DË®DAG WITTE SCHOENTJES ^KOLENDISTRIBUTIE. KERK EN'*SCHOOL BINNENLAND UIL PLEK EN PLAATS P. W. TWEEHUIJSEN, ELCK WAT WILS rOEHSO 5113 20 JUNI 1917 4ISTE JAARGANG Ne. 0369 Uit nummer bestaat uit twee bladen EERSTE BLAD District Haarlem en Omstreken WERELDBRAND* DE HOOP DER ENTENTE DE DUIKBOOT BEDREIGING DE BEHAALDE EN DE VERHOOPTE RESULTATEN NIEUWE STRIJDMIDDELEN RUSLAND. Barteljorissfraat 27. TEL. 1770 HAARL (Gemeenten Haarlem, Bloemendaal, Ben- nebroek, Heemstede, Schoten, Spaarndam, Haarlemmerliede en Spaarnwoude). Verkrijgbaar op de verstrekte rOOSie bons: Noord-Hollandsche turf 3de soort, ook genaamd steekturf. nri De prijs van deze turf bedraagt 90 cents per 100 stuks te huis bezorgd, of 80 cents per 100 stuks bij den handelaar afgehaald. Tevens wordt bericht dat weder een kleine hoeveelheid bruinkoolbriketten bij e an delaren verkrijgbaar is gesteld (pri]s5U K. U. f 1.62V2 of per 25 stuks afgehaald 30 cent). De Directeur van het Brandstoffen-Bureau, 155RE1TSMA. De regeling betreffende het afleveren der nieuwe aardappelen is thans bekend geworden. Men zie de mededeelingen daarover onder de rubriek STAD EN STREEK. Te Rotterdam heeft gisterennamiddag een groote brand gewoed. Tusschen de Etsch en de Brenta, met name op de hoogvlakte van Asiago, is een nieuwe slag begonnen. Op het oogenblik is de artillerie nog aan het woord; doch blijkbaar staan groote infanterie-aanvallen voor de deur. Een lid van den Zwitserschen Bondsraad Hoffmann, heeft zich ingelaten met vredesbe middeling tusschen Duitschland en Rusland Daaruit is een ernstig diplomatiek incident ont staan. Hoffmann is afgetreden. Het Oosten rijksche Kabinet is afgetreden. De Entente hoopt ten slotte te zullen zege pralen en grondt die hoop op meerdere ge gevens. Zij rekent op den machtigen steun van Amerika èn voor de voedselvoorziening, èn bij de bestrijding van het duikbootgevaar èn later ook in manschappen en oorlogsmate riaal. Langen tij» heeft de duikbootbedreiging zéér ernstige bezorgdheid gewekt, vooral in Engeland en even groote hoop in Duitsch- Und. Nog slechts eenige dagen geleden ver klaarde von Heydebrandt in een lezing, wel ke hij voor de kiezers van zijn district hield Onlangs had ik gelegenheid een admiraal te spreken en hem te vragen of het wer kelijk mogelijk zou zijn, dat de oorlog met onze volledige overwinnir^g zou eindi gen en of hij werkelijk meende, dat wij dit met onzen duikbootoorlog zouden klaar spelen. Toen antwoordde hij mij: „Wij ho pen, ja, wij zijn er van overtuigd, dat, binnen ten hoogste 2 maanden de toestand voor de Engelschen zóó zal zijn, dat Engeland aan het einde zijner krach ten is." Met dit vooruitzicht maakte von Heyde brandt zijne kiezers lekker om hen dan aan te sporen tot volhouden. De Engelsche bladen daarentegen stellen voortdurend in het licht, dat de resultaten van den duikbootoorlog geleidelijk kleiner Worden. Voor de week eindigend op 3 Juni, ge ven zij de volgende cijfers in vergelijking tnet vorige weken: Scheepvaartbeweging van vaartuigen bo ven 100 ton. Aangekomen 2.693 2.719 2.664 .Vertrokken 2.642 2.768 2.759 Tot zinken gebrachte schepen: •Van 1600 ion of meer 14 18 19 beneden 1600 ton 3 19 Visschersvaartuigen 22 21 31 Terwijl de cijfers der voorlaatste