KIK HUL COURANT DE DA MI AATJES feuilleton WARE ADELDOM ,"Z&d HE OORLOG No 17. Vrijdag 9 Februari - Tweede Blad DE VERSCHERPTE DUIKBOOTOORLOG Do stemming in Amerika. In een correspondentie van 1.1. Woensdag iit New-York vernam de „Times', dat de toe- Mand zich. altijd nog kenschetste door angstige fcfwachting. Men geelt- toe, dat het beroep op Öc neutralen gering succes zal hebben. Men ire r wacht, dat de Europi esche landen zeer wei nig zullen doen, terwijl de verontwaardiging Tan Latünsch Amerika waarschijnlijk acade misch zaï zijn. Hot denkbeeld van den President ftni Duitschland tot rede te brengen door de ■fnoreele overreding van de niet oorlogvoerende iwerold schijnt ook op niets te zullen ui tl oo pen. Een ander ding dat de Amerikanen verdriet, is het blijkbaar substantieel© succes van de eerste dagen van den nieuwen duikbootveld- toaht. Men verwacht met vertrouwen, dat de Pngelscken de bovenhand zullen krijgen, maar men vreest, dat dat niet zonder verliezen zal gaan, di© van genoeg beteekenis zullen zijn, om liet vertrouwen van het Duitsche volk in den oorlog onder water, zij het ook tijdelijk, te ver sterken. De correspondent zegt, dat er nieuwe toeken en zijn, dat Amerika mogelijk zal verlan gen aan den oorlog een werkzaam aandeel te nemen en met de geallieerden samen te wer ken. Als het tot het ergste komt, zou Washing ton vermoedelijk graag zien, dat er binnenkort een commissie in Amerika komt om met dat land uit naam van de geallieerden overleg to houden over de vraag, hoe het Amerikaansche materieel en de financiëele hulpmiddelen van Amerika het best gebruikt zouden kunnen worden. Een Deensch oordeel over Amerika's houding. Het i» niet onbekend, schrijft het Kopen- fcaagscho blad „Extrabladet'', dat de wereld- Oorlog nu. 2H jaar duurt, zonder dat het ooit in president Wilson opkwam als beschermer van de onzijdige staten op te treden. Als wij moesten' aangeven, hoeveel duizenden dooden en gewonden Amerika op zijn geweten heeft, zouden wij stellig tot een hoog getal komen. Amerika leende Engeland geld en leverde aan Engeland en Rusland ontelbare millioenen granaten en patronen, een ontelbare menigte kanonnen, geweren en ander oorlogstuig. Is 't eigenlijk niet een verdraaiing van he>t begrip onzijdig, de Vereenigde Staten een onzijdige mogendheid te noemen! Indien Amerika in Augustus 1914 allen uitvoer van oorlogstuig had verboden, gelijk Denemarken deed, dan had men van Wilson's republiek als van een onzij dig land kunnen spreken. Maar Amerika ver- aette heel zijn nijverheid om voor een er oorlogvoerende partijen wapens te sm en, dat deed het ter bescherming van do onz« onzijdige staten van f p i]90n on8 nj6t te hX ET™eXUh niet voor en aleer er een mmr' Amerikaansche schepen beleedtgd en •enig® Amerikaansche burgera getroffen wa ren. Tóen stond plotseling de heele wereld in vlam. En nu de Duitsche nota aangaande de versperring van de zee is versohenen en er eindelijk aan den Amerikaansohen uitvoer van ■wapenen een einde zal komen, nu toont zich eensklaps de belangstelling van Wilson voor de kleine staten zoo levendig, dat hü ze uitnoo- digde in het lot van Servië, Montenegro en Roemenië te deelen. Is dat geen grootsche ge dachte! Amerika verklaart Duitachland den oorlog in dezer voege, dat Denemarken, Noorwegen, Zweden, Nederland. Zwitserland en Spanje het werk en het gevaar op zich nemen. Men zou ge neigd zijn de uitnooding om zich ter eere van de late Amerikaansche vredespoging te laten slach ten een domheid of een onbeschaamdheid te noemen. Wij zullen ons echter met „misgreep" tevreden stellen. De bedoeling