IIEI1EIUIL tlHUT P. j. JAKSSEN, - s m bij overlijden DE e©HLHS L O O P E R S bëj ^nenano, hoek Warmoesstraat FEUILLETON ROND DE ÜTÖROIE Zaterdag 15 Juli Derde blad f 4900 bij levensl. ongeschiktheid tot werker - 3@0 bij veriies van een hand ol voet - 850 bij verlies van een oog I0@ bij verlies van een duim 15 bij breuk van een arm of been se bij verlies van een wijsvinger QROOTSTE SORTEERING LAAGSTE PRIJZEN 3) HEBSPREüBE &ER8CHTES3 GOiïLOGS-ALLERLEI AH® betalende abonnee op d!t Blad, die •n het bezit zijn van eene Verzekeringspolis, lijn, volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor: bij verlies van een anderen vinger Be uitkeering dezer bedragen wordt gega randeerd door de „Hollandsche Algemeens Verzekeringsbank" te Schiedam. De vóór l October 1911 uitgegeven polissen niet seldia. DE POLEN EN HUN VER HOUDING TOT .ANDERE NATIONALITEITEN. Do Poolsclie politieke organisaties in Zwit serland, d.w.z. het ,.1'oolsclio Persbureau" in 'Bern, het „Persagentschap in Lausanne, do ver- eeniging' „Polen en de oorlog" oveneens in Lan- sanno en de Vereeniging voor do verspreiding van Encyelcpaedische mqdedeelingen omtrent Polen, die to Preiburg gevestigd is, hebben een geiytluideiiden verklaring gezonden aan den voorzitter van liet Verbond der Nationaliteiten, dort Belg Paul ütlet. Dit geschiedde in verband met het Congres door dit verbond gehouden. Uoze verklaring behelst letterlijk de volgende passage Wij zijn oiis bewust van 'den ernst der tijden en erkennen de noodzakelijkheid, dat do pogin gen van allen zich tot één behooren te concen- troeren. Daarom gtilooven wij praktisch tot het gcine vhappelijk dool samen to werken door in naam onzer iandgonooten, dio achter onze or- ganisatiese staan het volgende te verklaren: le. Wij erkennen heftmafwijsbaro recht van allo volken zelf over hun eigen lot te beslissen. 2e. Op grond van dit beginsel streven wij niet en mogen wij er niet naar streven hfet een of andere volk tegen zijn zin bij het toekomstige Polen in te lijven. 3e. Wij stollen ons op het standpunt, dat in landen met. gemengde bevolking de rechten dor nationale minderheden streng in acht dienen te worden genomen. 4e. Wij erkennen dat ook niet-Poolsche bur gers van Polen dio in andere Staten wonen ge- 1 ij Ice rechten moeten genieten.' 5e. Wij zijn overtuigde strijders voor het be ginsel vnn gewetensvrijheid, dat wij ten opzichte van allo geloofsbelijdenissen tot uitdrukking ««oschen lo-laten, komen. Öe. Wij achten, het gewenseht uitdrukkelijk te verklaren dat do Joden in Polen evenals in aHo andere landen volkomen gelijke 'rechten "Meten bezitten. Uit zijn de grondslagen voor onze vrerkzaam- 'mid. Tot ons groot leedwezen moeten- wij echter Wrklaren dat het ons wegens tijdgebrek feite lijk onmogelijk geweest is onze actieve' dec1 lu lling aan de Conferenties.cn aan de tentoonstel ling voor te bereiden. Wij zijn echter overtuigd, dat de hoogstaande gedachten, die in deze vergadering tot uiting komen, geen andero strekking kunnen hebben dan de bevordering eencr goede verstandhou ding tussehen do volkeren. Daarom veroorloven wij ons onze hoste wenschen nikte arpeken voor het nlgoheele welslagen van dit edele werk en hopen wij, dat onze verklaring de uwe nog zal versterken om nader te komen tot het gemoan- ^ehnppélijk dool: „Vrijheid en rechtvaardigheid 'U do wederzijdsehe betrekkingen tussehen de volkeren ENGELSCHE BESCHOU WING OVER DEN STRIJD IN HET MAMETZBOSCH. Peuters bijzondere correspondent