week reeds een belangrijke vermindering beteeken- den, zijn die der week, eindigend op 3 Juni inderdaad aanzienlijk lager. En op deze geleidelijke vermindering be nevens den snellen aanbouw met de hulp van Amerika en de verhooging der land bouwproductie bouwen de geallieerden hunne hoop, dat zij de duikbootbedreiging zullen te boven komen. In de Duitsche pers klinkt niet meer het zelfde vertrouwen van voor eenige maan den ten opzichte van het snelle succes der duikbooten. Toch wordt voor Mei de tot zinken ge brachte scheepsruim te nog gesteld op 869.000 ton. Daar echter in April 1.091.000 ton tot zinken werd gebracht blijkt uit de cijfers, dat, aangenomen zelfs de juistheid der Duit sche opgave, welke voor een goed deel op schattingen berust, de vermindering inder- derdaad aanzienlijk moet genoemd worden. Meent de Entente dus het duikbootgevaar te boven te zijn, naast deze negatieve hoop op de uiteindelijke zegepraal, heeft zij haar positieve verwachtingen, gegrond op de be reikte resultaten en de beloften, welke deze bevatten voor de toekomst. De Engelschen wijzen er op, dat zij aan het Westelijk front reeds 85.000 gevangenen maakten en het laatste jaar 434 kanonnen vermeesterden. De Franschen maakten van 15 April 1.1. tot 24 Mei niet minder dan ongeveer 32.000 ge vangenen. Juist in de laatste maanden worden de be reikte resultaten steeds beter, niet alleen wat het aantal gevangenen betreft, doch ook ten aanzien van de verbetering der stellin gen. Bij Meessen en Wijtschaete, bij Vimy en Atrecht, bij de Scarpe en zuidelijker bezit ten de Engelschen nu hoogtestellingen welke die der Duitschers beheerschen. De Fran schen verkeeren op een front van 30 K.M. langs den Damesweg, bij Craonne, in het westelijk deel van Champagne, bij Verdun en langs de Maashoogten, en in den Zuide lijken Elzas in dezelfde gunstige positie. Bovendien hebben de Engelschen nieuwe wapenen van. vreeswekkend .karakter in den strijd gebracht, welke voor het eerst in den slag bij Meessen werden aangewend. Zo be staan uit verbeterde en sneller rijdende tanks en machines die op verren afstand vloeibaar vtiur en kokende olie in de vijandelijke gelederen werpen. Amerika zal straks 1000 vliegmachines per maand afleveren, bemand en wel. De zware artillerie neemt geweldig toe, enz. enz. Al deze gegevens vormen do' positieve hoop der Entente op de zegepraal. Zij bereidt een groot algemeen offensief voor, doch kan één groote zorg niet van zich afschudden: Rusland. En diezelfde zorg voor cfe Entente vormt de hoop der Oentralen. Von Heijdebrandt verklaarde het openlijk en eerlijk in zijne zooeven aangehaalde rede: Ik beken steeds geloofd te hebben, dat wij' licht werk zouden hebben om het met de overigen klaar te spelen, wanneer wij maar met Rusland tot een afzonderlijken vrede konden geraken. Von Heijdebrandt hoopte echter niet op zulk een vrede, en ook de Entente schijnt wel te vertrouwen, dat het daartoe piet ko men zal. Maar Painlevé verklaarde het nog gisteren in de Fransche Kamer: de vermoeide en gedecimeerde Duitsche divisies gaan rust ne men aan het Oostelijk front en worden daar weer aangevuld en op krachten gebracht om dan van plaats te wisselen met andere divisies uit het Westen. Het Oostelijk front