LETTEREN EN KUNST
Fatme.
wÊm
Raadsels.
VERKOOPINGEN.
xxxx X xxxx
Ons Ruil- en Verzameihoekje.
BW
Ssfe.
X
X
X
X
Rüst
10 74 134 37 141 26 62 117 140 11 130 25.
10 132 44 90 8 39 95 47 7 137 42 124 26 29 50
12 18 46 45.
110 60 55 112 59 54 109 58 53 113 57 52.
neeimalen, in openbare verkooping' gronden
verkocht, doch niet de minste moeite is ge-'
laan door ons gemeentebestuur' om dio .gron-
len iu bezit te krijgen; hetzij door onteige-
ling of aankoop.
Punt 2 van genoemd gemeente-program-
;egt: Wering, of overname van alle bedrij
nen, die het karakter aannemen van ©en ge
meentelijk monopolie. De sociaal-democraten
villen, dat do gemeente zelf za.' exploiteeien
!e gasfabriek, waterleiding, het bouwen van
iriieiderswoningen."
Wat nu betreft de gasfabriek en waterloi-
ling die staan sinds hunne oprichting onder
gemeentelijk, beheer, de gasfabriek onder dat
van SHioten, de waterleiding onder dat van
'laarlem. Doch wat nu betreft „het bouwen
van arbeiderswoningen, geëxploiteerd door dè
gemeente," men zou zoo zeggen Sen reuzen-
belang voor de arbeiders, 't. beteekent immers
joed en goedkoop wonen zou men mogen
verwachten dat door de sociaal-democraten
•eeds planiion en voorstellen waren aanhan
gig gemaakt. Doch niets daarvan. De Scho-
ensche a rbeider zal voorloopig nog geen goed-
<oope gemeentewoning betrekken.
Als punt 6 in dat gemeente-program leest
nen: „Kosteloos onderwijs, zoowel voorbe
eldend, als iager, iierhalings- en ambachts-
jnderwijs-bij gebleken bekwaamheid koste
loos middelbaar en hooger onderwijs voor
minvermogenden.'' Dit alles nu kost ons Scho-
iienaars niets, altijd indien de sociaal-demo
craten hier hun woord eens hadden geiiou-
ien, doch ook hierbij is gebleken dat do sor
ciaal democraten hun eens gedane beloften
niet durven inlassen, en zal mittsdien „koste
loos onderwijs'* wel vooreerst niet vervul
ling gaan.
En ten slotte zegt .punt 10 van het meer-
genoemde Gemeenteprogram: „Progressie (op
klimming) in de hoofdelijken omslag". 1
Wel werd in December 1912 oen dusdanig
voorstel aan den raad gedaan, doch toen wis
ten de raden met zekerheid dat hun voor-
stel zou worden verworpen; immers hadden
er des tijcis slechts 2 sociaal-democraten zit
ting in den raad van Schoten. Nu zou men
meenen, dat toen zij in 1913, de meerder
heid in den raad' hadden verkregen zij spoe
dig jnët voorstellen dienaangaande zouden ko
men; dóch niets daarvan. Wel werd in "dé
raadsvergadering d.d. 30 Nov. 1915 van so
ciaal-democratische zijde gedreigd bij mon
de van den heer Verkooij „dat indien vuor
1 Ju'i 1916 geen voorstellen dienaangaan
de zijn i.ngediend zijn parrtij na dien daturn
met voorstellen zal komen." Een belofte
welke waarschijnlijk wel weer als verkie-
zings-attractie zal moeien dienen. Doch tot
nog toe hebben zij blijkbaar de consekwentie
nog neit durven aanvaarden.
Mijnheer de Redacteur, ik meende dat deze
regelen wel de moeite waard waren om on
der de aandacht uwer lezers vooral die
uit Schoten te brengen, te meer daar dit,
feiten zijn. Feiten di© door een ieder zijn
te controieeren. Feiten waarvoor zelfs da so
ciaal-democraten niet ter hunner verontschul
diging' kunnen aanvoeren dangebrek aan
•tijd. Doch.. of een dergelijk uitvluchtje de
kiezers zal tevreden stellen, zal de. toekomst
ons leeren. Doch in ieder geval zij hier ge
constateerd, dat alle hierboven /enoemde so
ciaal-democratische programmapunten wel
ke toch zoo actueel zijn bij Je sociaal-demo
craten tot nog toe volkomen zijn genegeerd.
