ifCBNE H11IL COURANT IE Gin UI KSMB. bond 0e irmmiz DE OORLOG FEVU.LKTMI P. J. JAMSSEM, BUITENLAND BINNENLAND Zaterdag 29 JuliDerde blad LOOPERS bij ilnagasag, hoek Warmoesstraai An« %et»é*de *«enn#s op dit Blad, die Ij het bezit ztfn van eene Verzekeringspolis, Öjn, volgens de bepalingen op de.pbliseen 'ermeW, tegen ongelukken verzekerd voor: f 4000 ki} levend, ongeschiktheid tot werken m® bi] overlijden soa bij veriies van een hand ol voet Tweeës*2eï msiraaB. 13) VERSPREIDE BERICHTEN GROOTSTE SÖRTEEBSMG LAAGSTE PRIJZEN in eJ2*g® resjels» VIL bij verlies van een oog 100 bij verlies van een duim 7S bij breuk van een arm of been 00 bij verlies van een wijsvinger - 25 bij verlies van een anderen vinger uitkeer!ng dezer bedragen wordt gega randeerd door de „Hollandsche Algemeens Verzekeringsbank" te Schiedam. De vóór 1 October 1911 uitgegeven polfc&sv tijn niet geldig. Dat de geestelijke belangen .onzer mili tairen bij den huidigen minister van oorlog allerminst in veilige handen zijn en dat de minister er begrippen van moraliteit op na houdt, die geheel en al in strijd zijn met de Dhr/fitelijke is al meer gebleken. Men herin nero zich maar 't antwoord, dat de minister gaf op de vragen van den heer Arts in zake een walgelijke vertooning voor mili tairen bij Carré te Amsterdam. In 't antwoord dat de minister gaf op vragen van den heer Scheurer aangaande het ergerlijke geval van een gecostumeer- (ien voetbalwedstrijd te Tilburg, komt tl at opnieuw aan den dag. Algemeen was die tvedstrijd als „zedekwetsend" afgekeurd. De Minister echter ontkent ten eenenmale dat hij „zedekwetsend van aard" was en ver goelijkt het gebeurde zelfs. Hij keurt 't zich als vrouw verkleeden üiet af en nam daar geen aanstoot aa-n, zegt zeifs dat daarmede „natuurlijk" beoogd were) de lachlust der omstanders op te wekken. M.a.w. de minister keurde het goedl En de commandant onder wiens toezicht de wed strijden plaats liaid.en krijgt nog een pluimp je op den koop toe. Echter„hoewel te Tilburg onder het goede toezicht van den betrokken comman dant geen misbruiken of onvoeglijkheden zijn Voorgevallen en niemand gedwongen is ge- tvoraen de wedstrijden bij te wonen" heeft de minister in het gdbcujrde toch aanleiding gevonden om een legerorder uit ,te vaardi gen, waarbij het zich steken in vrouwen- kieedersn bij militaire voetbalwedstrijden iWordt verboden. Do Minister ging hierbij uit van do over weging „dat genoegens, die den militairen «van hoogerhand worden aangeboden, aan «zekere eischen van goeden smaak moeten «voldoen, opdat óók langs dezen weg eemge ^invloed ten goede worde geoefend op het «peil onzer volksvermakelijkheden."' Niet dus omdat het uit zedelijk .pogpunt niet toelaatbaar is, maar omdat tja genoegens „aan zekere eischen «van gfeft- don smaak «weten vjoldoan", zijn ver- looningen als die te Tilburg voor militairen biet meer geoorloofd, wat nu juist niet pre cies 't zeilde isl Het is nu geworden eene „kwestie van appreciatie" of eene vertooning al dan niet zedekwetsend is. Mét wat de Dhr. moraal leert houdt de minister geenszins rekening. ÖVatdie zegt onderschrijft hij biet onvoor waardelijk. En over wat wij Christenen zede kwetsend achten, spreekt de minister niet zijne vérontwaardiging uit. Dat is het bedroevende en het ergerlijke van de historie 1 Een nieuw bewijs waar heen 't gaat