REIIEIUIL nililT
Zandvoort tegen Rome.
U ma bij levensl, ongeschiktheid tot werken
z oo bij veriies van een hand of voet
É5CD bij verlies van een oog
bij verlies van een duim
Bloemendaaisctie Brieven.
c. H. VOGELZANG
DE OORLOG
BUITENLAND
BINNENLAND
Allerlei.
Vrijdag 12 Mei
Tweede Blad
SO© bij overlijden
Onsë~BL©USES en ROéCiCËfi
munten uit door goeden
pasvorm en afwerking
GROOTE HOUTSTRAAT 29,
OORLOGSALLERLEI
Berichten in drie regels.
VAN EEN WITTEBROOD,
DAT GEEN WITTEBROOD
WAS.
Aïle betalende «bonnës op dit Blad, die
*n het bezit zijn van eene Verzekeringspolis,
lijn, volgens de bepalingen op de polissen
Vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor:
75 bij breuk van een arm of been
m bij verlies van een wijsvinger
25 bij verlies van een anderen vinger
De uitkeering dezer bedragen wordt gega
randeerd door de „Hollandsche Algemeene
Verzekeringsbank" te Schiedam.
De vóór l October 1911 uitgegeven polissen
zijn niet geldig.
't Is met verkiezingen als met 't weerje
kunt er geen staat op maken. Dat is de vorige
«laand in onze gemeente weer eens duidelijk ge
bleken. Bij eerste stemming had de rectitsche
^uididaat best gekozen kunnen worden, maar.
h hebben nog rechtsche mannen op den candi-
daat der S. D. A. P. gestemd. Men vraagt
■Zich af, wat zulke menseden toch bezielt. Wat
verwachten zij dan toch van het socialisme?
Hoeveel keer is 't nu al gebleken, hoe miniem
klein de roode liefde voor den arbeider is. Dat
2ij in onze gemeente betere huisvesting willen
Voor den ai-beidermaar dat wil ik en Jan
en Piet en Klaas ook; dat verlangt iedereen.
En als de roode heeren, in hun aanbeveling van
den vrijzinnigen candidaat, durven beweren dat
door hun invloed, het wonm^raagstuk nader
bij dé oplossing wordt gebracht, dan is dat een
voudig humbug en bedriegerij. Als de arbeiders
hun woningen van de S. D. A. P. moesten
krijgen, dan was er nu nog geen sprake van.
Want de S. D. A. P. heeft er eenvoudig niets
aan gedaan, zooals hun op een desbetreffende
vergadering duidelijk onder den neus is geduwd.
En toch, de cijfers wijzen 't uit, er hebben
bij de eerste stemming rechtschen op rood ge
stemd. Ze waren zeker ingepalmd door de rede,
die de socialistische candidaat kort te voren
gehouden had te Overveen en Bloemendaal.
Daar werd, nota bene, verwezen naar Zaandam
en Schoten, om te kunnen zien en begrijpen, hoe
toed rood kan regeeren. Nou, nou! Als wij,
'bloemendalers, alleen maar letten op Schoten,
onzen buurman, dan hebben we al meer dan
genoeg.
Niettegenstaande dat alles, is de rechtsche
kandidaat er gekomen. Dat is voor ons een feli
citatie waard. Het bewijst dat er nog genoeg
Wenschen te vinden zijn (zelfs vrijzinnigen), die
ten eerste, van een S, D. A. P.'er in den Raad
fiets willen weten en ten tweede, iets voelden
Voor het argument!, dat de R. K. Kiesvereeniging
terecht in haar circulaire plaatste. Dat 't nl. niet
feer dan billijk is, dat er voor Vogelenzang
minstens 2 leden in den Raad zitting hebben,
Nu we toch over politiek praten, kan ik met
een nog wel eens wijzen op één zinnetje in de
aanbevelings-circulaire der vrijzinnigen. Daar
staat letterlijk: „Wij zijn van oordeel, dat nog
altijd ons land mét zijne in elk opzicht
gemengde bevolking, het best wordt bestuurd
door personen van vrijzinnige beginselen, Dai
geldt ook van onze gemeente, welke immers in
het klein een afspiegeling is van ons geheele
land en volk." Wablief? Dus ons land, waar-
I Van ongeveer een derde tot de Katholieke Kérk
behoort, wordt het best geregeerd door.
