NiEUWE HUIL cniim
DE DAMI AATJES
bertranddu guesclin
BUITENLAND
BINNENLAND
Het Socialisme.
FEUILLETON
Tweede Blad
No. 39
Saterdag 28 Juli
I.
Rped.3 op 5 Augustus 1914 brak de socia
listische mitraüleurlading over het "Katho
licisme los en knetterde het dagblad „Het
Volk" zijn sissende kogeltaai onder zijn
volkje: „Waar zijt gij nu uitverkorenen en j
geroepenen in den Wijngaard des Heeren,
net uwe hartstochtelijke protesten' Er wordt
pnieuw geslacht, verwoest, gemarteld, go-
termd, geleden, verwenscht.' Waar klinkt
jhans uw stem... volgelingen van den Hei-
Wid... Waar blijft uw jammerklacht bij de
Jche'nnende kruisiging, van het moderne pro
letariaat'
Dan beantwoordt Paus Benedictus XV in
Zijn Encycliek over den vrede de sodalis--
Hsche Uitdaging als volgt:
Nog 'andere schapen heb Ik, die niet van
dezen schaapstal zijn, ook deze moet Ik lei
den en zij zullen naar Mijne stem luisteren.
De H. Vader verlangde dus de socialisten
die niét tot onze kudde behob.ren, to leiden
vermits zij Zijne stemmen als die van oen
Vriend en Vader der menschheid geliefden
te hooren. Want de woorden van den Paus
zij waren als een proclamatie tot de chris
tenheid in 't bijzonder zoowel al3 tot do
volkeren in 't algemeen. Zijn toespraak iwas
die van een verheven Vriend des volks, van
teen groot Weldoener van het geteisterd©
natonschdom. Zijne Heiligheid rekende tot Zijn©
hoorders de geslachten van all® taal en ge
loof e^Hij richtte zich goedertierend tot
(Vorsten en burgers. .Overheden en onderdanen,
tot allen hetzij katholiek of protestant, libe-
iralist of socialist, anarchist dan wel materia
list, tot allen, vrijmetselaar en geloofvervoLger
hiet uitgesloten.
Drie maanden na het uitbreken van den
krijg ging het geluid van Benedictus XV. over
de wereld en heb hart der mensohheid werd
beiden verkwikt en opgeschrikt. Verkwikt
.wanneer het las: „Overal overheerscht het
'allerbedroevendste schouwspel van den oor
log, bijna niets anders is er thans dat de
gedachten der menschen bezig houdt. De
grootste en door welvarendheid meest voor
name volkeren, verkeeren met elkander ia
strijd. Er is dan ook geen grens aan de
verwoestingen en aan den moord; eiken dag
opnieuw wordt de grond overstroomd met
bloed en bedekt met gewonde en ontzield®
lichamen. 'Zou men zeggen wanneer men
de eenen zoo vijandig tegenover de anderen
ziet staan, dat deze allen voortgesproten zijn
•uit een mensch, dat zij van dezelfde natuur
zijn en belmoren tot dezelfde maatschappij.
Zou mien hen erkennen als broeders wier
bene Vader in den Hemel is.
Ondier den diepen indruk van zoo gPöote
ramplen hebben wij de Vorsten en Staatshoof
den met aandrang bezworen, dat zij, be-,
djenkende hoeveel tranen en hoeveel bloed
reeds 'vergoten zijn, zich zouden haasten,
aan hun volkeren do levensbelangen van den
vrede terug te schenken. Moaht spoedig weer
klinken: Vrede op aarde aan de menschen
van goeden wil. Dat zij toelr luisteren naar
die stem, wij smeeken het hun die h©t lot
der volkexen in handen hebben. Er liggen
toch zeker andere wegen open en ©r zijn
andere' middelen bij de hand, waarop de
rechten, die geschonden mochten zijn, kun
nen worden hersteld.
Laten ze de wapenen neerleggen en (lie
middelen beproeven, oprecht bezield met
goude trouw en welgezindheid."
Ziedaar het eerste vredelievende pretest
van den Stedehouder Gods tegen de ramp
zalige menschenslachting, die ran beide zif
tten woedend gestreden wordt,
Is dan van uit den Wijngaard des Heeren
aan dje oorlogvoerende .wereld niet vadièr-
lijk vermaand de zwaarden pp te steken en
de geschonden rechten in der minne te. re
gelen.