onder een vrijzinnig bewind met de zedelijke belangen van de natie. On der den huidigen Minister van Oorlog loopt 't de spuigaten uitl Hij huldigt een moraal indruischende tegen de christelijke. En aan zulk een minister moet men dan toevertrouwen de zedeiijk belangen van de zonefi onzes volks, die nu gemobiliseerd zijul {Wordt 't niet tijd dat daartegen van onzen kant een krachtig protest uitga? DE RUITERIJ IN DEN HUIDIGE,N STRIJD. In de „Echo de Paris" schrijft generaal Cherfils een artikel over de"toekomstige rol di'o de ruiterij zal hebben te vervullen bij het ver drijven van de Duitschers uit Frankrijk. Ongetwijfeld, schrijft bij, is-de slag aan de Marne een groote overwinning geweest. De vijand werd 60 K.M. teruggedrongen. Noch tans was deze overwinning niet beslissend we- Satjriek verhaal van Mark Twain. Uit het Amerikaansch). Binnen drie dagen nadat zij tehuis gekomen v?as, had zij al eenig werk weten te krijgen; Voordat Pete nog te Washington was, en voordat de tweelingen in Engelschen grond rustten, was z'j reeds met werk overstelpt en behoefden de fa milieportretten niet meer voor schuld opgeof ferd te worden. „Zij is een flinke meid," zeide Rossmore tegen den majoor, „precies haar vader: altijd bereid om met hoofd en handen te werken, zonder zich daarover te schamen; handig, altijd handig, wat ïii o«k moge ondernemenalles gelukt haar, wat *i| doet; zoo is zij geheel eene practische Ame- nkaansche door aangeboren nationaliteit, en te gelijkertijd eene aristocratische Europeesche door overgeërfden adel des bloeds. Zij is precies fjij: Mulberry Sellers, in geldzaken en in vin dingrijkheid." Öe beide vrienden hadden dagelijks een bezoek •ftn het postkantoor gebracht. Eindelijk was «unne wandeling niet vruchteloos geweest. Tegen HSU gvond yan den 20sten Mei werd hun een gen# het uitblijven van ëea vervolging, waar1- door de vijand zich kon herstellen in van te voren gereed gemaakte stellingen en een bele gering van jaren tijdis begon. Er ontbrak wel bet een en ander aan ons voetvolk en aan mu nitie voor ons geschut, maar toch had de zege volmaakt kunnen zijn bij een heftige vervol ging; het middel voor vervolging! kon niet wor den gebruikt Onze ruiterij moest in den oorlog gaan, uitgeput tengevolge van de wet op den tweejarigen dienstplicht De aanhoudende dienst zonder rust of duur, dien deze ongélukkige wet van onze paarden Vorderde, had hun uithoudingsvermogen en or- ganismo ondermijnd 1 De te groote inspanning van de eerste oorlogsmaand voltooide de mine van onze ruiterij. Toen in de dagen van den slag aan de Marne was er niet meer kracht in de beenen van onze paarden dan munitie in onze caissons. Een toekomstige overwinning behoort niet een tweede slag aan de Marne te worden zon der een vervolging, maar geheel volkomen te zijn. Een nieuwe ruiterij met haar snelle en ge pantserde vernielingsörganen, autokanonnen en automitrailleurs, mitrailleur» in de lucht; met de kanonnen en de machinegeweren, die vleugels hebben of galoppeeren, dezo krachtig uitgeruste ruiterij alleen is in staat de vervol ging zeker te maken. Daarop gaat generaal Cherfils de gebeurte nissen op het oostelijk front na en zegt, dat de Russen nooit het enorme cijfer van krijgsge vangenen zouden hebben gemaakt zonder bet schitterend optreden van bun ruiterij en ge pantserde automobielen. Ilij