"de dag BUITENLAND feuilleton WAT DE PERS ZEGT P. W. TWEEHUIJSEH, WARE ADELDOM fO HEI S9I7 4ISTE JAARGANG No. 933 WERELDBRAND DUITSCHLAND. DE POLEMIEKEN OVER DEN VREDE. ROSSE. DE VEEEËRING VAN HET H. HART EN DE VREDE. Slechts enkele dagen, OPRUIMING van DAMESLAARZE Barteijorisstraat 27. TEL. 177 VERSPREIDE BERICHTEN HIFIIWF HAARLEMSCHE COUMN Alle betalende abounds op dit Blad in het bezit van een Verzekeringspolis, zijn, volgens de bepalingen op jjg- ,j „„„„t,,VüAn i/prieWerd voor auu on overiijaen, uv» uij vc..i« of voet, 250 bij verlies van een oog, aa di| verlies van een duim, f 75 bij breuk van een arm °f been, f 100 bij verlies van een wijsvinger, bij verlies van een anderen vinger. De uitkeer ng dezer •edragen wordt gegarandeerd door de „Hol.anascne Algemeen# Verzekeringsbank" te Schiedam. (De vo 1 October 1911 uitgegeven polissen zijn niet geluigg De motie-van Leeuwen in de Tweede Kamet, bedoelende de instelling eener commissie van advies voor de behandeling der buiten an sc e zaken, werd door den voorsteller ingetrokken en vervangen door een andere motie, welke tot strekking heeft de instelling eener vaste com missie voor de buitenlandsche aangelegenheden. In Den Haag zullen de tegenstanders dei- Grondwetsherziening bij eventueele nieuwe ver kiezingen eigen candidaten stellen. In Nederlandsch-Indie werd een machtige petroleumbron aangeboord die 1500 ton per dag oplevert Een ernstig treinongeluk heeft plaats g^ia in Limburgsche k.lendistrict. Door het on,,or- zien achteruit rijden vao een tra. werden ver- schillende arbeiders gedood. De eerste opgaven loopen uiteen van 3 tot 12 dooden. Met het oog op de kolenbezuiniging hebben de spoorwegmaatschappijen tot verschillende ingrijpende maatregelen inzake 't vervoer van rei zigers besloten. Een tegenvaller voor vacantie- reizigers. De Duitschers hebben verwoede tegenaanval len ondernomen tegen de Fransche stellingen aan den Damesweg, die over de kam van 't Craonne- plateau loopt. Deze aanvallen werden onder zware verliezen afgeslagen. Een Fransche aanval ten Noordwesten van ,eims leverde den aanvallers niet meer dan 1200 M. der voorste loopgraven op. Tea Noorden van Saloniki zijn aanvallen der geallieerden onder zware verliezen mislukt. In Rusland heeft de regeering een verklaring openbaar gemaakt ten gunste van een Kabinet uit alle partijen. Duitsche bladen beweren, dat de Raad van Arbeiders en Soldaten een manifest heeft verspreid, waarin hij zegt de regeering tot het openen van vredesonderhandelingen te zullen dwingen. Entente-bladen houden daarentegen staande, dat de crisis opgelost is en ook de Raad van Arbeiders en Soldaten voortzetting van den oorlog wil. Liberia heeft de betrekkingen met Duitschlaud verbroken. Als de oorlog nu niet gauw uit is!. DE MINISTER VAN OORLOG. In tal van bladen blijft zich de ontevredenheid over het beieid van minister Bosboom nog steeds een uitweg banen. De TELEGRAAF schrijft o. m.; De minister prikkelt voortdurend door on billijke maatregelen. Om maar een enkel voorbeeld van reoenten datum te noemen: ln de Kamerzitting van Vrijdag j.l. deelde minister Bosboom mede, dat hij besloten heeft de Lichting 1909 der be reden wapens eerlang met klein verlof te zenden, behalve de onderofficieren. Do maatregel is ontzettend onbil- jj k. Over het algemeen worden van eene lichting do beste elementen vóór kader opge leid. Deze menschen spannen zich in om het examen voor sergeant te dioen, zij verrichten héél wat meer dienst als een soldaat, en ver dienen in ieder geval wat meer waardeering dan zij, die op de meest gemakkelijke wijze door hun diensttijd trachten heen te komen. Nu worden echter juist die onderofficieren, de'menschen van wier ijver en toewijding zoo veel van den