is een waar troepen reservoir geworden voor Duitschland. Zoo draait ten slotte de geheele hoop der 'Entente Om de spilRusland. Kan Rusland tot het offensief overgaan cTan hoopt Ze spoedig te zegevieren, zoo niet •Sarizai een nierrw oorlogsjaar nootlig zijh. Zou Jd.it ook niet het' geval wezen, al deed Rusland weer mee? De Centralen zijn lang niet aan het einde hunner; krachten; liun stellingen zijn won derlijk sterk, een doorbraak schijnt onmo gelijk.... De hoop der Entente zou, afgezien van de onberekenbaarheid van den Russischen fac tor, wel eens opnieuw een der groote misre keningen van den oorlog kunnen blijken. Intusschen: men kan nooit weten!.... De krijgskans is grillig. Maar dan heeft men tevens te bedenken dat ook een Duitsch offensief nog geenszins onmogelijk is. Do opeenhooping van 42 c.M. kanonnen in de streek van Laon, door Fransche vliegers vastgesteld, toont wel, dat met deze moge lijkheid nog steeds ter dege rekening dient gehouden. derd tot commies H. W. Overbosch, thans adjunct-commies en bij voormeld departe ment benoemd tot adjunct-commies mr. D. Maassen, te 's-Gravenhage; zijn, et ingang van 1 Juli benoemd tot opzichter van den rijkswaterstaat der 4de klasse: G. J. C. de Klein, te 's-Gravenliage; P. J. J. D-ormaar Jr.. te Monnikendam; J. van Dalen, te Assen; j. W. van der Laan, te IJmuiideni; J. H. van Veen, te Den Helder; F. Bakker. te den Helder; F. Bottema, te 's-Hertogeuboseh, en C. Witte, te Nijmegen; en is aan .T. van Daa.ler, J. H. van Veen, F. Bakker, F. Bottema en C. Witte, voornoem], in verhand met de vervulling van hunne mi litaire plichten, een verlof verleend, met stil stand van jaarwedde, gedurende den tijd dat zij tengevolge van de huidige mobilisatie van het leger onler de wapenen zullen zijn. De gewone audiënties van de ministers van justitie en van binnen]andsche zaken zullen Zaterdag e.k. niet plaats hebben. PAUSELIJKE ONDERSCHEIDING. Om zijn verdiensten veor de Hanae-organi- satie is de Weled. heer .P. H. M. Eras te Tilburg, door Z. H. den Paus benoemd tot rid der in de Orde van den H. Gregorius. NEDERLAND EN DE OORLOG. Z. Exc. M. van Vollenhoven, eertijds gezant- sehapsraad te Brussel, thans benoemd tot Minister-Resident der Nederlanden bij het zelfde gezantschap brengt thans eenige da gen thuis door op „Sparren-daal1' onder Drie bergen. De aldaar vertoevende Belgen, dat vernomen hebbende, besloten met medewer king van het muziekkorps der geïnterneer de Belgen Z.Exc. een eenvoudige hulde te brengen met muziek, voor al hetgeen hij in België voor huu volk heeft gedaan. Dit be wijs van dankbaarheid der Belgen werd op den hniize „Sparren daal" vriendelijk in ont vangst genomen en zeer gewaardeerd. j|g j|f (Officieel). Het ministerie van buiieriland- sche zaken deelt het volgende mede: In den vroegen morgen van 17 dezer heeft een Zeppelin, komende uit het Westen, zich over de Noordelijke provinciën naar Duitsch land bewogen. Het luchtschip, dat aanvankelijk op. een hoogte Van ongeveer 3000 meter voer, doch later een. hoogte van 6000 a 7000 meter be reikte, werd het eerst te 2.40 uur voormid dag (ware tijd) boven Koog (Texel) waarge nomen, om vervolgens over 'Harlingen, Rop- tazijl, Leeuwarden, Marum en Donderen de Duitsche grens te