gaat de verschil lende verrichtingen der Russische ruiterij in de laatste weken na. In de overwinning op 16 Juli van Sakliarof op aartshertog Jozef Ferdinand wisten de Russen de Oostenrijkers wol 20 K.M. terug te drijven tot op den rechtorover van de Lipa. Een zoo groot suocas zou in dezen oorlog van opeenvolgende loopgraven nooit kunnen zijn bereikt, zonder de lichte kanonnen en het snelle blanke ruiterwapen. Op het westelijk front is bij het nieuwe offen sief de ruiterij weer voor het eerst op kleine schaal aangewend. Den 4den Juli des morgens verkenden ruiters de hoogvlakte van Flaucourt en rapporteerden de sterke bezetting van Bar leus. Den 5den Juli vielen een eskadron van de Engelsche garde en een troep Indische ruiters van Deocan, optredende tusschen het bosch van Troncs en van Fiers, het Duitsclie voetvolk aan. Op zichzelf zijn deze voorvallen van gering belang, maar het zijn gewichtige teekenen voor de toekomst. Gisteren werd éen èskadiron gebruikt, morgen zal het een regiment zijn, overmorgen een ge- heele massa. Het Fransche opperbevel heeft welgedaan tijdens den belegeringsQorlog de ruiters te doen afstijgen en te doen deelnemen aan den dienst in de loopgraven. Het is ook wijs geweest, be sluit Cherfils zijn artikel in dé „Echo de Paris", met géén gehoor te geven aan de schuldige bewe ringen van degenen, die de door alle tijden blij vende rol van de ruiterij loochenden en zorg vuldig haar ruiterij te bewaren voor het uur, dat spoedig" z,al komen» Engelsche maatregelen tegenover Belgische belangen? Men schrijft ons uit België: In den economischen strijd door Engeland aangebonden om Duitscliland en zijn ver- hondenen te verpletteren, heeft eerstge noemd land thans maatregelen genomen, die van dien aard zijn. dat ze de Belgische be langen noodzakelijkerwijze schaden. Terïereen weet dat de filialen der Duitsche bankhuizen te Londen een gedwongen likwi- datie ondergaan: de Engelsche regeering nu heeft do'dwangbeheerders dezer banken uit- genoodigd zoowel de Duitsche als de Belgi sche debiteurs, te verzoeken hunne debet- salai tegen een bepaalden datum aan te zuiveren, ofwel deze instellingen te belas ten met den verkoop der waarden, die deel uitmaken van hunne portefeuille in deze banken gedeponeerd, tot een bedrag dezer debet-saldi. Moebt een debiteur geen gevolg geven aan de instructies van den Engelschen dwangbeheerder, dan zou deze overgaan tot de gedwongen verkooping der gedeponeerde titels; hét overschot dat eventueel beschik baar zou komen, zou dan dienen om schul den aan andere Engelsche sckuldeLsoher» te betalen. Deze beschikking nu is in staat om in België ontroering te verwekken. Op welke wijze stelt de Engelsche regeering zich voor, dat de Belgische kapitalisten aan de hun op gelegde verplichtingen zullen voldoen? Het schijnt wel alsof men in het Foreign Office niet weet dat in België door dé bezettende overheid maatregelen zijn genomen om de exodus van Belgische kapitalen naar de met Duitscliland in oorlog zijnde landen te ver hinderen. Wil men 'het laten voorkomen alsof de En gelsche minister van financiën geen kennis draagt van de Duitsche verordening, waar bij den Belgen verboden wordt, betalingen te doen die voor Engeland, Frankrijk enz. be stemd zijn? W eet men dan te Londen niet, dat do inwoners van België op dit oogenblik geen