Bill mull. COMMIT BINNENLAND STAD EN STREEft feuilleton BERTRANDDU GUESCÜN ORDE EN ARBEID 23 Aug. Tweede Blad NEDERLAND EN DE OORLOG. Een Hollandsche Amerikaan, die enkele ^"eken geleden in ons land is gekomen, is getroffen geworden door de betrekkelijke zor geloosheid, waarmee hier te lande, naar zij ne waarneming, wordt voortgeleefd. Hij toeent, naar hetgeen hij1 In Amerika heeft geboord, dat er uit'erat moeilijke tij den ook voo r ons land aanbreken «uilen, en zou gaarne in de gelegenheid Worden gesteld, zijn oude vaderland met ernst te waarschuwen. Die gelegenheid werd hem in de N. R Ct ..geboden en wij aar zelen niet zijn waarschuwing ook onder de oogen van onze lezers te brengen. Er is reeds maanden geleden, en herhaal delijk op gewezen, dat Nederland, gelijk trouwens alle andere landen, tijden van ge brek aan allerhand noodzakelijke behoeften zal hebben door te maken. Tot nu toe is daaraan niet veel waarde gehecht,* men ge looft niet gaarne, wat men onaangenaam vindt. Ofschoon onze Hollandsche Amerikaan niets nieuws schrijft, meeneh wij er wel aan te doen ook zijn stem nog eens te doen vernomen. Hij heeft aan den anderen kant 'an den Oceaan gezien wat daar omgaat, en misschien wil men aan zijne waarschuwing thans eenige waarde hechten. Hij schrijft dan: „Dit is een woord van waarschuwing. Een woord zoo ernstig, als ik het schrijven kan in een taal die mij sedert vele jaren niet meer tot gewone omgangstaal heeft gediend. Holland loopt gevaarl Niet door een direkte deelneming aan den oorlog. Als buffer-staat is Nederland op dit moment voor beide zijden van te veel belang. Holland loopt echter groot gevaar, als een bel e Serde ves te spoedig honger te lij e n. Om dit te voorkomen moeten wij den toestand ernstig onder het oog zien. Met kalm beraad moeten wij te werk gaan en mei welwillende medewerking moeten wij onze persoonlijke wenschen en wenschjes on dergeschikt maken aan het eene groote doel, onze onafhankelijke kracht te handhaven uit eigen middelen tot tijd en wijle, dat de vrede «al zijn teruggekeerd. oorzaak van dezo ontwikkeling van den toestand is eenvoudig- „VanuitAmerikazullen wij niets meer ontvangen. Inderdaad, Amerika «ai niet in staat zijn, ons de oude voorraden Ce leveren. President Wilson en de overgroo ts meerderheid der Amerikanen zijn ons per soonlijk welgezind. Maar het is onmogelijk, dat de groote transatlantische voorraads- ichuur alle geallieerden van levensmiddelen «al voorzien en bovendien ook nog de nem tralen. Blijven wij neutraal dan zullen wij tezamen met Denemarken en Noorwegen en Zweden en Zwitserland achteraan op de Amerikaansohe lijst komen te staan. |W U kunnen wel schepen naar Amerikaansche ha vens zenden, maar voorraden om die te vul len, zijn niet verkrijgbaar. „Neutrals last" Het gaat om leven en dood, en de kleinen komen in het gedrang. Dit feit mag ons on aangenaam aandoen, maar het bestéAt. Hoe eerder wij- het begrijpen, hoe beter voor ons ■elven en ome naaste toekomst. „Om zich goed in dezen toestand In te denken, moet men de psyche van het Ame rikaansche volk ten opzichte van dezen oor log goed begrijpen. De nuchter-denkende A- merikaan is wel de allerlaatste om veel voor len. Altijd heeft hij het idee van discipline, een frissohen en vroolljken krijg te gevoe- verfoeid. Hij vindt oorlog voeren iets dat tot de middeneeuwen behoort, en waar een verstandig man niet aan mee kan doen. In dien hij took meedoet, zoo kan een derge