NiEUWE HUIL cniim DE DAMI AATJES bertranddu guesclin BUITENLAND BINNENLAND Het Socialisme. FEUILLETON Tweede Blad No. 39 Saterdag 28 Juli I. Rped.3 op 5 Augustus 1914 brak de socia listische mitraüleurlading over het "Katho licisme los en knetterde het dagblad „Het Volk" zijn sissende kogeltaai onder zijn volkje: „Waar zijt gij nu uitverkorenen en j geroepenen in den Wijngaard des Heeren, net uwe hartstochtelijke protesten' Er wordt pnieuw geslacht, verwoest, gemarteld, go- termd, geleden, verwenscht.' Waar klinkt jhans uw stem... volgelingen van den Hei- Wid... Waar blijft uw jammerklacht bij de Jche'nnende kruisiging, van het moderne pro letariaat' Dan beantwoordt Paus Benedictus XV in Zijn Encycliek over den vrede de sodalis-- Hsche Uitdaging als volgt: Nog 'andere schapen heb Ik, die niet van dezen schaapstal zijn, ook deze moet Ik lei den en zij zullen naar Mijne stem luisteren. De H. Vader verlangde dus de socialisten die niét tot onze kudde behob.ren, to leiden vermits zij Zijne stemmen als die van oen Vriend en Vader der menschheid geliefden te hooren. Want de woorden van den Paus zij waren als een proclamatie tot de chris tenheid in 't bijzonder zoowel al3 tot do volkeren in 't algemeen. Zijn toespraak iwas die van een verheven Vriend des volks, van teen groot Weldoener van het geteisterd© natonschdom. Zijne Heiligheid rekende tot Zijn© hoorders de geslachten van all® taal en ge loof e^Hij richtte zich goedertierend tot (Vorsten en burgers. .Overheden en onderdanen, tot allen hetzij katholiek of protestant, libe- iralist of socialist, anarchist dan wel materia list, tot allen, vrijmetselaar en geloofvervoLger hiet uitgesloten. Drie maanden na het uitbreken van den krijg ging het geluid van Benedictus XV. over de wereld en heb hart der mensohheid werd beiden verkwikt en opgeschrikt. Verkwikt .wanneer het las: „Overal overheerscht het 'allerbedroevendste schouwspel van den oor log, bijna niets anders is er thans dat de gedachten der menschen bezig houdt. De grootste en door welvarendheid meest voor name volkeren, verkeeren met elkander ia strijd. Er is dan ook geen grens aan de verwoestingen en aan den moord; eiken dag opnieuw wordt de grond overstroomd met bloed en bedekt met gewonde en ontzield® lichamen. 'Zou men zeggen wanneer men de eenen zoo vijandig tegenover de anderen ziet staan, dat deze allen voortgesproten zijn •uit een mensch, dat zij van dezelfde natuur zijn en belmoren tot dezelfde maatschappij. Zou mien hen erkennen als broeders wier bene Vader in den Hemel is. Ondier den diepen indruk van zoo gPöote ramplen hebben wij de Vorsten en Staatshoof den met aandrang bezworen, dat zij, be-, djenkende hoeveel tranen en hoeveel bloed reeds 'vergoten zijn, zich zouden haasten, aan hun volkeren do levensbelangen van den vrede terug te schenken. Moaht spoedig weer klinken: Vrede op aarde aan de menschen van goeden wil. Dat zij toelr luisteren naar die stem, wij smeeken het hun die h©t lot der volkexen in handen hebben. Er liggen toch zeker andere wegen open en ©r zijn andere' middelen bij de hand, waarop de rechten, die geschonden mochten zijn, kun nen worden hersteld. Laten ze de wapenen neerleggen en (lie middelen beproeven, oprecht bezield met goude trouw en welgezindheid." Ziedaar het eerste vredelievende pretest van den Stedehouder Gods tegen de ramp zalige menschenslachting, die ran beide zif tten woedend gestreden wordt, Is dan van uit den Wijngaard des Heeren aan dje oorlogvoerende .wereld niet vadièr- lijk vermaand de zwaarden pp te steken en de