«SE IttlL. tllUIT lit lUKIt tlFKlUl K i. MUSSEN, DE OORLOG oorlogsatxerlei HOND DE LITURGIE lijn alscheidsgroet aan Holland i fCüKPETYEH Anenasisi, hoek Warmoesstraat. FEUILLETON i Zaterdag 15 April Derde Blad Nu ik tot mijn leedwezen ga vertrekken uit Nederland, om in Engeland, in Italië, in Zwit serland en in Frankrijk mijne zending voort te zetten voor den maaischappelijken triomf van jfzus' Heilig Hart, ben ik aan het Hoogwaardig Episcopaat, de geestelijkheid en de Katholieken 'an Nederland een woord van hartelijken dauk -chuldig, dat tevens is een daad van rechtvaar diging, ik was een onbekende, de vreemde Missionaris uit een ver land van Amerika's Zuiden, die in Nederland kwam om in een vreemde taal het koningschap van het H. Hart in de Huisgezin nen te prediken dat in een georganiseerde oewe- vervulling is Vciu fllle beloften coor het Heilig Hart zelt gedaan aan de gelukzalige Mar^areina Maria te Paray-le-Monial. Ik kwam, vooringenomen tegen het tand dat ik ging bezoeken, doordat men het mij had afgeschilderd als in den grond onverschillig, apathisch, en koud. En zieaaar: dit land „zoo koud als ijs", komt in beweging, in de grootste zalen der grootste steuen van Holland is er geen plaats genoeg voor de talloozen die komen luisteren, niet naar een vermaarde muziekuitvoering, niet naar een beroemd tooneelspeler, maar alleen om te hooren spreken met liefde van den Koning der "efde; ce Hollandsche Katholieken, die men pathisch noemde, en koud en onverschillig voor 'Vr1 geestelijke, komen in actie: het is als een vlam ,dle triemfeerend uitslaat: het is even wonder baarlijk als het z.g ürieksche vuur dat onder water brandt! En overal wordt eenstemmig het Hosanna gezongen door talrijke priesters en ontelbare geloovigen: in Amsterdam en den Haag, in'Rotterdam in Tilburg, in Maastricht en 's-Hertogenbosch.' in Haarlem, in Venlo, in Breda en in Nijmegen- overal die geweldige ontroering, die huivering van brandend geloof en gloeiende liefde, die de hoorders doet ontroe ren wanneer zij den oproep hooren: „Daar is Uw Koning. Hij moet heerschen.Uw Rijk kome!" Ik zal het mij ten plicht achten, wanneer ik straks in den vreemde dit tafereel van onver- v getelijke scnoonheid dat ik nu twee maanden voor oogen heb gehad, als een bewonderenswaar dig voorbeeld van diep en ernstig godsdienstig 'even zal voorhouden, ervan te gewagen hoe ge lukkig ik in Holland s wezen ben bedrogen ge worden en welke prachtige verrassing mij hier is bereid!. En ik maak mij over dezen heerlijken liefde drang die een nationale betooging lijkt, geen fchijn van illusies: niet voor mij waren deze ^thousiaste toejuichingen, o neen, maar voor •iem Wien ik predikte in die groote zalen, in die huisgezinnen die mij ontvingen, en in die kerken: dat. Hosanna klonk voor Hem, Wiens Hart al het hart van Holland gewonnen heeft; die schitterende en groote victorie is de victorie van Zijn Koningschap over Zijn welbemind volk, ever Nederland, zoo dierbaar aan Zijn Hart. Later zal ik in den vreemde, in alle kalmte, too stel ik mij voor, in eenige artikelen een studie oubliceeren over den godsdienstigen geest en de katholieke actie in Nederland, volgens notities cn juiste gegevens die ik op mijn apostolische tochten in dit land heb genomen en verkregen: in deze enkele regels is dat onmogelijk. Doch alvorens dit artikel te eindigen, waarvan het eenige doel is al mijn oprechté bewondering uit te spreken voor de katholieken van Nederland, moet ik in het kort een opmerking maken van gewicht. In deze groote beweging tot het H. Hart van Jezus door den Kruistocht van Zijn Intronisatie in de huisgezinnen zijn er drie factoren die ter