IIENE'IUIL COURANT
I
r BUITEN LAND
BERTRAND DU GUESCLIN
Woensdag 8 Aug.
Tweede Blad
Het Socialisme.
n.
WAT DE PERS ZEGT
i
m€!
i
FEUILLETON
Voor eenige jaren geleden fceekendë idle
Fransche correspondent van de „Maasbode''
het portret van den raaechten socialistischen
volksmenner. De litteraire teekenaar po
seerde met een premier onder de Zuidelijke
agitators. Wijlen de zoo treurig om het le
ven gekomen Jaures diende tot model. Zon
der modelleering of retouche volgt hieron
der de reproductie.
Jaures komt op. Hechts en links, voor en
achter hem deinen duizenden menschenhoof-
den als golfkammen van een woelige zee,
Monden gapen wijd open, als verwachten
zij eenig voedsel. Oogen schitteren en fonke
len en bij sommigen schuimt speeksel op de
lippen. Het lijkt wel het uur der voedering
in een dierentuin.
Jaures met een reusachtig gebaar beveelt
stilte. Hij vraagt niet. Hij beveelt. E'r volgt
stilte, ademlooze stilte. De oogen van den
redenaar staren in de ruimte, naar ik weet
niet welke onzichtbare ster; hij is grootsch,
indrukwekkend en zijn woord begint de le
dige ruimte te vullen. Geen gelispel ruiseht
er, geen ademtocht verwekt verstrooiing.
Vijf duizend menschen, vijf duizend! Te
midden van tabaksrook en gore ademlucht,
druipend van zweet, verhit door absinth en
omwentelingsideëenluisteren in diepe
stilte.
Reusachtig, hartstochtelijk en breed geba
ren makend, sprankelt Jaures zijn talilooze
woorden uit over de saamgepakte menigte,
zooals de landman zijn zaden over den klui-
tigen akker. Zijn stem verheft zich, zwelt aan
wordt boHewindaehtig nè. de kalmte
de storm!
Nu vult zijn geluid de zaal. geheel, het rin
gelt aan de ruiten, kruipt, schiet, wringt
zich in alle hoeken en buldert door tot op de
straat. Het doet de toehoorders schommelen
en wankelen, gelijk de stormwind de oceaan
golven opstuwt.
Woorden zij flitsen zigzag als bliksems.
Woorden, nog meer woorden. Zij barsten los
als granaten. Heele ladingen woorden naar
reebts als smakkende sabelhouwen naar Kerk
en Troon; heele ladingen naar links als prie
mende degenstooten in zedeleer en gezag, in
naastenliefde en zelfverloochening.
Woorden die dicht opeengedrongen voort
rollen als een eindelooze legertros.
Een. helsche wervelwind schijnt over de
zweetende menigte heengevaren te zijn en
allen tegenstand, alle zedelijk besef vernie
tigd. te hebben.
Daar breekt een algemeen gehuil door de
saamgeperste liepen; het nuchter doorden
ken heeft plaats gemaakt voot een zinneloo-
zen geestdrift, voor handgeklap, voor stamp
voeten, voor een gegrinnik van instemming.
Jaures komt er eigenlijk toe adem te ha
len en werpt zijn dikke nek naar achteren.
Tot nn toe is hij zich zeiven meester geble
ven, maar aldra benevelt hem het applaus.
Nn beheerscht hij zich niet meer, maar het
zijn de toehoorders, de heethoofden die Jau
res beheerschen. Het redenaarsdier is in hem
ontwaakt. Half zwichtend op z'n korte bee-
nen, als een krachtmensch nit een kermis
tent di© met honderd ponders Werkt stapelt
hij bergenvan ideëen, figuren, droom
beelden, herschenschimmen van woorden,
woorden.
De verlammende brooddronkenheid waar
mee hij zooeven zijn gehoor heeft hesmet,
schijnt tot zijn eigen hersens te zijn doorge
drongen. Zijn oogen pruilen nit de kassen,
zijn gebalde vuisten schermen door de lucht,
zijn grof, dik gezicht is bloedrood en z'n flab-
berig welgesteld buikie, maakt gevaarlijke
zwenkingen naar rechts en naar links.
Woorden, woorden. Hij is op weg naar bo
ven de wolken. Hij zweeft tusscheu hemel
en aarde. Zijn stem wordt allengs zalvender.
Met duizelingwekkende snelheid doorloopt
hij onmetelijke afstanden.
