DE »DAQ WITTE SCHOENTJES BUITENLAND P. W. TWEEHUIJSEN, 26 jum ms aximum kleinhandelprijzen van De Roomsche Revolutie. WSDAS 4ISTE JAARGANG No. 9371 nu-nmsr Bestaat uit twee ÊlaüSi EERSTE F' AR WIJN- EN BIEflAZUN. Gemeente besturen van Haarlem, Bloe- *«ndaal, Heemstede, Haarlemmerliede. .faarndam, Bennebroek en Schoten maken N«nd dat door den Minister van Land ouw enz. in dato 21 Juni 1917 is bepaald jdat de maximum kleinhandelprijs van "Ünazijjn is vastgesteld op 86 cent "et* flesch wan minstens 7.5 De- °'litep. tn van Biet* azijn op 82 cent per '6sch wan minstens?,5 Deciliter op 2 cent pen Deciliter bij min- hoeveelheid dan per flesch van n1'"" *'et>s 7,5 Deciliter. '^9! Be aanvalswerkzaamheid der Engelschen "eemt foe aan het geheele front van de zee tot 'k Somme. Be Duitschers schijnen een grooten offensieven 'toot te verwachten en troepen van het Aisne- !t°nt te verplaatsen naar den Engelschen sector. In Rusland schijnt, te oordeelen naar de be ften van Russische en geallieerde zijde de J°estand zich langzamerhand ten gunste der Vloopige Regeering te wijzigen. Ook in het 'eger zou belangrijke verbetering te bespeuren Vooral de Kozakken zouden pal staan rond de Regeering. Zeker is, dat de gevechtsactie aan Oostelijk front toeneemt. Voor het overige ®chter moeten alle berichten uit Rusland met v°°rbehoud worden opgenomen. Thans is met zekerheid het aantal slachtoffers Hend van den jongsten luchtaanval op Londen: doocien en 432 gewonden. Naar Havas meldt is in Noorwegen een ^htsche samenzwering ontdekt; in de bagage VaQ den koerier van het Duitsche gezantschap ^aren bommen verborgen. Tot onderzoek van hetgeen hier te lande reeds ^daan wordt in het belang van de ontwikkeling Van jongens en meisjes van 13 tot 18 jaar is, '"der voorzitterschap van Mr. A. Baron van rijnbergen, een Staatscommissie ingesteld. In den loop dezer week zullen de visscher- Schèpzn te ïjmuiden, ingevolge een besluit der ieders, wederom uitvaren. Volgens beschouwingen in de Engelsche bla- de", onder welke vooral de „Daily Mail" de ver deling scherp teekent, zou er een conflict han dde zijn tusschen Engeland en Nederland over aflevering van aardappelen via Rotterdam, •lader is echter gebleken, dat de Engelsche pers °njuist is ingelicht door Hollandsche journalis- kn-sensatie-berichten-jagers. Evolutie beteekent omwenteling. Het woord wordt te vaak gebruikt in een staat kundig ongunstigen zin. Als we het hier aanwen en, geschiedt het in moreel gunstigen zin. Be grootste revolutie in dezen zin, die ooit op ^rde plaats had en nog voortdurend plaats vhdt is de omwenteling der persoonlijkheid, de Evolutie der zielen. Eigenlijk is het een contra-revolutie. Contra die, welke den mensch van den hoogen jr°on zijner zedelijke en natuurlijke voortreffe- ''jkheid stiet en hem maakte tot dat gevallen we- *en, welks eenmalige grootheid nog zoo duidelijk breekt in zijn hedendaagsche moreele gebrek- 'hgheid. Tegen die revolutie heeft Christus de contra- evolutie der zielsbevrijding en persoonlijkheids- Vemieuwing gesteld, voor wier heerlijk ideaal 'Ij Zijn leven gaf. En mèt en na Hem zijn in ^Ze eeuwendurende contra-revolutie honderden ^elen méér bloedgetuigen gevallen dan in welke ^rheerlijkle staatkundige omwenteling onzer ^gen ook. En telkens wanneer de oude revolutie-geest, die val van den mensch veroorzaakte, den kop Steekt, verheft zich ook in verjongde