Tier wijl er, om met „het .Volk" van b Aug.
191.4 to spreken, opnieuw geslacht, verwoest,
gemarteld, gekermd, geleden en yerwenscht
werd.klonk de smeekende stem van dsn
.Vredevorst vanaf zijn .Vredesrots, fiat zij
die het lot der volkeren in handen hebben,
toch luisteren naar die stem om aan de
volkeren de waarachtige belangen van den
vrede terug te schenken.
En sindsdien heeft de Paus zijn tusschen-
komst verleend in tal van gevallen ®n om
standigheden en mocht Zijne Heiligheid tot
zegen der verzoekers welslagen bij d© Hoof
den der Staten, wanneer anderer tusschan-
komst vruchteloos was gebleken.
En als dan „het Volk" van 5 Augustus
1914 eindigt met de rauwe kreet uit de van
geloofshaat riekende volksmond: „Waar blijft
uw jammerklacht bij de pchennéndo kruisi
ging van het moderne proletariaat," dan moot
het socialisme tot zijn beschaming en tetr
zijner overweging hooren:
„Nooit wellicht ls er zoo luide gewag ge-
„maakt van menschelijke broedereohap als
„tegenwoordig; ja zelfs aarzelt men niet met
„verwaarloozing van het Wóórd des Evange
lies, met terzijdestelling van het work van
„Christus en de kerk, dit streven naar broe
derschap te verheeiTijken, als een van de
„grootste werken die ihet menschdoju onzer
„dagten heeft voortgebracht. 'In waarheid ech-
„tte'r heeft men nimmer pnder de menschen
„mindtet broederlijk gehandeld dan thans. 'Al-
„terwreedst is de haat jegens rassen-vur-
„schil. Hét eene volk wordt van het andere
„véél meer door naijver dan door grenzen
„gescheiden. In dezelfde gemeente, binnen
„dezelfde muren gloeien de verschillende klas-
„spn der burgers van onderlinge afgunst;
„tussohén do bijzonder© personen wordt, alles
„door teigenliefde geregeld als door de hoog-
„ste wet."
De kreet van verwijt van „het. Volk" is
niet nieuw, het is de kreet Van alle tijden,
h|e:t Sis 'de kreet van de 20 eeuwsch© rooi©
gemeenschap die rood van broederliefde^ daar
entegen steeds geler woxrit van haat jegtens
Priester en Kerk, Christendom en zedeleér.
Het dateert niet van 5 Augustus 1914 dat
de socialisten verweesd van Kerk en Chris
tendom, ffot de 'bedienaren des geloofs h©t
verwijt wichten dat zij het proletariaat, de
niet bezittende klasse, de arbeidersstand Iaat
omkoimen in maatschappelijke ellende en voor
het ,wel en wee dier klasse geen oog en 'géén
hlart heeft.
Het socialisme hteeft. vanaf zijn ontstaan
anti-katholicisme gekweekt en gepropageerd.
De sooialisten beschouwen en toonen zich
dan ook de aartsvijanden van het R. K.
geloof.
Zoo schrjeef Guyot in der Sozialdemocraaï
hat das Wort, „nooit zullen des.-d. zegevieren,
zóólang het christendom de nederlaag niet
bjeeft geleden. Wijlen Bebel, d© grootmees
ter dor Duitecho socialisten verklaarde in
1881 in den Rijksdag: „Wij streven op gods
dienstig gebied naar de godloochéning."_Troe-
sfra noemde in „het Volk" van 3 Juni 1903
„het geloof aan God een hinderpaal om so-
ciaal-democraat te worden." In 1887 op het
Soo. Congres to Gént liet zich een rooio
broeder onder applaus als volgt uit: 't Zal
ons een vermaak zijn den doodstrijd der
priesters te zien. Neergeworpen In de goten
der straten zullen ze van honger ster vent
langzaam!, verschrikkelijk, en dat voor onze
oogem. Dat zal onze wraak zijn. Voor het
pleizier van die wraak en een glas Bordeau
verkoopen wij gaarne onze plaats in den
hémel, Wat zeg ik. Wij willen geen hemel,
wij Vragen de hel met al het genot dat er aan
vooraf gaat. B|ön hemel laten wij aan den
God der papisten en aan die eerlooze geluk
zaligen.
