WEIDE IUIL GUMT
BERG-AF.
De Raad van Haarlem.
HAAGSCHE BRIEVEN.
KAARS-, CARBID, en OLIELAMPEN vanaf 63 ct.
H. J. v. d. MEEH,
Schagchelstraat 7-9 bij de Anegang
FEUILLETON
SE OORLOG
Woensdag 20 December Tweede blad
ic.
GROGTE PARTIJ
JAS3ESCHERMERS 69 cf.
VERSPREIDE BERICHTEN
DE WETHOUDERS.
Wij zullen het niet hebben over het college, de
wethouders vormen geen college, ter completee
ring behoort daarbij de burgemeester, wij willen
het slechts even hebben over de wethouders. Over
drie linksche en één rechtschen.
Niet persoonlijk worden!
Wel neen. Maar vreemd toch, drie linksch,
een rechtsch.
Dat komt terecht. De wethouders vermochten
den Raad niet bij te houden in de wisseling van
kleur, zij verscholen er slechts van. Straks wor
den zij de inzet der verkiezingen.
1915 stond in het teeken van de nieuwe rich-
ting.
1916 besliste over een rechtsche of linksche
meerderheid.
1917 zal staan in het teeken der wethouders.
En in dat teeken zal rechts gaarne den strijd
aangaan, want in dat teeken zal rechts winnen.
In district I moet er machtig veel gebeuren,
willen onze populaire mannen en 's Raads nestor
niet bij eerste stemming gekozen worden. Dit
districi speelt solo.
Maar li en 111 zullen een strijd om wethouders
zien.
En dan twijfelen wij in II niet aan den uit-
slag, gezien Mr. Hagemeijeris tour de force;
onze bekwame katholieke wethouder Mr. Heer-
kens Thijssen zal met een schitterend stemmen-
cijfer gekozen worden, zijn kennis en ijver waar-
dig.
Maar in III, daar gaan de poppen dansen.
Rechts natuurlijk gaat een principiëelen strijd
aan.
Wij zouden b.v. kunnen jokken: „wij hebben
niets tegen Modoo of Loosjes", dat doet niets
ter zake, of wij hen met tinteloogjes of met
een scheel oog aanzien: rechts stelt eigen man
nen. En links moet de wethouders redden.
Nu is de positie zóó in het linksche kamp: de
ééne helft wil desnoods Loosjes nog, maar zeker
niet Mcdoo, de andere helft juist andersom.
Zelfs kleine zaken hebben „helften".
Maar deze twee halfronden vormen een knik
kertje.
Rechts speelt met keiharde stuiters.
Wij voelen nu al wie in dat spelletje er uit
geknikkerd worden. Door links nl. buiten den
Raad, op straat, dat is bij de verkiezingen.
Of anders, als het dan per se moet: door
rechts.in den Raad.
Stemmig van kleur moeten Raad en wethou
ders zijn.
RAADSLID.
Het spreekt natuurlijk vanzelf, dat ik, als trouw
lezer van de Nieuwe Haarl. Courant naar de
Tweede Kamer ben gegaan, toen ik wist, dat
Mr Bomans zou worden ingezworen als kamer
lid.' Reeds had ik zooveel over den gunsteling
van het I laarlemsche publiek gelezen en gehoord,
zijn vele pittige artikelen in ons blad hadden
ook mijne belangstelling gaande gemaakt en dus
Wilde ik hem nu ook eens met eigen oogen aan
schouwen.
En daar kwam hij dan.
Plechtstatig door den grijzen, reeds eenigszins
gebogen griffier binnengeleid, nam hij plaats
vóór het bureau, waarachter de voorzitter hoog
zetelde, voor deze plechtigheid gesierd met de
traditioneele witte das.
Flink rechtop stond te midden van vele oudere,
grijs- en kaalhoofdige heeren de lange, slanke
militaire figuur van den nog zeer jongen man.
In eenvoudige, nauw dichtgeknoopte, gekleede
jas stond hij daar. Prettig, scherp, energiek ge
zicht. Gladgeschoren op z'n Engelsch, schoon
zonder het typisch-Engelsche platte snorretje.
Groote, klare oogen onder zware wenkbrauwen.
Voorhoofd hoog en glad. Smalle lippen, scherp
dichtgeknepen. Alle teekenen van vlug verstand,
kloek vernuft, krachtige wil en voortvarendheid.