Hoogachtend,
S. OLIE.
Schoten, 21, 2 1916.
Mijnheer de Redacteur!
Ondergeteekende verzoekt u beleefd hem
voor het volgende eenige plaatsruimte af te
willen staan. Bij voorbaat mijn beleefden
dank.
Op de propaganda-vergadering, gehouden
door den Ned. R. K. Bond van Bakkers,
C. Ch. en S.wk. op Zondag 6 Fe'or. j.L, wa
ren ook, hoewel ongenoodigd, aanwezig de
voorzitter en secretaris van de Moderne Or
ganisatie. Nu gaan deze heeren het praatje
rondstrooien, dat onze Geestelijke Adviseur
de Ze er Eer w. heer Rector Borsl-oom, na door
mij te zijn ingelicht eenige kruisjes maakte,
dit feit; nu zou als bewijs moeten dienen;
dat wij bang waren voor hun tegenwoordig
heid.
Neen, heeren wij vreesden uw tegenwoor
digheid in geencn deele, ware dit wel het
geval geweest, welnu dan hadden wij u een
voudig den toegang kunnen weigeren, want
Vaar hadden wij volkomen het recht toe. Ten
eerste was het geen openbare vergadering
en ten tweede, heb ik steeds, in onze adver
tenties, en in onze circulaire's en in mijn
ingezonden stuk, gesproken van ,,R. K. ar
beiders" in ons bedrijf, dus u was in het
geheel niet uitgenoodigd.
Neen wij vreesden uw tegenwoordigheid
nieten waarom zouden wij dat wel doen? Gij
kunt het immers tegen ons, met tien krachti-
gen steun van ons H. princiep in den rug,
toch niet bolwerken.
Maar heeren, ik verzoek u bij dezen in
't vervolg dergelijke lasterpraatjes achter
wege te laten, of mij anders steekhoudende
argumenten te toonen, waaruit het bewijs
te halen is dat wij werkelijk bang zijn voor
u. Maardat zal niet gaan!
mijnheer de Red. nogmaals mijn beleefden
dank. voor de'verleende plaatsruimte.
Achtend,
Cl. J v.. DOORN.
Haarlem, 21, 2 16.
M. de R.
Vergun ons eenige-plaatsruimte in uw
geëerd blad.
Als Landweermannen zijn wij gedeta
cheerd te Sleeuwijk, over de Merwede. Daar
het hier zeer afgelegen en geheel geen amu
sement is, kan ieder begrijpen, dat de avon
den meestal in verveling worden doorge
bracht.
Door tusschenkomst van onze soWaten-
moeder (Mej. Mary Fleischmann uit Haar
lem) zijn wij in 't bezit gekomen van een
dam- een dominospel, en eenige lectuur enz.
Dit is door ons in dank en blijdschap ont
vangen, doch daar ons Detachement pl.m.
200 man sterk is, doen wij een beroep op
de geachte -lezeressen en* lezers, om Mej.
M. F'eiscli ann haar adres voor gemobili-
seerden niet vergeten, waardoor zij instaat
wordt gesteld, voor velen, ver van huis,'de
avonden te veraangenamen.
U Mijnheer de Redacteur dankend voor
de vcrleénde plaatsruimte.
Eenige Landweermannen,
Detachement Zant.
Sleeuwijk, Febr. 1916,
HAARLEM Notitie van de perceelen, die
verkocht zijn in ,,'t Notarishuis", Bilderdijk-
straat 1, bij den Zijhveg, alhier-, op Zater
dag 19 Febr. 's avonds na 5y2 uur.
Notaris P. F. DE BORDES.
Met machtiging van de Arrondissements-
Rechtbank te Haarlem.
No. 1. De villa „Mon Dcsir", te Zandvoort,
aan de Dr. J. Metzgerstraat, op den hoek van
de Dr. Smitsstraat, get. no. 41.
No 2. De villa „Magdalena", te Zandvoort,
aan de Dr. Smitstraat, get. no. 6.