lijke handeling slechts door ééne oorzaak gemotiveerd worden. Die oorzaak is „nood Weer." Do Amerikaan beschouwt dezen oor log als een zaak van noodweer. Hij heeft den strijd nooit gewild. Hij heeft alvorens tot daden over te gaan, heel veel verdragen. Hij heeft den brand van België gezien en de kreten van verdrinkende landgenooten ge hoord, en hij heeft geen vinger uitgestoken, om dit te verhelpen. Hij aarzelde zich in Europeescho aangelegenheden te mengen. Maar zijn vijand, zoo redeneert hij, gaf hem geen rust. De president zond nota's en ver- toogen en protesten tot in het belachelijke toe. Het hielp niets. En toen eindelijk de onbeperkte duikbootoorlog alle neutralen tot slachtoffers maakte van een handelwijze, die Amerika niet als wettig kon toestaan, ja toen was het uit. Zonder dien duik bootoorlog echter ware hjj (de ge wone Amerikaan uit het volk) nooit tot den krijg te bewegen geweest. „De Amerikaan heeft de kwestie jaren lang overwogen. Hij heeft lang getalmd. Nu is het uit. En toornig dat men hem in een dergelijkan strijd door jarenlange tergerijen gedwongen heeft, maakt hij zich gereed om nu voor goed en al een einde te maken aan dezen onhoudbaren toestand. Amerika ver langt geen materieele winst uit den oorlog. Het heeft geen lust zijn onmetelijk gebied te vergreoien nieuwe koloniën bij de oude tè voegem Amerika, volgen» hel opreohte geloof van de groote menigte, strijdt om de toekomstige wereld voor hare kinderen be woonbaar te maken. „Tot zoover de toestand in Amerika. Nu Dog iets over ons zelf. Ons land, door zijn aardrijkskundige ligging, is een natuurlijke voorhaven van Duitschland. Dat brengt mij tot het allergewichtigst punt in deze korte beschouwing. Amerika wil niet dat wijs Duitschland meer zullen leve- re n, dan strikt noodzakelijk is, om onzen kolenvoorraad op de gewensohte hoogte: te louden. Nogmaals verzoek ik den Holland- schen lezer zich zoo veel mogelijk de Ame rikaansohe opvatting eigen te maken. Mil- licenen mensohen en miljarden aan goederen worden thans in Amerika bijeen gebracht, om het gewenschte doel te bereiken. Bij een dergelijke reusachtige onderneming gaat al les in het groot. Me n weet we 1, d' at vele onschuldige neutralen d.e- zen winter koude zullen lijden, en des avonds hongerig naar bed zullen gaan. Maar, zoo redeneert de doorsnee-Amerikaan, in Frankrijk en Italië en Rusland en Engeland hebben de inwoners óók geen kolen en weinig eten, en dan heb ben zij er bovendien nog een oorlog bij met alle ellende van dooden en gewonden. Heeft de neutraal, die zooveel misloopt, eigenlijk wel reden tot klagen, wanneer hij! er, zoo afkomt als naaste buur in de grootste kata- miteit, die de wereld nog ooit heeft getrof fen? „Hoe men persoonlijk over deze opvattin gen van de Amerikanen wenscht te denken, staat niet aan mij te beoordeelen. Maar het schijnt toch wel zeer gewenscht dat deze dingen algemeen bekend zullen worden on der de Hollandsche natie. Men is in het buitenl and niet gehee 1 tevred.e.n over ons. Niet omdat wij' geen aandeel nemen aan den oorlog. Onze neutraliteit neemt niemand ons kwalijk. Wel echter, om de meening, die bij ons te lande maar al te dikwijls gehoord wordt: „als wij er nu maar uit blijven, dan is alles alweer goed." „In die openlijke bekentenis van velen on zer medeburgers zit het gevaar. Neutrali teit, om tot goede resultaten te voeren, mag nooit iets negatiefs zijn. Om waarde te hebben moet de neutraliteit