Zie, zoo raaskalt hij. zie de zee van licht,
die heerlijke zonneglans, die schitterende
stralen. Het is de sociale omwenteling. Het
is het triomfeerend socialisme, stralend in
vollen luister over de ruïnes van een oud ge
worden wereld. O welk een aangrijpend dra
ma van het geweten en de gedachel Parijs
sta op en verbef n zelvenl O revolutie verde
dig u zeiven. O helderheid van den nacht, o
teeder sterrengeflonker wat zijt gij bleek bij
den verblindenden lichtgloed der groote stad.
O hoe genotvol is het te leven. Ach bekla
genswaardige menscbheid die worstelt in den
afgrond. O broederlijkheid.
Rara, wat is dat! Wat zon dit alles te b«-
teekenen hébben! Wat is de zin van al deze
woorden. Niemand', die het weet, maar het
is van Jaures, hun afgod en vijf duizend ke
len juichen ze toe en brullen de Internatio
nale, terwijl de redenaar uitgeput op zijn stoel
neerzinkt.
Eindelijk verwijderen zich die duizenden.
Ze zijn beneveld van aoh's en o's. Politie
houdt orde en drijft hen voort. En zij vol
gen hun weg gedachtenloos, als een naar stal
gedreven kudde, met in hun opgezweepte
hersenen, alléén het gebrom van een in de
verte rommelende donder. Woorden hebben
zij gehoord, daaraan heeft het waarlijk niet
ontbraken wat voor woorden weten zij niet
Zij zien alleen en dan nog maar doezelig, als
in een nevel, de kolosaalachtige gestalte van
Jaures, die zijn vuisten balt tegen de lncbt
en de sterren bedreigt.
Jaures heeft gesproken, hun afgod en "hoop-
Het is middernacht. Jaures bevindt zich
in het bureau van zijn orgaan de „Humani-
té'' (de Menscbheid). Hii zit aan een schrijf
tafel. Hij is kalm en heeft al zijn zinnen hij
elkaar. Hij drinkt een glas champagne en
neemt het stenografisch verslag van zijn re
de ter hand. Hii leest, maar met ontzetting
leest hij nogmaals. Het begin van het verslag
is goed. Er is orde in en verband. Ja zoo is
het. Dat is precies wat ik mij voorgenomen
bad te zeggen. Maar eenige bladzijden ver
der begint zijn dik gezicht te vertrekken,
verbazing en twijfeling teekenen zich er op
af. Zulk een onzin heb ik» toen niet uitgespro
ken. En dan die onbenullige uitroepen1, wat
een reclame. Men doet goed hem nn niet te
genaken. Hij is meer dan knorrig en hij belt
om een andere fleseh champagne. Hij stamp
voet om zijn stenograaf en dicteert hem
want Jaures kon niet schrijven, alleen spre
ken en liegen een nieuwe rede, voor de le
zers van de „Humanité."
In een van dergelijke oogenblikken riep hij
eens met niet weinig vuur uit: „Ik kan niet
denken terwijl ik spreek.''
Ziedaar waarde lezers het beeld van den
socialistischen propagandist, die de klinkers
d'r uit dondert, de lettergrepen d'er nit mi-
trailleurt snel vuurt met woord en roffelvuurt
met zinnen, wiens rede figuurlijk een gor-
dijnvuur is van hersenschimmen, een kano-
nade van droombeelden nit de toekomstige
maatschappij, het geschutvuur der wrake
over de hedeudaagsche kapitalistische en
klasse-toestanden.
In het leger der S. D. A. P. is de Artil
lerie het hoofdwapen. Verreweg het grootst
aantal batterijen wordt ingesteld op die toe
komst, wanneer hun overmacht zal bunnen
regeer en en organiseeren. Iedere afgerichte
socialist is een artillerist die tot taak heeft
een gat in de lucht te schieten om de ver
standelijk weeslooze massa in bewondering
te brengen over de geweldig verlokkelijke
haan die hun programma-kogel beschrijft.
En, van nit sloppen, stegen, buurten en volks
wijken stroomt het rooie kanonnenvleesch
naar de S. D. A. P. vuurmonden, om te dienen
als materiaal voor de verovering van die
maatschappij in de lucht.
Toen in 1913 de rooie Artillerie het Reoht-
sche Ministerie van de parlementaire haan
had geschoten door het vereenigd concentra
tie-geschut, moest het Regeerlngskasteel
worden ingenomen, bezet en regeering wor
den uitgeoefend door de veroveraars. De so
cialistische overwinnaars bedankten edel
moedig en gunden den Vrijzinnigen de vruch
ten der verkiezingslauweren.