in het Brit- sche hoofdkwartier geeft eeu beschrijving van 3012 den strijd in het Nametzl>03eh, 'dat vroeger als ondoordringbaar werd beschouwd. Hij verhaalt hoe de Britten geleidelijk vooruitgingen in de ïiclltng van het boïdi en boe zy dit vermeester den. Maandagmiddag, ongeveer drie uur, rukten onder dekking van een heftig versperringisvuur vier Britecho bataljons op uit hek zuidwesten, om te trachten het Mametzbosoh in bézit te krij gen. Een bataljon ontplooide zich oostwaarts, een ander drong voort, naar het centrum, de beide andere trokken westwaarts, waar da hef tigste tegenstand werd verwacht. Tijdens den opmarsch stiet men op vele Duit- sche korpsen. De opmarsoh was langzaam door de belemmering van 't struikgewas en do omge vallen boomen. Men kreeg vaak zeer verspreid geweervuur; mitrailleurs knetterden van ver schillende versterkte plaatsen onder het gebla derte en vijandelijke granaten vielen zonder ophou den tussehen de boomen.De weerstand versterkte echter hoe meer de aanvallende bataljons den noordelijken hoek van het bosch naderden en op zeker oogenblik werd de opmarsch niet alleen tegengehouden door den regen van kogels, maar was men verplicht oenige honderden meters terug te gaan. Hier werd het verband hersteld, eer men den aanval voortzette. Intussehen con centreerden onze batterij het vuur krachtig op do plek van waar het sterke verzet kwam. Maar dit bombardement kon toch niet de verborgen mitrailleurs ontdekken. Een tweede poging tot oprukken beloofde niet meer succes buiten het bezette punt dan de eerste en bij bet invallen van do duisternis be vonden zich de mannen langs den spoorweg, die zich oostwaarts door bot bosch uitstrekt tot op ongeveer twee derde van den afstand. In den vroegen morgen werd de aanval hervat. De troepen, voorzien van handgranaten, drongen vooruit ten spijt van het mitnaiüeurvuur, dat ongetwijfeld, dank zij de werking van ons ar tillerievuur, neiging toonde te vermindoren. Een gedeeltelijk aangelegde Duitsohe loopgraaf werd bereikt en bezet. De fknkafde-ling was in staat in het noord oosten voort te dringen en onder beschermend artillerievuur zich oen mitrailleur-emplacement te maken. Zoo werd het Mametzbosoh veroverd en die verovering bracht onze troepen op dit punt op een afstand van nog geen 300 yard» van de eerste loopgraaf der tweede Duitsohe linie. DE GEVECHTSWAARDE VAN MACHINE-GEWE REN. De fimes"-corxespondent aan het westelijk front schrijft lange verhalen over de leassn, die hij uit de gevechten bonoorden de Somme ge trokken hooft, en zegt daarin, dat een der eer ste en voornaamste lessen is de waarde der mitrailleurs voor do verdediging, wanneer men over een gunstig terrein beschikt en, over vol doenden tijd om de verdedigin gsstollingen zoo krachtig mogelijk te maken. En de tweede les 5s, dat de aanvaller moet beschikken over een onbe perkte artillerie van zoo zwaar mogelijk kaliber. Niet, of de artillerie ook niet voor den ver dediger groote betCekenis zou hebben. Er zijn punten op het noordelijk deel van ons aanvals front, waar de vijand een groote hoeveelheid geschut bijeen heeft, en het dubbele spervuur, dat hij op en om onze voorste frontlinie wierp, op liet oogenblik van den aanval, was wellicht even ontzettend als het mitrailleur- en geweer vuur, waardoor onze mannen moesten vooruit gaan over Niemandsland. Het schijnt dat de vijand volkomen op de hoogte was van het tijdstip van onzen aanval, doch niet goed wist waar deze