een positieve daad zijn. Indien het ons werkelijk heilige ernst is met ons onafhankelijk volksbestaan, laten wij' ons dan nu onmiddellijk voorbe reiden op zeer moeilijke dagen. Niet door overhaast groote voorraden op te koopen (de meest onvaderlandslievende daad, die men onder de omstandigheden bedenken kan). Maar laten wij ons gereed maken voor dë sterkste beproeving van onzen goeden moed en ons geduld. De economische belegering van Nederland staat voor de deur." „De regeering vermag niet, daaraan iets te verhelpen." „Wij moeten allen zon der onderscheid bijstand! verleenen." Door den heer Staps, voorzitter van dsn Ohrisfcelijken Mijnwerkers bond is Maandag middag aan den Minister van Oorlog h'ofc vol gende telegram igteao neten: „Gezien den ko len nood in het land dringen wij! er nog maals bij' Hwe Excellentie op aan allen Né- derlandschen gomobili&eerrden mijnwerkers klein verlof te geven, waar "door de mobili satie al aooveel degelijke mijnwerkers aan het bedrijf onttrokken en inwilliging van ons verzoek ongetwijfeld land en volk ten voordeele zijn." Het Bureau <voor Mededeelingen omtrent de Voedselvoorziening meldt: „In een voor enkele dagen door verschaf- lende Rotterdamsohe bladen gepubliceerd be toog werd onder het opschrift: „Wees.zui nig op brood" meer uitvoerig uiteenge zet, waarom het dringend noodzakelijk is zoo spaarzaam mogelijk op brood te zijn met het oog op ide s teeds dreigende mogelijkheid, dlat het broodrantsoen izal moeten worden ver minderd. Blijkens een dier bladen zou dit Artikel af komstig zijn (van het Distributiebedrijf te Rotterdam. 1 Dit is teen misverstand. Het betrof hier in derdaad een eerste poging van het Bureau voor Mededeelingen omtrent de voedselvoor ziening, om zich rechtstreeks te wenden tot het Noderlandscho publiek door middel van een strooibiljet, met welks verspreiding in tienduizenden exemplaren de gemeente besturen zioh hebben belast. Mtet (het oog op deze meer speciale bestem ming (was dan ook dit strooibiljet met aan de bladen toegezonden, al kan het uit den aard der zaak aan het beoogde doel slechts ten goede komen, wanneer aan den inhoud dezer mededeeling took door de pers meerdere bekendheid wordt gegeven. Het voornemen is daarom voor het vervolg (doze mededeelingen, die van het Bureau uitgaan, recht streeks ook aan de pers toe te zen den. De bedoeling toch, waarmede het Bureau is opgericht, is niet alleen door berichten en andere wegen te trachten het Noderlandscho oommuniqué's in de pers, maar ook langs publiek aooveel mogelijk in te lichten om trent de maatregelen, die de regeering in zake de voedselvoorziening verplicht is te njemen, opdat men beter leere begrijpen groote moeilijkheden, die zich dagelijks ster- k)er doen gevoelen en de noodzakelijkheid,, dat ieder (naar beste krachten medewerkt, om die moeilijkheden te overwinnen. Dit zal nijerfi mogelijk zijn, zonder dat een ieder zich' belangrijke opofferingen getroost, niet slechts van vjeel dat het leven gemakkelijker fen aangenamer maakt, maar zelfs van datgene, wat in normale 'tijden behoefte wordt ge acht Men zal zifth nog meer dan rieeds hef geval Ta, moeten behel pen met hetgeen beschikbaar zal zijn. Dit zal te minder zwaar vallen, naarmate men better doordrongen is van de 'fedenen. die tot het opleggen van beperkingten leiden. Daartoe bij' te dragen zal de taak van het Bureau zijn. Episode uit den Fransch-Engelschen oorlog In de XlVe eeuw. 57) Da,t no.