Het ontuitgesproken parool bleef: „deze
maatschappij tot puinhoopen schieten en de
lucht met ons propaganda-geschut blijven
doorboren, dat is de politieke strategie om
alles op den duur te winnen en niets te ver
spelen." Terecht schreef dan ook de heer W.
H. Vliegen in „Het Volk'' van de maand
Augustus 1918: „De Nederlandsche Sociaal-
Democratie, de fiere S. D. A. P. staat thans
in plaats van de hervormingstaak voor zich
op te eischen, in angst en vrecze te hopen op
devrijzinnigen. Wij geven de toekomst
aan anderen te beredderen over.'' Zoo gebeurt
het. De toekomst van morgen wordt door
de S. D. A. P. opgeofferd aan de rooie toe
komst die ligt in het oneindig verschiet.
En dan wordt van socialistische zijde den
christenen verweten dat zii uit godsdienstige
beginselen zoo noodig het tijdelijke opoffe
ren voor het eeuwige, terwijl de soci's zeltven
de gelegenheid tot hervorming in rooien stijl
die het heden in 1913 hen hood ten offer
brachten aan eene toekomstige maatschap
pelijke hervorming die practisch even onbe
reikbaar is„ als zij theoretisch geloofwaardig
wordt voorgesteld.
Toch gelooft een massa volk aan den So-
cialistisehen Messias, die'hun een nieuwe we
reld van genot en vreugde, van gelijkheid en
broederschap zal scheppen. Ja. zoozeer is
door het rooie mitrailleurspeloton van de
straat het publiek de ooren vol gekogeld met
allerlei beloften en voorspiegelingen, dat in
1918 een hulpkorps van 100.000 niet-sicialis-
ten rood stemden op hoop van de beloofde
rooie zegeningen. En ondanks ontgoochelin
gen blijft het waar dat het rooie repeteer
geweer aldoor politieke beloften uitbraakt,
waarvoor een menigte, ook ohristelijken,
kwetsbaar zijn. Trouwens de socialistische
belofte-politiek tast den mensch in zijn zwak
ste zijde, n.l. die van het verlangen naar meer
en zooveel te meer. zooveel te heter.
In dit verhand wijs ik op de tijdens het
Congres in Augustus 1913 herhaaldelijk uit
gesproken verklaringen van Hugenholtz,
Schaper, Troelstra,- Vliegen, dat de christe
lijke arbeiders die rood stemmen, dat niet
doen omdat ze het socialisme willen, maar
wel omdat zp door de socialisten hopen te
verkrijgen wat zij willen.
Dat de christelijken, die rood stemmen, wel
weten dat het geen kunst is der socialisten
politiek na te volgen, hnn propaganda-trucs
over te hemen, hnn volksmeeslèepende en
pnbliek-pakkende redevoeringen te herhalen
met niet minder hartstocht en geste©, hun
desnoods de verkiezingsreclame te verbete
ren.
Der Socialisten tactiek is geen kunst, geen
der partij geëigende eigenschap, geen uitslui
tend rood talent en socialistische gave. Neen,
der Tooien tactiek ie eenvoudig windhan
del, dat is een handel in nolitieke beginse
len die alleen één ingebeelde waarde
hééft en welker resultaten in w e r k e 1 ij k-
H e id nooit zullen bestaan-. Men speculeert
er tijdelijk de ontevredenheid mee weg en
naarmate de belofte-koers stijgt, neemt de
animo tot deelname in een of andere vorm
toe. Het tweede bedrijf is ontgoocheling. Het
derde brengt hoop door fonkelnieuwe uit
zichten. Het vierde stelt opnieuw teleur. Het
vijfde verzoening met de speeulatiewoede en
socialistischen windhandel, al was het alleen
maar uit door eigen verbittering gekweekte
revanche-zucht tegen een partij van OTde en
rust, van vrede en vtreugde, van geloof en
zeden. KAMERBEEK.
HET POLITIEK ACOOORD-
In VAN ONZEN TIJD, hei, orgaan van
Staatsraad Struyoken, schrijft Batavus het vol
gende over het politiek aocoord getroffen tus-
sohen de zeven in de Tweede Kamer vertegen
woordigde politieke partijen.
