DE »DAQ
WITTE SCHOENTJES
BUITENLAND
P. W. TWEEHUIJSEN,
26 jum ms
aximum kleinhandelprijzen van
De Roomsche Revolutie.
WSDAS
4ISTE JAARGANG No. 9371
nu-nmsr Bestaat uit twee ÊlaüSi
EERSTE F' AR
WIJN- EN BIEflAZUN.
Gemeente besturen van Haarlem, Bloe-
*«ndaal, Heemstede, Haarlemmerliede.
.faarndam, Bennebroek en Schoten maken
N«nd dat door den Minister van Land
ouw enz. in dato 21 Juni 1917 is bepaald
jdat de maximum kleinhandelprijs van
"Ünazijjn is vastgesteld op 86 cent
"et* flesch wan minstens 7.5 De-
°'litep.
tn van Biet* azijn op 82 cent per
'6sch wan minstens?,5 Deciliter
op 2 cent pen Deciliter bij min-
hoeveelheid dan per flesch van n1'""
*'et>s 7,5 Deciliter. '^9!
Be aanvalswerkzaamheid der Engelschen
"eemt foe aan het geheele front van de zee tot
'k Somme.
Be Duitschers schijnen een grooten offensieven
'toot te verwachten en troepen van het Aisne-
!t°nt te verplaatsen naar den Engelschen sector.
In Rusland schijnt, te oordeelen naar de be
ften van Russische en geallieerde zijde de
J°estand zich langzamerhand ten gunste der
Vloopige Regeering te wijzigen. Ook in het
'eger zou belangrijke verbetering te bespeuren
Vooral de Kozakken zouden pal staan rond
de Regeering. Zeker is, dat de gevechtsactie aan
Oostelijk front toeneemt. Voor het overige
®chter moeten alle berichten uit Rusland met
v°°rbehoud worden opgenomen.
Thans is met zekerheid het aantal slachtoffers
Hend van den jongsten luchtaanval op Londen:
doocien en 432 gewonden.
Naar Havas meldt is in Noorwegen een
^htsche samenzwering ontdekt; in de bagage
VaQ den koerier van het Duitsche gezantschap
^aren bommen verborgen.
Tot onderzoek van hetgeen hier te lande reeds
^daan wordt in het belang van de ontwikkeling
Van jongens en meisjes van 13 tot 18 jaar is,
'"der voorzitterschap van Mr. A. Baron van
rijnbergen, een Staatscommissie ingesteld.
In den loop dezer week zullen de visscher-
Schèpzn te ïjmuiden, ingevolge een besluit der
ieders, wederom uitvaren.
Volgens beschouwingen in de Engelsche bla-
de", onder welke vooral de „Daily Mail" de ver
deling scherp teekent, zou er een conflict han
dde zijn tusschen Engeland en Nederland over
aflevering van aardappelen via Rotterdam,
•lader is echter gebleken, dat de Engelsche pers
°njuist is ingelicht door Hollandsche journalis-
kn-sensatie-berichten-jagers.
Evolutie beteekent omwenteling.
Het woord wordt te vaak gebruikt in een staat
kundig ongunstigen zin. Als we het hier aanwen
en, geschiedt het in moreel gunstigen zin.
Be grootste revolutie in dezen zin, die ooit op
^rde plaats had en nog voortdurend plaats
vhdt is de omwenteling der persoonlijkheid, de
Evolutie der zielen.
Eigenlijk is het een contra-revolutie.
Contra die, welke den mensch van den hoogen
jr°on zijner zedelijke en natuurlijke voortreffe-
''jkheid stiet en hem maakte tot dat gevallen we-
*en, welks eenmalige grootheid nog zoo duidelijk
breekt in zijn hedendaagsche moreele gebrek-
'hgheid.
Tegen die revolutie heeft Christus de contra-
evolutie der zielsbevrijding en persoonlijkheids-
Vemieuwing gesteld, voor wier heerlijk ideaal
'Ij Zijn leven gaf. En mèt en na Hem zijn in
^Ze eeuwendurende contra-revolutie honderden
^elen méér bloedgetuigen gevallen dan in welke
^rheerlijkle staatkundige omwenteling onzer
^gen ook.
