.MSISTHITIE
de dag
BUITENLAND
SANDALEN
F. W. TWEEHUIJSEN,
district Haarlem en Omstreken
Distributie
Refjeeringswarkews
PERS ZEGT
mi.
!&AG 16 JUL! 1917
4ISTE JAARGANG No. 9387
^eesë zuinig met Uw brandstof
[gemeenten Haarlem, Bloemendaal, Bennebroek,
"eemstede, Schoten," Spaarndam en Haarlem-
®erliede en Spaarnwoude).
Tot nader order gedurende eenige dagen
r~ zal door de brandstoffenhandelaren geen
handstof voor huisbrand mogen worden ver
trekt dan op schriftelijke lastgeving van het
mandstoffenbureau of tegen door dat bureau
'frstrekte bons, De uitgegeven turf- en briketten-
°ns blijven dus geldig.
Het publiek wordt beleefd verzocht met het
vragen van inlichtingen tè wachten tot de brand-
sHffenkaarten zullen zijn uitgereikt. 2399
De Directeur Brandstoffen-Bureau,
REITS M A.
Weest zuinig met Uw brandstof
Gemeenten Haarlem en Schoten.
He Directeur van het Openbaar Slachthuis
toaakt bekend, dat door het niet verstrekken van
regeeringsvarkens, de uitgifte van varkens
v'eeschkaarten tot nader order wordt gestaakt.
Bij den inkoop van versch of gezouten var-
wusvleesch behoeven geen zegels maar aan de
slagcrs te worden afgegeven. 2400
Beking is bestormd on ingenomen door
republikeinscho troepen. Sjang-Hsun, de
Cvelhebber der keizerlijke troepen, heeft pen
toe'vlucht gezocht in, het Nederland-
8ehe g e zan t seh a ps geb ou w.
Het Amerikaanscho Huis van Afgevaar-
^joden lioei't een cred ia t van 6 40 mil-
1 0 e u dollar voor den bouw van' vlieg-
tu'gen toegestaan.
an het Oostelijk oorlogsterreih geen bij
zonder nieuws in het Westen behaalden
Huitschers een succes bij den Dames-
^8. do Franschen in Westelijk Champagne.
He Duitschors maakten 350 de Franschen
360 gevangenen.
ïussoiióti Zaadvoort en IJinuiden is een
%u Botterdam komend Duit^ch stoomschip,
„Magdalena Blumenthal," gestrand.
A Li- - CELEN EN STEENKOLEN.
z ]>E MAASBODE stelt eenige „vragen in-
e ce de levensmiddelen" en doet dit op zulk
,jwijze, dat men sterk den indruk krijgt,
vat minister Posthuma het Nederlandsehe
°U vrijwel beetneemt.,
bet U. ^er eer<He vragen van „De Mansbode"
v re fLde wijze waarop de distributie over de
Schillende gemeenten geschiedt.
Amsterdam heeft naar verhouding van
*evolklng recht op een tiende van de aan
wezige,! voorraad van eenig artikel. Van de
Aanwezige aardappelen ontving de hoofd.
stad volgens de mededeelingen der Minister
')p 20 Juni 40 procent, op 21 Juni 68 procent,
p 22 Juni 49 procent, op 23 Juni 48 procent,
25 Juni 32 prcent, op 26 Juni 38 procent,
0'} 27 Juni 18 proeent, op 28 Juni 19 proeent,
29 Juni 19 procent, op 30 Juni 17 procent,
Jj> 2 Juli 20 procent, op 3 Juli 23 proeent.
P het eerste gezicht maken deze oijfers
,'ugal indruk. En zelfs als men, op voor
meld van „Het Volk" deze cijfers eens legt
paast andere cijfers uit de rede des Mimis-
°rs, namelijk naast de geheel e beschikbare
voorraden, dan nog blijven zij al blijkt
'pt' Percentage snel te dalen naarmate de
®l>solute voorraad stijgt verre van onbe
duidend.