kracht, lijdend in nieuwe vormen en met moderne wa- pton, de onsterfelijke geest der contra-revolutie Christus, tot herstel der persoonlijkheid in de ^Ne schoonheid der heiligheid. Maar al is herstel der Christelijke pereoonlijk- ^'•1 het eerste doel dezer contra-revolutie, het dit alleen naar de logische orde, naar rang- ,rde. Volstrekt niet in de volgorde. In de volgorde dit herstel veeleer einddoel. Bit spreekt «ok hef minst ontwikkelde verstand y den ia maatschappij levenden mensch kan een trapsgewijze behandeling: eerst herstel r Persoonlijkheid, dhn van het gezin, dan van ^schappij, enz., geen sprake wezen. l e persoonlijkheid ondergaat immers juist bij ^.re vorming den invloed van gezin, maatschap en staat. En ook omgekeerd. «rhalve staat op het program der Christelijke ^-revolutie evenzeer de maatschappeïijke en kundige omwenteling, met name in dezen er van- een Christelijke maatschappij- en staatsregeling nog slechts rudimentaire overblijf selen te vinden zijn. Dit wordt in onzen kring wel eens te veel ver geten. Wij hebben ons levendig voor oogen te stellen, dat sedert de drieërlei scheiding van godsdienst en wetenschap, zedelijkheid en recht, kerk en staat, onze maatschappelijke toestand den naam van Christelijk niet meer verdient. En dat wij dus niet slechts te strijden hebben tegen de verwording in dezelfde richting, maar dat een werkelijke contra-revolutie ons doel moet zijn. Remmen alleen is niet voldoende; er moet tegen- stoom gegeven worden; want de trein loopt op de linksche lijn, de wissel werd verkeerd gesteld. En straks moeten we in volle vaart op de recht- sche lijn loopen. Contra-revolutie dus. Omwenteling der zielen. En ter wille van de zielen ook van de moderne begrippen over gezin, maatschappij en staat. Reeds keert de wind en gaan onze zeilen bol staan. Of is het niet waar, dat onze schitte rend verdedigde positie ten opzichte van het ge zin en tegen het neo-Malthusianisme, juist in dezen oorlogstijd al meer en meer toenadering ondervindt van de zijden aller nadenkende lie den? Niet alleen het verlies van den eenigen zoon of van de enkele kinderen stemt tot nadenken, ook het feit, dat met veel geringere werkkrachten geheele volkeren in de eigen behoeften weten te voorzien, gaat uitgroeien tot een verpletterende logenstraffing der Malthusiaansche theorie. In maatschappelijk opzicht zijn we nog niet zoover. Ten deele, omdat in onzen eigen kring de klaarheid der begrippen nog te zeer ontbreekt. Toch moet men verschijnselen als de bewondering voor het armoede-ideaal van St. Franciscus niet tot wegcijferens toe onderschatten. Evenmin als de toenemende waardeering voor Roomsche kunst; wat ook onder de maatschappelijke verschijn selen valt te rangschikken. Een grootsche taak wacht ons op maatschap pelijk gebied. We zullen de organen der jammer lijk besnoeide maatschappij opnieuw hebben te doen uitgroeien. We zullen aan die organen publiekrechtelijke bevoegdheden en functies heb ben toe te kennen en de Staatsinmenging hebben terug te dringen binnen hare natuurlijke grenzen. Op het gebied van den arbeid zullen wij diens in wezen niet louter individueel doch ook maatschap pelijk karakter hebben uit te drukken in nieuwe economische vormen, waarin tevens het juiste begrip der maatschappelijke standen en hun onderlinge liefde hersteld zal moeten worden. En in zake den Staatsinvloed zullen we de natuurlijke