I wiet heet terecht „de brutalen hebben de'halve
Weid." Gelukkig, dat wij alvast weer een stuk
Van de andere helft hebben gepakt. Dat onze
l gemeente een afspiegeling is van 't heele land,
T dat is zeker waar wat betreft de vrijzinnige
trots èndat ook bij ons socialisten en
andere linksche partijen samenwerken, als 't maar
tegen Rome gaat. En ook bij ons hebben de
rooden hun vrienden geholpen, met de belofte,
jawel! dat ze in '17 een zetel zullen
krijgen; de rooden wel te verstaan. Nu, wie dan
1021
leeft, wie dèn zorgt. Dat laatste doet onze Kies-
verèeniging nü wel, die bij deze gelegenheid blijk
heeft gegeven van haar goede organisatie. Moge
die haar ook bij volgende verkiezingen de over
winning bezorgen.
Stappen we nu' van de politiek af en veiplaat-
sen we ons in den geest naar de terreinen der
Amsterdamsche Waterleiding te Vogelenzang.
Wiil de gemeente Amsterdam daar een nieuw
stuk grond voor haar bedrijf zal gaan exploitee-
ren deed de bekende natuurliefhebber Jac. P.
Thijsse, het voorstel aan de hand, van dat terrein
tegelijk' een wandelplaats te maken. Het voorstel
zelf getuigt van zijn groote liefde voor de natuur,
en van zijn verlangen, ook anderen van die
schoonheid te doen genieten. Maar!.... -Slaan
we onze oogen eens rond in onze omgeving. Zien
we dan 't verschil in de schoonheid tusschen
wat tot nóg toe „vrij" was, en wat door prikkel
draad „verboden wandeling" is geworden. Het
laatste is mooi gebleven. Het eerste?? Waarom
is 't noodig dat 's Zondags de schietbanen
speciaal door soldaten bewaakt worden? Dat
jachtopzieners dag in, dag uit surveilleeren? Dat
de tot nu vrijgelaten wandelplaatsen meer en
meer worden ingekrompen? 't ls de vernielzucht,
neen sterker, de verniel woede- der jeugd, toege
staan door de ouders, die van de „schoonheid"
zoodanig misbruik maakt, dat de „vrijheid" er
niet meer bestaan kan. Misschien klinkt het
menig ouder hard in de ooren, dat ik die verniel-
woede der jeugd op hun rekening schuif.
Maar heb ik niet in Groenendaal gezien hoe
acht Amsterdamsche kinderen heele jasmijn-
boomen siuk trokken en daarna de afgeplukte
takken triomfantelijk naar hun moeder en tante
droegen? „Nu is 't genoeg, jongens!" klonk 't
eindelijk uit den mond van één dier knappe
dames, „schei nou maar uit, anders wor' je nog
bekeurd Haar woorden geven de kern der zaak
aan. Je moet niet het mooie mooi laten, omdat
andere menschep het óók willen zien en er van
wenschen te garietenook niet, omdat 't
eigendom van een ander is; maar „omdat je
bekeurd wordt, a!s ze je snappen."
Waar nu het ongerept laten van al wat leeft
en gi'oeit en bloeit, door velen afhankelijk wordt
gesteld van politie-toezicht, geloof ik, dat het
openstellen van een wandelplaats, den dood van
dat stuk natuur ten gevolge zal hebben, tenzij
een stevige prikkeldraad-afscheiding alle wanda
den verhindert, want een zóódanig toezicht dat
er niets meer vernield wordt, is niet uit te oefe
nen.
En ook afscheiding helpt niet altijd afdoende
en neemt trouwens voor mij al veel van de be
koorlijkheid weg.
't Lenige middel om vernieling te voorkomen
lijkt mij toe, 't verkrijgbaar stellen van wandel-
kaarten, bijv. tegen storting van een gulden of
hooger, die na volbrachte wandeling weer te
ruggegeven wordt. Dan toch bestaat de kans,
dat tenminste de meest rumoerige en onverschil
lige elementen verwijderd blijven, en alleen diè
menschen op zoo'n plaats komen, die uitsluitend
bewonderen, en hun bewondering niet omzetten
in vernielende daden.
