BRIEVEN UIT BELGIE BUs'! ciMLAND BINNcnl^ Daardoor werd de koning: geecbeiden van rijn raadgeefster prinses Xenia, en was hem rijn grootste steun ontnomen. „Iu Skoetari werd daarop een soort van nieuwe regeering ingesteld, onder de auspi ciën van de vier gezanten, die meenden daar voorloopig veilig te zijn, omdat zij geloofden, dat de Oostenrijkers zich voorshands met 't ontwapenen en bezetten van oud-Monteuegro zouden bezighouden en niet zouden doordrin gen in Albanië, waarheen de gezanten het nog niet ontwapende deel van het Montene- grynsehe wilden laten terugtrekken, dat dan met de 3000 Serviërs, die zich te Skoetari bevonden, en een ïtaliaunschc hulpexpeditie die was toegezegd, Skoetari zonden verdedi gen en het voortrukken der Oostenrijkers naar bet Zuideu zouden beletten. In dien zin werden vflndaaruit de vertegenwoordigers van Montenegro, zoogenaamd vanwege de werkelijke regeering. ingelicht en hun opge dragen dit door de pers te laten verbreiden. „Konning Nikita wilde echter daarvanniet hooren; hij had trouwens niet het minste -vertrouwen in de komst, van de Italiaanscke hulp. en in de mogelijkheid van het slagen van dat plan. Hü bleef derhalve weigeren zijn generaals de geWensehte bevelen te ge ven om zich aan de capitulatie te onttrek k én door naar Albanië terug te trekken. „Intussehen had men in het Oostenrijksdie hoofdkwartier kennis gekregen van hetgeen er in Skoetari gebrouwen werd, en daarom besloten die stad en haar omtrek, te bezetten. Eerst werd Autivari cn Dulcigno, de beide havenplaatsen van Montenegro, bezet, en liet land daardoor geheel yau de zee afge sloten, daarna werd een voldoende krijgs macht langs het meer van Skoetari opgesteld om het doordringen daarheen van nog niet ontwapende troepenafdeeiingen te voorko men, en vervolgens rukten drie colonnes van over bet meer eu van het Westen en Oosten naar Skoetari. „Daar veroorzaakte die opmarseb groote ontsteltenis en verwarring; de gezanten der Entente besloten ijlings de stad te verlaten en over Medua naar Italië scheep te gaan. Koning Nikita, die na het vertrek van de koningin eu de prinsessen zeer terneerge slagen was, werd aangemaand eveneens te vertrekken; hem werd voorgehouden, welk een onuitvvischhare schande het voor hem zou zijn door den vijand gevangen genomen te worden, hoe hij daarmede zijn kroon zeker zou verspelen, en dat bij daarna nergens meer een toevlucht zou kunne*i vinden, zelfs niet bij zijn dochters in Rusland of in Italië. De oude koning bleef echter doof voor al die betoogen; hij had het lot van zijn land en van zijn huis in handen van keizer Franz Jozef gesteld en in diens ridderlijkheid en oprechtheid bleef hij vertrouwen stellen, zoo dat hij voor een vernedering of onwaardige behandeling van de zijde van de Oostenrij kers niet beducht behoefde te zijn. „Toen de gezanten en op hun hand zijnde personen in het gevolg van den koning za gen, dat zij er goedschiks niet in zouden sla gen om hun mede te krijgen; het echter be paald noo.dig achtten te voorkomen dat de koning zelf vrede met de. centrale mogend heden zou sluiten, omdat daardoor de zware slag voor het aanzien van de Entente én het vertrouwen in haar succes voor de ge- heele wereld dadelijk en dan onherstelbaar zou worden', werd hfö in den nacht van 21 op 22-Januari den 23en werd Skoetari door de Oostenrijkers bezet opgelicht en met zijn jongsten zoon, prins Peter, naar Media gebracht, waar zij dadelijk op een Italiaan- echo torpedoboot werden ingescheept, welke hem naar Brindisi overgebracht. Van daar ging bét naar Rome, waar hem alle konink lijke eer werd bewezen, naar Frankrijk. „In Montenegro is nu alleen prins Mirko achtergebleven, die zich tijdens de