Si§°ssi^ar,i5kd,enstbaar te ws i
ïïi Maf sretT
BINNENLAND
reta* dat zij onderzoSu ml TSjTiïl»»S> iS'Sfggg bJSTOv m
ploten, torpedojagers en treilers. Er waren
Ïun de eereten niet genoeg en daarom rnoes-
en de treilers hulp verleenen.
Hun werk bestond nit twee verschillende
p. htingen: een gedeelte van hen moest
fi ri-ouilleeren en een ander deel moest voor
raden en troepen overbrengen van de ope-
r- ti» asis te Moedros naar verschillende
paaien bij Gallipoli.
Tedere treiter verschilt van de anderen en
irii het karakter der bemanning, bet leven
r boord, wordt bepaald door den kapitein.
jBnrtlett geeft dan een beschrijving van deze
■fee-Heden in het algemeen, dat een ras lijkt
nil vroeger eenwen. die alleen zichzelf nog
ret ware zeemanschap toeschrijven en neer-
7' n op de marine officieren. Het zijn kra-
■jnigr kerels die allen altijd en over alles
mopperen, omdat zjj zondermopperen niet
■gelukkig zouden zijn.
Er- zijn thans moederschepen voor de trei
lt v. die hen van brood, verseh vleesch en
atle andere noodige zaken voorzien, .maar
'ju de eerste dagen moesten zij zich het noo-
di~e trachten te verschaffen door het eerste
\boste marineschip, dat zij tegenkwamen en
sp dig genoeg waren zü er achter, welke
Schepen net vrijgeviget waren.
Hen der schepen, welks commandant hen
in r zeer onthaalde, kreeg op het laatst
zet» druk bez.oe'k, dat het te lastig werd.
f De trarsporttreilers hadden bet 't hardst
te verantwoorden. Zij verlieten Moedros, he
lt Ion met biscuits, versch vleesch en vleesch
in bossen, levende geiten voor de Goerka's,
ii iitie en nog honderd en een zaken, die
het leger dagelijks noodig heeft. Boven op
de goederen massa's gepakt, gaan officieren
en .-oldaten heen en weer tusschen de havens
en het was geen ongewoon gezicht, een ge
neraal te zien zitten boven op een bus bis
cuits met een geit knabbelende aan zijn eene
laars en de andere laars verborgen onder
tviL lading bevroren vleesch. Het is wel een
bewijs' voor het groote zeemanschap der trei
lers. dat op de duizenden en nog eens dui
zenden reizen vaak over groote afstanden,
slechts één schip, voor zoover den correspon
dent bekend is, is gezonken,
DE KLEINGELD-KWESTIE
IN RUSLAND.
la ten correspondentie in den „Berl. Lok.-
Anz." wordt e'en aardige schets gegeven van den
kieingdd-nood in Rusland.
Overal, zoo vertelt de schrijver, heeft de oorlog
gebrek aan kleingeld veroorzaakt, maar nergens
zoo plotseling en noodlottig als in Rusland. Hier
w aren, ais op commando, alle koperen en kleine
zóveren munten verdwenen.
De regeering stond radeloos tegenover de on-
tevredenneid van het publiek. De minister van
oorlog had het koper in beslag genomen, zilver
was slechts weinig in voorraad. Andere harde
metalen kwamen niet in aanmerking, omdat de
vertegenwoordigers van de betrokken industrie
verklaarden, dat zij uit ijzer ot zmk geen bruik
bare geldstukken konden maken. Er bleef dus
niets anders over dan de papierpers ter hulp
te nemen. De waarnemende minister van finan
ciën was bij voorbaat overtuigd, dat men voor
de tien-kopeken-papiertjes niet het landkaartfor-
maat van het honderd roebelbiljet nemen kon.
Hij wilde integendeel een heel klein briefje ma
ken en omdat er haast was, zocht hij ook naar
een reeds gereed zijnde cliché. Toen kwam hij
c:> de g.dachte ce Russische postzegels tot de
overal ter wereld geëerden rang van roebelbiljet-
ten te verheffen. De mooie clichés van de oorlogs
zegels van tien, twintig en vijftig kopeken sche
nen bijzonder geschikt en deze werden op een
papier gedrukt, dat tot nu toe steeds uitstekend
voldaan had voor de kaartjes van de tram.-De
nieuwe kopeken waren nu wel niet zoo hard als
de oude, maar men kon ze even goed uitgeven
en verliezen. Ze moesten snei ingang vinden,
want men kende de teekening reeds van de post
zegels en een besparing was, dat men ze niet
behoefde te gommen.