taak van den Staat: de handhaving van het recht moeten herstellen, doch tevens door uitbreiding der rechtssfeer, de leer der politieke onverschilligheid ten opzichte der maatschappe lijke verhoudingen met wortel en tak moeten uit roeien, wat alleen mogelijk is door den boom des rechts weer gelegenheid te geven wortel te schie ten in den rijken en vruchtbaren bodem der zedelijkheid. Het is een grootsche en geweldige taak die der contra-revolutie in Christus. Zijn wij. Katholieken, gereed haar te aanvaar den en gelukkig te volbrengen?.P. De Overeenkomst in wording. (Ingezonden). Juridisch zijn de hoofdelementen van een overeenkomst de wilsovereenstemming en de wilsverklaring. De eerste zal blijken uit de tweede. Op 9 Juni werd te Utrecht door den Bond van E.K. Kiesvereenigingen een wilsverkla ring gegeven: den strijd van 1918 zullen wij strijden met de oude organisaties. Op 16 Juni werd te Haarlem de eerste kieskringvergadering gehouden waarbij een wilsverklaring (wegens de discipline) ach terwege bleef, maar waaruit bleek, dat er geen wilsovereenstemming was want Haarlem wilde den strijd 1918 strijden zoo mogelijk of liefst onder geheel nieuwe kieskringorganisaties. Er i8 geen Bprake van verkeerd begrijpen. Te Utrecht werd herhaaldelijk naar do volledige strekking van het genomen besluit (handhaving van het oude) geïnformeerd. Het antwoord liet geen grijntje twijfel: de oude oentrale kiesvereenigingen zouden lelden. On- dergeteekende gebruikte daar verstaanbare klanken als: dat is een ramp, dat leidt tot échec, dat wordt een fiasco. Hij was 't ech ter volkomen eens, dat de Bond als zoo danig op de oude grondslagen (b.v. door verlenging van mandaat) gehandhaafd kon blijven. In een scherp betoog, waarin de vor ming der candidatenlijsten naar voren werd gebracht en de détails van de bestuurscon- cepten „hoe de nieuwe strijd moest ge streden met de oude centralen" werden aangeroerd, werd op het einde der vergade ring elke twijfel gebannen. Tevens werd pu bliek de vergadering van 16 Juni te Haar lem aangekondigd, met eerbiediging van het „halt", ons toegeroepen. Haarlem, de stad, nam een motie aan tot vastlegging van hei meeningsverschil (d.d. 15 Juni) eindigend aldus: „Verzoekt.... bfj referendum uitspraak te laten doen over de vraag of afgezien van de handhaving der Bondsor- ganis&tie als zoodanig op de oude gronds lagen de nieuwe verkiezingen van 1918 moeten gestreden worden onder de oude dis trietscentralea. En nu de Nieuwe Haarl. Öt. in het' redac tioneel artikel „De voorbereiding van 1918". Citearen wij het voornaamste: „De spil waarom alles draait is deze vraag Zullen de verkiezingen 1918 gehouden wor den onder leiding der nu bestaande kiesver eenigingen? „Daartegen ging het' groote bezwaar; o. 1. terecht. „Welnu wij1 zijn in staat mede te deelen dat dit geen oogenblik heeft gelegen in de bedoeling van het Bondsbestuur." Stop evenl Wij hebben dus geen van allen te Utrecht de zaak gesnapt? De tien man die èn te Haarlem èn te Utreoht tegenwoordig waren, hebben met krachtdadige pogingen in volle bewustzijn open deuren ingetrapt? Wij moeten heel even glimlachen. Een „misverstand"? De N. Haarl. Ct. d.d. 23 Juni vervolgt: „Hier begint het misverstand. „Het verzet van het Bondsbestuur ging volstrekt niet tegen de organisatie der kies kringen in overeenstemming met de nieuwe wet, maar alleen tegen de algehee- lereorganisatie