WAT ANDEREN ZEGGEN VRAGENBUS RECHTSZAKEN. UIT BEVER W K. SCKAGEN EN ©M5TBEKEN ingezonden. ;KESSELs& de uitvoer van citroenen m Hussti EINDHOVEN Adv, Duitschers liet veroverden, maalden zij voor Liet éérst persoonlijk kennis met een ouden vriend uit de verte. Het kanon had van nen zelfs reeds een naam gekregen en heette het kanon van Conflans. Met dit gesehut, waarvan de loop acht me ter iang was, beschoten de Franschen sedeit maanden onafgebroken het plaatsje Conflans, dat hun als spoorwegstation een beschieting waard leek' De afstand was niet gering, ach- tiop. kilometer. Maar dat was voor het stuk geen bezwaar. Sedert Augustus 1915 peperde het dagelijk. een hoeveelheid in het onschul dige plaatsje van den weg van Metz mar Etain. Als de bediening goed in haar heumeur was, vaak zelft honderd schoten per dag. in Conflans was men er reeds aan gewoon. Altijd dezelfde toon en hetzelfde kaliber. Men wist precies hoe het monster er uit moest zien, waaruit de granaten kwamen. De artilleristen in bet bosck van Hainemont hadden echter geen geluk. Meestal troffen zij niets en zeker niet het station en dennaasten omtrek ervan. Ofschoon de Duitschers wei ontdekt hadden, :wa r het stuk stond, konden zij het niet tot zwijger brengen. Nu zij' het hebben gezien, is het 'ok begrijpelijk. De Franschen hadden zich "buitengewone moeite gegeven om dezen koLos hierheen te brengen. Dwars door het bosch was een veidbuau aangelegd om het in net dichtste kreupelhout te brengen. Zelfs nu moesten onze gidsen nog goed uitkijken, om het stuk niet mis te loopen in zijn schuilplaats. Komt men aan het kanon, dan is er om heen een Ojen plek, die de Duitsche granaten heb ben gemaakt. De grond is geheel omgewoeld; iii het middenpunt staat echter een kieine ves ting. Het Jtanon stond in de diepte onder een laag van drie en een halven meter beton. Op c err gen afstand hadden de Franschen ballon- kancLnen geplaatst in zorgvuldig gemetselde putten, om de vliegers weg te houden. Daar overheen waren takken gelegd en het geheele toestel was draaibaar als het affuit van een ballon-kanon. Het was voortreffelijk werk, maar nog niets bij de kanonvesting vergele ken. Hier wa- een. geheel systeem van onder aardse vertrekken. Daarin stond het stuk geborgen. Alleen bet uiteinde van den loop kwam te voorschijn. Van uit den geweldigen gwt flutstoren nwam men door slingerende gangen van beton in de granaatkamer, waar ook het schot geregeld werd. Men moest daarvoor twintig trappen naar beneden. Hen andt re trap liep naar de kardoezenbewaar- plaats. Een derde, een vierde naar de verblij ven vpor de marine-artilleristen, die het stuk bedienden; evenals aan boord, sliepen zij in hangmatten. Dit ingewikkelde werk hadden dc Fran schen niet kunnen afbreken, toen zij zich naar de Cötes Lorraines terugtrokken. Alles viel dén JPuitschers in handen. Den 25en Fe bruari nog had het kanon vijftig schoten in de richting van ConfLans gevuurd. Dat ,was Sijn zwanenzang geweest. Den volgenden dag jverd het verlaten. HET ONDERWIJSVRAAGSTUK. „Standaard" schrijft: Blijkbaar ergert men er zich in het Linksehe Salet gedurig aan, dat de partijen van Rechts niet op stel en sprong gereed staan, om, als ze jnaar 't lieve geld voor de school binnenkrijgen, in zake het Kiesrecht zich te laten villen. Let er nu wel op, hoe 't in dit Linksche salet toegaat. Ge vindt daar achteraf achter de fauteuils nog enkele vriendelijke mannen van 't oude slag staan, die grif en gul bereid zijn, pin in zake het