i« toch dezelfde. De houding van Griekenland. Naar de „Times" d.d. 6 dezer uit Athene ver neemt, behoudt de Grieksche regeering zich haar antwoord op de mededceling van do Ver eenigde Staten voor en waoht zij af, hoe de houding van andere onzijdig© staten zal zijn. Zij heeft haar vertegenwoordigers in het bui tenland last gegeven, daar navraag naar te doen. Do bi zond ere omstandigheden, waarin Griekenland ia geplaatst, geven aan dat onder zoek, volgens den correspondent, iets formeels. De Duitsche schepen in Amerikaansche havens. Uit New-York wordt in een particulier Reu- tertelegram geseind: Dinsdag verscheen in een blad, alhier, een naar het scheen zeer overdre ven verhaal, dat nl. alle Duitsche en os n- rijksche schepen in de Now-Yorkache totaal onbruikbaar waren gemaakt aoo uielen van hun machines. Nadat gis ®rea, a offioiëel onderzoek was ingesteld, wer 1 bekend gemaakt, dat de „Vater am en gr oo te 8 cl t ep en onbeschadigd waicn Later kwam uit Washington bericht, dat er aanleiding was voor de meening, Sat do meeste vrijwillig gedetineerde schepen weliswaar niet onherstelbaar zijn beschadigd, doch dat er vol doende schade is aangericht, om lien lijd ei ijle buiten gebruik te stellen. Vandaag meldt do „World", wat een redelijk nauwkeurige verklaring schijnt te zijn, dat alle Duitsche en O ©sten rijksdie scliepon, die in Amerikaansche havens liggen, onklaar zijn ge maakt, ingevolge uit Berlijn ontvangen geheime order». Dit is geschied door belangrijke ma- chine-cnderdeelcn weg te nemen. Deze zijn m op geheime plaatsen verborgen. Die bergplaat sen zijn enkel bekend aan hen, die de onderdeo- len hebben weggestopt. Zoodra het vrede wordt, zullen zij worden teruggebracht; maar geduren de den oorlog zullen zij verborgen blijven. Geen van de groote schepen kan in minder dan zea maanden geschikt worden gemaakt om uit te varen. Vatieaansche vertegenwoor digers en de blokkade. Naai* de Milaneesclie bladen melden, worden er tusschen het. Vaticaan en de Centrale mo gendheden onderhandelingen gevoerd o.a.- het verstrekken van een vrijgeleide aan de Pause lijke vertegenwoordigers bij do nuntiaturen in Chili, Peru en Costarica. Zij hebben hun reis tengevolge van de aankondiging van den ver scherpten duikbooten oorlog moeten uitstellen. Beschouwingen. De geheele Duitsclie en Ocstenrijkseke pers neemt, met groote bevrediging nota van het eerste succes van den verscherpten duikboot- oorlog, namelijk het stilleggen van liet scheep vaartverkeer tusschen de neutrale landen en de Entente en van de Entente zelf. Er wordt op gewezen, dat de neutralen hunne schepen vasthouden en Amerika verboden heeft schepen naar het buitenland te verkoopen. Wan neer de aanvoeren van levensmiddelen en muni tie van Amerika naar de Entente-landen ver hinderd kan worden, dan kan men hopen het daardoor de Entente onmogelijk te maken een gemeenschappelijk offensief te openen. De mogelijkheid van eventueele hulp van de Vereenigde Staten op militair gebied verwekt nogal vroolijkheid, doch ook wordt er op ge wezen, dat men zich niet te vroeg vroolijk ma ken moet. Daarbij wordt herinnerd aan Enge land, dat gedurende den oorlog zijne legers heeft gevormd en dat ook Amerika dit; kan doen. Maar daartegenover wordt dan weder opge merkt, dat Japan geweigerd heeft legers naar Europa te zenden en dat voor het geval dat Amerika zulks voornemens mocht zijn, men ook de mogelijkheid in het oog moet houden, dat Amerika zich niet van troepen kan ontblooten met het oog juist op Japan. VERSPREIDE BERICHTEN De door de Entente veroverde Duitsche P, koloniën. ig© dagen geleden hebben