ontvoe ring van zijn vader en broeder niet te Skoe tari, maar bij/bet hoofdkwartier van het le ger bevond. Reeds vóór het vertrek naar Skoetari had de Koning hem de noodige vol machten gegevert "oor de onderhandelingen met de Ocstenrijkscbe autoriteiten betreffen de de capitulatie, opdat hij (de koning) zich met die pijnlijke aangelegenheid niet zelf zon behoeven in te laten. Prins Mirko is, daar hij vooral bij het leger en de jongeren onder het volk wegens zijn echt Montene- grynsch en innemend karakter zeer populair is, daarvoor de aangewezen man; en het is voor de dynastie een geluk, dat hij in het land heeft kunnen blijven." (Van onzen eigen correspondent.) Antwerpen, 30 Januari 1916. Er is ,eene nieuwe verordening gekomen, waarbij is ingesteld: een aardappelbevoor- radingskantoor. Indien er ooit eene verstandige maatregel genomen is, dan is het deze alhoewel ze min of meer te laat is. Het is nog tnaar eenige dagen geleden dat ik op de aardappelenmisère gewezen heb. Den lezers is het dus bekend, wat wij met de boeren doorgemaakt hebben. De nieuwe instelling heeft als taak te zor gen voor de verdeeling van de aardappel- voorraden ter voeding van de Belgische be volking en heeft de bevoegdheid ook het verbruik van aardappelen te regelen. Indien er in eene gemeente geen aardap pelen genoeg zijn, moet de gemeente door bemiddeling van een bevoegden burgerlijken Commissaris de ontbrekende hoevee'heid aan de instelling opgeven. Op haar beurt wijst zij dan aan welke gemeente dit kwantum moet, leveren. Weigert deze, dan kunnen de aard appelen "door behulp der militairen gehaald worden en betaald met 20 pCt. minder dan den vastgestelden prijs. Er is in de verordening iets. eigenaardigs dat voor dit seizoen onmogelijk kan worden uitgevoerd. Den gemeenten wordt de ver plichting opgelegd vooral te zorgen, dat vol doende hoeveelheden aardappelen voor de voeding der bevo king .ter bes.-hikk'ng staan. Hoe moeten de gemeenten hierin voorzien? Zij hebben krachtens de verordening het recht de voorraden by de kooplieden over te nemen, zij kunnen hier toe zelfs met geweld toe overgaan, doch op de voorraden bij de boeren künnen zij geen beslag leggen. Wat moeten dan die gemeenten doen waar èn eéen han delaren, èu geen boeren dus in het geheel geen aardappel voorraden zijn? Zij kunnen onmogelijk zorgen dat er aardappelen zijn, omdat zij afhankelijk .zijn van het bevoor- radingsbureel. Het eenige wat er voor zulke gemeenten overblijft is om te trachten gronden en plant aardappelen te krijgen en met het oog op het komend seizoen te trachten voorraden te heb ben en om nu maar te leven in de hoop dat de nieuwe instelling zal kunnen helpen, op dat zij aan hunne verplichting zullen kunnen voldoen. Een der eerste gevolgen van het nieuwe stelsel is al bekend gemaakt. Vanaf 1 Fe bruari a.s, is het verboden zonder toestem ming van den Burgemeester" aardappelen te vervoeren. Ook hier al weer iets eigenaar digs. Het zelfde stelsel dat thans officieel inge steld is, werd in enkele gemeenten reeds voor een jaar toegepast. Toen werd er door geld-wolven tegen geprotesteerd en door de bevoegde overheden werden zij in liet gelijk gesteld. Het is daarom dat ik gezegd heb de maatregel is min of meer te laat. Er zijn nog eenige artikelen waarmede op eene schandalige wijze geknoeid wordt. De boter en de melk. De boter wordt aan fabelachtige prijzen verkocht en nog zijn er verscheidenen die zonder ziftten, omdat de boter -er niet is, e n toch is er genoeg. Wat dan toch de oorzaak is? Er zijn door den heer Generaal-Gouverl neur zoogenaamde „hoogprijzen" Voor dit ar tikel gesteld en van af dat oogenblik ziet men zo bijna nies meer. Er zijn botermarkten waar