En telkens wanneer de oude revolutie-geest, die
val van den mensch veroorzaakte, den kop
Steekt, verheft zich ook in verjongde kracht,
lijdend in nieuwe vormen en met moderne wa-
pton, de onsterfelijke geest der contra-revolutie
Christus, tot herstel der persoonlijkheid in de
^Ne schoonheid der heiligheid.
Maar al is herstel der Christelijke pereoonlijk-
^'•1 het eerste doel dezer contra-revolutie, het
dit alleen naar de logische orde, naar rang-
,rde. Volstrekt niet in de volgorde. In de volgorde
dit herstel veeleer einddoel.
Bit spreekt «ok hef minst ontwikkelde verstand
y den ia maatschappij levenden mensch kan
een trapsgewijze behandeling: eerst herstel
r Persoonlijkheid, dhn van het gezin, dan van
^schappij, enz., geen sprake wezen.
l e persoonlijkheid ondergaat immers juist bij
^.re vorming den invloed van gezin, maatschap
en staat. En ook omgekeerd.
«rhalve staat op het program der Christelijke
^-revolutie evenzeer de maatschappeïijke en
kundige omwenteling, met name in dezen
er van- een Christelijke maatschappij- en
staatsregeling nog slechts rudimentaire overblijf
selen te vinden zijn.
Dit wordt in onzen kring wel eens te veel ver
geten.
Wij hebben ons levendig voor oogen te stellen,
dat sedert de drieërlei scheiding van godsdienst
en wetenschap, zedelijkheid en recht, kerk en
staat, onze maatschappelijke toestand den
naam van Christelijk niet meer verdient. En dat
wij dus niet slechts te strijden hebben tegen de
verwording in dezelfde richting, maar dat een
werkelijke contra-revolutie ons doel moet zijn.
Remmen alleen is niet voldoende; er moet tegen-
stoom gegeven worden; want de trein loopt op
de linksche lijn, de wissel werd verkeerd gesteld.
En straks moeten we in volle vaart op de recht-
sche lijn loopen.
Contra-revolutie dus.
Omwenteling der zielen.
En ter wille van de zielen ook van de moderne
begrippen over gezin, maatschappij en staat.
Reeds keert de wind en gaan onze zeilen
bol staan. Of is het niet waar, dat onze schitte
rend verdedigde positie ten opzichte van het ge
zin en tegen het neo-Malthusianisme, juist in
dezen oorlogstijd al meer en meer toenadering
ondervindt van de zijden aller nadenkende lie
den? Niet alleen het verlies van den eenigen zoon
of van de enkele kinderen stemt tot nadenken,
ook het feit, dat met veel geringere werkkrachten
geheele volkeren in de eigen behoeften weten te
voorzien, gaat uitgroeien tot een verpletterende
logenstraffing der Malthusiaansche theorie.
In maatschappelijk opzicht zijn we nog niet
zoover. Ten deele, omdat in onzen eigen kring de
klaarheid der begrippen nog te zeer ontbreekt.
Toch moet men verschijnselen als de bewondering
voor het armoede-ideaal van St. Franciscus niet
tot wegcijferens toe onderschatten. Evenmin als
de toenemende waardeering voor Roomsche kunst;
wat ook onder de maatschappelijke verschijn
selen valt te rangschikken.
Een grootsche taak wacht ons op maatschap
pelijk gebied. We zullen de organen der jammer
lijk besnoeide maatschappij opnieuw hebben te
doen uitgroeien. We zullen aan die organen
publiekrechtelijke bevoegdheden en functies heb
ben toe te kennen en de Staatsinmenging hebben
terug te dringen binnen hare natuurlijke grenzen.
Op het gebied van den arbeid zullen wij diens in
wezen niet louter individueel doch ook maatschap
pelijk karakter hebben uit te drukken in nieuwe
economische vormen, waarin tevens het juiste
begrip der maatschappelijke standen en hun
onderlinge liefde hersteld zal moeten worden.
