IIEIIl HUIL COURANT DE (MED III KM. BUITENLAND DE OORLOG FEUILLETON Vrijdag 29 Sept. Tweede blad 4000 bij levens!, ongeschiktheid lot werkes - SOO bij overlijden - 000 bij veriies van een hand oJ voel 100 bij verlies van een duim 7S bij breuk van een arm-of been 60 bij verlies van een wijsvinger 25 bij verlies van een anderen vinger VERSPRODE &ER8CHTEH DOKLOGS-ALL&RLEI REDACTIE: GEBOUW „ST. BAVO" Wordt vervolgd.) betalende ebennés op dit Blad, dia In het bezit zijn van eene Verzekeringspolis, £ijn, volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor: 150 bij verlies van een oog De uitkeering dezer bedragen wordt gega randeerd door de „Holiandsche Algemeen* Verzekeringsbank" ie Schiedam. De vóór l October 1911 uitgegeven polio*** tfin niet geldia. NEDERLAND WAAK TEGEN DE BELGISCHE ANNEXIO- NISTEN. Na de geheime krentjes err pamfletten is nu ook te Brussel een geheim boek versche nen: „La Belgique au tournant do son his- toire," 18 c.M. hoog op 10 breed en 410 blad zijden dik. Op het bruine omslag leest men benevens den titel het woord van koning Albert: „J'ai foi dans nos destinées; un pays qui se défend s'impose au respect de tous; ce pays ne périt pas". (Ik geloof in onze toekomst: een land dat zich verdedigt dw.ngt aller eerbied af; dat land gaat niet ten onder) m vérder het jaartal 1916 met er onder: „Imprimerie nationale." Het werk wórdt ingeleid aldus schrijft men aan (de „N. R. Ct." door een voorrede, geteekend E. P., waarin het bestaan der „Bel gische y-iel" nog eens bevestigd wordt, en als ideaal wordt beschreven een hersteld Bel gië, op zulke wijze vergroot en ver sterkt, dat het voortaan zich zelf zou kun nen verdedigen. Van rechten der nputralen bij het vredesherstel mag er volgens de schij- ver3 van „La Belgique au tournant do son histoire" geen sprake zijn. Alleen de volkeren die in den oorlog groote offers ge bracht hebben, zullen rechten kunnen la ten gelden en over de neutralen wordt zelfs met zekere"minachting gesproken ;„La crainte semble être leur plus cher. mobile" de terêt pécuniaire leur plus cher mobile" de vrees schijnt hun veiligste gids en het gelde lijk belang hun dierbaarste drijfveer (blz. 136). Herstel der Belgische neutraliteit wordt ab soluut verworpen: België moet op zichzelf een mogendhheid worden, doch daartoe dienen zijn grenzen verlengd. Daarom wordt geëischt de annexatie -van het Jtjjnland en van Luxemburg, uitbreiding van het gebied naar het zuiden, waar Frank rijk moet toestaan dat een natuurlijke grens wordt bezet, en veranderingen aan de Hol- landsch-Belgische grens. Over het Hollandsch-Belgische vraagstuk Wordt in het heele boek telkens opnieuw gehandeld, t»a een lang hoofdstuk van 80 blz. (262—342) is er in het bizonder aan ge- "iwijd. Da auteurs hebben Holland (lo Pays- Bas, zooals zij het heeten) allerlei te verwij ten: gemis-aan moed en durf in zijn oordeel over Duitschland, ondermijning der open bare meening in België, uitvoer naar Duitsch land, sympathie voor René de Clerpq en vooral de machtspositie op de Maas en op de Schelde. Hier wordt het geheime rapport van Banning aangehaald: „België's lot is ten nauwste verbonden aan het bezit en de vrije beschikking over de twee stroomen, die door het land loopen. De Schelde is een handelsstroom; onze- economi sche toekomst is slechts verzekerd, wanneer Wij mede-souveriniteit over den stroom krij gen tot aan de zee, t. w. wanneer