regelmatig drie tot vierduizend kilo boter per week ter rriarkt kwam, bijv. te BeverenWaas, en nu nog ten hoogste twee honderd-vijftig kilo. Of er dan-zooveel minder gemaakt.wordt? Neon. De zaak is veel eenvoudiger. Zoolang als de wereld bestaat, hebban er dwaze mensehen bestaan, immers'had Eva beter de belangen van Adam en haarzelf be grepen dan zouden wij nu zoo niet in d? misère zitten, en die dwazen bestaan nog. Ik heb het ai zoo dikwijls gezegd, in plaats van elkander te helpen zuigen de mensclien, zeker onder deze omstandigheden, elkander uit. De boterkooplieden rijden de boeren af, koopen de boter aan huis, beta.en veel boven den vastgestealen prijs en komen overeen, bij eventueel onderzoek, te verklaren dat er aan den gewonen prijs gekocht is. Zoo gaat het ook bij hen die koopen voor ver bruik. Begrepen de verbruikers hunne belangen en zij ontzegden zich het verbruik van bo ter voor een of twee weken, dan zoude boterde boter... laat ik het maar zeg gen de boter-afzetterij spoedig tot het verleden behooren. En dan de melk? üp dat gebied een zeer ondankbaar ter rein voor Diogenes. Hij zou hier geen melk gevonden hebben, tenminste niet oij de waterboeren. Het stadsbestuur treed verbazend energiek op te gen de melkvervalseher8. Dag in, dag uit, wordt er tegeu versehil.euden proces-verbaal opgemaakt. De versiagen van den sch-sikuniige An- genot spreken van vervaisch.ngenvaa ve r- tig procent water en als men dan die wa terstudenten hoort, dan verklaren zij niet to weten hoe er zooveel water inkomt. Zij hebben het er niet bijgedaan en liet is melk 'zoo versch van de koeien. De eenige ge vol trekking is dan ook dat de koeien hier uit een gedeeite hunner spenen water in plaats van melk moeten geven. De rechtbank is voor die vervalschers ook lang niet malsch. Boeten van vier tot zes honderd franken zijn geen zeldzaamheden. Er zijn gerechtszittingen waar den ganse en morgen niet anders gedaan wordt als zaken behandeld tegen deze wederrechter.ijke d o- pers en toch woekert het kwaad ma.tr voort. Zou dit ook al regeeringszaak moeten wor den? Ten slotte het groote nieuws van den dag. De Belgen geboren in de jaren 1885 tot lob? staan hier onder bijzondere bewaking. Zij moeten zich eenmaal per maand aanmelden op vooraf bekend gemaakt wordende plaat sen. Zij mogen zich binnen de provincie van hunne woonplanten vrij beueren. doei heb ben voor andere reizen toestemming noodig van de bevoegde overheden. Voor dit laatste geval is eene borgstelling noodig van ten minste duizend mark. Dit alles weet men. Het allerlaatste nieuws is nu, althans do „Vox-populi" verspreidt dit dat die jongens naarZwitserland gezonden zul len worden! Het „Arabica Revaïenta," het universeeie kwakzalversmiddel: de En- gëlschman n.I. dier menschen is op komst en nu doen de „Dutsen" die mannen weg op dat zij den verlosser niet zullen Jtunnen helpen. Aldus het gepraat. Denk nu niet dat men tien menschen zulken onzin uit het hoofd kan praten. Geen kwestie van. Men zou, bijvoorbeeld, beter de cerlijkhe.d van het „meest verspreide groote dagblad „De Telegraaf" kunnen bewijzenl" Van „c(e Telegraaf gesproken: Do beroemde niets te zeggen gehad heb bende Hoofdredacteur zal toch vroeger niet, evenals Mej. X Lindengracht bhoogme. het ei of de koffiedik gewerkt nebben? Hij teekende zich immers Barb .rosia..... Zou hij het roemrijk uiteinde vooiz en héb ben? Ch. A. B. VERSPREIDE BERICHTEN De „Baedeker"-reisgids als slachtoffer van den oorlog. N«. den oorlog zal vermoedelijk de „Baedeker," die een Duitsche uitgave is, in de geallieerde landen minder populair zijn dan tot dusverre en zal er dus behoefte zijn aan in Engeland ge drukte reisgidsen. De bekende Engelsche uit