geest van het leger afhangt, achtergesteld bij de lij-ntreikker-a. Dank zij hunne ambitie zullen zii nog langer uit hun gezin en hunnen werkkring worden gerukt. Terwijl de soldaat, lachend en zich de handen wrijvend, met. klein-verlof vertrekt. Zoo kweekt men willens en wetens een geest van ontevredenheid: een geest van vat-al-ik-me-druk-m aken-was-het-maar-afgie- loopen. Met het oproepen van de laudatormja&r- klaase 1908 wordit die geest van verzet in, niet. geringe mate vorgroo Hoe kan men eenige ambitie verwachten bij deze mannen, die jongelui, die veel en veel minder te verliezen hebben dan zij. vrij zien' xondloopen, te meer waar ze nog gehoopt had den, dat de aanneming van de motie-Mar- chant het our echt nog keeren zou? De minister legt de motie naast zioh neer. Wit zullen afwachten wat de Kamer doet. Wanneer de Kamer den minister niet aan hot verstand brengt, dat hii haar heeft uit te voeren of heen te gaan, staat zij mede schul dig aan de onnoodige ellende in tal van ge zinnen staat zij mede sehuldig aan het kunst matig kweeken van den geest van ontevreden heid in ons leger. HÉT VOLK is ook nijdig: De minister tart de Kamer. Nauwe) u "s was de motie-Marchant aangenomen, ot u navraag bleek" aan het Haagsehe Korrespon- dentie-bureau, dat de minister die motie lapt aan zijn laars. Hii laat de landstorm op komen. Er is dus ©en ko-nflikt tusschen den minis ter en de Kamer, en dat over een ei sell, waar- bii de twee onverzoenlijke tegenstanders, mili tarisme en demokratde, lijnrecht tegenover elkaar zijn gekomen. De Kamer vertegen woordigt in dit geval de demokratie, de minister het militarisme. Het moet buigen of barsten. Dat zal minister Bosboom ook wel beseffen. Hier is een konflikt, waarbij het gaat om het prestige der Kamer, om haar aanzien bij het volk. Wij hopen, dat ook de Kamer het beseft. Misschien ligt liet geval nog wat erger. Misschien is de heer Bosboom hier niet de minister, die zelfstandig ziin beslissingen noemt, maar de uitvoerder van den wil van het legerbestuur. Misschien bevindt de Kamer zioh in konflikt met heel den kring van de hooge militaire gezaghebbers. Dat kan hii een debat over de kwestie, dat ons onvermiideliik sohiint, aan den dag komen. Wii hopen, dat ook dan de Kamer er niet voor zal terug schrikken, haar aanzien in het volk, haar beteekenis in onze staatsinstellingen, te hand haven. Juist dan is het dubbel noodig. En dan, mocht minister Bosboom heengaan, zal het wellicht overweging verdienen, ook in ons land eens een burger aan het hoofd te stellen Van het departement van Oorlog. Dat zal niet hot universeele heilmiddel ziin tegen de bezwaren dlie do demokratie koestert tegen allerlei toestanden, gebruiken en op vattingen dlie in het Nederlandsche leger heerachen, maar er zou toch eten heilzame schoonmaak van mogen werden verwacht. Terwijl men van de zijde der Entente hoopt Duitschland te kunnen bedwingen door de blokkade en vernietiging zijner legers, hebben de Duitsche leiders sedert eeiiigen tijd hunne hoop gesteld op den verschrikke- lijken duikbootoorlog, die, indien hij succes heeft, niet alleen de Entente zou dwingen de wapens neer te leggen, doch tevens een groot deel der beschaafde wereld met hon gersnood bedreigt. Of het doel van dezen duikbootenoorlog: de vernietiging van zóóveel schepen, dat met name Engeland niet meer in zijne be hoefte kan voorzien, bereikbaar is, moet nog blijken; maar dit is wel zeker, dat deze nieu we wijze van oorlogvoering de grootste zorg der Entente uitmaakt. Een afdoend middel tegen de duikbooten is - nog niet gevonden; en of er werkelijk zooveel worden vernietigd ais de Engelsche pers wil doen gelooven, is hoogst t-wij.el- achtig. De Entente en Amerika gaan liet nu zoe ken in