kostelijke leering in het publiek wel eens mogen worden aangewezen. Vooreerst de invloed der Katholieke Pers, die i haar groote plicht van het Apostolaat zoo voor- treffelijk heeft begrepen en met een geestdrift, coven mijn lof verheven, heeft weten te vervullen. Uwe journalisten zijn werkelijk de eerste, wakkere „Kruisvaarders" geweest die het beloofde land van Nederland door bet Hart van Jezus hebben veroverd. Hun duizendmaal dank! De tweede factor is geweest de Nederlandsche clerus, uwe priesters. Een land heeft zulke pries ters als het verdient te hebben. Welnu, ik durf het volmondig zeggen dat de Nederlandsche priesters de bloem zijn van den Europeeschen clerus. Ik heb hen van dichtbij gezien, bij hun werk en in de intimiteit van hun kerken, ik heb hen gezien aan het altaar en op- den kansel der waarheid.En ik heb uitgeroepen: „Gelukkig Yan Nederland, uw gewelf wordt ge- door het Katholieke huisgèzin en door de GROOTSTE SORTEERInq LAAGSTE PRIJZEN. 5014Adv- „H. Eucharistie, die twee groote bronnen van het „goddelijk leven in de wereld en in de Kerk; gij „hebt herders, priesters, die iu den letterlijken „zin des woords bewonderenswaardige Levieten „zijn, even eenvoudig en waardig als geleerd, „even vol toewijding als ze gesticht zijn door „bovennatuurlijke genade!" Een volk dat bogen kau op zulk een clerus, is een uitverkoren volk„Zóó heeft God niet aan ieder volk gedaan!" en zoolang uw volk dezen grooten schat heeft, kan het niet omkomen, noch door koude, noch door honger En eindelijk: deze groote overwinning van de Intronisatie van het H. Hart, die op dit oogen- blik een duidelijk feit is in Nederland, is nog mede veroorzaakt door een anderen factor, krachtiger en beslissender dan de beide genoem de: zij is een geheel bovennatuurlijk werk, de practische en tastbare verwerkelijking van het Evangelie van barmhartigheid, dat te Paray-le- Monial is geopenbaard. Jezus Zélf heeft op besliste wijze verzekerd aan de gelukzalige Mar- garetha Maria: „Ik zal regeeren door de almacht van Mijn Hart, trots Satan en de wereld, als men maar gelooft aan Mijne liefde!" De apos telen der goede Pers, de priesters en de geloo vigen zijn op hun knieën gezonken voor wat Leo XIII noemde „het nieuwe Labarum van het Hart van Jezus" en zij hebben uitgeroepen: „Ja Heer, wij-geloovenKoning, wees gegroet Gij zijt de Heer!" Na zulk een acte van geloof moest wel volgens de goddelijke wet de heilige overwinning volgen, die de Katholiciteit van Nederland nu zelve constateert met bescheiden verwondering en heerlijke christelijke vreugde. Ik vertrek met droefheid, want een apostel ver laat niet zonder spijt een arbeidsveld zoo vrucht baar als dat van Nederland. Maar ik hoop eens terug te komen in dit schoone „koude" land, waarvan de oogenschijn- lijke koelheid slechts is groote ernst, welks bran dend geloof en brandende liefde mij met even veel oprechtheid als bewondering doen uitroe pen: Nederland is éénig! Ziedaar dan ook in één zinnetje het troostrijke verslag, dat ik weldra aan Zijne Heiligheid den Paus zal uitbrengen, p. MATEO CRAWLEY-BOEVEY, SS. CC. Alg. Directeur der Intronisatie. P.S. Terwijl ik hartelijk dank zeg aan de ZeerEerw. Heeren Geestelijken en aan de leden der verschillende Congregaties, die terecht het werk der Intronisatie als een kostbaar goed be schouwen, voor hunne medewerking en hun geest drift, moet ik tevens mijn broederlijken dank brengen aan mijn beminde medebroeders, de Paters der H.H. Harten, van Grave, die reeds zoo ernstig bezig warer. het koningschap van het H. Hart in de huisgezinnen te vestigen. Aan hen, en in het bizonder aan den volijverigen ZeeTEerw. Pater Joachim