verkoop-orders kunnen verzenden voor waarden, welke in bedoelde banken gedepo neerd zijn? Het komt onzen zegsman zeer onwaar schijnlijk voor, dat bedoelde Belgische ka pitalisten zich op eenigerlei wijze zullen kunnen verdedigen tegen bovenbedoelde maatregelen, die hun ongetwijfeld verliezen zullen berokkenen en waarvan de verant woordelijkheid klaarblijkelijk voor rekening der Engelsche regeering komt. 3012 ZWITSERLAND. Algemeen kapittel der Dominicanen. Te 1'reiburg, in Zwitserland, is het algemeen kapittel der paters Dominicanen begonnen, waarin ook een nieuwe generaal zal gekozen worden. Oorspronkelijk wag rnen van plan bij gelegenheid van het 7de eeuwfeest dér orde het kapittel in Spanje, het vaderland van den H. Dominicus, te houden. De oorlogstoestand maakte het echter wensc-helijk een land uit te kiezen, dat voor alle provincies der orde be reikbaar was. Zwitserland nu kan ook door do provincies der Duitsche en Oostenrijksche Do minicanen bereikt worden. In het kapittel hebben 29 provincies stemrecht, die elk drie stemmen mogen, uitbrengen. Of echter alle provincies voltallig vetregenwoor- digd zullen zijn, is een groote vraag, daar we gens den oorlog liet internationaal verkeer bui tengewoon moeilijk is. Aan enkele Fransche pa ters beeft de F ransche regeering geen buiten- landschen pas willen geven. De tegenwoordige generaal, pater Hyacinth Cormier, is een 1 ranschman en werd in 1904 op het algemeen kapittel gekozen. Bij zijn ver- kiezing was by reeds 72 jaar en zeer zw.ak van gezondheid. Nochtans beeft bij de orde met jeugdige kracht bestuurd en veel voor baar ge daan. Vooral de inwendige ontwikkeling dor orde was bet voorwerp yan zijn voortdurende zorgen. T U R K IJ E. Het Katholicisme in Konstantïnopel. Juiste statistieken bestaan in Turkije, aldus de „K. V.", nog niet, en daarom moet men zich bij opgaven van cijfers met zoo nauwkeurig mogelijk gedane optellingen tevreden stellen. Welnu, aldus beschouwd, telt Konstantïnopel mot zijn 1-200.000 inwoners, ongeveer 600.000 mabomedanen,, 400.000 schismatieke christe nen, 60.000 joden en 45.000 katholieken. Van de katholieken behooren er ongeveer 25.000 tot den Latijnschen, 15.000 tot den Ar- meenschen, 2000 tot den Grieksch-geüniëerdën en 3000 tot den Chaldeeischen, Syrischen, Bul- ga arsch en, Griekach-Melehitisahen of Georgi- sehen ritus. De. Latijnsche ritus telt 12 parochies met 88 priestersde andere ritussen" tezamen bezit ten er 17 vanwelke er te tot den Armeenscken ritus behooren. Aan de domkerk van Konstantïnopel zijn ver- honden de apostolische vicaris van Konstantï nopel, titulair-bisschop van Hierapolis, mgr. Anne Maria Dolci, zijn vicaris-generaal mgr. Pompili, zijn secretaris, mgr Cesarano, (alle drie Italianen) 8 inheemsche, 2 Italiaanscho en 1 Fransche wereldgeestelijke. Onder, de geestelijkheid der parochie bevin den zioh nog vele Italiaansclie en Fransche priesters. ITALIË. De Pauselijke graven. Met een enkel' woord maakten wij er Maan dag reeds melding van' at vei'leden week, 13 jaar na het overlijden vara H- Pa«9 Leo XIII, in allen eenvoud zijn stof e ijk overscliot ia bij- gezet in het praalgraf in San Giovanni in La- terano, dat reeds den 22sten Juli 1907 als ceno- taaf was ingewijd tegen"' er liet praalgraf van Z. lï. Paus Innocentius UT. Sedert het overlijden was het stoffelijk over