onderwijs een eind aan de vroe gere ongerechtigheid te maken, en te erkennen, dat ze Rechts miskend en benadeeld hebben. Maar in de fauteuils zitten thans heel andere gestalten. Eerdmans, Otto, Kappeyne van de Poppello, en wie niet al. En die heeTen redeneeren nu geheel anders. Zij toch komen er voor uit, dat ze nu gelde» lijk, zeer tegen heug en meug, iets aan de pijzondere School zullen toegeven, mits zoo, dat de Openbare School toch altoos regel kan blijven, en er straks weer geheel hoven opkomt. Vandaar dat zij zich, zoo niets ontziend, aan het kiesrecht-probleem vastklemmen. Goed, denken deze heeren, we zullen dan nu beginnen met iets toe te geven, maar alleen op beding, dat 't Algemeene Kiesrecht ons straks onbetwist en onverdeeld tot heer en meester in heel het land make, en dit wel zóó, dat Rechts dan eens en voor goed ridder te voet wordt, en .wij 't in onze macht hebben, om straks aan de mannen van Rechts, die dan machteloos tegen over ons zullen staan, politiek mores te leeren. Een man als Roodhuyzen doet daar niet aan mee. Voor een deel ook Gort van der Linden niet. Maar dat zijn uitzonderingen. De fine fleur van de Radicalen, die de toekomst beheer- sohen willen, denken zoo wel. En hierin nu juist schuilt ook voor de Anti- revolutionnaire partij het maar al te groote ge vaar. Worden we nu door een lief geldbeursje zoet gemaakt, en helpt nu dat lieve geld er aan mede, om door het Algemeen Stemrecht de Radicalen in. de macht te bréngen, dan maken deze heeren zich nu reeds op, om ons straks hun overmacht te doen gevoelen. De Grondwet zullen ze dan voorshands nog wel niet aantasten. O, neen, daar raken en roeren ze dan voorsbands niet aan. Maar die Concept-wetten, die nu staan te komen I Aan die Concepten zal nu alles hangen. Daarin zal alle Staatsmacht gedeponeerd wor den. En die Concept-welten, wacht 't maar af, zullen nu reeds naar Links overhellen. Maar sterker nog, na korte poos zullen ze op de opera tietafel gaan. En is Links dan radioaal baas in. heel 't lpnd, wacht dan maar af, waar 't met uw Bijzondere School heengaat. Om recht zou 'f gaan. Maar dan. moest ook met ons recht finaal kunnen worden afgerekend, evenals zij wen- schen dat 't met hun stemrecht zal gaan. Zooals 't nu staat, daarentegen, eischen ze van ons dat wij hun ten volle wat zij recht noe men, zullen geven. En dan krijgen wij daarvoor slechts half, van wat voor ons 't recht is, in de plaats. Is dit nu een ruil dien men Rechts voetstoots, en wel op 't stuk van beginselen, kan aangaan? Zfj heel, wij half! V r. Kunt u mij ook zeggen of Nederland een eigen telegrafische verbinding met Engeland heeft en zoo ja,waar deze verbindingen bestaan? Antw. Nederland had (zooals u zult weten was zij dezer dagen verbroken) telegrafische ver binding met Engeland door middel van drie kabels, elk van vier draden. Alle deze hebben in Holland hun eindpunt, te Zandvoort; twee er van eindigen in Engeland te Lowestoft en de andere te Denacre bij Lowestoft. V r. Wanneer moet Roode en Witte kool ge zaaid worden Antw. In de laatste helft van April. Met Juni of Juli kunnen zij dan worden uitgeplant. V r. Kunt u mij ook een verklaring geven van „de doos van Pandora", een gangbare uitdruk king? Antw. Pandora is bekend uit de mythologie Pandora, d. i., die door ailen met geschenken be giftigd is, verkreeg van Zeus, heer van het Go denrijk een doos waarin alle ongelukken waren opgesloten. Toen deze doos uit nieuwsgierigheid geopend werd, kwamen daaruit alle rampen en