In Mei 1914 liet in een rede, sprekende
ovér Geloof en Kerk, het Kamerlid Buys
overduidelijk uitkomen dat hij als socialist
al dié dingen aan zijn laars lapte en 's mor
gens bad: „O Heer, o Heer, laat mij; toch
nooit gjetoovitr worden, want dan wordt ik
ook zoo als de geloovigen, die, volgens den
hjeer Buys, „liegen en bedriegen."
En ten slotte: een tiental jaren geleden
werd op een socialisten-congres, het voorstel
dat de socialistenbond, scherper partij zou
kiezen tegen den godsdienst verworpen, om
dat de opreohtneid van die verklaring,
nadeelig zou kunnen werken. Allen erken
den het: ae bond staat Vijandig tegenover
allen godsdienst, maar voegde de meerder
heid uit voorziohtigheid toe, wij kun
nen dit niet in ons program schrijven, want....
dan zouden wlij' de domme massa, waar het
ons toch eigenlijk om té doen is, teveel af
schrikken.
En don dommen massa werd op 5 Augus
tus 1914 door knaleffect kondschap gedaan
dat de uitverkorenen on de geroepenen in
den Wijngaard des Hoeren bij de slachting,
verwpesting én marteling lijdelijk zouden toe
zien, geen klacht slaakten om de kruisiging
van het moderne proletariaat (een ander pro
letariaat bestaat or voor de rooie broederen
eenmaal niet) te betreuren.
Hjeit is overbekend wat al niet .aan men-
sohenliefdo en mensohenaegen door do Eerst-
geroepene, Z. H. de Piaus, is tot stand ge
bracht, «onder op nationaliteit of religie te
letten.
Maar ook overbekend is hét feit van
iederen po.litieken dag dat het socialisme het
Katholicisme geen lauweren, geen overwinnin
gen gunt, vooral niet wanneer die lauweren
als gevtoohton zijn van troost en medelijden
met de slachtoffers van den wreeden Oorlog.
Want inderdaad, do maoht moet het socia
lisme zich verzekeren door het stembiljet
van leege hoofden en dorre harten, van de
domme massa, die bij' de verkiezingen reeds
alleen te koop loopen om de godsdienst!-
hatende politiek aan meevallertjes ta helpen.
Dia domme massa, eisoht een domme maat
schappij, gelijk het beeld van een maatschap-
Pij zonder God en godsdienst te aanschou
wen geeft.
Ei» domme massa heeft door haar politiek
dan ook voei bijgedragen tot de ontketening
van dezen werelastrijd, als een dom en dwaas
uitvloeisel van een godsdienstlooze algemeen©
politiek, waarin do tactiek van het recht
van den étorksto, eon socialistische tactiek
bij uitstek, de .volkoren mede tot e©n wan
hopig langdurig gewapend verzet heeft ge
leid.
Hoe die propaganda onder do domme massa
dor 8. O- A. Pers wordt gevoerd «uilen wij
in eon vervolg artikel nader «ien.
KAMERBEEK.
VERSPREIDEvBERICHTEN
WAT „TOMMY EET.
In een reeks artikelen, getiteld „Hoe Enge
land ten oorlog ging", deelt Frederick A. Talbot
o.a- eenige bijzonderheden aangaande d» voeding
van het Engelsoke leger mede. In tegenstelling
met vroeger, toen de soldaat tamelijk geringe
rantsoenen kreeg, wordt de moderne Soldaat
uitmuntend en overvloedig gevoed.
„En zoo behoort het ook te zijn," zegt de
schrijver van het artikel. De soldaat, als eenheid
beschouwd, moge een betrekkelijk onbeteeke-
nend tandje zijn in de enorme, ingewikkelde
militaire machine, maar zoo als de resultaten
hebben aangetoond, zijn initiatief, het vermogen
om vlug te beslissen en te handelen bij iederen
soldaat individueel nooit zóo noodzakelijk ge
weest als thans.
„Vandaar dan ook ons besluit om geen
moeite te sparen om onze strijders ruimschoots
te voorzien van all03 wat voor zijn levensonder
houd of zijn gemak noodig is. Prima en over
vloedig voedsel geeft den soldaat de energie en
het uithoudingsvermogen, die de moderne ge
vechtsmethode en omstandigheden noodzakelijk
maken."
Iedere Engelsche soldaat in Frankrijk ont
vangt het volgende dagelijksobe rantsoen:
vleesch (verseh of bevroren) 1 pond, brood 1
pond 4 ons, spek 4 ona, kaas 8 ons, groenten,
(gedroogd) 2 ona, thee 5/8 ons, suiker 3 ons. zout
Vt ons, gecondenseerde melk 1/12 bus, wat
mosterd en peper (Engelsch gewicht.)