precies zon plaats hebben. Waren wij or niet in geslaagd, hem te misleiden, dan zou hij nog meer voordeel hebben kunnen trek ken van zijn gesehut. Waar hij zijn stukken bijeen had en in grooten getale was zijn vuur zeer werkzaam. In dit dubbele spervuur gebruikte hij zoowel brisabtgr'anaten als granaatkartetsen, van groo- ter kaliber dan gewoonlijk, ongeveer van 15 e.M. Zijii granaatkartetsen waren ook niet als ge woonlijk met schietkatoen geladen, maar gaven een dikken zwarten rook bij ontploffing. De slag is scherper dan bij het oude type en waar schijnlijk is de snelheid en het doordringings vermogen ook grooter. En wat de machinegeweren betreft is hot de vraag of wij niet staan voor een tijdperk in de oorlogvoering, waarin het geweer een ondergeschikte rol zal gaan spelen, en waarin, evenals bij de marine de wedstrijd ontstond tussehen projectielen-en pantsering, een door- loopende strijd zal ontstaan tussehen aan de eenc zijde onneembare mitrailleur-stellingen en aan de andere steeds grooter kanonnen om die mitrailleurs buiten gevecht te stellen. Er zijn posities waarbij persoonlijke moed met do geringste rol spelen kan. Bij de diepe i nis hi mm. Satyriek verhaal van Mark Twain. (Uit het Amerikaanech). Ik moet er u tevens aan herinneren, dat ik 'eiU;evolge van dit treurige ongeval als eenig •jUunaam, in het bezit kom van alle titels, lan- nfirijen en goederen -van onzen betreurden bloed erwant, en ingeval van nood, hoe pijnlijk deze Pocht ook vallen moge, aanvrage bij het Hooger- uis zal doen om teruggave van al die waar- j&heden en bezittingen, in het onwettig bezit "aarvan ge nog steeds zijt! Met verzekering van mijne oprechte hoogach- JnS heb ik de eer, mij te noemen Uw gehoorzamen dienaar Muiberry Sellers graaf Rosstnore, 3flnf.r™,htiS! K°maan> Jat is waarlijk interes- la We!. Berkeley, die onbeschaamdheid is met één woord kolossaal." déze schijnt zich althans te willen laten »oèwVV'^eii 'afen £elden! Een mooi ding! En UVvjaggen! Ter nagedachtenis van dien ellen- in gravin gen en op catacomben gelijkende oM- dergvondsehe versterkingen, waaruit machine geweren opkomen, zoodra het ophouden van ons vuur aanwijst dat de infanterie-aanval begint, of waarin zij zelfs worden verborgen gehouden, om onza infanterie in den rag aan te vallen, is een bestorming niet alleen moeilijk, maar bijna onmogelijk. Op sommige plaatsen had de vijand zelfs meer merkwaardige bergplaatsen voor mitrailleurs gemaakt. Van een zijner diepe ingravingen, liep een tunnel achterwaarts af naar de andere zijde wan een heuvel; vandaar een andere tunnel naar de voorzijde van dien heuvel. En hier, bedekt door een bosehje of kunstmatige dokking, was de kleine opening, noodig om de mitrailleur te doen schieten. Wanneer een half dozijn mitrailleurs zoo ver borgen zijn en er twee of drie het bombarde ment doorstaan, is een infanterie-aanval in sperterrein voor zulk een stelling hopeloos, ten minste bij dag. De verliezen die wij leden door geweervuur zijn zeer gering; de grootste verliezen waren het gevolg van mitrailleurs en van de aware artillerie. De opeenhooping van geschut en de verborgen mitrai>ll611r8 beletten ona in het noordelijk deel van ons aanvalsfront moor voor uit te komen. digen schooier en zijn. broer! En 'hij zal mij hunne-stoffelijke overblijfselen zenden! De laat ste pretendent was gek, maar blijkbaar is deze nieuwe stapelgek. Weyk een naamMulbery Sel lers dat is muziek voor jou. .Simon Lathers Mulberry Sellers