geforceerden aanbouw van nieuwe schepen, en als de grootsche Amerikaan- sche plannen in deze richting inderdaad wor den uitgevoerd, zal het den Duitschen duik booten wel niet gelukken den vijand tot overgave te dwingen door vernieling van schepen alleen. Amerika wil binnen een jaar tijd.s 5 millioen ton aan de wereldhandels- vloot toevoegen. Wanneer Japan, Engeland, Frankrijk en Italië evenzeer al hun krachten gaan inspannen, zal de aanbouw met de ver nietiging zeker gelijken tred kunnen hou den. Te meer omdat steeds meer handels schepen bewapend worden, wat de onderzee booten dwingt voortdurend onder water te varen.Bovendien worden de verweermidde len natuurlijk óók uitgebreid. Het gaat er dan ook al meer en meer op lijken, dat de Duitschers met hun duikboot oorlog evenmin het einde van den strijd kunnen afdwingen als de Entente met hare blokkade en reusachtige krachtsinspanning op het westelijk l'ront. De strijd houdt daar nog steeds met groote verwoedheid aan; de geallieerden leiden tel kens versche troepen in het vuur. De Franschen hebben nu weer een nieu wen aanval gedaan ten Noordwesten van Relips die ook ditmaal weer tot een verwoed en bloedig handgemeen heeft geleid. Het Duitsche legerbericht zegt, dat de vij and „in hevigen strijd, ten deele in gevech ten op korten afstand, ten deele door een tegenaanval werd teruggeworpen." Men weet nu onder de hand wel wat deze formule in de legerberichten heeft te betee- kenen. De Fransche lezing geeft meer bijzonder heden en meldt: ,De Franschen deden hunnerzijds tegen het einde van den dag een aanval op de Duit- sche loopgraven van de eerste linie op een front van ongeveer 1200 M. ten N.O, van Ohevreux. Zij namen de linie en maakten 160 gevangenen." Maar de Franschen weten ook te vertellen van zware aanvallen der Duitschers tegen de stellingen op het Craonne-plateau. Het Fransche legerbericht zegt dienaai\gaande Er heeft den geheelen nacht een hevige strijd gewoed om den Ghemin des Dames, waar de Duitschers op verschillende punten pogingen deden om de stellingen te herne men, die de Franschen onlangs hebben ver overd. Deze aanvallen, die met groote troe- penmassa's werden gedaan en voorafgegaan werden door hevige' bombardementen, wer den alle afgeslagen. In de streek van Cerny en Bovelle en bij Hurtebise leden de Duitschers tweemaal een bloedige nederlaag. Meer naar het ousten toe werd een krach tige aanvat gedaan op het California-plateau. De stormgolven der Duitschers werden hier weggemaaid door het spervuur der Fran sche mitrailleurs. Ondanks de zware verlie zen herhaalden de Duitschers verschillende malen hunne aanvallen, met het doel den Franschen deze belangrijke stelling te ont rukken. Een oogenblik kregen zij voet in het saillant ten N.O. van het plateau, de Fransche troepen verdreven hen echter in een bajonetaanval. Het groote aantal lijken, door de Duitschers achtergelaten op het ter rein, bewijst welke groote opofferingen de vijand zich vergeefs heeft getroost. De Fransche stellingen zijn intact gehandhaafd en de Franschen maakten een aantal gevan genen. Aangezien het Duitsche legerbericht over deze aanvallen te eenenmale zwijgt, mag men wel aannemen dat de Duitschers hier een tegenslag leden. Inmiddels begint de strijd ook op te vlam men aan het iBalkanfro-nt. Het officieele Duit sche bericht meldt van daar: Het Macedonische front was gisteren het tooneel van verbitterde gevechten. Na sterke artillerie-voorbereiding- voerde genei-aal Sar- rail zijn verbonden troepen tusschen hot Prespa- en Doiran-meer op talrijke punten tot den aanval. Bijzonder verbitterd werd in de Tserna-bocht gevochten, waar dag en nacht herhaalde vijandelijke bestormingen onder de zwaarte verliezen voor den tegen stander v'óór