a§r w OPRUIMING De afstammeling van Robinson P. J. JANSSEN, De eerste stormloopf. De strijd in het Oosten. SPOTKOOPJES bij DE OORLOQ Anetjanjj h. Warmoesstr. FEÜ8LLETOÜ - ui. Waar wij ia oru vorig ariikei d« belasting en huurkiezers behandeld hebben en de lezers daaruit .hebben kunnen zien wat er vereischt wordt om als zoodanig op de kiezerslijst ge plaatst te worden, moeten wij thans een andere voorname categorie behandelen, krachtens wel ken grondslag heel wat menschen op de lijst ge plaatst kunnen worden. We bedoelen hiermede de categorie „loon- kiezers." De loonkiezers zijn te onderscheiden in loon- kiezers krachtens dienstbetrekking en inwonende zoons. Zij moeten zich elk jaar opnieuw aange ven, waarvoor zij, wanneer zij reeds eenmaal op de kiezerslijst voorkomen, telkenjare een aanma ning vanwege den Burgemeester ontvangen, mits zij tenminste nog in dezelfde gemeente wonen. Daarvoor zendt de Burgemeester hen een aan gifte-formulier toe, hetwelk zij ingevuld voor den 15en Februari ter gemeente-secretarie moe ten terugbezorgen. Mocht hij soms een ander aangifte-formulier noodig hebben, dan kan hij dit daar ook krijgen. Wat wordt er nu vereischt om als loonkiezer op de kiezerslijst geplaatst ie worden? Om als loonkiezer op de kiezerslijst geplaatst te worden is het noodig dat men van 1 Januari 1915 tot 31 Januari 1916 in dienstbetrekking is jeweest en men tenminste 500 gulden loon heeft verdiend. Zoo zij bij den patroon inwonen en in den kost zijn, dan moeten zij in den loop van 1915 minstens 175 gulden hebben verdiend en zoo zij bij den patroon inwonen of van hem vrij wonen hebben, maar niet in den kost zijn, dan moeten zij in den loop van het jaar 1915 min- itens 400 gulden loon hebben ontvangen. Vrije kost wordt geacht voortdurend geuoten te zijn, ook al bleven Zon- en algemeen erkende Chris telijke feestdagen er buiten. Men moet er even wel op letten, dat alleen geld, bijv. Nieuwjaars- en kermisfooien, ia aanmerking mag komen om bij het loon geteld te worden, wanneer men an ders niet aan het gestelde bedrag kan komen, maar niet de geschatte waarde van levensmidde len, kleeding, vrij gebruik van een stukje grond of iets dergelijks, hetwelk men ook als loon voor verrichten arbeid heeft ontvangen Wanneer- men in een seizoenbedrijf werkzaam is, waarin gedurende een gedeelte van het jaar de werkzaamheden niet worden uitgeoefend, dan wordt men toch geacht gedurende den stilstand van het bedrijf niettemin in dienstbetrekking te zijn geweest en kan men dus voor dien tijd het gewone loon berekenen. Heeft iemand vast werk, maand- of jaarloon ai wordt dit loon wegens ziekte of verwonding gedurende ten hoogste twee maanden niet of niet ten volle ontvangen, dan wordt toch gere kend dat men het tot het normale bedrag heeft genoten. Wordt in de plaats van het inkomen wegens dienstbetrekking eene tijdelijke ongeval lenrente volgens de Ongevallenwet genoten, dan wordt ook ter vervanging daarvan het normale loon berekend. Verder geldt nog het inkomen- van de vrouw geheel voor den man en het loon van inwonende minderjarige kinderen voor de helft voor den vader. Zooals men ziet zijn er heel wat faciliteiten om als loonkiezer op de kiezerslijst geplaatst te wor den en moet het dus al een heel bijzonder geval zijn wanneer men nu nog geen gelegenheid ziet om van dezen weg gebruik te maken. Het bovenstaande geldt niet alleen voer de menschen, die in één dienstbetrekking zijn, maar ook voor hen, die in twee dienstbetrekkingen zijn geweest, hetwelk ook geoorloofd is. Men mag in den loop van 1 Januari 1915 tot 31 Januari 1916 thans bij zijn tweeden patroon zijn. Bijv. men kan van 1 Jan. tot 1 September. 