Zoo op het eerste gezicht begrijpelijk, dat hij de
harten iu Haarlem stormenderhand veroverde.
Rustig, zonder vertoon stak hij, na voorlezing
van de eedsformulieren, zijn twee voorste vingers
van de rechterhand omhoog en klonk het met
welluidende stem: „Zoo waarlijk helpe mij God
Almachtig."
De plechtigheid was afgeloopen en de Benja-
Naar het Fransen van PIERRE GOURDON.
Geautoriseerde vertaling door N. J. K.
2)
Voor haar was het eenvoudig een natuurlijk
gevolg van de vriendschap uit hun kinder
jaren. Voor hem was het een inneriijk-diep
heerlijk voelen, waarvan de teederheid zich
hulde in eerbied, welke hij vreesde te ont
wijden, als hij zijn liefde zou bekennen.
„Heusoh, het huis van Ia Ronce is niet
vr ooi ijk, hoor," zeide Suzanne. En Jacques
antwoordde zacht, met een tikje vurigheid
„O, toch wel.want gij zijt daar immers."
Dat .woord deed haar in een lach schieten.
Daarna legde ze hem op ernstigen toon den
froortdurenden zorg uit die op het ouderlijke
gezin drukte. I *M-I I w
„Stel ja voor dat Daniël ons al sinds een
Jaar niet meer bezocht heeft, zëlïs niet in
sijn vacanties.dat Raymond niet meer
ter kerke gaat. O, verleden Zondag was va
der zoo bedroefd en moeder, heeft „zoo ge
huild." i
„Gij kunt ze immers troosten."
„Vroeger kon ik ze afleiding bezorgen.
Maar sinds mijn broers hun zooveel zorg
min werd vriendelijk verwelkomd door de aan
wezige leden. Van onhandigheid of plankenkoorts
geen sprake. Mr. Bomans was al thuis, of hij in
de omgeving was opgegroeid.
En wat mogen wij nu van dezen man ver
wachten? Zijn vrienden zullen volmondig zeg
gen: „Alles!" Vergeleken zij hem niet reeds bij
een katholieken Troelstra, 'n tweeden Schaepman,
'n Hollandschen Louis Veuillot? Teveel voor één
mensch. Weet hij van de beste eigenschappen der
drie genoemde historische figuren één nieuwe
persoonlijkheid te maken, dan zal zijn komst in
de Kamer een groote aanwinst blijken te zijn
voor de katholieke fractie, ja, voor 't heele Par
lement.
Nu reeds heeft hij veel voor. Ten eerste heeft
het hier in Den Haag de aandacht getrokken, dat
hij volkomen zelfstandig de Kamer is binnen
gestapt. Daarmede bedoel ik dit. Moge hij al
een gunsteling van Fortuna zijn, van hem is niet
bekend, dat hijeen protégé is van de spe
ciaal in onze partij een eigenaardige plaats
innemende bekende regentenfamilies.
Gaat men de lijst der katholieke Kamerleden
na, dan valt het den kenner der families op, hoe
veel verwantschap er tusschen de meeste onzer
politieke voormannen bestaat. De Kolkman's, v.
d. Kun's, von Fisenne's, van Nispen's, Wijnber-
gen's, van Sonsbeek's, van Rijckevorsel's, Re-
gout's, van Lanschot's, enz. enz. zijn allen van
verre of van dichtbij aan elkaar geparenteerd.
Geen Kamerzetel kwam er open, of men hoorde
al bij voorbaat verluiden, dat die bestemd was
voor X, IJ of Z, 'n neef of 'n oom of 'n zwager
van een der bovengenoemde families.
Het viel vooral in de latere jaren soms zeer
sterk in het oog. Het trok de aandacht èn in
politieke èn in parlementaire kringen werd daar
over niet altijd even gunstig geoordeeld, al wilde
men wel gaarne erkennen, dat er knappe staats
lieden en hoogstaande katholieken onder de ge
noemde families voorkwamen en nog voorkomen.
Toch dient zelfs de schijn van familiebevoor-
rechting vermeden te worden. Vooral in de katho
lieke partij, die alle standen en kringen omvat,
waar ieders verdiensten naar behooren kunnen
te voorschijn komen. Met de verkiezing van Mr.
Henri van Oroenendael (Weert) en natuurlijk
ook met die van Engels (Enschedé) en nu weer
met die van Mr. Bomans (Haarlemmermeer)
zijn we gelukkig van de lijn, die bijna een tradi
tioneele dreigde te worden, afgeweken.