Hn wat zeggen die cijfers dan?
"it, dat de gemeenten meer kunnen krij
ten Bun evenredige porties en, natuur-
uk andere gemeenten, minder dan hun
fl.a'' het bevolkingscijfer wel ioekomt
t>an oei iter vnagen wij (Wat ons al zoo
^*'8 een raadsel was). Volgens welken
aaatstaf krijgen üe gemeenten dan wel
?j' porties toebedeeld?
JB' alles gaat in het duister toe. Nie-
efia' (HC or iets van weet- Slechts nu
dan woidt men de ongelijkheid (men
ken ?us geneigd zijn te zeggen: do wille-
j/H gewaar,
re, 0goed als men ervaringen opdoet als
Hoela, die tijdens 'de stakingsdagen
R eens zijn verwondering uitsprak, dat
0o ^Vialistische coöperaties bij de hooge
,»ee der distributie zulk een wit voetje
®fond 6U ^6t ^>eefc van a^n werden be-
deeul6 1<an 1161 nagaan, hoe de goederen ver
stel! Wor(^ea? Werkelijk, gemeenten of in-
itlaarnfGn' meenen bescheiden hun beurt
der ri i, In°oten afwachten, om den leiders
do<ir, HdButie niet onnoodig last aan te
te wn ®.c 9nen nu en dan kwaljjk beloond
is, (:on voor hun deugd, welke een sier
distr;) W. zonder welk» men ook bij de
ttiej) >u ■vv'el oena vejder schijnt te ko-
®eVoi»I1?er Minister Posthuma kans ziet om
'^Oiispl te geven aan den alom geuïten
n naar onenbaarheid, naar. populaire
mededéelihgen in zake de distributie, dan
moge hij eens spoedig iets vertellen van
da aigerneene 'vooruitzichten der volksvoe
ding: vervolgeus eens aanwijzen, hoe de
gemeenten, welke de peulvruchten wèl wen-
schen, die bekomen kunnen; en eindelijk
de vrees trachten weg te nomen, dat de
distributie niet objectief en strikt gelijk
matig geschiedt.
Verder informeert „De Maasbode'' naar de
redenen, die ons gedwongen zouden hebben 25
pCt van onzen aardappeloogst nahr Duitsch-
land en nogmaals 25 pet. naar Engeland uit te
voeren.
Maar vooral ter zake van den steenkolennood
is het betoog van de „Maasbode", dat de minis
ter een onjuiste voorstelling van zaken geeft,
zeer scherp.
Wij willen hier nog eens nadrukkelijk aan-
toonen, dat men van Minister Posthuma nu en
dan een gekleurde voorstelling ontvangt en
niet de kristalheldere, de volledige, objectieve
waarheid.
Zijn cijfers over de steenkolen bewijzen het.
Die cijfers hebben nog al indruk gemaakt.
Vóór den oorlog Bedroeg de invoer, na aftrek
van den doorvoer, 12 millioen per jaar. Ten
minste in 1914 bedroeg die invoer zooveel. De
Minister voegt er niet bij, of misschien 1914
een extra-hooge invoer vertoonde, wat niet ge
heel onmogelijk is.
In 1915 zoo deelt hij mede was de
invoer 7% millioen, in 1915 6.1 millioen ton.
Van dit laatste bedrag- kwam uit Engeland
1.3 millioen, uit Duitschland en België 4.8
millioen. In Maart 1917 kwam uit Duitsch
land en België 286,000 ion, uit Engeland
slechts 11,000 ton; en nadien stond de aan
voer uit Engeland bijkans geheel stil.
Ziedaar de cijfers van den Minister. Zij
schetsten het kolenvraagstuk in den meest
dreigenden vorm, zoodat aan den, anderen,
kant wel de meest ernstige offers gerechtvaar
digd moesten schijnen. Slechts één enkel cijfer
ontnam aan de schets een weinigje schaduw.