No. 3. De villa „Zeppelin", te Zandvoort,
aan de Dr. J. Metzgerstraat, get. no. 39.
De perceelen Nos. 1, 2 en 3 gecombineerd, D.
A. Rodrigues, f 24700.
No. 4a. De villa „Prinses Wilhelmina". te
Zandvoort, aan de van Speijkstraat, get. no. 24.
No. 4b. Eep perceel .Bouwterrein te Zand
voort, gelegen achter perceel 4a.
De perceelen Nos. 4a en 4 b. gecombineerd,
mevr. wed. J. Th. de Boer-Pijl, 6500.—.
No. 7. De villa „Hygiea", te Zandvoort, aan
de Boulevard de Favauge, get. no. 9, D. A. Ro
drigues f 14,200.
No. De viTIa „Miramara", te Zandvoort,
aan de Boulevard de Favauge, get. no. 4. de
zelfde f 17,500.—.
No. 7. De villa „Hygia", te Zandvoort, aan
de Piet Heinstraat. get. no. 53, S. v. d. Bijl,
f 5600.-. J
No. 8. Het erfpachtsrecht tot 31 October
.2004 van het perceel aan de Stationstraat te
Zandvoort, met daarop staande stal en koets
huis, get. no. 6 en Bovenhuis get. no. 8.
No. 9. Het erfpachtsrecht tot 31 October
2004 van het perceel aan de Stationstraat te
Zandvoort, met daarop staande dutomobielga-
raSe> gH- No 10 en Bovenhuis get. no. 12.
No. 10. Het erfpachtsrecht tot 31 October
2004 van het perceel aan de Stationstraat te
Zandvoort, met daarop staand koetshuis en stal,
get no. 16 en twee Bovenhuizen, get. nos. 14
en IS.
De perceelen Nos. 8, 9 en 10 gecombineerd,
W. v. Rijswijk, f 13,900.
No. 11. Het-erfpachtsrecht tot 31 October
2004 van het perceel aan de Brugstraat te
Zandvoort, met daarop staand woonhuis, de
zelfde, f ,2405.—.
No. 12. Het erfpachtsrecht gedeeltelijk tot
31 October 1961 en gedeeltelijk tot 31 Decem
ber 1992 van de perceelen aan den Hoogeweg
te Zandvoort, en het erfpachtsrecht tot 31 Octo
ber 1961 van perceel met daarop staande villa,
genaamd „Daisy Bell" get. No. 10 en
schuurtje, dezelfde, f 5855.
No. 13. Een perceel Bouwterrein aan de
Dr. J. Metzgerstraat, te Zandvoort, D. A. Ro
drigues, f 2750.—.
DR. H. P. BERLAGE.
Dr. H. P. Berlage, de bekende architect, heeft
gisteren onder veel belangstelling zijn 60en ver
jaardag herdacht.
Het Bestuur der Maats, tof Bevordering der
Bouwkunst benoemde dr, Berlage tot eerelid.
DE KINDERCOURANT
door W HAUFF
(Vervolg.)
Daar hij bemerkte dat ze goéd gewapend en
zeer sterk waren, en het meer om zijn 'geld en
zijn paard dan om zijn leven te doen was, riep
hij hun toe dat hij zich overgaf. Zij stegen van
hunne paarden en bonden zijne voeten vast onder
den buik van zijn ros, zetten hem in 't midden
en rent.l terwijl een der roovers de teugels
van zijn .ad greep, snel van door, zonder een
woord te spreken.
Een gevoel van wanhoop overviel Mustapha;
de vloek zijns vaders scheen voor den ongeluk
kige reeds in vervulling te gaan.En hoe kon
hij hopen zijne zuster en Zoraiden nog te redden,
als hij, beroofd van alle middelen, slechts zijn
arm leven tot hare verlossing aanwenden kon.