Mulberry Sellers Simon Lathers.... Wil je nog naar Amerika toe?" „Als ik van u verlof krijg, vader." Dë oude heer stond, nadat zijn zoon het ver trek had verlaten, eenige oogenblikken te pein zen. Dit was zijne gedachtenloop ,,'t Is toch geen kwade jongen. Laat hem zijn gang maar gaan daar het toch niets zou baten, mij legen zijn plan te verzetten en de zaak eigenlijk nog erger zou maken. Mijne argu menten en de woorden van zijne tante hebben schipbreuk geleden; laat ons zien, wat Amerika voor ons doen kan. Laat ons zien, wat gelijkheid van standen en ontberingen kunnen uitwerken op de helderheid van hoofd van een jongen Brit- schen Lord, wiens hersenen in de war zijn. Zijn adel met voeten te treden en een man, als ieder ander, te worden! 't Is wat moois!" II. Kolonel Mulberry Sellers dit was eenige dagen voordat hij zijn brief aan Lord Rossmore schreef zat in zijne „bibliotheek", die tevens zijn „huiskamer", zijn „schilderijenzaal" en zijne „werkplaats" was. Nu eens noemde hij dit ver trek met een van deze namen, dan weder met „De I' railseh-Belgische Censuur." De „Opinion Wallonne", een Belgisch blad dat te Parijs verschijnt, schiet den volgenden venijnigen pijl op den eens uur af, welk de Bel gische Rogeering —door een tussohenpersoon op do Belgische bladen in Frankrijk uit oefent. „De Belgische bladen, diio in Frankrijk ver schijnen, worden, bizonder door de oensuur be waakt. Toen evenwel een Belgische afgevaar digde aan het Ministerie van Oorlog gevraagd had of de Belgische regeering. deelnam in het censureeren der Belgisch bladen, die in Frank rijk uitkwamen, werd hem doer den, Minister geantwoord, dat de Belgische Regeering slechts aan die censuur deelnam in zooverre deze mili taire aangelegenheden botrof. „Iloe is het dan diat de schaar van den heer Maruéjonls, den directeur der oensuur, zoo en- meedoogen'd in de artikelen dor Belgische bla den snijdt, welke eenvoudig hun recht van critiek uitoefenen, waarover do Fransohe bladen zoo vrijelijk beschikken? Ziehier: „In Duitsch- land, kunnen de journalisten somtijds oprecht met regeeringspersonen spreken. Do caricatu- risten van gene zijde van den Rijn ontzien zioh niet om de „meesters van het uur," in scherpe en potsierlijke trekken voor te stellen. In Frank rijk, in het land van de rechten van den mensoh, stoot men somtijds eene Eègeering omver. Dat is omdat het volk nog niet gemuilband is. In Engeland is de censuur edelmoedig, omdat het publiek streng toezicht houdt op de handelin gen der ministers. „In België, gaat het geheel anders toe. De Regeering, hier, is onschendbaar, omdat hot haar behaagd heeft om zich door de censuur harer buren te doen beschermen. De vrijheid door den heer de Broqueville aldus verkregen is Olympisch en feodaal. Want als een dagblad schrijver zich veroorloven zon om de geringste aanmerking op de Belgische regeerlng van het Broquevilliaansche Ministerie te maken, dan snijdt de censuur onmeedoogend zijn proza af en legt hem hot stilzwijgen, op. „Van al do oorlogvoerende regecringen, gë- met die van de „Hötelilerie do Sainte-Adresse" dian ook de grootste rast, dank zij de bescher mende sohaar van den heer Maraójouls „Wat moeten de andere buitenlandsche mi nisters hunne Belgische collega benijden! Zij moeten aan linn Parlement rekenschap geven, welk aan den Staat er Verslag vau moot doen. 