SS 'ft BOEKBEOORDEELING SOCIALE BERICHTEN FINANCIEELS BERICHTEN lie geschiedenis van het Tol*verschip. Raadsels. INGEZONDEN. Voor ilea inbond dezer rubriek »{eli da Re dactie zich niet aansprakelijk. Haarlem, December 1913. Aan alle rveerlooze Haarlemmers van weerbaren leeftijd. Het is miöschieu aau weinigen bekend, dijt reeds sedert eenigen tijd eene veroudering is ingetreden in bet wezen van dea vrywilli- gea Landstorm, dat dit instituut n.l. in dé eeiste plaats is geworden een voorbereidings- cursus voor allen, die iu geval van oorlog order de wapenen geroepen kunnen worden, ous voor alle thans nog niet dienstplichtige mannelijke Nederlanders van 17—10 jaar. Dat uit de bedoeling is van de militaire autori teiten blijkt wel liet best hieruit, dat de vrij willigers bij den Landstorm, die bij hunne leeftijdsklassen van den verplichten Land storm worden ingelijfd in hun rang over gaan of zeer kort na hunne inlijving reeds bij de opleiding voor onderofficier worden geplaatst en bij gebleken geschiktheid op de opleiding voor officier. Het is vorder gebleken, dat bij vele werk nemers, zoowel als werkgevers, nog een ze kere vrees bestaat, dat het behoorlijk ver vullen van de burgerlijke betrekking en bet volgen van de oefening van den vrijwilligen Landstorm niet vereenigbaar zijn. Mag ik allen, die dit meenen, er op wijzen, dat uit drukkelijk is voorgeschreven dat de officie ren met de vervulling der burgerlijke plich ten rekening moeten houden; dat dit ook steeds gedaan wordt blijkt wel hieruit, dat de afdeeling Haarlem bijna geheel bestaat uit ambtenaren, werklieden van groote fa brieken, bankgeëmployeerden, bloemisten, advocaten, leerlingen van middelbaar en hooger onderwijs, alle dus mensehen, die over weinig vrijen tijd beschikken en die zich toch nooit bezwaard hebben gevoeld over de op zich genomen verplichtingen. Meer dan aan de wekelijksche oefeningen wordt dan ook waarde gehecht aan de vrijwillige cletachee- rirgen bij het veldleger, en ik verzoek alle jongelui, die zich niet aanmeldden, eens bij kennissen, die van de afdeeling deel uitma ken, navraag te doen, of zij wel ooit gezon der, vrcolijker, leerrijker vacanties hebben meegemaakt, dan met den vrijwilligen Land storm te Breda, Gouda of Lochem. Waar velen onzer zijn overgegaan tot den verplichten Landstorm en de lichting 1916 op het punt 6taat op te komen, is er thans weder gelegenheid om recruten op te leiden. die dan in het komende voorjaar en zomer hunne militaire opvoeding bij eene vrijwil lige detacheering kunnen voltooien. Vooral wielrijders worden dringend ver zocht zich aan te melden; voor liet gebruik der eigen rijwielen wordt door het Rijk thans eene ampele toelage verstrekt. Maar ook voetgangers zijn van harte welkom. Unifor men, reizen enz., alles wordt tegenwoordig door het Rijk bekostigd. Gij Haarlemmers, minnaars van het Va derland en van sport, leert schieten, ferm ioopen en fietsen, leert met een lach koude en ongemak trotseeren, leert de grootseuheid der natuur genieten, maar bovenal leert door gedisciplineerd^ en toch opgewekte samen werking uw Vaderland te dienen, om klaar Ie zijn als ds nood aan den man komt! Ook in 't jaar zestien moét Nederland waakzaam zijn. Doet dan uw plicht jegens uw Land en meldt u aan bij heereu: Mr. M. Slingenberg, le luit.