wii me'dintf gemaakt van de verklaring van mfnister Wab tei Long over de Duitsche koloniën, dio niet weer in Duitsch bezit zouden terugk ©eren De „Manch. Guardian" wijdt aan deze ver-* klaring een kort artikeltje en merkt op dat de heer Long misschien wat al te summier was in zijn verklaring en dat waarschijn lijk ze toch wel niet op alle Duitsche kolo niën zonder onderscheid betrekking zal heb ben. Voor de „Manch. Guardin" staat het vast dat van een teruggeven van bijv. West- Afrika geen sprake kan zijn, trouwens dat is „door Zuid-Afrika veroverd en dat heeft dus té beslissen wat er mee moet gebeuren." Het zelfde geldt wat Nieuw-Gu noa en de Zuidzee- eilanden betreft voor Australië. Maar wat Oost-Afrika betreft is de positie wel eanigs- zins anders en al ontkent de „Manch. Guar dian" de mogelijkheid niet dat Zuid-Afrika ook op het behoud van deze overigens nog niet geheel veroverde kolonie zal prijsstelten, hieromtrent is er in elk geval nog geen zekerheid en het blad meent, dat het een ernstig iets zou zijn, Duitschland zonder eenig veld van koloniale ontwikkeling in Afrika te laten, omdat het anders zijn expansieve energie in andere richtingen „meer gevaarlijk voor ons" zou kunnen ont wikkelen. Het blad meent daarom, dat deze quaestie er ©en is van toekomstige overwe ging en had gedacht, dat men althans eerst de meeningen zou hebben gehoord van de koloniale eerste ministers. De „Daily Chronic'.©" juicht de verklaring van minister Long, die het blad een verkla ring van de geheele regeering acht, toe, omdat het licht brengt in de quaestie der Duitsche koloniën. Het blad zet uiteen dat ten aanzien [van de Zuidzeekoloniën en "Zuid- West- en -Oost-Afrika het Britschc rijk vi taal belang heeft deze te behouden, in de eerste plaats ar ómdat er anders verdeeldheid zou ontstaan 'tusschen moederland en Do minions. Wat Kameroen betreft hierbij heb ben Frankrijk ên België zoowel belang als Engeland, meent het blad, dat niet gelooft dat een ivan hen gaarne Duitschland weer als buur zou krijgen daar. Togoland js een kleine kolonie, maar werd gebruikt door Duitschland om er een groot draadloos sta tion op te richten en met het oog op de ontwikkeling der duikbooten zou het strate gisch verkeerd zijn dit punt in Duitsche handen te laten. Japan geeft natuurlijk Kiau Tisjau niet te rug. Zoo blijft er voor Duitschland dus niets over, maar de „Daily Ohron." wil nog verder gaan en dringt er op aan, dat nu ook al Vast een verklaring zal worden afgelegd betref fende zuidelijk Mesopotamia aan dc Perzische Golf, dat voor Indië van groot, belang is. Het schijnt dat alleen de „Daily News" de verklaring van Long niet gunstig gezind is. Het blad acht het verkeerd dat nu eigenlijk een naschrift wordt gegeven op 'de nota der Entente aan Wilson. In die nota werd over de Duitsche koloniën gezwegen daarom huldigde men in Amerika Engelands onbaat zuchtigheid. Men had het besluit der geal lieerden over de koloniën of in de nota moeten meedeelen of anders de regeling moé ten uitstelten tot do vredesonderhandelingen. Japan zit niet stil. fn do „British Australasian" wordt er dc aandacht op gevestigd, dat do Japanners sinds zij bezit namen van de Carol.enen en ue Marshall-eilanden, den Australischen handel daar zoo goed als hebben verdrongen. Aan gedrongen wordt op meer krachtsinspanning van den kant van Australië om de Japanee- sche concurrentie tegen te gaan. Ook in de New-Yorksche „Evening Post" wordt uit Sydney, Australië, de aandacht ge vestigd op de omstandigheid, dat de Japan ners meer en meer vasten voet beginnen te krijgen op de Carolienen, de