van den Bond vóór de verkiezingen. Men vergelijke het slot van de motie Haar lem en men begrijpe dat het wonder is ge schied: de scherpe tegenstelling is verdwe nen, er is wilsovereenstemming. De overeen komst in wording heeft reeds één voornaam element. Het wachten Is nu op de w i 1 s v e,r- klaring van het Bondsbestuur. Want wij zijn de Nieuwe Haarlemsohe grootelijks dankbaar, maar wij' zijn niet vol daan. De vergadering van „Haarlem Kies kring" scheidde in de stellige verwachting dat wij elkaar weer zouden zien, want wat de logica, de natuur der dingen eischte, kon en kan niet gekeerd door een slagboom van woorden. De waarheid en klaarheid moest boven den schemer van Utrecht 9 Juni op gaan. Zij zijn in aantocht. De Nieuwe Haar- iemscha zegt: „Wij zij.- in staat dat mede te deelen." En hare mededeelinjf geeft d!e volledige bevrediging. Maar men begrijpe dat niemand kan zeggen tot een kieskring: Mijne Heerenl Uw ideaal is verwezenlijkt, wij gaan den nieuwen strijd inderdaad aan met de nieuwe organisaties, latend den Bond bij het oude. Da motie Haarlem krijgt de honderd procent... want, wantde Nieuwe Haar- lemsche zegt het zelf. Wanneer deze regelen gelezen worden zal het Bondsbestuur (d.d. 27 Juni) wellicht ver gaderd hebben. Reeds vleien wij ons dat de wilsovereenstemming er is. Niet alleen omdat de N. Haarl. Ot. het zegt, maar om veel meer redenen. Nu moge da wilsverklaring klaar en open blijk geven dat do wilsover eenstemming er is. Haarlem sprak bovenma te duidelijk. Wij hopen één ding: geen nieu we schemering van een gewichtige zaak, maar, zooals gezegd: klaarheid 1 De overeenkomst ia in wording. Straks is er overeenkomst. Grondslag der dertig. Het gaat om geen beuzelarijen, om geen „zenuwachtigen", om geen misverstanden waarmede het Dagblad van N.-Brabant (hoe wel volkomen accoord gaande met Haar lem) onze zaak besmet en waarvan ook do N. Haarl. Ct. druppeltjes laat neerkomen op ons hoofd, het gaat om geen „latent verzet" of „bedenkelijke ontevredenheid", het gaat om onze groote heerlijke Katholieke zaak. Het ia in de kath. partij geen gewoonte dat onafhankelijke mannen vrije en frank hun ne meening zeggen ook nè besluiten, in den schemer genomen, men meent dat een in breuk op de éénheid, een solospel van kwaad willenden. O Sancta Simplicitas! Wanneer wij geblinddoekt, neuzen en mondje dicht te vens, een moeras instrompelen, mag niemand roepen, dat van richting veranderd moet war- den, neon, de snaak moet mede, óók het moe ras in,terwille van de moordende één heid 1 Leve de éénheid al zou de dood er op volgen. Zou de daad van een herdershond die geweldig te keer gaat en bijt, onstuimig zelfs, maar de richting bewaarde vlak bij den afgrond, niet ietwat meer waardeering kunnen erlangen? All right, zal men zeggen, maar de kudde ging vanzelf reeds naar het vette weiland, des drijvers stem was overbodig... konsleohts verwarring stichten. Och ja... dót was een misverstand. De af grond gaapte wel, maar het lag aan den schemer, het was gezichtsbedrog. Misver verstand. Laat ons tevreden zijn met het resultaat en de overeenkomst aanvaarden in vol genot zonder de wordingsgeschiedenis na te pluizen. Daarmede toonen wij het „wat" te waar- deeren zonder naar het „wie" te vragen. In God's wijngaard zijn de menschen geen rent meesters. Als de overeenkomst er is, en dat zij komt tot heil der Katholieke Staatspartij is méér