®m ik, moedig spreken, riep Guy de Fontenelle vol bewondering uit. Mijn voornemen schijnt u te'bevallen, mij-n waarde schildknaap. Men kan niets liever verlangen, Mes- sire Bertrand. Welnu, gij kunt mij in mün tocht behulp zaam zijn, en pok gij, Messire de Bréoé. Ik geloof met, dat ik u daar nog de ver tekering van belhoef te geven; wij zullen on der nwe bevelen strijden, antwoordde Robert de Brécé. Bij onze Lieve Vrouw van Guesclin, gij terkiest de beste partij, want ik beloof u, dat Owe zwaarden hunne scheden langen tijd Mnnen missen. Gij zult allen roem kunnen oehalen. Wij zullen ons best doen, alsook de daip- ÜSCe makkers, die ons volgen. Hier ziet gij Thomas, nog een dappere, die den laatsten kruistocht heeft medegemaakt; hij is een tijdgenoot van den H. Lodewijk. Hjj wil ook nu nog het recht verdedigen. Hoe oud gij o-ok moogt zijn, mijn vriend zeide Bertrand du Guesclin, gij waart toch nog zeker slechts een kind, toen gij dien vrceselijken oorlog hebt medegemaakt. Ja, Messire Bertrand. Het was in 1270, en ik was toen nog slechts twaalf jaren oud. Ik volgde destijds mijn vader. Alzoo, vervolgde GueBclin, wij gaan sa men oorlog voeren. Ja, Messire, maar ik heb toèh eene voor waarde te stellen, zeide Robert de Bréoé. O, ge verschrikt mij, zeide de aanvoerder lachend. Wel, ziehier, ik wil drie dagen wachten, voordat wij uittrekken. Zeker om nwe Philïbcrta even te spre ken? Gij hebt het goed geraden, bekende Ro bert, eenigszins kleurend. Goed, ge kunt mij voor *t oogenblik toch niet volgen; het zon ook nutteloos zijn. Blijf hier, met nw gevolg. Het klooster is groot genoeg om wel honderd ridder» te herberge» Overtreding Zondag s sluit in.g barbiers. De Coiffeur Faas, te Amster dam, zal zich Vrijdag 81 Augustus voor het kantongerecht aldaar hebben te verant woorden wegens overtreding der verordening vop de Zondagssluiting der barbiers. Stee ds m eer re serves. Het bestuur van „Recht en Plicht" deelt het volgende mede: Maandag 13 Augustus hadden E. Bouwman, voor de Ned. Federatie v. Trans portarbeiders, O. Posthuma, voor „Recht en Plicht" (Wi. Jamoël, voor de Ohr. Organi satie en J. Zwaga, voor de R.K. Organisatie van Havenarbeiders een onderhoud met den directeur-generaal van den arbeid op diens bureau, ten einde daar de wenschelijkheid te bespreken dat voor de Amsterdamsche houtwerkers en houtvlotters een soortgelijke regeling (havenreserve) in het leven zal ko men, «is voor de andere havenarbeiders reeds bestaat. De directeur-generaal, de heer Van Ysselsteyn, zegde zijn medewerking in deze aangelegenheid toe en «ai in overleg treden met de Amsterdamsche Houtimporteurs-Ver- eeniging om te trachten ook voor de hout werkers en houtvlotters een regeling te ver krijgen. Arbeidscontract in de sigaren- industrie. Men schrijft aan het „Hbl.": Eenigen tijd geleden boden de vier arbeiders bonden in de sigarenindustrie e©n ontwerp- oolleetief contract aan de fabrikanlenvereem- ging aan, zulks ter vervanging van htet op 20 dezer afloopende o-ude contract. In hjefft concept-arbeidscontract kwamen eenige nieuwe voorstellen voor, zooals loons- yetrhooging, arboidsduur, afschaffing van huis arbeid, vergoeding voor verzuim op algemeen er kende Christelijke en Israëlietisoiie feest- üagen, en in de gevallen bedoeld in artikelen c. en d. vajn de wet op het Arbeidscontract. Verder vapantie met behoud van loon, ver- Elicht lidmaatschap voor patroons en werk- eden, verplichtingen bij werkstaking