Mr. Bomans' verkiezing sieunt dus niet in de
eerste plaats op familie-afstamming, maar wel
op den uitgesproken volkswil. Dat zal hem een
groote mate van zelfstandigheid geven, ook al
zal natuurlijk in principiëele omstandigheden
het partijverband hem lief zijn.
In de tweede plaats heeft hij boven anderen
voor, dat hij is, wat de Engelschen met zooveel
ingenomenheid noemen een self-made man". Al
is hij nog jong, hij had gelegenheid, om in de
wereld rond te kijken. Hij kreeg kijk op finan-
ciëele aangelegenheden (in het bankiersvak)op
handels- en groot-industriëele finesses (bij de
Kon. Ned. Petroleum-Maatschappij)op klas
sieke en juridische kanten van de zaken (door
zijn vlotte studie in de rechten)hij kan over
het milifairisme 'n oordeel hebben opgedaan In
het leger (van laag tot hoog) en eindelijk bracht
zijn lidmaatschap van den Raad van een onzer
groote gemeenten hem in aanraking met het volle
gemeenschapsleven.
Naar ik voorts vernam, moet hij gefortuneerd
zijn, althans een winstgevende praktijk bezitten,
hetwelk voor hem oogendienerij en strooplikken]
onnoodig maakt.
Is hij nu ook nog redenaar en weet hij met
diplomatie zijn onderwerp en zijn tijd te kiezen,
om te debuteeren, dan lijkt het mij toe, dat hij
zich in de Tweede Kamer, zoo goed als vroeger
elders, spoedig een eervolle stelling zal verove
ren. Begaafd met groote werkkracht en met ge
zonde katholiek-democratische neigingen, zal hij
het Nederlandsche volk zich spoedig tot vriend
maken.
Dit alles mag een schoone toekomst doen voor
spellen. Aan zulke mannen heeft Nederland en
ook de katholieke staatspartij grooter behoefte,
dan misschien menigeen oppervlakkig gelooft.
De katholieke staatspartij is de grootste en de
machtigste in ons land.
Zij zal nog grooter en nog machtiger worden
na de invoering van het algemeen kiesrecht en
de evenredige vertegenwoordiging. Onder deze
ééne voorwaarde, dat het katholieke volk van
Nederland zichzelf in zijn vertegenwoordigers
in alle lagen en standen, rangen en kringen ziet
afgespiegeld, zoodat er een nauwe band van
waardeering en vertrouwen tusschen beide be
staat.
Mogen de partijleiders in de Kamer en daar
buiten (in de kiesvereenigingen) dit steeds helder
inzien en verspele men het vertrouwen der kie
zers niet, door „van bovenaf" personen op te
dringen, bij het volk niet bekend, maar door
familienaam, afstamming of huwelijk bevoor
recht.
Mr. Bomans roep ik in de Residentie en op
het Binnenhof een hartelijk welkom toe met deze
woorden, die de bekende en geliefde Oraaf de
Mun eens toeriep aan de Fransche jongeling
schap
„Blijft jong, blijft vurig, blijft enthousiast en
schrijdt dan voort als soldaten, die in het vuur
gaan voor Ood en het Vaderland!"
's-Gravenhage, 17 Dec. 1916.
geven 1".
„Raymond 13 toch nogal verstandig.'
„Ja, maar hij wil niets meer aan z|Jn
godsdienst doen. Mijn ouders zeggen dit hij
daar een bepaalden reden voor moet hebben.
Maar ik begrijp er niets van.
En daarom ik beken het ronduit
houd ik meer van Daniël. Hij is vroolijker,
maar erg lui. Verbeeld u, drie jaren is hij
nu te Parijs om zijn graad te balen en nog
is hij door geen enkel examen gekomen, va
der is woedend."
„Hij wil hem laten terugkomen."
„Daniël wil niet. En gij weet, moeder houd.
hem de hand boven het hoofd; zij is zc0
goedl"
Vader is ook heel goed... Als hij een
al te grroote. rekening moet betalen is bij
soms barseh, maar hij kalmeert zich heel
gauw.
Zoo keuvelden zij door, verte'don elkaar
hun denken en voelen, al wat zich in bun
leven voordeed, gelijk twee vrienden doen.
Toch was er een ernstige toon in hun meest
alledaagsche gespreken.