1915 bij patroon A. zijn geweest en van 1 September tot. a- Jan. 1916 bij patroon B. Vereischte is dan evenwel dat de dienstbetrekkingen elkander heb ben opgevolgd en er geen tijd-ruimte tusschen verloopén is, want zoo er korter of langer geen dienstbetrekking heeft plaats gehad, dan vervalt de aanspraak op het kiesrecht. Wat verder de eischen van loon etc. betreft, heeft men zich geheel aan het bovenstaande te houden, want hiervoor gelden dezelfde eischen als voor hen, die in één dienstbetrekking waren. Alleen moet er echter nog bij worden opgemerkt, dat, zoo tegelijkertijd meer dan één dienstbetrekking wordt waargenomen, slechts het loon van één daarvan in aanmerking kan komen can het kies recht te verkrijgen. Bovenstaande eischen gelden ook voor inwo nende zoons, die over hetzelfde genoemde tijdvak in het bedrijf hunner ouden moeten werkzaam zijn geweest en waarbij opgemerkt moet worden dat zij, wanneer zij eerst inwonende zoon zijn geweest en daarna in dienstbetrekking gaan, of omgekeerd, niet in aanmerking kunnen komen om loonkiezer te worden. Verder heeft men nog loon-pensioenkiexers, loon-lijfreniekiexert en hotk-penaioen^lijfrenteile- ters, die loon en pensioen of lijfrente en loon, Eensioen en lijfrente samen mogen tellen om aan et vereischte bedrag te komen en verder zich geheel moeten onderwerpen aan de voorschrif ten, die voor de loonkiezers gesteld zijn. Men moet deze loon-pensinenkiezers etc. even wel niet verwarren met de pensioen- en lijfrente kiezers, want deze zijn zij, die op 1 Februari in het genot zijn van een door eene onderne ming, openbare of bijzondere instelling verleend pensioen of lijfrente tot minstens eenzelfde be drag als voor loon is gesteld dus 500 gld. waarbij dan ook weer pensioen of lijfrente van de vrouw voor den man geldt. Evenwel pensioen of lijfrente door een particulier persoon ver leend komt hiervoor niet in aanmerking. Deze pensioen- en lijfrenfekiezers moeten zich slechts tiet eerste jaar aangeven, waarna zij vol gende jaren vanzelf weer op de lijst terugge bracht worden. Spaarkiezers worden onderscheiden in groot boek- en spaarbank-kiezers. Grootboekkiezer kan men zijn als men op 1 Februari sedert een jaar den eigendom met recht van vrije beschikking heeft van ten minste f 100, ingeschreven in een van de grootboeken der nationale schuld. Hierbij komt in aanmer king de nominale waarde, dat is het bedrag, dat op het bewijs van inschrijving is uitgedrukt. Men heeft dus niets te maken met de reëele of beurswaarde, dat Is het bedrag, waarvoor men eene inschrijving van 100 gld. zou kunnen koopen of verkoopeu en dat aanmerkelijk lager is dan 100 gulden. Spaarbankkiezer kunnen zij worden, die op 1 Februari sedert een jaar den eigendom met recht van vrije beschikking hebben over tenminste 50 gulden, ingelegd in een spaarbank. Intusschen gelden daarvoor alleen inlagen in de Rijkspost spaarbank, in een gemeentelijke Spaarbank, of in eene spaarbank, beheerd door het bestuur eener rechtspersoonlijkheid bezittende vereeni- ging, het bestuur eener vennootschap of het be stuur van eene stichting. Is eene Spaarbank op gericht na 1 Mei 1900, dan gelden inlagen bij deze alleen dan, wanneer zij een waarborg fonds van 25000 gulden bij de Nederlandsche Bank heeft gedeponeerd Spaarbank- en grootboekkiezers behoeven zich slechts eenmaal aan te geven, waarbij zij moeten overleggen eene door liet bestuur der Spaarbank of door de directie der grootboeken afgegeven verklaring, welke op aanvrage door het bestuur of -directie wordt toegezonden en waarbij men het nummer van het spaarbankboekje en het kan toor van uitgifte moet vermelden. In sommige gemeenten neemt men wel eens genoegen met vertoon van het spaarbankboekje of van het bewijs van inschrijving in de groot boeken, maar omdat dit in strijd is met de wet en het. daardoor tot gevolg kan hebben dat men niet op de lijst geplaatst wordt, doet men veel verstandiger een verklaring aan te vragen. Hiermede hebben wij de belangrijkste wijzen, waarop men kiezer kan worden