen beschermde geweerstanders opgesteld Om het heele paleis wordt een greppel gegraven om te verhinderen dat bij regen en dooiweer ligt water naar binnen stroomt. Ieder brengt zoo vaak hij gelegenheid heeft droog hout naar i hom te lossen den militairen gouvcrnei' miraal Tsengjucheng, toen deze ziel Japansche consulaat wilde begeven om, de receptie ter' gelegenheid van de kr van den Mikado bij te wonen. De secr vau den generaal werd eveneens ernsti wond. Naar het Franseh. warm was, kwam er toch van h^t~^T verfrieschend briesje opzetten een SylIia W-as i?r een a^niam opgewon- Toen zij zich allen te goed hadden gedaan aan ijs en taartjes, verklaarden mevrouw Wolsky en vriend Frits, tot Sylvia's vJwon dermg, dat zij weer naar het Casino teruo- gingen. 1 u»" Ik speel vandaag niet meer, zeide «?-<ri V'. vtóWLota. - Ik l,6r, Sg" had binnen, dat voor den winter wordt opgesteld. Een ton uit de ontruimde boerderij is de aard appelkuil. De wegen worden verbeterd en bord jes opgehangen die naar de verschillende ver blijven den weg wijzen. Nu komt echter nog de watervoorzienig. Het is twintig minuten loopen naar het naastbij- zijnde bruikbare water. Wij hebben echter vak- menschen, die een zakput aanleggen. De grond wordt met kiezel bekleed, waarvoor een schot van planken komt. Nu hebben wij goed water. Men zou denken d9t thans het winterkwartier gereed was. Het lijkt er niet naar. Zoolang onze soldaten daar wonen zoolang wordt er ook ge bouwd Hier moet een schoor komen, daar nog een raam, een klein hok voor voorraden zou nog WEER EEN! ROME, 11 Nov. Uit Cagliari wordt a „Giornalo d'Italia" geseind, dat de Fra pakketboot „France Zondagmorgen i een Duitschen onderzeeër is getorpedee gezonken ie. Do bemanning w erd te Cu aan land gebracht. ROEMENIE EN DE OOIÏLOO. j BOEKAREST, 11 Nov. In een beschot over het succes, dat de centrale moge den tot dusverre in den Balkan hebbe baald, schrijft de „Steagul": Tbane dt nemen aan den oorlog tegen Duitse! zou beteek enen, dat wij een ondergese ro! op ons willen nemen, die daarin zo staan, dat w« aan het viervoudig ver meer tijd zouden verschaffen voor land m den Balkan. Het lot van Roemenië Maar Sylvia hoorde ternauwernood wat zij zeide. Het verwonderde haar, dat vineu haar niet gefeliciteerd had. Zij vond het een prettige gedachte, dat zij hem geluk nai aangebracht. Hij Was uitgescheiden met spelen en stond nu dicht hij een der ramen. Hü had haar zelfs geen enkelen blik toegeworpen, en het gaf Sylvia een vreemd gevoel van onbehaag lijkheid, te zien dat hij zich zoo op een ai- stand van haar hield. En dat terwijl zoo veel menschen, die haar volkomen onbekend waren, haar waren komen bédanken voor Sbet geluk, dat zij hun had aangebracht! Laten we nu een ijsje nemen! riep me vrouw Wachner plotseling uit. Als vriend Frits gewonnen heeft, trakteert hij zijn oudje dikwijls op een portie ijs- Het viertal ging nu het Casino uit een begaf zich op weg naar een hotel, waar, YO-1 gens beweren van mevrouw Wachner, het beste restaurant was. De zon begon reeds onder te gaan en ofschoon het nog zeex Vergeef 't mei riep die Poolsche nu i berouwvol. moeten zeggen, nujn uei vriendinnetje! Misschien zouden we toen verloren hebben. Je weet j wel, dat die waarzegster mij voorspeld heeft, dat ik veel 8eia zou krijgen nu, ik kan zelfs nu nog neggen, dat ik eeu bijzonder ge lukkigen dag heb gehad, i Ga met mee en blijf bij mij eten de Villa La«. zei Sylvia. on Till R PcaL Zil Ver'a,,6Jc Vtear reeds'ÏÏ0 6P6eltafels zitten. Maar reecis na e enige minuten voegden de twee anderen zich weer bij hen. Zij hadden opnieuw ingezet en nu zooveel verloren, dat zu beiden boos op zichzelf cn, wat werkelijk onbillijk was, boos op de arme Sylvia waren. Ik ben er zeker van, dat als jij ook was gaan spelen en wij hadden met je mee gespeeld, wij gewonnen in plaats van ver loren zouden hebben, zeide Anna Wolsky 1 wrevelig. 