te Ginneken, die tot Directeur van het Werk der Intronisatie is be noemd, mijn groote dank Meerssen, April 1916. HET ENGELSCHE OOR DEEL OVER DE MACHT TER ZEE. VERSPREIDE BERICHTEN de eerste bom. CCCIV. BISSCHOPSWIJDING. ZALVING VAN- HET HOOFD. In liet Oude Testament werden den priesters slcehts de duimen der handen gezalfd, doch den hoogepriesters daarenboven, evenals den koning, het hoofd. Ook de profeten ontvingen zulk een zalving. Daarom heette de goddelijke Verlosser, Die de waardigheid en de genade van liooge- priester, Koning en proleet iu den hoogsten graad bezatChristus, d. i. de Oezulfde bij uit nemend luid. Welnu, ook de bisschop is niet slechts priester, maar opperpriester, heelt daar enboven als geestelijk koning gezag over het volk, hem toevertrouwd, is eindelijk profeet of leetaar, op wien de H. Geest is nedergedaald, evenals op Hem. Die bij lsaïas spreekt: „De geest des Heeren rust op Mij, daarom heeft Hij rriij gezalfd: om aan armen liet Evangelie te prediken, heeft Hij mij gezonden, om te genezen, die vermorzeld zijn van harte!" Derhalve be- Liamt het, dat ook den bisschop bij zijne wijding het hoofd worde gezalfd. Nadat dan uit eerbied voor het II. Chrisma het hoofd des wijdeiings met een linnen doek is omwonden, bidt de Wijder, terwijl hij diens kruin geheel en ai zalft: „Worde uw hoofu gezalfd en gewijd met hemelsche zegening In den naam des f Vaders en des t Zoons en des Heiligen f Geestes. Amen. De vrede zij met u Eu met uwen geest!" Als de Wijder vervolgens zijn handen heeft gereinigd, staat hij wederom op van zijn zetei, legt gelijk bij iedei volgend gebed dat recht streeks tot God gericht wordt den mijter af en bidt andermaal, dat dc uitwerkselen door de zalving beteekend op den wijdeling mogen ueder- dalen, dat God hem in nederigheid en oprecht heid doe wandelen voor Zijn aanschijn, hem den schuldenaar doe worden van wijzen en oiiver- standigen, opdat hij vrucht moge' inoogstcn van aller voortgang. Daarna heft de Wijder aan en liet koor vervolgt: „Zalve- uitgegoten op het hoofd, zalve, die nedervloeit op den baard, dec baard van Aaron, die nedervloeit op den boord van.zijn gewaad." Na deze antiphoon volgt de 132e Psalm, terwijl na ieder vers de antiphoon wordt herhaald: „O hoe goed en aangenaam is het ols broeders te zamen wonenHet is gelijk zalve uitgego ten op het hoofd, die nedervloeit op den baiud, den baard van Aaron, die nedervloeit op den' boord vau zijn gewaad Het is gelijk de dauw vau (den berg) Hermoa. die nederdaalt op Sion's heuvel (Jeruzalem). Want daar schenkt de Heer Zijn zegen en leven tot in eeuwigheid!" In dezen beurtzang herdenkt de Kerk dank baar den overvloedigen zegen, welke zoo even op het hoofd des nieuwen Aarons is uitgestort en nedervloeit tot op zijue kleederen, d. i. die van het hoofd den bisschop afdruipt op pries ters en geloovigen. Tevens schildert deze psaltn op dichterlijke wijze de vreugde, welke den leden en den hoofden der Kerk is bereid, wanneer zij in vrede en liefde als broeders santen wonen. Want de olie op het hoofd beteekent, volgens den H. Gregorius, de liefde in de ziel, waardoor men niet alleen God bemint, doch ook den naaste gelijk zichzelf. 