Zou de heer Thijsse het op die manier in stand
houden van ons natuurschoon ook niet toejui
chen?-
OPMERKER.
BE ACTIE IN IERLAND EN DE
ENGELSCIIE OORLOGSKANSEN.
Men schrijft ons
De opstand in Ierland heet alweer zoo
goed als bedwongen te zijn. Maar wie zal
willen beweren, dat de actie in Ierland ge
heel zonder beteekenis is en eindigt met
het zoogenaamd herstellen van de rust?
Voorzeker niemand. Omtrent do muiterijen
in het Engelsch-Indisclie leger is tot nu
toe niet bijzonder veel uitgelekt. Engeland
had dit geheel in zijn macht; wat niet be
kend mocht worden, wercl eenvoudig ook
niet bekend. De „rebellie" in Ierland is 'nu
reeds de tweede opstand in het uitgestrekte
Engelsehe rijk. Vcorloopig zal liet met Ier
land wel gaan zooals het met do Boeren is
gegaan. En eerst na den oorlog. zal blijken
wat eigenlijk tot den opstand heeft geleid.
De berichten, welke ons tot op' heden kun
nen bereiken, zijn Langs Engelsehe censuur
gegaan en dus als eenzijdig te beschouwen.
Toch blijkt hoe langer hoe meer, dat het
met Engelanis macht niet zoo schitterend
gesteld, moet wezen, als men liet wel wil
doen voorkomen. Engeland, ,dat de grootste
bondgenoot lieet in dezen oorlog, heeft nog
het minste gepresteerd, terwijl voor Enge
land toch verre van de geringste belangen
op het spel staan. Herhaaldelijk is er op
gewezen, dat deze oorlog voor de Engelsehe
macht wel eens een beslissende kon wezen.
Het is waar, dat het onderdrukken van
den Ierschen opstand materieel niet vee)
kosten zal. .Maar liet móreele nadeel, dat de
Engelschen er van zullen ondervinden, mag
niet worden onderschat. De verhouding van
Engeland en Ierland is uit de geschiedenis
te over bekend, dan dat do gebeurtenissen
van de laatste w,eken niet zeer setherp in
herinnering zouden brengen, wat een pas
kwil het is Engeland nog beschermer van
kleine staten Je noemen. Van veel grooter
belang moet het echter worden geacht, dat
de kans op een oorlog tusschen Amerika en
Duitsehland, wat Engeland zeer aangenaam
zou wezen, thans uitgesloten is. De 15.000.000
Amerikaansche Duitschers worden door [Wil
son ponder twijfel niet over het hoofd ge
zien,'maar nog minder zal hij het thans de
millioencn Ieren doen, die met groote span
ning de gebeurtenissen op het groene eiland
volgen, en allesbehalve in een stemming
verkeeren om bondgenooten te worden van
het door hen zoo gehate Engeland.
Voorts moet in den Ierschen opstand niet
worden gezien een heethoofdig optreden van
het oogenblik. Veeleer is het een daad van
wanhoop, waarvan de bijzonderheden eerst
later aan het licht zullen komen. Het op
treden van Engeland bij de aanwerving der
soldaten heeft de Ieren geprikkeld. In plaats
van aanwerving mag veeleer van een soort
dwang worden gesproken. Het begrip vrij
heid wordt tegenover .de Ieren al sinds eeu
wen op zeer vreemde wijze toegepast. En
of de Ieren veel lust kunnen hebben om
voor hun-eeuwenoude verdrukkers te gaan
vechten'? En juist nu, nu de Engelsehe
macht wel eens een gevoeligen knak zou kun
nen krijgen? De vraag stellen, is ze beant
woorden.
Materieel moge Engeland dus zeer weinig
nadeel -van dezen opstand ondervinden, di
rect en voorloopig althans, moreel is de
schade des te grooter, daar ook de bond
genooten van Engeland zullen gaan inzien,
dat Engeland niet is degene, die het uiter
lijk vóór en in het'begin van den oorlog
voorgaf te zijn. De Ieren zullen daar in de
toekomst partij van weten te trekken 'en
wie zegt, dat andere staten, die van Enge
land afhankelijk zijn dat voorbeeld niet an
dermaal zullen volgen'?