Den hollen weg dien zij volgden, zou hen
morgen zonder twijfel terugvoeren naar cto
plaats waar zij zoo vertrouwelijk met elkaar
praatten. De avondwind zong in de bladeren
der populieren. In dat zuchten en suizelen
scheen het hun als hoorden zij de liefelijk-
zoete hymne vas verloving -
DE DEPORTATIES IN
BELGIE.
Naar aanleiding van. de deportaties in België
heeft, naar men weet, Z.Em. Kardinaal Mercior
een schrijven gericht aan den gouverneur- gene
raal van België, generaal Von Bissing. In ant
woord op dit schrijven, dat wij omlanga publi
ceerden, zond Frh. Von Bissing d.d. 23 Nov.
oen memorandum aan Kardinaal Moreler,
waarin hij ,ZEm. opnieuw verwijst naar ziijn
verklaringen van 28 October.
Wat u daartegen aanvoert, schrijft hij dan,
berust ofwel op Verkeerde verklaringen van
mijne uiteenzettingen, of is hot gevolg van op
vattingen, die ik in hoofdzaak niet kan goed
keuren. Want de uitgebreide werkloosheid in
België in een groote sociale misstand en de te
werkstelling van werkloozen in DuitscMand is
voor hen een sociale weld'aad. Als ik Uwe Emi
nentie bij mijne aankomst in België verklaarde,
dat ik de wonde wildé hooien waarmede het
Belgische volk door den oorlog geslagen i3, dan
is zulks niet in tegenspraak met do genomen
maatregelen.
Ook moet ik het als eene miskenning dor
feiten aanzien, wanneer Uwe Eminentie mijn
dikwijls met succes bekroond streven tot opbeu
ring dér Belgische volkswelvaart wil wegcijfe
ren mot do opmerking dat er into gendoel een
kunstmatige werkloosheid geschapen is. Voor
den invoer van grondstoffen in België en den
uitvoer van producten, hooft Engeland onaan
nemelijke Voorwaarden gestold, jiaarovor wer
den in den loop des tijds to bovoegdor plaatse,
zoowel bij neutralen als bij Belgen grondige
onderhandelingen gevoerd; doch het zou nu te
ver voeren hierop nadeg in te gaan.
Ik herhaal slechts, dat de betreurenswaar
dige toestand ten slotte hot gevolg ia van de En-
geJsche afaluitingapolitiek, evenals hot in be
slag nemen van grondstoffen reeds vroeger eefi
onvermijdelijk uitvloeisel was van diezelfde po
litiek. Ook moet ik volstrekt volhouden, dat de
bezetting in economisch opzicht aan 't land alle
voordeden waarborgt, die bij den door Engeland
geschapen gedwongen toestand kunnen verze
kerd worden.
Ten slotte zegt Von Bissing, dat Z.Em. zal
willen inzien, dat het onmogelijk is aan den
wensch van Z.Em., tot intrekking dor genomen
maatregelen te Voldoen; dat echter ook, on
danks de moeilijkheden die zich hebben opge
daan, datgene geschiedt, wat bij do uitvoering
dier maatregelen in het belang van allen kan
geschieden.
Den 29sten Nov. heeft Z.Em. Kardnaal Mer
cior dit stuk wederkeerig beantwoord in een
uit-voorigen brief aan den gouvorneur-geneaal.
Daarin merkte Z.Em. op dat do aanwerving der
zoogenaamde werkloozen meerendeels gebeurt,
zonder in het minst rok erring te houden met de
aanmerkingen dor plaatselijke overheden. Ver
scheidene verslagen, die ik in mijn bezit heb,
zegt hij, getuigen dat de geestelijken worden
verwijderd, dat da burgemeesters en gemeente
raadsleden gewelddadig tot zwijgen gedwongen
worden; do aanwervera staan bijgavolge voor
onbekenden, waartussohen zij willekeurig hun
keus doen.
Na dan oerrige voorbedden te hebben aange
haald, vervolgt do Kardinaal zijn sohrijiven:
Uwe Excellentie zou gowild hebben, dat do
gemeentebesturen medeplichtig waren gewor
den aan deze hatelijke.aanweivingen. Krachtens
hun wettelijke positie en in geweten konden zij
dat niet. Maar zij konden do aanwerver» in-
lichten en daarvoor waren zij de aangewezen
perstenen. D"0 priesters, die beter d'an wie ook de
lagiero volksklassen kennen, zouden een kost
bare hulp zijn voor dé a an wervers. Waarom
weigert men hnnne medewerking!