Het normale rantsoen der soldaten in Enge
land is een vierde minder, doch wanneer zij
zwaren arbeid verrichten of de oefeningen in
spannend zijn, kan het legerbestuur hun dezelfde
rantsoenen a's aan het leger in. Frankrijk laten
uitreiken.
Vermenigvuldigt men nu de genoemde ciifers
met een miillioen, dan krijgt men zeer indruk
wekkende cijfers. Het Engelsche leger in Vlaan
doren gebruikt per millioen man per week
8.500.000 brooden of 10-500.000 pnd. brood, ter
wijl do troepen, die zich nog in Engeland bevin
den, 2.800.000 brooden per miillioen man verbrui
ken.
Ook de vleeschrekening is tamelijk groot. Een
millioen man als eenheid aannemend, verbruikt
Tommy in Frankrijk 7.000.000 pond vleesch per
week; thuis stelt hij het soms met minder, n.l.
minstens 5.250.000 pond- Dit beteekenti, da,t hij
wekelijks 8.500 tot 10.000 stuks hoornvee en
102.000 tot 117000. schapen verorbert.
Maar ook de artikelen waarvan iedere man
slechts betrekkelijk kleine porties verbruikt, vor
men ©ene belangrijke hoeveelheid, daar ze met
een zoo groot getal vermenigvuldigd moeten
worden.
Nemen wij weder het millioen tot eenheid,
dan heeft Tommy per week 109.875 pond zout,
12.250 pond peper, 8.750 pond mosterd noodig
om zijn eten smakelijk te maken; en bovendien
drinkt hij 570.000 bussen gecondenseerde melk
leeg-
Het leger in Engeland krijgt de volgende ar
tikelen niet: kaas, groenten, jam, mosterd, peper
en melk. Die kan d© soldaat aan de oantioe
koopen en daarvoor krijgt' hij eene toelage van
262.500 pd.sti. per 1.000.000 man per week.
Aan geoomprimeerde. gedroogde groenten
verbruikt onze eenheid 875.000 pond per week.
Waar mogelijk krijgt de soldaat een half pond
versche groenten In plaats van de gedroogde.
Het verbruik van aardappelen der geheele En
gelsche strijdmacht' in Frankrijk is 20.000 ton
per maand.
Bovendien krijgt Tommy ook lekkernijen:
limonade, soepblokjes, vleeschoxtract, okocolade
en soms, op mediipcli advies, ook wel wat rhum.
Dan boter, 6 ons per week, en pickles (8 ona pe<r
week.)
Een bijzondere moeilijkheid leverde de ver
zorging der Indische troepen, toen die nog aan
het front streden, daar al de ritueeele gebruiken
meeaten worden in acht genomen en het voedsel
moeat afwisselend en voedzaam zijn. De moei
lijkheden van den proviandeeringgdienst ziin nog
belangrijk vergroot door het feit. dat troepen
en arbeider# uit alle werelddeelen naar Fankrijk
kwamen en volgens aard en gewoonten ver
zorgd moesten worden."
DE DUITSOHE BIJENTEELT.
De „Deutsche Tageszoltung" van 15 Juli wijst
er op, dat de bijenteelt in deze tijden van auiier-
sohaarschte van zeer groot belang is. Wel wordt
er veel saccharine gebruikt, maar al is het zoet-
gehalte hiervan ook buitengewoon groot, zij be
zit niet de minste voedingswaarde. Honing
daarentegen ia nog voedzamer dan suiker.
De bijenteelt was reeds ia over-oude tijden in
Duitschland inlieemSoh. Ileeds de oude Ger
manen legden er zich op toe, zii het ook in
hoofdzaak voor do bereiding van hun „mede,"
een honingdrank, waaraan zij zich maar al te
vaak tebuiten gingen. Ook later Weef de bijen
teelt in hoog aanzien: de kroniek van Nürn-
berg meldt bijvoorbeeld, dat) voor een bijen
zwerm 5 gulden werd betaald en tegelijkertijd
voor een koe slecht© 8 gulden.
.Volgens de Laatste officieels telling waren
er in 1912 ln Duitsoh&nd niet' minder dan
2.030.887 bijenkorven; op Iedere 1000 inwoner»
dus 40.