Immers deelde de Minister mee, dat de pro
ductie' der mijnen in Nedérland was „opge
voerd" tot 225,000 a 250,000 ton p. maand.
Hoeveel die verbetering bedraagt, ware toch
ook een interessant cijfer geweest voor belich
ting van het kolenvraagstuk.
Wanneer de Kamer ook al moest denken,
dat ons kolentekort moest bedragen ongeveer
6 millioen ton, dan ware het wei wat waard
geweest, als diezelfde Kamer had mogen ver
nemen, dat de productie der Limburgsche
mijnen vlak vóór den oorlog stond op minder
dan 170,000 ton en thans op minstens 2*40,000"
ton per maand, zoodat er een meerdere op
brengst is te hopen van 840,000 ton minstens.
Dit kleine millioen ton kan aan den eind
indruk der cijfers toch beslist nogal iets ten
goede wijzigen.
Echter is er meer.
Vóór den oorlog ging een kleine 70 procent
van onze Nederlandsehe kolen naar het bui
tenland; thans niets.
Wanneer dus in 1917 ongeveer drie mil
lioen ton steenkool voor ons land ge
wonnen wordt uit eigen mijnen, dan komt
aan ons land, bij den tijd vóór den oor
log vergeleken, ten goede het verschil tus
schen 30 procent van een opbrengst van
twee millioen ton 's jaars en 100 pro
cent van een opbrengst van drie millioen
's jaars, dat is dus 2,4 millioen ton. Wij
zouden meenen, dat dit cijfer ter richtige,
objectieve voorlichting der Kamer geens
zins had mogen ontbreken.
Zulk eon belangrijk cijfer aan de Ka
mer onthouden en haar met de andere
overdonderen vinden wij geen fraaie voor
lichting. Nu wij toch de kolen hier be
spreken, en nu nog meer dan ooit vast
staat, hoe daarvan ons geheele economisch
bestel afhangt, is er nog een vraag, welke
ons bezig houdt.
Er is voor liet geheele samenleven geen
arbeid zóó nuttig als die van een mijn
werker. Wel komt er een punt dat aan
de capaciteit der verschillende mijninstal
laties geen hoogere eischen meer te stel
len zijn, zoodat aanstelling van meer mijn
werkers toch de kolenproductie niet zou
verhoogen. Echter meenen wij, dat nog
zeer talrijke mijnwerkers, tot ontzaglijk
voordeel van onze samenleving aan den
arbeid kunnen worden gesteld.
En wat kon men tijdens de staking van
dr. Pools vernemen? Dat nog zeer vele
Limburgsche mannen, door den militairen
dienst aad den mijnarbeid onttrokken wor
den. Is dat een toestand? Moet daar niet
onmiddellijk een eind aankomen?
Vatten wij de hoofdzaken saam, dan
oonstateeren wij, dat ons volk nog steeds
in het duister tast, dat voorlichting en
nog eens voorlichting geëischt mag
worden. Zelfs als straks een centraal
lichaam de leiding krijgt en wat meer
het v e rb a n d waarborgt tusschen de ver
schillende branches, dan nog moet de eisch
blijven voorlichting en nog eens voor
lichting. Dat die voorlichting eenv tikje
meer oprecht kan wezen of, om het wel
willender te zeggen, het volk en de Ka
mer minder als onmondigen moest behan
delen, hopen wij ook aannemelijk gemaakt
te hebben.
WERELDBRAND'
HET RUSSISCHE OFFENSIEF BIJ PERE-
HINSKY FRANSCHE EN DUITSCHE AAN
VALLEN IN HET WESTEN.
Een dusver niet bevestigd beiïcht uit Pe-
trograd meldde gisterenavond, dat do Rus-
sein er in geslaagd waren de Duitsch-Oosten-
rijksclie legers ten Zuiden ou ten Noorden
van den Dnjiester van elkaar af te scheiden
en dat het Zuidelijke Oosbenrijksche Jeger
in vollen aftocht was naar de Karpathen.