Aan het einde van zijn schrijven herinnert
Uwe Excellentie er aan, dat de mannen, die een
Vrij beroep uitoefenen, niet verontrust worden.
Als men alleen de werkloozen wegvoerde, zou
ik deze uitzondering begrijpen. Doch als men
voortgaat met zonder onderscheid alle gezonde
mannen aan te werven, is deze uitzondering
niet gerechtvaardigd.
Het zou onbillijk zijn, alleen op de werkende
klaas» de deportatie to laten drukken. De bur
gerklasse moot haar deel hebben in het offer,
dat de bezetter oplegt aan de natie, hoe wreed
het ook wezen moge, en juist omdat het zoo
wreed is. Talrijk zijn de leden mijner geestelijk
heid, die mij verzocht hebben eene plaats in de
eerste rijen der vervoegden voor hen op te
vragen. Ik toekende hun aanbod op en met
fierhoid leg ik het u voor.
Z.Em. sluit zijn schrijven met het uiten van
zijn vertrouwen, dat de overheden van het Duit
sehe keizerrijk hun laatste woord nog niet ge
sproken zullen hebben. „Zij zullen denken aan
ons onverdiend lijden, aan de afkeuring van de
beschaafde wereld en aan de straf Gods."
POLEN EN HET KATHOLICISME.
H® Poolsche staat, die thans beaig is te
ontstaan zal speciaal voor de geheele Katho
lieke wereld eene verstrekkende beteékenis
kunnen krijgen.
Polen. was sedert eeuwen in oostelijk Euro-
Pa een bolwerk van de West-Europeesclie
beschaving in tegenstelling tot het Byzan-
tiji.selie Oost-Europa. Het verschil in wereld-
Be ondergaande zon verdween achter den
heuvel en herschiep het dal in een mozaik
van duizenden licht- en schadawconstras.en.
Was het niet als in hun harten, lichtend en
schitterend bij de gedachte aan hun zoet ge
keuvel, duister en beschaduwd door die on
bestemde vrees, die zelfs do grootste vreugde,
de meest volkomen blijheid met zich brengt?
Geheel aan het eiude van den weg was een
kruispunt; links gollde een voetpad door het
dal; aan den 'rechterkant steeg een ander
naar de huizen van een dorpje.
Susanna en Jacques moesten hier schei
den; er klonk een „tot weerzien," zoo
eenvoudig, zeker als zij waren van den dag
van morgen. Haastig liep zjj naar de fa
briek. Hjj baar na, keek hoe zij zich
voortspoedde.
Het dal maakte een scherpe bocht, die Su
sanna weldra aan de oogen van Jacques
onttrok en de ouderlijke woning aan het
meisje toonde, een witten muur scherp af
stekend tegen het groen fluweel van de wei
den, een schoorsteen die hoog boven de heu
veltjes uilstak, eeu blok huizen,onregelmatig
gebouwd met platte daken, versierd met
steenen balustrade- Susanna glimlachte
tegen dat alles want als men twintig jaar
is lacht het ouderlijk huis vriendelijk toe.
Rechts van de fabriek gebouwd lag het
als in een ravijn. Maar die groote schoor-
met zijn zwaar voetstuk, de stout ten
UescnóbwTrïgen en beschaving kwam eeuwen
lang ook aan het liöht in de tegenstelling
van Grieksch en Romeinsch Katholicisme.
Vele jaren lang hadden de Katholieke Po
len te strijden tegen de opdringende Mahom-
medaansehe horden, tegen Turken en Tata
ren. In den loop des tijds, in het hijzonder
in de 19e eeuw echter verloor de Islam zijn
ui taettings vermogen geheel en al in pla ats van
do antithese: Christenen of Mohammedanen
trad de nieuwe: Katholiek of Orthodox.