geversfirma's MaeinLllan Co. Ltd. en Muir- head zullen nu reisgidsen in de. Engekche en Fransche. taal- uitgeven, die in samen stelling en uiterlijk geheel van de traditioneele Baedekers zullen afwijken. Zoo zal de oorlog dus een tot du aver ro inte. greerend geacht attribuut van den Engelschen toerist deen verdwijnen en zullen in plaata van de bekende roode bandjes, andere van geheel andere kleur eu formaat komen. Het Duitsche spaarbanken-kapitaal. Naar het officiëele blad van cle Duitsche ipaar banken „die Sparkasse." - meldt., is het bjj do Duitache «paarbanken belegde kam laat Tn 1915 met $750 mlQfoeh foefenemen, daaronder begrepen 7 millioen Mk. bijge schreven rente. Daardoor is het mogelijk geweest het bedrag van 4,5 milliard, waar voor de beleggers bij de spaarbanken op de Duitsche oorlogsleening helmen ingeschreven, en welk bedrag op een kleine som na, welke op rekening van het nieuwe jaar is overge boekt, geheel is gestort, te dekken op een bedrag van 5 k 600 millioen Mk. na. Aangezien men voor de 2 eerste maanden van dit jaar op een toeneming van het bij de spaarbanken belegde kapitaal met 700 ruil* lioen Mk. rekent welk bedrag ook verleden jaar werd bereikt, is voor de inschrijving op een nieuwe oorlogs'eening het oude kapi taal nog geheel voorhanden. Besparing van volkskracht. - Telkens weer ophieuw waarschuwt senator Charles Humbert, vóór te groote uitputting 'van het Fransche volk. Nu .weer waarschuwt hij voor de gevolgen van het dezer dagen bij de Kamer door den minister van oorlog ingediende wetsont werp tot herkeuring van lijdelijk aïgekeur- den van de-lichtingen 1913 -1917 en de af- gekeurden van de lichtingen 19151917. Wat in 's hemelsnaam, vraagt Humbert, kan het nuttige resultaat zijn van zuik cou maat regel, toegepast op lieden, die door den keu ring sraad zijn afgekeurd? Maar laten wij niet aandringen: het legerbestuur is nu eenmaal doof voor eritick. Het heeft een idéé fixe an daar wijkt hel niet vanaf. Men zal op die wijze menschbn leveren, al is het gevolg daarvan ook, dat de hospitalen overvuld worden. Trouwens, deze methode om maar telkens weer keuringen cn herkeuringen te gelas ten, is wel zoo gemakkelijk als een inten sieve reorganisatie van de talrijke diensten achter het front, waaruit men duizenden va lide mannen naar bet front zou kunnen ha len, evenals uit de garnizoenen en forten in het zuiden en zuidwesten, waar die troepen absoluut onnoodig zijn. Meent men soms, dat al die bureaux, van' waaruit 'net front over stelpt wordt met een papierlawine, tot de meeste strikte bezetting zijn teruggebracht? Van die herkeuringen is geen nuttig effect van eenige be teekenis meer te verwachten; integendeel, zij kunnen slechts hoogst scha delijke gevolgen hebben, ©enerzijds doordat men de hospitalen enz. over vult met halve of heele patiënten, en de pensioenen voort durend vermeerdert, anderzijds omdat men die physiek zwakkeren onttrekt aan het eco nomisch bedrijf achter het front. Gelooft de militaire administratie werke lijk, dat er geen ander vraagstuk eèstaat dan dat der effectieven? Meent zij, 'dat zij maar altijd méér kan vragen van dit vo k, dat reeds zóóveel van zijn krachten -heeft gegeven? Laat men toch bedenken,, dat de oorlog vooreerst nog met is afgeloopsn. Laat men niet. indutten. Zeker, de bes issing moet ver kregen worden door mi.ita re mid 'elen, ma ir om het welslagen daarvan te verzekeren is allereerst u'tputt'ng van den vijand moiig. En daarom moet Frankrijk bedacht zijn op besparing van krachten. De generale staf moet aan het front de va ide mannen leveren; de invaliden echter moeten bestemd blijven voor den industrieylen en economiseiiea strijd. Duitschland lijd., maar