„Heeft mot Montesquieu het reeds gezegd,
dat ieder, die maoht heeft, geneigd is die
te misbruiken De heeren der rechterzijde
ondervinden het nu tot hunne schade. Zij
hebben als minderheid een overeenkomst aan
gegaan met de meerderheid, om „te ia:ten
zitten wat zit", onder voorwaarde, dat dan
ook elke beslissing zou worden vermeden over
eenig onderwerp, dat tot politieken beginsel
strijd zou leiden, en de Regeering heeft zich
daarbij aangesloten, dooi H. M. in de Troon
rede te doen beloven, dat geen politieke wets
ontwerpen zouden worden ingediend. Nauwe
lijks zijn de Kamers weer bijéén, of de meer
derheid besluit, dat de wederindiening van
de Ouderdomswet krachtens het besluit der
Eerste Kamer, als gevolg van de ontbinding
vervallen, gewenscht is en de Regeèring, in
de^ plaats van ridderlijk bij hare belofte te
blijven houdt zich voorloopig op de vlakte.
Nu is er zeker geen wet, die een meer politiek
karakter draagt dan deze, maar de meerder
heid is in staat, het aooöord nit te leggen
naar haar smaak en in haar voordeel en zij
doot het. Natuurlijk wil zij niet ervan weten,
dat dit machtsmisbruik zoude zijndaarvan
wil men nimmer weten! Integendeel, zij be
schuldigt d© rechterzijde van letterknech-
terij, van kwadé trouw, stempelt hare uit-
loggiiarg tot ©ene, die strijdt met geest en be-
dooling van wat is overeengekomen. Zoo zet
men zijn zin door en speelt nog de brave rol
bovendien 1"
Na gezegd te hebben, dat een kind intueschen
na kan rekenen, dat het besluit dér linkerzijde
zuiver machtsmisbruik is, in strijd met woord
en bedoeling van het aoooord.vraagt de schrij
ver in VAN ONZEN TIJD:
„Waarom werd de voorwaarde, dat over
geen onderwerpen, die tot politieken begin
selstrijd kunnen leiden, beslissing zou woïden
genomen, aan het aocoord toegevoegd? Om
geen andore reden dan omdat d© rechterzijde
zich bü dat aocoord de gelegenheidl ontnam,,
die zeer veel kans van slagen had', om de
Tweede Kamer om te zetten. Van die gele
genheid deed zij afstand, maar bedong daar
tegenover, dat dan ook de linkerzijde van
hare mederheid geen gebruik zoude maken.
Wat z(i nu wél gaan doen, wanneer zii de
Ouderdomswet opnieuw voteert. Ware het
accoord niet getroffen en de meerderheid in
de Tweede Kamer, die op staatsrechtelijke
gronden berust, dezelfde zijn geweest, en
zoude de Tweede Kamer, zoo de Regeeriiv
d© Ouderdmswet opnieuw had ingediend,
déze hebben verworpen. Deze kans heeft de
rechterzijde zich zelve afgesneden, maar zij
had daartegenover bedbngen, dat in zake
politieke beslissingen d© linkerzijde evenmin
van harO meerderheid zou gebruik maken-
En dat doet zij. wanneer zij de Ouderdoms
wet opnieuw in behandeling neemt, gelijk de
Regfering hare belofte schendt, wanneer zij
zo opnieuw indient- Dat men hij het acooord
op het vervallen van de wetsontwerpen' te>
gevolge dér ontbinding niet, zou hebben 'ge
rekend. ia onwaar; de heer Van Vuuren heeft
reeds in DE TIJD aangetoond, d.at de schrap
ping van art. 142 van het R. v. O. der Tweede
Kamer, waarin dat vervallen wérd voérge-
sohreven. is geschied, nadat hét. aocoord is
tot stand gekomen."
Moge dit voorbeeld eene les zijn voor on-/
nolitici. aldus besluit VAN ONZEN TIJD. die
hen zal déen begrijpendat men Verb ondingen,
die In haar wézen het karafcter 'dragen van
machtsstrijd, niet méet. denjaturderen tot bene
oo'ntrlaétu'eéle: hét «reaf dia'n met dié politieke
pairtijen ©Venals met de Staten in dén oorlog:
de zwakkere wordt d'an hot kind van dé reke
ning.
BESPARING OP DE PTSTRIBÏÏTTE-
KOSTEN.
In dé ECONOMISCHE STATISTISCHE BE
BERICHTEN kordt. 3é vraag 'gesteld1 of't, niet
butie-artikel, dat geld koet, er een verkrijgbaar
te stellendat geen geld koet, nog in ruimer
mate toe te passen, dan to dusver.