dan waarschijnlijk, dan aan den ar beid, de voortvarende kieskring Haar lem! Er is reeds tijd genoeg verloren. Wij waren eerst vóór bij socialist en liberaal, doch nu achter. Maar wij kunnen ophalen. De Katholieke organisatie van den kieskring Haarlem zal bij de uitwerking van haar ideaal opnieuw voortvarendheid betrachten. Moge zij dan beter gewaardeerd worden! Mr. BOMANS, Nasohrift der Redactie. Een kleine kantfceekening op het bovenstaande zij ons geoorloofd. Een misverstand kan tweezijdgi maar ook eenzijdig zijn. Door ons is niet gezegd, dat de oorzaak van het misverstand te zoe ken is in misverstaan door Haarlem. Integendeel I Mr. Bomans vergeet dan ook ten eerste in zijn citaat uit ons blad- ietwat meer nadruk te leggen op de beide woordjes „en te recht," die wèl kort zijn maar veelzeggend; ten tweede: dat wij in ons artikel spra ken over „een niet te miskennen on duidelijkheid van de te Utreoht ge nomen besluiten. En eenzelfde on duidelijkheid in de houding der iei- d i n g." Mogen wij nog eens beseheidenlijk de aan dacht op deze woorden vestigen. A bon entendeur!.... Men behoeft niet altijd in hyperbolen te spreken. i Vaak zelfs is dit ongewenscht. Ook de litotes behoort tot de stijlfiguren, en deze is niet zelden meer van pas. WERELDBRAND* NIEUWE ENGELSCHE AANVALLEN OP KOMST FRANSCHE VERMOEIDHEID Er zijn onmiskenbare teekenen aanwezig, dat nieuwe zware aanvallen der Engelschen langs het geheele door hen bezette front te verwachten zijn. Zoowel het Duitsche als de Engelsche en Belgische legerberichten gewagen van belang rijke artillerie-werkzaamheid over het geheele 130 K.M. lange front van de Belgische duinen tot de Somme en van zoo talrijke verkennings gevechten, „raids" enz., als nog nimmer zóó samenhangend over het geheele front hebben plaats gehad. Nauwelijks één punt van het front bleef vrij van dergelijke ondernemingen. Generaal Haig meldt, dat verschillende dezer plaatselijke operaties belangrijke successen ople verden, vooral die ten Zuiden van Lens, waar de Engelschen over een front van 1 Va mijl „betee- kenisvolle vorderingen" maakten. Ten Oosten van Vermelles lieten de Engelschen mijnen springen. Daar Vermelles ten Noorden van Lens ligt en er dus zoowel ten Zuiden als ten Noorden van deze stad een voorwaarts drin gen der Engelschen geconstateerd kan worden, schijnt een omtrekkende beweging tegen Lens in hun plan te liggen. Niet onwaarschijnlijk echter hebben zij verder strekkende voornemens. Wij wezen er reeds op, dat zij thans over hun geheele front tactisch gunstige, de stellingen der Duitschers beheerschende punten bezetten. Het is dus niet onmogelijk dat een groot offensief over de geheele 130 K.M. lange front lijn in voorbereiding is. Ook de steeds aan een groot offensief vooraf gaande verlevendiging der luchtgevechten wijst hierop. Haig meldt dat Zondag 11 Duitsche vlieg tuigen werden neergeschoten, terwijl 5 Engel sche worden vermist. De Duitschers zelf schijnen ook nieuwe Engel sche aanvallen te verwachten. Hunne activiteit aan den Damesweg is, volgens het laatste Fran- sche legerbericht, in de verloopen 24 uren aan merkelijk verflauwd, wat op een verplaatsing van troepen naar het Engelsche front zou kunnen wijzen. De Duitschers schijnen daarbij te rekenen op de Fransche oorlogsvermoeidheid. Dat deze aan wezig is, lijkt nauwelijks twijfelachtig. Maar de Franschen zijn haar wel meer te boven