Mustapha en zijn zwijgende geleiders moesten
zoo ongeveer een uur gereden hebben, toen zij een
klem dal insloegen. Het dal was met hooge
boomea ingesloten; een zachte, "donkergroene
weide, een snelle beek, die in het midden
vloeide, noodigde ter ruste uit. Bovendien
zag hij daar ook vijftien tot twintig tenten
opgeslagen. Aan de tentpalen stonden ka-
rueelen en prachtige paarden gebonden, en
i uit een der tenten weerklonk de lustige klank
keener cither en 't gezang van twee schoone
mannenstemmen. Mijn moeder zeide, dat
menscheu, die een zoo vroolyke legerplaats
uitkozen, niets boos in den zin konden heb
ben;. hij volgde clan ook zonder vrees liet
bevel zijner geleiders, .die zijne boeien los
gemaakt hadden en hem teeken deden af te
stijgen. Men bracht liem toen in een nabij
Belegen witte tent, die grooter dan de an-
'dere, haast weelderig ingericht was. Prach-
- tige, met goud bestikte kussens, gewerkte
voettapijten, vergulde rookpotten, zouden el-
j ders rijkdom en welvaart hebben verraden;
hier echter wezen ze op stoutmoedigen
/roof. Op een der kussens zat een oud klein
mannetje; zijn gezicht was leelyk, zijn ge-
'laat zwartbruin en blinkend. Een al'stoote-
Hike trek van booze sluwheid fond oogen
en mond gaf hem een hatelijk uitzicht. Hoe-
wel deze man zich wat aanzien trachtte te
geven, bemerkte Mustapha toch wel dat niet
voor hem deze tent zoo rijk versierd was,
en het gesprek van zijn geleider» scheen zijn
meaning te bevestigen.
u „Waar is de „Sterke", vroegen zij aan den
kleinen man.
„Hij is op jacht," antwoordde deze, „maar
hij heeft mij opgedragen zijne plaats in te
nemen."
j «Dat is niet verstandig gehandeld," ant-
woorddo een der roovers, „want er moet da-
delijk beslist worden of deze hond sterven
of betalen zal, en dat weet de Sterke beter
dan gij."
Het mannetje richtte zich iu volle \vaar-
j diglieid op, rekte zich uit, om met de toppen
zijner vingers het oor van zijn tegenstander
vast te pakken, want bij scheen lust te heb-
kben zich te wreken. Maar toen hij zag dat
',zyn moeite vruchteloos was, begon hij zoo
hevig te schelden, dat de tent dreunde
van het lawaai. Toen ging opeens de deur
',der teut open en trad er een groote statige
.man binnen,, joeg en schoon als een Perzi-
;»che prins. Zijn kleeding en wapens waren,
uitgezonderd een rijk beslagen dolk en een
1 fonkelend zwaard, gering «n eenvoudig;
-.maar zijn ernstige blik, zijn gansche uitzicht
dwong eerbied af, zonder vrees in te boeze-
i men.
„Wie durft «r in mijn tent made te maken/'
1 riep hij de verschrikte mannen toe. Een tijd
lang heorechte e>r diepe ertiltej eindelijk ver
telde een van hen, die Mustapha hier heen
haddon gebracht, hoe alle» was toegegaan.,
id'oeu scheen het gelaat van „den Sterke",
ïooals tij hem noemden, rood té worden van
woede
„Wanneer heb ik u ln mijn plaats gesteld»
Hassan," riep hij met vreeselijke stom den
Heine toe.
Deze kroop van schrik in een hoek, zoodat
ajj er nog veel kleiner uitzag dan to voren;
lm kroop naar de tentdóur. Maar „de Sterke"
?af hem een schop en met een greoieu zon-
leidingen sprong vloog hij de deur uit
Toen do kleine verdwenen was, leidden de
iris mannen Mustapha voor den heer dei-
tent, die zich intusschen op de kussens had
neergevleid.
„Hier brengen wij u den man, dien gij ons
bevolen hebt te vangen."
De sterke staarde den gevangene lang aan
en zei dan:
„Paeha van Sulieika! Uw eigen geweten
zal u zeggen waarom gij hier voor Orbassan
staat."
Toen mijn broeder dat hoorde, viel hij voor
hem op de knieën en antwoordde:
„O, heer, gij schijnt u te vergissen; ik beu
een arme ongelukkige, en niet de Paeha, dien
gij zoekt."
Allen in de tent stonden over deze woor
den verstomd. Maar de meester der tent ant
woordde:
„Het kan u weinig helpen u te verzetten,
want ik zal personen voor u brengen, die
heel goed kennen."