En in zake den Staatsinvloed zullen we de
natuurlijke taak van den Staat: de handhaving
van het recht moeten herstellen, doch tevens door
uitbreiding der rechtssfeer, de leer der politieke
onverschilligheid ten opzichte der maatschappe
lijke verhoudingen met wortel en tak moeten uit
roeien, wat alleen mogelijk is door den boom des
rechts weer gelegenheid te geven wortel te schie
ten in den rijken en vruchtbaren bodem der
zedelijkheid.
Het is een grootsche en geweldige taak die der
contra-revolutie in Christus.
Zijn wij. Katholieken, gereed haar te aanvaar
den en gelukkig te volbrengen?.P.
De Overeenkomst in wording.
(Ingezonden).
Juridisch zijn de hoofdelementen van een
overeenkomst de wilsovereenstemming en de
wilsverklaring. De eerste zal blijken uit de
tweede.
Op 9 Juni werd te Utrecht door den Bond
van E.K. Kiesvereenigingen een wilsverkla
ring gegeven: den strijd van 1918 zullen
wij strijden met de oude organisaties.
Op 16 Juni werd te Haarlem de eerste
kieskringvergadering gehouden waarbij een
wilsverklaring (wegens de discipline) ach
terwege bleef, maar waaruit bleek, dat er
geen wilsovereenstemming was
want Haarlem wilde den strijd 1918 strijden
zoo mogelijk of liefst onder geheel nieuwe
kieskringorganisaties.
Er i8 geen Bprake van verkeerd
begrijpen.
Te Utrecht werd herhaaldelijk naar do
volledige strekking van het genomen besluit
(handhaving van het oude) geïnformeerd. Het
antwoord liet geen grijntje twijfel: de oude
oentrale kiesvereenigingen zouden lelden. On-
dergeteekende gebruikte daar verstaanbare
klanken als: dat is een ramp, dat leidt tot
échec, dat wordt een fiasco. Hij was 't ech
ter volkomen eens, dat de Bond als zoo
danig op de oude grondslagen (b.v. door
verlenging van mandaat) gehandhaafd kon
blijven. In een scherp betoog, waarin de vor
ming der candidatenlijsten naar voren werd
gebracht en de détails van de bestuurscon-
cepten „hoe de nieuwe strijd moest ge
streden met de oude centralen" werden
aangeroerd, werd op het einde der vergade
ring elke twijfel gebannen. Tevens werd pu
bliek de vergadering van 16 Juni te Haar
lem aangekondigd, met eerbiediging van het
„halt", ons toegeroepen.
Haarlem, de stad, nam een motie aan
tot vastlegging van hei meeningsverschil (d.d.
15 Juni) eindigend aldus:
„Verzoekt.... bfj referendum uitspraak te
laten doen over de vraag of afgezien
van de handhaving der Bondsor-
ganis&tie als zoodanig op de oude
gronds lagen de nieuwe verkiezingen
van 1918 moeten gestreden worden onder
de oude dis trietscentralea.
En nu de Nieuwe Haarl. Öt. in het' redac
tioneel artikel „De voorbereiding van 1918".
Citearen wij het voornaamste:
„De spil waarom alles draait is deze vraag
Zullen de verkiezingen 1918 gehouden wor
den onder leiding der nu bestaande kiesver
eenigingen?
„Daartegen ging het' groote bezwaar; o. 1.
terecht.
„Welnu wij1 zijn in staat mede te deelen
dat dit geen oogenblik heeft gelegen in de
bedoeling van het Bondsbestuur."
Stop evenl Wij hebben dus geen van allen
te Utrecht de zaak gesnapt?
De tien man die èn te Haarlem èn te
Utreoht tegenwoordig waren, hebben met
krachtdadige pogingen in volle bewustzijn
open deuren ingetrapt? Wij moeten heel even
glimlachen. Een „misverstand"?
De N. Haarl. Ct. d.d. 23 Juni vervolgt:
„Hier begint het misverstand.
„Het verzet van het Bondsbestuur ging
volstrekt niet tegen de organisatie der kies
kringen in overeenstemming met de nieuwe
wet, maar alleen tegen de algehee-
lereorganisatie van den Bond vóór
de verkiezingen.