ziekten te voorschijn. Voordat echter ook de Hoop er uit kon ontsnappen sloot Pandora het deksel, en van daar dat te midden van tegenspoeden en ongelukken, den menschen nog de hoop over blijft. Aldus de legende. V r. Van A. L. te H. Antw. Wendt u tot het bureau van consulta tie, dat eiken Vrijdagmiddag, half twee, zitting houdt in het Paleis van Justitie aan de Jans straat, alhier. Consult gratis. U kunt zich ook met uw klacht wenden tot den heer officier van Justitie bij de Arrondissements- Rechtbank al hier. V r. Hoe groot is de verjaringstermijn van cou pons en afiosbare stukken, hier en in het Bui tenland? Antw. Bij ons is de verjaringstermijn voor coupons 5 jaar; voor afiosbare stukken 30 jaar. In het Buitenland gelden verschillende bepalin gen; maar de geldigheidsduur is minstens eenige jaren. V r. "Wat wordt eigenlijk door de wet onder sterken drank verstaan? Antw. De wet geeft geen omschrijving van wat onder sterken drank is te verstaan. In elk bijzonder geval zal door den rechter de vraag, zoo noodig, worden beantwoord. V r. Kunt u mij ook zeggen wie de kosten van begraving draagt van uit zee aangespoelde lijken Antw. Zoo noodig, het rijk. Tot bestrijding van deze kosten mag gebruik worden gemaakt van de bij het lijk gevonden goederen en gelden. V r. Kunnen honden medegenomen worden in den trein als bagage? Antw. Voor honden die men als bagage wenscht te vervoeren, moet de prijs van een enke le reiskaart 3e klasse betaald worden. V r. Wij hadden een loopjongen. Deze werd Maandag ziek en wel in dien aard dat de jon gen voorloopig niet kan werken en wij ons dus van een anderen jongen moesten voorzien. Op hoeveel salaris heeft eerstgenoemde recht? Antw. Op veertien dagen. V r. Ik ben van de Landstorm jaarklasse 1911. Ik ben goedgekeurd, wordt mij nu nog'de vrijheid verleend om naar Amerika te gaan? Zoo ja, tot hoe lang dan nog? Antw. De landstormplichtigen, die op het oogenblik van indiensttreding in Amerika zijn, worden zoolang zij daar vertoeven, nog niet voor den dienst opgeroepen. Vr. Over toeziende voogdij. Antw. De verplichtingen van den toezienden voogd bestaan in het waarnemen der belangen van den minderjarige, wanneer dezelve in strijd zijn met die van den voogd. Hij is op straffe van vergoeding van kosten, schaden en interesten verplicht toe te zien dat de voogd(es) aan zijne (hare) verplichtingen voldoet door het stellen van hypotheek of door dezelve, zoo daartoe ter men bestaan, aan te vullen, welke hypotheek ge stort wordt door den voogd, tot zekerheid van zijn beheer en tot een bedrag, geëvenredigd aan de geldsom onder het beheer van den voogd. Kunt u het niet eens' worden met de voogdes, wendt u dan tot den kantonrechter. V r. Ik ben ingedeeld bij de eerste comp. wiel rijders te Nieuwersluis, militielichting 1916. Wanneer moet ik opkomen Antw. Nog niets van bekend. V r. van L. P. v. D. te N. Antw. Als u weer als landweerman in dienst gaat, wordt de vergoeding door den burgemees ter opnieuw vastgesteld. Ongeteekende vragen worden niet beantwoord. Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Re dactie zich niet aansprakelijk. GELUKKIG VERBODEN 111 Hoerahl Hoerah! het is bereikt De uitvoer, van citroenen. De groote man, die 't heeft bewerkt, Is een ventje om te zoenen. Lang reeds geen eitje meer bij 't brood Het piakkie vleesch wordt dunner En vraag je een plakje vette kaas. Moederlief lacht glunder. ,Ze paait, je bent een lieve vent, Ik zou 't je zoo graag gunnen Maar do halve week is nog pas om En 't huishoudgeld gaat dunnen. Wij leven nog wel niet in nood Al wordt ons kostje kaler, Nog smakelijk is ons oorlogsbrood En 't kost nog lang geen daalder Maar een eitje 1.... zie daar hou ik van Ook vrouwke lief kan ik paaien Met een lekker eitje in de pan, Maar nou is 't voor de haaien. Ze boren ze den kelder in, Ze laten ze uitvoeren Op welke wijze of ze gaan Je kunt er scheel naar loeren. Een zuur gezicht! geen ei op 't brood 1 Het is met recht lauw ioenen. De heeren zeggen in den Haag; Eet nou goedkoop citroenen!! A. F. SCHAARS. DIEFSTALLEN BIJ DE MENAGE. In den loop van dezen winter merkte een der officieren van het oejx^kbataljon der brigade grenadiers en jagers, de le luitenant Sch., dienst doende ais kapitein van piket in de Oranje kazerne te Den Haag op, dat in verschillende soldatenkeukens de porties vleesch bijzonder klein waren. Een onderzoek bracht aan het licht, dat er diefstallen door militairen gepleegd werden ten nadeele van het Rijk en waardoor de manschap pen in hun voeding werden te kort gedaan. Ten gevolge van dat onderzoek heeft de Haag- sche Krijgsraad den milicien der grenadiers, J M. A. R., wegens diefstal van een mergpijp veroordeeld tot 2 maanden gevangenisstraf met aftrek der preventieve hechtenis van 12 Februari tot 15 Maart jl. Bij het getuigenverhoor verklaarde de luite nant Sch., dat hem gebleken was dat er in de keuken waarin beklaagde werkzaam was, veel 'vleesch gestolen moest wezen omdat de porties vleesch zoo klein waren. Hierna stonden terecht A. v. V. en J. v. L., miliciens der grenadiers ~en J- D. P. en K. d. V., miliciens der jagers, a |m werkzaam geweest als kok of bijkok in een der keukens in de Oranje kazerne. Aan allen was ten laste gelegd diefstal van vleesch uit de menage Allen bekenden. In de kist van de eerste bekl. werd gevonden een hoeveelheid van ongeveer 18 K.G. Deze en de tweede bekl, gaven op dat dit vleesch door hen verkocht werd aan een lood gieter in Den Haag, met wien de eerste kennis gemaakt had in een café Zij kregen 40 cent per P°De derde bekl. is in het bezit gevonden van een stukje van een paar kilo. Volgens zijn zeggen wilde hij dit geven aan arme vrouwen, die aan het hek staan om overgeschoten eten te halen. De vierde beklaagde, die eveneens in het bezit bevonden werd van een stuk vleesch vap een paar kilo; gaf op, dat hij het had weggenomen om het aan de arme moecter van een kameraad te geven. Als getuige werd gehoord de le luitenant Sch. Hierbij bleek, dat wegens het onvoldoend hou den van toezicht in de keuken, een onderofficier reeds gedegradeerd was De Krijgsraad veroordeelde den eersten en den tweeden bekl., overeenkomstig den eisch, tot 5 maanden gevangenisstraf, den derden bekl. tot 2 maanden en den vierden tot 3 maanden gevan genisstraf. Verder stond terecht de landweer-infanterist van het depot-bataljon der grenadiers en jagers, J. L. B., aan wien ten laste gelegd was, het voordeel trekken uit de opbrengst van gestolen vleesch, terwijl hij als bijkok dienst deed in de keuken. Hem werd 4 maanden gevangenisstraf opge legd. Van een doodgestoken St. Bcmardshond. Voor dc Vierde Kamer der Rechtbank te Amsterdam stond terecht een 45-jarige kleer maker, wonende op de Heerengracht ho. 277 huis, aldaar wegens het dooden of het mishan delen van eens anders dier, toebehoorende aan zijn buurman, een 49-jarigen diamantbewerker, wenende Heerengracht 307. De eigenaar van het dier, een 3-jarigen St. Bernardshond, stelde zich civiele partij. Hij vroeg