GEZELSCHAP in HET
TELEFOON-BUREAU 'AAN
HET FRONT.
„Er is niets meer. te zien," zegt de luitenant,
die aan den schaar verrekijker staat. Hij komt de
trap af. Het is avond geworden. De Eranschen
hadden ditmaal een gasaanval geprobeerd op
den Dooden Man.Bij do hoogte 304 trachtten zij,
na zwaar artillerievuur, ons een loopgraaf te
ontnemen, \ergeefsehe moeite. Nu is liet rust.
Venus straalt aan den verbleekenden liemel.
„Wij willen gaan slapen-"
De télefoonwacht wordt verdeeld. Informa
ties worden gegeven omtrent lichtsignalen. Dan
worden de stroozakken neergelegd. Alleen aan
de telefoontafel blijft het licht branden. Daar
zit de wacht. Het horloge tikt. Ik lees een boek.
Boven sissen en kraken de granaten. De balken
trillen.
Een kraken en fluiten. Dat zijn de ratten.
Door de reet tusschen de muurplanken gluurt
een spitse, grijze kop. Kleine, zwarte oogen fon
kelen mij aan. De neus beeft snuffelend. Dat is
Anna. Een groote rat, zoo groot als een Bolog-
neezer hondje. Zoodra er rust is onder den
grond en men niets hoort d.an liet suurken en
ademen van de slapende kameraden, komt Anna
mij bezoeken. Zij steekt den kop door de reet
en kijkt me onbewegelijk aan. Een granaat
kraakt boven ons. Het onderaardscho hol sid
dert. De heldere rattenoogen kijken mij rustig
aan. De telefoon toetert. „Melding aan den ar
tillerie-commandant. -Vijandelijke batterij A en
C beschiet Béthinoourt en naburige toenade-
ringsloopg'raven."
Een oogenblik rust. Granaten kraken.
De telefoon toetert. „Batterij Gustaaf en bat
terij Emil moeten de vijandelijke batterijen on
middellijk onder vuur nemen.
„Adieu Anna, ik heb nu geen tijd meer." Ik
stéék met het zakmes naar het dier. Het trekt
zich terug.
Commando's klinken m de telefoon. Onze
houwitserprojectielen sissen als slangen, zoodra
ze over ons hoen vliegen- Het vijandelijk vuur
wordt zwakker. Ik neem een boek. Driemaal
heb ik het al gelezen. Men moet den tijd ver
drijven. Met den tijd strijden wij een veel har
deren strijd dan met onze vijanden.
Dikwijls, bij het slapengaan, denken wijmor
gen is er vrede. Morgen ia alles uit en wij wan
delen weer in lichte schoenen en zonder sporen
over het Berlijnscke asphalt. En wij gaan weer,
de een naar zijn zaak, de ander naar zijn redac
tie. Dan draaien wij onrustig 0p onze stroozak.
En als de morgen aanbreekt, jaagt het com
mando ons weer in den strijd.
Er krabbelt iets achter den muur. Anna is
er weer. Zij kijkt me met- haar heldere oogen
aan.
(Zij, die door de menschen opgejaagd werd.
Menige boer nit Béthinoourt heeft wel getracht
haar in een val te vangen of schoot zijn buks
op baar af zij is onze eenige vriendin ir. dit
leven, op de brug naar den dood. Wanneer de
vrienden slapen, wanneer er één eenzaam zit
onder het kraken en sissen en huilen van de
projectielen, dan zegt hom Laar krabbelen, dat
er nog leven om hem is. Zij geeft hoop, spant
den boog, waarop de gedachten naar liet vader
land vliegen. Zij vroolijkt ons op.
Water, dat van de zoldering druppelt, is ons
horloge. Een honderd en vier en zestig drup
pels vallen in drie uur.
Mijn wacht is afgoloopen. Gapend staat mijn
vriend naast me.
„Wat nieuws?"