geschonden rechten in der minne te. re gelen. Tier wijl er, om met „het .Volk" van b Aug. 191.4 to spreken, opnieuw geslacht, verwoest, gemarteld, gekermd, geleden en yerwenscht werd.klonk de smeekende stem van dsn .Vredevorst vanaf zijn .Vredesrots, fiat zij die het lot der volkeren in handen hebben, toch luisteren naar die stem om aan de volkeren de waarachtige belangen van den vrede terug te schenken. En sindsdien heeft de Paus zijn tusschen- komst verleend in tal van gevallen ®n om standigheden en mocht Zijne Heiligheid tot zegen der verzoekers welslagen bij d© Hoof den der Staten, wanneer anderer tusschan- komst vruchteloos was gebleken. En als dan „het Volk" van 5 Augustus 1914 eindigt met de rauwe kreet uit de van geloofshaat riekende volksmond: „Waar blijft uw jammerklacht bij de pchennéndo kruisi ging van het moderne proletariaat," dan moot het socialisme tot zijn beschaming en tetr zijner overweging hooren: „Nooit wellicht ls er zoo luide gewag ge- „maakt van menschelijke broedereohap als „tegenwoordig; ja zelfs aarzelt men niet met „verwaarloozing van het Wóórd des Evange lies, met terzijdestelling van het work van „Christus en de kerk, dit streven naar broe derschap te verheeiTijken, als een van de „grootste werken die ihet menschdoju onzer „dagten heeft voortgebracht. 'In waarheid ech- „tte'r heeft men nimmer pnder de menschen „mindtet broederlijk gehandeld dan thans. 'Al- „terwreedst is de haat jegens rassen-vur- „schil. Hét eene volk wordt van het andere „véél meer door naijver dan door grenzen „gescheiden. In dezelfde gemeente, binnen „dezelfde muren gloeien de verschillende klas- „spn der burgers van onderlinge afgunst; „tussohén do bijzonder© personen wordt, alles „door teigenliefde geregeld als door de hoog- „ste wet." De kreet van verwijt van „het. Volk" is niet nieuw, het is de kreet Van alle tijden, h|e:t Sis 'de kreet van de 20 eeuwsch© rooi© gemeenschap die rood van broederliefde^ daar entegen steeds geler woxrit van haat jegtens Priester en Kerk, Christendom en zedeleér. Het dateert niet van 5 Augustus 1914 dat de socialisten verweesd van Kerk en Chris tendom, ffot de 'bedienaren des geloofs h©t verwijt wichten dat zij het proletariaat, de niet bezittende klasse, de arbeidersstand Iaat omkoimen in maatschappelijke ellende en voor het ,wel en wee dier klasse geen oog en 'géén hlart heeft. Het socialisme hteeft. vanaf zijn ontstaan anti-katholicisme gekweekt en gepropageerd. De sooialisten beschouwen en toonen zich dan ook de aartsvijanden van het R. K. geloof. Zoo schrjeef Guyot in der Sozialdemocraaï hat das Wort, „nooit zullen des.-d. zegevieren, zóólang het christendom de nederlaag niet bjeeft geleden. Wijlen Bebel, d© grootmees ter dor Duitecho socialisten verklaarde in 1881 in den Rijksdag: „Wij streven op gods dienstig gebied naar de godloochéning."_Troe- sfra noemde in „het Volk" van 3 Juni 1903 „het geloof aan God een hinderpaal om so- ciaal-democraat te worden." In 1887 op het Soo. Congres to Gént liet zich een rooio broeder onder applaus als volgt uit: 't Zal ons een vermaak zijn den doodstrijd der priesters te zien. Neergeworpen In de goten der straten zullen ze van honger ster vent langzaam!, verschrikkelijk, en dat voor onze oogem. Dat zal onze wraak zijn. Voor het pleizier van die wraak en een glas Bordeau verkoopen wij gaarne onze plaats in den hémel, Wat zeg ik. Wij willen geen hemel, wij Vragen de hel met al het genot dat er aan vooraf gaat. B|ön hemel laten wij aan den God der papisten en aan die eerlooze geluk zaligen. In