bereiken. Noodseinen wer den niet waargenomen, zoodat het te Harlin gen en te Donderen onder vuur genomen werd, De Nederlandsche vegeering heeft den ge zant te Berlijn opgedragen een zeer ernstig vertoog naar aanleiding van deze nieuw© schending van het Nederlandsch gebied door een Duitsch luchtvaartuig tot de Duitsche regeering te richten en met nadruk er pp te wijzen, dat de betrokken commandant zich niet op een vergissing kan beroepen, daar hij bij het overvliegen van Harlingen, het geen ongeveer te 3.30 uur (ware tijd) plaats had, zich, dank zij oo-k do gunstige weersom standigheden, volkomen rekenschap heeft kun nen geven van het feit, dat hij boven Ne derlandsch gebied vloog, doch toen nagelaten heeft dat gebied langs den kortsben weg "te verlaten. De directie van de N. V. Zeevissehwij Nederland (firma De Zeeuw ën Van Raait) te Vlaardingen heeft gisteren telegrafisch be richt ontvangen, dat haar zeil logger -Noord- Brabant .VI. 93„" die sinds half Mei in Ler wick werd opgehouden, vrijgelaten is. De Kamer van Koophandel te 's Hertogen bosch klaagt er in een aan den minister van Waterstaat gericht adres over, dat de Ne derlandsche Spoorweg-maatschappijen bij het innen van vrachtgelden voor zendingen uit Duitschland aan de geadresseerden steeds 60 cent voor de mark in rekening brengen, ter wijl deze volgens den huid (gen koers slechts 34 ets. en zelfs nog minder wiaard is. Op deze wijze wordt de vrachtprijs der goederen door de spoorweg-maatschappij op geheel wil lekeurige wijze met meer dan 70 pOt. ver hoogd. De Kamer verzocht den Minister een meer met 'de billijkheid overeenstemmende rege ling te treffen en te bevorderen, dat de spoor wegmaatschappijen bij' het innen van vrach ten, uitgedrukt in vreemde muntspecie een tarief invoeren, dat eenigermate rekening houdt met den koers van den laatsten tijd. zie: tweede blad verneemt de „N. R. Ct." nader, dat aan prof. Aalberse is verzocht de voorstellen der commissie tot herziening der salarissen van gemeen te.-ambte;iaren en werklieden, waarvan hij voorzitter is in den Raad te verdedigen. Aangezien deze voor stellen vermoedelijk niet vóór het verstrijk- ken dezer zittingsperiode in den raad zullen worden behandeld, zal prof. Aalberse, in verband met dit verzoek, van zijn voornemen om zich bij de a.s. periodieke raadsverkie zingen niet herkiesbaar te stellen, afzien. Z. D. H. de Aartsbisschop van Utrecht heeft benoemd tot kapelaan te Groenlo, den Weil- Eerw. Heer J. Eenling; tot kapelaan te Lent den WelEerw. Heer A. Groen. UIT DE STAATS-COURANT. B- Kon. Besluit is bij het departemt van financiën bevor- LEIDEN. Inzake het bericht, dat prof. mr. Aalberse zich voor geen herkiezing tot lid van den raad beschikbaar zou stellen KERKGESCHIEDENIS VAN DE HAARLEMMERMEER. Kapelaan Pijn aker schrijft in het weekblad ,>Sinf Bav-o" een interessante verhandeling! over bovenstaand onderwerp, waaruit wii het vol gende overnemen, dat vele onzer lezers zal in teresseeren Op een ko-uden Decemberdag van het jaar 1855 reed „een jeugdig maar iiverig priester" te paard den toenmaals pas drooggemaakten Haarlemmermeer polder binnen. Verlangend hadden de Katholieken van „de Meer" uitgezien naar een eigen priester, naar een eigen pastoor. Maar nog