schot van Paus Leo XCtl bijgezet in den zerk boven den ingang der sjjkajipl van den Sint Pieter. Dit is het tijdelijk graf van eiken Paus en de overbrenging naar de definitieve rust plaats gebeurt onmiddellijk zoodra deze gereed is. Daar echter in 1881 bij de overbrenging van het stoffelijk overschot van Z. H. Pius IX naar San Lorenzo fuori la mura, amticlerioale betoo gingen plaats hadden, heeft Paus Pius X het nooit gewaagd den zerk van zijn voorganger, Paus Leo XIII over te brengen. Met dit gevolg, dat, toen Z. H. Paus Pius X in 1914 overleed zijn stoffelijk overschot niet tijdelijk boven den ingang der zijkapel in den Sint Piater werd bijgezet doch in de orypta van de basiliek. Paus Pius X z.g. had zijn graf in den St. Pie ter gekozen. AMERIKA. Haaien of onderzeeërs? Volgens een Reuter-telegram uit New-York worden de kustwateren van den noordelijken Atlantischen Oceaan thans onveilig gemaakt door groote haaien en in de kustplaatsen is reeds menige badende badgast door deze ondie ren verzwolgen. President Wilson heeft aan do kustwacht en aan den reddingsdienst last ge geven om hulp te verleenen bij het verdelgen dezer dieren en er zijn prijz-n uitgeloofd voor olken dooden haai. Het is te hopen, dat men et spoedig een paar opvischt en daardoor met zekerheid kan vaststellen, dat liet wat menige Jingo na tuurlijk vast en stellig gelooft geen Duit sche duikbooten zijn die de kustwateren onvei lig maken. Le Daily Mail berekent dat de loonen der mijnwerkers in Zuïd-Wales thans 51%'proeent hoogor zijn dan vóór den oorlog. Om te gemoet te komen in het nijpend te kort aan arbeidskrachten, helpen in Cheshire meer dan 1000 soldaten aan het kooien. Volgens de „Tolegraphen Union", 'heeft Roger Casement allo verzoeken van vrienden.om den koning gratie te vragen, geweigerd. In Italië is het van heden af verboden, papieren geld uit te voeren of kleine bankbil jetten in brieven te verzenden. De Engelsche gezant Lowter bij het Deen- sche hof heeft ontslag, gekregen. Vermoedelijk zal Sir William Padget hem opvolgen. Da Russische minister van onderwijs Igna- tieff heeft een voorstel ingediend om 10 nieuwe universiteiten op te richten. Ruim 5 mill, acres land in N;-Z.-Wales zijn beschikbaar voor teruggekeerde soldaten. Dit land wordt verdeeld in 4.000 blokken. Keizer Frans Jozef heeft een Engelsche, miss Ida Blackmore, die tot 8 maanden ker kerstraf was veroordeeld, gratie verleend. wordt. KOOPT GEEN PREMIELOTEN OP AFBE TALING. Aldus waarschuwt de Haagsehe Orfc. in oen hoofdartikel „gewijd" aan loterijzwen del. Het blad stelt als oplichterspraktijken in het licht het bedrijf van een firma, die uitgeeft premiebewijzen van f 72, betaalbaar in 24 achtereenvolgende stortingen van f 3 waarvoor een serio nader aangeduide pre^ mieloten wordt geleverd. Eefstens becijfert het blad dat men voor de loten den dubbe len prijs betaalt en noemt dan de voorwaar den, welke de kooper van bet premie-bewijs ie onderteekenen krijgt en die met andere woorden, volgens bet blad, dit zeewen* Als ge bjj deze premiemaatschappij 'in gebreke blijft met betaling van één termijn, dan zijt ge met slechts al uw geld en uw loten kwijt, maar blijft nog verplicht alle volgende termijnen te betaien, die {gerech telijk ingevorderd worden. .Zendt ge, na alles te hebben betaald, niet uiterlijk binnen een maftnd daarna