gekomen. En Pétain is de man van verrassingen. Dat heeft Verdun bewezen. De conclusie dat de stilte aan het Fransche front voorloopig wel zal aan houden, zou dus wel eens voorbarig kunnen blijken. VERSPREIDEvBERICHTENv EEN BEDE VAN BOTHA. In een redevoering te Robertson (Kaapko lonie) gehouden, zeide generaal Botha: Afri ka'» toekomst hamert ai van die samenwerking tuasohen twee blanke rassen. In Zuddi-Afrika mogen en kunnen geen twee «troomiiigen heer- solion (daverend, laogdurig gejuiiah). Than» wordt er weer gesproken over een repuibhkein- sohe propaganda. Wenaoht het voik verdeeld heid Waarom worden deze diingen thane, iiu de omstandigheden toch al zoo moeilijk win, naar voren giebraoht? Zou het niet veel eerlijker geweest zijn, wanneer men te Vereenigdng had gezegd, dat men zoo spoedig mogeHfk een nieuwe republiek wenaohtef Both a tTaohtte vervolgen» a an te toonen. diait het nationalistische programma, punt vier van het verdrag regelende, de relaties met het Brit- sab e rük arkent. welk punt gebaseerd i» o,p de gode trouw der beide volkeren. „Laat iemand mii aantooonen," riep Bortha uiit, ,iwa,ar men inbreuk oip rijn reebten heeft gemaakt, waar men hem in riin rechten te kort heeft gedaan, en welke reden aan deze Bapteljopisstraat 27. TEL. 1770 republikeinscho propaganda ten grondslag ligt. Het is een feit, dat wij in Zuid-Afrika de meest mogelijke onafhankelijkheid genieten en zooveel vrijheid al3 onder welk republic keinsch systeem dan ook. Zuid-Afrika in ons vaderland en ons erfgoed. We zouden wel zeer zwak en zeer verachtelijk riin. als we niet in de eerste plaats voor ons vaderland opkwamen (hoerageroep). Maar ik geloof in het handhaven van den band tusschen Zuid-Afirika en Engeland (gejuich). Zondei een bloedigen burgeroorlog kunt ge dien band niet verbreken.Al dat gepraat over vrijheid klinkt heel waar, maar alleen wanneer de bedde rassen er hun goedkeuring aan beehten kunt gö ©en republiek scheppen. Het ia mogelijk, dat die Engelschen in ZuidAfrika een republiek werusehen. Door al dat gepraat over een groot land bereikt ge echter niets anders, dan dat plan achterdocht wordt gewekt. Laten wii met dien onzin ophouden en zorgen, dat we gereed zijn om na den oorlog al de verschillende vraag stukken die zich dan zullen voordoen, op te los sen (applaus). Aan het slot van zün rede wees Botha er op. dat Zuid-Afrika een zusterstaat van Groot- Brit annië is en dat rii het in het belang der unie zelf als haar eerst» plicht moet beschou wen om op vr i endisoh appel ijken voet met het Britacbe keizerrijk te leven, zonder daardoor eenige principe Zuid-Afrika betreffend, te "ver zaken. Het feit, dat de nationalisten een paar zetels in don provincialen raad gewonnen hebben, verontrustte Botha naar hii zeide, allerminst. De meerderheid in de Kaapkolonie had zee zetela gewonnen, waarop te samen slechts 1350 stommen waren uitgebracht. 