onze stellingen volkomen mis lukten. Hetzelfde lot trof de aanvallen van den vijand bij Gradesnica, aan de .Wardar en en ten Westen van het Doiran-meer. De Duitsche en Bulgaarsche divisies hebben den vijand een zware nederlaag toegebracht. Ten aanzien van deze mislukte aanvallen der geallieerden geldt dezelfde bemerking, die we maakten over de Duitsche aanvallen togen den Damesweg: de Legerberichten der geallieerden zwijgen over liet gebeurde, dus hebben zij hier wel een mislukking te boe ken. Terwijl de strijd nog maar steeds niet tot eenig afdoend resultaat wil leiden, neemt in alle Tanden het vredes verlangen hand o vel band toe, vooral echter in Oostenrijk-Hbn- garijo en in Duitschland, die met schrikke lijke toestanden in het binnenland te kam pen hebben, ter wij L de geallieerde volkeren daarentegen Amerika aan hun zijde zagen treden, doch anderzijds de ontwikkeling dei- dingen in Rusland ook met angstige span ning volgen. De voorstanders van een vrede zonder veroveringen en zonder schadeloos stelling zien hun aantal in Duitschland ge stadig aangroeien, vooral sedert Oostenrijk- Hongarije vrijwel officieel te kennen heeft gegeven eiken vrede, die het niet van grond gebied en welvaart beroofde, te willen aan vaarden. Een hoogst beteekenis volle steun, hebben de voorstanders van zulk een vrede gekre gen door een artikel van de „Beiersche Staatscourant" het blad van den Beierschen minister-president baron von Hertling. Be doeld artikel spreekt zich onomwonden uit voor een vrede zonder schadeloosstelling en zonder annexaties. Dusdoende komt baron von Hertling in conflict met zijne eigen partij: het Duitsche Centrum, dat tot dusver met de conserva tieve fracties een geheel tegenovergestelde houding heeft aangenomen en nog steeds „durchhalten", volhouden tot de vijand con cessies wil doen, als parool doet gelden. Een onmiskenbare tegenstelling tusschen den Oostenrijkschen en Zuid-Duitschen geest eenerzijds, de Pruisische hardheid anderzijds begint zich in de polemieken der Duitsche pers af te teekenen. En ook hiervan geldt, dat nog niet is te overzien, waartoe dit ver schil van gevoelen ten slotte kan leiden. Al sterker vestigt zich wel de indruk, dat ook in internationaal-politiek opzicht de crisis van den wereldoorlog nadert. Aan het Russische front neemt de werk zaamheid van vliegers, artillerie en mijngra vers zoodanig toe, dat men een offensief schijnt te moeten verwachten. Gisteren wer den, volgens het Russische legerbericht, weer 3 Duitsche vliegtuigen neergeschoten. Ten O. van Zolot3jef liet de vijand twee krachtige mijnen springen. Door de ontplof fing werden de Russische loopgraven bescha digd. Ten N.O. van Brzezany (Gallicië) veroor zaakte het vuur van de Russische artillerie een aantal zware ontploffingen in batterijen van den vijand. Op de rest van het front liet gewone geweervuur en verkenningen. De „Kölnische Volkszeitung" bevat een artikel, waarin het blad antwoordt op de in ons Wereldbrand-overzicht vermelde be schouwing der „Beijersche Staatscourant". Het. Keulsche blad met krachtige en gezag hebbende Bei'lijnsche relaties schrijft o.m.: Het artikel in de „Beijersche Staatscou rant" zat in alle kringen van Duitschland pijnlijke bevreemding wekken. Men ver schrikt, wanneer men in een officieel Beiersch orgaan woorden leest, die door Dernburg, het „Berliner Tageblatt", Scheide- mann, Ballin en de groep der bankdirecteu ren sinds het ingrijpen van Amerika in om loop gebracht worden. Juist op Beieren had men zijne verwachtingen gebouwd. De uitingen van het „Wiener Fremden- blatt" hebben het sein gegeven tot deze drij verijen. Wij ku'nnen niet gelooven dat het artikel van de „Beiersche Staatscourant" door den minister-president of een anderen