28) Misschien was deze <lag nog zwaarder 'ooi den ouden man dan voor Anny, die nog overtuigd was van. Lionel's onschuld, ter wijl hij niets had om zich te troosten. O, hoe had hij vroeger tot God gebeden, dat de kleinzoon terug mocht komen, iiij mocht dan wezen, wie het ook zijn zou. Een huichelaar, een ellendeling, een moordenaar misschien, wiens smaad mis schien door ieder blad van Groot Brittanje open baar gemaakt zou worden! En hoezeer beminde hij hem, dien schoonen, tieren kleinzoon! Welk een trotsche plannen had hij ontworpen voor hem cn voor zijne kinderenWas Lionel aan een ziekte gestorven, was hij als soldaat op het slagveld gevallen, het zou niet half zoo verschrikkelijk geweest zijn, als nu. Met vreugde zou hij zijn groot vermogen er «an gegeven, en in zijn oude dagen nooddruft geleden hebben, wanneer hij Anny s standvasiig geloof in Lionel's onschuld had kunnen deelen. TWEE-EN-TWINTIGSTE HOOFDSTUK. De rechtzaal was bereids tjokvol toen sir Elliot en Anny binnen kwamen. Het geval had natuur lijk in de gansche, omgeving groote sensatie ge wekt en zelfs uit Londen waren tal van nieuws gierigen aanwezig. Ook Mary Davenport was met haar vader en haar verioofde verschenen en natuurlijk ook Percy Walford, die, de onafschei delijke bloem in het knoopsgat, met zichtbaar welbehagen plaats nam. toen Annys oog toe vallig op hem viel, wendde zij haar blik snel af, terwijl Walford met een ironisch lachje zijn snor opstreek. Anny en sir Elliot waren natuurlijk het mid delpunt van aller belangstelling toen zij plaats namen op de stoelen, die mr. Rymer voor hen gereserveerd had. De meeste aanwezigen ken den hen, velen waren zelfs intieme bekenden of vrienden, ledereen wist, dat het donker- gekleede meisje de bruid van den beschuldigde was en menigeen richtte zijn oogen met deel neming op haar doodsbleek aangezicht. Lenige minuten later werd de beschuldigde binnen gevoerd. Waarschijnlijk had nooit te voren zulk een beeldschoone man op deze plaats voor dén rechter gesiaan. Zelfs de laatste slape- looze nacht had zijn edele trekken niet kunnen misvormen. Zijn verschijning maakte éen zicht baren indruk op het pubuek. Anny zag, hoe zijne oogen in de zaal naar iets zeehien, totdat zij op haar bleven rusten en zij wisselaen een langen blik vol liefde en vertrouwen. Dar wendde de jonge man het hoofd af. Zijn houding was kalm en zelfbewust. De zitting begon. Hpc ongelooflijk kwam het Anfly voor, dat het werkelijk Lionel, haar brui degom was, die daar terecht stond op beschul diging van'een ontzettende misdaad. Hoe lang zij dezen dag ook had zien aankomen, toch kon zij zich thans de werkelijkheid niet indenken. Iedereen had haar voorspeld, dat het bijwonen der zitting een marteling voor haar zou zijn, maar zij vond liet tfog erger, dan zij gevreesd had. Angstig en toch begeerig, luisterde zij naar ieder woord, menigmaal brak het zweet haar uit alle poriën/maar dan weer, wanneer een woord ten gunste van Lionel gezegd werd, haalde zij verruimd adem. De meest belangwekkende getuige was Percy Walford. Kalm en gelaten stond hij op, toen hij aan de beurt was, maar deze rust was slechts voorgewend. Het uur der afrekening was geko men thans wilde hij Lionel met rente den slag in 't aangezicht terug betalen en wilde hij met volle teugen genieten van zijn wraak. Hij vertelde Je geschiedeuis vau zijn ontmoeting aan liet si rand met de vermoorde dame en gaf daarna antwoord op enkele vragen door oen president aan hem gericht. „Zei de vrouw, aat hét huwelijk iu Chicago voltrokken werd?" „Ja, edelachtbare." „Gaf zij ook een beschrijving van haar echt genoot?" Dit was een gewichtige vraag en onder het publiek ontstond eenige beweging. Anny hield den adetn in. De beschuldigde vestigde ziju blauwe oogen strak op den getuige, alsof hij zeggen wilde: „Lieg, als je durft." Walford hield den blik uit. Hij ging op den- zeifden onverschilligen toon voort, terwijl een nauw merkbaar glimlachje om zijn lippen speelde. „Jawel. Zij beschreef hem als een knappen, grooten man met blond haar en blauwe oogen, ongeveer 26 jaren oud." Anny's gezicht werd uog bleekcr, terwijl sir