meer verlangend heeft hun eerste pastoor uiitgeaien naar de bewerking van hun aller zielenheil. Als 'n waar missionaris, tantend en trotseerend de tallooze moeiten, ontberingen en tegenslagen, welke later riikeliik ziim deel werden, betrad de jeugdige priester, de Eer waarde Heer Joannes Steenvcorden. het wiide missie terrein van niet minder dan 18.521 bun ders of Hectaren, om ook in do Haarlemmer moer het Kruis van Christus te planten, om te voorzien in da geestelijke behoeften der aan hem toevertrouwden, en vooral om daar, op den nog vereelten bodem van „da Meer" koste wat het koste 2 heiligdommen te doen verrii zen, ter heiliging van hen, in wier midden zi werden opgetrokken en tot glorie van Hem, „Wiens vermaak het is te zijn bii de kinderen der mensoben." Laat het mii vergund ziin U eerst eens te spreken over het Meer zelve: over zijn weel derige teelt: over ziin eerste bewoners en hunne primitieve huisvesting, en vooral over de Ka tholieken. die zich metterwoon hadden geves tigd binnen den Ringdiik. Dit alles zal naar ik mag vertrouwen U beter de wotrdang der eerste kerken in de Meer doen begrijpen, en en u tevens een blik gunnen in de Haarlemmer- m-oeirsoho samenleving van die dagen. Met klimmende belangstelling bestudeerde ik steeds onze Kerkgeschiedenis van da Meer Moge deze geschiedenis eene niet mindere at tentie van u ontvangen. Bliide daverde op den lsten Juli 1852 de juichkreet door den lande: ,,Hefi Meer is droogI" Ongeveer 14.004.082 pompslagen waren noodtig geweest om deze ontzaggelijke watermassa te brengen buiten de plaats, welke het inder daad stormenderhand maar vooral bij den orkaan van 1836, zich had- veroverd. Zonder op houden hadden do Reuzende drie watermaahi- nes. Leeghwatër. Cruqulua en Lijnden, voort- gewerkit. Steeds staarden zij op den telkens lager wordenden waterspiegel. „Bij eiken opge worpen waterlast trilden en dreunden zii in hun binnenste alls hoorde men hetl hijgend gesteun van een vermoeiden worstelaar." Do meneche- lük pogingen werden nog gezegend door Hem, Die weleer, toen de aarde nog in ordeloozen toestand verkeerde, het water scheidde vain het land. Gedurende den ganschen tijd van het droogmalen valn 18481852 bleven 'a hemels sluizen biina voortdurend gesloten, zoo- dat geen regen3 het werk dier droogmaking be lemmerden. De drooge en warme zomers bevor derden een sterke verdamping, van 'dien Meer- i>las,_ wiens oevers telkens meer samenkrompen en eindelijk verdwenen..., in evenveel jaren, als vroeger eeuwen waren n-oodlia geweest, om deze gevaarlijke binnenzee te vormen. „Het groote pleit der droogmaking." aldus de interessante geschiedschrijver Böek-al, „was beslist en een schitterende triomf -bebaiald. Vol eerbied voor de menscheliike geestkracht, welke do wetten der natuur tot haar voordeel aan wendt en leidt naar haar goedvindenherhaalde men verbaasd en nog half o-ngeloovS-g 8e woor den.... zoo Oud-Hol land-sell rustig f mien mag wel zeggen, „zoo verheven éénvoudig") In de Sta-ats-Courant va'n dien tijd geplaatst.het Meer is droog!" Vergun mii een oogenblik te spreken over, de weelderige teelt en dé daaruit voortspruitende volkswelvaart. Gii begrijpt, nietwaar, dat zulk een wolvaart niet in eens tot hoogen bloei komt. maar