minister geïnspireerd is geworden. Van ko ning Lodewijk weten wij dat hij hoopt op een sterk Duitschland na afloop van den oorlog. De bekende Maximiliaan Harden dringt ook aan op een politiek, die vrede wil zon der veroveringen. Harden ziet in de deel neming van Amerika aan de zijde der En tente een zeer ernstig verschijnsel nu het een oorlog geldt, „die op zijn lOOOen dag nog veel verder van een militaire beslissing af is dan op zijn 30en." Harden verwacht, dat Wilson's oorlogsver klaringsrede een plaats zal krijgen naast de oraties van Demosthenes, Cicero, Pitt, Mirabeau, Robespierre, Bismarck, Gambetta en die allen zal overschaduwen. De blinde domheid, die vroeger het En gelsche leger bij do reoruten van Falstaff vergeleek, richt thans zijn praatjes tot Ame rika, dat zij tot niets in staat acht. Maar, vervolgt Harden, als de oorlog niet uit is, voor de Amerikanen gereed zijn, zal do Ainerikaansche interventie enorme ge volgen hebben. De legers der Entente, die Bagdad, Mekka, Valena, Gouzia, Saloniki, een deel van Trente en alle Duitsche kolo niën bezetten en die in 12 dagen in April 34.0ÖD krijgsgevangenen maakten, zien de toekomst niet zoo donker in, dat zij genoopt worden, tot het neerleggen der wapenen. Welke, vraagt Harden dan, is onze beste gedragslijn? Deze is de werkelijkheid onder ?het oog te zien en orde in ons huis te maken, opdat deze niet langer een ver- schrikknig voor de oogen der wereld blijve. Het Duitsche volk kan dien vrede enkel sluiten, wanneer het zich volledig reken schap van de feiten zal hebben gegeven. Het moet het doen en zal het doen. Uit Rome wordt aan de „Msb." geseind: De „Ossei'vatoro Romano" publiceert een schrijven des Pausen aan kardinaal Gaspar - ri, handelende over de vereering van het H. Hart. Het schrijven zegt o.a.Wij wezen den volkeren den ©enigen weg aan om met en en voordeel voor ieder hunner hunne ge schillen te beslechten, en terwijl Wij de grondslagen aanwezen voor het toekomsti ge gerechtshof der staten, bezweren wij de 119 volkeren in naam van God en de mensch heid hunne plannen van wederzij dsche ver woesting te laten varen en een rechtvaar dige en billijke overeenkomst te sluiten. Onze stem, aansporende tot het beüindi gen van het ontzettende conflict, werd nic gehoord. De oorlog, andere landen mede-lei rende, vermenigvuldigde de puinhoop n en d moorden. Doch ons vertrouwen wanke de n e Wij willen thans hopen, dat de gewenscii dag niet verre meer zij, waarin alle menschel zonen van denzelfden Ilemelschen Vader, ziet opnieuw als broeders zullen beschouwen. Het lijden der volkeren, dat bijna ondr gelijk geworden is, heeft het a'gemeenc ver langen naar den vrede krachtiger en hevi ger gemaakt. Dat de Goddelijke Verlosser bewerke, dat de regeeringen niet langer weer stand bieden aan de stem der volkeren, die den vrede aanroepen. Dat tot dit doel ge durende de maand, toegewijd aan het H. Hart, het gebed veelvuldiger opstijgc, am; i kend om het einde der verschrikkelijke ramp. OVER DEN DUIKBOOTOORLOG. De „Westminster Gazette" eindigt een arti kel over den omvang van Amerika's oorlogstoe- bereidselen op de volgende wijze: Amerika treft den spijker op den kop met plannen te ontwerpen voor een langdurigon oorlog. Zoolang de Duitschers gelooven. dat zt met de duikbooten de overhand kunnen krijgen of in zooverre hun doel bereiken, dat ze ontt militaire kracht verzwakken en Amerika belet ten, dat diens hulptroepen de vuurlinie berei ken, zuilen ze geen vrede sluiten op' voorwaar den die wij kunnen aanvaarden en blijven pra ten van inlijving en schade! ooastellingen. Het is verspilde moeite, om met Reventlow ta spreken, doch als er nog meer Duitschers op dat standpunt staan, moeten we onze best doenjwa hun aan