't Spijt me erg, zei Sylvia. Het deed haar werkelijk leed. Anna hadi .'nog nooit op dien toon tot baar gesproken. JU ue »«-- - "Jjivia. j Zij namen nu afscheid van de Wachners 'en terwijl Z1J c:ea horten afstand van het Casino naar net hotel aflegden, vertelde Sylvia Anna van haar bezoek aan den Cha- let des Mugucts. 't Zijn haitelijike, eenvoudige menechen, zeide zij*,. Iüevrouw Wachner was heel vriendelijk. O ja, imaar ze is erg streng, antwoord de Anna glimlachend. De arme man had geen stuiver op 2^ voor<jat zij kwam en het wachten op haar maakte hem boos en ongeduldig! Ik had lU6t hom geld te kenen, maar ik deed het niet, want ik.heb mij voor genomen in een Casino aan anderen nooit S^a^idTan^ W onaan- Iü de hal van de Vilia du Lac troffen f de Vmeu aan, die een eourant stond te le zen. Hy had zie-h gekleed voor bet middag maal en hoog voor de twee dames, zondter n*ar haar toe te ko-men. Kijk, daar is mijnheer do Virieu, zei 'Anna fluisterend en op een toon alsof het haar genoegen deed hem te zien. Ik wist met dat hü bier logeerde. Ja, hij logeert hier, zei Sylvia. Zij kleur de licht en ging snel de trap op. Het was een paar minuten voor zeven. 't Spijt me dat je in hetzelfde hotel logeert als dra man. Knoop maar geen vriendschapsjanden met hem aan, Sylvia- lief. Graaf de Virieu is een onwaardig indi vidu, hij' heeft al twee fortuinen verspeeld. En m plaats van te werken leeft hij nu op PfSt™11! d?? van zijn zuster, hertog d Eglemont. Als ik jou was, zou ik me een .ceVfstaild Van he^ bouden. Hij kijkt altijd, uit naar eeu mooie rijke vrouw om er mee te kunnen trouwen. Sylvia antwoordde niet. Zij voelde dat zij op dit cogenblik haar etera en haar woor den niet in haar macht had en zij was er dankbaar voor dat Anna Wolsky niet even eens in de Villa du Lac logeerde. Zij nam zich tevens voor, dat wanneer zu weer haar inviteerde, zü met haar zou gaan cteu in het restaurant dat mevrouw W ach- ner zoo geprezen had. Het feit, dat Anna- Wolsky zoo'n slech ten dunk had van Paul de Virieu, gaf Syl via, gedurende het gelheele diner, een onaan genaam gevoel. Maar ofschoon de ïTansch- man hoog. toen de twee vriendinnen binnen traden, kwam hij haar niet aanspreken- aks Sylvia stellig gedacht had. Na het diner ging hij heen en Sylvia Anna mee naar den tuin. Maar zij liet den moestuin niet zien. De oude po* wekte bij haar eeu stemming op, die zij; wilde laten bederven. Anna Wolsky, met kleine teugjes t. tend van Polperro's uitstekende k bracht bet gesprek weer op de Virieu. Het verhaast me erg hem bier in ville te zien, zeide ze peinzend. Ik gedacht dat hij het niet chic genoeg zou den. 's Winters speelt hij altijd in M Maar Anna, protesteerde Sylvia, - Virieu doet hetzelfde wat een massa i ren, doen. Anna lachte. Ik begrijp wat je deukt, zeide z Je vindt zeker dat ik iu 't geval Leu l den pot die den ketel verwijt dat bij z ziet Maar met mij is het iets anders.' Iheb een jaarlijksoh inkomen en ben vr{' te besteden aan 't spel. Ik zou er net goed de voorkeur aan kunnen geven te nen in een groot huis, of liever gezeg een klein huis, want ik hen niet heel Maar ik houd nu eenmaal van sjiele; ben niemand rekenschap verschuldigd de wijze, waarop ik mijn geld besteden (Wordt vervolg,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 5