integendeel? evenals een klein boompje, langzaam opgroeit; nu en 8an schünt dé bloei weer stiii te staan, tengevolge van invloeden van het weer: doch later zien wij dat boompje van de welvaart van, de Meer als een prachtigen uitgedijd-en boom. in welke schaduw de griis ga* woTden Meerbewoners droomen van de vroe-i gere jaren valn zwoegen, armoe en zorgen. Tkj_ zoido, dat die welvaart langzamerhand kwam.'1 En terecht, want gii zult later zien, welke rouS^ aohtige geldelijke moeilijkheden den bouw Valn; een R.-K. Kerk hebben in den weg gestaan. De gansohe vlakte van de Meer was onaf* zieubaar en eentonig: slechts hier en daar af* gebroken door een kaal gelegen boerenwoning en onregelmatig verspreide keten. Wanneer men dos w-insters die vlakte met hare besneeuwde) d-aken zag, zou men denken, dati men zioh i® het barre Siberië of op Lapland zou bevinden. Vergeefs zou men zoeken een bloeiende bloem. „Maar zie," roept Boe-kei uit. „ook hier wekte de vriendelijk, vrooUike lente, met- haren rijk dom van geuren en kleuren, een krachtvol ea werkzaam leven in den sohlindooden bodem. Het winterkoren en koolzaad begonnen den in vloed der koesterende zonnestralen te ondervin* den. Ploeg en kouter doorsneden den grond, voortgetrokken door paarden, met ploegborden onder de pooten, om het wegzakken in den nog weeken bodem tegen te gaan. Ginder gang een zaaier uit om te zaaien, en duizendvoudige vrucht was het- loon zijner moeiten. Allerlei land-bouwbedrijf was bezig de boerengoudmiin te ontginnen, dlie onwaardeerbare schatten ia haren schoot verborgen hield." Zeker, de Meen was eene goudmijn. Dat konden getuigen de groene klaver-weiden, de tree-lb loeiende koolzaad velden, de schoone vlasvelden, het eolviud graan met ziin goudgele aren, wiegelend op den wind; het kostelijk rundvee, de dartele lam meren, en niet in 't minst de duiizende vrucht bare bunders, waarover nog eenige jaren te voren dé onstuimige baren voortrolden, getooid rn-et koppen van schuim. Treffend is dan ook,' het zinnebeeld, voorgesteld in het Wapen lei! Haarlemmermeergemeente: ,.een korenhalm met drie stengels, opwaarts schietende uit een golvend watervlak," een verzinnelijkt denkberidi uit een gedicht van Vondel. Scherper had men de tegenstelling van het Meer en de Meer ni^t kunnen teekenen. Terécht kunnen wij. blikkend op ,,de goudmijn" van de Haarlemmermeer, ge* tuigen, hoe de spreuk van Vondel heerlijk ial bewaarheid geworden: .«oud uit schuim!" „Kom en zie!" roepen wii. met Boekei. elke® stedeling toe, diie opgesloten in enge strate®- nauwelijks het lieve zonlicht aanschouwt. ïsaij het verrukkelijk schoon gezicht, naar het woé*j lag tooneel vol bevalligheid en weelde in den Meeracihen zomertijd. Hier stroomt het uit in' volle stralen ea blakert de velden en brninfi de aangezichten der rappe werkgasten. 