Ofschoon wij van dit bericht nog geenerlei
bevestiging ontvingen en tzne.li de Onjtrn'u:
noch de Oosbenrijksche legerberiuhten ook
maar iotsvan dezen aard laten doorscheme
ren, zou het toch niet onmogelijk zijn dat
het inderdaad zoover kwam.-
De Russen meidden toch in hun laatst
ontvangen legerbericht reeds, dat zij de Lon-
nitza-o ver gangen bij Berehinsky hadden be
zet. Dit dorp ligt plm. 35 K.M. ten Zuid-
Westen van Kalusz aan den eenigan groeten
verbindingsweg, die in deze streek naar het
zuiden loopt.
Een verder voortdringen der Russen naar
het westen in deze streek zou inderdaad tot
een splitsing der Oentrale legers kunnen lei
den..
De Duifcsche en Oostenrijksche legerbe-
richten spreken echter slechts van kleinere
gevechten langs de' Lomnitza, en ook Petro-
grad bevestigde de sensationeel» mededeeling
nog niet, zoodat er vooralsnog geen reden
is om aan te nemen, dat het reeds zoover
gekomen is.
Inmiddels zijn er aanwijzingen, dat aan
het Westelijk front de .strijd ophieuw gaat
ontbranden. De luchtgevechten nemen er reus
achtige verhoudingen aan; en bij dan Dames-
weg zijn de Dnitschers opnieuw tot den aan
val overgegaan. Volgens het Duitsche leger
bericht veroverden zij over een front van
1500 M. en tot een diepte van 300 M. de-
Fransche stellingen. Het Fransche legerbe
richt staat hun slechts 300 M. voorste loop
graaf toe.
De Franschen vielen op hun beurt aan
ten Noorden van het bekende heuvelcom-
plex in Westelijk Champagne en doelen mede
800 M. front ter diept© van 303 M. veroverd
te hebben.
De "oude vertooning, zooals men ziet.
DUITSCHLAND.
DE POLITIEKE CRISIS - DE NIEUWE RIJKS
KANSELIER.
Tot Rijkskanselier, werd door den Keizer
benoemd Michael is, de Pruisische ..voedings
dictator".
Hij is een man zonder politiek verleden.
Vandaar dat er eigenlijk nergens verzet te
gen zijn benoeming rust. Van den nu ontsla
gen Rijkskanselier is Keizer Wilhelm blij
kens zijn afscheidsbrief, „met bezwaafd hart"
gescheiden.
Michael is onderhandelt nu met de verschil
lende partijen. Ook von Hindenburg en Lu-
defderff blijven eonfereeren. Zij schijnen aan
te sturen op wijziging der vredesresolutie.
De toestand is nog geenszins helder.
VERSPREDExBERICHTEN
buiten de wet gesteld.
In het Londensche tijdschrift „Country
Life," schrijft ©en zeeman, die maandenlang
in de Noordzee op jacht naar duikbooten
geweest is, dat in tal van gevallen men slechts
do vlucht der meeuwen te volgen heeft om
een duikboot op 't spoor te komen. Deze vo
gels nebben onbewust den zoekers onschat
bare diensten bewezen. Nietzoodra heeft hun
scherpziend oog een periscoop ontdekt, of
zo vliegen uit het water op en zweven in
groote kringen om het zonderlinge voorwerpt
heen, waarbij ze een luid verwonderd ge
schreeuw doen hooren, dat de in den om
trek kruislende schepen opmerkzaam maakt.
Meer dan eens hebben deze meeuwen een
onderzeeër doen vinden, die men langen t:jd
vergeefs gezocht had.
„Country Life" brengt tevens in herinne
ring, dat papegaaien het naderen van vlie
gers kunnen waarnemen, lang voor het me:i-
schelijk oog ze vermag te ontdekken. Een
ander bekend feit is, dat wilde vogels dik
wijls behulpzaam zijn bij het uitvinden van
verborgen vijandelijke artilleriestellingen. Zij
vliegen n.l. in zwermen weg van de punten
waarvan het kanongedonder uitgaat en koe
ren terug onmiddellijk nadat het schieten
heeft opgehouden.