De bijenteelt wordt voornamelijk ln het Zuid-
Westen, hét Noord-Westen en het Noord-Oosten
vain iiat rijk gedreven. D® 9treok, dié het rijkste
aan bijen ie, zijn de Hohenzollernlandenin Sig
maringen vielen op ieder© 100 inwoners 12,2
bijenkorven, of op iedere 8 personen één bijen
zwerm.
In het Noord-Westen ia de bijenteelt op de
heidevelden van oude beroemd. Hier echter was
den laatsten tijd een niet onaanzienlijke achter
uitgang waar te nemen. Van 1907 tot 1912 ver
minderde het aantal bijenkorven in de provinoie
Hannover met meer dan 87.000 stuks. Terwijl
het district Stade in 1907 met 14,8 bijenkorven
op iedere 100 inwoners verreweg op de eerste
plaats stond, nam het in 1912 mot nog slechts
10,2 korven op 100 inwoners de vijfde plaats in.
Ook in het Lilneberger district is de teelt
achteruitgegaan. Het groothertogdom Mecklen-
burg-Strelitz is in het Noord-W eaten het rijkste
aan bijen: op iedere 100 inwoners komen 11
bijenkorven.
Zeer opmerkelijk is de ontwikkeling der im
kerij in het Noord-Oosten. In de provincie Oost-
Pruisen nam het aantal korven in het tijdsver
loop van 1907 tot 1912 met meer dan 27.800
stuks toe. In de districten Gumbinnen en
Königsberg kwamen op iedere 100 inwoners
reeds 9,6 om 9.4 korven. Ook in het Pommersche
kustgebied verheugt de bijenteelt zich in
steeds toenemenden bloei.
Het armste aan bijen in heel het Duitsche
rijk is het arrondissement Berlijn; er ziin in het
geheel slechts 115 bijenkorven. Op ieder© 18.000
inwoners komt-slechts één bijenzwerm 1
De gemiddelde opbrengst per jaar van een
bijenkorf is 5 tot 6 K.Q. honing. De Duitsche
honing-productie wordt dan ook gemiddeld op
ruim 150.00a dubbele centenaars gerekend. Per
hoofd der bevolking komt jaarlijks 230 gram,
dus bijna een half pond honing. „een hoeveel
heid, die in het toeken der suikerkaart geens
zins gering is te schatten," zegt het blad.
Een belangrijk nevenproduct is de was. Bij
iedere 5.pond honing kan men rekenen op on
geveer 1 pond was. De provincie Hannover heeft
op het gebied der wasproductie eene zeer goeden
naam. Sleohts de wa9 uit Bet Nijldal moet die
uit Hannover in kwaliteit overtreffen.
EEN INTERNATIONALE ENQUETE.
Vanwege den Nederl. Anti-Oorlog Raad
wordt het volgende medegedeeld
De Nederlandsche Anti-Oorlog Raad heeft tot
een aantal bekende personen in binnen- en bui
tenland de vraag gericht, hoe zij thans na de
rede van den Duitschen Rijkskanselier en het
aannemen der vredesmobie in den Duitschen
Rijksdag den internationalen toestand beschou
wen.
Aan de tot dusver ingekomen antwoorden
ontleenen wij het volgende:
Dr- H, T. Ooienbrander, directeur
der Rijks Geschiedkundige Publicatiën, 's-Gxa-
venhage:
„De Rijkskanselier heeft wel zooveel mogelijk
woorden uit de vredosresolutie overgenomen,
maar de resolutie zelve ontzield. In de resolutie
staan de belangen der internationale rechts
orde; in de rede staat de beveiliging van ééne
Mogendheid op den voorgrond. Het meest teleur
stellend is de margloosheid van het debat, dat
op de rede volgde. De Rijksdag heeft de gele
genheid voorbij laten gaan tot verovering van
oen zedelijk gezag, dat door de buitenwereld als
belangrijke vredesfactr zou kunnen worden
erkend."
•H- C'o lijn, oud-Minister van Oorlog,
'©-Gravenhage
„Geheel op zichzelf geschouwd, acht ik, dat
de rede van den Rijkekanselier de grondslag zou
kunnen zijn voor een vrede door overeenstem
ming. Aangezien echter aan de zijde der Geal
lieerden, althans door Frankrijk, wordt vastge
houden aan de herovering van Elzas-Lotharin-
gen, en de Rijkskanselier de onaantastbaarheid
van het Rijksgebied als hoofdbeginsel op den.
voorgrond plaatste, acht ik, dat de rede en do
vredesresolutie geen wijziging van beteekenis
in den bestaanden toestand hebben gebracht."