't ïf hier zoo open. zoo ruim. zoo frisoh, zoo vrii-j zwoegend wordt men hier sterk, want de ge* zondheiid strooit hare rozen op de wa oden en d® natuur verepreld-t hare schatten allerwegen in' hutten en, bouwhoeven, overal waar slechte noés te arbeidzaamheid haar gediend heeft" Ziedaar iets ovér de goudmijn" van de Meelt' Terecht h-ad dé dichter gezongen: „Rukt aan met spade en ploeg, en komt Dit wiateirorf bezaaien. Gfj zonen van 't gewroken land. Met vrooüik hart) en niiv're hand!.... En doe Gods gunst tr maaien!" (N. Beets). Al aanstonds za-1 hij n de vraag riizen: mafte' hoe stond het wel geschapen met, de eerste bel* wonora van dat drooggelegde „watërerf"? E®' welke was de toestand, waarin die Moerbewo* nera zioh bevonden, gedurende de eerste ia raaf Geduld, lezer, ik hoop u hierop een voldoend antwoord te geven. Al spoedig zetten zioh in het drooggemaakt® Meer meneehen neer_ van verschillende standi aard. beroep en godsdienst, en niet in 't minal „poldergasten" en natltyurliikherbergbi'V Met tien-tallen sloegen deze laatsten hunne go*, houwen op langs den Ringdijk, sommigen mett' anderen weer zonder vergunning. Dooh nl« aan den zelfkant van de Meer alleen trof rae tappers aain, néén zelfs in het hartje Van Haarlemmerméér: op het Krtrisdoro n.l. fa's zioh reeda bijna zonder buren ëen hor*' bergier gevestigd. Wij zouden 8e van 'alle kanten van Nederlau?! als 't wa'ré aangewaaide bevolking in de Mee*' kunnen verdeelen in Trie klassen. De aaxata klas besfond uit grondeigenaars. .Zii kende® niet zèld-en, en vooral in de eerstel jaren, slecht* „mét pünolii-k zweet" hunne gronden tót mid^ delma-tagé vruchtbaarheid brengen. Ja rieirig* maal slaagden zft ook hierin niet- eens. En vele® zijn dan oök. zoo vernam ik nog onlangs v"T® een reeds bejaarden Meerbewoner. rijk de MéCB binnengestapt enarm vertrokken. Dan bes-fond pt t\oo- eo„ - - HOOGE LEEFTIJDEN. Wanneer iemand den leeftijd van honderd jaar bereikt, wordt d-at als een groote zeld zaamheid beschouwd. En -hebben echter men- eoben geleefd, dié veel en veel oud-er zijn ge worden. Den hoogsten leeftijd bereikten tot dusverre een Schotsohe vrouw. Maud Cor- Qemey, die 163 jaar en de Hongaarsche boer eter Zortay, die 183 jaar werd. Men gelooft ëérneen, dat matig leven, geen alcohol ge- LU|kën en weinig rooken dé voorwaarden uiT T001' een ^an£ leven, maar dit is aller- nst te bewijzen. Lpdewük XIV stond eens j. 11 audiëntie toe aan den 103-jarigen Phl- d'Herbolot, die op de nieuwsgierige bu> f? vfn vorst hoe hij het toch aange- ATS* 0lH^ worden, antwoordde: ,,Si- geKi„t ,met 50 iaai' de deur van mijn hart «Li en'.d°eh de deuren die naar de herberg 'dn-, °U WV^ ?Pengezet." De zonnekoning liet Hén Zijin kaders van de zwaarste wij- naien en zag met verbazing hoe het ge bruik daarvan den grijsaard n-iet in het minst hinderde, integendeel hem er nog beter deed uitzien dan te voren. Karakteristiek is het grafschrift van een zekeren Brown, die op 120-jarigen leeftijd in Ierland stierf. Het luidt kort en bondig: „In zijn heele leven was hij geen oogeniblik nuchter en in zijn voort durende beschonkenheid was hij zóó af schrikwekkend, dat zelfs de dood bang voor hem scheen te zijn." Natuurlijk mag deze uitlating absoluut geen wapen wezen in den mond van anti-al- coholbeetrijders, evenmin als het leven van Fontenelle, den neef van Corneille, diie den leeftijd van 100 jaar bereikte en een van de grootste dronkaards was uit dien tijd. De meeste menschen, die zoo ongewoon oud ge worden zijn, waren ook rookers, waaruit dus op te maken zou zijn, dat de nicotine nieit zoo heel schadelijk is. Veel oude mannen trouwen of hertrouwen nog. Richelieu, dlie