Men vergelijke het slot van de motie Haar
lem en men begrijpe dat het wonder is ge
schied: de scherpe tegenstelling is verdwe
nen, er is wilsovereenstemming. De overeen
komst in wording heeft reeds één voornaam
element. Het wachten Is nu op de w i 1 s v e,r-
klaring van het Bondsbestuur.
Want wij zijn de Nieuwe Haarlemsohe
grootelijks dankbaar, maar wij' zijn niet vol
daan. De vergadering van „Haarlem Kies
kring" scheidde in de stellige verwachting
dat wij elkaar weer zouden zien, want wat
de logica, de natuur der dingen eischte, kon
en kan niet gekeerd door een slagboom van
woorden. De waarheid en klaarheid moest
boven den schemer van Utrecht 9 Juni op
gaan. Zij zijn in aantocht. De Nieuwe Haar-
iemscha zegt: „Wij zij.- in staat dat mede
te deelen." En hare mededeelinjf geeft d!e
volledige bevrediging. Maar men begrijpe dat
niemand kan zeggen tot een kieskring: Mijne
Heerenl Uw ideaal is verwezenlijkt, wij gaan
den nieuwen strijd inderdaad aan met de
nieuwe organisaties, latend den Bond bij het
oude. Da motie Haarlem krijgt de honderd
procent... want, wantde Nieuwe Haar-
lemsche zegt het zelf.
Wanneer deze regelen gelezen worden zal
het Bondsbestuur (d.d. 27 Juni) wellicht ver
gaderd hebben. Reeds vleien wij ons dat de
wilsovereenstemming er is. Niet alleen omdat
de N. Haarl. Ot. het zegt, maar om veel
meer redenen. Nu moge da wilsverklaring
klaar en open blijk geven dat do wilsover
eenstemming er is. Haarlem sprak bovenma
te duidelijk. Wij hopen één ding: geen nieu
we schemering van een gewichtige zaak,
maar, zooals gezegd: klaarheid 1
De overeenkomst ia in wording.
Straks is er overeenkomst. Grondslag
der dertig.
Het gaat om geen beuzelarijen, om geen
„zenuwachtigen", om geen misverstanden
waarmede het Dagblad van N.-Brabant (hoe
wel volkomen accoord gaande met Haar
lem) onze zaak besmet en waarvan ook do
N. Haarl. Ct. druppeltjes laat neerkomen op
ons hoofd, het gaat om geen „latent verzet"
of „bedenkelijke ontevredenheid", het gaat
om onze groote heerlijke Katholieke zaak.
Het ia in de kath. partij geen gewoonte dat
onafhankelijke mannen vrije en frank hun
ne meening zeggen ook nè besluiten, in den
schemer genomen, men meent dat een in
breuk op de éénheid, een solospel van kwaad
willenden. O Sancta Simplicitas! Wanneer
wij geblinddoekt, neuzen en mondje dicht te
vens, een moeras instrompelen, mag niemand
roepen, dat van richting veranderd moet war-
den, neon, de snaak moet mede, óók het moe
ras in,terwille van de moordende één
heid 1 Leve de éénheid al zou de dood er
op volgen. Zou de daad van een herdershond
die geweldig te keer gaat en bijt, onstuimig
zelfs, maar de richting bewaarde vlak bij
den afgrond, niet ietwat meer waardeering
kunnen erlangen?
All right, zal men zeggen, maar de kudde
ging vanzelf reeds naar het vette weiland,
des drijvers stem was overbodig... konsleohts
verwarring stichten.
Och ja... dót was een misverstand. De af
grond gaapte wel, maar het lag aan den
schemer, het was gezichtsbedrog. Misver
verstand.
Laat ons tevreden zijn met het resultaat
en de overeenkomst aanvaarden in vol genot
zonder de wordingsgeschiedenis na te pluizen.
Daarmede toonen wij het „wat" te waar-
deeren zonder naar het „wie" te vragen. In
God's wijngaard zijn de menschen geen rent
meesters.