Op het moment, dat Rusland erin slaagde
zijne heenschappij tot diep in Europa uit te
strekken nam ook de orthodoxe kerk, die
in nauwen samenhang staat met het Rus
sische Rijk, eene uiterst agressieve houding
aan, die voor alles in het Katholieke Polen
gevoeld werd. De orthodoxe kerk bezat, mis
schien juist omdat zij zoo nauw met den
staat verbonden is, eer weinig innerlijke ze
delijke kracht. Dientengevolge berustte haar
streven naar uitbreiding van haren invloed
enkel en alleen en de macht van het zwaard,
zonder te "vragen naar innerlijke overtui
ging. Zoo kwam het dan ook, dat tienduizen
den Katholieke Polen tot het Orthodoxe ge
loof „bekeerd" werden eenvoudig, door dat
men hun namen op de lijsten der Orthodoxen
inschreef. Wanneer zij tegen deze boeking in
de Orthodoxe kerkregisters protesteerden
werden zij met de zwaarste burgerlijke straf
fen bedreigd. Met gevangenisstraf, hechtenis,
verbeurdverklaring hunner bezittingen en
ander niet minder scherpe maatregelen.
Geheele Katholieke gemeenten werden door
de beschikkingen van Russische bestuurs
ambtenaren tot orthodox verklaard, zoodat
de onderhoorigen dier gemeenten op gevaar
van zware straffen geen enkele Katholieke
religieuss handeling mochten verrichten.Niet-
temin verzetten vele van deze gemeenten
zich tegen deze dwangmaatregelen en schrik
te menigeen zelfs niet voor don dood terug.
Op die wijze komt het, dat Polen in de
19de eeuw eene lange rij van nieuwe mar
telaren des geloofs heeft te betreuren. Ook
zij, ui.terlijk voorden dwang zwichtend, de
den dit met den grootst mogelijken afkeer
en leefden de Katholieken religieuse voor
schriften dikwijls toch in het geheim na.
Toen de Russen gedwongen werden Po
len te verlaten, bleek het aantal Katholieken
plotseling veel grooter, als het vroeger offi
cieel steeds was opgegeven. Vele voor Ortho
dox doorgaande gemeenten en streken, tra
den weer tot de Katholieke kerk toe. Ook in
gemeenten en streken, waar de Katholieke
kerk steeds toegelaten was, hadden toch de
Katholieke priesters en bisschoppen onder
minitieuse contrMle gesteld en hun aan ver
gaande beperkingen onderworpen, beperkin
gen, die in zeer vele gevallen een absoluut
chicane-character hadden en die in geen en
kel opzicht overeen te brengen waren met
de waardigheid van een groot geloofsgemeen
schap.
Het ontstaan van het Poolsche Rijk nu
zal aan deze misstanden wel voor altoos
een eind maken. Want het grootste deel van
de bevolking van Polen is Katholiek.
Juist tengevolge van den eeuwen-ouden
strijd met het orthodoxe moscovitendom zijn
de begrippenPolen en Katholicisme elkaar
in dit land geheel gaan klokken.
Zoo zal de oprichting van deze nieuwe
staat een onwederlegbaar gunstigen en ge
rechtvaardigden invloed uitoefenen, op de
ontwikkelingsmogelijkheden van liet Katho
licisme in Oostelijk Europa.
De toestand in Griekenland.
Ofschoon Reuters Agentschap verneemt, dat,
bhjkena gezaghebbende telegrammen uit
Athene, de Grieksohe regeer ing haar verplioh-
tingen, voortspruitende uit de aanvaarding van
de laatste nota der entente, naar genoegen van
dje gezanten bezig is na te komen, mddt een
telegram van Router's oorrespondent to Athene
van Maandag, dat de toestand onzeker blijft en
de entente-diplomaten van gedachten wisselen
over een nieuwe nota. De pers to Atheno heeft
haar optimistischen toon laten Varen en zegt,
dat do regeering krachtig moet optreden om
aan den ondragelijken toestand een einde te
maken.
Dezelfde correspondent meldt, dat er een be
vel tot inhechtenisneming van Venizelos i3 uit
gevaardigd, wegens do beschuldiging van hoog
verraad en van belastering van den generalen
staf in de artikelen, die indertijd in do Kyrix
zq'n opgenomen.
De cconomisohe inzinking der oorlogvoerende
staten.
Uit Stockholm maakt een Wolff-bericht ge
wag van een hoofdartikel in het „Svenska
Dagbladet," van de hand van professor Caszel
waarin deze betoogt, dat de entente bij haar
antwoord op hot vredesaanbod een vergelijk
king moet maken tusschen haar eigen hulpmid
delen en het economische weerstandsvermogen
van de centrale mogendheden. Voorts wordt
eraan herinnerd, dat Duitschland door de ver
overing van Roemenië zijn (Duitschlanda) be
hoeften aan graan tot den volgenden cogst
gedekt heeft.
hemel opstekende pijp, alles in grllligen
vorm, die witte muur, die groene poort, we
zen haar zoo lief tehuis aan.
