Si§°ssi^ar,i5kd,enstbaar te ws i ïïi Maf sretT BINNENLAND reta* dat zij onderzoSu ml TSjTiïl»»S> iS'Sfggg bJSTOv m ploten, torpedojagers en treilers. Er waren Ïun de eereten niet genoeg en daarom rnoes- en de treilers hulp verleenen. Hun werk bestond nit twee verschillende p. htingen: een gedeelte van hen moest fi ri-ouilleeren en een ander deel moest voor raden en troepen overbrengen van de ope- r- ti» asis te Moedros naar verschillende paaien bij Gallipoli. Tedere treiter verschilt van de anderen en irii het karakter der bemanning, bet leven r boord, wordt bepaald door den kapitein. jBnrtlett geeft dan een beschrijving van deze ■fee-Heden in het algemeen, dat een ras lijkt nil vroeger eenwen. die alleen zichzelf nog ret ware zeemanschap toeschrijven en neer- 7' n op de marine officieren. Het zijn kra- ■jnigr kerels die allen altijd en over alles mopperen, omdat zjj zondermopperen niet ■gelukkig zouden zijn. Er- zijn thans moederschepen voor de trei lt v. die hen van brood, verseh vleesch en atle andere noodige zaken voorzien, .maar 'ju de eerste dagen moesten zij zich het noo- di~e trachten te verschaffen door het eerste \boste marineschip, dat zij tegenkwamen en sp dig genoeg waren zü er achter, welke Schepen net vrijgeviget waren. Hen der schepen, welks commandant hen in r zeer onthaalde, kreeg op het laatst zet» druk bez.oe'k, dat het te lastig werd. f De trarsporttreilers hadden bet 't hardst te verantwoorden. Zij verlieten Moedros, he lt Ion met biscuits, versch vleesch en vleesch in bossen, levende geiten voor de Goerka's, ii iitie en nog honderd en een zaken, die het leger dagelijks noodig heeft. Boven op de goederen massa's gepakt, gaan officieren en .-oldaten heen en weer tusschen de havens en het was geen ongewoon gezicht, een ge neraal te zien zitten boven op een bus bis cuits met een geit knabbelende aan zijn eene laars en de andere laars verborgen onder tviL lading bevroren vleesch. Het is wel een bewijs' voor het groote zeemanschap der trei lers. dat op de duizenden en nog eens dui zenden reizen vaak over groote afstanden, slechts één schip, voor zoover den correspon dent bekend is, is gezonken, DE KLEINGELD-KWESTIE IN RUSLAND. la ten correspondentie in den „Berl. Lok.- Anz." wordt e'en aardige schets gegeven van den kieingdd-nood in Rusland. Overal, zoo vertelt de schrijver, heeft de oorlog gebrek aan kleingeld veroorzaakt, maar nergens zoo plotseling en noodlottig als in Rusland. Hier w aren, ais op commando, alle koperen en kleine zóveren munten verdwenen. De regeering stond radeloos tegenover de on- tevredenneid van het publiek. De minister van oorlog had het koper in beslag genomen, zilver was slechts weinig in voorraad. Andere harde metalen kwamen niet in aanmerking, omdat de vertegenwoordigers van de betrokken industrie verklaarden, dat zij uit ijzer ot zmk geen bruik bare geldstukken konden maken. Er bleef dus niets anders over dan de papierpers ter hulp te nemen. De waarnemende minister van finan ciën was bij voorbaat overtuigd, dat men voor de tien-kopeken-papiertjes niet het landkaartfor- maat van het honderd roebelbiljet nemen kon. Hij wilde integendeel een heel klein briefje ma ken en omdat er haast was, zocht hij ook naar een reeds gereed zijnde cliché. Toen kwam hij c:> de g.dachte ce Russische postzegels tot de overal ter wereld geëerden rang van roebelbiljet- ten te verheffen. De mooie clichés van de oorlogs zegels van tien, twintig en vijftig kopeken sche nen bijzonder geschikt en deze werden op een papier gedrukt, dat tot nu toe steeds uitstekend voldaan had voor de kaartjes van de tram.