w»l niet Jplot- fse.ing in'elkaar storten. YTij hebben o h'het langer dan de vijand te kunnen uithouden, alle krachten noodig welke ons nog resten ze'fs die dar gebrekkigen. De oorlog en liet krautenbe&rüf. Het. krantenbedrijf h .eft onder' een oor logstoestand bijna in allo lnd n ernstig te lijden. Vooral in de laatste dagen korren uit do oorlogvoerende landen wo r Ier ei)ten over noodzakelijke maatregelen, teneinde het be drijf gaande te houden, welke maatregelen voorname ijk z ellen bes .aan in vérkle nen van het formaat en dergelijke. Achtereenvolgens ie.ciktcn on3 berichten uit Italië, Frankrijk, Oostenrijk cn Enge land; en bhans wordt gemeld, da; ook in Duits,-h and in een vergader nvan kranen- uitgevers druk is gesproken over d n zeer einstigen toes.a d, d e in hoofdz ak do>r de moeilijkheden b j liet betrekken van hei pa pier, is geschapen. De vergadering verlangde, -lat het ver bruik van courantenpapier door een veror dening van de regeering e. erkt zou, wor den. Veder ver an de zij een iff 'c e 'e vast steling van de pa; ierpr zei en /.co n.o el jk ook ondersteuning voor de- fabrieken van drukpapier. Er werd over geklaagd, dat ze fs vel? over heidspersonen meenen, dat de kranten do m het stijgen van jyun op'agen meer ve dienen. Maar zij vergeten dat de inkomsten der advertenties, d e de ruege raat voor vele kranten vormen, zijn gedaa d, oms zelfs tot de helft, terwijl de loonen door duurtMo-te ag en de uit;aven voor redact oneele doelend en, als het uitze den van specia e oorlogs or_ respondenten cn den telegrammen-dienst bui tengewoon zl.jn gestegen. Een Amerikaansch Essen. De „Kö'n. Ztg." ont'eent aan hot Ameri- kaansche bal „New Yorx Sun' b.jzo d r e- den omtrent de Amerikaansene munitiefabrie ken, om aan te toonen, dat in 't oosten van Amerika als 't wate heele steden uit den grond verrijzen, die zich ui.s uitend be/ig houden met 't maken van vuurwapenen en munitie ten behoeve van. de geallieerden. Onder het opschrift: „Een Amerikaansch Essgn," wordt daaromtrent o. a. be, volger.de medegedeeld. Een armzalige strook weiland, moerasgrond en kreupe hout,' dat in een met riet begroeiden poel naast een 'kerkhof uit liep, vormde nog een jaar ge eden een ge deelte van een der zuidoostelijke buitenwij ken van Bridgeport in Connecticut. Mair op een zekeren dag was het a sof een too ven-aar do hand over dit veriaten sluk grond uit strekte en in een ornmez en on s ond daar een labyrinth van ontzaglijke fabrieksgebou wen, omgeven door woningen, waarin 50.0 0 ménsehen gehuisve t konden worden. In De cember 1911 werd het ee ste s uk grond aan gewezen voor den bouw van de werkplaatsen tier Remington wapen- en munitie-fabriek, maar met den bouw van de fabriek begon mm pas in Maart 1915. Deze bestaat uit dert en gebouwen van vijf verdiepingen, elk ongeveer 80 meter lang en .18 meter breed en boven dien nog uit twaalf dienstgebouwen, die de hoofdgebouwen met elkaar verbinden. Aan den rechterkant van het terrein staan vijf smederijen en machinegebouwen, e k van één verdieping. Aan den anderen kant een groote electrieebe installatie, die berekend is voor de levering van de drijfkracht en de verlichting van een stad van 150 000 inwo ners. Een groote verbrandingsoven,twee voorraadmagazijnen, kantoren, een groote ga rage en ©en kazerne van drie verdiepingen voltooien het beeld van dit Amerikaansche Essen. Men krijgt 'n denkbre'd van de groot e van het bedrijf uit het feit, dat om cr omheen to wandelen meri een afstand van tien En gelsche mijlen (ruim 16 kilometer) moet. af leggen. Een muur van cement, waarop nog een ijzeren hek staat, loopt om het terrein heen. De machines worden bijna even snel gemonteerd a's ze aangevoerd werden, en op 't, oogenblik is het aantal der hier werkende machines zóó groot, dat er zes duizend man dag en nacht in drie eikair afwisselende ploe gen elk gedurende acht uren werken. De Re mington fabriek heeft nog over meer aaugre'n- zende terreinen de beschikking gek rog n en bouwt daar honderden woningen voor haar arbeiders. - OORLOGSAÊXERLEI - INDRUKKEN VAN EEN GEWONDE. Een Duitscher, die in Rusland gewond werd, verhaalt zijn wedervaren in een'brief aan de „V orwarts.