Paula- en de Marshall-eilanden. De Amerikanen worden gewaarschuwd, dat Japan zijn posit© in don wereldoorlog gebruikt om voor da toekom t den Stilten Oceaan voor zic h te veroveren. De bovengenoemde eilanden zijn buitengewoon geschikt om daartoe de bas's te vormen. Reeds nu worden do genoemde eilanden met, Japanners bevolkt., die spoedig d j overhand zulten hebben op de imandsehe bevolking. Uit een brief uit Tbkio aan de „Economist" is ontleend, dat do hooge meelprijz n in Ame rika, groote levendigheid op de Japanschc markt hebben veroorzaakt, met het, gevolg, dat meer Japansch meel werd uitgevoerd, vooral naar Engeland en de Zuidzee. Ruslands graanuitvoer na den °orlog. In de „Promyschlennostji Tbrgowljab wordt Rulands graanuitvoer na den oorlog bespro ken in verband met Engelands wensch, dat het Russische graan na don oorlog niet meer aan de Centrale Mogendheden, maar aan 'do Geallieerde landen zal ten goed© komen. Het slot van het artikel luidt aldus: Als Engeland het voor gewenscht houdt, dat ons graan naar Engeland en niet meer naar onze tegenwoordig© vijanden wordt uit gevoerd, dan moet het ook zorg dragen, dat goedkoope scheepsruimto ter beschikking staat. D© verliezen, welke do ©en of andere Entente-mogendbeid door de doorvoering der besluiten van de Parijsche economische con ferentie zal lijden, moeten door de andere belanghebbende mogendheden worden ver- g°ed. Voor li©t oogenblik staat de werkzaam heid dei- Kngolseiio handelsvloot onder do contróle der regeering. Wij nomen aan, dat ook na het einde van den oorlog die verdeeling der scheepsruimten in hare handen aal blij ven en dat juist Engeland er voor zal moeien zorgen, dat de voor Rusland niet gemakkelijke verbreking van economische betrekkingen met Duitschland op zichzelf, nog zal worden verzwaard door de noodzakelijkheid het dure transport van ons graan naar Engeland te moeten betalen. De levensmiddelenvoorziening van België. De Daily Telegr. verneemt nit New York: Alle transportfaciliteiten voor de Belgische oommissie voor hulpverleening zijn opgehe ven. Hoover, de voorziter van de coini«do zeide, dat dit noodig was, omdat hem door Duitschland was medegedeeld, dat alle sche pen van de oommissie voortaan de noorde lijke route om Engeland heen moeten nemen. Vijftien van de schepen van de commissie zijn nu in de nabijheid van het oorlogsge bied en men kan hen met met nieuwe in structies bereiken- Hoover zegt verder, dat als de scbepen gedwongen worden de nieuwe route te vó1gen ,/-h _nï grootste gevaar zul len vetkeeren door de Engelseho en Duitsdhe mijnvelclen. Hoover heett aan de vijftig ledten van de commissie geseind, om in België op hun post te blijven, in afwachting van den uitslag van de on aerhand dingen door be middeling van ©en hpaanschen gezant te Berlijn, waaTdoor men hoo.pt, een veilig pad rechtstreeks naar elgië voor de schepen van de commissie e lanen. De commissie is van plan, haar werk "voort te zetten, zonder zich om een moge Uj ren oorlog te bekomme ren. Zij zal zoo nooc'g andere neutrale lan den ate bemiddelaars gebruiken. •s-Gravenhage of Bern? Men schrijft uit dd. 4 Februari aan enkele bladen: Ov'01 1 keuze van 's-Gravern- bage of Bern der toekomstige vredesonderhandelingen ib al veel gesebre ven. Intusschen beeft de bekende vrediesman dr. Fried in de Neue Züridher Ztg. van vandaag den knoop doorgehakt. De vraag VGraven- bage of Bern wordt dteor hem beantwoord met: 's-Gravenbage en Bern. Dr. Fried is van meening, dat de toekomsti ge vredesondérhandelLngen zich zullen split sen in twee zeer verschillende handelingen- Da ar zal allereerst zijn