-De nieuwe kopeken waren nu wel niet zoo hard als de oude, maar men kon ze even goed uitgeven en verliezen. Ze moesten snei ingang vinden, want men kende de teekening reeds van de post zegels en een besparing was, dat men ze niet behoefde te gommen. Het verschijnen van deze schepping van den minister van financiën wekte sensatie en ontstel tenis. De waarnemende minister had het over bodig geacht de pers in te lichten en gaf dus zonder waarschuwing het nieuwe drukwerk aan de pos kantoren, blijkbaar omdat daar verwar ring het meest waarschijnlijk was. Den volgen den dag groote opgewondenheid aan de post- lokelten. Wie een vijfkopeken postzegel koopen wilde en een papieren roebel neerlegde, kreeg plotseling alkenpostzegels terug. Een postamb tenaar had gemiddeld een uur noodig om een plotseling alleen postzegels terug. Een postamb- te brengen, dat ongegomde postzegels nu geld geworden waren. De goede lieden konden niet over hun vooroordeelen ten opzichte van het begrip geld heen komen om zoo'n ding in de portemonnaie of in de portefeuille te steken. Het is begrijpelijk, dat aan weerszijden van het loket het geduld vaak opraakte. Nog moeilijker was het natuurlijk voor den Petersburger, die juist op de post wijs geworden was, op den terugweg naar huis den tramconduc teur duidelijk te maken, dat hij werkelijk ver plicht was, het ongegomde papiertje als betaal middel aan te nemen. Eerst een dag later werd de pers in slaat ge steld het publiek voor te lichten. Daarmede was echter het leed nog niet voorbij. De papiertjes bezaten merkwaardige eigenschap pen. Als ze door de handen van een paar visch- vrouwen waren gegaan, waren ze alle grijs ge worden. Niet alleen zagen de tien, twintig en vijftig kopeken er volkomen eender uit, maar ze onderscheidden zich ook in geen enkel opzicht van een tramkaartje, dat in de modder gelegen had. Intusschen-was de minister van financiën Bark uit Londen teruggekomen. Hij onderzocht de maatregelen van zijn plaatsvervanger en kwam tot de slotsom, dat deze op den juisfen weg was geweest, maar dat nog wel eenige verbeteringen mogelijk waren. Een paar weken lang liet hij proeven nemen en zoo slaagde de uitvinding van papieren kleingeld, dat de algemeene goedkeu- ring vond van de regeeringsbureaux. Het is moeilijk de nieuwe modellen van de oude te onderscheiden. Het papier is misschien i iets dikker en de kleuren zijn iels levendiger. Misschien kan men ook op de chemische weeg schaal verschil in gewicht constateeren. Het'post- zegeltvpe, de teekening en de andere eigenschap pen zijn echter de oude gebleven. Zooais dat. ook met andere dingen kan voorkomen in Rusland. POSTZEGELS VOOR PASMUNT. Men schrijft ons uit Berlijn: Tot de dingen die 6chaarsch zijn, behoort hier tegenwoordig ook pasmunt. Hoewel er 60 milhoen stuks vijfpenningmuntje6 uit ijzer geslagen Worden en een groot deel daarvan al in omloop is (of beter gezegd iu de zakken der verzamelaars verdween), gebeurt het in winkels en warenhuizen elk oogenblik dat men iuplaats van den zoogenaamden „Gros- eheu" (het nikkelen tienpenningstuk dat vroeger ais Silbergroschen 12 penning waard was) of den „Seehser" (het dito vijfpenning- stuk) postzegels als betaalmiddel ontvangt. De tot tegenspraak en critiek neigende geest der Berlijners protesteerde eerst daartegen, en er vielen een aantal sarcastische opmer kingen en met den Berlijnschen Witz ge drenkte geestigheden. Maar de pers heeft haar opvoedkundige macht al gauw gebruikt en het publiek op het nuttelooze en tevens overbodige van dit tegenspartelen gewezen en, bovenal, de wraak is zoet: het vooruit zicht, bij de eerstvolgende betaling zelf par mantig zijn postzegels te voorschijn te halen, voleindigde dit begonnen bekeeringswerk. Slechts in de trams zag ik deze modern ste munt nog niet de ronde doen. Aange naam is zij dan ook eigenlijk slechts voor dengeen die er een gang naar het