„De verwonding was met zwaar zegt hij maar mijn arm hing me stap langs het lijf, ik kon nem n.et meer aan mg a geweer brengen; ik spuw de broed, waarschijn lijk waren mijn longen ge trof ren, eu to m ik onder mijn jas vóelde, zat mijn hand vol bloed. Met. één slag was mijn aanvals- woede verdwenen. De Russen waren plat op den grond gaan liggen en schoren. Mijn kameraden stekten 'zien ook verdekt op en ik lag op het veld zonder iets ie kunnen doen. Opeens voelde ik weer Jat ik een ransel op den rug had en ik wente.derinij achterover en vroeg een kameraad of liij hem wilde los gespen. Achterwaarts aroop ik weg en ik lag een poosje stil. De .angst bekroo,p mij, dat ik in handen van de Russen zou vatieu, want zij moesten, met hun overweldigends ge mi- sterkte ongetwijfeld onze dunne gevechtstime ove'rslróomen. Lc kroop sterds meer ach .eruit, terwijl de kogeis boven mijn kooM Uoteu. Toert ik een honderd schreden achter de linie was, waagde ik het me op te richten en een eindje te löopen, maar mijn schouder deed roe bij eiken stap zoon pijn, dat ik weer moest gaan liggen. Achter mij woedde het geveent roet hevigneid voort. De kogels floten in menigte door de lueiit en sloegen in de huizen van het dorp vóór mij. Dat dorp, dacht ik moet je zien, te bereiaen, dan ben jo geborgen, ik stond op eu ging er gebaat heen, steeds in angst dat ik uog getroffen zou worden. - Eindelijk kwam ik achter in een huis en ik legde mé daar uitgeput neer, maar mweiidig jdichte ik: „geredl" Een Kameraad kwam me verbinden. Iedere beweg.ng van mijn arm deed me hèvige pijn, maar toen moest ik, ondanxs mijn jammeren, lachen, toen de nu.p- vaardige kameraad bij het verb.ndea tege lijk een paar vlooien ving. „Maak toch geen grapjes man, het is „beroerd met je ges te.dl" Een paar granaten s.oegen d.ch.ermj in en de v-. am men van het brandende dorp kwa men al nader. Ik moest ine haasten uit deze gevaartijk© gevcgUtsstreetc weg te komen. Zoo kwam ik aan" een veroverde Russische loop graaf, die nog vol lag met dooden en gewon den, maar het eerste wac ik zag was een pot honing en daarnaast nog een. Ik goot ze bij elkaar en onderzocht toen den ransel van een gesneuvelden Kus, waar ik een houten lepe., een zakje suiker en wat droog brood uithaalde. Ik doopte het brood in de honing, on af gretig. Sedert negentien uur had ik b.jna mets gehad en nu pas bemerkte ik hos hongerig lie was. Er begonnen weer kogeis te tluiton en tk ging opnieuw Verder, mét mijn pot'honig in de hand; over het trooste.ooze veld der verwoeSiing. Ik riidc van de kou; de zon ging onder en de wind blies onder mijn loshangende jas. Aan den s. oorive0djk, waar het gevech 's morgens begonnen was, stond eei g.u eraa met -zijn stai, den wijden mantel om, de band met een Kapo eontis.