de conferentie ter eindiging dter vijandelijkhedenen ten twee de de conferentie, die door Wilson werd aangeduid, waar de grondslagen voor den hlijvenden „Heiligen Vrede" gelegd zullen worden. De eerste conferentie wijst Fried aan Bern, de tweede aan 's-Gravenbage toe, ®n hij zegt ook waarom. Zwitserland heeft in dezen wereldoorlog moer dan eenig ander land de bemiddelaars rol gespeeld. De strijd heeft rondom al zijne grenzen gewoed. Gewonden en gedeporteer den trokken bij tienduizenden door zijn ste den en dorpen, vonden er overal hulp «n troost. Genève zorgde voor de briefwisselieg «n Bern voer de liefdegaven, die de krijgs gevangenen en hun familie wisselden. Welk neutraal land heeft bet leere en bet lijden van den oorlog van zoo dichtbij gezien, en zoo levendig gevoeld? Daarom meent Fried, en om nog tal van redenen meer, die hier niet alle kanen vermeld worden, „ist di© Hauptstadt der Sohweiz die histdrische und psychologisch beingte Statte fiir den ersten grossen Akt dier ersten Konferenz" De Hollandsehe hoofdstad is door de Haa.gnc.he vredee-conferenties, door den zetel van het Haagscbe scheidsgerecht, door dien retol ook der nog niet geopende doch offi cieel gestichte Academie voor het volken recht, en vooral door de oude volkenrechte lijke traditie (Grotiue!) „dor gegebene Sit© der zwedten Konferenz" Maar daarmee schijnt de kwestie wel op- 9 Febr. '17 EEN TREFFEND VERLIES. Het heengaan van mijnheer Brom is een werkelijk verlies voor onzen Bond, een ver lies, dat we geducht zulten ondervinden. In hem verliezen we vooreerst een voorbeeld van een innig overtuigd christen. Wat hij in zijn leven mocht ondervinden aan lief en leed, hij bleef dezelfde kalme vertrouwvolle man, wiens geloof nooit geschokt, wiens hoop nimmer verminderd en wiens liefde altijd onbesmet bleef. Geen stormen konden zijn standvastige ziel in beroering brengen. Mijn heer Brom was en bleef, wat hij altijd is ge weest, de blijmoedige, werkzame en vrien delijke christen. Er worden in onzen Bond nog al vaak Generale H. Communiën ge organiseerd, soms in het koude voorjaar, soms in de scherpte van den S iten herfst, al tijd in den vroegen morgen. Maar hoe vroeg men ook in de kerk kwam, mijnheer Brom was er al; hoe vroeg de koster het heilig dom ook ontsloot, hij kon het zachte ver wijt niet ontgaan: „Koster, wat ben je van daag weer laatl" Zoo was hij ons ten voor beeld. Wilt gij nog een karaktertrek van hem? „Mijn hoofd is nog helder, alsof ik veertig jaar ben, mijn geheugen mankeert niemendal, maar mijn gehoor laat me wat in den steek. Och, wat is dat lastig. Ik versta niets van alles wat op de vergadering verhandeld wordt, maar toch blijf ik niet weg, want de indruk zou te gek zijn, als een bestuurslid ontbrak." Wat een beschamend voorbeeld gaf onze beste mijnheer Brom hiermede aan zoo talloos velen. Hij was een voorbeeld van bescheidenheid. We hadden hem bij zekere gelegenheid eens genoemd: de beste sociale werker uit onze stad, omdat hij nooit wat zei en altijd ar beidde. De verslaggever had dat in de krant gezet en mijnheer Brom las altijd prima goed de dagbladen. Den volgenden dag kwam hij ons al achteropgeloopen. „Wat staat er nou weer in die krant. Ze willen me nog hoogmoedig maken," zei hij met beminnelijke verontwaardiging... Doch we gelooven, dat het hem toch gedaan heeft. Hij was niet zelfzuchtig. Sla het boek van zijn socialen arbeid open, lees het van voor tot achter en lees vooral ook tusschen de regels. Nergens is een zweem van zelfver heerlijking, nergens een schaduw van propa ganda voor eigen voortreffelijkheid of voor eigen