en uit sluiting, en nog eenige voorstellen, die te sa men eene geheele wijziging der eocaapl'-eco- noinisch© verhoudingen in deze industrie zou den teweegbrengen. Rieteds bij de ontvangst van het concept- contract gingen er- stemmen uit de fabrikan tenbonden op, dat de nieuwe voorstellen be slist onaannemelijk waren, daar de druk welkte reeds langen tijd op de industrie ligt, dau zoodanig zou worden verzwaard, dat er- prac- tisch niet verder geagbeid zou kunnen worden. Langdurige besprekingen en bteraadslag^n- gten vonden toen telkens in patroonskringen plaats, zonder d%t echter eene ver tegemoet komende oplossing kon worden gevoncten, daar hierdoor ook vele bedrijfsbeÜemmerin- getn zouden ontstaan, die vooral tegenwoordig, met het oog op die onzekere vooruitzichten der industrie, tot ernstige complicaties op velerlei gebied zouden leiden. Naar aanleiding van deze overwegingen is door dje patroonsorganisaties^ aan die vier wterkliedenbonden geantwoord^ dat niet op htet nieuwe contract kan worden ingegaan, doch wordt teen voorloopig Collectief con tract ter ivoor in de plaats geboden, hetwelk een duurte toeslag van 20 pCt. inhoudt, bene vens een voorstel tot arbitrage in geval van meeningsverschillten. Tevens willen de patroonsbonden zich ver der verplichten om, indien hunne voorstallen worden aangenomen, vóór 1 November e.k., een ontwerp voor een vaststaand contract in te dienen, met de bepaling dat de grond- loonen na afloop van den oorlogstijd zullen worden .vastgesteld, en uiterlijk één jaar na afloop van den wereldoorlog van kracht zul len worden, terwijl eventueele geschillen over die grondloonen dan door scheidsrechters (van weerszijden aan te Wijten) zullen opgelost worden' Het is thans de vraag of de werklieden- bondetn op de genoemde voorstellen zullen iDC zoover dit thans te beoordeelen valt, zijn zij' niet ongenegen, om langjs vretedzamen weg zoovéél verbetering fe krijgen, als voor het oogenblik maar even kan worden be reikt' Ook as,n arbeiderszijde is men niet blind voor de eigenaardige en moeilijke omstandig- heden, waarin de sigarenindustrie in dezen oorlogstijd verbeert en zal men daarom ook van werknemiersrijde trachten, om met do fabrikanten voor het behoud van een loonend fcedrijf saam te werken. Na den oorlog zullen echter de sociaal-eco nomische .vraagstukken ongetwijfeld op bree zonder dat men er iets van zou ontdekken. De overste zal wel voor alles zorgen. Gij moet alleen maar zorgen, dat gij uwe per soonlijke vijanden niet ontmoet. Wij zullen hen later wel treffen. Op dit oogenblik kwam de dokter binnen. Daar is ónze wijsgeer reeds, zeide Ber trand opgeruimd. Ik wed dat gij reeds voor een verblijf voor uwe makkers hebt gezorgd? Ja kapitein, de paarden zijn n den stal. De mannen hebben hun avondmaal ge bruikt. Goed, ik ga u nu verlaten, maar ik druk n op het hart goed te zorgen voor den ridder de Brécé, mijn heston vriend; wat hij u ook vragen moge, gij moet hem. uit geheel uw vermogen bijstaan. Ik ben de getrouwe dienaar der vrien den van den koning van Frankrijk. - Ik weet het, en ik reken er op. Tot weerzien mijne vrienden; God mi uwe degens mogen n beschermen. Hierna verliet du Guesclin het -vertrek, be gaf zich naar zijne krijgers en volgde met ren denzelfden uitgang waarlangs Robert de Bréoé en de rijnen gekomen waren. Na; T-Tfr» vertrek waren Robert, Guy die ere wijze naar voren worden gebracht, niet alleen door een ehktelte industrie, doch