postkan toor door bespaart, want zeer lang blijft zij op deze wijze aan haar eigenlijke bestem ming onttrokken, niet van de appetytelijk j frissche roze of lichtgroene kleur, die haar een gewenechl bezit doet zijn. Kleverige, om gekrulde, verfoufraaide postzegels zijn im mers om van te rillen en het is te hopen dat de manie der verzamelaars spoedig ge noeg bevredigd zal zijn om de nieuwe ijze ren munt nu werkelijk haar intrede te laten doen. Geheimzinnige verhalen deden de ronde over dit eerst langzaam en systematisch en toen in steeds snellere tempo voortgaand verdwijnen van ons kleingeld. Wenkbrouw- fronsend spreken „Miesmacher", wat in Ber- lijnsch dialect profossioneele bangmaker be duidt van den nood aan metaal, die'de nik- kelmunten opvrat. Doch nog blonk overal geel en rood koper aan torens en tinnen der Berlijnsche gebouwen; mijn koperen wasch- ketel, wel zooals het behoort aangegeven, werd niet afgehaald, en de uitspraak van j een deskundige dat Duitsehland voor tien j jaren metaal genoeg heeft, wanneer slechts j de koperdeelen zijner locomotieven door ijzer j vervangen werden, wilde mij ook niet uit het hoofd. En dan: de weg naar het zuidoosten, I naar Klein-Azië met zijn schatten aan ruwe grondstoffen van allerlei aard, is immers ge- ibaandl De verklaring is dan ook elders te' zoeken,- namelijk hierin dat de Duitsche troe- pen in -de etappe en in al het bezette gebied een massa kleingeld gebruiken voor hun in- koopen, dat daar nu door de bevolking luampachtig vastgehouden wordt om de sol daten weer van diezelfde munt te kunnen -dienen. migheid der Hollanders, om het „Deutsche zagen er bemodderd, zagen er vermoeid uit Zij Vaterland" binnen te dringen zijn, om de kwamen van het front, om van familieleven en ruiten te sparen, sterke tralies ervoor aange-rust te genieten. Men woonde ontmoetingen tus Kv«n ,-ll-\ f A r. VI /I AVÏ «-1 U 1 P 1 i - bracht. Aan den ingang van de deur, waar de bezeten menschenstroom kronkelt en hort en stoot, staan twee rustige landweermannen, die niet jong meer zijn. Na de visiteering en pas-revisie naar df schen familieleden en zulke terugkeerenden bij, die de tranen in de oogen dreven. Die naar de perrons gingen, waren prachtig nieuw gekleed en ongelooflijk gepakt en gezakt. De ontzaglijke nieuwe ruimten in het onder wachtkamer gaande, trof het mij, weik een grondsche Keulsche station waren vol en vol van buifoijeewoon opgewekte stemming daar j militairen. De reusachtige wachtkamers waren hcerschte. oldaten van de grenswacht srra- j ten deele Ingericht voor gezonde soldaten en ken duchtig het bier aan en schertsten op ,,leutselige Weise" met de reizigers en vroe gen belangstellend, of men angst voor de douane gehad had. Zii hadden van de roo- vers- e/n moordgeschiedenissen dienaangaan de in de Hollandsche kranten gehoord en amuseerden zich danig daarover. Komen er dan geheel geen chikanes voor? O ja, ais een of ander verdacht wordt van het leen of ander, dan wordt de zaak moei lijker Maar dan moet. me.n het maken. Ik woonde een paar Een luitenant had aan de wachtende men- j gezonde officieren, die kwamen en gingen, an dere wachtkamers waren ingericht als „Ruhehal- len" voor gewonde officieren en soldaten. Daar zag men weer bureauen van het Roode Kruis, daar administratie-afdeelingen voor den Inten dance. Op de perrons stonden onmogelijk lange treinen. Honderden meisjes ifi het wit liepen langs de treinen mei koffie en versnaperingen of bcClGTldPTI Hf» crHHo+fm in Ha Hïo r\r\ bijdrage, die het Koninklijk Nationaal Steun comité, hetzij afzonderlijk, hetzij in verbinding met de Nationale Vereeniging tot Steun aan Miliciens, aan hen zal geven, die deze noodig zullen hebben voor aanschaffing van uitrusting, gereedschappen en voor