Het verschijnen van deze schepping van den
minister van financiën wekte sensatie en ontstel
tenis. De waarnemende minister had het over
bodig geacht de pers in te lichten en gaf dus
zonder waarschuwing het nieuwe drukwerk aan
de pos kantoren, blijkbaar omdat daar verwar
ring het meest waarschijnlijk was. Den volgen
den dag groote opgewondenheid aan de post-
lokelten. Wie een vijfkopeken postzegel koopen
wilde en een papieren roebel neerlegde, kreeg
plotseling alkenpostzegels terug. Een postamb
tenaar had gemiddeld een uur noodig om een
plotseling alleen postzegels terug. Een postamb-
te brengen, dat ongegomde postzegels nu geld
geworden waren. De goede lieden konden niet
over hun vooroordeelen ten opzichte van het
begrip geld heen komen om zoo'n ding in de
portemonnaie of in de portefeuille te steken. Het
is begrijpelijk, dat aan weerszijden van het loket
het geduld vaak opraakte.
Nog moeilijker was het natuurlijk voor den
Petersburger, die juist op de post wijs geworden
was, op den terugweg naar huis den tramconduc
teur duidelijk te maken, dat hij werkelijk ver
plicht was, het ongegomde papiertje als betaal
middel aan te nemen.
Eerst een dag later werd de pers in slaat ge
steld het publiek voor te lichten.
Daarmede was echter het leed nog niet voorbij.
De papiertjes bezaten merkwaardige eigenschap
pen. Als ze door de handen van een paar visch-
vrouwen waren gegaan, waren ze alle grijs ge
worden. Niet alleen zagen de tien, twintig en
vijftig kopeken er volkomen eender uit, maar ze
onderscheidden zich ook in geen enkel opzicht
van een tramkaartje, dat in de modder gelegen
had.
Intusschen-was de minister van financiën Bark
uit Londen teruggekomen. Hij onderzocht de
maatregelen van zijn plaatsvervanger en kwam
tot de slotsom, dat deze op den juisfen weg was
geweest, maar dat nog wel eenige verbeteringen
mogelijk waren. Een paar weken lang liet hij
proeven nemen en zoo slaagde de uitvinding van
papieren kleingeld, dat de algemeene goedkeu-
ring vond van de regeeringsbureaux.
Het is moeilijk de nieuwe modellen van de
oude te onderscheiden. Het papier is misschien
i iets dikker en de kleuren zijn iels levendiger.
Misschien kan men ook op de chemische weeg
schaal verschil in gewicht constateeren. Het'post-
zegeltvpe, de teekening en de andere eigenschap
pen zijn echter de oude gebleven. Zooais dat. ook
met andere dingen kan voorkomen in Rusland.
POSTZEGELS VOOR PASMUNT.
Men schrijft ons uit Berlijn:
Tot de dingen die 6chaarsch zijn, behoort
hier tegenwoordig ook pasmunt. Hoewel er
60 milhoen stuks vijfpenningmuntje6 uit ijzer
geslagen Worden en een groot deel daarvan
al in omloop is (of beter gezegd iu de zakken
der verzamelaars verdween), gebeurt het in
winkels en warenhuizen elk oogenblik dat
men iuplaats van den zoogenaamden „Gros-
eheu" (het nikkelen tienpenningstuk dat
vroeger ais Silbergroschen 12 penning waard
was) of den „Seehser" (het dito vijfpenning-
stuk) postzegels als betaalmiddel ontvangt.
De tot tegenspraak en critiek neigende geest
der Berlijners protesteerde eerst daartegen,
en er vielen een aantal sarcastische opmer
kingen en met den Berlijnschen Witz ge
drenkte geestigheden. Maar de pers heeft
haar opvoedkundige macht al gauw gebruikt
en het publiek op het nuttelooze en tevens
overbodige van dit tegenspartelen gewezen
en, bovenal, de wraak is zoet: het vooruit
zicht, bij de eerstvolgende betaling zelf par
mantig zijn postzegels te voorschijn te halen,
voleindigde dit begonnen bekeeringswerk.
Slechts in de trams zag ik deze modern
ste munt nog niet de ronde doen. Aange
naam is zij dan ook eigenlijk slechts voor
dengeen die er een gang naar het postkan
toor door bespaart, want zeer lang blijft zij
op deze wijze aan haar eigenlijke bestem
ming onttrokken, niet van de appetytelijk
j frissche roze of lichtgroene kleur, die haar
een gewenechl bezit doet zijn. Kleverige, om
gekrulde, verfoufraaide postzegels zijn im
mers om van te rillen en het is te hopen
dat de manie der verzamelaars spoedig ge
noeg bevredigd zal zijn om de nieuwe ijze
ren munt nu werkelijk haar intrede te laten
doen.