Mei 1914 liet in een rede, sprekende ovér Geloof en Kerk, het Kamerlid Buys overduidelijk uitkomen dat hij als socialist al dié dingen aan zijn laars lapte en 's mor gens bad: „O Heer, o Heer, laat mij; toch nooit gjetoovitr worden, want dan wordt ik ook zoo als de geloovigen, die, volgens den hjeer Buys, „liegen en bedriegen." En ten slotte: een tiental jaren geleden werd op een socialisten-congres, het voorstel dat de socialistenbond, scherper partij zou kiezen tegen den godsdienst verworpen, om dat de opreohtneid van die verklaring, nadeelig zou kunnen werken. Allen erken den het: ae bond staat Vijandig tegenover allen godsdienst, maar voegde de meerder heid uit voorziohtigheid toe, wij kun nen dit niet in ons program schrijven, want.... dan zouden wlij' de domme massa, waar het ons toch eigenlijk om té doen is, teveel af schrikken. En don dommen massa werd op 5 Augus tus 1914 door knaleffect kondschap gedaan dat de uitverkorenen on de geroepenen in den Wijngaard des Hoeren bij de slachting, verwpesting én marteling lijdelijk zouden toe zien, geen klacht slaakten om de kruisiging van het moderne proletariaat (een ander pro letariaat bestaat or voor de rooie broederen eenmaal niet) te betreuren. Hjeit is overbekend wat al niet .aan men- sohenliefdo en mensohenaegen door do Eerst- geroepene, Z. H. de Piaus, is tot stand ge bracht, «onder op nationaliteit of religie te letten. Maar ook overbekend is hét feit van iederen po.litieken dag dat het socialisme het Katholicisme geen lauweren, geen overwinnin gen gunt, vooral niet wanneer die lauweren als gevtoohton zijn van troost en medelijden met de slachtoffers van den wreeden Oorlog. Want inderdaad, do maoht moet het socia lisme zich verzekeren door het stembiljet van leege hoofden en dorre harten, van de domme massa, die bij' de verkiezingen reeds alleen te koop loopen om de godsdienst!- hatende politiek aan meevallertjes ta helpen. Dia domme massa, eisoht een domme maat schappij, gelijk het beeld van een maatschap- Pij zonder God en godsdienst te aanschou wen geeft. Ei» domme massa heeft door haar politiek dan ook voei bijgedragen tot de ontketening van dezen werelastrijd, als een dom en dwaas uitvloeisel van een godsdienstlooze algemeen© politiek, waarin do tactiek van het recht van den étorksto, eon socialistische tactiek bij uitstek, de .volkoren mede tot e©n wan hopig langdurig gewapend verzet heeft ge leid. Hoe die propaganda onder do domme massa dor 8. O- A. Pers wordt gevoerd «uilen wij in eon vervolg artikel nader «ien. KAMERBEEK. VERSPREIDEvBERICHTEN WAT „TOMMY EET. In een reeks artikelen, getiteld „Hoe Enge land ten oorlog ging", deelt Frederick A. Talbot o.a- eenige bijzonderheden aangaande d» voeding van het Engelsoke leger mede. In tegenstelling met vroeger, toen de soldaat tamelijk geringe rantsoenen kreeg, wordt de moderne Soldaat uitmuntend en overvloedig gevoed. „En zoo behoort het ook te zijn," zegt de schrijver van het artikel. De soldaat, als eenheid beschouwd, moge een betrekkelijk onbeteeke- nend tandje zijn in de enorme, ingewikkelde militaire machine, maar zoo als de resultaten hebben aangetoond, zijn initiatief, het vermogen om vlug te beslissen en te handelen bij iederen soldaat individueel nooit zóo noodzakelijk ge weest als thans. „Vandaar dan ook ons besluit om geen moeite te sparen om onze strijders ruimschoots te voorzien van all03 wat voor zijn levensonder houd of zijn gemak noodig is. Prima en over vloedig voedsel geeft den soldaat de energie en het uithoudingsvermogen, die de