Hij gebood Zuleima te doen komen. Men
bracht eene oude vrouw in de tent, die op
de vraag, of ze in mijnen broeder den Paeha
van Sulieika hekrende, antwoordde
„Ja, zeker, en ik zweer bij 't graf van den
profeet, bet is de Paeha en niemand anders."
„Ziet ge, rampzalige, hoe uw list in 't war
ter valt," begon de „Sterke" toornig. „Ge zijt
niet waardig dat ik mijn dolk met uw bloed
bezoedel, maar ik zal u binden aan den staart
van mijn ros, morgen, als de zon opgaat,
en met u door de bosscben jagen tot ze daalt
achter de heuvels van Suleika!"
Toen ontzonk mijn broeder alle moed.
„Dat is de vloek van mijn strengen vader,
die mij tot dezen schandelijken dood drijft,"
riep hij weenend uit, „en gij ook zijt verlo
ren, lieve zuster, en gij, Zoraiden
„Uw huichelarij baat u niets," sprak een
der roovers, terwijl hij liem de handen op
den rug bond; „maak dat- ge uit de tent weg
komt, want de „Sterke" bijt op zijne lpipen
en bekijkt zijnen dolkWilt ge nog een
nacht leven, kom dan!"
Juist toen de roovers mijnen broeder uit
de tent wilden leiden, ontmoetten ze drie an
dere persbnen, die een gevangene voor zieh
dreven. Ze brachten hem binnen.
„Hier brengen wij den Paeha, zooals gij
ons bevolen hebt," zeiden ze en brachten den
gevangene voor het rustbed van den „Ster
ke". Toen de gevangene binnengebracht werd,
had miin broeder gelegenheid hem aandach
tig te bekijken en het viel hem op hoezeer
deze op hem geleek; hij was alleen bruiner
van gelaat en droeg een zwarten haard.
De Sterke" scheen zeer verbaasd over de
verschijning van den tweeden gevangene.
EEN EI OP EEN FLESGEL
Steek twee even zware vorken ter weers
zijden in eene kurk; hol deze aan de onder
zijde een weinig uit, zoodat zo nauwkeurig
op een der punten van het ei past, zet de
andere punt op den rand van den hals eener
fleseh, waarbij ge bet ei goed rechtstandig
moet houden; na ceirig probeeren zult ge
voelen, dat het geheel in ovenwicht is ten
gevolge van do verlaging van het Zwaarte-
yuntL
(D. H. O.)
„Wie van u is nu de echte," sprak hij, ter
wijl hij dan mijn broeder en dan den anderen
persoon aaukeek.
„Als ge de Paeha van Sulieika bedoelt,"
antwoordde nu de nieuwe gevangene o.p trot-
schen toon, „die ben ik!"
De Sterke keek hem lang met zijn strenge,
vreeselyke blikken aan; dat deed hij zwij-
j gend teeken deii Paeha weg te voeren. Toen
dit geschied was, trad hij op mijn broeder
Hoe, sneed met zijn zwaard de banden door en
wenkte hem naast hem op het rustkpssen
te gaan zitten.
j „Het doet me leed, vreemdeling," zei hü,
1 „dat ik u voor dat moester heb gehouden.
Schrijf het echter toe aan een wondere be-
j schikking des Hemels, die u in de handen
mijner broeders voerde, juist op bet oogen-
bük waarop we dezen goddelooze ter dood
wilden brengen."
Mijn broeder vroeg liem dadelijk weer ver
der te laten reizen, daar ieder uitstel hem
noodlottig kon zijn
De Sterke vroeg hem wat hij zoo dringend
te verrichten had en toen Mustapha hem
alles verteld had, liet zich mijn broeder over
halen den nacht in zijne tent door te bren
gen, want hij had, zoowel als zijn paard, rust
jnoodig. Den volgenden dag zou hij hem een
j weg wijzen, die hem in anderhalven dag te
|Balsofa bracht." Mijn broeder werd voortref-
felyk gespijsd en sliep zacht tot den mor
gen, in de tent van den roever.
Toen hij wakker werd, bemerkte hij dat hü
ganscli alleen in de tent was. Voor den voor
hang hoorde hij echter een paar stemmen.