het verstand te brengen, dat het ge bruik, hetwelk hun rsgeering van de duikboot maakt, naar onze meening niet bloot een c-jf- logsinoident is, maar een nieuw en onheilspel lend feit in de wereldgeschiedenis, dat zich aan elke onderhandeling en diplomatiek «©doe onttrekt. Met schipperen kunnen we niets winnen. Be. zonnen overlas: leert ons immers, dat, als w* nu «een voet bii stuk zouden houden, bij ean hernieuwing van dien aanval in de toekomst «een van. de drijfveeren. die naar we vertrouwen een opnieuw uitbreken van den oorlo« te land verhinderen, zou «elden voor den strijd ter zee, «evoerd door een klein aantal geoefend© zeelie d-en in duizend duikbooten. Do Amerikanen ziin even sterk als de Engelschen en Franschen overtuigd, dat deze methode van sabotage op algomeenen schaal noodlottig is voor de be schaafde volken. Wij allen ziin vast besloten, dat omtrent dit punt, nu het eens is opgewor pen, do strijd tot de beslissende oplossing moei worden uitgevochten. EEN MEENING VAN JELLICOE. Iemand van de „Associated Press" had een onderhoud met admiraal Jellicoe. Wat de levensmiddelen aangaat, zeide Jelli coe, zijn wij er lang niet zoo wanhopig aan toe^ als de Duitschers beweren, maar de toestand is ernstiger dan vele menschen willen gelooven. Er bestaat geen afdoend middel togen de duikbooten. Hetgeen gedaan is, is het resultaat van uitvindingen en plannen, die tijd noodig hebben voor hun toepassing. De Regeering weet heel besjt dat men geen onmiddellijke resultaten kan verwachten. Thans, nu men meer en meer de koopvaardij schepen wapent, worden de duikbooten voor zichtiger. Zij zijn verplicht in ondergod-om pel den toestand aan te vallen, zij moeten dus van haar torpedo's gebruik maken en daar zii er niet veel mee kunnen nemen, moeten zij tel kens naar haar basis terug. De Duitsche bezetting van do Belgische kust maakt den waakdienst in het Kanaal moeilijker. VET EN EIWIT UIT GRAANKIEMEN. Een Wolfftelegram uit Berlijn maakt mel ding van een nieuwe vinding om vet en eiwit uit graan te winnen. De techniek is er in ge slaagd de kiem van het koren in samenstelling gelijkend ep die van oen kippenei, vrij te maken. Alle groote maalderiien hebben nu deze methode ingevoerd. Do kiemen worden in vijf oliefabrie- ken verwerkt en een bruikbare tafel olie en grond stof voor margarine worden verkregen. Het tevens gewonnen eiwitmeel heeft drie en een half maal de voedingswaarde van vleeech. Twin- 65 Liefdadigheid heb ik altijd schoon gevon den. Met belangstelling en bewondering heb ik het boek van Maxime du Camp gelezen 6n het mishaagde mij niet, toen ik eene markie- Do Barsannes de armen van het dorp hulp zag sneden. Maar dit stilzwijgen, die g^heele zelfverloochening, die zielskracht ons dak, om eono „vijandin" te ver- ktn, die door de vrees el ij ka te kwaal was dat heeft mij Sabine doen kennen. T*?o me«r ik mijne lezing voortzette, hoe el ijker do kennis werd, hoe meer ik be- achter kinderlijk© vrooiijkheld en Utel uiterT)k zich een mannelijk ;nijne. v£rborg, meer mannelijk dan het ^boelen .ci©°Tren met alle liefelijke hoeda- biao zich niet ,-uTuw'-Acl1- waarom heeft Ba- gedaante! rmi vertoond in hare ware Ik las het Dagboek geiloei iet vervolgens en tcen it ri, 01' 011 hsrla-S K desen keer 6ö- 1 greep, dat ik geleefd had aan da zljda van het geluk, verborg ik het hoofd in de han den en begon te weenen als een kind...,. Tranen van berouw? Tranen van gekwet sten hoogmoed? Allebei, geloof ik, want nu hog, op het oogenblik dat ik deze regels neerschrijf, kan ik nog maar niet onidek- ken, wat mij het meest kwelt: óf dit arme kind te hebben miskend óf gedwongen te worden hare meerderheid tegenover ons ta moeten erkennen. Wat ik weet, o wat ik wel weet is, dat ik het