voordeel. Overal de klare bedoeling om alleen te werken voor de goede zaak. Hij was idealist maar in een sclioonen 5?in. Diep verontwaardigd riep hij uit bij zekere gelegenheid„Die kerels, die ruziemakers, ze zouden willen, dat ik van den Bond afging. Alsof het niet onze plicht is om mee te helpen in de vereenigingen door onze Over heid gewild." Hij had gelijk; er zijn Middenstanders, die groeiden in de onedele critiek op onzen Bond, vooral in zware dagen, terwijl ze niet schij nen te vermoeden, hoe zeer we smachtend uitzien ook naar hun hulp bij den arbeid voor de heilige zaak van ons volk. Ge wiit nog weten, hoe mijnheer Brom zijn taak als penningmeester opvatte. „Ik betaal de belastingen voor „St. Bavo" pas na de laatste waarschuwing, want de rente die ik win, is grooter dan de prijs der dreigbriefjes." Bij een boodschap in den uitersten hoek van het Schoterkwartier spaarde hij de anderhalf- cents postzegel uit, door er zelf lieen te gaan. Als een donateur om een of andere re den dit jaar geen donatie gaf, doch dat ver moedelijk wel weer het volgend jaar zou doen, bewaarde de zuinige penningmeester de verloopen kwitantie tot het volgende jaar, maakte van 1918 het jaar 1914 of van een vijfje een zesje en spaarde zoodoende weer een kwitantie-formulier. „Want het drukwerk verslindt handen vol geld." En een feit is het, dat hij op alle mogelijke nietigheden en door allerlei origineele vindingen wei 80 gulden per jaar uitspaarde. We kunnen ons veronderstellen, hoe sterk hij zich verzette tegen sommige meer of minder roekelooze besluiten door het Hoofd bestuur genomen, besluiten, welke zooveel treld zouden verslinden; hjj, die wist, met hoeveel persoonlijke opofferingen dubbeltje bij dubbeltje werd gelegd om aan de vele verplichtingen te kunnen voldoen. We zouden nog lang door kunnen gaan, maar het zou gaan lijken op een ver heerlijking van dezen eminenten man. Dat zou hij zelf niet gewild hebben. Morgen zul len we hem begraven en overeenkomstig zijn geest, zonder praal. „Een paard voor mijn koets en de H. Mis op een zijaltaar, dat is voldoende," zoo placht hij vaak te schertsen. Maar één ding moet toch gebeuren. Ons Vaandel zal bij zijn graf staan er stomme getuigenisgever zijn van ons all - ieelnam© in dit treffende verlies. Een blijk van veelzij dige erkentelijkheid aan mijnheer Brom, die met den Bond was samengegroeid. „Ik hoor zingen", sprak hij tot onzen Eerw. Adviseur, weinig voor zijn dood. En vanwaar kwam het gezang? „Uit St. Bavo", klonk het zwak ke antwoord. „Zeg vooral aan den HoogEerw. Vicaris, dat ik hem bedank, voor wat hij voor den Bond lieeft gedaan." Zoo was zijn laat ste wil nog vol van den Bond. Bij is heengegaan de edele man, die te rechtscha pen was om vijanden te kweeken, te ver standig om de bedillers gelegenheid te ge ven hem te beduimelen en te onzelfzuchtig om benijders te bezitten. Bij allen, die hem hebben gekend zal hij in hooge vereering blijven. Doch dat niet alleen. Binnen weinig tijd zullen alle zeventienhonderd leden van onzen Bond opgaan naar het Huis des Heeren en de Teedere Gedachtenis van Gods oneindig* Liefde zullen wij vieren voor de zielorust van mijnheer Brom en uit ons aller gemoed zal de bede wellen: „Heer wees uw nederige? dienaar Gobertus Thomas indachtig." H.6 ruste in vrede 1 DRINGENDE OPROER. "VMet het oog op het tekort aan brandstof fen en de steeds stijgende exploitatiekosten va i hel gebouw „St. Bavo", doet het Hoofd bestuur een dringenden oproep aan de onder afdelingen van den Bond, om zich tijdelijk ten sterkste te beperken in het houden van vergaderingen. Vanaf heden is voor