de vereischte stukken in, uan zijt ge ook uw geld en uw loten kwijt. En bovendien kunt gè verplicht' wordén om, indien sommige van de gekochte loten sinds den datum van aankoop in ksers mochten zijn gestegen, dit koersverschil aan de maat schappij nog extra te vergoeden en zijt ge overgeleverd aan cle maatschappij om deze te betalen al wat zij voor „administratie" e.d. van u mocht wcnschen te vorderen. Inderdaad; zoo besluit de Haagsehe Ort. het wordt tijd dat dergelijke prak tijken hier te lande strafbaar worden ge steld. Men heeft hier te doen met hande lingen, moreel even misdadig als oplichting, maar 'die helaas thans straffeloos kunnen CGCXIX. HET AARTSBISSCHOPPELIJK PJ Onder de pontificale eereteekenan zeeï voorname plaats ia het P a 11 i i rechtens Alleen den paus en den aartsbjj pen toekomt en sleclfta bij Eooge uit ook aan gewone bissökoppen geschonkè Set. is een wiCwollen band, ongeveer gérs breed, waarin ze» awarte kruisen zjjn in#* geweven; ter -hoogte van den bovenarm om. spant deze band borst en rug, terwijl aan voor. en achterzijdte een korte strook afhangt. Drie' gouden spelden; die vroeger werkelijk diendea om dit ~eereteeken aan het Kasuifol vast te nechten, zija thans louter ornament. Het wordt vervaardigd uit wol van de twee lammeren, dia te Rome op den feestdag van de H. Agnes ge offerd en gezegend worden. Op den vigiliedag van de H. H. Apostelen Petrus en Paul us wor den de nieuwe pallia op het altaar, dat zioh boven het graf van den H. Petrus bevindt, neer gelegd), na de espera door den Paus ge wijd en daarna bewaard in een kunstvol bewerkt schrijn, dat eveneens zijn plaats vindt op het graf an den Prins dor Apostelen. Wat den oorsprong van het pallium betreft, hoogstwaarschijnlijk stamt het uit het Oosten, waar wij het reeds in de 4e eeuw door de Bis schoppen zien gedragen worden en van waar het naar Rome overging, 't Was een soort schoudermantel, den vorm hebbend van een breoden witten doek, die om den hals geslagen werd en van den linkerschouder afhing. Even als zoovele andere liturgische gewaden onder ging ook dit eereteeken in den loop der eeuwen allerlei wijzigingen en inkortingen, totdat liet zijn tegenwoordigen snit kreeg. Aan oorspronkelijk Oostersch bisschopsg wand is het pallium thans opgeklommen tot e ambUinsigne, dat kra.chtens het Kerkelt'k Recht uitsluitend den Paus en den Aartsbis schoppen teekent. Deze laatsten mogen zich niet als zoodanig betitelen noch bisschoppelükoambt» verrichtingen doen, vóór zij het pallium ont vangen hebben; zoodoende is 't gaan gelden al* teeken der aartsbisschoppelijke macht. Binnen drie maanden moet de nieuwgewijclo Aartabï». schop driemaal er den Paus om verzoeken.; daarna wordt het hem na een eed van trouw aan Kerk en Paua op plechtige wijze door een afgezant uit Reme overhandigd. Terwijl da paus het overal en ten allen tijde kan dragen, mag hij er zich slechts mede tooien binnen da grenzen zijner kerkprovincie in de kerkgebou wen tijdens do plechtige H. Mis (uitgezonderd een Requiemmis) op bepaalde door het Ponti ficale aangegeven dagen. Het pallium wordt den overleden aartsbisschop meegegeven in liet graf; sterft liy in zijn geestelijk district, dan wordt h, op de gewone wijze er mede b* kleed, overlijdt hy daarbuiten, dan logt men het opgevouwen onder zijn hoofd. worden bedreven. Zoolang de