door tal .van getrusteerde organisaties dör werk gevers en werknemers. Reeds nu hebben zich eten twintigtal pa troonsbonden geconoentreeM tot eten verbond van Nederlanclsche fabrikantenvereenigingen, welk verbond ongetwijfeld niet alleen Werk zaam zal zijh om der buifenl'andschö con currentie in de toekomst het hoofd te bieden, doch zijne eventueele machtspositie tevens zal aanwenden om tegenover de werklieden- bónden sterker te kunnen staan. Maar ook deze laatsten ritten niet stil, doch spannen zich kraohtig in, om Insgelijks echte concen tratie van vak vereeni gin gen in ons land te vormen, zoodat dan in-de toekomst twtee mlach- tigte fusies rekening met elkaar Zullen Kebben te hóuden DRANKBESTRIJDING. Het jenever-gevaar. De wereldoor log is thans in zulk een stadium gekomen, dat het publiek zioh moegekeken heeft. Nu al drie jaren lang, eiken dag, die lange Kot lommen druks over heldenmoed en misdaad, over heilige zelfopoffering en verfoeilijke beestigheden. Het is om er siif Tan te wor den. Maar in ©ogenblikken van bespiegeling zien wij! toch nog als iete zeer schoon» dë houding van het lijdend publiek in tte oor logvoerende landen, zooals en» die ffoor verJ halen en brieven beschreven wordt. Daar Is publiek, dat uit de ontberingen en levensmoeilijkheden Kracht, karakter kracht haalt. Voor, on telbar en zal de oorlog niet te ver- geeisch geweest zijn. öa beproeving heeft hen gelouterd. Wat kardinaal Mercier in Belgie, de bisschoppen en priesters in de overige landen, evenals Paus Benediotus door woord en voorbeeld prediken, wordt alom door duizenden opgevolgd1. Ook rondom ons vermenigvuldigen zioh de beproevingen. Qpk ons gaat het oorlogswee harder Knel len. Toch blijven alle boproeviqgen nog ge ring schijnen, wanneer wjj die vergelijken met de ellende in oorlogsland. Wanneer wij droog brood eten, dan eten wij nog weeldebrood in vergelijking met de genen, die aan het front staan ot m een afgemarteld land leven. Wij hebben ons in <Jp beproevingen te schikken, zooals een Christelijk volk be taamt. Doen wij het ook? Er wordt door, sommigen reeds geklaagd en gemopperd, wanneer de levensgemakken verminderen. Thans wéér. wordt geraakt aan de volks drank, het bier. Het wordt duurder en de kwaliteit wordt minder. Een nieuwe vermin dering der kleine levensgenoegens dus. Ma»r een vermindering, die wel te dragen is, even als zoovele andere. Het gevaar, meent de „Msb.", is echter niet denkbeeldig, dat door de verhooging der bierprijzen en vermindering der kwali teit. het gebruik van sterke dranken, van jenever vooral stijgen zal. Wie dagelijks met het volk in aanraking komt, hoort menigmaal over die verwisse ling van biergebruik met jenevergebruik spreken als over een doodgewone zaak. Laat ons oppassen I Het zou duur te staan komen aan önze volkskracht, indien aldus het resultaat ver speeld werd van een jarenlangen, hevigen, Jjardnekkigen strijd togen het misbruik van sterken drank. Tegenover het deel der oorlogsellenden, dat ons dagelijks ernstiger bedreigt, mogen wij niet staan met doezelig hoofd en slappe beenen. Een krachtig, zelfbewst volk, dat zich Christelijk noemt, draagt met fiere gelaten heid ontberingen en offers, maar bedwelmt, zich niet met Westersch opium, wanneer de levenslast zwaarder wordt en het gevaar groeit. gemeenteraad. (Vervolg). Gas- en stroombespairin». Nadat de heer VAN LIEMT zijn voorstel om aan winkeliers meer ga® of eleotriciteit toe te staan