-commaudant, Zijl weg 89. M. J. Vink, 2e luit., Lange Lakenstraat 12. R. Kolkman, 2e luit., Gaelstraat 23, of bij ondergeteekende, le luit., p./a. de Haar- temsehe Bankvereeuigiug, Zijlstraat 76. TEDING VAN BERKHOUT Jr. GEEN KAARTJES MET NIEUWJAAR VOOR HAARLEM OVER DE POST. Mijnbeer de Hoofdredacteur, Het hierbij gevoegde papier*) welks in houd ik u beleefdelijk verzoek in extenso wel te willen overnemen, vond ik een paar da gen geleden iu mijn brievenbus, j Het is blijkbaar afkomstig van de admini- stratie van de post en heeft de bedoeling om die administratie in de gelegenheid te willen stellen de jaarlijks terugkéerende. juist voor dien éénen dag ter verzending aangeboden om begrijpelijke redenen veel verwensekte snippertjes papier (visitekaat- tjes) van allerlei vorm van te voren eenigs- zins te kuun enordenen. Ik doe een beroep op de welwillendheid van Haarlem's ingezetenen om, voor zoover zij meenen deze jaarlijks terugkeerende „nutte- loeze gewoonte" te moeten blijven volhou den, aan het gedaan verzoek wel uitvoering te willen geven, maar liever nog zou ik met klem willen vragen: Verzend althans voor superieuren, vrienden en kennissen i n u w e eigene stad heelemaal geen kaartjes over de post en beperk het aantal voor hen, die daarbuiten wonen tot het strikt noodzake lijke. j Ik heb natuurlijk uiet het oog op den In derdaad „geineenden gelnkwensch" van het j aardig dienstmeisje, dat ver verwijderd van haar «Kloris» aan de grens, gaarne draad loos op dien dag contact met hem wil hou den, evenmin op den brief, dien een liefde volle moeder met Nieuwjaar wil doen ge worden aan een zoon of dochter, die buiten de gemeente woont en in wiens of wier ge zin in het afgeloopeu jaar wellicht veel kan zijn gebeurd, maar wél doel ik op de massa, die louter uit sleur, jaar iu jaar uit, verzon den wordt en dan gemakshalve voor een cent maar ten postkantore wordt gebracht. Laat ieder toch bedenken, dat waar.zoowe len liefst reeds in den namiddag van den Oudejaarsdag den arbeid neerleggen en des avonds kunnen verkeeren. iu den huiselijken kring, waarop dun tevens nog een „zooge- naamden Zondag" (rustdag) volgt, de ambte naren van de post iu dat geluk niet deelen en reeds dagen te voren en nog geruimen tijd na Nieuwjaar overmatig met werk zijn be last als gevolg van uw gewoonte, van nw gemak. Overal komt vanwege de mobilisatie per soneel te kort en is het toch al passen en schikken met den arbeidstijd der wèl aan- wezigen. Laat dus ieder die meent met Nieuwjaar kaartjes te moeten verzenden, ze althans in Haarlem zelf even wegbrengen of laten be zorgen buiten de post. Wat eene bespa ring van arbeid kan dat in de Zijlstraat ge ven, als duizenden zóó doen. Iedereen maakt op Nieuwjaarsdag wel eens een loopje, steek idan uw kaartjes bij u en maak alzoo eene Wandeling in de stad, en zeg uw vriendeii buiten de stad, indien gij hen in den loop van 1916 spreekt, dat niets onvriendelijks wordt bedoeld, wanneer voortaan door u (en door hen) met deze «nuttelooze», alléén veel last gevende, gewoonte wordt gebroken. Want nutte loos» is ze en wie dat niet ge looft, kan sinds Augustus 1914 onder die ru briek «Oorlogsnieuws» en «maximumprijzen voor levensmiddelen« in alle couranten dage lijks zien, wat met de bij de jaarwisseling 1913/14 en 1914/15 door zoovele tienduizenden^ zoowel in binnen- als buitenland uitgesproken «gelnkwenechenover heel Europa is bereikt. Met een „Saluut agn allen, die deze zullen zien of liooren lezen