bestuurs vergaderingen van onderafdeelingen van den Volksbond geen zaal meer beschikbaar. Le den-vergaderingen worden alleen toegelaten in geval van hooge noodzakelijkheid. On dersteuningsfonds, Rederijkers en dergelijke moeten hun heil zoeken in een hoekje van ds koffiekamer op avonden dat er niets te doen is. We vertrouwen dat deze noodmaat regelen slechts kort zullen duren. Laat ieder in deze benarde tijden medewerken. Bekort de noodzakelijke vergaderingen door he% weglaten van notulen, enz. GTJ&KENS-ZAAL. De collecte voor de verdere stoffeering der Willem-Guskenszaal in „St. Bavo", bracht tijdens de Jaarfeesten, ondanks de slechte tijden nog f 76.42 op, wel een be wijs, dat onze oud-president nog voortleeft in dankbare herinnering. AGENDA GEBOUW „ST. BAVO". Zaterdag 10 Febr. Gewone zittingen. Zondag 11 Febr. Witte Bioscoop 2, 4 cn 8 uur. Zouaven, 6 uur. Maandag 12 Febr. Leden Kleermakers, 8V2 uur. Esperanto, half 9. Ondersteunings fonds. R.K. Vrouwenbond, 8 uur. Dinsdag 18 Febr. Leden Haven en Trans port, 9 uur. Leden Timmerlieden, 8 uur Metaalbewerkers, 7 uur. Schilders, half 9. Woensdag 14 Fefor. Armen-collectanten r.St. Antonius", 7 uur. Kiesvereeniging, 8 uur, Onderwijzers, 8 uur. Bestuur Metaalbe werkers. Lithografen, lialf 9. Donderdag 15 Febr. Volkszang. Stille; Ommeganck, 8 uur. Vrijdag 16 Febr. Bestuur Gemeente Werk lieden. 7) „Mijne hartelijke gelukwensclien 1 Maria zal een heele maand noodig hebben om alles weer jn orde te brengen. Je kleeren zitten vol leelijke kreuken en ik zie gaten, waardoor ik mijn vuist kan steken.... Kijk kijk, een stapel kleine pakjes. Dat zijn verrassingen, niet waar, André? He, ja, twee waaiers... o, wat zijn zij mooi! Maai- zij zijn precies hetzelfde, waaróm?" „Een er van i3 voor Michaëla." Zij viel hem om den hals en fluisterde: „Plaaggeest! Je dacht er dus wel aan? Mopjes en schoteltjes! Wat zijn ae origineel! Ik zal ze een plaats geven op mijn étagère Een sieradendoos, een armband, een pen houder 1 Je overstelpt me met geschenken! Ha., ik had geen ongelijk er op te rekenen dat je mij verwennen zou..,." „Er is nog iets andere," zei de jongeman, die door dezeonschuldige vreugde gelukkig gemaakt werd; „maak den draad los, jdi© dat papier omwikkelt." „Losknoopen! Ik snijd, dan Is het teerder gedaanEen burnoes," riep «ij, toen een Sneeuwwit .weefsel voor haar oogen ver scheen; „gauw, André, hang haar om mijne schouders. Staat ze lief?" „Je zult haar als sortie de bal gebruiken, nietwaar, Sabine?" Zij schudde het hoofd. „Zij zou te zelden dienst doen. Neen, op koele dagen zal ik haar in clen tuin dragen en de brave dorpelingen zulten meenen, dat de Witte Dame door onze lanen dwaalt. Lijk ik nu wat op een Arabier?" Rechtop stond zij voor hem het wijde kke- dingstuk hing zoo fraai gedrapeerd om hare slanke gestalte, haar hoofdje kwam zoo aar dig uit tegen de zijdeachtige franje van 'do kap, dat André denkend aan de vertrouwe lijke mededeeling van den heer Gueidry, er van overtuigd werd dat .Sabine een echt» markiezin de Baraannes zou zijn. „Waarom sta je me zoo aan te kijken," vroeg zij, over zijn stilzwijgen verwonderd. „Ik zoek naar een vergelijking, zusje," hij ernstig. „Je hebt niets van het Arabi sche type; ik vind in jou een witte fee terug, die ik hoogelijk bewonderd heb in een boek met Scandinavische sprookjes en vooral eene vroolijke markiezin uit den goeden, ouden tijd, op het oogenblik dat zij. een hoffeest verlaat." gabine schaterlachte. „Vleier, loop been! Ik zou zulke complimen ten niet eens van een verloofde willen ver nemen. Arme .witte feel Arme markiezin 1 Uwe