Geheimzinnige verhalen deden de ronde
over dit eerst langzaam en systematisch en
toen in steeds snellere tempo voortgaand
verdwijnen van ons kleingeld. Wenkbrouw-
fronsend spreken „Miesmacher", wat in Ber-
lijnsch dialect profossioneele bangmaker be
duidt van den nood aan metaal, die'de nik-
kelmunten opvrat. Doch nog blonk overal
geel en rood koper aan torens en tinnen der
Berlijnsche gebouwen; mijn koperen wasch-
ketel, wel zooals het behoort aangegeven,
werd niet afgehaald, en de uitspraak van j
een deskundige dat Duitsehland voor tien j
jaren metaal genoeg heeft, wanneer slechts j
de koperdeelen zijner locomotieven door ijzer j
vervangen werden, wilde mij ook niet uit het
hoofd. En dan: de weg naar het zuidoosten, I
naar Klein-Azië met zijn schatten aan ruwe
grondstoffen van allerlei aard, is immers ge-
ibaandl De verklaring is dan ook elders te'
zoeken,- namelijk hierin dat de Duitsche troe-
pen in -de etappe en in al het bezette gebied
een massa kleingeld gebruiken voor hun in-
koopen, dat daar nu door de bevolking
luampachtig vastgehouden wordt om de sol
daten weer van diezelfde munt te kunnen
-dienen.
migheid der Hollanders, om het „Deutsche zagen er bemodderd, zagen er vermoeid uit Zij
Vaterland" binnen te dringen zijn, om de kwamen van het front, om van familieleven en
ruiten te sparen, sterke tralies ervoor aange-rust te genieten. Men woonde ontmoetingen tus
Kv«n ,-ll-\ f A r. VI /I AVÏ «-1 U 1 P 1 i -
bracht. Aan den ingang van de deur, waar de
bezeten menschenstroom kronkelt en hort en
stoot, staan twee rustige landweermannen,
die niet jong meer zijn.
Na de visiteering en pas-revisie naar df
schen familieleden en zulke terugkeerenden bij,
die de tranen in de oogen dreven. Die naar de
perrons gingen, waren prachtig nieuw gekleed
en ongelooflijk gepakt en gezakt.
De ontzaglijke nieuwe ruimten in het onder
wachtkamer gaande, trof het mij, weik een grondsche Keulsche station waren vol en vol van
buifoijeewoon opgewekte stemming daar j militairen. De reusachtige wachtkamers waren
hcerschte. oldaten van de grenswacht srra- j ten deele Ingericht voor gezonde soldaten en
ken duchtig het bier aan en schertsten op
,,leutselige Weise" met de reizigers en vroe
gen belangstellend, of men angst voor de
douane gehad had. Zii hadden van de roo-
vers- e/n moordgeschiedenissen dienaangaan
de in de Hollandsche kranten gehoord en
amuseerden zich danig daarover.
Komen er dan geheel geen chikanes voor?
O ja, ais een of ander verdacht wordt van
het leen of ander, dan wordt de zaak moei
lijker Maar dan moet. me.n het
maken. Ik woonde een paar
Een luitenant had aan de wachtende men- j
gezonde officieren, die kwamen en gingen, an
dere wachtkamers waren ingericht als „Ruhehal-
len" voor gewonde officieren en soldaten. Daar
zag men weer bureauen van het Roode Kruis,
daar administratie-afdeelingen voor den Inten
dance. Op de perrons stonden onmogelijk lange
treinen. Honderden meisjes ifi het wit liepen
langs de treinen mei koffie en versnaperingen of
bcClGTldPTI Hf» crHHo+fm in Ha Hïo r\r\
bijdrage, die het Koninklijk Nationaal Steun
comité, hetzij afzonderlijk, hetzij in verbinding
met de Nationale Vereeniging tot Steun aan
Miliciens, aan hen zal geven, die deze noodig
zullen hebben voor aanschaffing van uitrusting,
gereedschappen en voor reiskosten in verband
met het krijgen van arbeidsgelegenheid. Ook-de
hulp, die aan bedrijfshoofden zal gegeven kun
nen worden om hun nering weder op gang te
helpen, valt buiten deze ondersteuning.
BS NIEUWE VERZEKERINGSWETTEN.