doe ik hierbij dan ook, vol vertrouwen, in het belang van do amb tenaren van de post, een beroep op uw aller hoogst gewaardeerde medewerking. Met beleefden dan aan u, mijnbeer de Hoofdredacteur, voor de ten dienste van dit goed beoogde doel verleende plaatsruimte, roeken ik, met alle hoogachting, Uw dw. dienaar, HENRI VAN DEN BERG. Haarlem, 25 Dec. 1915. Dit „papier" luidt: Posterijen. Nieuwjaar. „Met het oog op den grooteu toevloed vau poststukkou bij de jaarwisseling wordt het publiek verzocht voor het binnenland bestemde brieven, briefkaarten, prentkaart- ten, visitekaartjes en circulaires, welke men bij voorkeur op 1 aJuuari weuscht te doen bestellen, te voorzien vau twee elkaar schuin snijdende stiepen, getrokken over de gekeeie adreszijde, en die stukken reeds op 26, 27 of 28 December ter post te bezorgen. Zij kun nen dan tijdig voor de bestelling worden ge reedgemaakt, blijven tot 1 Januari op de kantoren van'bestemming bewaard en wor den zooveel mogelijk op dien dag in de be stellingen opgenomen." Directorium 1916, ten ge b ruik e der leekeu in het Bisdom Haar lem. Met eeu aanhangsel voor andere Nederl. Bisdommen. Uit gave de R.K. Boek-Centrale te Amsterdam. Prijs f 0.75. Evenals de twee vorige jaren heeft op initiatief van het Bgstuur der Liturg. Ver- eeniging in het Bisdom Haarlem de Wel- eerw. hoer O. Floor, pastoor te ,Wijk aan Zee, een Directorium samengesteld. DoeJ van dit boekje Is, aan de leekeu, die in de kerken der wereldgeestelijken en tn die der Eerw. Paters Franciscanen gebruik maken van een Missaaltje, een handleiding te geven om de orde der H.H. Missen gemakkelijk te kunnen opzoeken en behoorlijk te kun nen meebidden. j Deze jaargang wijkt echter van zijn beide voorgangers hierin af, dat deze niet meer verwijst naar het Mis- en Vesperboek" van Descléo en „Het Roomsche Misboek" van Baarda. Meerdere Misboeken zijn reeds ver schenen of zullen binnenkort verschijnen, voor welke dan geen gids zou bestaan. Daar om moest de samensteller ophouden de blad zijden aan te geven en kan hij alleen ver wijzen naar het deel van het Missaal (bijv. Tijdeigen, Feesteigen, Nederl. Bisd., Ge meenschappelijke), waarin de gezochte Alis voorkomt. Ofschoon dit Directorium alleen bestemd is voor het Bisdom Haarlem, is het ec-ht-f althans wat de Zon- en feestdagen be treft zeer wel bruikbaar ook voor de kerken der wereldgeestelijken In de andere Bisdommen van Nederland. Slechts vijf uit zonderingen zijn er, die dan nog afzonder lijk eu duidelijk worden aangegeven. Ook op de gewone dagen in de week is de orde in de andere bisdommen meestal gelijk aau die van het Bisdom Haarlem. Wij kunnen samensteller en uitgever bei* niet anders, dan van harte gelukwenschen met deze welgeslaagde uitgave, die hun do- dankbaarheid van duizenden liturgie-min naars zal verwerven en een nieuwen, mach tigen $toot zal geven aan de liturgische be weging ia ons vaderland, speciaal in het Bisdom Haarlem. Nette uitvoering, duide lijke druk, correcte eu volledige opgave, practische inrichting doordat eik blaadje telkens de opgave voor één week bevattend Engs een doors token lyn kan afgescheurd en in het Misboek gelegd worden, en last not least... de helft goedkooper dan verle den jaarwat wil men nog meer? Geen wonder dan ook, dat er reeds bijna 2000 exemplaren verkocht zijn. Een ieder, die li turgisch bidt, schaffe zich dezen veiligen gids