„Neen. Anna is er."
„Zoo, dan is het niet zoo vervelend. Waar
zit ze?" M
„Rechts van het telefoontoestel, in dé reet.
Ik leg me op den stroozak. Ik hen doodmoe,
maar kan toch niet slapen. Mijn vriend studeert
de kranten. Nu hoor ik hoe hij met de rat
spreekt. Het water druppelt, Een, twee, drie,
vier....
AMERIKA.
De Mexicaanscho kwestie.
Uit Washington wordt aan de „Times" ge-
meldt, dat de toestand in Mexico wederom zeer
dreigend is, Carranza heeft zijn verzoek her
haald, dat de Amerikaansche troepeh onmid
dellijk teuggeroepen worden en__Wilson heeft
dit opnieuw geweigerd en zijn antwoord kracht
bijgezet door de militie van Texas, Arizona en
Nieuw-Mexico, tusschen de vier- en vijfduizend
man sterk, op te roepen en nog vierduizend man
geregelde troepen naar de grens te zenden. De
toestand is verergerd door een nieuwen bloedi-
gen inval over de Amerikaansche grens dit
maal, zoo meent men, door aanhangers van Car
ranza en niet dóór aanhangers van Villa.
De Engelsehe regeering, heeft het heele
vraagstuk der inrichting van het onderwijs na
den oorlog in studie doen nemen.
De voorzitter van den raad yan stale in
Turkije Ibrahim-bey is tot waarnemend minister
van eeredienst benoemd.
Engeland heeft weer grondstoffen ver
leend aan de Deensche sodafabrieken, die sedert
begin Mei haar werk hadden gestaakt.
De lewêstie of de Wetgevende Raad var»
Nieuw Zuid-Wales zal worden opgeheven, zal
in 't najaar bij referendum worden uitgemaakt.
De directie der Britsebe posterijen maakt
bekend, dat wegens liet brandgevaar geen luci-
vers meer per post verzonden mogen worden.
De Deensche boerenbonden hebben den mi
nister van landbouw verzocht, landibouwconsu-
lenten in Duitsehland aan te stellen.
De crisis in het Italiaansclie transportbe
drijf neemt, wegens gebrek aan kolen en wag
gons, steeds grooteren omvang aan.
Uit Sardinië in Sieilie worden hevige wer
velstormen gemeld, die groote schade hebben
aangericht.
Tot nader order zullen de vuurtorens van
Raseltin, Alexandria ,Rosetta, Damiate en Port
Said worden gedoofd.
Bij het oproer in Dublin is ook pater Wat-
ters, pres. der R.-K. universiteit aldaar, terwijl
hij aan zijn deur stond, doodelijk getroffen.
Het Fransche s.s. „Meinian" is met cholera
aan boord naar Saigon teruggekeerd. Het was
1 Mei uit Haiphong naar Golomoo vertrokken.
Het Rijksdaglid, Dr. Werner, dringt et in
Duitsehland op aan, dat men ernstig zal optre
den tegen vertooningen van onzedelijke films.
De arbeidersconferenties in Victoria en in
Nieuw-Zuid-Wales hebben ieder een anti-dienst-
plioht-motio aangenomen van gelijke strekking.
Volgens bericht uit Boekarest is ie St. Pe
tersburg de hof-pope Raspoetin, die aan 't hof
zooveel invloed had, vermoord
11-!li
W. C. J. PASSBOOKS t
De Standaard schrijf)
Ditmaal bereikte ons het doodsbericht van het
oud-Kamerlid Passtoors, die Beverwijk voof
Rechts wist te .veroveren, en onder de Roomsch-
Katholieke Kamerleden ook op onze mannen zoo
sympathieken indruk maakte.
Passtoors tocii had dit met vele van onze
Kamerleden gemeen, dat ook hij warm voor het
belang der „kleine luyden" gevoelde, en nooit
den moed miste om voor hen op te komen.
Er klopte iets in zijn hart, en er sprak steeds
iets in zijn woord, dat daarom ook bij ons in
breeden kring weerklank vond. -
Met hem kon men een district veroveren, dat
voor geen ander man var. Rechts de poorte ont
sloot.