Als de overeenkomst er is, en dat zij
komt tot heil der Katholieke Staatspartij
is méér dan waarschijnlijk, dan aan den ar
beid, de voortvarende kieskring Haar
lem! Er is reeds tijd genoeg verloren. Wij
waren eerst vóór bij socialist en liberaal,
doch nu achter. Maar wij kunnen ophalen.
De Katholieke organisatie van den kieskring
Haarlem zal bij de uitwerking van haar
ideaal opnieuw voortvarendheid betrachten.
Moge zij dan beter gewaardeerd worden!
Mr. BOMANS,
Nasohrift der Redactie. Een
kleine kantfceekening op het bovenstaande zij
ons geoorloofd.
Een misverstand kan tweezijdgi maar ook
eenzijdig zijn. Door ons is niet gezegd, dat
de oorzaak van het misverstand te zoe
ken is in misverstaan door Haarlem.
Integendeel I
Mr. Bomans vergeet dan ook ten eerste
in zijn citaat uit ons blad- ietwat meer nadruk
te leggen op de beide woordjes „en te
recht," die wèl kort zijn maar veelzeggend;
ten tweede: dat wij in ons artikel spra
ken over „een niet te miskennen on
duidelijkheid van de te Utreoht ge
nomen besluiten. En eenzelfde on
duidelijkheid in de houding der iei-
d i n g."
Mogen wij nog eens beseheidenlijk de aan
dacht op deze woorden vestigen.
A bon entendeur!....
Men behoeft niet altijd in hyperbolen te
spreken. i
Vaak zelfs is dit ongewenscht.
Ook de litotes behoort tot de stijlfiguren,
en deze is niet zelden meer van pas.
WERELDBRAND*
NIEUWE ENGELSCHE AANVALLEN OP
KOMST FRANSCHE VERMOEIDHEID
Er zijn onmiskenbare teekenen aanwezig, dat
nieuwe zware aanvallen der Engelschen langs
het geheele door hen bezette front te verwachten
zijn. Zoowel het Duitsche als de Engelsche en
Belgische legerberichten gewagen van belang
rijke artillerie-werkzaamheid over het geheele
130 K.M. lange front van de Belgische duinen
tot de Somme en van zoo talrijke verkennings
gevechten, „raids" enz., als nog nimmer zóó
samenhangend over het geheele front hebben
plaats gehad.
Nauwelijks één punt van het front bleef vrij
van dergelijke ondernemingen.
Generaal Haig meldt, dat verschillende dezer
plaatselijke operaties belangrijke successen ople
verden, vooral die ten Zuiden van Lens, waar de
Engelschen over een front van 1 Va mijl „betee-
kenisvolle vorderingen" maakten.
Ten Oosten van Vermelles lieten de Engelschen
mijnen springen. Daar Vermelles ten Noorden
van Lens ligt en er dus zoowel ten Zuiden als
ten Noorden van deze stad een voorwaarts drin
gen der Engelschen geconstateerd kan worden,
schijnt een omtrekkende beweging tegen Lens in
hun plan te liggen. Niet onwaarschijnlijk echter
hebben zij verder strekkende voornemens.
Wij wezen er reeds op, dat zij thans over hun
geheele front tactisch gunstige, de stellingen der
Duitschers beheerschende punten bezetten.
Het is dus niet onmogelijk dat een groot
offensief over de geheele 130 K.M. lange front
lijn in voorbereiding is.
Ook de steeds aan een groot offensief vooraf
gaande verlevendiging der luchtgevechten wijst
hierop.
Haig meldt dat Zondag 11 Duitsche vlieg
tuigen werden neergeschoten, terwijl 5 Engel
sche worden vermist.
De Duitschers zelf schijnen ook nieuwe Engel
sche aanvallen te verwachten. Hunne activiteit
aan den Damesweg is, volgens het laatste Fran-
sche legerbericht, in de verloopen 24 uren aan
merkelijk verflauwd, wat op een verplaatsing van
troepen naar het Engelsche front zou kunnen
wijzen.
De Duitschers schijnen daarbij te rekenen op
de Fransche oorlogsvermoeidheid. Dat deze aan
wezig is, lijkt nauwelijks twijfelachtig. Maar de
Franschen zijn haar wel meer te boven gekomen.