wij Zeeuwsch-Vlaanderen bezitten. De Maas is een politieke en. militaire linie, waarvan de bezetting van Dinant tot benedenstrooms ■Maastricht de wezenlijke voorwaarde van onze onafhankelijkheid is. Het is het histo rische vraagstuk va% Limburg en 2elfs van Luxemburg, Want wanneer Luxemburg in handen van Frankrijk of Duitschland mocht komen, dan zou ons weldra de rechter-Maas- 09ver ontvallen." Da tegenstelling tusschen de huidige Bel gische t«n Holiandsche belangen wordt dus sterk naar voren gebracht. .Toch blijft het tevens leen Belgisch belang wordt dan ver der geredeneerd dat de Noor-der grens van het rijk niet door een al te zwakken staat ge dekt blijve en daarom zal aan Holland ze kere vergoeding in Oost-Friesland moe.cn worden toegekend. Wat België daarentegen van Holland verkrijgen moet, volgens de au teurs van het besproken boek, wordt als volgt aangegeven: 1. Ze.euw.sch-Vlaanderen. 2. Walcheren, Zuid-Beveland en hét oude markgraafschap Bergen op Zoom. 3. Een strook lands tusschen Baerle-Hertog ön de huidige Belgische grens, zoodat de ge noemde gemeente niet langer een enclave iir Hollandsch grondgebied zou vormen. Limburg („het zoogenaamd Holiandsche Limburg") met Maastricht en Roermond en al het grondgebied, dit ligt tusschen de te genwoordige grens en den spoorweg Roer mond—Antwerpen, „aangezien deze lijn Bel gisch is." Het hoofdstuk over Holland eind'gt dan met het volgende liefelijke beeld: „De tijd schijnt niet voorbij te zijn, waarop België kan zeggen: Hollandsch zusje, neem mijn hand, en Holland, met zachtheid aan ziende wie het zoo aanspreekt, van zijn kant een eerlijke hand uitsteekt, België naar zich toetrekten liet verleden vergeet." Plannen als de hierboven aangehaa de schij nen stellig ©rg fantastisch. Doch men bedenke, dat, er op het Wester front dingen houden kunnen gebeuren, die hun grooie waarschijn lijkheid verleenen. Daarom is he. goed, dat Holland op de hoogte biijft van wat het Bel gisch nationalisme voortbrengt. Nieuwe Duitsche zeppelins. Uit betrouwbare berichten, volgens het Hbld. te St. Petersburg ontvangen, blijkt, dat de Duitschers nog steeds bezig zijn op drachtige wijze hun luchtvloot uit te breiden, namelijk door den bouw van een aantal Zeppelins van nieuwe constructie; deze luchtschepen moeten in staat zijn 5000 kilo springstoffen mee te voe ren; hun inhoud is twee millioen kubieke voeten met een lengte van 780 voetde snelheid is on geveer honderd kilometer per uur, terwijl zij zich over afstanden van 5000 kilometer van hun basia kunnen verwijderen. Na het uitwerpen hunner bommen kunnen deze schepen stijgen tot eene hoogte va,n 17.000 voet. Bovendien zjjn deze schepen gewapend met snelvuurkanonnen, benevens de gewone mitrailleurs; de beman ning bestaat nit 30 tot 35 koppen. Reeds met October moet een drietal dezer nieuwe zeppe lins gereed zijn. Hoe er om Combles gevochten werd. Hoe er om het bezit van het versterkte dorp Combles gevochten werd, blijkt uit een verslag van de vermeestering van Combles in de „Li- berté" van Woensdagavond. In de eerste ochtenduren rukten de Franschen en Engel- sclxen op, de En gelachen nit Morval, de Fran schen uit Frégiicourt, Bijna tegelijkertijd ruk ten de Engelschen Combles uit het Westen en de Franschen de stad uit het Zuiden en Oosten over het kerkhof binnen. Volgens den oorree- pondent van genoemd blad, werden er binnen de plaats venwoede