DE RUSSISCHE TARWEOOGST IN 1916.
Naar wij in „Svenska Dagbladet" van den
8en Juli 'lezen, is het Russische centrale
bureau voor statistiek thans gereed met zijn
rapport over den oogst van liet afgeloopen
jaar. Uit dit rapport blijkt, dat do opbrengst-
van den oogst van winter- en zomertarwo
resp. 6.745.225 ton en 9.210-.855 ton bedroeg
of tezamen 15.956.080 ton togen 22.156.4oi
in-1915 en 19.679.032; de doorsnee-opbrengst
van de laatste vijf jaren. Tegenover 1915 was
dus do opbrengst van den oogst van het afge
loopen jaar 6.200 371 ton of 28 pCt. minder.
Naar men weet, is dit jaar de bezaaide
oppervlakte aanmerkelijk geringer dan het
vorige jaar en is ook de stand van den
oogst tengevolge van den slechten winter min-
_djgr goed. v
DE STRIJD OM AVION.
Philip Gibbs beschrijft in de „Daily Chro
nicle" een episode uit den strijd bij Avion,
in welken deze voorstad van Lens door de
Canadeezen werd verovbrd.
„Tijdens een lievig onweder, dat zijn don
derslagen en zijne bliksemlichten op angst
wekkende wijze paarde aan het tumult en
de vlammen der zware kanonnen, begon gis
terenavond een kleine slag om Lens iieen
en ten Zuiden van Oppy.
Ik zag het begin van den slag en bleef
het vreeselijk kanonvuur aanzien, totdat de
duisternis en zware wolkbanken deze mijn
werkerssteden onzichtbaar maakten, waarin
menschen tusschen de barstende granaten
met elkander vochten. Dat begin was angst
wekkend en men voelde in de ziel de ellen
de van dit ontzettende wereldtreurspel, ge
troffen 'door de vreemde atmosferische ver
schijnselen en die aangrijpende^ mengeling
van donderslagen en artillerievuur, dat was
alsof dc goden woedend waren en de eeuwige
kracht hunner bliksems wilden toonen, bo
ven clêzen menseiienstrijd uit.
Ik stond een poos naast „Oud grootmoe
dertje", een van onze geweldige houwit
sers en zag haa'r met stevige, schokken vlam
men blazen uit haar groote stalensnuit,
waarop dau dreuningen volgden die iemand
het hoofd van de romp leken to scheu
ren. En dan een hoog klokkend geluid als
tlev monsterachtige granaat wegvliegt'naar
de vijandelijke stellingen. „Mijn God!" zei
een toeschouwer, „kijk eensl" Hij w'ees met
zijn stok nahr een zwarte smeurweg langs
de lucht, verbaasd omdgt hij Het projectiel
in de vlucht kon zien.
Maar op een uur, waarop in deze zomer
dagen de zon anders helder en warm schijnt
op de roole daken Van do mijristad, begon
de lucht vreemd donker te worden. Do at
mosfeer was stil. Een blauwe schemering
kroop over het landschap. De boomen van
het Zwaluwenbosch en de torens van Lens
werden zwart. De ruïnes, vefweg achter Vi-
my die van Souchez en Ablain St. Na-
zaire zagen spookachtig wit uit.
„Gaat de goeie oude Duitsche dondergod Thor
weer eens aan liet werk?" vroeg een kame
raad, die met mij in denzelfden granaat-
trechter zat.
Granaten van onze zware Jiouwitsers, die
nu achter ons waren, vlogen over onze
hoofden heen met een geluid zooals kome
ten met lange staarten moeten maken. Ik
zag ze in Avion en Lens uiteenbarsten, en
massa's zwarte rook verspreiden.