Het schenen die van den meester der tent
en van den kleinen zwartbruinen man. Hü
luisterde éven toe en hoorde verschrikt dat
!de kleine den anderen dringend verzocht den
vreemde te dooden, daar ,hij, wanneer men
hem op vrije voeten liet, hen allen verraden
kon.
Mustapha merkte duidelük, dat' de kleine
boos op hem was, omdat liü de oorzaak" was
geweest dat hü giet er en zoo slecht werd be
handeld; de Sterke scheen eenige oogenblik-
ken na te denken.
„Neen," zei liü eindelijk, „hü is mijn gast,
en het gastrecht is mü heilig; en Iiij ziet er
me ook niet naar uit dat hij ons verraden
zalToen laj aldus gesproken lind, sloeg
hij den voorhang weg en trad de tent binnen,
„Vrede zü met u, Mustapha," zei hij; „laat
ons den morgendrank proeven en maak u
dan gereed voor 't vertrek."
Hij reikte mijn broeder een beker koel
drank, en toen ze gedronken haddeu zadel
den ze de paarden. Met een lichter hart dan
hij gekomen was, sprong Mustapha te paard.
Spoedig hadden zo de tenten achter den rug
en sloegen dan een broeden weg in, die door
het woud voerde. De Sterke vertelde aan
mün broeder, dat die Paeha, dien zij op jacht
gevangen hadden, hun beloofd had hen on
gestoord op zijn gebied te dulden; maar eeni
ge weken te voren had hij een hunner dap
perste mannen gevangen genomen en na de
verschrikkelijke martelingen laten ophangen.
Hjj had liem nu lang doen bespieden en van
daag nog moest hij sterven. Mustapha waag
de het niet daar iets tegen in te brengen,
want hij was gelukkig er zelf heelhuids af
te komen.
Aan den uitgang van het woud hield de
Sterke zyn paard in, beschreef mijnen broe
der den weg en reikte hem de hand ten af
scheid en zei:
„Mustapha, gü ®jt op eene wondere w ij ze
de gast geworden van den roover Orbassan,
Ik moet ai niet aanmanen niet te verraden
wat gü gezieu en gehoord hebt. Gü hebt, on
rechtvaardig, doodsangst uitgestaan, en ik
ben u vergoeding verschuldigd. Neem dezen
dolk als aandenken en zoo ge hulp noodig
hebt, zend hem mü dan terug, en ik zal me
haasten u te komen büstaan.... Ook dezen
geldbeugel kunt ge wellicht op reis gebrui
ken."
Mün broeder dankte hem voor zijne edel
moedigheid, nam den dolk aan, maar den
geldbeugel weigerde hij te aanvaarden1.
Doch Orbassan drukte hem nogmaals de
hand, liet den beugeF op den grond vallen
en rende haastig het woud in. Toen Mustapha
zag dut hy hem toch niet meer kon inhalen;
sloeg hü af om den geldibeugel op te rapen.
„Waarom huil je, ventje? Heb je de bierkan
laten vallen
yfleen, ik heb er te veel van uitgedronken
'Hij stond verslagen over de grootmoedig
heid van zü'nen gastheer, want de beugel be
vatte een groot aantal goudstukken.
(Wordt vervolgd).
NIEUWE OPGAVEN.
Beste vriendjes en vriendinnetjes!
Hieronder volgen weer eenige raadsels,
waarvan we de volgende week de oplossing
zullen geven.
OPLOSSINGEN.
K O N IJ N
SAS
C
K O ju E
OS OUTER
NACHTEGAL
IJ S
N
EGAS
RAS
L
DER
LIJNEN
L
D IJ
E N
R E
N
3r
3.
'4.
5.
Naald aal.
Blaffende honden büten niet.
poes
barlc
hart
Sara
kast
d o o 3
lier
i X s
i X s
X
lste rij in keten.
2de rij een meubel.
3de rij een stad in Frankrijk, waar verwoed1
gevochten wordt.
4de rij binnenwater in Nederland.
5de rij een kloosterling.
6de rij land in Pruisen.
7de rij stroom in Frankrijk.
8ste rij verzoek om hulp.
9de ry in keten.
Op de kruisjesiijn zoowel van boven naar
beneden als van links naar rechts, leest men
hetzelfde woord (dus den naam van een kloos
terling).