voor onze lezers uiteengezet. Er rest ons evenwel nog een enkele wijze te behandelen, waaraan dan nog eenige belangrijke opmerkingen vastgeknoopt moeten worden, hetwelk wij in een slotartikel hopen te doen. O. J. BRAAKHUIS. Het front in irak-Arablë. Wbi 7 %u$cM;er tijdje ^^TpróJffa dUSarit <a!atStrvt Kind, 'man AH VÓÈÊ MsWtiAübzs A' 'KSstfr X sfyaföhfek: e/Amsra SMtafït- YTfr; „xy <Jsma!H nfigMhat efdarned0 '[UB/r -trr'j, SsdèféFf iïM&M/ffnfl/a. Tamn WHasib Sthagara 0 °Sch8tua /fufmrhu Adv. DE STRIJD OM BAGDAD. (Bij de kaart.) Gelijk men weet stellen de Engelaoken al sedert een jaar pogingen in het werk om Bagh dad, het eindpunt van den Bagdad-spoorweg, in handen te krijgen. De Eng-olsche hadden daartoe groote strijd machten uit Voor Indië aan de noordelijke kust van de Perzische Golf geland en naar het Noord-Westen gedirigeerd. Voortrekkend langs den Tiger waren zy, nu ongeveer twee maan den geleden, er in geslaagd Bagdad op enkelo mijlen na te naderen. En reeds maakte men zich, zelfs ook in Berlijn, ongerust over de tocu komst van Bagdad. De militaire toestand welke ontstond aan da rivieren Euphraat en Tiger, maakte het noodi- *a kei ijk, dat er spoedig groote troepenmachten zouden worden heengezonden om de Turken in hun strijd daar bij te s/taan. Dt 1 urken voerden daar den strijd slechts met behulp van stammen, die later onbetrouw baar bleken en Engclsch gold aannamen waar. I door de eigenlijke Turksche strijdmachten ver zwakt werden, Daarbij bleven de Engelacha troepen meestal op den weft,die van af Bovin over Amar* langs den Tiger gnat, zoodat rij door geschut van hun ka nnonneerbooten konden gesteund worden. Deze'konden ook de Euphraat opvaren, terwijl het kanaal tusschen Kafnioh en Katol Mara als legerweg diende, welke door de Engelschen met geringe krachten kon be- heersoht worden. Zoo waren-de Engeleohen tot dicht bij de stad Bagdad gekomen en was deze plaats, waaraan toch zeker niet elke stra. logische beteokenis kan worden ontzegd, is groot gevaar. De Turken voorden eohter versterkingen aan en deze kwamen nog juist op tijd om den En- gelachen Opmarsoh tot staan te brengen. En ril hebben dien opmarsoh toen niet alleen gestuit, maar ook de Engelschen ongeveer 170 kiloma, ters teruggedrongen. De berichten uit Mesopotamia, hat gebied tusschen de Euphrgat en den Tiger, meldden in die dagen volop mededeelingan over de neder lagen, die de Engelschen daar hadden te lijden- In Engeland was men zeer terneergeslagen en de Times verklaarde toen reeds, dat or niet veel hoop was, dat de troepen van generaal Townshend spoedig Bagdad zouden bereiken. En nog steeds kan niet verwacht worden, dat de Engelaoken hun offensief zouden kunnen hervatten. Immer», teruggeslagen tot ln Koet. el-Amara, zijn zij daar al ginds enkele waken door de Turken omsingeld. Een nieuw ozpeu ditiekorp» om de belegering der Turken door te breken heeft reeds met groote moeilijkheden te kampen gehad en het blijft voorloopg nog de vraag of het aan de belegerde troepen wsl de noodig hulp kan brengen. De eigenlijke steun sckynen de Engelschen thans te ontvangen van de Russen, die in den Kaukasue oporeeren en het den Turken daar vrij lastig maken. De Russen schijnen van uit het Noorden te willen opdringen naar Bagada; doch zullen hierin zekeir niet makkelijker slagen dan de Engelschen uit hot Zuiden, wijl immers de af stand welke de Russen daarvoor moeten afleg- gen veel te groot is- Dit hebben de Russen echter gewonnen, dat de Turksche troepen aan het Kaukasisch© front versterkingen noodig hadden, welke vermoede lijk nu weer onttrokken zijn aan het front in Mesopotamio. Ware dit mot hot geval geweest, dan had de bezetting yan Koot-ol-Amara waar schijnlijk don strijd al moeten opgeven. Yan den strijd in den Kaukasus hangt dus voor een groot deel de uitslag van de gevech ten in Mesopotamië