reiskosten in verband met het krijgen van arbeidsgelegenheid. Ook-de hulp, die aan bedrijfshoofden zal gegeven kun nen worden om hun nering weder op gang te helpen, valt buiten deze ondersteuning. BS NIEUWE VERZEKERINGSWETTEN. In „De Nederlander" is het oud-lid der 1 woede Kamer, de heer J. R. Snoeck Hen- kemans een artikelenreeks begonnen over de verzekeringeplannen van minister Treub. Hij schetst daarin als volgt het kenmerkend onderscheid tusschen het werk van Talma en Treub: Technisch draagt Treub de eerepalm weg; dat nijvere, bezige beeld jiet schenmomgte voor de douane verklaard, dat men gewoonlijk uit eiken trein twee personen nam, willekeurig, die tot op den lijve ge visiteerd werden. Men was dus ewa-ar- sclruwd, naar waarheid zijn opgaven to doén. gingen de ongelukkigen, die he* lot van den oor werk van den man, die het hart dee Fog aan den "lijve getroffen had." Daar "werden fmldL^het instituut dTrhen™S8fc" zij weggedragen, daar werden zij ondersteund, door Taima aï te bezwSk elJchfa Daar weer strompelde er een op een kruk of liep schoorvoetend toegelaten, werd do^r Treub! zonder arm rond o had het hoofd zoo verbon- met foredum greep, een eereplaats in het Iedereen kon het lot treffen. Nu zijn er altijd f 'fniefs meer van dat arme (verzekeringsstelsel aangewezen. Maar een mensehen, die min of meer idioot-waa&hal-i 0 f 5ag' ^gen een kiosk stond een reus imn minwaardige regeling voor den ouder-wor- zerig zijn. Zoo was er eeu heer, een hout-Z»jn been en waren afgeschoten, hij den don werkman, als door Treub ontworpen, kooper, die ostentatief een medaiho van het' fus,tie kr" kke.n; Lachend waarachtig, schater- een regeling, die voor deu zeventigjarige uit Russische Roode Kruis in zijn kaóopsgat jacaeim opaermehij zich met een paar zus- loopt op eeu armelfjkeu noodpemiiug uit de droeg. Tevens bengelden aan Jzijn horloge-'ers' 'k 'eJ'e °P' blaast geen menscli keek naar ketting medailles met Russische -nschriften. I de gewonden. Men kende het beeld. De menscli De man renommeerde, dat hij daar niets 0m raa" aan alles gewoon, gr f. Men waarschuwde hem. Natuurlijk werd hij bij het onderzoek verdacht bevonden en ter nadere legitimeering medegenomen. Later bleek, dat hij ten voordeele van Engeland overheidskas, kon door Talma nooit zijn voorgesteld. De bij het klimmen der jaren afloopende invaliditeitsrente, en de ouder- IIULP AAN VRIJKOMENDE LANDWEER- dofisren1,e' die een gift is aan den behoeftige, dt imimmnv i vormen de zwakke plaatsen id Treubs stel- PLKlHTTfiHN Dai uw. ,i;„ „i.i PT TftT<i'ir<ï?ivr |>"iural uy '.waiiüt; piaaiseu m rreuDS siei- 1 1 lALti IKjEJN. jeel. En die twee zwakke plaatsen zijn juist Vanwege het Kon. Nat, Steuncomité is tot de de fundamenten, die het gansche gebouw hout opkocht. Is het te vei wonderen, dat Steuncomité's in verband met de mogelijkheid die moeten dragen. deze man, zooais ik later hoorde, zijn domme aan de landweerplichtigen der lichting 1908 zal I Schrijver beziet dan nader het ontwerp- onvoorzichtigheid met een voorarrest van zes geopend worden om met klein verlof naar huis Ouderdomswet, en doet daarbij uitkomen, weken moest booten? j te gaan, eene circulaire gericht, waarin het o. m. dat de regeling ten aanzien der ouderdonis- Een ander geval. Een Hollands-eb meisje doet opmerken.j rente den ouden werkman gelijk stelt mek*1 stopte aldoor, niettegenstaande vier vijf waar- Zooals reeds vroeger in Mei bij het met verlof den baliekluiver en straatslijper, die de zorg schuvvingen, eenige brieven weer m haar zak. gaan der landweerlichting 1907 door ons Comité voor zÜn gezin zooveel mogelijk aan zijne gebruik maken. Zij zouden daifhet de al maar uit den treure, dat zij niet ge-1 aantal werkloozen vermeerderen en daar hun