zijn leven lang nooit een vrouwenhater was geweest, trouwde pas op 84-jarigen leeftijd en maarschalk d'Es-trées huwde op 90-jarigen leeftijd zijn derde vrouw, welk huwelijk beiden heel gelukkig maakte. („De Voorzong1'.) DE OUDE KAMERAAD. Uit do „Crapouillot" „In dé Mniee van Monaatir «lag een soldaat van dén ouden stompol, van hot legioen, naar zijn tent terug- een fliesch aan het eind van lederen a-rm. Onderweg krijgt hii. aan don rand van hot pad gezeten, oen ouden, bealiikten ter ritoriaal in dé «aten: „Saluut ouwe jongen"! „Saluut"! „Zeg eens, zou je niet een Bosch kunnen dragen"! „Dat zal wel gaan." Men gaat naar elkaar toe en praat. „Zou je willen gelooven," zoido de man van 't legioen „diait za mo verdikkemiö tot korporaal gemaakt hebbend* „Nu. wat zou d'at," antwoordt del kameraad, „ze hebben mij yerdiikkomo wel «sacraal gé- maakt." r, r De man van 't legioen aiet dati. Wiekt doé» het slijk,, de 8 atorretjes vain generaal B.... Hij «takt oumdddeHjk in do houding staan. r „Voorwaarts maraoh", ze®I do generaal, die zijn fleseh niet loslaat. BRAZILIAANSOHE DIAMANTEN. De ontdekking dor Brariliaansehe diamanten en edelgesteenten h-ad plaats in hot begin vian de 18e eeuw. Voordien waren de eenige bekende diamantvelden die in de Oost-Indasche kolo niën. die, evenals de Braziliaansche. tot de Por tugieoeche kroon behoorden. De koloniale regee- ring verbood toen onmiddellijk hot vriie afzoe ken dor bedd-ingen en 1-iet de diamantvelden be werken door wettelijk geautoriseerde onderne mers. Na dé onaflbanikeHik'heidsverkla ng on der het Keizerrijk weird na afloop van ïcht- verdragen mot die regeoring weer toegc..;..in de diamantvelden In exploitatie te nemén. Van allo Brazil!aansche staten hebben waarschijuHik Mi nas-Genas en Bah i a den arootsten riikd-om aan diamanten en edelgesteenten. Buitenge woon groote diamanten ziin vooral gevonden in de a-lluvial© aanslibbingen van de rivier Ba-ga- gem. Beroemd geworden aside ..stier van het Zui den,v ruw 254,5 en geslepen 125,5 ka-raat wegend. Deze werd! In 1853 gevonden. Eveneens beroemd werd de z g. „Dresdinér diamatit" die ruw 117,6 en geslepen 63.5 karaat woog. Beide stoenen moeten zich. thans in bet bezit yan een Indisch v-orst bevluden. Kleine stoenen. 8. w. z Voor glassniidcrilén en technischo doeleinden worden zeer dikwijls gevonden. De belangrijkst^ a-oorten Braziliaanedhe diamanten zijnChrysd» lieth, groene en rOodé tunnaline. amethysf. transparante triphaan en topaas. BESTRIJDING VAN DE VLIEGEN PLAAG*' Een eenvoudig middel vliegen uit de w®* ningen eh uit de ziekenhuizen ta weren, geoff Ba-eckër ia het: „Zeitochrijft für an gewaad* te entomologie." De heele kunstgreep be staat hierin, iederon dag de vensters te stut ten voor zé door de zon beschenen worden* Met deze methode, waarvan het Suöces uit* sluitend van de opmerkzaamheid van tie| perstoneel afhangt, moet men in enkele hos pitalen reeds zeer gunstige resultaten vetW kregen hebben. OOK VLEIEND. J De president van het Kruisverbond zonif aan den geestelijken adviseur liet prograraM ma der feestviering. Eigenaardig schreef hif er bij„Wij rekenen vast op Uwe aanwee;gj< held. Het stukl Is uiterst leerzaam."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 1