gevechten gelevérd. Elke kleine groep puinhoopen werd op haar beurt een slagveld. De stuk gebeukte kerk ging drie keer van de eene band in de andere over. Ten slótte werd 's oohtends om half elf, toen de Fran&che en de Engelaehe patrouilles ziich vereenigd had den, een algemeene aanval ondernomen. Een kwartier later brachten de Fransche en Engel- sche troepen in het noordwestelijke gedeelte van het dorp hun verbinding tot stand. Om 11 uur 5 meldde een luid gejuich de vermeestering van Tiet lftatate baotion dor Duitacber» "ten noorden van de Somme. De redders van het Britsche wereldrijk. Wedgwood dringt er in „Sunday Pictorial" op aan voor de verdediging van Oud-Engeland meer zwarten te gebruiken. Het is hoog tijd, zoo zegt hij, voor den krijgsdienst een leger van negers te vormen. Tot nu toe hebben wij in dezen oorlog van dit materiaal nog bijna geen gebruik gemaakt. De weinige ervaringen ech ter, welke wij in Kameroen en Oost-Afrika met hen hebben opgedaan zijn voldoende om te be wijzen, dat de kleurlingen ook tegenover de groote edaohen van den modernen oorlog uit stekende vechtmachines zijn. De zwarte bevol king van onze Afrikaamscke koloniën bedraagt 18 miillioen mensohen. Wel is waar werd in den laatsten tijd al ten beseheiden poging gedaan om kleurlingen in Kaapstad en Hongkong voor de werkzaamheden in de verdedigingslinies aan te werven. In tegenstelling met de Engelschen hebben de Franschen uit Tahiti, Coehinchina, Madagaskar, Senegal, Marokko, Algiers en Tunis gehaald wat er aan menschenmateriaal lo halen was. Op de bemerking, dat de zwarte troepen uit de Tropen voor Frankrijk niet ge schikt waren, kan worden geantwoord, dat deze dan de blanke troepen in Egypte zouden kunnen vervangen. Ook de vrees, dat het pres tige van het blanke ras zou hebben te lijden, is voor Wedgwood- geen argument. Hij meent, dat het niet noodig is, dat de zwarten ook na den oorlog als gelijken van de blanken zullen wor den beschouwd. Hij zegt, dat met al die vooroor- deelen moet worden gebroken. Zoo kunnen uit Zoeloes, Basoetoe, Gringua, Matab, Yao, An- goui, Wanyamwesi, Naudi, Haussa, Asdhant'i, Maori, Malayen en kleurlingen uit de Kaap zeer goede soldaten worden gevormd. Deze zullen dan voor het blanke Engeland kunnen strijden Gebrek aan'menschenmateriaal ook jn liet Fransche leger. Niet alleen in Engeland klaagt men over on voldoende reserves voor versterking van het leger; ook in Frankrijk schijnt het tekort ern stig merkbaar te worden: Mortimer-Mégret klaagt er althans in „Oeuvre" over, dat Frank rijk gedurende twee jaren het tegen de troepen der Centrale Mogendheden moest volhouden, terwijl de Verbonden Mogendheden dien tijd moesten besteden- om voorbereidende maatrege len te treffen. Wij, franschen, zoo zegt het blad, moesten alle mannen van 1950 jaar mobilisecren. Eerst .werden do goedgokeurden onder de wape nen geroepen; later echter werden de afgekeur- den eerst in 1914, vervolgens in April 1915 en ten slotte in Augustus 1916 aan een herkeuring onderworpen. En ook het overschot moest nog maals worden gezeefd, Deze menschen, aldus het blad, hebben immers geen militaire waarde, maar vormen wol het geraamte van ons maat schappelijk leven, dat met behulp van buiten landse he arbeidskrachten slechts met moeite in gang kan worden gehouden. Het blad vraagt of deze politiek der uitput ting, niet levendig in strijd is met de levensbe- Jangen