„Jean D eb r i t, redaoteur van „La Guerre
Mondiale" 'en van „La Nation," Genève:
„Ondanks de bravour-aria's die de critiek
der vijandige en neutrale pers gemakkelijk zul
len maken, moet de rede van den Rijkskanse
lier beschouwd worden als een te wnardeeren
vredesfactor. Het is een rechtstreeksche vredes-
factor, in zooverre als Michaëlis feitelijk tot de
zjjne maakt de formule van de meerderheid van
den Rijksdag met betrekking tot de oorlogsdoel
einden."
Mr. Th. H o e m s k o r k, oud-Min.ister,
's-Gravenhage:
„Al zijn eenige vooruitzichten geopend, zoo
zijn naar mijn meening niet aanstonds vruchten
te verwachten- Voorshands zullen beide oor
logvoerende partijen blijven beproeven de an
dere te verslaan."
Prins Alexander Hohonloh e
Sohdllinfürst, tijdelijk te Ztlrich:
„Na de laatste zitting van den Rijksdag zou
inen geneigd ziin iedere hoop op een vrede door
overleg, en in hot algemeen op vrede, voor lan-
gen tijd op te geven. Eveneens de hoop op in- j
wendige hervormingen in Duitschland. Intus-
schen, een enkeling kan de logische en nood-
zakelijke ontwikkeling" zelfs met geweld niet
tegenhouden, doch hoogstens vertragen. Met
het oog op de veranderde stemming in Duitsch-1
land, zal deze ontwikkeling vroeger of later i
toch komen, omdat zij komen moot-"
Mr. S. van Houten, oud-Minister,1
'e-Gravenhage
„Mij Interesseorde Donderdag hoofdzakelijk
6lechts of de Rijksdagmeerderheid bij haar ont-
worpen motie zou volharden, dan wel er een
motie van vertrouwen in de Regeering op grond
Van de verklaringen van Michaëlis voor ln de
plaats zou stellen. Het eerste is geschied, wat'
mij schijnt' te beteekenen. dat de meerderheid
met Michaëlis of wel oen ander haar zin wil',
hebben."
Camille Huysma n a, eeorotaris van'
het Internationaal Socialistisch Bureau, tijde-'
lijk te Stockholm:
„Mijn indruk is, dat de rede van den nieuwen
Rijkskanselier slechts is een overdruk van de
28 Juli 1917
MEER MEDEWERKING GE WEN SCHT.
Niettegenstaande het vorige jaar drie ach
tereenvolgende oproepingen zijn gedaan en
dit jaar één aan de besturen van de onder-
afdeeliugen van den Ned. R.-K. Volksbond,
om toch afgevaardigden t© benoemen voor
hot comité van „Herwonnen Levsenkracht",
hebben verscheidene afdeelingen nóoh afge
vaardigden, nóch een schrijven gestuurd. Dit
moet veranderen.
Willen de afdeelingen dat de belangen van
hun leden goed cn 6poedig behartigd wor
den doóT ,J1. L.". dan moeten zij medewer
ken in de toch reeds zware taak van „H. L."
door afgevaardigden te zenden. Ook verdient
aanbeveling, dat de leden hij hun afdelings
bestuur inlichtingen inwinnen, of het ©en en
ander al besloten is.
Aanstaanden Woensdagavond, 8 uur houdt
het comité van „H. L'* in ,JSt. Bavo'' een
comité-vergadering, alwaar ook de afgevaar
digden van de nog in gebreke gebleven afdee
lingen worden verwacht.
Moge dit een aansporing zijn tot meer acti
viteit eaonnoodig malton om een nog afdoen-
der maatregel te nemen.
VOORDEELEN VAN LICHTBESPAR1NG.
De lichtbeperking kan ook voor de georgani-
seerden een aanleiding zijn tot een groot©
toename van innerlijke kracht.. Denk maar
eens na, wat schoone gelegenheid ons gebo
den wordt om ons OTganisatie-leven Inniger
en dieper te maken. Door den dwang om wei
nig licht en weinig vuur te gebruiken, zal
het geen wonder zijn, als de gelegenheid tot
vergaderen aanmerkelijk wordt Ingekort.