In „De Nederlander" is het oud-lid der
1 woede Kamer, de heer J. R. Snoeck Hen-
kemans een artikelenreeks begonnen over de
verzekeringeplannen van minister Treub. Hij
schetst daarin als volgt het kenmerkend
onderscheid tusschen het werk van Talma
en Treub:
Technisch draagt Treub de eerepalm weg;
dat nijvere, bezige beeld jiet
schenmomgte voor de douane verklaard, dat
men gewoonlijk uit eiken trein twee personen
nam, willekeurig, die tot op den lijve ge
visiteerd werden. Men was dus ewa-ar-
sclruwd, naar waarheid zijn opgaven to doén.
gingen de ongelukkigen, die he* lot van den oor
werk van den man, die het hart dee
Fog aan den "lijve getroffen had." Daar "werden fmldL^het instituut dTrhen™S8fc"
zij weggedragen, daar werden zij ondersteund, door Taima aï te bezwSk elJchfa
Daar weer strompelde er een op een kruk of liep schoorvoetend toegelaten, werd do^r Treub!
zonder arm rond o had het hoofd zoo verbon- met foredum greep, een eereplaats in het
Iedereen kon het lot treffen. Nu zijn er altijd f 'fniefs meer van dat arme (verzekeringsstelsel aangewezen. Maar een
mensehen, die min of meer idioot-waa&hal-i 0 f 5ag' ^gen een kiosk stond een reus imn minwaardige regeling voor den ouder-wor-
zerig zijn. Zoo was er eeu heer, een hout-Z»jn been en waren afgeschoten, hij den don werkman, als door Treub ontworpen,
kooper, die ostentatief een medaiho van het' fus,tie kr" kke.n; Lachend waarachtig, schater- een regeling, die voor deu zeventigjarige uit
Russische Roode Kruis in zijn kaóopsgat jacaeim opaermehij zich met een paar zus- loopt op eeu armelfjkeu noodpemiiug uit de
droeg. Tevens bengelden aan Jzijn horloge-'ers' 'k 'eJ'e °P' blaast geen menscli keek naar
ketting medailles met Russische -nschriften. I de gewonden. Men kende het beeld. De menscli
De man renommeerde, dat hij daar niets 0m raa" aan alles gewoon,
gr f. Men waarschuwde hem. Natuurlijk werd
hij bij het onderzoek verdacht bevonden en
ter nadere legitimeering medegenomen. Later
bleek, dat hij ten voordeele van Engeland
overheidskas, kon door Talma nooit zijn
voorgesteld. De bij het klimmen der jaren
afloopende invaliditeitsrente, en de ouder-
IIULP AAN VRIJKOMENDE LANDWEER- dofisren1,e' die een gift is aan den behoeftige,
dt imimmnv i vormen de zwakke plaatsen id Treubs stel-
PLKlHTTfiHN Dai uw. ,i;„ „i.i
PT TftT<i'ir<ï?ivr |>"iural uy '.waiiüt; piaaiseu m rreuDS siei- 1
1 lALti IKjEJN. jeel. En die twee zwakke plaatsen zijn juist
Vanwege het Kon. Nat, Steuncomité is tot de de fundamenten, die het gansche gebouw
hout opkocht. Is het te vei wonderen, dat Steuncomité's in verband met de mogelijkheid die moeten dragen.