„De verbruiker van prima1 Alkmaarder gort
kan thans alleen ordinaire gort bekomen be
neden den kostprijs. Wat kan er tegen zijn
om naast de goedkoop© gort een verpakte,
betere quailiteit gort verkrijgbaar te stellen,
waarop het Rijk niet behoeft toe te leggen
Miomentaneel worden all® kaassoorten bene
den kostprijs beschikbaar gesteld waarom
zou mén geen uitzondering maken voor bijv.
volvette belegen soorten, die wel uitsluitend
door de meergegoedén zullen worden ge
bruikt? Ié het niet mogelijk dé zachte zeep
in een groene en gel© kleur verkrijgbaar te
stellen en alleen bijslag te geven op de groene,
z-oodat de gegoede, die den kostprijs der zeep
kan en wil betalen, niet, zoo-als thans, ge
noopt wordt zich een bijslag te laten wélge
vallen Is ook niet een zekere bezuiniging
te verkrijgen, door niet alle peulvruchten
te rantsoeneoren, maar alleen op bruine boo-
nen en kleine soorten van groene erwten ver
Hes te lijden, doch de schokkers, de capu-
oijners en witte boonen tegen minstens dén
kostprijs te doen betaien Kan men niet melk
rantsoeneeren, en de boven het rantsoen ge
leverd e hoeveelheid zelfs boven de kostprijs
doen betalen Of in allen gevalle weigeren
bijslag te geven op gepasteuriseerde en ge
steriliseerde melk?
Wat de aardappelen betreft, merkt dé schrij
ver o.m. op:
„Da afgeloopen winter heeft genoegzaam
getoond, dat een gemeente alle Amsterdam
het publiek voor de veen aardappelen, in geen
geval meer zal laten betalen dan f>H ot. per
K-G- en voor de kleiaardappelen niet met-
dan ÖJ/2 ot. Dit zullen ook wel de prijzen
ongeveer zijn, die na de verkregen ervaring
de minister als maximumprijzen zal vaststel
len. Bij deze prijzen zal met inbegrip van
bewaarloon, vervoerkosten enz, het verlies per
H.L. op een paar gulden komen te staan,
zoodat de aardappelen-distributie een zestien
é- twintig millioen gulden zal vergen.
Bij dé toepassing nu van het beginsel, dat
naast het goedkoope artikel met bijslag een
duurder artikel zonder bijslag verkrijgbaar
ie, kan «en zeer grooto besparing op deze som
verkregen worden. Men wijze aanvankelijk
alleen do veen- en zandaardappelen voor dis
tributie aan en stelle ze voor 514 ot. per K.G.
verkrijgbaar, doch tegelijk brenge men ook
de andere soorten in het verkeer zonder bij
slag, Ieder is dan in staat van het goedkoope
voedsel te profiteeren, niemand is er echter
toe verplicht.
In tegenstelling met den afgeloopen winter
is thans deze praotijk zeer wel mogelijk. Het
vorige seizoen gaf een mislukten oogst en
het was noodig de duurzame aardappelen tot
het laatst te bewaren, ten einde «en groot
tekort in bet voorjaar te voorkomen. Dit
jaar zijn aanzienlijk meer oonsumptieaard-
aardappelen uitgepoot en beetaan ook de
fabrieksaardappelen voornamelijk uit de ge
wilde, voor menechelijk gebruik geschikte
geelvleezige soorten. Alles wijist er op, dat de
oogst overvloedig wordt en er bü behoud van
de rantsoeneering geen noodzaak zal zün om
het verbruik vttn de kleiaardappelen pas te
doen aanvangen, wanneer d© veen- en zand
aard appelen op zijn. De beide soorten kunn
bijgevolg zonder bezwaar gelijktijdig verkrijg
baar gesteld worden, de eene met, de andere
soort zonder verlies voor den Staat.
Stellig zullen bij inslaan van dezen wég ette
lijke milliöenen uit 'e Rijks schatkist bespaard
kunnen worden, zOndeT eenige schade voor de
volksvoeding. Dit bedrag wordt nog verhogd.
met de uitgespaarde kleinere bedragen bij de
distributie van eenige of alle der hierboven ge
noemde regofringsgocderen en de totale aom
kan van dien aard blijken te ziin, dat zii voldoen
de ia tot dekking van andere noodzakelijke uit
gaven ten behoove der mingegoeden. voor wel
ke men,in verband: met de schrikbarend hóoge
kosten voor de volksvoeding, thans nog terug
schrikt en die men biigevalg achterwege laat.