een schadevergoeding van 150 voor het dier, dat volgens den veearts een handelswaar de van 300 had. Hij had den hond, toen deze zes weken oud was, voor 45 gekocht. Het dier behaalde, volgens hem, verschillende prijzen op tentoonstellingen. Een heer bood hem er een half jaar geleden 250 voor en op een tentoon stelling in Den Haag wilde men hem er 175 voor geven. Getuige wilde het dier echter niet kwijt.' De beklaagde, die betwistte dat de hond zulk een hooge waarde had als de getuige voorgaf, bekende, dat hij i,n den namiddag van 9 Febr. den hond heeft opgewacht; toen deze door den eigenaar werd uitgelaten. Voor het perceel Heerengracht 371 heeft hij toen zijn dolkmes getrokken en het dier rechts in den buik ge stoken, met het doel het dier te dooden. Be klaagde is daarop naar het politiebureau ge gaan om aangifte te doen. De hond was na het ontvangen van den dolk steek nog een paar meters verder geloopen daarop zakte het dier in elkaar en stierf. Beklaagde vertelde tot deze daad gekomen te zijn, omdat zijn vrouw, tot tweemalen toe door den hond is aangevallen. Hij is eigenaar van een foxterrier, waarop de St. Bernard gebeten was, omdat het dier er herhaaldelijk tegen op gehitst werd. Half Januari 1915, toen beklaag de's vrouw de fox-terrier uitliet, smeet de St. Bernard beklaagde's vrouw tegen den -grond, zoodat haar lichaam bont en blauw zag, en ook ontving ze bij die gelegenheid een beet in de knie. De fox-terrier werd ook aangevallen en kreeg verschillende beten in het lichaam. Be klaagde is daarop bij de politie in de Molsteeg gaan klagen. Niettemin werd de hond later door het dienstmeisje van den eigenaar herhaaldelijk langs beklaagde's woning geleid, en hij de deur hitste het dienstmeisje den hond dan tegen den fox-terrier op. Beklaagde heeft daarop den eigenaar van dén. St. ÏJernard aangesproken en "hem g-ezegd. dat als zijn vrouw weer door den hond zou worden aangevallen, bij het dier zou dooden. Eenige maanden heeft bëidaagde toen geen last meer van het dier gehad, maar op 5 Februari werd beklaagde's vrouw weder- om door den St. Bernard aangevallen. Hij hooide zijn vrouw vreeselijk gillen en buiten gekomen, zag hij zijn vrouw op den grond liggen en den St. Bernard op haar. Bekl. sleurde toen den hond, dien hij bij de keel greep, van het lichaam van zijn vrouw af, sleepte het dier naar den walkant en wierp het in het water. De politie heeft daarop verordend, dat de St. Bernard niet meer los mocht loopen. Toch kwam de hond weer los langs beklaag de's woning. In wanhoop, om het leven van zijn vrouw te beveiligen, heeft hij toen den hond doodgestoken. De diamantbewerker, eigenaar van den St. Bernard, schilderde het dier af als een speelsch, zacht moedig dier. Als het den foxterrier, een vreeselijken keffer, zag, ging het er op af, wat honden eigen is, niet om het diertje kwaad te doen, doch uit speelschhéid. Daarover ontstond het spektakel. En eens voegde beklaagde hem toe; „als je weer voorbij komt met den hond, steek ik den hond dood en jou er bij." „Ik zal loopen waar ik wil," had getuige daarop ge antwoord. Getuige heeft geen aangifte gedaan van het feit, dat beklaagde zijn hond in het water gooide, omdat het dier geen letsel gekregen had. Muilbanden hoefde getuige den St. Ber nard niet, omdat het dier veel te zachtzinnig was. Getuige ontkent, dat hij of zijn personeel den St; Bernard opgehitst hebben. .Zes getuigen decharge werden gehoord. Zij bevestigden in hoofdzaak de lezing die hé* klaagde van het