deze man, zooais ik later hoorde, zijn domme aan de landweerplichtigen der lichting 1908 zal I Schrijver beziet dan nader het ontwerp-
onvoorzichtigheid met een voorarrest van zes geopend worden om met klein verlof naar huis Ouderdomswet, en doet daarbij uitkomen,
weken moest booten? j te gaan, eene circulaire gericht, waarin het o. m. dat de regeling ten aanzien der ouderdonis-
Een ander geval. Een Hollands-eb meisje doet opmerken.j rente den ouden werkman gelijk stelt mek*1
stopte aldoor, niettegenstaande vier vijf waar- Zooals reeds vroeger in Mei bij het met verlof den baliekluiver en straatslijper, die de zorg
schuvvingen, eenige brieven weer m haar zak. gaan der landweerlichting 1907 door ons Comité voor zÜn gezin zooveel mogelijk aan zijne
gebruik maken. Zij zouden daifhet
de al maar uit den treure, dat zij niet ge-1 aantal werkloozen vermeerderen en daar hun ce- onHangt volgens t ontwerp evenals deze 2
vaarlijk waren en dat er niets in stond. De zinnen dan ook geen rijksuitkeerin° genieten per week, indien 't Gemeentebestuur na on-
beambte ondernam niets tegen haar, ver- allicht geheel op de hulp der steuncomité's of derzoek overtuigd its, dat hij behc Ttig is, ter-
klaarde alleen, dat zij dan maar in allo ecu- organen van armenzorg aangewezen zijn. De wijl de M. v. 1. uitdrukkelijk zegt: „dat
wig beid daar moest blijven staan, waar zij militaire autoriteiten hebben er geen bezwaar v0°rtdureud eenig toezicht zal moeten wor-
stond. Ik bemoeide mij discreet met het. tegen, dat genoemde landweerplichtigen indien den gehouden op de rente-trekkers, vooral
geval en kreeg eindelijk gedaan, dat het zij zulks verlangen alvorens van het verlof te om op, de hoogte te bliJveu of bun toestand
domme meisje haar brieven op de tafel genieten, nog eenigen tijd in dienst blijven. !^Lr^r?"itlgheid geen ver €nng heeft
lÊgde, met de boodschap er bij, dat men ze Zij, oie met verlof gaan, zullen zoodra zij; Vpü ,'n'. v,- i a i
vei verscheuren kon, omdat zij ?a toch niets daartoe den wensch te kennen geven, weder' zal de ijverige werk-j
aan had. i onaèr de wapenen kunnen terugkeeren. Alleen u, ?.°f«hen eorgelooae achterstaan,
Leu d rde geval. Een jong getrouwd vouw- wordt te dezen opzichte het voorbehoud gemaakt WV h.eeft n"g »ets bespaard voor
tje van zeer gezette postuur maakte allerlei dat er na een grooter verlof bij terugkeer in zieh; zclf' m',6schleu zpu4de kmde,ren', doov
grappen met de visiteerende luitenante en dienst tenminste een maand moet veHoonen ?oe!;'e ®In°eding, in staat hun vader te on
verklaarde ongevraagd, elk oogenblik, dat voordat weder opnieuw verlof gegeven wordt! DaP 18 de oude werkman niet
vir imlifin«lnli- r\ ./»fa hll rnnb I» .1 f r7- DGllOCftig, UHI1 OMtVHIlgt hij D i 6 t S. Mcicir
dienst tenminste een maand moet verloopen, fiP,t1u„m
zii natuurlijk fiets bij zich lmd !~Zij gedroeg AWuïwoTdfaa^de^man^ behoef tig, .dan ontvangtank Maar
41 M V/1MW V«V^J I i-Wl.
m XT 'geloosheid beloond met een wekelijksehe
gift van 2 uit de openbare kas.
men nu daartegenover de regeling
Zij spartelde jTlvolgens' Ta rata. Wij nemen nier de offieieele
tegen, maar het baatte niets. Alle'omsta»- .ïiSS^cijlors, vcrmold in.bglage II van do nieuwa
S heTanva HeVileek dat' trekking geraakt zijn, en an de Imlpverleening Memorie van T
ïkelijlc niets bij zich had, Zii had alléén aan fan de hoofden der kleine bedrijven, die daaraan 1915. Dan blijkt
j 1 eta, uij zien tin.n. Z.1J tiau aueen aan jen terugkeer in cle maatschappij bchocfle a:
OOI S
zij werkelijk
Toelichting van 1 November
dat de £gfi.ds, aangenomen.
haar vreemd en opdringerig gedrag te danken rjJF "TTTT '"1aa,,scharPii behoefte .-eseiing diell ouden WrlUnan. Wiens week-
daarom, wijl mij gebleken is, dat zulke gevallen 1 1U>" u i|F!ririflr v"
een uitkeering van 4.70 of 5.6O per week.
haast daeeliiks voorkomen Als men fich ge gaan onl wterk te zoeken> of het bedrijf En die uitkeering zou zijn een vast onver?
iiacist üageiijks voorkomen. Ais men zien ge Weoer in orde te brengen. vreëmd'baar recht dat niemand hem be
woon gedraagt en zich aan de voorschriften n»»» u1 VIfcemuo'1<il reent, uat niemduu urm De-
houdt, dan gaat alles van een leien dakje, en is
de plechtigheid in vijf minuien afgeloopen.
Een lokaaltreintje vderde ons naar Emmerich
Daar onmiddellijk na het verlaten der gelede- hoefde toe te kennen en dat oo'k niemand
ren de rijksuitkeering aan de gezinnen der onder hem kon ontnemen, want het was de vrucht
de wapenen geroepenen ophoudt, is het Konin- van eigen bespaard loon.
klijk Nationaal Steuncomité bereid, aan allen,' Het verschil tusschen beide regelingen is
EEN REISJE NAAR DUITSCHLAND.