aan. fr. RUP. VAN DER VALK, O.F.M, Haarlem, 27 Deo-. '15. Bureau der R. K. Vakorganisatie. Het Bureau der R.K. Vakorganisatie is door aankoop eigenaar geworden van de kapitale heerenwoningen nos. 10 en 12 aan de Drift te Utrecht. In het voorjaar 1916 zullen aldaar liet Bureau der Vakorganisatie en van Herwonnen Levenskracht, thans bei de te Amsterdam, alsmede de bureaux van de hoofdbesturen der verschillende R. K. Vakbonden, worden gevestigd. BEURS VAN AMSTERDAM. Noteeringen van 27 December. Staatsleeningen. NEDERL. pet. V.K. L.K. Ned. W.S. Obl. (kl.) 5 101% 101% W.S. Obli. (gr.) 5 101.7/16 101.7/16 W.S. Oblig. 3% 79 79% Ned. W.S. Oblig. 8 68 67% Ned. W.S. Certif. 3 67.13/16 67.11/16 W.S. Certif. 2% 59% 60% Ned Ned Ned. H.-K. 101% 101% 68% 67% 60% door W. HAUFF. dit te beletten, haalden we vóór den nacht alle zeilen in en wendden hetzelfde middel aan als bij de deur van de kajuit: we schreven den naam van den profeet op perkament en pok het spreukje van den grootvader daarbij, en bonden het om de ingehaalde zeilen. Angstig wachtten we in .y ons kamertje den uitslag af. Ditmaal scheen het erv spektakel nog erger te woeden, maar ziet, den Het voorstel van den ouden man beviel me volgenden dag hingen die zeilen nog opgerold, zeer. In bange verwach'ing zagen we den nacht geiijk wij ze verlaten lia-dden. Gedurende den dag naderen Naast de kajuit was een klein kamertje, spanden we juist zooveel zeilen als noodig was daarin zouden we ons verbetgen. We boorden 0m het schip zacht voort te drijven: zoo legden verschillende gaatjes in de deur, groot genoeg m we, in vijf dagen, een goed eind weegs af. er doorheen de geheele kajuit te kunnen overzien Toen sloten we de deur van binnen dicht en Ibra him schreef den naam van den profeet in de vier Éindelijk, 's morgens van den zesden dag, ont dekten we land op geringen afstand, en we dank ten Allah en zijnen profeet voor onze wonder- hoeken van het kamertje. Zoo wachtten we den bare redding. Dien dag en den volgenden nacht verschrikkelijken nacht af. 't-Moet ongeveer elfdreven we naar de kust toe, en den zevenden uur geweest zijn, toen ik geweldig slaperig begon morgen meenden we op korten afstand een stad te worden, mijn kameraad ried me daarom aan'te ontdekken. Met veel moeite wierpen we het eenige spreuken uit den Koran te biddenen 1 anker in zee, dat spoedig grond raakte, zetten werkelijk het hielp. Opeens scheen er boven leven een kleine boot uit, die op het dek stond, en te komen: de touwen kraakten, voetstappen weer- roeiden uit al onze macht naar de stad. Na een klonken op het dek, en duidelijk kon men vele half uur liepen we eene rivier binnen, die zich stemmen onderscheiden. I in de zee stortte en stapten aau wal. Aan de Verscheidene minuten hadden we zoo in ge- J stadspoort vroegen wij hoe de stad heette, en ver spannen verwachting gezeten, toen we opeens iets namen dat het eene Indische stad was, niet ver de trap hoorden afdalen. I oen de oude dit hoor- j van de plaats waarheen ik eerst wilde varen, we de, begon hij de spreuk op te zeggen, die zijn begaven ons naar een logement en verfrisch ten grootvader hem tegen spoken en tooverij had ge leerd Daalt ge uit de hemelen af, rept ge uit de zee naar voren, sliept ge in het donkere graf, zijt ge uit de vlammen geboren. Allah is uw meester en heer, Alle geesten brengen hem eer. Ik geef u toe. dat ik niet veel geloof had in