Twee, drie verschillende vergaderingen in het
zelfde lokaal, elk gedurende één half uur,
Van «even tot haf aoht vergadering A; van
half 8 tot 8 uur vergadering B enz.
Gevolgen: korte pittige woorden van den
voorzitter. Telegramstijl in de notulen. Klolne
zeer zaakrijke redeneerlnkjefl der leden. Geen
geklop bij do rondvraag. Vooral de ledon.
Doordat ze om 9 uur thuis in het halfdonker
zitten, hebben ze prachtgelegenlieid in hej
schemerduister na te denken over de kortste
en krachtigste wijze om hun argumenten te
sorteeren, omtrent één of ander pdnt van be
spreking op de vergadering, waar ieder ge
sproken woord goud waard wordt. We ver
anderen dus allen in grondige denkers en
redenaars van werkelijke waarden. D® woor-
denvloed wordt ingeperkt, de daden nemeg
toe.
BODE-MISERE.
We sukkelen geweldig met onzen bode. Nu
het systeem in elkaar zit, mankeert er weer 1
wat aan de menschen. Dat ziek zijn meest ook
nog afgeschaft worden. Beleefd verzoek aau 1
onze leden om een weinig toegeeflijk te zijn
Leg uw contributie in een doosje. Tijdeijk if
tot bode aangesteld de hr. Bakken,hove. Voci
de Volksbanier hebben we niemand. De krap,
ten zijn te koop k 1 eept in „Sint Bavo."
AGENDA GEBOUW „ST. BAVO".
Zaterdag 28 Juli: Witte Biioscoop
8 uur Contribdtie-afrekening, laatste dag
Zondag 29 Juli: Witte Bioscoop, 2, 4 er
8 uur Bestuur Middenstand 4 uur Ma
ohinisten. -
Maandag 30 Juli: Lytho- Photo- er
Chemicbond Ondersteuingsfonds Espe i
ranto. -
Dinsdag 81 Juli: Veiling Bouwvak
bond 8 uur Bestuur Haven en Trana
port 8 uur Gecomb. Kleermakers 8H uur
WoensdaglAdgustus: Geen Alge',
meene Vergadering Volksbond Hoofdbe
stuur Volksbond Herwonnen Levenskrach
8 uur. jfb 4
Donderdag 2 Augustus: Volkszang,
Arbeidsbeurs Armbestuur.
Vrijdag 8 Augustus: Retraitefonde
uur Rederijkers.
Episode uit den Frausch-Engelsehen oorlog
in de XIV© eeuw.
40) j"ï|
Robert, met Matheliue ^an zijn© linkor-
Guy da Fontenalle eau zijne rechterzijde,
gevolgd door Thomas d® Kruisvaarder, Tider-
ry-Beer en zijne zee krijgers, begaf zich,
naar het marktveld, waar de vrijgelaten ge
vangenen intusschen h©t goed® nieuws .ver
spreid hadden.
Hun tocht geleek een trjomf, en bewijzen
■van eerbied en genegenheid flTidervonden zij
op élke schrede. Do inwoners groetten hen,
doemden hen hunne bevrijders, want zij wa
rén er van verzekerd, dat zij mét hunne
hulp niets van do Engelscheü te .vreezen
hadden.
Het kasteel van de heeren van Montain
5vas in dezen tijd van een zeer klein garni-
(fcoen bezet. Het lag boven een diapen af-
.Rrond, .welke door reusachtige rotsen was jare-
Appmd en waaidoor een bergstroom rolde,
welke met donderend geweld zijde bruisend©
golven naar beneden stortte. Een ontzaglijk
groot platvorm strekte zich boven die grar
nietrotsen uit en liep door tot aan de ol-
tadel, welke slechts van uit de stad te be
reiken wan. De plaats was du9 zeer geschikt
om fe strijden men behoefde haar slechts
dapper te verdedigen.
Robert de Brécé liet er pret de vrouwen
en kinderen binnengaan; zijné zustor bevond
zich natuurlijk onder hen.
Ieder bracht er zijn levensmiddelen in en
alle wapenen, die voorhanden waren. Daarna
beval Robert aan Guy de Fontenelle en Tho
mas de Kruisvaarder er zich met een hon
dertal gewapende burgers op te sluiten en
deed hen zweren zich tk>t het uiterste te zul
len verdedigen.