Elliot het hoofd boog. „Ik dank u," zei de rechter, zeer bevredigd, dat iiij een wezenlijk punt vastgesteld had. Maar thans stond Lionel's verdediger Ingram op, een verstandig uitziend oud lieer niet een haviksneus en schitterende oogen." „Er waren nog andere menschen, die met u aten?" vroeg hij aan Walford. „Dat is zoo." „Hebben zij eveneens gehoord, wat dc vrouw zeide?" „Dat kan ik niet zeggen. Zij waren met elkan der in gesprek." Ingram wendde zich nu tot den rechter. „Edelachtbare, ik zal deze getuigen voor en na hier laten komen om te bewijzen, dat zij niets hoorden van dc beschrijving, die de ver moorde vrouw gaf van haar echtgenoot. Nog een andere yraag, getuige. U zeide, dat de ver moorde vrouw haar echtgenoot beschreef als een blonden, blauwoogigen, knappen man. Zou deze onbepaalde beschrijving niet op een dozijn onder iedere twintig jonge Engelséhen passen, die men op een wandeling iu Piccadilly of Pall-Mall ontmoet „Dat kan ik niet zeggen," antwoordde Wal ford brutaal. „Ik heb op dit punt geen statis tieke gegevens. Het lijkt tne echter toe, dat uw conclusie een merkwaardige samenloop van om standig heden voorop zet." Dit was de eerste onvoorzichtige opmerking, die aan Walford ontviel. Zij verried ziju stem ming en ontnam aan zijn woorden haar waarde. „Heeren gezworenen," zeide Jngram snel, „deze getuige is vooringenomen tegen den be schuldigde een persoonlijke aangelegenheid, die met een dame in verabnd staat, naar ik meen. ik laat het aan uw gevoel van gerechtigheid zijn woorden op hun juiste waarde te schatten." De volgende getuige was de oude huiskncch! van sir Elliot, die met een zwaar hart zijn ver klaringen deed. „Ik bevond mij toevallig in de vestibule om zeven uur iu den avond, die aan den ntoord-' nacht voorafging, en zag meneer Hamilton mei ziju bruid spreken. Meneer Hamilton had ziju overjas aan en den hoed in de hand en ik hoorde, dat hij den eerstvolgenden trein naaf Londen nemen wilde en niet blijven kon tot na het diner. De jonge dame wilde hem niet laten gaan, maar hij zei, dat hij naar Londeï moest." (Wordt vervolgd.) r I. 1 j „Overwinningen te land kunnen slechts wei nig tót de overwinning van een grooten oorlog bijdragen, tenzij daarnaast de macht ter zee staat". Deze meening wordt door een medewor- •werker van de „New-York Tribune" geuit in een artikel in dat blad, waarin hy o.a. zegt: „De Engelsche zee-strijdmacht heeft den oor log, wat de zee betreft, in de eerste dagen van den strijd gewonnen en dat, zonder dat er een gevecht heeft plaats gehad. Door de oorlogsverklaring was Duitsehland een geïsoleerde natie geworden, tenminste wat de zee-grenzen aangaat, die aan de Oost-zee uitgezonderd. Zijn handelsvloot was als van do zee weggevaagd of in de neutrale havens geïn terneerd. Bijna onmiddellijk nadat de eerste oorlogskreet weerklonken had, waren Bremen en Hamburg verlamd en zij zijn het nu nog. Admiraal von Spee's-eskader werd na zijn eerste succes (het grootste ih Duitsehland's geschie denis als zeemogendheid) vernietigd. Alle oceanen waren open voor de handelsvloten der geallieerden, maar gesloten voor die van Duitsehland. Dank züEngelancl's macht ter zee konden honderdduizenden soldaten van Engeland en zijne -koloniën naar Frankrijk worden overge bracht. Engelsche versterkingen van 'n millioen man hebben er toe bijgedragen om bet wo3telijk front onwrikbaar te maken en alle hoop op eene beslissing in den landoorlog daar to ver ijdelen. Het was de macht ter zee, die het onvoorbe reide Engeland en het gedeeltelijk niet gereede Frankrijk in staat gesteld heeft om de geheele industrieele organisatie der neutrale landen, vooral die van Amerika