moderne ge vechtsmethode en omstandigheden noodzakelijk maken." Iedere Engelsche soldaat in Frankrijk ont vangt het volgende dagelijksobe rantsoen: vleesch (verseh of bevroren) 1 pond, brood 1 pond 4 ons, spek 4 ona, kaas 8 ons, groenten, (gedroogd) 2 ona, thee 5/8 ons, suiker 3 ons. zout Vt ons, gecondenseerde melk 1/12 bus, wat mosterd en peper (Engelsch gewicht.) Het normale rantsoen der soldaten in Enge land is een vierde minder, doch wanneer zij zwaren arbeid verrichten of de oefeningen in spannend zijn, kan het legerbestuur hun dezelfde rantsoenen a's aan het leger in. Frankrijk laten uitreiken. Vermenigvuldigt men nu de genoemde ciifers met een miillioen, dan krijgt men zeer indruk wekkende cijfers. Het Engelsche leger in Vlaan doren gebruikt per millioen man per week 8.500.000 brooden of 10-500.000 pnd. brood, ter wijl do troepen, die zich nog in Engeland bevin den, 2.800.000 brooden per miillioen man verbrui ken. Ook de vleeschrekening is tamelijk groot. Een millioen man als eenheid aannemend, verbruikt Tommy in Frankrijk 7.000.000 pond vleesch per week; thuis stelt hij het soms met minder, n.l. minstens 5.250.000 pond- Dit beteekenti, da,t hij wekelijks 8.500 tot 10.000 stuks hoornvee en 102.000 tot 117000. schapen verorbert. Maar ook de artikelen waarvan iedere man slechts betrekkelijk kleine porties verbruikt, vor men ©ene belangrijke hoeveelheid, daar ze met een zoo groot getal vermenigvuldigd moeten worden. Nemen wij weder het millioen tot eenheid, dan heeft Tommy per week 109.875 pond zout, 12.250 pond peper, 8.750 pond mosterd noodig om zijn eten smakelijk te maken; en bovendien drinkt hij 570.000 bussen gecondenseerde melk leeg- Het leger in Engeland krijgt de volgende ar tikelen niet: kaas, groenten, jam, mosterd, peper en melk. Die kan d© soldaat aan de oantioe koopen en daarvoor krijgt' hij eene toelage van 262.500 pd.sti. per 1.000.000 man per week. Aan geoomprimeerde. gedroogde groenten verbruikt onze eenheid 875.000 pond per week. Waar mogelijk krijgt de soldaat een half pond versche groenten In plaats van de gedroogde. Het verbruik van aardappelen der geheele En gelsche strijdmacht' in Frankrijk is 20.000 ton per maand. Bovendien krijgt Tommy ook lekkernijen: limonade, soepblokjes, vleeschoxtract, okocolade en soms, op mediipcli advies, ook wel wat rhum. Dan boter, 6 ons per week, en pickles (8 ona pe<r week.) Een bijzondere moeilijkheid leverde de ver zorging der Indische troepen, toen die nog aan het front streden, daar al de ritueeele gebruiken meeaten worden in acht genomen en het voedsel moeat afwisselend en voedzaam zijn. De moei lijkheden van den proviandeeringgdienst ziin nog belangrijk vergroot door het feit. dat troepen en arbeider# uit alle werelddeelen naar Fankrijk kwamen en volgens aard en gewoonten ver zorgd moesten worden." DE DUITSOHE BIJENTEELT. De „Deutsche Tageszoltung" van 15 Juli wijst er op, dat de bijenteelt in deze tijden van auiier- sohaarschte van zeer groot belang is. Wel wordt er veel saccharine gebruikt, maar al is het zoet- gehalte hiervan ook buitengewoon groot, zij be zit niet de minste voedingswaarde. Honing daarentegen ia nog voedzamer dan suiker. De bijenteelt was reeds ia over-oude tijden in Duitschland inlieemSoh. Ileeds de oude Ger manen legden er zich op toe, zii het ook in hoofdzaak voor do bereiding van hun „mede," een honingdrank, waaraan zij zich maar al te vaak tebuiten gingen. Ook later Weef de bijen teelt in hoog aanzien: de kroniek van Nürn- berg meldt bijvoorbeeld, dat) voor een bijen zwerm 5 