In de stille lucht klonk het gezoem van
vele machines. De duister wordende lucht
was vol zwarte stippen Kngelsche vlieg
machines, die boven Avion en Lens verken
ningstochten uitvoerden. Een Duitsche waar-
nemingsballon, die over ons deel van het
slagveld uitkeek,' werd bang en waggelde
naar beneden.
Het w.as toen precies zeven uur. Onze
kanonnen hadden bijna opgehouden te vu
ren. Hier en daar lieerschte langs het slag
front een vreemde, onheilspellende stilte,
slechts onderbroken door een enkel schot
of liet: snerpend gegil van een Duitsche
shrapnell, of den doffen slag van een met-
ontploffend Duitsch projectiel.
Het was bijna donker geworden. De klei
ne Souchezrivier was niet blauw meer. Lens
en Avion waren door liet duister opgeslokt.
Een lange rollende donderslag deed den
hemel trillen en de bliksemschichten zigzag
den boven de Vimy-hoogte en lieten de open
gescheurde" aarde wit glanzen. En toen kwam
een woeste regenbui opzetten.
Ja de goeie oude Duitsche dondeigod
is "weer aan den gang," zei mijn kameraad,
die bij mij in den granaattrechter zat. „Zoo
treffen wij het nu altijd."
In tusschen was het tien minuten over ze
ven geworden en wij hadden gehoord, dat
de slag om zeven uur zou beginnen. Mis
schien was hij uitgesteld. Maar juist op
dit oogenblik begon het.
Eerst een geweldig gedreun van onze ka
nonnen, niet alleen achter ons, maar ook
ver weg naar rechts en links. Massa s gra
naten vlogen over ons heen, alsof kome
ten de goddelijke natuurwetten geschonden
en hunne sfeeren veriaten hadden. Verweg
om Lens heen ontploften zij met bnnv-
VOGR DE VACA^TIE
TEL. 1770
Barieljorisstraaf 27.
opslaande vlammen en veroorzaakten er
branden. Buiten de Cité des Moulins, aan
den Westelijken zoom van Lens, steeg een
lange keten van gouden fonteinen op, alsof
er kleine mijnen waren opgeblazen-en daarna
niets dan een hooge bank van witte, on-,
doordringbare rook.
Rechts van Avion vormde zich ook een
rookversperriug en daar boven uit rees een
van de vreemdste dingen die ik in den
oorlog heb gezien.
Het was een vrouwenbeeld, kolossaal van
afmetingen, zoodat het hoofd den hemel
scheen te raken. Het was niet maar zoo
een fantastische verbeelding, zooals men soms
iemand die naar do wolken kijkt, hoort zeg
gen: „Wat. lijkt dat op Gladstone," of „Kijk
eens, net een kameel, of een schip." Dit
vrouwenbeeld van witte dichte rook leek
uit steen gehouwen en het was alsof het
't slagveld overzag. Minuten lang bleef het
zoo, onveranderd."
DE AANVANG VAN HET RUSSISCHE
OFFENSIEF.
Do „Times"-correspondent bij de Russisclir
legers op het zuidoostelijk front seint aa;
zijn blad:
„Van dc observatiepost van d n corpscom
mandant af heb ik alle phases gevolgd van
den artillericstrijd 'die onze Russische bond-
genooten hebben gevoerd op een schaal, zoo
als ik nog nooit tevoren op dit front heb ge
zien.
Er is thans een einde gekomen aan de be
zorgdheid en 'den twijfel of do Russische le
gers weder liet offensief willen opnemen.
Hot eerste groepje gevangenen die gisteren
avond werden gemaakt bij eene verkenning,
welke uitgevoerd werd om de uitwerking van
het bombardement vast te stellen, zijn juist
voorbij mijn venster gelrokken op het oogen
blik dat ik dit schrijf. Uit hunne verklaring
blijkt, dat de hoop des vijands op da waar
deloosheid der Russische legere ruw ver
stoord is.
De dorpelingen, die nd de Russische vor
deringen van het vorige jaar weer naar lmnno
haardsteden waren teruggekeerd, werden
overhaast naar achter het front gezonden.