had' ingetrokken, werd goedge keurd een voorstel van B. en W. tot wijziging van het rantsoeneeringseteleel van gas en eleotriciteit voor industrieelen. In verband met de berichten uit Den Haag dat het verre van zeker is, dat de thans voor Industrieelen doeleinden per maand toegestane maximum- hoeveelheid en eleotriciteitsetroom in do eerstvolgende tijden zal kunnen worden ge handhaafd, stellen B. en W. voor dit maxi mum, zijnde thans 75 pot- van het verbruik over de maand November 1918, uit de ver ordening te schrappen en aan hot college van B. en "W. over te laten, dit telkenmale vast te stellen. Het is niet onmogelijk, deelde de voorzitter mede, dat dit maximum van 75 pek, 50 pet wordt. t Allerlek Aan den heer W. P. Weber werd eervol ent- slag verleend als onderwijzer aan de M. U. L. O.-school no. 2. Fontenelle en Thomas de Kruisvaarder weer aan tafel gaan zitten*» en dronken, om eene afleiding aan hunne gedachten te geven, de nog gevulde flesschen wijn leeg. De dokter liep langzaam de zaal op en neer, als iemand die over iets bezorgd is. Dokter, zeide Robert eindelijk, wat doet gij toch? Kom bij one aan tafel ritten. Ik hen over iets aan 't nadenken, en zoek een middel voor iets. Welk middel zoekt gij danf Hetzelfde middel, dat ook gü zoekt mes sire. Hoezoo? Wel, om tot Jonkvrouw Fhlliberta door te dringen. Gij zijl een geleerde, zoo te kunnen ra den wat een ander wil. Maar ik zou u nog voor geleerder houden, als gö het middel ge vonden hadi Ik heb het gevondenantwoordde de dokter, DERDE DEEL. Voordat de dokter Robert de Bréoé aan bood hém naar het kasteel van de gravin Goedgekeurd werden de volgende voorstel len: Goed te keuren de rekening en verani woording van bet St. Elisabeth's of Groot Gasthuis, bedragende in ontvangst en uil gaaf een som van 150.201.18K, waarondc begrepen een subsidie der gemeente va 98.568.40. Goed te keuren de ingezonden rekenin en verantwoording over 1916 van bet Bnrgei Hfk Armbestuur en de begrooting over 191 en de begrooting van het Burgerlijk Arml stuur voor 1918. Goed te keuren 'de rekening en veran j woording der Stadsapotheek, dienst 1916. Te aanvaardon. onder 'dankhetnigini als geschenk voor het Frans Halsmuseum 1 Een schilderij „Stilleven5' door dén Haar len mer Floris van Schoten, hier als schilder ii.| geschreven anno 1641 _:2e. Een Amstel-porsdi leinen pot, beschilderd met afbeelding i kleuren van den in 1806 door Oornelis Kraa ingerlchten snuifmolen by de Cathrijnebru aan den Kondenhorn, door het bestuur di Vereeniging tot uitbreiding der verzameli van kunst en oudheden in het Frans Ha museum voor die verzameling aangeboden. Den heer K. Bussemaker wederom benoemen tot directeur van den gemeentel5 ken cursus tot opleiding van hoofdonderw j zers(essen). Den post „sehrijfloonen" ad f 2500 verhoogen tot 7500, tengevolge der meer re uitgaven, hoofdzakelijk voor tijdel. werf krachten in de plaats van zieke en gemol, liseerde ambtenaren, of aangenomen voor T verrichten van werkzaamheden, welke voor vloeien nit de buitengewone tijdsomstandi héden. Te bepalen, dlat dé rekening en verai woordlg van de Bank van Leening voorta: zal loopen van 1 Januari tot 81 December. Voor herstelling van het middengede te van den bihnenplaategevel van den len B. en W. een oredlet van 8500 te staan. Een nieuwe rooilijn voor de we zijde van het Z. B. Spaame vast te steil* teneinde te zijner tijd een plaatselijke we verbetering te verkrijgen. Goed te keuren de