2) Ik word op het hoofd gedragen; ver-
'vang mün middelste letter door een andere
letter en neem mijn kop weg, dan word ik
een metaal.
3) Neem een hoed van een verdrag en een
gedeelte van honderd en voeg de verkregen
stukken bijeen tot een krijgsman.
4) Ik hen een spel, en neem je mijin eerste
helft weg, dan blijft er een vaartuig over.
5) Ik hen een deel van een schip, maar
geef je my een anderen staart, dan word
ik gelezen.
6) Schrijf onder elkaar:
een stuk gereedschap van den landbouwer;
iets dat op den trommel geslagen wordt;
een jongensnaam;
een beroemd Nederiandsch dichter;
een dier waarvan de melk zeer gezocht is;
een lekkerny;
iets dat tot de uitrusting van een soldaat
behoort
Ieder woord moet uit zes letters bestaan
en de beginletters moeten dan van boven
naav beneden iemand vormen die met een
scherpe stift omgaat.
VERZAMELHOEKJE.
„Mijnheer, gaarne wilde ik mün plaatjes
van „Bosch en Heide", „Zomer," „Blonde
Duinen", „Bonte wei", „Winter-album" enz,,
ruilen voor de plaatjes van de'„Vecht". Wie
kan mij daaraan helpen? De nummers van
„Bosch en Heide" zyn: 119 53 38 117 130 25
141 109 .122 34 6 139 118 42 5 133 128 112 50 134.
Denummers van „Winter-Album" zyn
De nummers van „Blonde Duinen" zyn:
De nummers van „Bonte wei" zijm
De nummers van „Zomer zijn:
34 19 72 93 21.
Mijn adres is: Hendrik Kimman, Houtplein
35, Haarlem.
Ik heb zeer veel „Van Dyksplaatjes", «kib
bel, en kom er ook nog te kort. Wie zou mij
kunnen helpen aan eenige van no. 30 31 32
35 36 50 78 74 77 78 79 81 83 85 88 89 90 91 93
95 96 97 98 en 100.
Dubbel heb ik: 8 7 9 13 17 18 19 20 27 28
I 40 42 46 48 56 57 59 62 67.68 69 76 87.
Mijn adres is: Alfous de Jongh, Rern-
brandtweg no. 13, Noordwijk aan Zee. N
Wie kan mij nog helpen aan no. 138 van
„Langs de Zuiderzee". Ook moet ik nog go
nummers van „Bosch en Heide", n.l. no. 10
21 23 24 25 27 30 31 84 37 39 43 45 50 52 54 56
57 58 59 62-65 68 71 72 78 74 78 79 80 81 87 91
93 95 96 97 99 102 103 104 RW 108 110 111 112
113 115 118 li» 123 126 129 131 132 134 138 139
141 en IU-
Om te ruilen heb ik plaatjes van „Langs
je Zuiderzee", „Het Naardermeer" of „Bosch
eii Heide" en „Vaderlandsche Geschiedenis."
Mijn adres is: Betsy Preyde, Jansstraat 57,
Haarlem.
Ik heb 54 plaatjes over van de „Vaderland
sche Geschiedenis". Die wou ik gaarne rui
len voor „Vecktplaatjes".
Myn adres is: Alplions Grijpink, Zijlweg
43, Ovexveen.
Ik heb nog eenige „Honing's Maïzena" plaat
jes, waarvan ik de nummers dubbel heb als
volgt: 246 320 279 271 278 313 226 225 301 291
819 222 227 257 228 250 273. Waarvoor ik graag
iu ruil wil hebben nos. 100, 101 102 103 109 110
lil 112 125 126 127 148 149 150.
Myn adres is: Hendrika van dor Putte,
Crnquius, Haarlemmermeer, Hoofddorp.
Onderstaande nummers van do „Vader-
Inmlscke Geschiedenis" heb ik dubbel: nos.
1 16 19 20 47 53 60 63 89 92. Deze zou 'ik graag
willen ruilen voor 'de volgende nummers: 73
61 9 17 86 73 4 95 54 93. Mijn adres is:
Adriaan Schouten, President Steinstraat
37, Schotel1..