ONS „DAGEUJKSOH BIER" BEDREIGD.
Dr. Van Hamel Roos schreef in zün Maand
blad
De Bond van Nederlandsche Brouwerijen
heeft aan handelaar® in bieren het volgende
schrijven gezonden.
3 „Daar tengevolge van de moeilijkheden bü
de verkrijging van grondstoffen e. d. de
brouwerijen niet meer ten volle kunnen in
staan voor dé kwaliteit, reep- de houdbaar
heid der bieren, heeft het bestuur, van dén
Bond van Nederlandsche Brouwerijen zich tot
zijn leedwezen genoodzaakt gezien, hot be
sluit te nemen, dat door zün leden geen ver
goeding meer mag worden vererekt voor bdor
dat wegens smaak» of kwalitoits af wijkingen
wordt teruggezonden-"
Naar aanleiding van «jit schrijven, aohten
wij het in het publiek belang een krachtig
protest daartegen aan te teekenen.
Hoe nu? Zün ook wü reede door de oorlogs
psychose zóóver gekomen, dat fabrikanten
het recht rich toeëigenen, om het publiek
veer te schrijven met welke warén-kwaliteit
het genoegen heeft te nemen? Waar, ala bii
brooa, de Regeering door dé omstandigheden
gedwongen, 'n bepaalde samenstelling nood
zakelijk acht, moet natuurlük vertrouwd wor
den, dat het algemeen belang daarmede ge-
<B«n3 ztl wordenj 3oo£ indien «en particu-
Here Bond goedvindt, dé verbruiken t« j
„maszregeln", moet deze toestand onduHbaai
geacht worden.
Wü zü'n ons zeer wél bewust van de tegen- j!
woordigo groote moeilijkheden van het. bron
wérébedrijf en vertrouwen, dat van vegee-
ringswége in deze naar vermogen hulp za'
verleend warden, doch wü zouden in plaat.' t
van de bedreiging van den Brouwersbond
advieeeren dat dit lichaam overeen zou ka
men in dozen tijd slechts bepaalde, voor <3<
bierbereiding nog bruikbare en onschadelijk*
materialen te gebruiken, en ten strengst
aanwending van surrogaten van onbekend* ,J
samenstelling aan zijn loden te verbieden.
r Een onmiddellijke officieele enquête naai
de tegenwoordige samenstelling van ver I
schillende bieren, zou daarbü ten zeerste ii
het publiek belang zijn, gelet op de tallooz*
deels schadelijke, deels waardelooze „Erzatz"
middélen voor bier, die in Duitsohland nie
alléén, doch Ook wel degelijk hier te land*
aangeboden worden.
VERSPREIDE «BERICHTEN
DE WERELDSOHEEPSBOUW TIJDENS
DEN OORLOG.
De versoherpte duikbootoorlog heeft alt
berekeningen van onze tegenstanders ten on
derate boven geworpen," zegt de „Rhein,
fWfestf. Ztg." van 26 Juli. „Tot Februari van
dit jaar konden de vêrliezen tenminste eeni
germate door aanbouw van nieuwe sohepe
goed worden gemaakt, maar sinds er maande
lijks gemiddeld ruim 900.000 ton scheeps
ruimte tot zinken wordt gebracht, is de cr:
sis voor Engeland en zijn bondgenooten acuu;
geworden. Twee ernstige gevaren bedreige
den trotschen „beheerscher der zeeën.". Hë
eerste is van de van maand tot maam
grooter wordende waarschijnlijkheid, dat Er
geland het in het hongerduel spoediger zs
moeten „afleggen" dan de Centrale mogend
heden, en het andere dat zelfs een zegevic
rend einde Engeland reddeloos van zijn mach
tige hoogte zal nederstorten, omdat de ven,
nietiging van de Engelsche handelsvloc
langzamerhand zoo geweldige afmetinge'.*
heeft aangenomen, dat het wanhopige aar.;,
bouwen, in beslagnemen en aankoopen va.",
neutrale schepen er geen redmiddel mee
tegen Is, terwijl aan den anderen kant d
ooncurreerende wereldmachten in het Oostei
en Westen hun handelsvloot buitengewooj
hebben kunnen uitbreiden. sji'
Volgens de „Herald" zijn de laatste jare
aangebouwd, in bruto-registertonnen
1916 1915 1914
Engeland 682.305 649.336 1.980.4£'r
Ver. Staten 664.813 270.124 276.44'
Japan 246.234 98.213 64.66:
Nederland 211.693 217.692 104.26»
Duitsohland 81.960 179.804 465.22
Italië 81.472 20.230 60.3£:
Frankrijk 89.457 41.438 176.0'
Noorwegen 44.902 64.477 50.6£'
Zweden 40.090 26.927 18.56.