'Maar de heer De Broqueville heeft liet middel gevonden om aan niemand verantwoordelijk te moeten zijn. Hij- verklaart eenvoudig, dat het onmogelijk is om de Belgische Hamers bijeen te roepen. Indien de oppose er tegenop komt en goede redenen opgeeft Uan! de schaar van Anastasio van de „Quai. d'Orsay" snijdt zijne artikelen en zijne bedoelingen uit. „Ongelukkig voor den heer de^ Broqueville zullen de zaken niet zoo gemakkelijk gaan, den dag, dat wij in ^an(^ *eiu£S^keerd, alleen dé censuur van onze gewetens zullen kennen. Op dien dag zal er geen - aruéjoiils in België in staat zijn ons te beletten vrijuit te schrijven en uit te roepen wat er 'a ons gemoed woelt en wrokt. 0diat die sclioone dag spoedig moge komen Het ïnuniticrvraaV^'^^ der geallieerden Onder leiding viui I' n.vv Georgo had to Londen een conferc»1!; P>»ats ter bespreking van de bewapening "tL»0'*'lieerde troepen. een anderen al naaf Se,a"S' de omstandigheden dit meebrachten Hij vvas bezi£ aan het vervaar- at meebrachten n to. s{uk speelgoed en blijk- ui van ,ee.n a„ arbeid verdiept. Hij was een baar geheel m zijrt jiaar jia£]^ maar overigens was h jeeve^jeugdig, vlug levendig en onder nemend als vroeger. Zijne bemmde oude vrouw zat bii hem vergenoegd bie.ende en peinzende met een slapende kat op haar^schoot. Het vertrek was ruim, helder en z b ijf, ud, ofschoon het huisraad van een B -allooi en niet over vloedig was, en de die eene kamer gezellig plegen te maken, niet vele in getal en niet kostbaar waren, ^aar er was een onbeschij- felijk iets in het vertrek, tou ue tegenwoordigheid van iemand met een goeden smaak verried. Zelfs de prenten, die aan de muren hingen, waren in zeker opzien1 &e.uk'kig gekozen; inder daad schenen zij daargmeel 0p p]aa(3 te zijn en iets aantrekkelijks aan de kamer te geven. Eenige daarvan waren landschappen, andere stelden de zee voor weder andere waren blijkbaar portretten. Al die portretten waren herkenbaar als overleden Amerikaansche man nen van aanzien, en toch deden zij, door de bij schriften van een stoute hand, alhier allen dienst als „graven van Rossmore". De nieuwste daar van had de werkplaats verlaten als Andrew Jackson, maar stelde nu voor „Simon Lathers Lord Rossmore, de tegenwoordige graaf." Aan den wand hing ook een goedkoope spoorwegkaart van Warwickshire. Dez* had onlangs tót op ^erlegehwoordig-a waxen u ranirjjiE, itu^ianu en Italië. i Na de verwelkoming verzocht Dioyd Georgo van ieder land opgave van het be- noodigde te mogen ontvangen. Hij memo reerde do overwinningen van Rusland, de onsterfelijke verdediging van Verdun en den weerstand van de dappere Italianen. Het gecombineerde offensief heeft het initiatief uit de handen van den vijand gerukt. Spre ker vertrouwde, dat het nimmer in zijn han den weer terug zou komen. Deze vooruit gang schreef Lloyd George toe aan de groote verbetering in de uitrusting van die Entente- legers. De vloot legde tot voor kort beslag op meer dan de helft van de metaalbewerkers in Engeland. De meeste van de nieuwe Èu- gelsehe fabrieken zijn thans voltooid en de .meeste machines opgesteld. Honderdduizen den mannen en vrouwen zijn nu voor die nieuwe fabrieken onderricht. Elke maand worden honderden kanonnen van verschil lend soort kaliber afgeleverd. Onze zware kanonnen, zoo ging hij voort, worden met zeer veel spoed vervaardigd' en de productie van munitie is bijna tweemaal zoo groot in oen week en bijna driemaal meer zware gra naten worden door ons gemaakt, dan afge vuurd. werden gedurende het groote offen sief in September en de capiciteit van onze fabrieken stijgt elke week. De