ce- onHangt volgens t ontwerp evenals deze 2 vaarlijk waren en dat er niets in stond. De zinnen dan ook geen rijksuitkeerin° genieten per week, indien 't Gemeentebestuur na on- beambte ondernam niets tegen haar, ver- allicht geheel op de hulp der steuncomité's of derzoek overtuigd its, dat hij behc Ttig is, ter- klaarde alleen, dat zij dan maar in allo ecu- organen van armenzorg aangewezen zijn. De wijl de M. v. 1. uitdrukkelijk zegt: „dat wig beid daar moest blijven staan, waar zij militaire autoriteiten hebben er geen bezwaar v0°rtdureud eenig toezicht zal moeten wor- stond. Ik bemoeide mij discreet met het. tegen, dat genoemde landweerplichtigen indien den gehouden op de rente-trekkers, vooral geval en kreeg eindelijk gedaan, dat het zij zulks verlangen alvorens van het verlof te om op, de hoogte te bliJveu of bun toestand domme meisje haar brieven op de tafel genieten, nog eenigen tijd in dienst blijven. !^Lr^r?"itlgheid geen ver €nng heeft lÊgde, met de boodschap er bij, dat men ze Zij, oie met verlof gaan, zullen zoodra zij; Vpü ,'n'. v,- i a i vei verscheuren kon, omdat zij ?a toch niets daartoe den wensch te kennen geven, weder' zal de ijverige werk-j aan had. i onaèr de wapenen kunnen terugkeeren. Alleen u, ?.°f«hen eorgelooae achterstaan, Leu d rde geval. Een jong getrouwd vouw- wordt te dezen opzichte het voorbehoud gemaakt WV h.eeft n"g »ets bespaard voor tje van zeer gezette postuur maakte allerlei dat er na een grooter verlof bij terugkeer in zieh; zclf' m',6schleu zpu4de kmde,ren', doov grappen met de visiteerende luitenante en dienst tenminste een maand moet veHoonen ?oe!;'e ®In°eding, in staat hun vader te on verklaarde ongevraagd, elk oogenblik, dat voordat weder opnieuw verlof gegeven wordt! DaP 18 de oude werkman niet vir imlifin«lnli- r\ ./»fa hll rnnb I» .1 f r7- DGllOCftig, UHI1 OMtVHIlgt hij D i 6 t S. Mcicir dienst tenminste een maand moet verloopen, fiP,t1u„m zii natuurlijk fiets bij zich lmd !~Zij gedroeg AWuïwoTdfaa^de^man^ behoef tig, .dan ontvangtank Maar 41 M V/1MW V«V^J I i-Wl. m XT 'geloosheid beloond met een wekelijksehe gift van 2 uit de openbare kas. men nu daartegenover de regeling Zij spartelde jTlvolgens' Ta rata. Wij nemen nier de offieieele tegen, maar het baatte niets. Alle'omsta»- .ïiSS^cijlors, vcrmold in.bglage II van do nieuwa S heTanva HeVileek dat' trekking geraakt zijn, en an de Imlpverleening Memorie van T ïkelijlc niets bij zich had, Zii had alléén aan fan de hoofden der kleine bedrijven, die daaraan 1915. Dan blijkt j 1 eta, uij zien tin.n. Z.1J tiau aueen aan jen terugkeer in cle maatschappij bchocfle a: OOI S zij werkelijk Toelichting van 1 November dat de £gfi.ds, aangenomen. haar vreemd en opdringerig gedrag te danken rjJF "TTTT '"1aa,,scharPii behoefte .-eseiing diell ouden WrlUnan. Wiens week- daarom, wijl mij gebleken is, dat zulke gevallen 1 1U>" u i|F!ririflr v" een uitkeering van 4.70 of 5.6O per week. haast daeeliiks voorkomen Als men fich ge gaan onl wterk te zoeken> of het bedrijf En die uitkeering zou zijn een vast onver? iiacist üageiijks voorkomen. Ais men zien ge Weoer in orde te brengen. vreëmd'baar recht dat niemand hem be woon gedraagt en zich aan de voorschriften n»»» u1 VIfcemuo'1<il reent, uat niemduu urm De- houdt, dan gaat alles van een leien dakje, en is de plechtigheid in vijf minuien afgeloopen. Een lokaaltreintje vderde ons naar Emmerich Daar onmiddellijk na het verlaten der gelede- hoefde toe te kennen en dat oo'k niemand ren de rijksuitkeering aan de gezinnen der onder hem kon ontnemen, want het was de vrucht de wapenen geroepenen ophoudt, is het Konin- van eigen bespaard loon. klijk Nationaal Steuncomité bereid, aan allen,' Het verschil tusschen beide regelingen is EEN REISJE NAAR