gulden werd betaald en tegelijkertijd voor een koe slecht© 8 gulden. .Volgens de Laatste officieels telling waren er in 1912 ln Duitsoh&nd niet' minder dan 2.030.887 bijenkorven; op Iedere 1000 inwoner» dus 40. De bijenteelt wordt voornamelijk ln het Zuid- Westen, hét Noord-Westen en het Noord-Oosten vain iiat rijk gedreven. D® 9treok, dié het rijkste aan bijen ie, zijn de Hohenzollernlandenin Sig maringen vielen op ieder© 100 inwoners 12,2 bijenkorven, of op iedere 8 personen één bijen zwerm. In het Noord-Westen ia de bijenteelt op de heidevelden van oude beroemd. Hier echter was den laatsten tijd een niet onaanzienlijke achter uitgang waar te nemen. Van 1907 tot 1912 ver minderde het aantal bijenkorven in de provinoie Hannover met meer dan 87.000 stuks. Terwijl het district Stade in 1907 met 14,8 bijenkorven op iedere 100 inwoners verreweg op de eerste plaats stond, nam het in 1912 mot nog slechts 10,2 korven op 100 inwoners de vijfde plaats in. Ook in het Lilneberger district is de teelt achteruitgegaan. Het groothertogdom Mecklen- burg-Strelitz is in het Noord-W eaten het rijkste aan bijen: op iedere 100 inwoners komen 11 bijenkorven. Zeer opmerkelijk is de ontwikkeling der im kerij in het Noord-Oosten. In de provincie Oost- Pruisen nam het aantal korven in het tijdsver loop van 1907 tot 1912 met meer dan 27.800 stuks toe. In de districten Gumbinnen en Königsberg kwamen op iedere 100 inwoners reeds 9,6 om 9.4 korven. Ook in het Pommersche kustgebied verheugt de bijenteelt zich in steeds toenemenden bloei. Het armste aan bijen in heel het Duitsche rijk is het arrondissement Berlijn; er ziin in het geheel slechts 115 bijenkorven. Op ieder© 18.000 inwoners komt-slechts één bijenzwerm 1 De gemiddelde opbrengst per jaar van een bijenkorf is 5 tot 6 K.Q. honing. De Duitsche honing-productie wordt dan ook gemiddeld op ruim 150.00a dubbele centenaars gerekend. Per hoofd der bevolking komt jaarlijks 230 gram, dus bijna een half pond honing. „een hoeveel heid, die in het toeken der suikerkaart geens zins gering is te schatten," zegt het blad. Een belangrijk nevenproduct is de was. Bij iedere 5.pond honing kan men rekenen op on geveer 1 pond was. De provincie Hannover heeft op het gebied der wasproductie eene zeer goeden naam. Sleohts de wa9 uit Bet Nijldal moet die uit Hannover in kwaliteit overtreffen. EEN INTERNATIONALE ENQUETE. Vanwege den Nederl. Anti-Oorlog Raad wordt het volgende medegedeeld De Nederlandsche Anti-Oorlog Raad heeft tot een aantal bekende personen in binnen- en bui tenland de vraag gericht, hoe zij thans na de rede van den Duitschen Rijkskanselier en het aannemen der vredesmobie in den Duitschen Rijksdag den internationalen toestand beschou wen. Aan de tot dusver ingekomen antwoorden ontleenen wij het volgende: Dr- H, T. Ooienbrander, directeur der Rijks Geschiedkundige Publicatiën, 's-Gxa- venhage: „De Rijkskanselier heeft wel zooveel mogelijk woorden uit de vredosresolutie overgenomen, maar de resolutie zelve ontzield. In de resolutie staan de belangen der internationale rechts orde; in de rede staat de beveiliging van ééne Mogendheid op den voorgrond. Het meest teleur stellend is de margloosheid van het debat, dat op de rede volgde. De Rijksdag heeft de gele genheid voorbij laten gaan tot verovering van oen zedelijk gezag, dat door de buitenwereld als belangrijke vredesfactr zou kunnen worden erkend." •H- C'o lijn, oud-Minister van Oorlog, '©-Gravenhage „Geheel op zichzelf geschouwd, acht ik, dat de rede van den Rijkekanselier de grondslag zou kunnen