hoofdbezwaren van de organisatie-op bouw, uitrusting enz. zijn nlt den weg ge ruimde Het feit, dat .Frankrijk na maanden van buitengewoon groote munitieverbruik bij Verdun nog genoeg reserve heeft om zelf standig het offensief te handhaven, bewijst voldoende het succes vau onzen ingespannen arbeid. Ongetwijfeld is ook de verbetering van den Russisch en munitievoooraad een aller onaangenaamste verrassing voor den vijand. Ook aan de aangehouden inspanning van de Italianen en de goede resultaten daarvan kennen wij tbns. Spr. eindigde met over de behoefte der ge allieerden te spi*eken en zelde; Wij moeten elkander steunen. Nauwgezet moeten wij in de behoeften van de verschillenide legers na gaan om daarin te kunnen voorzien. Een overwinning op één der oorlogstooneelen mist zijn uitwerking niet op de andere fron ten. De herderlijke bediening in hef oorlogvoerende Frankrijk. Aan een! schrijven van een Fransoh priester aan een landgenoot, hier in Nederland vertoe vende, is het volgende ontleend: „Denk eens, dat op het oogenblik ons 'diocees 120 parochies telt, waar'geen pastoors zijn, wijl deze aan het front staan en wlor gelopvigen thans van andere parochies uit door bineeren (2 H. Missen opgedragen door één priester) bedienjd worden. De werkzaamheden der pas- toom zijn aldus verdubbeld, velen zijn reeds be zweken onder do taak en onder degenen, die den oorlog overleven zullen er vele invaliden zijn. In een 15-tal parochies, zijn de pastoors ge durende den oorlog overleden en nog niet ver vangen". Ieder zqne meug. De „Times" vertelt van den ijver van een Australiër oin zich bij het Britsehe leger te voe gen. Deze man, genaamd Wilfred Steele is on langs 1500 mijlen ver uit de diepten van de Australische oerwouden naar Adelaide gereisd om zich op te geven als soldaat. Hij maakte ge bruik van den eersten besten kameel, nam Voor een week watervooraad medo en eenige sneden gezouten vleesoh en ging er zoo op uit. 1 oen hij de beschaafde wereld bereikte verving hij den kameel door paarden en de laatste 790 mijl ten slotte legde hij af met- den trein. De „Deutscbland" een koopvaarder. De duikbootkoopvaarder „Deutscbland", is cok, zooals al aangekondigd was, dat gebeuren zou door Amerikaansche marineofficieren on derzocht. (éij vereenigde zich met de verklarng, dat men met een koopvaarder te doen had. Een telegram aan de „Times" uit Washington gee t te kennen, dat verreweg liet grootste deel van do nikkel in de Vereenigde Staten uit Ca nada komt en de rubber op Engelsche schepen uit Engeland wordt ingevoerd. De uitvoer van die artikelen ia slechts geoorloofd op voorwaar de, dat zij niet weder aan Du.itachla.nd worden geleverd. Deze levering wordt nn, door de reis van da „Deutschland" uit de Vereenigde Staten mogelijk. Dit punt zal wellicht verder ter sprake ko men, vooral, daar van Engelsche zijde zou kun nen worden aangevoerd, dat de"uitvoer van nik kel een onguiistigen invloed op de munitiefa- bricage in de Vereenigde Staten zou kunnen hebben. Samenwerking tussehen duikboot en zeppelin tot verbreking der blokkade. Nu liet denkbeeld van de onderzecscbe koop vaardijschepen door de reis vau de „Deutsch- CCCXVII. BISSCHOPSWIJDING. ZEGEWENSCH. PLECHTIGE ZEGEN. Het „Te Deum" is ten einde! Weer heeft de nieuwgewijde plaats genomen op zijn troon. Ter rechterzijde staan de Wijder en de Assisieuten, allen zonder mijter. Vóór het einde der plechtig heid wil de Wijder den wijdeling nog toewen- schen, dat het groote