Ook zijn heengaan op zoo betrekkelijk nog
krachtigen leeftijd, is daarom een niet licht te
achten verlies.
Een man als Passtoors is zoo moeilijk te ver
vangen!
VERSTREKKING VAN LEVENSMID
DELEN.
Naar men verneemt, wordt een dezer dagen bij
de Tweede Kamer ingediend een wetsontwerp,
waarbij 20 miljoen gulden worden aangevraagd,
als bijdrage in de kosten voor de gemeenten voor
de verstrekking van levensmiddelen, daaronder
begrepen brood en melk.
De bedoeling is, dat, voorzoover de gen: enten
deze mochten wenschen te verstrekken tegen -".age
ren prijs dan waarvoor deze van regerings
wege oi vanwege de verschilier.de prodmrnten-
vereenigingen beschikbaar worden gesteld, het
Rijk van de daaruit spruitende kosten voor de'
gemeenten voor zijn rekening zou nemen, terwijl
de gemeenten het overblijvende 14 zelf zouden
moeien dragen.
In de wijze van distributie zouden de gemeen
ten volkomen vrij worden gelaten.
Plotseling overleden. Op het Sportterrein
Houtrust te Den Haag is gisterenocht md de
27-jarige grenadier N., afkomstig uit Amster
dam, plotseling overleden na het deelnemen aan
een wedloop bij vóór-oefeningen voor het Sport-
feest van Grenadiers en Jagers.
Geknipt. Te Delft is door de reehei die J.
Schilt uit Amsterdam aangehouden, die ver
schillende door hem gekochte goederen, gouden-
én zilveren voorwerpen, boeken, manui nuturen
enz. op een door hem gehuurde kamer liet be-
zoTgen. Toen hij bij een rijwielbandelaar een
nieuw" rijwiel mede zou- nemen, werd hu ge
arresteerd. Het bleek, dat de man nog een reke
ning met de justitie te vereffenen had, waartoe
hij in de gelegenheid is gesteld door zijn over
brenging naar het huis van bewaring te s-Gra-
venhage.
Een schelmstukje. Een bewoner der Trin-
ses Julianalaan te Rotterdam heeft een bezoek
gehad van twee Israëlietisehe kooplieden, die
vertelden Belgen te zijn en het voornemen had
den zich naar Engeland te begeven. Daarvoor
ontbrak hun reisgeld en nu boden zij voor 125
een Perzisch tapijt te koop. De lieer, wien dit
bod gedaan werd, had er wel zin in, doch ver
langde eerst taxatie door een deskundige. Ter
wijl men hierover van gedachten wisselde, ver
telden beide kooplieden ook, dat zij aan «het
Maasstation een partij manufacturen hadden
staan, doch dat z(j over deze partij, die te koop
was, eerst de bechikking konden krijgen, als zij
78 aan invoerrechten hadden betaald. Beide
mannen wisten door hun gepraat en het zich
voordoen als hulpbehoevende Belgen, den heer
ten laatste te-bewegen deze 78 voor te schie
ten, waarvoor zij liet Perzisch tapijt als onder
pand in zijn bezit lieten. Zij vertrokken en heb
ben sedert niets meer van zich doen hooren. Het
Perzisch tapijt, dat zij achterlieten, blijkt nau
welijks 25 waard en het verhaal van de partij
manufacturen aan het Maasstation is een ver
dichtsel.
Met een van genoegen glimmend gezicht
kwa.m.-ie vanmorgen aldus het „Leeuw.
Nwebld." ons bureu binnen. Hij was een van
die onmisbare menschen, die 's morgen» in de
vroegte al de stad in alle richtingen doorkrui
sen en de menschheid van brood voorzien. 55 at
liad-ie 'm fijn te pakken gehad I
„5Vie?" vroegen we onnoozel genoeg.
Dat was nog al klaar! Helder als je reinste!
k Zooals gezegd, is er ook reëel verschil tusschen
'Vat Katholieken en Protestanten ten opzichte
va.n Jezus' Moeder houden.. Ik meen, dat deze
Huts ten haar in den regel voor niets meer dan
®en gewone vrouw beschouwen, een goede en
Vrome en brave vrouw, daar niet van, maar in
Mets onderscheiden of merkelijk superieur
hoven de anderen. Ook van hun zijde, veronder-
®tel ik, wordt toegegeven, dat Zij in den hemel
ls> maar van een bizondere plaats of verheven
sending' iS geen sprake-.