te gebruiken om legers te bewapenen, zo van munitie en voorraden te voorzien op eene schaal als waarop Engeland en rank rijk zelf dat nooit hadden kunnen doen. De helft van het voordeel, dat Duitsehland door zijne betere voorbereiding llad, werd wegge vaagd toen de Engelsche vloot bet mogelijk maakte öm Amerika tot dé werkplaats en voor raadschuur der geallieerden te maken. Ondanks al de sensationeel© successen der duikbooten der Duitchers, hebben die haar doel niet bereikt. Zij hebben Engeland niet kunnen isoleeren of uithongeren. De onderzeeër bestaat niet meer als wapen in de nauwe wateren, die de Engelsche kusten omspoelen. In de Noord zee is zijn rol uitgespeeld on de sporadische gevallen van succes in de Middelandsehe Zee worden steeds minder talrijk. (1!) Wat de oorlogsvloten betreft: in do enge zee tusschen de Firth of Forth en het Kiel-kanaal liggen de beide groote slagvloten elkander to bewaken, maar de Duitsehe vloot is te hopeloos zwak om buitengaats te komen; zij is in het nauw gedreven, opgesloten en belegerd. Zij kan wel naar buiten komen, evenals Cervera's vloot bjj Santiago, maar dan wacht haar hetzelfde lot." En de Engelsche vloot f Het aftreden van minister Dragoemis. Het aftreden van den Griekschen mini» .er van financiën, Dragoemis, zal zonder politieke gevlogen zijn, seint de Atheensche correspondent van do „Berliner Lokalanzeiger." De crisis is reeds den llen April bezworen doordat Bhallis de portefeuille voor financiën overnam en mr. Hadjiako» in zijn plaats als minister van justitie word benoemd. Volgens dozen dagblad-correspondent zijn alle berichten uit de kringen der Entente over de moeilijke positie der regeering, die naar men daar ver wacht tot een groote nieuwe crisis zal leiden, volstrekt onjuist. Hij zegt dit uit officieele bron te weten. Do regoering wil zich bij het ver vullen van haar taak, die daarin bestaat de Grieksche neutraliteit m6t de grootste stellig heid en ten koste van de zwaarste offers te handhaven, niet laten beinvlooden door de kui perijen der Lu ten te-regeeringen, die haar op financieel gebied moeilijkheden in den weg trachten te leggen. Aldus deze correspondent: Uit zijn telergam zou men dus kunnen opmaken dat Dragoemis' aftreden een gevolg js gewoest van financieele moeilijkheden tüsschen Griekenland en de En tente. n Hugo de Groot noodig? Den lOden April, dus j.l. Maandag, was het 333 jaar geleden dat Hugo de Groot te Delft werd geboren. Do „Times" had er een artikel over. Daarin heet het vooroert: „Aan vaders zijde van Fransche afkomst zijnde, had hij zijn nauwkeurigen geest en zijn ruimhartige belang stelling in de monscliheid grootendeels uit de Fransche traditie." En verder heet hot, dat de barbaarschheid van zijn Duitsehe tijdgenooten hem tot schrijven van zijn werken aanzetten, en dat in den oorlog van nu oen tweede Grotius goed werk zou doen." Zeker, maar was do Groot niet bij uitnemend heid do man van „de vrije zee" De leeftijd der gevcchts-geueraals. In de „Times" geeft oen medewerker een staatje van den leeftijd der Duitsehe generaals, dia gemiddeld 63.5 jaar is, van dien der Eugol- sehen die gemiddeld 53.9 en van dien der Fran- schen die gemiddeld 60.5 jaar is. Daar hy als Engelse-liman de Engelsche generaals wel de beste zal vinden, schijnt hij een voorstander van jeugdige legeraanvoerder en waarschijnlijk zelf jeugdig te zijn. (Pas wie oud is, beseft goed de deugden van den ouderdom). Waren er bij de Duitsehe generaals geen prinsen van vorstelijken bloede, dan zou de gemiddeldo leef tijd nog veel hooger zijn, n.l. 65.6 jaar. Hieronder moge de leeftijd volgen van de meest bekende generaals: Eerst de