huurverlenging a mej. de wed. HF.A. de Kievit—Verwey v het perceel Koksteeg no. 18 en ophieuw verhuren het perceel Raaks no. .20. Aan den heer L. van Grieken te Lii de gevraagde vergunning te verleenen behoeve van rijn onder Lisse te bonn groentenzonterij. Goedgunstig te beschikken on een ad^ van de N. V. Maats, tot exploitatie van roerende goederen „Arbeid Adelt'* te Ha lem, tot overschrijving van huur van st tuingrond aan den Zijlweg vóór het perl no. 1 op naam van Th. Dekker Pzn. te Ov|| veen. Afwijzend te beschikken op een a*5 van K. Kievit en H. J. Giebels, om een kaV te doen aanleggen, opdat zij voor hun wor gen eleotrischen stroom kunnen betrek k, Aan de firma L. J. Erwteman te A, sterdam wordt verhuurd een stukje geme j tegrond by de Zoutkeet aan het Zuider ten Spaame. Te bepalen, dat eenige stroeken gro gelegen onderscheidenlijk aan de Jansstr: de Begijnesteeg, de Zniderschoolsteeg, de r verlaan en de Brouwersvaart, voor de passing aan de Bouwverordening void* aan de vereischten voor openbaren weg. -B. en W. vragen aan den Raad een c diet van 2260 om grond aan te koopen v j een eventueele uitbreiding met 2 loealen 1 de school voor U. L. O. lett. C., aan de '1 a terodestraal De heer LASSCHTTIT betoogt dat gymnastieklokaal op de binnenplaats-«F school kan komen; vraagt aanhouding het voorstel en Indiening van een nader De beer NAGTZAAM bestrijdt de ziensjjl ze van den heer Lasschuit en verdedigt ffl voorstel van B. en W. Do hoer JONCKBLOEDT merkt op, i het alleen gaat om den aankoop van pre i niet om verbouwing der school. Het voorstel van B. en W. wordt aar nomen. De vereeniging van ambtenaren in dj* der gemeente Haarlem vraagt aan den ri om de Verordening, regelende de aanstel gen van den opzichter der algem. begr; plaats aldus te wijzigen, dat hij beeft jaarwedde van 1800-1800 en recht op I verlof van minstens 14 dagen per jaar. 1 B. en W„ die een jaarwedde voors den van 900—1200, namen een voorstel rJ van dë heeren v. Liemt c.s., om dé wc»1 vast te stellen op 12001600. Dit vooi wordt aangenomen. B. en W. stellen voor de khnkerbc ting van den Harmenjaneweg te vervar door een keibestrating, zulke in verband het druk en zwaar vervoer over dien voor de gemeente-lichtfabrieken en de meentereiniging. Het ligt in de bedoeling, het gedeelte sohen de Oosterbmg en ae viaduct rn epoorweg AmBterdam.'—Haarlem, dat dien aard Is, dat thans reeds eene yerl ring moet worden aangebracht, dadelijk nog beschikbare keien te bestraten. Het gedeelte tusschen de Oosterbrug gemeente-lichtfabrieken behoeft nog van Montfoort te brengen, stelde hij eerst voor, hem en riJne twee makkers het vertrek te brengen waar rij, gednr hun verbHjf te Renmes. moesten ver bh De drie mannen stonden op en volgue door den doolhof van gangen en trappen, ke schenen gemaakt te rijn om een otfbefcg den weg te doen verliezen. Na eenigen tijd bereikten rii een soor kelder, welke vol was van planken, b stronken, flesschen, a-arden potten en re zaken, welke de apinnen door onto stofferige en grijze draden hadden dien. "Waarheen leidt gij cos toch? yro^, bert, die niét begreep waar deze toont diende. Gij «alt bet terstond rien, antwoord dokter^rp eeQ planken tei en maakte alzoo eene deur zichtbaar, oj deze en drong door in een tweeden k Hierlangs, messire, vervolgde hu; deur is de onzichtbare grens tusscber» huis en het klooster (Wordt v'erv i "I m-msaszaateasm I 1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 5