Waarschijnlijk vindt deze alleenstaande op
vatting want ook de Grieken en alle Oos-
lersclie Kerken denken er anders over hierin
haar grond, d-at zij niet het,minste gewicht
hechten aan wat niet met even zooveel woorden
In een Bijbeltekst staat neergeschreven. Som
tijds schijnt het zooals in het besproken voor
beeld alle geslachten zullen mij
talig keeten dat zfj een en ander
in een Bijbeltekst over het hoofd zien, als niet
in de kraam te gebruiken, maar in géén geval
kaan ze daarbuiten. Op zich zelf is dit onrede
lijk, zoo onredelijk als het zijn zou geen andere
ketuigenis over de groote mannen van dezen
"Oorlog aan te nemen, dan uit officieele com
muniqués.
Immers met buiten den Bijbel nog andere
*ntuigeni s8en aajl *e ne ro on, bliikt zonneklaar.
hoe reeds in de eerste tijden der Christenheid, I
do H. Maagd in de idee der Kerk een van alle
andere heiligen en zaligen geheel onderschei-
den positie-innam.
Dominee decreteert wel zoo leuk langs zijn
neus weg: „in- de eerste drie
.eeuwen is er geen spoor van
Mar. ia-c nltus fe ontdekken. Die
vertoont zich niet vroeger dan
omstreeks het begin der vijfde
eeuw." Maar al zal de goe-g.emeente ook dit
dominees-klontje naar binnen spelen, aan den
anderen kaut van de lijn ZandvoortHaarlem
zijn we niet zoo goed van aannemen als de man
nen. van bet „vrije onderzoek" en leert de Ge
schiedenis ons wat anders.
En dan vinden we sterke dingen over Maria
gezegd, zoo spoedig de Kerk onder den druk der
vervolging uitkwam en kans kreeg haar leer
volledig uit te zeg-gen. Niet eerst in Ephese
maar op Calvarie begint naar ons idee de
„Maria-cultustoen Johannes als vertegenwoo-
diger van de Kerk onder het kruis staande,
„Haar van die ure aannam in zijn huis." (Sta
tenbijbel: Joh. 10, 27.)
In de Catacomben waar de eerste belijders
van het Christendom onder den. stormwind der
vervolging hun H. H. Geheimen vierden, vinden
we op den wand der grafkamers afgebeeld wa-t
toen reeds leefde en omging in hun gemoed. Een
krant is geen vakblad en om in het bestek van
een artikel te blijven, zullen we ons bepalen tot
het signaleeren van maar een enkel beeld, ddt
uit, de catacomben van BriseiHa. Daar staat
Maria afgebeeld met het goddelijk Kind aan
haar borst en vóór haar de profeest Isaias met
de boekrolle. der profetie in de hand. En juist
I van deze meestbekende beeltenis maken we bier
I melding om de open reden, dat ze naar hot oor
deel van vakkundigen een van de oudste is, tot
het begin der tweede eeuw terug te brengen en
alz-oo behoorend tot een geslaolit van menschen,
die onmiddellijk onder den invloed der Aposte
len stonden. 5\'at wil men meer!
.Voorts spreken de apocryphe Evangeliën,
welke ofschoon niet door do Kerk als geïnspi
reerd erkend toch hun waarde hebben als his
torische getuigen en als zoodanig door do oudste
Christelijke schrijversOrigenes, Tertullianus
en Clemens van Alexandrie worden aangehaald,
van Maria in do meest devote en toegewijde
termen.
In dichterlijke taal en met pracht van ver
beelding schildert het Evangelie van Sint Ja
cobus het huwelijk van Joachim en Anna en het
bitter leed van hunnen kinderloozen echt. Anna
bidt en schreit en beklaagt zich in de bitterheid
harer ziel bij God, dat terwijl de vogels in
de lucht hou nesten bouwen en het. wild dier
zyn jong;en li ©oft ©u rivieren en zeëen niet on-
vruchtbaar zijn en zelfs do aarde bloemen en
vruchten voortbrengt, zij alléén van het
voorrecht een kind te baren verstoken blijft.