af. HET MONTENEGRIJNSCHE RAADSEL OPGELOST. In een lang en belangwekkend artikel over de gebeurtenissen in Montenegro, geeft de Konstantinopolitaansche correspondent van de N. B. Ct. een volkomen duidelijke ver klaring van de tegenstrijdige berichten over de beteekenis van de vluobt van koning Ni kita. Wij ontleenen aan dit schrijven, dat is ge dateerd van den 25sten Januari, hot volgende. „Het O06ten blijft steeds het Land der on begrensde mogelijkheden," zeide mij een be kend diplomaat, die zoo ongeveer zijn ge- heele loopbaan op het Balkan-schiereiland heeft doorgebracht en een uitstekende ken ner van de toestanden in alle Balkanetaten i», toen wij het verrassende bericht verna men, dat koning Nikita van Montenegro de Adriatische Zee waa overgestoken en Rome al gepasseerd was op weg naar Frankrijk. Tegelijkertijd boorden we uit de in heel Euro pa en waarschijnlijk ook wel in de reet van de wereld, door Stefani en Ha va» rondgo- eeinda „officieele" medcdeelingen van de oonsula generaal van Montenegro te Rome jen te Parijs, dat een groot deel van het le ger de wapens niet wilde neerleggen, maar onder prins Mirko, den tweeden zoon van 1 den Koning en generaal Martinowits of Woe- j kotita (over den persoon van dien rebelscben 'generaal was men bet te Rome en te Parija klaarblijkelijk niet eens) den tegenstand tot het uiterste voortzette en me behulp van achtergebleven Servische troepen Skoetari, dat sterk bevestigd waa geworden en „bijge volg onneembaar" was, met goed gevolg te gen een Ooetemykechen aanval zon verdedi gen. Bij die verdediging hielp ook oen Ita- liaansche strijdmacht mee. Van den wapen stilstand, de onderwerping en het onderhan delen over vrede was dus niets waar. De Montenegrijnen volgden het voorbeeld van de Serviërs en koning Nikita had met zijn vërzoek van den 13 Januari om vrede te slui ten, de Monarchie eigenlijk alleen maar om den tuin willen leiden.... Toen wij al dat opzienbarende nieuw» la zen, en uit de uitbarstingen van verontwaar diging in de pens van het Viervoudig Ver- boud of vau voldoening en leedvermaak in die der Entente constateerden dat dit alles werkelijk ingeslagen.was, vielen we wezenlijk bijna om van verbazing! Want wij wisten vol strekt zeker, en konden bet zelf vertellen, dat behalve het vertrek van den koning naar het buitenland, de rest alles van a tot s gelogen was. Wij wisten ook, dat overal in het land de militaire macht en de bevolking wapen» en schietvoorraad zonder moeilijkheid inlever den, dat geen enkele der Montenegrynsche generaals zich daartegen verzette, en dat prins Mirko als achtergebleven gevolmach tigde van zijn vader vastbesloten en gezind is, om de door dezen aangegane verplichtin gen eerlijk na te komen. „Trouwens deze voor den van nature toe fieren en aan zijn wapens gehechten Monte negrijnen natuurlijk pijnlijke operatie wordt hem door de daarvoor aangewezen Oosteu- rijksehe militaire autoriteit zooveel mogelijk verzacht. Zoo behoeven oude familiestukken, met welke geen kwaad meer aangericht kan worden, niet te worden ingeleverd, zoodat de meesten, ook de bekende groote pistolen, welke ze in den gordel dragen en die altijd weer de ver- en bewondering van de in de Zwarte Bergen bezoekende toeristen opwek ken, mogen behouden, evenals hun bandsj&r'» da kromme sabel met het met dikwijl» kostbare steen en ingelegde gevest Alleen moeten alle patronen, hulzen, buskruit en verdere munitie volledig worden afgegeven. Zij, die daaraan hebben voldaan, mogen naar huis gaau en daar hunne gewone werkzaam heid hervatten. Van een samentrekken en bewaken der mannelijke bevolking in inter- neeringskumpen is geen sprake. „Zeer verbitterd is men over bet algemeen over de houding van Italië, dat niet alleen niets heeft gedaan om het land tegen tien opdringenden vijand to hulp te komen, maar zelfs de laatste weken, toen