zijn voor een vrede door overeenstem ming. Aangezien echter aan de zijde der Geal lieerden, althans door Frankrijk, wordt vastge houden aan de herovering van Elzas-Lotharin- gen, en de Rijkskanselier de onaantastbaarheid van het Rijksgebied als hoofdbeginsel op den. voorgrond plaatste, acht ik, dat de rede en do vredesresolutie geen wijziging van beteekenis in den bestaanden toestand hebben gebracht." „Jean D eb r i t, redaoteur van „La Guerre Mondiale" 'en van „La Nation," Genève: „Ondanks de bravour-aria's die de critiek der vijandige en neutrale pers gemakkelijk zul len maken, moet de rede van den Rijkskanse lier beschouwd worden als een te wnardeeren vredesfactor. Het is een rechtstreeksche vredes- factor, in zooverre als Michaëlis feitelijk tot de zjjne maakt de formule van de meerderheid van den Rijksdag met betrekking tot de oorlogsdoel einden." Mr. Th. H o e m s k o r k, oud-Min.ister, 's-Gravenhage: „Al zijn eenige vooruitzichten geopend, zoo zijn naar mijn meening niet aanstonds vruchten te verwachten- Voorshands zullen beide oor logvoerende partijen blijven beproeven de an dere te verslaan." Prins Alexander Hohonloh e Sohdllinfürst, tijdelijk te Ztlrich: „Na de laatste zitting van den Rijksdag zou inen geneigd ziin iedere hoop op een vrede door overleg, en in hot algemeen op vrede, voor lan- gen tijd op te geven. Eveneens de hoop op in- j wendige hervormingen in Duitschland. Intus- schen, een enkeling kan de logische en nood- zakelijke ontwikkeling" zelfs met geweld niet tegenhouden, doch hoogstens vertragen. Met het oog op de veranderde stemming in Duitsch-1 land, zal deze ontwikkeling vroeger of later i toch komen, omdat zij komen moot-" Mr. S. van Houten, oud-Minister,1 'e-Gravenhage „Mij Interesseorde Donderdag hoofdzakelijk 6lechts of de Rijksdagmeerderheid bij haar ont- worpen motie zou volharden, dan wel er een motie van vertrouwen in de Regeering op grond Van de verklaringen van Michaëlis voor ln de plaats zou stellen. Het eerste is geschied, wat' mij schijnt' te beteekenen. dat de meerderheid met Michaëlis of wel oen ander haar zin wil', hebben." Camille Huysma n a, eeorotaris van' het Internationaal Socialistisch Bureau, tijde-' lijk te Stockholm: „Mijn indruk is, dat de rede van den nieuwen Rijkskanselier slechts is een overdruk van de 28 Juli 1917 MEER MEDEWERKING GE WEN SCHT. Niettegenstaande het vorige jaar drie ach tereenvolgende oproepingen zijn gedaan en dit jaar één aan de besturen van de onder- afdeeliugen van den Ned. R.-K. Volksbond, om toch afgevaardigden t© benoemen voor hot comité van „Herwonnen Levsenkracht", hebben verscheidene afdeelingen nóoh afge vaardigden, nóch een schrijven gestuurd. Dit moet veranderen. Willen de afdeelingen dat de belangen van hun leden goed cn 6poedig behartigd wor den doóT ,J1. L.". dan moeten zij medewer ken in de toch reeds zware taak van „H. L." door afgevaardigden te zenden. Ook verdient aanbeveling, dat de leden hij hun afdelings bestuur inlichtingen inwinnen, of het ©en en ander al besloten is. Aanstaanden Woensdagavond, 8 uur houdt het comité van „H. L'* in ,JSt. Bavo'' een comité-vergadering, alwaar ook de afgevaar digden van de nog in gebreke gebleven afdee lingen worden verwacht. Moge dit een aansporing zijn tot meer acti viteit eaonnoodig malton om een nog afdoen- der maatregel te nemen. VOORDEELEN VAN LICHTBESPAR1NG. De lichtbeperking kan ook voor de georgani- seerden een aanleiding zijn tot een groot© toename van innerlijke kracht.. Denk maar eens na, wat schoone gelegenheid ons gebo den