DUITSCHLAND. Een medewerker van „De Tijd", die den jongsten tijd Duitsehland bereisde, schrijft: Met zeer gemengde gevoelens reist men uit Arnhem naar Elten. De trein is propvol met beroepsreizigers eo werklieen, die het klappen van de zweep reeds kennen. Lang vcór de trein te Elten stilstaat, worden do portieren op een kier gezet. Gepakt en ge zakt staan de reizigers klaar, om uit den remmenden trein te springen. Gelaten wacht de met-beroepsreiziger. Elten! Zelden zag ik zoo iets dols. Als een horde wilde dieren stortte eeii gewelduige menschenmenigte zich wringend en urmgend naar den nauwen ingang van het douane kantoor, ieder, om maar de §erste te z"n, om het eerste geholpen te worden. Om den deuruitgang van het onmogelijk vieze station netje zijn houten omtimmemmen gemaakt. Waarschijnlijk wegens de geweldige onstui- Daar stond een enorm lange D-trein reeds ge- die aldus van het voorrecht van klein verlof te groot, dan dat zon kunnen worden onder- gebruik maken, en. die aan deze ondersteuning steld, dat één werkman of één werkmans- behoefte hebben, een uitkeering té geven, gedu- vriend zou kunnen medewerken om, althans rende ten hoogste drie weken op den voet van de in dit opzicht, Talma's wet door Treub's re- volgende regeling: geling te vervangen. Talma verstond het de eerste week zal dan een uitkeering kunnen hart des volks." gegeven worden, gelijk aan van het bedrag,! RIJKSAMBTENAREN- dat aan het gezin van den landweerphehtigeHet Comité van samenwerkende rrjks-amb- laatstelijk van rijkswege werd toegekend; de tenaren-organisaties heeft, onder voorzitter tweede en de derde week zal dit bedrag op devan cleu iieer Til. j. wijnands, te helft dier uitkeering worden bepaald. 'Rotterdam een openbare vergadering gehou- Bij dit stelsel blijft de betrokkene vrij, den tijd ^en, waarin, «e neeren W. Koster, lid van te kiezen, gedurende welken hij met verlof ue Tweede Kamer, en W. J. Perreiju, van reed Nieuwsgierig keek ik uit hef venster, en zag overal mannen en vrouwen aan den landarbeid, merkwaardig veel mannen, daar men zoo het idee heeft, dat alle mannen in den ooriog zijn. Ook zeer veel vrouwen waren bezig. Wij stoomden een gymnasium langs, waar de blijkbaar oudere klassen dapper soldatesk aan het oefenen waren- In Gogch was kermis en siond de tent van Carré. Bij Wezel zag men het gevangenenkamp. Hoo- pen Russen waren daar, waarschijnlijk ter tijd- passeering, aan het exerceeren. Een merkwaar dig gezicht! Nu voeiüe men den oorlog! Een paar probeerden door de omrastering te blikken. Ik voelde een zware melancholie, net als ik in Elten gevoeld had, toen het door mijn bewust zijn doordrong, hoe krankzinnig het toch eigen lijk was, dat de naties zich zóó sterk van elkaar afsluiten. Op de landwegen werkten, onder toe zicht, Fransche krijgsgevangenen. Men herkende ze aan de roode broeken, die er, na zooveel maanden, ongelooflijk vaal uitzagen. Oberhausen, Duisburg waren zwart' en don ker als altijd. Ontelbare goederentreinen en per sonentreinen en D-treinen passeerden ons. Op den Rijn werden reeksen aken als immer ge sleept. Was hier dan niets veranderd? Smeedde en hamerde en schiep het industriegebied van Rheinland-Westfalen dan alleen den vreedzamen arbeid? Niets herinnerde ons aan den oorlog. Het grandioze station van Kernen wemelde van soldaten, van nog meer officieren. Die in de richting der stad gingen zagen er gehavend, wenscht te gaan, en gedurende welken hij dus de uitkeering wenscht te ontvangen. Vast staat echter, dat deze slechts voor eenmaal wordt gegeven en niet dan in geval inderdaad gecon- {s-Gravenhage, het woord hebben gevoerd. Beiden wezen 0. a. op de stijging van de prijzen der levensbehoeften. Na de redevoeringen werd na eenig debat stateerd wordt, dat