Precies om 4 uur 49 verbraken de kanon
nen het zwijgen dat drie maanden heeft ge
duurd. Na een paar schoten om den afstand
vast'te stellen, bulderde het geheele koor der
kanonnen op dezen sector onophoudelijk tot
zeven uur 's avonds, 's Nachts viel een zware
regenbui, die de stofwolken neersloeg, zaodat
de kanonniers weder een vrij uitzicht lm i-
den.
De uitmuntende foto's van de vijandelijke
posities,'welke de vliegers hadden gemaakt,
bleken van onschatbare waarde te zijn. Ieder
versterkt punt, iedere observatiepost en artil
leriestelling word opgezocht en vernield of
zwaai beschadigd. De granaten sneden wegen
door de vijandelijke draadversperringen.
Reeds spoedig was de eerste vijandelijke
loopgravenlinie onhoudbaar geworden. Op een
punt waar do stellingen zeer dicht bij el
kander lagen, kwamen een honderdtal vij
andelijke soldaten naar de Russische loop
graven kruipen en gaven zich over. Zij ver
klaarden, dat zoo dit bombardement voort
duurde, de vijand de frontlinie zou moeten ont
ruimen.
De aigerneene meening is dat de Russische
artillerie uitmuntend werk levert en dat de
geheele voorbereiding uitmuntend is.
Een merkwaardig verscLninsel bij dé ope
raties van gisteren was de wijze waarop
de vijandelijke artillerie haar werk verrichtte.
Blijkbaar hadden zij precies den schootsaf
stand opgekregen. Gedurende de verbroodc-
rings-periodo hadden vijandelijke militairn
in Russische uniformen gekleed de Russi
sche artillerie-stellingen en observatieposten
opgenomen. Nu en dan troffen granaten uit
de 10.5 c.M. houwitsers van 'den' vijand onze
kwetsbare plaatsen. Kapitein Kazarinof werd
op kleinen afstand van mij gedood door een
granaat die in do observatiepost terecht
kwam en een half uu,r lang moesten wij dek
king blijven zoeken in een bomvrije schuil
plaats. Onze totale verliezen bedroegen dien
dag: twee officieren en een twintigtal sol
daten, die in de loopgraven gewond werjpi,
benevens een half dozijn artilleristen. Die
van den vijand zijn nog niet vastgesteld,
maar moetien in de duizenden loepen.
Juist tegen zonsondergang dacht de vij
and dat wij tot den aanval zouden overgaan.
De enorme stofwolken welke door ons bom
bardement opgejaagd werden, brachten hem
in de waan, dat onze troepen reeds in zijne
eerste loopgravenlinie waren gedrongen, zoo
dat hij een lievig spervuur op zijn eigen
troepen richtte. Na het vallen van den nacht
beschoten zij opnieuw hunne eigene stellin
gen toen onze patrouilles die opzochten. Vol
gens de berichten van deze patrouilles heeft
liet vuur onzer artillerie de versterkte pun
ten en do machinegeweer-emplacementen in
de vijandelijke stollingen geweldig geteisterd,
Ik heb op nïijh reis liierheen en gedurende
mijn verblijf aan het front gelegenheid gehad
oiri te spreken met een groot aantal soldaten.
De overgroot© meerderheid van hen begrijp!
den plicht jegens hun vaderland en de geal
lieerden. Do Russische troepen in do front
linie, die de uitwerking van het bombardement
hjadden gadegeslagen, lieten de mannen in da
mt or naar achter gelegen stellingen het goed«
riimiws weten. Sommige soldaten zeiden tol
mij
„Nu zal het wel te gevaarlijk worden voot
de Duitschers om nog meer divisies naai
Frankrijk te zenden. Wij willen dat on&i
bondgenooten weten dat wij gaan vechten. Wj,
weten hoe zij ons hielpen toen Wij in moei'
lijkheden verkeerden'. Wij zijn niet ondank
baar
NIEUWE HMRLEMSCHE COURANT
^.-.rmmmmsiCTasy- n i^ii ■■■mn n
A
De ex-Tsaar en do geheele familie Romanof
staan thans bunten. de wet zoo-schrijft men
uit Lausanne aan bet „Hbid." Eenerzijds heeft
de Voorloopige Regeering besloten na de ex-
Keizerlijke familie haar bezit ontnomen te
hebben, haar desniettemin gelijk ieder ander
belastingplichtig te verklaren en aan al hare
privilegiën ook in dit opzicht oen einde te
inaken.