En Pétain is de man van verrassingen. Dat
heeft Verdun bewezen. De conclusie dat de stilte
aan het Fransche front voorloopig wel zal aan
houden, zou dus wel eens voorbarig kunnen
blijken.
VERSPREIDEvBERICHTENv
EEN BEDE VAN BOTHA.
In een redevoering te Robertson (Kaapko
lonie) gehouden, zeide generaal Botha: Afri
ka'» toekomst hamert ai van die samenwerking
tuasohen twee blanke rassen. In Zuddi-Afrika
mogen en kunnen geen twee «troomiiigen heer-
solion (daverend, laogdurig gejuiiah). Than»
wordt er weer gesproken over een repuibhkein-
sohe propaganda. Wenaoht het voik verdeeld
heid Waarom worden deze diingen thane, iiu
de omstandigheden toch al zoo moeilijk win,
naar voren giebraoht? Zou het niet veel eerlijker
geweest zijn, wanneer men te Vereenigdng
had gezegd, dat men zoo spoedig mogeHfk een
nieuwe republiek wenaohtef
Both a tTaohtte vervolgen» a an te toonen. diait
het nationalistische programma, punt vier van
het verdrag regelende, de relaties met het Brit-
sab e rük arkent. welk punt gebaseerd i» o,p de
gode trouw der beide volkeren.
„Laat iemand mii aantooonen," riep Bortha
uiit, ,iwa,ar men inbreuk oip rijn reebten heeft
gemaakt, waar men hem in riin rechten te
kort heeft gedaan, en welke reden aan deze
Bapteljopisstraat 27. TEL. 1770
republikeinscho propaganda ten grondslag
ligt.
Het is een feit, dat wij in Zuid-Afrika de
meest mogelijke onafhankelijkheid genieten
en zooveel vrijheid al3 onder welk republic
keinsch systeem dan ook.
Zuid-Afrika in ons vaderland en ons erfgoed.
We zouden wel zeer zwak en zeer verachtelijk
riin. als we niet in de eerste plaats voor ons
vaderland opkwamen (hoerageroep). Maar ik
geloof in het handhaven van den band tusschen
Zuid-Afirika en Engeland (gejuich). Zondei
een bloedigen burgeroorlog kunt ge dien band
niet verbreken.Al dat gepraat over vrijheid
klinkt heel waar, maar alleen wanneer de bedde
rassen er hun goedkeuring aan beehten kunt
gö ©en republiek scheppen. Het ia mogelijk, dat
die Engelschen in ZuidAfrika een republiek
werusehen. Door al dat gepraat over een groot
land bereikt ge echter niets anders, dan dat
plan achterdocht wordt gewekt. Laten wii met
dien onzin ophouden en zorgen, dat we gereed
zijn om na den oorlog al de verschillende vraag
stukken die zich dan zullen voordoen, op te los
sen (applaus).
Aan het slot van zün rede wees Botha er op.
dat Zuid-Afrika een zusterstaat van Groot-
Brit annië is en dat rii het in het belang der
unie zelf als haar eerst» plicht moet beschou
wen om op vr i endisoh appel ijken voet met het
Britacbe keizerrijk te leven, zonder daardoor
eenige principe Zuid-Afrika betreffend, te "ver
zaken.
Het feit, dat de nationalisten een paar zetels
in don provincialen raad gewonnen hebben,
verontrustte Botha naar hii zeide, allerminst.
De meerderheid in de Kaapkolonie had zee
zetela gewonnen, waarop te samen slechts 1350
stommen waren uitgebracht. 56.000 kiezers ver
toefden aan het front: en dat zouden toch zeker
geen nationalisten riin.
Met een welsprekend pleidooi voor de een
heid tusschen Brit en Boer verliet Botha onder
daverend applaus het spreekgestoelte.
TE MIDDEN VAN QRANAATTRECHTERS
EN TUNNELS.
pin de „Daily Telegraph" beschrijft een bij
zondere correspondent hert ontzettende werk
en leven in de tunnels aan het front.