Engelscheu: Sir D. Ilaig 55; Sir O. Montro 56: Sir 0. Fergusson 51. De jongste generaal is Gough die 46 jaren, de oudste Keir. die 60 jaar telt. Dit zijn dus betrekkelijk nog jongelui. De Fransclien zijn over het algemeen van be zadigder leeftijdJoftre is 64; de Castclnau 65; Foch 65; Pétain 59; Humbert 55. De oudsto is do 67-jarigé Langle de Gary, de jougsto is de 47- jarige Gouraud. De Duitsehe generaals zijn over het algemeen oude heeren. Von Falkenhayn, de oudste, is 72; von Scholz 65; von Eichhorn 68; prins Loopold van Beieren 70; von VVoyrsch 69; von Linsingen 66, von Bothmer 64; von Hinden burg 60; von Mackensen 71 von Heeringen 06; von Eeinen 63; von Kluek 70; von Bcseler 66; von Bülow 70 en von Below 63. De jongste gene raals zijn de prinsen. De kroonprins van Beie ren is 47, kroonprins Wilhelm is 34 jaar. Een Ylaamsch aalmoezenier, die do in Frank rijk verspreide vluchtelingen bezoekt, liccft eenige uurtjes vertoefd bij eene Antwerpscbe famjlie, uit de „Volleksstrot," thans in het Zui den gehuisvest; de doch tor heeft hom, naar wij in do „Legerbode" lezen, liet volgend kleurrijk verhaal gedaan van den eersten zeppclintocht boven Antwerpen. „Seg, Meneer, waddebbekik verschoten toen d'oerste boem viel in ons strotte: 'k ben nog heelemaal gerenneweerd iu mark en been azzik er on denk! 'k Haddal van twelf ure 's nachts zoo'u ordig lawyd goort ,iets da floot in dc loecht en dan ineens daraeher 'ne'gtoolen boef, en ntoedef die had al gezeet „Mor, kind, waddis da toch da tor over ons huis vliegt? Ze zennet 't kot on 't boenter- deeren 1" „Och moeder," zee ik al, „zaagt na locli zoo ni en slopt deur!" Mor kat da nog ni gezeet of dor kwamp dor iets af in de loecht rats over ons dak, en dan 'n slagl... 'ne slag!... Koof! allo twee te gelijk uit ons bed! 'k Liep nor 't venster en heel do stnmc- nó, op 't hoeksko, was ou 't branden. „Moeder," riep ik zoc, „no beneeë; zo boe me r- deeren ons strot." AUch, 't was kolossaal! Zoo bang daddik was, Méneer, vloog ik lanksuit do „planchet1" oep. „Heiligen Antonius, we zen doraau!", liep moeder. „Druit de lamp uit, kind, want ze zien ons licht! Wees gegroet!..geef ons heden!. En die was ineens in hour japon aan don trap. Ik scharde wat dak pakke kou, 'n sloef van moe der en mijne paraplu, 'k gal'uen harten blaas in de lamp, 'k stuikte mijnen grooten teen tegen de poot van 'no stoel en in don donkere gooide ilc m'n arme moeder bekanst van den trap. „Lote ons bidde, moeder, want anders vliege we de loecht in, allebei, of ze schieten ons in stukken!.... Juiie van bencoë! zedde gij dood? konidis lichte!. EEN ENGELSCHE OVER WINNING IN DE LUCHT. Do vlieger-kommandant It. J. Bono heeft do Distinguished Servico Oreder gekregen voor don door hem bij achtervolging van oen vijande lijk watervliegtuig, dat Hij 30 Engelsche mijleu ver over zee nazetto cn tot een gevecht dwong, betoonden moed. Bone bestuurde bjj die gele genheid zelf slechts eene kleine land-vliegma- ehinó. Bone steeg, volgens het verhaal in do „Daily Chronicle," op toen de vijandelijke machine nog in het gezicht was. Bijna dertig mijlen ver volg de hij die en door het, grootere stijgvermogen zijner machine slaagde hij er in 2000 voet. boven z(jn tegenstander te komen, die op 5000 voet hoogte vloog. Zoo, van boven af naar zijnen vijand neetdalond, haalde hij hem' spoedig iu en trachtte toen, al vurende rechtstandig op diens machine neer te duiken. Deze beantwoordde krachtig het vuur. Bone manoeuvred de toen om boven cn ver volgens voor do vijandelijke machine uit te ko rren, slaagde daar ook in' en dook vervolgens onder zijn tegenstander door. De Duitsehe vlieger wendde vóór het troffen