wordt om ons OTganisatie-leven Inniger en dieper te maken. Door den dwang om wei nig licht en weinig vuur te gebruiken, zal het geen wonder zijn, als de gelegenheid tot vergaderen aanmerkelijk wordt Ingekort. Twee, drie verschillende vergaderingen in het zelfde lokaal, elk gedurende één half uur, Van «even tot haf aoht vergadering A; van half 8 tot 8 uur vergadering B enz. Gevolgen: korte pittige woorden van den voorzitter. Telegramstijl in de notulen. Klolne zeer zaakrijke redeneerlnkjefl der leden. Geen geklop bij do rondvraag. Vooral de ledon. Doordat ze om 9 uur thuis in het halfdonker zitten, hebben ze prachtgelegenlieid in hej schemerduister na te denken over de kortste en krachtigste wijze om hun argumenten te sorteeren, omtrent één of ander pdnt van be spreking op de vergadering, waar ieder ge sproken woord goud waard wordt. We ver anderen dus allen in grondige denkers en redenaars van werkelijke waarden. D® woor- denvloed wordt ingeperkt, de daden nemeg toe. BODE-MISERE. We sukkelen geweldig met onzen bode. Nu het systeem in elkaar zit, mankeert er weer 1 wat aan de menschen. Dat ziek zijn meest ook nog afgeschaft worden. Beleefd verzoek aau 1 onze leden om een weinig toegeeflijk te zijn Leg uw contributie in een doosje. Tijdeijk if tot bode aangesteld de hr. Bakken,hove. Voci de Volksbanier hebben we niemand. De krap, ten zijn te koop k 1 eept in „Sint Bavo." AGENDA GEBOUW „ST. BAVO". Zaterdag 28 Juli: Witte Biioscoop 8 uur Contribdtie-afrekening, laatste dag Zondag 29 Juli: Witte Bioscoop, 2, 4 er 8 uur Bestuur Middenstand 4 uur Ma ohinisten. - Maandag 30 Juli: Lytho- Photo- er Chemicbond Ondersteuingsfonds Espe i ranto. - Dinsdag 81 Juli: Veiling Bouwvak bond 8 uur Bestuur Haven en Trana port 8 uur Gecomb. Kleermakers 8H uur WoensdaglAdgustus: Geen Alge', meene Vergadering Volksbond Hoofdbe stuur Volksbond Herwonnen Levenskrach 8 uur. jfb 4 Donderdag 2 Augustus: Volkszang, Arbeidsbeurs Armbestuur. Vrijdag 8 Augustus: Retraitefonde uur Rederijkers. Episode uit den Frausch-Engelsehen oorlog in de XIV© eeuw. 40) j"ï| Robert, met Matheliue ^an zijn© linkor- Guy da Fontenalle eau zijne rechterzijde, gevolgd door Thomas d® Kruisvaarder, Tider- ry-Beer en zijne zee krijgers, begaf zich, naar het marktveld, waar de vrijgelaten ge vangenen intusschen h©t goed® nieuws .ver spreid hadden. Hun tocht geleek een trjomf, en bewijzen ■van eerbied en genegenheid flTidervonden zij op élke schrede. Do inwoners groetten hen, doemden hen hunne bevrijders, want zij wa rén er van verzekerd, dat zij mét hunne hulp niets van do Engelscheü te .vreezen hadden. Het kasteel van de heeren van Montain 5vas in dezen tijd van een zeer klein garni- (fcoen bezet. Het lag boven een diapen af- .Rrond, .welke door reusachtige rotsen was jare- Appmd en waaidoor een bergstroom rolde, welke met donderend geweld zijde bruisend© golven naar beneden stortte. Een ontzaglijk groot platvorm strekte zich boven die grar nietrotsen uit en liep door tot aan de ol- tadel, welke slechts van uit de stad te be reiken wan. De plaats was du9 zeer geschikt om fe strijden men behoefde haar slechts dapper te verdedigen. Robert de Brécé liet er pret de vrouwen en kinderen binnengaan; zijné zustor bevond zich natuurlijk onder hen. Ieder bracht er zijn levensmiddelen in en alle wapenen, die voorhanden waren. Daarna beval Robert aan Guy de Fontenelle en Tho mas de Kruisvaarder er zich met een hon dertal gewapende burgers op te sluiten en deed hen zweren zich tk>t het uiterste te zul len verdedigen. De bezetting, aldus versterkt bedroog nu ongeveer -hondervijftig man. Nadat deze voorzorgsmaatregelen waren ge nomen, verdeelde hij de overige burgers over de voornaamste punten van de stad, opdat zjj den vijand zouden kunnen tegenhouden en verhinderen, dat hij de stad plunderde of in brand etak. Daarna ging hij, gevolgd door Jhlerry-Beer ©p eenige gew,apend(e,n, 6p ver kenning uit in de omstreken der stad- De dag begon door 1» breken.