van iankrijk. Met bitterheid wordt er dan aan beriunerd, dat Rusland en Italië prat gaan op bun groote reserves aan menschen materiaal. De Katholieke Kerk in Roemenië. Het jongste nummer der „Historisch-politi- sche Blatter .bevat een artikel over de Katho lieke kerk m Roemenië, waaraan wii bet vol gende ontleenen De- grondwet van Roemenië waarborgt aan eiken godsdienst volkomen vrijheid. Het lieeft dus, den schijn, alsof het Katholisicree nimmer belemmering ondervond. Doch dit was niet het gevaj. Eerst aan den invloed van koning Carol 1, di zeif tot aan zijn dood geloovig Katholiek was, is het te danken, dat de verdraagzaamheid op godsdienstig gebied meer onder het Roe- moensche volk weid geëerbiedigd. Do ontwikkeling van de geschiedenis der Ka tholiek kerk in Roemenië dateert va de 11de eeuw. In den loop der tijden ontstonden vijf bisdommen. Onder de regeering van vorst Carol I werd de inrichting der Katholieke Kerk grondig gereor ganiseerd en bij breve-van 27 April 1883 richtte Faus Leo XIII de tegenwoordige hiërachie op, n.i. liet aartsbisdom Boekarest en het bisdom Jassy. In 1899 bedroeg het getal der Katholieke kerken en kapellen in het diocees Boekarest 89 met 40 priesters en iu het diocees Jassy 135 met- 47 priesters. Behalve deze kerken be staan er in Roemenië nog acht Katholieke zus terkloosters in grootere steden, voornamelijk met het bestuur van meisjesscholen belast. In genoemd jaar bedroeg volgens offioiëele cijfers het aantal Katholieken in Roemenië 169.667. Wat de Katholieke scholen betreft, zij meege deeld, dat het aartsdiocees alleen in Boekarest 17 scholen onderhoudt, die 3531 leerlingen tei len. In de provincie ressorteeren onder het diocees Boekarest niet minder dan 40 scholen met 5670 leerlingen. Bovendien zijn er talrijke parochiale scholen, weeshuizen en volksscholen. ooral aan den aartsbisschop van Boekarest, Mgr. Raymond Netzhammer, is het te danken, dat er z-coveele nuttige stichtingen zijn ontstaan en dat de kerk in Roemenië tot grooteren bloei gekomen ia. Mgr. Netzhammer werd den 19den Januari 1802 te Erzingen in Baden geboren, trad in de Benedictijnerorde en werd den 16den Septem ber 1905 tot aartsbisschop gekozen. Koning Cxi rol stelde m den prelaat groot ver trouwen en raadpleegde hem dikwijls. DE TAXI-AUTO'S DER* MARNE-0 VERWINNING. De „Matin" schrijft o.a. naar aanleiding van de herdenking van den slag aan de Marne dat Parijzenaars, die geen tijd hadden om te Meaux deel te nemen aan de herinneringsplechtig heid, te Parijs talrijke taxi-auto's met vlaggen zagen défileeren. Dank zij die auto's zijn. indertijd in één avond en één nacht een gedeelte van 't giarnizoen van Parijs en bijna do velt al Li ge Afrikaanscli© troe pen, die den vorigen dag gedébarkeerd waren, öp «taanden voet overgebracht naar de oevers van do Marne, waar zij de belangrijke Fran sche overwinning hielpen, bevochten. De „requi- ai tie-order," ge teekend door generaal Gallic ui, don 6en September 's morgens werd denzelfden dag iii 't begin van den middag in werking ge steld. Te tweo uur hielden de agenten in alle kwartieren van Parijs de statiouneerende auto mobielen, die rondreden, of zij bezet waren of niet, aan, lieten de inzittenden uitstappen en noodigden do chauffeurs uit om onmiddellijk naar hun depóts terug te gaan, waar nauwkeu riger instructies hen v ac-ntten. En bij het val len van den nacht rolden de meer dan