Strafwet 5of® dergelijke bcdriBgers en. woekeraars rooft bepalingen bevat, is de waarschuwing dubbel op haar plaats; menschen, ziet toch goed toe, wat ge teekent. Laat u niet door mooi# praatjes om den tuin leiden. iWeest, zoodra he„ geldzaken betreft, op uwe hoede. Keopt geen geval prenneioten op afbetaling}! NAUWERE AANEENSLUITING DER H. IJ. S. EN DE STAATSSPOOR. Naar het Iihld. verneemt, bestaan er p'annej tot een nauwere aaneensluiting msschen de beid# groote spoorwegmaatschappijen Aanleiding hiertoe zoudenvo.a. zijn de s.eedt toenemende moeilijkheden ondervonden hij ót exploitatie door twee maatschappijen van cfc groote gemeenschappelijke stations als Amster dam, Rotterdam en Utrecht en bij de vaststelling der wederzijdsche verkeersverhoudingen bij nco- dige wijziging der plaatselijke toes-anden, al daar ten gevolge van de groote toeneming van het verkeer. De bedoeling i3 de spoorwegovereenkomsten van 1890 te handhaven, doch te komen tot een meer economisch gebruik van het geheele spoor, wegnet, hetgeen zal zijn zoowel in het belanjj van het publiek als in dat van de Maatschap^ pijen. DE GEMEENTERAADSVERKIEZING TE OUD-BEIJERLAND. De tien voorstanders van de oprichting der Rijks H. B. S. te Oud-Beijerland, die 19 dezer, doordat de candidatenlijsten der tegenstanders niet in orde waren, bij enkele caudidaatsteling tot leden van den Gemeenteraad verkozen werden verklaard, hebben gemeenschappelijk besloten hun benoeming niet aan te nemen, ten einde de kiezers alsnog in de gelegenheid te stellen, uit spraak te doen. brief voor X Y Z ter hand gestled. Daarop stond de poststempel van Washington; het briefje zelf was niet gedateerd. Het luidde: „Aschvat, achter den lantaarnpaal in Black- Horse-Alley. Als ge eerlijk spel speelt, zet er u dan morgenochtend den 21 sten op neer, en wel om 10 uur en 20 minuten, niet vroeger of later. Wacht, totdat ik kom." De vrienden dachten ernstig Over dit briefje na. Eindelijk zeide graaf: „Zou je niet denken, dat hij bang is, dat wij van de politie zijn?" „Waarom Mylord?" „Omdat dat geene plaats voor eene samen komst is. Er is daarin niets vriendelijks, niets ge zelligs gelegen. En tevens zou iemand, die nieuwsgierig was om te weten, wie er op dat aschvat zat, zonder zich aan ontdekking bloot te stellen, op den hoek der straat kunnen gaan en staan en die langs kijken en op die wijze zijne nieuwsgierigheid bevredigen." "^a'i xziin. Pl3,1 is nu duidelijk. Hij schijnt iemand te zijn, die niet oprecht kan zijn. Ik wou, dat hij ons gezegd had, in welk logement hij. „Nu neb je het gevat; Washington: hij heeft het ons verteld." „Heeft hij?" „Wel zeker. Black House Alley loopt langs een kant van New-Gadsby. Dat is zijn logement. „Hoe denk je dat zoo?" „Ik weet het met zekerheid Hij heeft een ka mer vlak tegenover dién lantaarnpaal. Hij zal daar morgen om 1° uUf-Tr- m'nuJen ^ood °P zijn gemak achter z»JneJ3ne" pla,ats nT?1-1-' en als hij ons op het ^'Wai ziet zitten, zal hij bi; virh ypif 7pno-en: ,.llc Jleb een van die kerels in den trein glS' - ,<?3n -I stond uit devoetenTJ cn zeidc; ^awkms keek t j,je kans verjkeken, kolo- „Och, hemel, dan i» nel, dat zal hij n" „Dat zal hij niet. ;;Sat j? Sop W ajdtot moet gaan zit ten, maar ik. Jij ,met. agent van politie in burgerden, zoodra je hem ziet aankomen, en een gespui niet mij aanknoopen." „Wat