een weinig naar links en de waarnemer hing blijkbaar dood of dood el ijk gewond tegen de rand van zijn zitplaats. Steeds den vijand volgend slaagde do Engel sche vlieger er in, tot op enkele meters afstands van den vyandelyken aylateur te komen en vuurde een twintigtal patronen op hem af. Spoedig daarop dook dbze byna rechtsstnndig naar beneden, terwijl zijne machine in rook ge huld was. Toeh was do vijandelijke bestuurder zyno machine nog in zoo verre meester, dat hij veilig op zeo kon dalen. Bone kon Item daar niet aanvallen, omdat zijne machine niet voor daling tut op het water gebouwd is en vreezende, dat hij niet lang genoeg zou kunnen blijven vliegen om de opstijging wan de Duitsehe machine af te wachten, kperdo hij naar zijn uitgangspunt terug om verslag uit te brengen. HET MISLUKTE OFFEN SIEF DER RUSSEN. Do oorlogscorrespondent in het oosten, Dii- well, schrijft d.d. 27 Maart aan de „Vorwarta": Verschillende waarnemingen gaven don Duit schers zekerheid; dat de Russen van plan waren .eén aanval te doen op het Dunafront en verdor Zuidelijk tot het Narocznieer. Toch bracht de technische insceneering van dit offensief oenigo verrassingen. Do Russische artillerie paste het roffelvuur toe en verbruikte daarbij geweldige hoeveelheden ammunitie'van ver schillende soort, of de infanterie kwam stil aangeslopen zonder artilleristische voorberei ding. Amerika en Japan schijnen den Itusseu rijkelijk te voorzien van artilleriematcriaal. Dan bereiden de aanvallers den Duitschers een verrassing in verband met de keuze der plaat sen, waar zy een doorbraak probeerdon. Waar schijnlijk in de verwachting, dat zij do Duit schers konden overrompelen, deden do Ilussou een aanval op de tactisch incest ongunstige plaatsen. Het terrein is over het algemeen slecht te overzien. Onregelmatige golving van den bodem, hollo wegen, strooken dicht boseh, verhinderen ecu ver uitzicht. Meren en moeras sen liggen tusschen de forten. De Russen kozea nu voor hun aanval precies zulke plaatsen uit, waar zy weinig natuurlijke dekking hadden en waar zy betrekkelijk lang te marsehetren hadden, voordat zy by de Duitsehe stellingen waren. Hun vermoeden door deze tactiek de waarnemingsposten overhoop te kunnen loopen en de waarschijnlijk dunne bezetting vau liet front te kunnen overrompelen, bleek volkomen verkeerd. Het verloop van het offensief was oen volkomen échec voor do aanvallers, hot front bleef onveranderd, maar de Russen offerden veel ammunitie en stroomen mensclienbloeds. Det berustte ook wel op de Russische taktiek, die een overrompeling ten doél hud, dat op ver schillende dagen met zeër aanzienlijke krachten op verschillende plaatsen een aanval gedaan werd. Mot dc aanvallen op bot Naroczmoer en Zuidwestelijk van Dunaburg meeudon zij de op- merkzamheid cn vcrdeeling der troepen naar dit gebied afgoleid te hebben, zoodat oen aauval op bet Duitsehe front, Zuidelijk vaa Dunaburg, Westelijk vau den spoorweg, over een breed inoorasland succes zou kunnen hebben. In dit moerasgebied hebben do Duitschers een reeks van vcldwaehtstellingen vooruit geschoven. In den nacht van 22 Maart zagen deze w ach ton het naderea van Russische colonnos in sneeuw- mantels. Om te overrompelen, hadden do aan vallers afgezien van een artilleristische voorbe reiding. De poging mislukte. Plotseling regen de het artillerie-projectielen iu bun gelederen. En machinegeweren knel terden. De opmarsch wérd gestaakt, de Russen gingen op de vlucht. Hoopeu van dooden en zwaar gewonden blovea liggen. Toch gaf do aanvaller dc hoop nog niet i t |l v: ti :.i -I. Xj I-K'

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1916 | | pagina 9