afstammeliflë6van uw geslacht vervreemd! Jij een Prachtig man, een waar minstreell 6er de familie Guei dry!Ik lijk °P mar?al D» Oayrals, alle maal boeren, w»1-6" wel krachtig, maar ook leelijk." - „Je meent dus dat je teelijk bent?" Sabine leunde teg-n den schoorsteenman tel en beschouwde oplettend haar beeld, zoo als het in den gr00Km "P^gcl werd weer. Wil je mijn openhartigheid op de proef stellen? Goed, mii110 Y,^n' 00pa en gevats- kleur verdienen een goede aantoekening. yoor het overige.ben ik zonde lxii Wat denk je van ml" nöus? Wat wappert, Teeken van ve^huri- "Sïffe? X» dit S*val 2011 aan minder verstand de voorkeur geven en meer recht heid van lijn wenden. Is de groote mond ook een toeken van verstand of van gulzig)- faöid Ik weet hét niet. Je glimlacht aanhou dend en je hebt zulke fraaie tanden, dat...,. André 't Is afschuwelijk. Wij kunnen niet praten: je bent nog dezrhde plaaggeest van vroeger 1 Ik wilde je vragen of mijne handen je witte fee of je markiezin .waardig waren, maar ik geef er de voorkeur aan niet verder te gaan; men ziet dadelijk' dat ik uit een arbeiders geslacht, stam. Do jongeman fronste de wenkbrauwen. „Je houdt nooit op met over on zo afkomst te spreken. „Schaamt ge u er bij geval over," onder brak Sabine. „Nu, kijk er maar niet zoo op gewonden uit; haal vooral je horlogo niet voor den dag; ik ben er zeker van dat vader nog met zijne briefwisseling bezig is." „Alvorens hem op het kantoor te gaan op» zoeken, zal ik naar de werklieden gaan.... Met een woortl togen den een en den ander zal de tijd spoedig voorbijgaan. Zet .dit ter zijde, het is een kistje sigaren voor vader, bij het naar benedon gaan zal ik dit den be diende ter hand stellen." „Wacht dan in den tuin op mij, ik ben dadelijk bij je." „Vergezel je mij naar de fabriek?," Zij keek hem ondeugend aan. „Laat ons dezen waaier naar Michaëla brengen. Binnen twintig minuten heengaan, bezoek en terugkeer. Je kunt het niij niet weigeren Goed," zei hij mót een lichten zucht; „op den dag van mijn aankomst moet ik aan ieders wil voldoen. Je bent-een echte tiran 1" Eenige oogenblikken later wandelde Sabine, die van genoegen bloosde, aan den arm van haar, broeder in dc hoofdstraat dier kiel no stad. Het was marktdag en aan boWe kanten van den weg vterhieven zich kramen, die slechts weinig koopera trokken in dit namiddaguur. Onder de onmetelijke roode zonneschermen en do veelkleurige tenten rolde men dan ook de rollen stof op, pakte de Parijsche artike len in en stapelde men do groenten op ©Ij- kander te midden van geroep, van snedige! gezegden, zelfs van twist, wat het kijken naar de wandelaars niet verhinderde, om deae roet onuitputtelijken woordenstroom op al het moois opmerkzaam te maken. Bij het voorbijgaan van André en zijne zuster werden all© hoofden opgestoken on klonk uit elke kraam ©en hartelijken groet, Niets vandaag, juffrouw Babme?" Maakt u het nog altijd goed, juffrouw?" Be hob kant expres voor u, juffrouw 9a- bin'e; tei» Hjns, iets moois." Ben zwerm kinderen, die niet ver van daa* verstoppertje speelden, lieten, zoodra zij haar bemerkten, huu spel in den steek en liepen baar tegemoet, om haar hun hand tot hei ontvangen van een© aalmoes toe t© steker, of hun voorhoofd tot een kus; icd©r volgen* zijne behoefte of natuur. Dit alles scheen Sabine groot, genoegen te doen- met gulheid beantwoordde zij de groe ten der kooplieden, wierp den kinderen la chend de stuivers toe. die zij in den zak had en w;is zonder de tusschenkomst van den jongen man voor de eenvoudige u'1,stallingen blijven staan. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 5