„Toen ik heden voorbii de monsterachtig»
mijnkratera. die wii bij het aanbreken van. d®a
daig van den 7en Juni in den grond hebben
gescheurd, en dwiama over de vroegere Duitsche
loopgraven voorbij St. Eloi, op den rech
ter vleugel van ons aanvalsfront, tusschen Wiitr
schade »n Miessdnea, liep, had ik medelijden ma*
ieder mensohelijk wezen, da;t geleden heeft wat
de Duitsche soldaten geleden moeten hebben
in den vreesehüfcen etriid, die voor velen den
dood moet voorafgegaan hebben.
Deze geheel» breede strook grond» i» opgiet
blazen en omgewoeld en doorbroken d/oox «na-
naattrechtnr». Op iedere negen meter wan
mineten» één groot projectiel neergekomen en
van hert punt waar dlit neerkwam werd hert
moordend staal 200 meter ver naar alle riidea
in het rond weggeslingerd. Men kan dit al!l»n
niet beschrijven door m»t veel woorden te ver*
tellen, hoe zandzakken barricades en loopgra*
ven en reduita dooreen gewoeld werden en hon
dit alles doorzeefd ia met taUooze granaatt rooh-
ters.
Van ai de bosscben, waarin de Duitscharn
huisden het Oatenbosch, het Dammbosoh,
h»' Raviinbosch, hert Wii techno Ui
Hellebosch etiaan er nog slc-chta wat naakt»
stompen over. die uit de aachgrijze aardmaa*
aa's omhoog steken. Er liggen hier lijken van
Luitacher» in groepen of in rüen, zoo al» dl
door on« enfileervuur zün neergeschoten,
miaaT ik heb er sleohta zeer weinige gezien,
want de meeaten riin begraven onder dien'
stortvloed, van aarde, zooals men kan merken
aan den stank, die uit de vernielde loopgra.
ven opstijgt, waar groote ondergrondsch»
schuilplaatsen en tunnel» ingestort ziin. zoo
dat diirt geheele slagveld een kerkhof is van man.1
nen. die hegraven werden waar zij stierven,
of voor zif stierven.
Door een merkwaardig toeval riin drie man
nen uit een münknater onder den heuvel van
Si. Eloi liervend te voorschijn gekomen. Ik stond
heden aan den rand van dien krater, hoog bo
ven de glooiende zijden en kon moeilijk goloo-
ven. dart hier iemand aan den dood heeft kun
nen ontsnappen. Maar de Duitschers hadden
veel ach uilplaatsen gegraven in de oude kra
ters. die zich reeds hier bevonden vóór
dleae nieuwe ontstond en na den woesrten atriid
van een jaar geleden, toen wii dit terrein
verloren.
E«n van deze schuilplaatsen was onbeschadigd
gebleven, toen onze groote mijn opgeblazen
werd en twee dagen later kropen drie uitgaf
putte mannen geeöhokt en half versuft, té
voorschijn uit den grond., terwijl alle» om hetf
heen in een gas- en vlammenmassa met vreatf
eelijk geweld in die lucht geeliucerd werd. Zf
waren ongedeerd, behalve in hun riel. waark^
ontzetting heereohte..
Toen lik vandaag In cteraen hdllekuü
stond er een man naast mil. die een jaar
werkt had om dien te graven. Het waa
AuetraUaoih offWar van de genie. Hij sfco
een pijp te rooken aan den rand van den
naattreidhter en eelde opgewekt: „Hot is
kor weer in d» vwsciha luahrt te min".
De voreohe lucht kwam mil van morgen
dat punt niet w» biinonder „lekker" toar» JX
waa vol afschuwelijke geluiden, die met d*|
dood dreigden.
Maar ik begreeip, dat deze Australia»! mmkt
naar hot leven in die open lucht, zalf» een pop»
lucht" al» waarin wij ons nu bevonden. Do»
hij mij vertelde, dat hij bijna twee jaren
der den grond gewerkt had. onder den wtB
in dónkere sappen, welk» onder de Daltoon
linies heen gegraven waren «n dl»
lang» de Duiteohe sappen Repen,, «ome sell
mot de onzen ineen Repen, zoodart de tenet
«tandiers elkaar daar bif die keel grenen