werk aan hem worde be stendigd, tot roem der Allerheiligste Drievul digheid en tot heil der hem toevertrouwde kudde. „Moge uwe hand," zoo heft hij daarom aan, en het koor vervolgt, „worden bevestigd en uw rechter verheven, mogen gerechtigheid en oor deel het sieraad zijn van uw zetel, Eere zij den Vader," enz. Als het koor de antiphoon herhaald heeft, zingt de Wijder: „Laten wij bidden. God, Herder en Bestuurder aller geloovigen, Die dezen Uwen dienaar aan het hoofd Uwer Kerk hebt willen gesteld zien, zie genadig op hem neder en geef hem, bidden wij U, dat hij door woord en voorbeeld hun, over wie hij gesteld is, zóó moge ten nutte strekken, dat hij te samen met de hem toevertrouwde kudde gerake ien eeuwigen leve. Door Christus onzen Heer. Amen." Na dit gebed verlaat de wijdeling zijn troon en stijgt ten al tare, met mijter en staf. Reeds heeft hij den eenvoudigen zegen aan zijne geloo vigen gegeven; doch zij kunnen heden de kerk niet verlaten, alvorens hij hen in de volle waar digheid eens bisschops met de meeste plechtig heid heeft gezegend. Daarom knielen allen, pries ters en volk, neder, staan zelfs Wijder en'Assis tenten vol eerbied en met ontdekten hoofde aan den voet des altaars. Terwijl dan de wijdeling met den rechterduim het teeken des kruises vormt op de borst, zingt of bidt hij„De naam des Heeren zij gezegend!" „Van nu af tot In eeuwigheid!" En terwijl hij het gewone krui3- teeken maakt: „Onze hulp is in den naam des Heeren!" „Die hemel en aarde gemaakt heeft." Dan verheft en vouwt hij de handen en buigt eerbiedig het hoofd, zeggend: „Zegene u de almachtige God." Ten slotte zich keerend tot de geloovigen en tot driemaal het kruis over hen makend, gaat hij voort: „De Vader en de Zoon en de H. Geest. Amen." land" tot uitvoering is gekomen, mag worden opgemerkt, dat een ander denkbeell, dat even zeer voor de hand ligt en waarbij het evenzeer op de praktische toepassing aankomt, nog niet iot uitvoering is gekomen, namelijk om zeppe lins, dio immers zoo'n aanzienlijke lading aan hommen kunnen meenemen, in dienst te stellen van de vrachtvaart. Van da blokkade zouden dio luehtvaartkoopvaarder geen last hebben. Het zou interessant zijn te weten of in dez« richting nog wordt gezocht. Nog eens: de vergeten strijdmacht. In ons nummer van Donderdag hebben wij medegedeeld, dat het unionistische oorlogs- comité te Londen heaft beraadslaagd over do vergeten strijdmacht in Mesopotamia. Ook in het Engelsche Lagerhuis is dit bader- v oip V, oensdag aan de orde geweest en Sir toward 0arson vroeg daarbij den miniater-pre- siüent Asquith' op den man af, of „hot Lager- 1 "d® 0U Lot volk dan nooit eenig bericht zouden krijgen Vftn wat or .in Mesopotamia omgaat?" ,A\ orden de berichten opzettelijk achtergehou den?" En in dien geest ging hij voert, geheel in don trant van het hoofdartikel in de „Times", waaruit, wij ook een en ander aanhaalden. „Niemand wenscht iets achter te houden," antvooi.ldo Asquith. „De regeering wilde niets U.u,! an dat de heele zaak in debat kwam. Maar dit ia daartoe niet het oogenblik." „Waaom?" vroeg men.. „Om redenen, die ik niet kan mecdoeleu," antwoordde Asquith. „De toestand onzer troepen in Mesopotamia heeft dag aan dag de aandacht onzer regoering en or zyn maat regel on getrof- fen om in gebleken leemten to voorzien". Carson was hiermee niet tevreden. Hij kon digde aan, in 't begin dor volgende week op zijn vraag ie zuilen terugkomen. Krijgt hij dan geen bevredigend