voorgevallene gaf. Het O. M., mr. Jorrisen, achtte de feiten be wezen en ook strafbaar. Noodweer is hier bui tengesloten. Toch acht spreker het begrijpelijk, dat beklaagde in een toestand van zenuwachtig heid geraakte en, geen kans ziende om van den hond af te komen, tot de gewelddaad overging. Beklaagde is echter z. i. strafbaar. Eisch: 1 boete of één dag hechtenis. Centrale Politieke Propagandabond. Bovengenoemde bond hield gisterenavond in het gebouw der K. S. A. aiiuer, eene alge. meene vergadering, ten einde de verschillende punten, welke op de vorige vergadering bleven liggen, af te werken. Uit de mededeelingen bleek dat de heeren Mr. Bomans, F. Schiphorst en J. Boden- staff zich bereid hadden verklaard in de Pers- Commissie zitting te nemen. Bericht tot definitieve aansluiting by den Bond was ontvangen van de Propagandaclubs te Haarlemmerliede, Schoten, Uitgeest, Sant poort. Heemskerk, Bloemendaal en Beverwijk. Talrijke opgaven werden nog dezer dagen verwacht. Uit een schrijven van mr. Bomans vernamen we dat een goed propagandisten-vriend een be drag van 25 beschikbaar stelde voor de Pers- Commissie, 5 voor den Bond en 15 voor de Propagandaclub te Schoten, welke mededeeling met groote ingenomenheid werd ontvangen. Ook de afd. Schoten stelde 10 beschikbaar, zoodat, wat het financieele betreft de Bond een goed begin heeft. Als bestuursleden werden gekozen, de heeren: W. J. Knape, voorzitter; W. H. Dubelaar, secretaris: J. v. Zutphen, le penningmeester, C. J. Alders, 2e secretaris en O. J. Miermnns, 2e penningmeester. f,adat de nieuw gekozen voor zitter namens het bestuur den kraehtigen steun van alle aangesloten afdeelingen heeft ingeroe pen, besprak hij de noodzakelijkheid van een periodiek propagandablad, waaromtrent te* gelegener tijd, de meening der afdeelingen zal gevraagd worden. De heer Miermans werd als toegevoegd lid dei Pers-Commissie aangewezen, terwijl het be stuur der Centrale Kiesvereeniging zal worden uitgenoodigd eveneens een lid daarin te benoe men. Nadat de vergadering het bestuur had ge machtigd in overleg met de Centrale een pro gram van actie samen te stellen, sloot de voor zitter deze vruchtbare vergadering op de ge bruikelijke wijze. Do Boerenleenbank. Op de vergadering der Coöperatieve Boerenleenbank bleek.dat de omzet bedroeg f 564969.55 en de winst' f 354.27. In liet reservefonds gestprt, zal de winst het fonds doen stijgen totf 1658.75. Vorig jaar steeg de schuld bij de Centrale einde April tot f 661O0, dit jaar bereikt© het tegoed begin Nov. f 113600. Aan depo i o's werd ontvangen f 184666 o6, terugbetaald f 111047.32. Op 31 December in depot f 141708.07. Aan voorschotten i* in 1915 verstrekt f 44300, afgelost f 55885, Op 31 December uitstaande f 41330. In Re kening Courant ontvangen van leden de som van f 119997.17., van de Centrale Bank f 182864.87i/a. In Rek. Courant uitgegeven aan de leden f 129142.11, aan Centrale Bank f397604.57. Op 31 Pee. tegoed in Rekening Courant van leden f 30735.61, van Centrale Bank f 75674.30. Op 31 December schuld in Re kening Courant aan leden f 11665.51. De rekening en verantwoording werd goedgekeurd. Als bestuurslid werd geto^i» de heer A. Grootes te Sckagen. Marktoverzicht, Alweer een groote aan voer van slachtvee. Voor het fonds noteer den wij 180 stuks. Met een willige markt liepen de prijzen tot 55 cent. Wij hadden reeds voor den lieer J. Blaauboer, Barain» gerhorn, een prijs van f 440 opgeschreven, toen hij geslagen werd door den heer J. Stammes, Nieuwe