duizend taxi-auto's, die aldus opgeëiseht waren, ieder met 5, 6 en somtijds 8 man er in, met gep,akten ransel en volle patroontasch, in vliegende vaart langs verschillende wegen, naar Sevran, Livry, Aubervilliers, Laguy, om maar enkele punten op to noemen. Sedert dezen rit, roemrijker herinnering, doen de duizend rijtuigen, die er aan medededen, nog hun werk, maar met de chauffeurs die ze toen bestuurden is dit niet het geval. Versehei- denen van hen zijn sedert twee jaar naar het leger getrokken, waar hun behendigheid voor vliegende legertochten geregeld gelegenheid hoeft om zich te oefenen. Wq' hebben ten minste hier en daar in de depóts eenigen dier chauffeurs kunnen terugvinden mannen op leeftijd voor 't grootste deel die met genoe gen van die historische ritten vertelden. „Ah, mijnheer;" zeide een hunner, „toen wij wisten waar diet om ging, wat 'n vaart hebben we er toen achter gezet Wat mij aangaat, toen de agent me opgeëiseht heeft, zou ik juist rust hebben genomen; ik had sedert den vroegen morgen geen sikkepit gegeten. Ik beu ander- halven dag zonder iets om tusschen mijn tan den te zetten gebleven, behalve een glaasje lichten wijn en een stuk hard brood, die een goeie oude vrouw van Laguy mij bij de gratie Lcds gegeven heeft. Mijn vrouw, die sedert den vorigen dag op mij wachtte, dacht dat ik ood was. Het ergste is,dat ik haar pas langen tijd daarna de ware reden van mijn afwezigheid heb kunnen vertellen, want men had ons een eed laten afleggen om niets te zeggen „Wat de soldaten betreft die ik transpor teerde, zei hij, „op een keer (want ik heb ver- seoedene dagen gereden, evenals mijn kame raden) waren het er tien; drie naast mij en zeven in de coupé. De geheele lengte van den weg over hebben zij geen woord gekikt, geen «edje gezongen, geen mop gewaagd. Zjj waren ernstig en vastbesloten, als mannen, die allqi op t sped gaan zetten, die dat weten, en di* vooraf vant alles afstand hebben gedaan. Al zou ik honderd jaar leven, die uren zal ik nooit vergeten BELGIE Het Jttbité van Mgr. Stillemans. ,Men *neldt van ide fgneös aan de „Mb.": Ver leden week Woensdag om half twaalf had in de hoofdkerk van Sint Bavo te Gent de plechtige v iering plaats van den zestigsten verjaardig der Priesterwijd.ng van Z. D. H Mgr. Stiilemans, bisschop van Gent. Z. D. H. had te kennen gegeven, dat in de kerk geen versieringen mochten worden aan gebracht. Een stoet van lioogwaardigheids- bekleeders woonde de piechtigneid bij. Op een bidbank, links van het hoog altaar, zat mgr. Christiaens, rechts de gewezen rec tor van de Hóogeschool te Leuven. In het kapittel gestoei te hadden plaats genomen de kanunniken ën Se kerkmeesters der katho- draal. De plechtige H. Mis werd opgedragen door Z. D. H. Mgr. van Reckhem, geassis.ee: d door kanunnik De Bock, vicaris-generaal, kanun nik Standaert en Lejour. EERSTE JAAR VRIJDAG 29 SEPTEMBER N gl Ide damiaatjes! TELEFOON 49 ONS CENTRALE GEBOUW. De belangstelling in ons centrale vereen? giLgsgebouw neemt op verrassende wijze toe. Nu men ziet, wat te bereiken valt, als op '-vachtige manier de zaak wordt aangevat nu komen de kat-uit-deu-boom-kijkers tot bezinning en roepen uit; „Hé, ja, wij kun nen, als we willen, tot wel in de richting sturen van een ferm, doelmatig gebouw. Een gebouw-, waarin-we ons allen thuis gevoelen, waar we elkaar allen ontmoeten en zoodoen de ons solidariteitsgevoel niet weinig wordt