De bezetting, aldus versterkt bedroog nu
ongeveer -hondervijftig man.
Nadat deze voorzorgsmaatregelen waren ge
nomen, verdeelde hij de overige burgers over
de voornaamste punten van de stad, opdat
zjj den vijand zouden kunnen tegenhouden en
verhinderen, dat hij de stad plunderde of in
brand etak. Daarna ging hij, gevolgd door
Jhlerry-Beer ©p eenige gew,apend(e,n, 6p ver
kenning uit in de omstreken der stad-
De dag begon door 1» breken.-Door de mor
gennevel heen zagen ze twe© ruiters, die zoo
snél mogelijk op Mortain aanreden.
Dat zullen Engelsch© verkenners zijn,
zeide Robert, wij moeten hun don weg ver
sperren. Zij kunnen ons niet gezien hebben
door de bóoruen heen; laten wij hen achter
dat heuveltje afwachten.
De ruiters waren reeds niet meer dan vijftig
passen verwijderd, en men kon onderscheiden,
dat zij de klceding der gewone burgers droe
gen: een lang grijs gewaad; met dubbele mou-
wren, en een gordel om het midden. Wapenen
waren niet zichtbaar; hunne paarden, dio vol
vuur schenen t© zijn, waren slechts met een
deken bedekt. Do houding der ruiters scheen
die te zijn, vlam lieden wien d© vijand op de
hielen zit cn dio zoo spoedig mogelijk iwen-
schen te ontkomen.
Halt, riep Robert terwijl hij zich bliksem
snel voor hen op den weg plaatste.
Wat i s er van'uW dienst, messire? zelde
de jongste der twee, terwijl hij zijn makker
angstig' aanzag. Degene, die het woord had
genomen, iwras een dikke, blonde, kleine man
van veertig jaren, met een goedig m,aa« on
beduidend voorkomen. De tweede integendeel,
was lang en mager, had een vooruitstekend
voorhoofd en levendige oogen; bovendien had
hij bruine haren en vooruitspringende juk
beenderen.
Ik fwil weten, zeide Robert, ln wolken
staatde bewoners van Avamches Zich be
vinden; gij schijnt vajn dien kant te komen.
De oudste der twee antwoordde ditmaal:
O, in den bosten toestand, messire want
zij hebben de Engelscben verslagen dio Jan
van Montfoort tor hulp kwamen; men heeft
hen na een gevecht van twee uren, gedwon
gen wederom scheep te gaan.
En w«".iarheon gaat gij?
Naar Vitró bij Ren nes, van waar wij
komen; en wij toasten ons den tijd, welken
wij door dien aanval der Engelscben verloren
hebben, weder ln te halen, antwoordde nu do
blonde, terwijl hij zijn makker aanzag.
En wie zijt gij?
Arme- lieden die voor hun handel op
reis gaan, on die door den oorlog ongelukkig
worden gemaakt.
Zijt gij niet veeleer partijgangers van
Eduard III, en zijt gij niet op weg naar Rem-
rijee om de bondgenooten vajn den graaf van
Montfoort de nederlaag van zijne vriende: p|
té boodschappen? 1
O, waarlijk nipt, messire, mijn makke :j?
en ik wij zijn brave lieden, wel gezien ii w,|
onze s tad. 1
Dps te beter, want de infwonors vai ij |f
Mortain mopten de burgers van Vitró w<
kennen; wij zullen spoedig weten of gij j
waarheid spreekt. K.
Na deze woorden riep Robert zijne mAk,,:,;1,,1
kers, dje tot nog toe onzichtbaar waren ge ui,
bleven. Zij kwamen uit hun hinderlaag t';j j:,
voorschijn en omringden de twee reiziger:..:,
dje op dit onverwacht© gezicht geheel ver
bleekten.
iVolg ons, aaide Guy d© Fontenelle. r
Er Viel weinig tegen to doen en da twe'l.
reizigers moesten zich wel onderwerpen, jd h
liet scheen, alsof de iongsto eonig sokeln11,, 4
stuk op zijn geweten nad, want hoe dicl!:
ter men kwam bij Mortain hoe onrustige'
hij werd. 1 ju
I)o gewapende burgers, die de wacht hle
dpn, liepen vol nieuwsgierigheid do gevang h|i
npn té ge moet en riepen
Iljet rijn Engelsche bespieders.
v(Wordt vervolgd.).
i
i
i
I