Niedorp, met twee koelen van f 450 en f 460. Baas boven baas. De flinke laag geldekoeien, waarvan me nig exemplaar onder de vette is verdwaald/ getuigde, dat de maand der groote voor- jaarsmarkteu nabij is. Melk- en kalfkoeiea, ook met toenemonden aanvoer, waren trek kend. Nuchtere kalveren,met vluggen handeL liepen tot f 35. Overhouders worden bij den dag duurder. Voor de beste kwaliteit werd f 52 betaald; een reuzenprijs. Vette varkens waren het opnemen niet waard. Biggen, wil lig, met een weekprijs van f 1.90—2.40. Eie ren, trots den grooten aanvoer, waren vlug met een prijsverhooging tot 8 cent. Bote* 10 cent lager. Percy Walford dronk langzaam zijn glas /uit ten einde tijd te winnen om te overleggey. Hij was er thans van overtuigd, dat hij een ■belangrijk geheim omtrent Lionel op het spoor was gekomen. Zijn hart klopte zoo vroo. lü'k, alsof zijn rijke oom en zijn talrijke nerven eri nichten plotseling het tijdelijke met het eeuwige verwisseld en hem tot hun eenigen erfgenaam hadden gemaakt. Maar hoe zou hij op de beste wijze van de ontdekking partij trekken? Dat was de vraag. „Wanneer ik deze vrouw vertel, wat ik weet, zal zij natuurlijk direct naar hem toe gaan om haar rechten te doen gelden en Ha milton zal haar voor de keuze stellen, of zich zelf en hem te ruineeren, of met een som gelds naar Amerika terug te keeren," dacht /Walford, die van de menschen in 't algemeen al te hooge gedachten had. „Daartoe mag het niet komen." In de volgende seconde stond' zijn besluit vast. Met de belangen der actrice hield dit besluit in bet minst geen rekening. .Misschien is hij de rechte, misschien ook niet." zei hij. „Ik had er geen vermoeden van, dat mijn vriend getrouwd was. Ik stel belang in u miss en ik wil n gaarne helpen, als Ik kan. Ia zal trachten inlichtingen te he komen en wanneer mijn vriend werkelijk nw tochtgenoot is zal ik u direct daarvan op de hoogte stellen. Hoe is uw adres?" „Op dit oogenblik woon ik in Balham. Het is een ellendige negerij, maar men moet zui nig zijn! Ik heb een engagement, aangegaan met een theater aldaar en was juist op weg daarheen." Onwillekeurig was hun gesprek op fluis terenden toon gevoerd. De overigen schert sten en lachten en bekommerden zich niet om het intieme onderhoud, dat miss Bolero met den vreemden heer scheen te hebben. „Ik zal u niet langer dan noodig is in on zekerheid laten," beloofde Walford. .Mis schien zult u reeds morgen van mij hooren. U hebt misschien uw doopceel hij de hand? U zond daar nuttig gebruik van kunnen ma ken." „Heeft hij zich dan met zijn familie ver zoend?" vroeg miss Bolero belangstellend. „Wie zijn bloedverwanten? Vertel eens iets van hen." Dit paste echter niet in het plan van Wal ford. Hij zelf wilde de hom in het vijandelijk kamp slingeren. „Ja, hij verblijft hij zijn familie en heeft een prachtige positie," antwoordde hij ont wijkend. „Maar per slot van rekening weten we toch nog niet, of hij werkelijk uw echt genoot is. In nw plaats zou ik me nog maar geen illusie's maken. Op dit oogen stond de andere actrice op. Zij had een afspraak in öharing Oross en miss Bolero zou haar vergezellen. Bij deze scheen tengevolge van Percy's laatste woor den de twüfel te ontwaken. „U zal hem toch niet voor mij waarschu wen, niet waar?" vroeg z'i- „Gij, mannen, trekt altijd één lijn." „U kan er van verzekerd zijn, dat ik Mets zal doen, dat tegen uwe belangen kan zijn," verzekerde de huichelaar. Innerlijk lachend nam Percy eenige oogen- blikken later in een