Een gegons als uit bijenkorven,kwam haar
tegen een welbekende taal voor Susanna's
ooren. Het hijgen van de stoommachine
voerende den ondertoon. Het geklater van
den neerbruisenden stroom op het rad, het
geklikklak van de weefstoelen, het vroolijk
gonzen van de drijfriemen, mengde zich on
der het gebabbel van do werkster», het
lachen en schertsen dat hier en daar
opklonk.
Plotseling wordt het stil. Klokketonen
weerkaatsen in de echo's van het dal, Het
ts het uur, waarop de arbeid eindigtl
Vreugdekreten juichen op, voetstappen
klinken op de binnenplaats, gezang wordt
gehoord op de voetpaden die naar de dorpen
leiden. Wat groepjes mannen die langzaam,
eenige vrouwen die gehaast loopon, komen
Susanna voorbij.
„Dag, juffrouw!"
„Dag, Vacheron, en dag Milocheau, dag
Rieou!"
Allen, mannen en vrouwen, kende zij by
den naam. Ieder sprak zij anders aan, wat
de mate van achting, belangstelling of
medelijden toonde. Dien wever met zijn
vredig, kalm gezicht, had zij een „goeden
avond" toegowensoht, waaruit bemoediging
blonk en de werkman geloofde bijna dat zij
Dan schrijft de hoogleeraar: Het is waar, dat
de economische kracht van Duitschland natuur,
lijk verminderd is en dat Duitschland armer is
geworden. Maar van een opdregen van de hulp
middelen des lands kan geen sprake zijn. Maar
hoe is het met Engeland gesteld? Het van in
voer van levensmiddelen in hooge mate afhan
kelijk Engeland ziet dien invoer zeer bemoei
lijkt. De voorraden in Noord-Amerika en it
Argentinië zijn ver onder het gemiddelde. En.
goland de financieele stut van de geheele
entente had in de week die cp 2 December
eindigde, uitgaven tot een bedrag van 8.000,000
pd. st. per dag, welke som zelfs de financieele
krachten van Engeland te boven moet gaan.
Met andere entente-mogendheden is het in
financieel opricht nog slechter gesteld. Frank
rijk moet voor de staatsschuld 's jaars meer dan
2K milliard frank opbrengen. Over de finan
ciën van Rusland en Italië behceft heclemaal
niet gepraat te worden.
De wereldoorlog verarmt ook de neutrale lau
den. Deze betreurenswaardige verarming van
de geheele wereld maakt eiken dag den vredes-
eisoh dringender.
Handel is handel
De „Figaro" weet to vertellen, dat verschot
dene Fransche handelaars uit Chaux-de-Fonds,
hot bekende centrum van de Zwitsersche hor-
loge-niduatrie, de volgende aanbieding hebben
gekregen: „De heer G'. Walter Möri (Heinrich
Hermann Ludwig) horlogefabrikant te Solin
gen (Hannover) biedt, door tusschen komst van
zijn agent te Chaux-de-Fonds, een horlogo iu
den handel aan, dat tevens een oorlogs-souye-
nir is. Dit horloge draagt op de achterzijde
het portret van.... generaal Joffre."
't Zijn toch maar knappe zakenlui die Duit-
schers voegt de „Figaro" aan dit berichtje
toe.
De Duitsehe oorlogsujjverheid.
De oorlog heeft in de Duitsehe industrie een
geweldige ommekeer teweeg gebracht, waartoe
natuurlijk de verminderde toevoer van grond
stoffen en het stopzetten van wel haast den
gelieelen uitvoer, het gebrek aan arbeiders-
krachten als gevolg van do ontzaggelijke op
roepingen en beperking van het binnenlandsch
verbruik in niet geringe mate hebben meege
werkt. Zoo spoedig mogelijk en met inderdaad
verrassend resultaat hebben alle industrieën
zich aangepast bij den oorlogstoestand; de ge
wone vredesproductie moest worden opgegeven
en iedere tak van nijverheid werd gesteld in
dienst van da landverdediging. De gieterijen,
die vroeger machines leverden, maken thans
granaten. Ook de st aalgieterijen leggen zich.