Daarop volgt de belofte van een engel en inge-
volgo van dien wordt Maria geboren. Anna's
blijdschap; is niet te beshcrijven en Joachim
richt een ïecst aan waraop de H-ooge-priester
tegenwoordig komt .en aldu.? spreekt.: God onzer
Vaderen, geef aan dit kind een naam die door
alle tijden gebenedijd zal zijn en een zegen, die
geen grenzen kent.
Heel de Zondagseditie der N. Haarlemsche
krant zouden we moeten opvorderen om maar
eenigszins volledig af te drukken wat onze
eerste Kerkvaders over Maria te zeggen had-
denj in eeuwen „to en geen spoor van
'Maria-cultus te ontdekken vie 1."
Ze zijn letterlijk vol en overvol van lo'fbetoon
voor Maria. En eigenaardig.hun. taal en
zegsmanier is zoo sterk van uitdrukking dat ze
vast voor overdreven zou getaxeerd worden,
werd ze in deze dagen van kalm beredeneerd on
geloof van Katholieke leerstoelen vernomen.
In elk geval gaan zo de titels door de litanie
van Loretó tot zoö ondraaglijke ergernis van
Dominee aan de Moedermaagd gegeven, in
zeggingskracht vér te boven.
In zijn „Development of Christian Doctrine"
geschreven vóór zijn bekeering tot do Katho
lieke Kerk, onderstreept Kardinaal Newman
eenige dier uitingen van geloof, liefde en ver
trouwen. Vindiceerend dat de definitie van het
Concilie vanEphese lang en breed was voorafge
gaan door „the t r ad11 ion a 1 f e e 1 i n ga
o f Christians" vervolgt hij m dezen zin
„Alzoo was de titel van „Moeder Gods" on
der het Christenvolk inheemsoh van do eerste
tijden aï en is onder meer schrijvers gebvuikt
geworden door: Origenes, Eusebius, St. Alexan
der, St. Ambrosius, St. Gregorius van Nazianze,
St. Gregorius van Nyssa en St. Nil us. Door
weer anderen werd.zü ^altijd maagd" genaamd,
zooals door St. EpiphanJus, St. Hieronyinus, en
Didymus. 5Yeer anderen hecten haar „Moeder
der levenden" in haar kwaliteit van antitype
van Eva, gelijk St. Epiphanius opmerkt. Al
len hebben gezondigd, zegt St. Augustinus, -
uitgenomen de heilige Maagd, om reden van
dó- eer des Heeren is er geen sprake van haar,
waar wij het over zonde hebben.
„Het gouden offeraltaar, de sckooné Bruid
van het Hooglied," noemt haar St. Proclus en
nag nog tientallen van dergelijke natuurlijk
oratorische lofuitingen der Kerkvaders ge
citeerd te hebben, besluit Newman in dezen zin
„Zoodanig, was de denkwijze ten opzichte
der gezegende Maagd welke do Ariaanzei)o,
Nestoriaansche en Motiophysitische ketterijen
in de Kerk aanwezig vonden."
Wie met den Heiligen Athanasius belijdt,
dat Jesus Christus God en Mensch is: God uit
de zelfstandigheid der Vaders vóór de eeuwen
geteeld, Mensch uit de zelfstandigheid der moe
der in do wereld'geboren, moet al» natuurlijke
en noodzakelijke consequentie aan de Maria-
dovotio recht van bestaan geven. Het «tand punt
van die het Ohristendom verwerpen, Arianen,
Nestorianen, moderne Unitariërs is, ofschoon
valsoh voel logleoheren eenmaal hun valsohê
praemiasen als waar aangenomen, is elk hunner
stellingen verdedigbaar. Dodh dat een Ohristen,
die gelooft wat Athanasius geloofde, aan Maria:
de eer durft weigeren, aan de Moeder van den
grootcn Koning veraohuldigd,gaat mijlenver on»
vorstand te boven.
MAX*