de nood het hoogst gestegen was, ook de proviandeering staakte en niet» ondernam tegen de afslui ting van de kust door de Ooetenrijkoche tor- pedo-amaldeelen, zoodat het volk feitelijk aan den hongerdood werd prijsgegeven. „Zooals mon ziet is de toestand geheel an ders dan de Montenegrijnsche ooosuie-geoe- raal te Rome en te Parijs hadden willen doen voorkomen. De vraag doet zich dus voor, hoe die heeren aan die zoo geheel onware voor stelling van zaken rijn gekomen. Daarom trent begint nu, evenals over de redenen van bet vertrek van den koning naar Frankrijk en de omstandigheden waaronder dit heeft plaats gehad, klaarheid te komen. „Op grond van de (met geld van-do Entente onder de Moslimsch-Albaneesche bewolking van Podgoritea verwekte) onlusten en de steeds dreigender houding, welke de Molis- tvoren in cn om Skoetari aannamen, verdub belden de gezanten van Italië en Frankrijk ciie van Engeland en Rusland hebben rich daar maar zwakjes bij angeeloten bun aandrang bij het hof om zich naar Italië te begeven, en het is ban eindelijk gelukt de Koningin te bewegen met de beide prins#»- sen daaraan gevolg te geven. De koning gaf slechte zeer noode zijne toestemming, stelde echter de voorwaarde, dat niemand van de koninklijke familie in Italië zou blijven op welk land ook hij uiterst verbolgen is maar dat men zich naar Cap Saint-Martin aan de Riviera zou begeven, waar kroonprins Danilo tot herstel van zijn gemalin, de kroon prinses Milizza (Jutta van Mecklenburg- Strelitz) sinds twee paren een villa bewoont. (Naar het Kransch.) 25) Zijne ruwhold verloor hij lu gezelschap ge- "«el en da aanwezigheid van een paar passa giert* aan zijn tafel wa# hem verre van on- aangeiiajun. Met zijn fijnen tact om met men schen om te gaan, had hij dadelijk de aan matigingen en het belachelijke van mistres» O'Molloy over het hoofd gezien en rich van de eerste minuut af, dat zij aan boord was, doen kenueu als een man, die zich de kaas uiet van het brood laat eten. Hij wist echter Ook de goede hoedanigheden van dis dame op prijs te «tellen. Tegenover Flprry was hij voorkomend en galaut, Van Chandos hield hij, om dien» openhartigheid, waarheidsliefde en vlugheid. Kolonel iiugon was de prettigste reiage- hoot» dien men zicli wenscheu kon en die al- tUd de een of anders vermakelijke geschiede, tes t» vertellen had. Alleen met majoor O* Ptelloy stond Lij op goen goeden voet; hij "«d afkeer van diens ingebeelde ziekte en |«n diens klaagliederen over zijn liver. Hier- 1 "oor en ook doordat de overige officieren f zich wejni^ met hem ophielden, kwam het, dat de majoor het grootste gedeelte vau den dag in zijn hut doorbracht met het drinken van verschillende dranken, om zijn cbroni- eohon dorst te lesschen. De tüd ging due rustig voorbij. Paul-Louis jbracht zijn ty'd door met het lezen van tech- i nische werken, die de kommandant hem leen- ide, en hij was reede goed op de hoogte wat den bouw en de machine van 't «chip betrof. Chaudo» had zich een twintigtal vrienden onder de matrozen gemaakt, maar bleef ge woonlijk bfj Coédic, die hem in alle geheimen van het zeewezen inwydde. Hü werd een soort nndahipman en hy had gaarue al» zoodanig ds rete meegemaakt, als do reglementen zulks toegestaan hadden. Florry en mist rees O' Molloy lazen roman», maakten een beetje muziek, of, wat ook vaak gebeurde, lagen languit op hunne schommelstoelen in de schaduw. Op andere avondeu verzamelde mynheer Réty züne muzikanten om zich neen en dan klonken de 6cbooue aooorden V\v ^.