Een medewerker van „De Tijd", die den
jongsten tijd Duitsehland bereisde, schrijft:
Met zeer gemengde gevoelens reist men
uit Arnhem naar Elten. De trein is propvol
met beroepsreizigers eo werklieen, die het
klappen van de zweep reeds kennen. Lang
vcór de trein te Elten stilstaat, worden do
portieren op een kier gezet. Gepakt en ge
zakt staan de reizigers klaar, om uit den
remmenden trein te springen. Gelaten wacht
de met-beroepsreiziger.
Elten! Zelden zag ik zoo iets dols. Als een
horde wilde dieren stortte eeii gewelduige
menschenmenigte zich wringend en urmgend
naar den nauwen ingang van het douane
kantoor, ieder, om maar de §erste te z"n,
om het eerste geholpen te worden. Om den
deuruitgang van het onmogelijk vieze station
netje zijn houten omtimmemmen gemaakt.
Waarschijnlijk wegens de geweldige onstui-
Daar stond een enorm lange D-trein reeds ge- die aldus van het voorrecht van klein verlof te groot, dan dat zon kunnen worden onder-
gebruik maken, en. die aan deze ondersteuning steld, dat één werkman of één werkmans-
behoefte hebben, een uitkeering té geven, gedu- vriend zou kunnen medewerken om, althans
rende ten hoogste drie weken op den voet van de in dit opzicht, Talma's wet door Treub's re-
volgende regeling: geling te vervangen. Talma verstond het
de eerste week zal dan een uitkeering kunnen hart des volks."
gegeven worden, gelijk aan van het bedrag,! RIJKSAMBTENAREN-
dat aan het gezin van den landweerphehtigeHet Comité van samenwerkende rrjks-amb-
laatstelijk van rijkswege werd toegekend; de tenaren-organisaties heeft, onder voorzitter
tweede en de derde week zal dit bedrag op devan cleu iieer Til. j. wijnands, te
helft dier uitkeering worden bepaald. 'Rotterdam een openbare vergadering gehou-
Bij dit stelsel blijft de betrokkene vrij, den tijd ^en, waarin, «e neeren W. Koster, lid van
te kiezen, gedurende welken hij met verlof ue Tweede Kamer, en W. J. Perreiju, van
reed
Nieuwsgierig keek ik uit hef venster, en zag
overal mannen en vrouwen aan den landarbeid,
merkwaardig veel mannen, daar men zoo het idee
heeft, dat alle mannen in den ooriog zijn. Ook
zeer veel vrouwen waren bezig. Wij stoomden een
gymnasium langs, waar de blijkbaar oudere
klassen dapper soldatesk aan het oefenen waren-
In Gogch was kermis en siond de tent van Carré.
Bij Wezel zag men het gevangenenkamp. Hoo-
pen Russen waren daar, waarschijnlijk ter tijd-
passeering, aan het exerceeren. Een merkwaar
dig gezicht! Nu voeiüe men den oorlog! Een
paar probeerden door de omrastering te blikken.
Ik voelde een zware melancholie, net als ik in
Elten gevoeld had, toen het door mijn bewust
zijn doordrong, hoe krankzinnig het toch eigen
lijk was, dat de naties zich zóó sterk van elkaar
afsluiten. Op de landwegen werkten, onder toe
zicht, Fransche krijgsgevangenen. Men herkende
ze aan de roode broeken, die er, na zooveel
maanden, ongelooflijk vaal uitzagen.
Oberhausen, Duisburg waren zwart' en don
ker als altijd. Ontelbare goederentreinen en per
sonentreinen en D-treinen passeerden ons. Op
den Rijn werden reeksen aken als immer ge
sleept. Was hier dan niets veranderd? Smeedde
en hamerde en schiep het industriegebied van
Rheinland-Westfalen dan alleen den vreedzamen
arbeid? Niets herinnerde ons aan den oorlog.
Het grandioze station van Kernen wemelde
van soldaten, van nog meer officieren. Die in de
richting der stad gingen zagen er gehavend,
wenscht te gaan, en gedurende welken hij dus
de uitkeering wenscht te ontvangen. Vast staat
echter, dat deze slechts voor eenmaal wordt
gegeven en niet dan in geval inderdaad gecon-
{s-Gravenhage, het woord hebben gevoerd.
Beiden wezen 0. a. op de stijging van de
prijzen der levensbehoeften.