heb je toch een scherp doorzicht kolonel SellersDaaraan zou ik nooit van mijn leven ge dacht hebben." „Dat zou zeker geen £raa* van Rossmore tus schen Willem den Veroveraar en Mulberry ge daan hebben als £iaat namelijk: maar het is nu nog werktijd, en de graat in mij sluimert nog. Komaan! Ik zal je zijne kamer aanwijzen." Zij bereikten de buurt, waarin het logement New-Gadsby stond, omstreeks negen uur in den avond en liepen de straat door, totdat zij- bij den lantaarnpaal kwamen „Daar zijn we er, zeide de kolonel zegevie rend, terwijl hij met de hand naar het logement wees. „Daar is het! Wat heb ik je gezegd?" „Dat is goed en wel, maar, kolonel, het is zes verdiepingen hoog. He begrijp niet, welk raam je. „Al de ramen. Laat hem maar kiezen, 't is mij onverschillig, nu ik hem binnen mijn bereik heb.'Ga jij nu op den hoek van de straat staan; ik zal het logement eens wat nader opnemen." De graaf liep tusschen de menigte door en koos eindelijk eene plaats in de nabijheid van de lift. Gedurende een uur gingen er verscheidenen naar boven en kwamen er verscheidenen naar beneden; en allen zonder eenig lichaamsdeel te missenmaar eindelijk zag de graaf vluchtig een persoon, die de gezochte wel wezen zou, —.zag slechts zijn rug, want door de haast had hij het gezicht niet kunnen zien. Hij zag alleen een vreemdsoortigen hoed, en daaronder een opge- roiden pleid met nogal schelle kleuren en eene ledige mouw, aan den schouder vastgespeld. Toen onttrek de lift deze verschijning eensklaps aau zijn blik, en de graaf snelde in eene ver heugde stemming weg en keerde naar zijn mede stander terug. „We hebben hem, majoor we hebben hem zekerj Ik heb hem gezienen onverschillig waar of wanneer ik dien man van achteren zie, ik zal hem ten allen tijde herkennen, 't Is alles in orde. Nu eene machtiging van de politie." Zij kregen deze na het gebruikelijke wachten in zulke gevallen. Omstreeks half twaalf waren zij te huis en gelukkig, en gingen naar bed, vol van de groote dingen, die er den volgenden dag zouden g^schiedop. Onder de personen, die met 'de lift_naar boven gingen, bevond zich ook een jeugdige bloedver-- want van Mulberry Sellers, maar Mulberry wist dit niet en zag hem ook niet. 't Was de burg graaf Berkeley. Toen Lord Berkeley in zijne kamer gekomen was, maakte hij toebereidselen voor die eerste en laatste en altijddurende taak van den En- gelschman, die op reis is het weergeven van( zijne „indrukken" in zijn dagboek. Zijne toebe-; reidselen bestonden in het doorzoeken van zijoi koffertje om een pen. Er lagen eene menigte sla-: len pennen op zijne tafel bij den inktkoker, maac hij was een Engelschman. De Engelschen fabrrt ceeren stalen pennen voor negentien -twintigste van den aardbol, maar gebruiken ze zelf nooit,' Zij bedienen zich uitsluitend van de voorhistcn rische gauzepen. Mylord vond niet alleen eeij ganzenpen, maar dè beste, die hij in verschei-1 dene jaren had gehad en na een geruimen tijd vol ijver geschreven te hebben, besloot hij met de volgende opmerking: Maar dn één. opzicht heb ik eene ontzaglijk# vergissing begaan. Ik had mijn titel moeten la ten 'varen en mijn naam veranderen, voordat ik Engeland verliet. Hij zat zijne pen een poosje te bewonderen; en ging toen voort: (Wordt yjrvólgdj

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1916 | | pagina 9