tce op het vervaardigen van granaten, stalen
scheeps- en automobielonderdeelen, maar zetten
toch ook hunne gewone productie voort. Tevens
leveren zij mqnenwerpers en mijnen in groote
hoeveelheden af. Trouwens met het vervaar
digen van allerhande geschut zijn tal van fa
brieken belast, die niet over eigen staalpersen
beschikken, en voorheen met de ijzerindu3trie
zelfs niets hadden te maken. Andere machine
fabrieken werden belos>t met het fabriceeren
van machines, die voor het vervaardigen van
oorlogsmateriaal onontbeerlijk zijn. Het spreekt
vanzelf, dat het geheele werkprogram van tal
van fabrieken aanmerkelijk ia gewijzigd; ook.
zijn vele nieuwe bedrijven ontstaan. Kleine
werkplaatsen werden geaamelijk belast met het
leveren van oorlogsbenoodigdhedende orga
nisatie dezer kraohten vergrootte het productie-
ver mogen.
Niet alleen de ijzer- en machineindustrie waa
eohter aan veranderingen onderhevig; ook in
véle andere bedrijven hadden ingrijpende wijzi
gingen plaats. Zoo werd aan de schoenfabrie
ken het maken van ransels broodzakken, veldj-
fleschomhulsels en dergelijken opgedragen. Een
gedeelte van de speel goed industrie fabriceert
uitsluitend slaghoedjes, de hoeden- en viltindu-
strie wist haar arbeiders aan het werk te hou
den door helmen en kopi's van vilt te maken,
inplaata van leder. Vele confectie-fabrieken,
zoowel voor heeren- als damesconfectie hebben
zich toogeled op het vervaardigen van unifor
men. Parapuie-fabrieken leveren waterdicht»
tenten en armvesten voer de troepen in de loop
graven. Elektriciteitsbedrijven produceeren me
talen knoopen; rijwielfabrieken ijzeren ledikan
ten v'oor veldhospitalen; na ai machine-fabrieken
ahrapnells; piano-fabrieken patroonhulzen:
meubelfabrieken barakken. Chemische fabrie
ken leveren geneesmiddelen en pharmaceutiseh»
preparatende papierindustrie fabriceert pa
pieren zakken ter vervanging van de jute-zak-
ken. Zelfs de kinderwagen-fabrieken werken
voor het leger. In Rijnland werden vakscholen
voor de vervaardiging van stroohoeden door
vrouwen opgericht; de mandenindustrie levert
vlechtwerk ter versterking van de loopgaven en
de textielnijverheid militair laken, dekens,
enz.
Aan dezen geweldigen ommekeer in welhaast
ieder» industrie ia het te danken, dat het econo
mische leven in Duitschland niet verstoord
i9.
De nieuwe uitrusting van liet Belgische leger.
Een EngeHsche oorlogscorrespondent van de
„United Press" in het Belgische hoofdkwartier
schrijft, dat het Belgische leger nu uitmuntend
uitgerust is, mot stalen helmen, zware water
laarzen, dikke jassen enz. Ten deele ia dia uit-
hem gelegd had: „Dt weet dat gij een flink
werkman zijt; mijn vader is tevreden over
u." Aan dien ander met een zwaren zak
op den rug, sehenen diezelfde woorden te
vragen: „Hoe gaat het met uw vrouw V' Of:
„Hoe maakt het de kleine
Aan de werkster, die ondanks haar moei
lijk loopen, zich naar Ruis spoedde, beloofd»
de goedenavondwensch van Susanna de lang
verbeide linnenkast, de gordijnen voor een
wiegje.
Maar zü kende te goed hun zorgen, om
hen op dit late uur op te houden. Steeds met
een glimlach op de lippen, dien glimlach,
die meer vermocht dan woorden, schonk Su
sanna een weinigje van haar eigen vroolijk-
heid aan die armen, alleen reeds door hun
groet t-e beantwoorden.
Toen zjj de fabriek binnentrad was de®»
leeg. Zij sloeg links af, liep door een mooi-
onderhouden tuin, waarachter zich breed en
diep, het woonhuis verhief, welks overhan
gend pannendak door zijn uitstekende dee-
len de ruwe betimmering toonde.
Maar een struik met knoestigen tronk,
een dik gordijn van klimop, wat wilde hop,
schoten tegen de mui-en op en gaven doe»
oude woning een heerlijk aanzien.
Susanna huppelde eenige trappen op, die
naar het nauwe, voor het huis gelegen terra»
voerden.
(Wordt vervolgd.)