de betrokkene geen of niet bij acclamatie de volgende motie aangeno- voldoende werk heeft, of, (is hij geen loontrek kende) door andere redenen niet in het onder houd van zijn gezin krn voorzien. Is het Koninklijk Nationaal Steuncomité dus bereid, deze uitkeering geheel voor zijn rekening te nemen, zoo wil het er tevens de aandacht op vestigen, dat het behoudens in zeer bepaal uitzonderingsgevallen niet zal bijdragen in eventueel gemaakte kosten wegens verder strek kende maatregelen ten behoeve van de in deze circulaire bedoelde personen, hetzij die maatrege len bestaan in een uitkeering gedurende een lan- geren duur, hetzij in een uitkeering tot een hoo- ger bedrag. Genoemde uitkeering voor levensonderhoud aan de gezinnen is geheel onafhankelijk van de men: De vergadering spreekt hare diepe teleur stelling uit over de door de regeering bij hare begrooting gedane voorstellen, betref fende ld*; lagere ambtenaren en beambten in 'a rijks dienst. Gezien de vele maatregelen, genomen door verscheidene gemeenten en vele financieele en industrieele instellingen, ten opzichte van net in haren dienst zijnde personeel, hetzij iu het verleenen van een tijdelijkeu bijslag op de salarissen oï wel in een herziening daarvan; van oordeel zijnde, dat de door de regee- ring voorgestelde maatregelen niet als afdoen de kunnen worden beschouwd. Tait doodsbedaard, toen de commissaris van politie hem in korte woorden het doel van het bezoek uiteen had gezet. I ziet, dat alles heel eenvoudig is, mijn- bcer de commissaris. Mevrouw Woleky heeft een brief achtergelaten, waarin zij ons de re den van baar overhaast vertrek meldde. Ik begrijp biet waarom mevrouw hij wendde zich tot Sylvia het noodig vond naar u tóe te gaan. We zijn in niets te kort gekomen in deze kwestie. We zijn iatsoehlijke mensehen en hebben niets te. verbergen. De koffer van mevrouw Wolsky zijn boven in haar slaap kamer. Ik had de kamer in dien tijd al twee maal kuihnen verhirren, maar neen..-., ik wilde liever wachten, want ik hoopte altijd dat mevrouw Wolsky een heel lieve vrouw terug zou komen. A. propos, waar is die brief, dien ze heeft achtergelaten! vroeg de commissaris zakelijk. Ik zou dien wel eens willen zien! Waar- die brief is! vroeg de heer Mal- j fait vaag. Toen vervolgde hü luider: Ik zal mijn vrouw vragen. Zij gaat over de cor- re.-pahdentie. 1 Mevrouw Malfait trad nu naar voren. Zij had nog boozer gekeken dan haar man, toen. zij zag van wien Sylvia vergezeld was, Die briefI vroeg zij. Lieve hemel, ik weet' k< useh niet waar ik diefc heb gelaten. Maar ik,keu hem langzamerhand zoowat van bui- ien. Het was een lieve brief, waarin ze met! veel lof over ons pension sprak. Maar waar is bij toch! Zij keek om zich heen, alsof ver wachtte, dat die brief opeens vanzelf voor den dag zou komen. nu weet ik, wie ik hem het laatst heb laten ziah. Aan die lieve vriendin van me vrouw Wolsky zij legde nadruk op het woord „lieve" en keek daarbij Sylvia strak aan aan die mevrouw Wachner heb ik hem het laatst laten zien. Misschien heeft ze hem bij vergissing in haar zak gestoken en ver geten hein terug te geven. Ik herihner me nu dat ze zei, dat ze hem graag aan haar man wilde laten zien. De heer en mevrouw Wach ner komen dikwijls eten. Ik zal hun vragen of zij den brief nog hebben. Nu, in ieder geval zullen we het beste doen met mevrouw Wolsky's koffers te ope- ben, daar zullen we misschien iets vinden, dat ons eenige opheldering geeft, besloot de commissaris op een toon, als de zaak hem verveelde. En tot Sylvia's spijt en erge Is begaf 't ge zelschap zich naar de slaapkamer, waar zii haar vriendin het laatst had gesproken, en brak de heer Malfait de sloten van de twee groote koffers, die aan Aibna Wolsky toebe hoorden