Welk eene geweldig» omwenteling de enkele
confiscatie van hot bezit der Romanofs reeds
beduidt, zal men "begrijpen, wanneer men be
denkt, dat het inkomen alleen va.u liet hof minis
terie 42.148.000 roebels bedroeg. De jaarlijks-che
uitgaven, waarvoor het rijksbudget aansprake
lijk bleefr.(bedroegen onder andere: voor het
Keizerlijk huishouden 867.000 roebels: voor het
onderhoud der paleizen te Pefrograd 2.460.000
roebels, te Pjotrodvor 1.117.000 roebels, to
Tsarakojo Selo 1.035.000 roebels, te Gatsjina en
Moskva 1.444.000 roebels; vcu>r do administratie
van den hofmaarschalk 1.619.000 roebels; rooi
de stallen en garages 1-338.000 roebelsvoor de
Keizerlijke jacht 345.000 roebels: voor het Kei
zerlijk eetservies 39.000 roebels; voor de bewa
king der paleizen 1.041.000 roebels. En dit is
no" lang niet alles.
Eene belangrijke bron van inkomsten waren
bovendien nog de apanages. Hoe groot deze
bron was is nog niet precies bekend, doch vol
gens een gedenkschrift uitgegeven in 1897, toen
het honderd jaar geleden was sedert Paul I de
apanagos instelde, zoude men tot de conclusie
komen, dat zij ongeveer 20 millioen roebels
opleverde. Zij vloeit voornamelijk uit wijnber
gen, visc-livijvers, molens en dergelijke voort.
Dan heeft men de zoogenaamde kabinetsgoe
deren, over het lot waarvan de komende Con
stitutie zal hebben te beslissen. Zij zijn gelegen
in de twee reusachtige Siberische districten
ARaj en Njertsjinsk, die eene phenomenal» ont
wikkeling der mijnindustrie beloven. De Altaj
beslaat bijna 42 miillioen bunder, vijf zesde ge
deelte van Frankrijk. Hiervan behoorden den
Tsaar 16 millioen bunder. De helft van dit land
is met oerwoud bedekt, wat op zichzelf econo
misch reeds een onberekenbare achat is. Van
de 24 millioen bunder van Njertsjinsk behoor
den er 10 aan den Tsaar. Ook in dit gebied zijn
goud. zilver, ijzer, lood, soda overvloedig aan
wezig. De Kroon had er het 'monopolie van den
mijnbouw, voor wat hare eigene goederen aan
gaat, en hief regalia van de delfstoffen-op
brengst van particuliere goederen.
Dit alles is nu uit. Met een enkelen peuné-
streek heeft de revolutionnalre r-egeering de
Romanofs van hunne rechten vervallen ver
klaard. Anderzijds evenwel wensckt zii hun niet
de gewone burger rechten te laten uitoefenen.
Do revolutionnalre socialistische partij had
door doctrinairen rechtvaardigheidszin gedre
ven, der rechterlijke commissie ter voorberei
ding der Constituante een verzoek gedaan be
treffende de toekenning van het passieve kies
recht aan do ex-keizerlijke familie. Dit verzoek
is van de hand gewezen op den grond, dat an
ders aan de beweging tot restauratie der mo
narchie een legitiem karakter pude worden
gegeven.
MEEUWEN ALS VERRADERS DER BUIK
BOOTEN.
2017