-h re aar - oven den der den knoop m zijn jas gestoken. „Wel, hoe staat het dair ginds?" „Ik geloof dat de Ruisen doorbroken, ex-' ce.lcnlie, we hebben als wilden geschot n, maar ze zijn t.enmaal sterker dan wij." „Ze zijn al teruggeslagen he.te vriend." „Goddank ja uw exce.lende weet ook meer dan ik." Dan met een'Iach.e en een tik aan de muts: „Betefschap hoort" „Dank u excellentie!" Dat ovas iets nieuws voor mij, het leven achter het. front. Het begon met een generaal en het eindigde in Berlijn in het hospitaal. De eerste indruk was, dat de wereld weer voor mij open ging en dat de gedachten zich nu .weer met wat anders bezig hielden dan met die eenige voo tdurende gedachten van altijd maar verder willen gaan. De weg strekte zich niet meer zoo ver uit, over de haast onafzienbare v.akte d e moest worden doorgetrokken naar den verr n bo ch- rancl, waarachter do vijand op de loer lag eu zich verscholen hield-tot de eerste'fluitende kogels zijn aanwezigheid verriedeh. Dat lag nu alles ver .achter mij als een verschrikking en vóór mij aan den horizont zag ik een rustig verblijf, waar ik rust en' herstel zou vindon. Toen ik op de verbandplaats kwam was bet nacht. Dé groote tent werd door twee acety- !een-Iampeti verlicht. Hun fel licht viel op de operatietafels, waar zwaar gewonden on der de handen van den arts die hen verbon den, zacht lagen te kreunen. Wat een verschil hier en daar ginds aan het front. De overspannen zenuwen van den infanterist doen nauwelijks een kalm woord over de lippen komen. Ieder gesprek wordt in het volgend oogenblik een twist en-als een derde er zich in mengt, hoogloopende ruzie, om 't- even of het gaat om een vijandelijken vlieger of om een brood, of wel om de beste manier van aardappelen koken. Al die zenuw achtig© geprikkeldheid was opeens verdwe nen. Artsen, verplegers en wakers, allen spra ken rustig, bedaard en zakelijk, ook de ge wonden. De man die pas. van het front kwam, strijdlustig en kwaadaardig wordt hier als een lammetje zoo tam. Was het een aderlating r' de omgeving? De lichtgewonde kwam oi-ucr liet licht, en liet zich verbinden; nam zijn beker warme the© en leads zich kalm neer naast de an deren op bet »troo in den grooten stal, die als noodhospitaal was ingericht. De zwaarge wonden werden voorzichtig gedragen ©n jam* nierden of lagen doodstil, ik kreeg mijn kaart waarop de dokter zijn bevindingen had ge noteerd en trachtte die In mijn knoopsgat te steken. Een ziekenverpleger hielp me. Dat was een krijgsgevangen Rus. Toen hij mijn kaart had vastgeknoopt, zei hij zuchtend: „Was het maar gedaan met al die narigheid." Ik keek verbaasd; de man sprak Duitseh. zelfs met een Zuid-Duitsch dialect. „Ben je ëen Duitscher?" „Ja. in Siberië geboren, in een Duitseh* kolonie." ,Tl3cn je Russisch onderdaan?" „Neen." ^.En toch bij het leger ingedeeld?" „Alle Duitschers.'zijn ingedeeld." Ik ben te vermoeid om er verder o-yer na ie denken, drink mijn thee en leg me op het stroo neer. 's Nachts werden de lichtgewonden gewekt: „Ja jongens, jelui moeten or uit; we kunnen de zwaren, (de zwaargewonden) niet moer bergen: er zijn er te veel en er komen er nog 500. Zoek in het dorp een kwartier en morgen om 8 uur opmarcheeren." NOORWEGE N. Staking in de Noorsche mijnen. In Noorwegen is eeu mijnstaking uitge broken, waardoor ook de uitvo;r van 'pyriet groot gevaar loopt. In de pers maakte men zich «eer bezorgd, daar bij de 3taking, vo..,ens eeu verklaring van den voorzitter dor arbei- dersvereenïging, 50.00.) man betrokken zullen worden. Tidens Tegn brengt naar aanéMing hiervan een artikel, waarin tiet blad zegt dat de neutraliteit van Noorwegen onlangs- zeer groot gevaar heeft geleopeu en dat hef niet onmogelijk is, dat na den Balkan, Scandi navië aan de beurt zal" komen. -De bande.s oorlog stelt Noorwegen n.I. voor zeer be ang rijke beslissingen. Ilet laud mag door em burgeroorlog niet worden verzwakt en aan' den onafwendbaar oeconomiseh n oui .og moei men dan ook eerst later denken, daar het land aan geen gevaren mag worden bloofge steld. Een ander, blad verlangt daarom ook zeer scherpe maatregelen, indien men tot geen vergelijk kómt en dringt aan op het toepassen van dwang om tot eea overeen- Komst te geraken. Ook zou het de vraag zijn, of de staxers den strijd lang kunnen vol houden. EEN NEDERLANDSCH MOTORSCHIP GETORPEDEERD. Het Nederlancische motorsemp Ariemis, van de Ned.