Na de redevoeringen werd na eenig debat
stateerd wordt, dat de betrokkene geen of niet bij acclamatie de volgende motie aangeno-
voldoende werk heeft, of, (is hij geen loontrek
kende) door andere redenen niet in het onder
houd van zijn gezin krn voorzien.
Is het Koninklijk Nationaal Steuncomité dus
bereid, deze uitkeering geheel voor zijn rekening
te nemen, zoo wil het er tevens de aandacht op
vestigen, dat het behoudens in zeer bepaal
uitzonderingsgevallen niet zal bijdragen in
eventueel gemaakte kosten wegens verder strek
kende maatregelen ten behoeve van de in deze
circulaire bedoelde personen, hetzij die maatrege
len bestaan in een uitkeering gedurende een lan-
geren duur, hetzij in een uitkeering tot een hoo-
ger bedrag.
Genoemde uitkeering voor levensonderhoud
aan de gezinnen is geheel onafhankelijk van de
men:
De vergadering spreekt hare diepe teleur
stelling uit over de door de regeering bij
hare begrooting gedane voorstellen, betref
fende ld*; lagere ambtenaren en beambten
in 'a rijks dienst.
Gezien de vele maatregelen, genomen door
verscheidene gemeenten en vele financieele
en industrieele instellingen, ten opzichte van
net in haren dienst zijnde personeel, hetzij
iu het verleenen van een tijdelijkeu bijslag
op de salarissen oï wel in een herziening
daarvan;
van oordeel zijnde, dat de door de regee-
ring voorgestelde maatregelen niet als afdoen
de kunnen worden beschouwd.
Tait doodsbedaard, toen de commissaris van
politie hem in korte woorden het doel van
het bezoek uiteen had gezet.
I ziet, dat alles heel eenvoudig is, mijn-
bcer de commissaris. Mevrouw Woleky heeft
een brief achtergelaten, waarin zij ons de re
den van baar overhaast vertrek meldde. Ik
begrijp biet waarom mevrouw hij wendde
zich tot Sylvia het noodig vond naar u tóe
te gaan. We zijn in niets te kort gekomen in
deze kwestie. We zijn iatsoehlijke mensehen
en hebben niets te. verbergen. De koffer van
mevrouw Wolsky zijn boven in haar slaap
kamer. Ik had de kamer in dien tijd al twee
maal kuihnen verhirren, maar neen..-., ik
wilde liever wachten, want ik hoopte altijd
dat mevrouw Wolsky een heel lieve vrouw
terug zou komen.
A. propos, waar is die brief, dien ze
heeft achtergelaten! vroeg de commissaris
zakelijk. Ik zou dien wel eens willen zien!
Waar- die brief is! vroeg de heer Mal- j
fait vaag. Toen vervolgde hü luider: Ik
zal mijn vrouw vragen. Zij gaat over de cor-
re.-pahdentie.
1 Mevrouw Malfait trad nu naar voren. Zij
had nog boozer gekeken dan haar man, toen.
zij zag van wien Sylvia vergezeld was, Die
briefI vroeg zij. Lieve hemel, ik weet'
k< useh niet waar ik diefc heb gelaten. Maar
ik,keu hem langzamerhand zoowat van bui-
ien. Het was een lieve brief, waarin ze met!
veel lof over ons pension sprak. Maar waar
is bij toch! Zij keek om zich heen, alsof ver
wachtte, dat die brief opeens vanzelf voor
den dag zou komen.
nu weet ik, wie ik hem het laatst heb
laten ziah. Aan die lieve vriendin van me
vrouw Wolsky zij legde nadruk op het
woord „lieve" en keek daarbij Sylvia strak
aan aan die mevrouw Wachner heb ik hem
het laatst laten zien. Misschien heeft ze hem
bij vergissing in haar zak gestoken en ver
geten hein terug te geven. Ik herihner me nu
dat ze zei, dat ze hem graag aan haar man
wilde laten zien. De heer en mevrouw Wach
ner komen dikwijls eten. Ik zal hun vragen
of zij den brief nog hebben.
Nu, in ieder geval zullen we het beste
doen met mevrouw Wolsky's koffers te ope-
ben, daar zullen we misschien iets vinden,
dat ons eenige opheldering geeft, besloot de
commissaris op een toon, als de zaak hem
verveelde.
En tot Sylvia's spijt en erge Is begaf 't ge
zelschap zich naar de slaapkamer, waar zii
haar vriendin het laatst had gesproken, en
brak de heer Malfait de sloten van de twee
groote koffers, die aan Aibna Wolsky toebe
hoorden open.