antwoord, dan zal hij verdaging, van het Huis voorstellen. schrift gekegen: „De bezittingen van Rossmo- res". Aan den tegenovergestelden wand hing een andere kaart, en deze was de groote versiering van het vertrek en de eerste om de aandacht van een vreemde te trekken uit hoofde van haar giooten omvang. Deze had vroeger eenvoudig tien naam „Siberië" gedragenmaar nu was het woord i oekomstig" vóór dat woord geplaatst. Er waren nog andere toevoegselen met rooden inkt verscheiden steden met een aanzienlijke bevolking, over het uitgestrekte land verspreid op punten, waar heden ten dage noch steden noch bevolkingen bestaan. Een van deze steden met een bevolking, die op 1,500,000 gesteld was droeg den naam „Liaei yorloitsrooiza- linski", en er was eene nog meer bevolkte, in het middelpunt geplaatsten aangeduid als „hoofd stad", die de naam „breedoinolownaïwanowich" droeg. De „huizmge de naam, dien de kolonel gewoonlijk aan zijne woning gaf was een vervallen, oud gebouw van een aanzienlijken omvang en van twee verdiepingen, dat op den een of anderen tijd geverfd was, maar dit bijna vergeten had. Hét stond in een armoedig ge deelte van Washington en was eenmaal iemands buitenverblijf geweest. Het was omgeven door een verwaarloosd tuintje met een schutting, die hier en daar hoog noodig ééns recht gezet diende te worden, en een hek, dat niet al te best meer sloot. Aan de deurpost waren verscheidene let- ters te zien. „Kolonel Mulberry Sellers, procih - HET OFFENSIEF IN HET' WESTEN. Een Duitsch officier, die onder het off en- Hef aan de Somme gewond is geraakt, ver telt in de „Berliner Zeitung am Mittag" van hetgeen hjj heeft beleefd. Het was voor zijn afdeeling een vreflfede geweest, toen zij na een rustpoos, niet zooals zij gedacht hadden naar Verdun of naar Rusland werden gezonden, maar weer ge plaatst werden in <16 stellingen, die zij zelf hadden helpen aanleggen. Hier hadden wij, zoo vertelt hij, bijna elk woonliol gebouwd en iedere week de hindernissen versterkt. Wij hadden in de diepe schuilplaatsen met hun huiken van heele hoornen en, in het 30 meter breed® prikkeldraad zooveel vertrou- voor onneembaar reur en zaakwaarnemer", waren de voornaamste. De een hoorde van den ander, dat de kolonel was een spiritist, eij hypnotiseur, een geesten-, bezweerder enz. Want hij was een man,-die aller lei baantjes bij de hand had. Een neger met wit haar, een bril en vrij afgedragen witte katoenen handschoenen, ver toonde zich aan de deur, maakte een deftige buiging en kondigde aan „Marse Washington Hawkins, Sir!" „Wel komaan! Laat hem binnenkomen Daniël, laat hem binnenkomen De kolonel en zijne vrouw waren in een oog wenk van hunne zitplaatsen opgestaan en druk ten een oogenblik daarna de handen van een man, die er stevig gebouwd, maar ontmoedigd' uitzag, en wiens geheele voorkomen verried, dat hij vijftig jaren oud was, ofschoon hij, naar zijn haar te oordeelen, wel honderd had kunnen tel len. „Wel wel, Washington, beste vriend, wat doet het mij een genoegen, je eens weer te zien! Ga zitten! Kijk eens aan, je bent nog dezelfde van vroeger, wat ouder geworden, een heel klein beetje; maar je zoudt hem overal herkend lieb-j ben, niet waar, Pólly?" „O ja, Berry, hij ziet er precies uit, zooais zijn vader er zou uitgezien hebben, als ibj nog in leven was. Maar waar kom je yandaau.- Laat mij eens zien: hoe lang is het al geleden...." (Wordt yervolzd.1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1916 | | pagina 7