-lnd. Tankstoombooimaauschappij in Den riaag, dat Dinsdag van Rotterdam is verirok- xen met bestemming naar Thameshaven, is gis- Lermorgen ongeveer halfdrie, op 8 nujl aistand van het Noorohinaer vuurschip, getorpedeerd. De bemanning veriiet hèt schip in haar eigen boot, maar toen ze zag, dat het schip bteef drij ven, ging ze weer aan boord, en is teruggekeerd naarRotterdam. Het motorschip is gisteravond met water in de ruimen den Nieuwen Waterweg binnenge- ioopen en is zonder assistentie opgestoomd naar Rotterdam. De geheele bemanning is ongedeerd. De Artemis heeft bij de torpedeering een gat ter hoogte van de machinekamer gekregen. Van andere zijde wordt gemeld, dat de Arte- mis heeft gerapporteerd, dat ze door een Duit sche duikboot Tvas aangevallen, die aftiok, toen twee torpedojagers in het zicht kwamen. De Duitschers hadeen verlangd, dat de lichten zou den worden gedoofd. Nader verneemt de N. R. Ct. nog het vol gende: ln een nacht van 1 op 2 Februari, vijf minu ten na middernacht, kreeg de Artemis ten Zui den van een Noordhinder eenige Duitsche tor- pedoixxken in zicht. Een oïi'icier van een der torpedobooten ging niet 3 of 4 man in een boot naar de Artemis en gaf bevel, ten zekeren weg te varen en een koers te sturen Zuid ten Oos.en, om daarna ten anker te gaan tot 's morgens 5 uur. Na eemgen tijd te heboen gestoomd, werden er aanstaken gemaakt om te gaan ankeren. Er waren op dat oogenblik 4 torpedobooten in zicht. Een hiervan gaf toen order, naar Zee- brugge te sturen, maar de kapitein van de Artemis antwoordde, daar niet bekend te zijn. Kort daarop hoorde men op de Ariemis roe pen: Laat anker vallen!, waarop de 1ste stuur man' het anker vallen liet. Op een der torpedobooten schijnt men toen gemeend te hebben, dat een gegeven order niet goed was opgevolgd, en aan de bemanning van de Artemis werd vijf minuien tijd gelaten om het schip' te verlaten. Vóór de bemanning zich in de booten had kunnen begeven, werd er een torpedo afgeschoten, die de Artemis trof aan stuurboordzijde midscheeps, waardoor het schip een gat van enkele meters kreeg. Een stuk van de torpedo is nog aan boord. De bemanning kwam ongedeerd in de booten en heeft daarin 3 a 4 uur rondgedreven. Toen bleek, dat liet schip op zijn tanks was drijvende gebleven, en er geen torpedobooten meer waren te zien, is de bemanning weer aan boord ge gaan. Het Nederlandsche stoomschip Drechterland, op reis naar Buenos-Ayres, is daarop nog eeni- gen tijd in de nabijheid van het schip gebleven, om zoo noodig hulp te verieenen. Het schip hield zich echter goed en stoomde op naar oen Nieuwen Waterweg, waar het gisteravond te 8 uur 40 min. is binnengeloopen. Op haar verdere reis naar Rotterdam heeft de Artemis bij Vlaardingen nog even aan den grond gèzeten. Om halftwee vannacht lag ze gemeerd aan boei 17. DE „PRINSES JULIANA". Reuter's bijzondere dienst seint: Een passagier van de Prinses Juliana meldt, dat aan boord ook vele Fransche nonnen waren. De ontploffing was vreeselijk. Een groot ge deelte van den grond van dc salon werd stuk geslagen. Het sdiip zonk langzaam. De mannelijke pas sagiers hielpen de bemanning, de vrouwen van reddingsboeien te voorzien. De sloepen weroen uitgezet, gereed voor gebruik, maar men behoet- de er geen gebruik van te maken. De zee was gelukkig zeer kalm en het schip kwam spoedk, aan den wal. Alle passagiers werden van boor«

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1916 | | pagina 6