die spreuk en mijn haar rees te berge toen de deur openvloog. Binnen trad die groote, struische man, die ik aan den mast had genageld zien staan. De nagel stak nog dwars door zijn voor hoofd, maar zijn zwaard had hij in de scheede gestokenna hem trad de tweede binnen, minder kostbaar gekleedhem ook had ik boven zien lig gen. De kapitein, want hij was het klaar blijkelijk had een bleek gelaat, een grooten zwarten baard, wild rollende oogen, waarmee hij de heele kamer overzag. Ik kon hem heel duidelijk zien als hij voorbij onze deur stapte; maar hij scheen geen acht te geven op de deur waarachter we verscholen zaten. De twee mannen gingen aan de tafel zitten, die in het midden der kajuit stondze spraken luid, bijna schreeuwend tegen elkaar, in een ons onbekende taal. Ze werden steeds luidruchtiger en driftiger; tot ten slotte de kapitein met gebalde vuist op de tafel sloeg, zoodat de kamer er van dreunde. Met woest ge schater sprong de andere recht, en deed den kapitein een teeken hem te volgenDeze stond op, trok zijn sabei uit de scheede, en bei den verlieten de kamer. Wij ademden vrijer toen ze weg waren; maar dat was nog lang niet het einde van onzen angst. Steeds luidruchtiger werd het op het dek Men hoorde ijlings heen en weer loopen eu schreeuwen^ lachen en huilen. Eindelijk ging er zoo'n heiscfl getier op, dat we meenden, dat het dek met alle zeilen op ons neer stortte; wapengekletter en geschreeuw, maar op eens diepe stilte. Toen we na laag wachten het waagden naar boven te gaan, vonden wij alles gelijk vroeger; niet één was veranderd van plaats en ze waren allen stijf als hout. Zoo zaten we al dagen op het schip. Het dreef deze de oogen op, haalde diep adem, en de wonde van den nagel in zijn voorhoofd begon te bloeden. We trokken er nu den nagel gemakke lijk uit en de gewonde viel in de armen van een slaaf. „Wie heeft mij hierheen gevoerd," vroeg hij, nadat hij een beetje bekomen scheen. Muley wees naar mij, en ik trad naar hem toe. „Dank u, onbekende vreemdeling, gij hebt mij van een langdurige marteling verlost. Reeds vijl- tig jaren vaart mij ia lichaam op deze golven en mijn geest werd gedoemd daarin eiken nacht terug te keeren. Maar nu heeft mijn hoofd aarde aangeraakt, en ik kan, verzoend, tot mijne vade ren gaan.' Ik bad hem ons toch te zeggen, hoe hij iu dezen verschrikkelijken toestand gekomen was, en hij zei: (Wordt vervolgd.) ons wat na onze avontuurlijke reis. Ik vroeg daar ook naar een wijzen en verstandigen man, en gaf den waard te verstaan dat ik iemand hebben moest die iets verstond vau tooverij. Hij bracht me in een afgelegen straat, voor een on beduidend huisje en klopte aan. Ik ging binnen met verzoek Muley te spreken. In huis kwam me een ventje met grijzen baard en langen neus te gemoet en vroeg mij wat ik verlangde. Ik zei hem dat ik den wijzen Muley zocht, en hij antwoordde me, dat hij het zelf was. Ik vroeg hem om raad: wat ik met de dooden doen moest en hoe ik 't aanvatten moest om ze van het schip te krijgenHij antwoordde me, dat de scheepslieden waarschijnlijk voor eene misdaad op zee werden betooverd; hij dacht dat de tooverij ontbonden zou zijn indien men ze aan land bracht; maar dit kon niet, tenzij men de planken, waarop ze lagen, losbrak. Het schip behoorde, met ai de goederen, van Gods- eu van rechtswege aan mij toe, vermits ik 't als t ware evonden had; maar ik moest het