Denemarken 87.150 61.361 40.9:
Of deze cijfers van de „Herald" volkome
juist zijn, is niet te controleeren, maar z
zullen in ieder geval wel dicht bij de waa*
beid komen.
Voor den oorlog werd slechts 9,3 pC
van den Amerikaanschen wereldhandel oa,.
der Amerikaansche vlag vervoerd. In de ee
ete zes oorlogsmaanden werden er 131 bu
tenlandsche schepen met 472.485 ton laa* if-
ruimte geregistreerd, waardoor de Am.
rikaanscne handelsvloot met bijna 50 pC
van den stand van 30 Juli 1914 (1.066.06
ton) werd vermeerderd.
Het blad wijst er op, dat de Amerikaai
sche industrie en het Amerikaansche kap.
taal zich bij het uitbreken van den oorlc
eerst op de winstgevende munitie-industr
hebben geworpen, maar toen het gebrek ar;
soheepsruimte steeds grooter werd en me»1
en meer bleek, dat Engeland niet bij macht
was, om genoeg aan te bouwen, zag Amerils
ook in aén scheepsbouw een schitteren*-;
business". Volgens het „Journal of Oor'
merce" van 19 Juni werd er in Ameriii
alleen in Mei van dit jaar 47ya milliof
dollar in scheepsbouwmaatschappijen gest ,6
kenin de maanden Februari, Maart, Api
eni Mei 120 millioen I Dat dit een mass;
productie van schepen tengevolge zal he;
ben in den zin, waarin Amerika dit bee i
rondgebazuind, meent het blad te mogen b;
twijfelen, al zal Amerika de Entente oi'i
menig schlpt er beschikking kunnen stelle;
Het eenige resultaat zal wel zijn, dat Am j,
rika na den oorlog zélf een respectabele ha
delsvloot zal hebben, wat Duitsohland mi1
den sohade zal veroorzaken dan EngJ
landl
Ee» even gevaarlijke concurrent heeft E,
geland in Japan, dat zich tijdens den oorl
met niet minder energie dan Amerika op d' -
scheepsbouw heeft toege'egd. Volgens Lloy<
List van 6 Juni had Japan einde Maart 19; E|).
niet minder dan 132 stoomschepen
650.950 ton soheepsruimte in aanbouw.
1916 werd er 400 pOt. soheepsruimte me
aangebouwd dan in 1913; de productie vt
191? zal nog wel aanmerkelijk grooter zi; Hf
Onder de cijfers der andere landen vali .y
Episode uit den Fransch-Engrelschen oorlog
in de XlVe eeuw.
48)
Ik zal zo u zeggen, hernam de dokter,
die begreep dat er geen enkele minuut meer
te verliezen was; als gij mfi blijft om mij
te zien handelen, moeten wij allen gelijk,
paarden en menschen, in een oogenblik in
dien gang vluchten. Zoo niet, dan komen
we om, te zame» met de roovers.
Hoewel deze woorden op vasten toon wer
den gesproken, schenen ze de reizigers geens
zins te overtuigen. De dokter bemerkte het;
ohgeduldig voegde hij er bij
Welaan mannen, gij moet noch aarzelen,
noch wantrouwen, of wel wij zijn aïlen ver
loren. Overigens uw meester en die vreese-
lijke schildwacht, Thierry-Beer, geloof ik,
kunnen bij mij blijven om mij >e bewaken,
en te dooden op het eerste toeken van v»r-
tmd
Het i s goed, zeidie èuy de Fontoneiio
dic nu overreed was.
Hij' ging mét Matheline voorop in den
gang en de anderen volgden hén.
Drie mannen bleven dus sléchts over; Ro
bert de Rrécé, onbeweeglijk en da hand aan
zijn degen geslagen; Thierry-Beer, die op
zijh post bleef en den vijand gadesloeg; de
dokter die er slechts aan dacht de gouden
kronen te verdienen, die hem waren beloofd.
Hij beklom op zijne beurt de ladder om
de bewegingen van den vijand gade te slaan.
Zij haasten zich ladders te vervaardi
gen, aeide hij zij1 schijnen dus de muren te
willen beklimmen.