denkb e.d niet ver dragen kan door haar te worden geminacht en dat ik met vreugde twintig jaren van mijn leven zou wiilen geven, als zij de vreiseh'jke beiccdjging- kon terugnemen: „Herbert de Barsannes, gij zij t een laaghar tige en een leugenaarI" Ik heb zelfs geen jhinuut kunnen s.'anen en zoodra de dageraad aanbrak, ben ik naar het bosoh gegaan, om de komst van den brievenbesteller af te wachten. :T«eo uren wachtens! Twee koortsachtige uien. Einde lijk is Jean Ma-rie met zijn gewonen tred komen .aa-nloopen; toen ik hem van verre in zijne tasoh zag zoeken, =sb ik mij ge- "X haast bij hem te komen. Door deze haast scheen hij ongerust, nog meer door hot trillen mijner hand en na korte aarzeling heeft hij mij gevraagd: „Is mevrouw Sabine niet ziek, mijnheer de markies?" i Wat een moed was daartoe noodig! „Ziek. Z:j 1" „Wel, dat zegt iedereen, weet u. Maar heb ik mij noodeloos ongerust gemaakt, d e te beterI Waarlijk, dat zou verdriet in den omtrek wekken!" Hij nam zijne net ai en sloeg' den weg naai- G'homelis in. terwijl ik met groote stap pen langs den zoom van het bosch liep, om des te vlugger Barsannes te bereiken. „Er is een weinig beterschap, zei ik geheel buiten adem tegen mijne moeder, zoodra- ik op den drempel harer kamer stand. Zij keek mij met een eigenaa-x-digen biik aan. „Is de brievenbesteller er al geweest?" „Neen,- ik heb op hem gewacht. „Ahal" Er hcerschte een oogenblik stilzwijgen... zij hernam met spottende vinnigheid: „Je schijnt op weg te zijn juffrouw Guoldry te gua-n beminnen, nu zij op sterven ligt." Een oogenblik van onbeslistheid vóór het begin der vijandelijkheden, eindeiijk an'.wooid- de ilc „Misschien, moeder; maar van eene zaak ben ik zeker, en wel van deze, dat ik on rechtvaardig1 geweest ben." Na deze bekentenis, F. ie een afgrond tps- schen ons gegraven heeft, gevoel ik mij meer da-n ooit alleen... De beterschap houdt aan... Zonder no-geen bepaald oordeel te vellen, toont dokter Wei- ter zich evenwel minder ongerust. Mijne tante is gebroken va-n vermoeienis en angst; onda-nks energie en kracht schijnt mijn oom aan diepe neerslachtigheid ten prooii. Hij ver-, biedt mij zoo beslist mogelijk te Henneque- ville te ko nen, hoewel ik het hem met aan drang hob gevraagd, en besluit met dezen wreeden zin: „Dood haar geen tweemaal." „Dood haar geen tweemaall" Deze woorden hebben mij in de eenzaamheid mijner ka mer den geheelen dag beziggehouden en ik gevoelde mij zoo ontmoedigd, zoo onge.ukkig, dat, daar André een uur bij ons was komen doorbrengen, tijgen den avond m£n hart oj> het punt s.tond over te loopen, toen ik hem tot aan het dorp vergezelde. Do naam vau Sabine, door hem uitgesproken, zou tot ver trouwelijke mededeeiingen geleid hebben, in- dien zijn dwaze kwinkslagen over jonge hu s- houdens, die voor een oogenblik uiteenge rukt) zijn, mijn lippen niet hadden gesloten. Uit mijn stilzwijgen heeft hij het besluit ge trokken, jiat ik mij veranderde in doofpot, slaapmuts, trappist, ontrooslbare weduwnaar, en bovendien vertrok hij met een vroolijkcn schaterlach, die mij deed rillen,... Als hij geweten had 1 De avond begon te vallen, de dorpelin gen keerden uit het veld terug; op het plein bewaakte de zuster van den pastoor hei al io open van een troep kinderen, de leerlingen van Sabine, die zooeven het avondgtb d had den verricht. De kerkdeur stond open, ik: trad binnen. Waarom? Ik weet het niet. Mis schien alleen omdat ik eene buitengewone vermoeidheid gevoelde en een weinig rust mij aanlokkelijk toescheen. Donkere schaduwen, diep stilzwijgen, oudo banken, waartegen ik de voeten stiet, alvo rens ik mij op een dezer nederzette, ziedaar mijn binnenkomen..., (Wordt vervolgd.;

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 1