versterkt. Er zijn natuurlijk nog enkele vooroordee- len te overwinnen, zooals bijv. de bij som migen nog bestaande meening, dat „St.. Ba vo" niet „deftig" genoeg is. Lat.en we dan vandaag eens beginnen met de historische „deftigheid". Voor zoover we konden naspeuren, be- hoordde „St. Bavo" vóór 1726 aan Johan de Neijn, Raad en Burgemeester van Rotter dam. Hij verkocht het gebouw aan den Heere Mr. Gerard Pauw, geboren Hoeufft van Heemstede, .Heere van Rietwijk en Rietwij- keroord, Raad en Schepen van Haarlem. Mij dnnkt, dat klinkt jtoeh' voornaam ge- noeg*. In ~174S is „St. Havo" e-i^endom va*n den Heere Jan Diderik Pauw, geboren Hoeufft van Heemstede, JFTèere van llittin- gon. Heere van Santvoort. In 1749 kregen we weer een nieuwen eige naar. Nu is het Meester Jan Frederik Par- vé, burgemeester van Haarlem (een zeer deftig man), Secretaris der Weeskamer, die het Kocht voer 16200 gulden, te betalen in drie termijnen. Dat was voor dien tij T een hoog bedrag, maar er boorden bü St. Bavo toen ook nog de" huizen tot aan de Wi'n- gaardstraat en iu die straat. Dat waren na melijk koetshuizen en portierswoningen, be boerende bij „St. Bavo." Klik eens, wat een „hooge" of er nu komt, We vinden als eigenaar zonder vermelding van jaartal: Albrecht, Nico Baron v. Aersen Beyeren, Vrijheer van Hogeheide enz. enz, Luytenant-Collonel der Infanterie, Capiteyn in het Regiment Guardes te voet, etc. etc. Omstreeks de groote Fransche Revolutie boort „St. Bavo" wederom aan de doorlnehte familie Parvé, én we vinden gesprohen over de „aanzienlijke, dubbele heerenhuizinge". oen kwam het rampjaar 1812, jaar van log en ellende. In Haarlem werden hon derden huizen voor afbraak verkocht.Voor name lui, die anders „paard en rijtuig hiel den, gingen nu te voet, dienstboden konden Tijna niet meer gehouden worden. „St. Bavo" deelde in de algemeene misère en werd voor 4000 gld. van de hand gedaan, waarvan 2000 gulden contant en de andere later in termijnen. Het teekent het algemee ne verval "van den welvaart in die dagen. Langzaam steg weer de waarde en in 1835 komt ,St. Bavo' aan de aanzienlijke familie van Docter Daniël de Haan voor 9000 gul den. We vonden daarna, als eigenaresse Crouwe Elise Charlotte Adolphine Jeanette Goyen, die het gebouw verkoopt aan Mr. Corneli- Fock, Burgemeester van Haarlem voor 14000 gulden. Deze wordt in 1866 Burgemeester van Am sterdam en verkoopt het aan zijn opvolger Ernst, Anthoon Jordens, burgemeester van Haarlem met 1000 gulden winst. In 1894 wordt de Amsterdamsche faüiilie Kilsdonk eigenaar voor 31500 gulden. Tien jaar later ontwaken de Haarlemsche Katholieken, voelen de dringende behoefte aan een eigen gtbouw. Alle katholieke vereenigingen ko- mqen bij ^elkaar, verplichten zich zedelijk „St. Bavo" bij voortduring te zullen blijven steunen.... en de Kath. Volksbond neemt daarop den zwaren last op den hals en koopt „St. Bavo" voor 35000 gulden en laat er 15000 gulden aan verbouwen. In 1916 biedt een Haagsche Combinatie 80 duizend gulden; het tegenwoordige bestuur van „St. Bavowil er niet aan, doch ver bouwt wederom voor duizenden, en hoopt er mee door te gaan. Summa Summarum: Wie durft nu nog ooit van zijn leven beweren, dat „St. Ba vo" niet „deftig" genoeg is. VRO VWENKIESRECHT. Heeft u het al verder verteld? Komt Zaterdagavond of Zondagmiddag na de late kerk nog bij uw familie? Dames van den rouwenbond, Heeren van den Middenst