-Door de mor gennevel heen zagen ze twe© ruiters, die zoo snél mogelijk op Mortain aanreden. Dat zullen Engelsch© verkenners zijn, zeide Robert, wij moeten hun don weg ver sperren. Zij kunnen ons niet gezien hebben door de bóoruen heen; laten wij hen achter dat heuveltje afwachten. De ruiters waren reeds niet meer dan vijftig passen verwijderd, en men kon onderscheiden, dat zij de klceding der gewone burgers droe gen: een lang grijs gewaad; met dubbele mou- wren, en een gordel om het midden. Wapenen waren niet zichtbaar; hunne paarden, dio vol vuur schenen t© zijn, waren slechts met een deken bedekt. Do houding der ruiters scheen die te zijn, vlam lieden wien d© vijand op de hielen zit cn dio zoo spoedig mogelijk iwen- schen te ontkomen. Halt, riep Robert terwijl hij zich bliksem snel voor hen op den weg plaatste. Wat i s er van'uW dienst, messire? zelde de jongste der twee, terwijl hij zijn makker angstig' aanzag. Degene, die het woord had genomen, iwras een dikke, blonde, kleine man van veertig jaren, met een goedig m,aa« on beduidend voorkomen. De tweede integendeel, was lang en mager, had een vooruitstekend voorhoofd en levendige oogen; bovendien had hij bruine haren en vooruitspringende juk beenderen. Ik fwil weten, zeide Robert, ln wolken staatde bewoners van Avamches Zich be vinden; gij schijnt vajn dien kant te komen. De oudste der twee antwoordde ditmaal: O, in den bosten toestand, messire want zij hebben de Engelscben verslagen dio Jan van Montfoort tor hulp kwamen; men heeft hen na een gevecht van twee uren, gedwon gen wederom scheep te gaan. En w«".iarheon gaat gij? Naar Vitró bij Ren nes, van waar wij komen; en wij toasten ons den tijd, welken wij door dien aanval der Engelscben verloren hebben, weder ln te halen, antwoordde nu do blonde, terwijl hij zijn makker aanzag. En wie zijt gij? Arme- lieden die voor hun handel op reis gaan, on die door den oorlog ongelukkig worden gemaakt. Zijt gij niet veeleer partijgangers van Eduard III, en zijt gij niet op weg naar Rem- rijee om de bondgenooten vajn den graaf van Montfoort de nederlaag van zijne vriende: p| té boodschappen? 1 O, waarlijk nipt, messire, mijn makke :j? en ik wij zijn brave lieden, wel gezien ii w,| onze s tad. 1 Dps te beter, want de infwonors vai ij |f Mortain mopten de burgers van Vitró w< kennen; wij zullen spoedig weten of gij j waarheid spreekt. K. Na deze woorden riep Robert zijne mAk,,:,;1,,1 kers, dje tot nog toe onzichtbaar waren ge ui, bleven. Zij kwamen uit hun hinderlaag t';j j:, voorschijn en omringden de twee reiziger:..:, dje op dit onverwacht© gezicht geheel ver bleekten. iVolg ons, aaide Guy d© Fontenelle. r Er Viel weinig tegen to doen en da twe'l. reizigers moesten zich wel onderwerpen, jd h liet scheen, alsof de iongsto eonig sokeln11,, 4 stuk op zijn geweten nad, want hoe dicl!: ter men kwam bij Mortain hoe onrustige' hij werd. 1 ju I)o gewapende burgers, die de wacht hle dpn, liepen vol nieuwsgierigheid do gevang h|i npn té ge moet en riepen Iljet rijn Engelsche bespieders. v(Wordt vervolgd.). i i i I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 5