auto naar het station. Hij voelde een boosaardige vreugde in zich, als hij dacht aan bet ordinaire voorkomen van miss Bolero, haar opzichtig toilet, haar luide stem, haar taliooze vergrijpen tegen de wellevendheid gedurende het half uur, waar in hij met haar had gesproken. Welk eer prachtige schoondoo bter voor den ouden trotskop sir Elliot! WeJk een slag voor Au- ny,'dat hoogmoedige, fijn beschaafde meisje, wanneer zij ontdekte, dat een tooneelspeel- ster van den vierden rang vóór haar reeds het hart van den mooien kleinzoon vero verd had! Hoe zoet zou de wrake zijn! In het voor gevoel van geluk zulk een sensationeel nieuwtje naar Vendover Hall te kunnen brengen, vergat hij zijn geldelijke zorgen. Nog heden wilde hij de hom doen springen 1 Toen de trein hem aan het kleine, lande lijke station had gebracht, begaf hij zich di rect op weg naar het huiten van sir Elliot. Het was een meevallertje, dat zich niemand in den tuin voor het huis bevond, want nu kon hij onbemerkt het huis bereiken. „Tk sir Elliot thuis?" yroeg hij aan den huisknecht, die opende en toen deze bevesti gend antwoordde, ging hij voort: „Wil u hem zeggen, dat ik hem voor een gewiehtigeaan- gelegenbeid even zou willen spreken! „Jawel, meneer." De huisknecht bracht hem in een klein sa lon en Percy liep glimlachend heen en weer, in gedachten nog eenmaal zijn toespraak repeteerend. Lang behoefde hij niet te wach ten. Met een waardige uitdrukking op het gelaat trad sir Elliot binnen. „Waaraan dank ik de eer, meneer Wal ford?" 4 v Walford keek hem met zijn zuur-zioet glim lachje brutaal in "de oogen. „Ik dank u voor dit hoffelijke woord, me neer, want ik weet, dat het u moeite heeft gekost. Ik heb helaas het ongeluk gehad u te beleedigen, maar de afkeer is' niet weder- keerig, ik ben in tegendeel bezield met de beste gevoelens jegens n. Ik hoorde vandaag toevallig iets, dat u bijzonder moet mteres- seeren en ik houd het voor mijn dure plicht u daarmee in kennis te stellen, hoezeer mü zulks ook tegen de borst stuit. Hij hield een oogenblik op om nog meer gewicht te verleenen aan zijn woorden Eir Elliot verbrak echter spoedig het zwijgen en viel in scherpen toon uit: „Wat moet die lange inleiding beteekenen, meneer? Ik be grijp n heelemaal niet." Nu hief Percy het hoofd zoo hoog moge lijk op en zei op plechtigen toon: „Meneer Hamilton, uw kleinzoon Lionel is een getrouwd man." Dit onverwachte antwoord had dezelfde uitwerking op sir Elliot aks een hevige vuist slag zon hebben gehad. Zijn gezicht werd donkerrood, de aderen aan zijn slapen zwol len en zijn vuisten balden zich. „Dat is ©en leugen," riep hij uit, „een boosaardige leugen, door u uitgedacht in uw eigen belang. Ik geloof er geen woord van. ZESTIENDE HOOFDSTUK. Zelfs Percy Walford hield er niet van zich een leugenaar te hooren noemen. Het glim lachje op zijn aangezicht verdween. Dan, hy was een weinig voorbereid op dezen uitval, want van te voren had hij er zich van ver zekerd gehouden, dat sir Elliot de zaak niet onverschillig zou opnemen. Dat zou zelfs heelemaal niet naar Perey's zin zijn geweest Bovendien was hij zoo zeker van zijn zaak, dat hij kalm kon blijven. „Het is dan van zelf sprekend, dat n myn woorden niet zoo maar aanneemt," zeide bü gelaten, „ik rekende daarop. Ik kan u ®v®®£ wel zeggen, dat hij voor vijf jaren werkelyk getrouwd is in Amerika en dat hij eenige maanden weer scheidde en wei te ban Francis,»." fWordt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1916 | | pagina 10