®r^)eer en Rosini over het wafer. Wat mijnheer Gloaguen betreft, deze maak te zyn tijd ton nutte met het ontcijferen vau het geheimzinnig» plaatje. Het ontcijferen van het inschrift zou wel groote moeielükhe- den opleveren, maar wat do sterrenkundig# figuren betrof, die rondom aangebracht wa ren, daarvan begreep hü niet». Overigens was j hy zoo gelukkig met het bezit van dit plaat je, dat ieder, of hu wilde of niet, ook door denzelfden hartstocht aangegrepen werd en zelfs Paul-Louis had den moed niet met zyn vader over het onnutte van zulk een voor werp te spreken. Alleen Khaeji wierp op het bewuste plaatje alles behalve vriendschappe lijke blikken; daarom droeg mynheer Gloa- gueu, ofschoon bü dien braven soldaat wel vertrouwde, altijd bet voorwerp in zyne por tefeuille by zich, zelf» in zyn slaap. Overigons was men niet bevreesd.... Men bad reeds sedert twee maanden Saigon ver laten en een breede strook water scheidde hen van dat land vol verschrikkingen. Men had een stevig schip onder de voeten, rond om zich een geheel garnizoen flinke eoldaten, een aantal beldhaltige zeelieden on toege- wyde vrienden. De herinnering aan de ge varen verzwakte hoe langer hoe mevr en men dacht zelf» niet aan de mogelijkheid, dat een groot gevaar kon dreigen, om kort te gaan, het vertrouwen wa» in de harten dier be proefde menschen teruggekeerd. Op een morgen, toen Chandoa zich aan do ontbijttafel zette, vertelde hy, dat hy juist uit het volkslogies kwam een zeer gewon# zaak, want men kon liem daar olken dag vinden en dat by daar een armen drom mel in deernisvaardigen toestand had go- zien. Het wa» een soort van neger, dis half idioot scheen t# zij» en d» geheel# rei» mee maakte op den naakten grond, met rijn boe nen in de ij ze ra Men bracht hem om de fcwe# of drie dagen op het dek, waar hy gedurende een half uur de frissch# lucht kon inademen. Tot kleeding had hij slechte eenige lompen.. Wat voor misdaad kon hij toch bedreven heb ben, om op zoo'n manier behandeld te wor den! Het is een onbekende, die zich aan boord verborgen had en in volle zee eerst opge merkt ia, antwoordde kapitein Maucarut. Het reglement aan boord van oorlogsschepen luidt, dat zulk een persoon, gevangen gehou den moet worden tot in de eerste de beste haven, waar hy veroordeeld wordt En moet hu d# geheel# rei» onder die omstandigheden meemaken! vroeg Pauk- Louis. Ongetwyfeld, nntwoordd» de komman dant, met onvermurwbare strengheid, Maar, kommandant, dat i» verschrikke lijk... Het is misschien een man die ni#t ln staat i» eene rei# te bekostigen en zonder hem te voroordeelen, zonder zyna veront schuldigingen £an te hooren, ale hy di# ten minste heeft noodzaakt gy hem bijna es» rei» om (1e wereld te maken!.... Znlk een reglement i« niet goed, dat cult gy moeten toestemmen en dat hij een natte zoo edelmoedig al» de Fransche» Ja, ja, kommandant, ik merk wel, dat men bU u ook wreed kan rite aai mktresa O'Molloy, die blij wahaar gemoed eene te gen de Franscben te luchten. Zy oordeelde echter verkeerd, wat kapi tein Maucarut h&d een goed hart en hij wa» getroffen door hetgeen Paul-Lbui» hem zei- de, terwyl hy zelf het onbiUyke van zulk een» handeling inzag. Hy kon echter slecht aan eeu eenmaal gegeven bevel iet» veranderen want vooral op een oorlogsschip moeten de regel» stipt in acht genomen worden. Weet gy wat ik doen salt vroeg hij, na eenig# oogenblikken gezwegen t« hebben, aan Panl-Louia. Ik sal vandaag nog een krijgoraad bijeenroepen en daarvoor den ge vangene laten verschijnen, terwyl ik hem u el» zyn verdediger toevoeg. Mijl.... vroeg Paul-Louis met een kleur, Ik heb nog nooit vau mij® leven gepleit en ik zou niet weten, welke verontschuldigingen ik voor hem zou kunnen vinden. Er ie geen sprake vau reeht, maar van verzachtend# omstandigheden Deze ma® te in het ongelijk, omdat hü rioh hier onge vraagd verborgen beeft Er kunnen eohter redenen zyn, waarom rijn straf verlioht zou worden; daarvoor rijt gy om dat aan te too- nen. Denkt gij, dat Ik den eersten den beste zoo let# op zon dragon!! (Wordt vervolgd.) NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT «tjlVM.lt!'1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1916 | | pagina 5