streng geheim ouden en hem een geschenk geven van mijnen overvloed. Hij zou ons daarvoor met zijn slaven helpen, de dooden uit den weg te ruimen. Ik be loofde hem rijkelijk te beloonen en we trokken met vijf slaven, die van bijlen en zagen voorzien waren, op weg. Onderweg kon de toovenaar Muley niet ge noeg onzen gelukkigen inval loven de zeilen met spreuken van den Koran te omwinden Dit was het eenige middel, zeid-e hij, dat ons kon redden. Het was nog tamelijk vroeg op den dag toen we bij het schip kwamen. We zetten ons allen tegelijk aan het werk en in een uur tijds lagen er reeds vier lijken in het bootje. Eenige slaven moesten cr mee naar land roeien om ze in den grond te stoppen. Maar ze vertelden ons, toen ze terugkwamen, dat de dooden hun de moeite hadden bespaard ze te begraven, daar ze, zoodra men ze op den grond had gelegd, in stof ver gingen. We werkten voort om de dooden los te zagen en vóór den avond waren allen aan land gebracht. Daar bleef ten slotte niemand meer aan boord dan degene, welke aan den mast genageld was. Vruchteloos trachtten wij den nagel uit het houf te trekken; geen geweld OPLOSSINGEN. De opgaven van verleden week luidden: 1. Tweelingdriehoek: 1 en 11 medeklinkers, 2. voornaamwoord; 3. een steen; 4. -naam van eene zee; 5. stad in Tripoli; 6 muziek op de torens; 7. dolen; 8 op de deuren; 9. hoofddeksel; 10. voegwoord. 2. Letterruit: 1 en 7 in moeder; 2 en 3 in de vaart; 4. de profeet der Turken; 5. Joodsche naam en 6 schrijfgerief. De oplossingen zijn: 1Tweelingdriehoek B D E K E I ARA RNA AARPSPE dolen SLOT P E T E N L B K D E E I L1 2. Letterruit M M A H O M E D J. Max en Maurits, deze beiden Zien een geitje ginds aan 'l weiden. Daar ontwaakt hun overmoed En ze kittelen de geit eens goed. 2. Met naar voor gebogen kop Springt zij aan haar ketting op. Maar de ketting houdt haar vast, O tvat strekt dat ding tot last. S I M O N D steeds naar het Oosten, in welke richting, naar vermocht hem ook maar een haarbreed te ver- mijne berekening, land moest liggen. Maar al had het ook gedurende den nacht verschillende .mijlen afgelegd, 's nachts scheen het altijd terug te varenwant bij zonsopgang bevonden we ons altijd weer op dezelfde plaats. We konden ons idit niet anders verklaren, dan dat de dooden eiken nacht met vollen wind terugzeilden. Om NIEUWE OPGAVEN No. 5. 1. Lettergreepruit: 1. keukengenef2 wordt gebruikt bij het spoelen van linnen e wasch; 3. wordt gezegd van een priester, 4. vodden- vent; 5. voortzetsel. 2. Lettervierkant1. meisjesnaam; 2. jon gensnaam; 3. een jongen; 4. meisjesnaam. roeren. Ik wist niet wat aan te vangen om hem aan land te brengen.- Maar Muley redde ons uit deze verlegenheid. Hij liet snel een slaaf naar wal roeien en een pot aarde halen. Toen hij die aangebracht had, sprak de toovenaar daarover geheimzinnige woorden en schudde de aarde op het hoofd van den do ode uit. Onmiddellijk sloeg Max, daar komt de meester aan, Moed, en blijf maar dapper staan. Oeef de geit een tik.o wee! V'ruit Max, nog een klap, of twee. jh§!t '2? 4. Blind door 'l onverpoosd gekwel, Ziet de geil niet al te wel Wie bescherming, hulpe bracht. En wat doet zij ondoordacht?, 5. Beukt en stompt een drie tal keer, Tot haar redder plof valt neer. 6. Hield hij nu van 'l dier nog veel?. Au contraire inlegendeell DE KINDERCOURANT

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1915 | | pagina 6