open. Maar de inhoud zei hun niets. Er kwamen alleen allerlei artikelen uit, die iemand, die veel reist, gewoonlijk bij zich heeft, en die werden een voor een bekeken en onderzocht. Als uw vrieniu in Fmt bezit was van een paspoort, zei de commissaris eenigiszins wrevelig, heeft ze "dat blijkbaar meegeno men. Er i6 niets van beteek en is in die kof fer; 't is het best dat we ze maar weer siui- teu en heengaan. Maar toen zij weer heneden en ihi de hal waren, vroeg hij plotseling: Nu, en waar is de brief nu! Hij was bet uitvoerige relaas van mevrouw Malfait blijkbaar beeieinaal vergeten. Dien zal ik u morgen zenden, zei de heer Malfait sussend. -Zooais mijn vrouw u zei, we hebben hem laten zien aan do dame die ook met mevrouw Wolsky bevriend is en die heeft vergeten hem terug te geven. We zullen haar vragen of ze hem nog heeft Op den terugweg zei de commissaris van politie" glimlachend: Men kan zien dat ine vrouw hij keek en hoog beleefd in de richting van Sylvia heel weinig van Lacville afweet, mijn heer. 'tGebeurt hier zoo dikwijls, dat iemand öhiverwacht vau het tooneel verdwijnt. Ik zou mijn handen vol hebben als ik het spoor van «iedereen, die plotseling vertrekt, zou moeten nagaan. Dat neemt echter niet weg, dat het mij veel genoegen heeft gedaan u, mevrouw, en u, mijnheer den graaf, van dienst te kunnen zijn. Hij boog voor Paul en zag Sylvia lachend aan. Het doet mij genoegen te weten, merk- j te hij schertsend op, dat u, mevrouw, hcogstwaarecliijibJIjk geen avonturen van minder aangenamen aard zult beleven, want de Villa du Lac is een uitstekend hotel, dat goed wordt beheerd. U kunt er zeker van zijn, mevrouw, dat ik oyer eenige uren wel te weten zal zijn gekomen of uw vriendin in de straten van Parijs een ongeluk over komen is. Bij den ingang van het hotel nam bii a^" scheid vah. hen. Toen hij uit het gezicht was, zei Paul: Welnu, wé hebben uw zin gedaan. Maar zonder veel resultaat, niet waar! Sylvia schudde moedeloos het hoofd. Neen, maar ik vrees dat ik een groote onhandigheid heb begaan met de politie er in te halen. De Malfaits zijn heel boos op mij» dat kan men hun wel aanzien. En toch ....en toch is het 't eerste wat men in En geland zou doén. 't Komt er heelemaal niets op aan, dat u dat hebt gedaan. Maar u begrijpt nog steeds niet, lieve mevrouw Bailey, dat Lac ville een vreemd plaatsje is en dat de ho telhouders hier allemaal een beetje bang zijn voor de politie. Ik was al heel blij, dat de commissaris er niet op stond dat uw kof fers ook geopend zouden worden en dat hij u niet om uw'paspoort vroeg. Toen voegde hij er op ernstigen toon bij: Maar ik zie wel, dat ge u erg ongerust maakt over mevrouw Wolsky en ik zal zelf met de Parijsehe politie over het geval tele- foheeren. Het is juist zooals u zegt, moge lijk, al acht ik het onwaarschijnlijk, dat haar in de drukke Parijsehe straten een ongeluk overkomen is. HOOFDSTUK XVII. Weer verliep er een week en nog steeiia kwam er geen bericht van Anna Wolsky. Neg steeds wachtten de eigenaars van het Pension Malfait op het telegram, waarin zij hun melden zou wat er met baar koffers en met de kleinigheden die zij in haar kamer had achtergelaten, moest worden gedaan. Wat Sylvia betreft zij had soms een ge voel alsof haar JPoolsche vriendin als weg gevaagd was uit haar leven. Maar naarmate de tijd verliep, voelde zij zich meer en meer gegriefd door Anna's on begrijpelijke, en onvriendelijke houding je* geus haar. Wat dan ook de reden van baar overhaast vertrek was, het zou toch een zee s kleine moeite zijn geweest om Sylvia een paar regeltjes, te schrijven.... al w het ook maar om te zeggen dat zij 8®®®. heldering kon geven van haar plolseli verdwijning. (Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 6