ind, Vrienden van den Katholieken Kring, Leden van de Vakvereeniging en al.e anderen, weet U het al: -Aanstaanden Woensdag om half 9 spreekt de WelEerw. Heer Buurwinkel over „Vrouwenkiesrecht." Laat u niet afschrik ken, het wordt volstrekt niet onmensehelijk laat. Het begint precies half negen en ein digt klokslag tien uur, volgens de loffelijke gewoonte in den laatsten tijd bij onze lezingen gevolgd. Gratis toegang op voorwaarde, dat U 't ook aan anderen meedeelt. We beginnen half negen, dus niet kwart vóór negen, en eindigen (Uien uur, dus niet kwart er over. AGENDA GEBOUW ST. BAVO. Zaterdag 3J September. WRte Bios-, coop 8 uur Gewone, zittingen 8 A uur. Zondag 1 October. Witte uioscoop 8 48 uur. Bakkers 12Vs uur. Maandag 2 October. Witte Bioscoop 8 uur. Esperanto 8?/s uur. Ondersteu ningsfonds 8V2 uur. Leden Tabaksbewer kers 8V2 uur. Dinsdag 3 October. Böstuur-Timmer- lieden 8 uur. Woensdag 4 October. Maria Vereeni- ging 8 uur. Algemeene Vergadering Volks» bond. Spreker Kap. Burwinkel over Vrouwen kiesrecht. Donderdag 5 October. Leden Bouw- vereeniging St. Jozef, 8i/g uur. Volkszang 8 uur. Vrijdag 6 October. Rederijkers 9 uur. Jeugd 8 uur. Vertrouwensmannen. Me taalbewerkers 81/2 uur. Satyrick verhaal van Mark Twain. (Uit het Amerikaansch). 56 „Ik heb noodt zulk een naam gehoord. Het klinkt ajs een ziekte. Is het een ziekte?" „Neen, ik denk niet, dat het een ziekte is. Die naam iis of schriftuurlijk, óf...." „Och kom, hij is niet schriftuurlijk." „Dan is hij anatomisch. Ik wist wel, dat het een van beide was. Ja.^ nu herinner ik liet mij, hij is anatomisch, 't Is een zenuw knoop dat is het, wat zylobalsamnm ge noemd wordt." „Welnu, ga voort; en als er meer zulke na men in uw verhaal voorkomen, laat zé dan maar achterwege; zij maken dat iemand zich niet op zijn gemak gevoelt." „Welnu dan, zooals ik zeide, was1 deze niet de lieveling van de familie, en Zbo werd hij op allerlei wijzen veronachtzaamd en niet naar school gezonden; zoo liet men toe, dat hij omging met de ruwste en onbeschaafdste menschen, en op die manier is hij natuur lijk een gemeene, onkundige losbandige •churk geworden, enf. „Hij? Dat is niet waar! Ge moest edel moediger zijn en zoo iets niet zeggen van een armen, jongen vreomdelipg, die_— wel,juist het tegenovergestelde daarvan is! Hij is be seheiden, hoffelijk, welwillend, zedig, voor komend, beschaafd, ontwikkeld -o foei, hoe kunt ge zulke dingen van hem zeggen?" ,Jk zal je niet hard vallen, Sally in derdaad, ik heb geen woord van bewijs voor je, omdat je verblind bent door je .toegene genheid verblind voor die kleinere ge breken, welke voor anderen zoo blijkbaar zijn, die „Kleinere gebreken? Noemt ge dat klei nere gehrejeen? Wat zijn moord en brand stichting dan?" „Dat is een moeilijke vraag om te beant woorden, en natuurlijk verandert de be schouwing van zulke dingen naar gelang van de omgeving. Bij ons zonden zij nood wendig niet zoozeer de aandacht trekken als bij jou; toch worden zij dikwijle met af keuring beschouwd „Worden moord en brandstichting met af keuring beschouwd?" x „O ja, dikwijls." „Met afkeuring! Wie zijn dan die puritei nen, waarvan ge epreekt? Maar waeht eens hoe weet ge zooveel van deze familie af? Waar hebt ge dat alles gehoord?" „Sally, ik heb het niet van hoor en zeggen. Dat is de ernstige zijde van de zaak. Ik hen persoonlijk met die familie bekend." Dat was reden tot verwondering. „Gij? Kent gij werkelijk?" „Ik ken Zylo> z<,otFs we hem plachten te noemen, en ik ken zijn vader, Dr. Snodgrass. Jouw Snoddg-rass kende ik niet zoo goed, maar ik heb hem toch nu en dan wel eens gezien en ik heb alles omtrent hem gehoord. Hij was het algemeen praatje, zie je, uit hoof do van...