Werkelijk het is waar, zei do Thierry-
Reer; tot nog toe kon ik niet onderscheiden,
wat zij1 in het schild voerden.
Ei zoo, gij' vervaardigt ladders, des te
beter, riep de dokter, terwijl hij snel zijn
post verliet.
Toen hij den grond böreikt had, onderzocht
hij! oplettend den buitenmuur over zijne ga-
heele oppervlakte, eindelijk hield hij' stil vbor
drie openingen, een vuist ddk, wélke onder
ling waren verbonden door dunne «pleten,
Wka fr>t pp den grond doorliepen-
Messire, zeide hij tot Robert, kom eens
dichterbij', om te zien hoe ik dbe, het kan
u misschien ook nuttig zijn.
De edelman kwam eenige pass»en naderbij.
De zonderlinge dokter, wiens oogen van
zelfvoldoenirtg" schitterden, praatsto zijn ijze
ren buis en zijne toorts op ©enigen afstand
op den grond, nam een mes uit zijn zak en
zuiverde de scheuren zooveel mogelijk, oiri
te maken, dat zij onderling goed waren ver
bonden en verzekerde zich, dat zij niet voch
tig waren. Daarna nam hij uit zijn kleed twee
zakjes met een zwart korrelig poeder gevuld,
hetwelk hij in de holten uitstrooide, welke
hij! daarna vast met werk dichtstopte.
Uitstekend, zeide hij, terwijl hij de sple
ten, die door het aanstampen der bovenste
gaten, geheel met het poeder gevuld waren,
onderzocht Nog een klein werkje en dan
kunnen de bandieten met hunne ladders ko
men.
Hi| strooide nu over den bodem tot mid
den op de plaats een lange streep van hét
was. Aan het einde legde hij' eenig droog
zwarte poeder, terwijl hij er goed zorg .vootc
droeg, dat nergens die streep onderbroken
Stroo m gras erop, Onderzocht nu ot alle»
miet elkaar verbonden was: bet stroo en
het gras met den streep, en "deze streep met
hel poeder in- den muur. Daarna keerde hij
zich bedaard naar Robert de Brécé, die on-
geloovig en hoofdschuddend zijn wérken had
gadegeslagen.
Gij1 ziet mij aan, alsof gij mij! voor een
gek houdt.
Dat is tie zeggen, zeide Robert; ik kan
althans moeilijk gelooven, dat uw nietig poe
der dien gewéldigen uitslag zou kunnen te
weegbrengen.
Messire, ik zal u maar niet den dood
van den cipier van Mortain herinneren, ik
stel me tevreden u te zeggen: "heb gledutd.
En de dokter ging zijp ijzeren buis halen
en de toorts, die hij' heen "en weer zwaaide,
om de vlam aan te wakkeren.
Daar zijn ze, riep Thietrry-Beer; ze
zijp veertig in getal en hebben twintig ladders.
Snel, Messire, zeide de dokter met na
druk, beveel dien man spoedig die plaats te
verlaten, of wél ik moet hem tegelijk mot d©
bandieten dooden. 1
Robert moest tweemaal bevelen voordat
Thierry hem gehoorzaamde.
Dood ma d» verrader», brulden de
bandieten als één man, en op hetzelfde ooge
blik zag men de uiteinden van twintig Is
ders boven den muur uitsteken.
Snel. vrienden; vl'uoht, vlucht, het ooge
blik dat oéslissen moet, is gekomen.
De (eidélman en Thierry-Beer gehoorzaa.
den en verdwenen in den gang terwijl
een laats ten blik achter zich wierpen. j
Twintig dreigende koppen verschenen L
ven den mluur en riepen:
Wraak, wtraak'
Dé dokter, die alleen was, wierp nu z;
brandende toorts op, het hoopje stroo en drc
gras, dait aan den streep van poeder grens<
daarna vluohtte ook hij in den gang.
Het gehuil, de verwenschingen der p;
vers verdubbelden.
De dokter scheen overweldigd, hij was
grijzelijk bleek geworden. t'
Die doodelijke angst duurcto eenige sco
den, waarin Robert rijn degen, uit de scto.
^Eensklaps deed een gewéldige ontploffj
den grond dreunen, gelijfc bij bet rate
van den donder, en allé geschreeuw! w>
overheersoht Dan, .wérd alles stil; men hc
da niets. (Wordt vervol:
moge-Rik is. bét, benn*'©!. om nn.icit tp' distr-
til IVObt w III II w - -