56.000 kiezers ver toefden aan het front: en dat zouden toch zeker geen nationalisten riin. Met een welsprekend pleidooi voor de een heid tusschen Brit en Boer verliet Botha onder daverend applaus het spreekgestoelte. TE MIDDEN VAN QRANAATTRECHTERS EN TUNNELS. pin de „Daily Telegraph" beschrijft een bij zondere correspondent hert ontzettende werk en leven in de tunnels aan het front. „Toen ik heden voorbii de monsterachtig» mijnkratera. die wii bij het aanbreken van. d®a daig van den 7en Juni in den grond hebben gescheurd, en dwiama over de vroegere Duitsche loopgraven voorbij St. Eloi, op den rech ter vleugel van ons aanvalsfront, tusschen Wiitr schade »n Miessdnea, liep, had ik medelijden ma* ieder mensohelijk wezen, da;t geleden heeft wat de Duitsche soldaten geleden moeten hebben in den vreesehüfcen etriid, die voor velen den dood moet voorafgegaan hebben. Deze geheel» breede strook grond» i» opgiet blazen en omgewoeld en doorbroken d/oox «na- naattrechtnr». Op iedere negen meter wan mineten» één groot projectiel neergekomen en van hert punt waar dlit neerkwam werd hert moordend staal 200 meter ver naar alle riidea in het rond weggeslingerd. Men kan dit al!l»n niet beschrijven door m»t veel woorden te ver* tellen, hoe zandzakken barricades en loopgra* ven en reduita dooreen gewoeld werden en hon dit alles doorzeefd ia met taUooze granaatt rooh- ters. Van ai de bosscben, waarin de Duitscharn huisden het Oatenbosch, het Dammbosoh, h»' Raviinbosch, hert Wii techno Ui Hellebosch etiaan er nog slc-chta wat naakt» stompen over. die uit de aachgrijze aardmaa* aa's omhoog steken. Er liggen hier lijken van Luitacher» in groepen of in rüen, zoo al» dl door on« enfileervuur zün neergeschoten, miaaT ik heb er sleohta zeer weinige gezien, want de meeaten riin begraven onder dien' stortvloed, van aarde, zooals men kan merken aan den stank, die uit de vernielde loopgra. ven opstijgt, waar groote ondergrondsch» schuilplaatsen en tunnel» ingestort ziin. zoo dat diirt geheele slagveld een kerkhof is van man.1 nen. die hegraven werden waar zij stierven, of voor zif stierven. Door een merkwaardig toeval riin drie man nen uit een münknater onder den heuvel van Si. Eloi liervend te voorschijn gekomen. Ik stond heden aan den rand van dien krater, hoog bo ven de glooiende zijden en kon moeilijk goloo- ven. dart hier iemand aan den dood heeft kun nen ontsnappen. Maar de Duitschers hadden veel ach uilplaatsen gegraven in de oude kra ters. die zich reeds hier bevonden vóór dleae nieuwe ontstond en na den woesrten atriid van een jaar geleden, toen wii dit terrein verloren. E«n van deze schuilplaatsen was onbeschadigd gebleven, toen onze groote mijn opgeblazen werd en twee dagen later kropen drie uitgaf putte mannen geeöhokt en half versuft, té voorschijn uit den grond., terwijl alle» om hetf heen in een gas- en vlammenmassa met vreatf eelijk geweld in die lucht geeliucerd werd. Zf waren ongedeerd, behalve in hun riel. waark^ ontzetting heereohte.. Toen lik vandaag In cteraen hdllekuü stond er een man naast mil. die een jaar werkt had om dien te graven. Het waa AuetraUaoih offWar van de genie. Hij sfco een pijp te rooken aan den rand van den naattreidhter en eelde opgewekt: „Hot is kor weer in d» vwsciha luahrt te min". De voreohe lucht kwam mil van morgen dat punt niet w» biinonder „lekker" toar» JX waa vol afschuwelijke geluiden, die met d*| dood dreigden. Maar ik begreeip, dat deze Australia»! mmkt naar hot leven in die open lucht, zalf» een pop» lucht" al» waarin wij ons nu bevonden. Do» hij mij vertelde, dat hij bijna twee jaren der den grond gewerkt had. onder den wtB in dónkere sappen, welk» onder de Daltoon linies heen gegraven waren «n dl» lang» de Duiteohe sappen Repen,, «ome sell mot de onzen ineen Repen, zoodart de tenet «tandiers elkaar daar bif die keel grenen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 1