-" „Uit hoofde daarvan, dat hij geen brand stichter en geen moordenaar is, denk ik. Maar waar hebt ge die menschen leeren kennen?" „In Cherokee StnP- „O, hoe ongerijmd. Er zijn niet genoeg menschen in Cherokee Strip om iemand een reputatie te geven, goed of kwaad. Daar voor zijn er niet genoeg inwoners. Wel, de heele bevolking bestaat uit een paar wag- gonladingen paardendieven. Hawkins antwoordde kalm: „Onze vriend behoorde tot een van die wagg-0n 1 adingen De oogen van het meisje brandden én hare ademhaling was snel en hoorbaar, maar zij bedwong haar toorn. De staatsman zat stil en wachtte op haar antwoord. Hij was tevreden met zijn werk. Het was zulk een kunststukje van diplomatie, als hij ooit bedacht had, meende hij; en laat nu 't meisje haar eigen keuze volgen. Hij meende, dat zij haar belichaamde nu wel zou laten loopen; hij koesterde daaromtrent geen twijfel;- doch in allen gevalle moest zij zelf maar kiezen en zou hij geen verderen tegenstand bieden. Inmiddels had Sally nagedacht en een be sluit genomen. Tot niet geringe teleurstel ling van den" majoor was de uitslag harer overwegingen in zijn nadeel. Sally zeide: l'00/' seen anderen vriend dan mij, en ik wil hem nu nooit verlaten. Ik zal niet met hem trouwen, als zijn karakter slecht is; maar als hij kan bewijzen, dat dit niet het geval is, dan zullen wij het maar met elkander wagen. Mij schijnt hij goed-en lief toe, ik heb nooit iets in hem opgemerkt, dat liet tegendeeL verried belidlve natuurlijk dat hij zich de zoon van een graaf heeft genoemd. M isschien is dit slechts ijdelheid, en geen werkelijke verkeerdheid, als men de zaak goed bekijkt. Ik geloof niet, dat hij zoo iemand is, alsge hem hebt afgeschilderd. Ik zou wel willen dat. ge hem opzocht en naar mij toezondt. Ik zal liem smeeken, op recht tegenover mij te zijn en mij de volle waarheid te zeggen." „Heel goed; als dat je besluit is dan zal ik het doen. Maar, Sally, je weet dat bij arm is en...." „O, daar bekommer ik mij niet over. Dat doet er niet toe. Zult ge hem hij mij bren gen?" „Dat zal ik doen. Wanneer?" „Och, het loopt nu al tegen den avond, en dus moet ge het maar uitstellen. Maar zult ge hem morgenochtend opzoeken? Beloof je mij dat?" „Ik zal hem hier hij het aanbreken van den dag brengen." „O, nu zijt ge weer dezelfde van vroeger en beminnelijker dan ooit." „Ik zou geen beter getuigenis dan dit kun nen verlangen. Goeden avond, Sally." Sally bleef nog een oogenblik zitten te peinzen; toen zeide zij ernstig; ,Jk heb hem lief ondanks zijn naam," en ging heen om hare bezigheden met een verlicht hart te verrichten. XXV. Hawkins ging regelrecht naar het telA graafkantoor en ontlastte zijn geweten. Hij zeide hij zichzelf: „Zij wil dat herleefde lijk niet laten loopeu, dat is duidelijk. Geen macht ter wereld kon haar van hem afhou den. Ik heb het mijue er aan gedaan, het staat aan Sellers, de zaak tot een goed ein de te brengen. Zoo verzond bü een telegram naar New-York: „Kom terug. Neem extra-trein. Z5 wil met den belichaamde trouwen."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1916 | | pagina 5