Maar de inhoud zei hun niets. Er kwamen
alleen allerlei artikelen uit, die iemand, die
veel reist, gewoonlijk bij zich heeft, en die
werden een voor een bekeken en onderzocht.
Als uw vrieniu in Fmt bezit was van
een paspoort, zei de commissaris eenigiszins
wrevelig, heeft ze "dat blijkbaar meegeno
men. Er i6 niets van beteek en is in die kof
fer; 't is het best dat we ze maar weer siui-
teu en heengaan.
Maar toen zij weer heneden en ihi de hal
waren, vroeg hij plotseling:
Nu, en waar is de brief nu!
Hij was bet uitvoerige relaas van mevrouw
Malfait blijkbaar beeieinaal vergeten.
Dien zal ik u morgen zenden, zei de
heer Malfait sussend. -Zooais mijn vrouw
u zei, we hebben hem laten zien aan do dame
die ook met mevrouw Wolsky bevriend is
en die heeft vergeten hem terug te geven.
We zullen haar vragen of ze hem nog heeft
Op den terugweg zei de commissaris van
politie" glimlachend:
Men kan zien dat ine vrouw hij keek
en hoog beleefd in de richting van Sylvia
heel weinig van Lacville afweet, mijn
heer. 'tGebeurt hier zoo dikwijls, dat iemand
öhiverwacht vau het tooneel verdwijnt. Ik
zou mijn handen vol hebben als ik het spoor
van «iedereen, die plotseling vertrekt, zou
moeten nagaan. Dat neemt echter niet weg,
dat het mij veel genoegen heeft gedaan u,
mevrouw, en u, mijnheer den graaf, van
dienst te kunnen zijn.
Hij boog voor Paul en zag Sylvia lachend
aan.
Het doet mij genoegen te weten, merk- j
te hij schertsend op, dat u, mevrouw,
hcogstwaarecliijibJIjk geen avonturen van
minder aangenamen aard zult beleven, want
de Villa du Lac is een uitstekend hotel, dat
goed wordt beheerd. U kunt er zeker van
zijn, mevrouw, dat ik oyer eenige uren wel
te weten zal zijn gekomen of uw vriendin
in de straten van Parijs een ongeluk over
komen is.
Bij den ingang van het hotel nam bii a^"
scheid vah. hen.
Toen hij uit het gezicht was, zei Paul:
Welnu, wé hebben uw zin gedaan.
Maar zonder veel resultaat, niet waar!
Sylvia schudde moedeloos het hoofd.
Neen, maar ik vrees dat ik een groote
onhandigheid heb begaan met de politie er
in te halen. De Malfaits zijn heel boos op
mij» dat kan men hun wel aanzien. En toch
....en toch is het 't eerste wat men in En
geland zou doén.
't Komt er heelemaal niets op aan, dat
u dat hebt gedaan. Maar u begrijpt nog
steeds niet, lieve mevrouw Bailey, dat Lac
ville een vreemd plaatsje is en dat de ho
telhouders hier allemaal een beetje bang
zijn voor de politie. Ik was al heel blij, dat
de commissaris er niet op stond dat uw kof
fers ook geopend zouden worden en dat hij
u niet om uw'paspoort vroeg.
Toen voegde hij er op ernstigen toon bij:
Maar ik zie wel, dat ge u erg ongerust
maakt over mevrouw Wolsky en ik zal zelf
met de Parijsehe politie over het geval tele-
foheeren. Het is juist zooals u zegt, moge
lijk, al acht ik het onwaarschijnlijk, dat haar
in de drukke Parijsehe straten een ongeluk
overkomen is.
HOOFDSTUK XVII.
Weer verliep er een week en nog steeiia
kwam er geen bericht van Anna Wolsky.
Neg steeds wachtten de eigenaars van het
Pension Malfait op het telegram, waarin zij
hun melden zou wat er met baar koffers en
met de kleinigheden die zij in haar kamer
had achtergelaten, moest worden gedaan.
Wat Sylvia betreft zij had soms een ge
voel alsof haar JPoolsche vriendin als weg
gevaagd was uit haar leven.
Maar naarmate de tijd verliep, voelde zij
zich meer en meer gegriefd door Anna's on
begrijpelijke, en onvriendelijke houding je*
geus haar. Wat dan ook de reden van baar
overhaast vertrek was, het zou toch een zee s
kleine moeite zijn geweest om Sylvia
een paar regeltjes, te schrijven.... al w
het ook maar om te zeggen dat zij 8®®®.
heldering kon geven van haar plolseli
verdwijning.
(Wordt vervolgd