BROODKAARTEN.
DE DAG
Verstrekking van goedkoops Melk aan
Zieken, Zwakken en Kinderen.
BUITENLAND
BINNENLAND
P. W. TWEEHUIJSEN,
BERTRANDDU GUESCLIN
AANVULLINQ8-
Bureau Kamer No. 3
Sterke Jongens- en Meisjes
SCHQ9LLAARZEN.
FEUILLETON
3ÏVÏSDAG it SEPTEMBER «3S7 a
42STE JAARGANG No. 9435
DE ABOMNEMENTSPRiJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f 1,75; PER WEEK 131/, CENT; FRANCO PER POST PER KWARTAAL f 2,123
De Directeur van het Gemeentelijk Levens
middel enbureau te HAARLEM brengt ter ken
nis:
1. dat de Commissie van advies zitting zal hou
den voor hen wier naam begint met L. M. N.
of O op Woensdag 12 en voor hen wier naerm
.begint met Q. R. S. of T. op Donderdag
13 September telkens van 1—5 uur n.m.
overlegging wordt gevorderd van:
a. eene verklaring van den werkgever, voor
zien van datum en handteekening van .de
zen, dat spierarbeid wordt verricht;
b. een eenvoudig uittreksel uit het Register
van den Burgerlijken Stand, waaruit de
juiste samenstelling van het gezin blijkt.
4409'
De Directeur van het Gemeentelijk Le
vensmiddelenbureau te Haarlem, brengt ter
kennis
1. dat de Commissie van Toewijzing voor goed-
koope melk zitting zal houuen ia zijn
op Woensdag 12 en Donderdag 13 Septem
ber, telkens vanaf 7.30 ure tot 10 uur n.m.;
2. dat aanvragen bij bovengenoemde Commissie
moeten worden aangeboden en mondeling
toegelicht;
3. dat bonbladen tot het betrekken van goed-
koope melk vanaf Donderdag 13 dezer dage
lijks kunnen worden afgehaald bij den por
tier van zijn bureau, door hen op wier op-
vrage gunstig is beschikt. 4408
deze transactie wel onder geen voorwaarde
ingegaan kunnen worden.
Ten eerste niet, omdat we ons daardoor
de vijandschap der Entente op den hals
zouden halen.-
En voort3 niet', omdat de kans al te groot
ware, dat we ons geld kwijt zouden zijn.
Wat dan?
't Is moeilijk te zeggen.
,Wc zullen voor kolen wellicht naar Enge
land en Spanje moeten uitzien. Of zou het
geen aanbeveling verdienen al onze schepen
in gebruik te nemen voor de vaart op Indië
en daar. onze voedingsmiddelen als onzb ko
len te halen?
't Is een lange weg.
Maar "beter dan géén weg.
En hij heeft dit voor, dat we onze eigen
koloniën bevoordeelen.
MeVingang' van lieden zal het wittebrood
(regeeringsbloem) bestaan uit 60 pCt. in-
landsche tarwebloem, 20 p.Ot. gersteblo.óm,
10 pCt., aardappelmeel en 10 pöt. Ameri-
kaa:. b meel.
De cacaofabrieken van de fa. .Van iHouten
en Zn. te Weesp zijn wegen? kolengebrek
stopgezet.
f f Alarmeerende berichten
Zoo langzamerhand wordt de toestand voor
-Nederland onhoudbaar.
Dit Amerika komen alarmeerende berich
ten over plannen om onze daar teruggehou
den graanschepen te requireeren voör le
vensmiddelen- ën' troepenvervoer ten bate
van Amerika.
Dit ware dc ernstigste slag, ons dusver in
lezen oorlog toegebracht, een zóó vergaan
de schending onzer onvervreemdbare rech
ten, dat het onmogelijk zoude wezen er. on
verschillig onder te blijven.
Gelukkig, dat de juistheid dezer Jobstij
ding nog dient te worden afgewacht.
Zeker" daarentegen is thans, dat Duitsch-
land zijn kolenaanvoer naar Nederland heeft
stopgezet.
Wij meenden, dat deze kolenaanvoer reeds
bij overeenkomst was geregeld en als zeker
kon Worden beschouwd. En ziedaar, plotse
ling aan alle berekeningen en verwachtin
gen dc bodem ingeslagen. Het heet, dat
Duitschland geld van ons ter leen eischt.
Dat. is lang niet onwaarschijnlijk. Giste
ren voor bet eerst zonk de Markenkoers
•beneden 33.
De handel met ons land wordt voor
Duitscliland dus zeer, onvoordeelig; en het
tou begrijpelijk zijn als Duitschland door
een leening het koersverschil wilde verklei--
«en.
Van Nederlaiidscbe zijde echter zal op
WERELDBRAND
DE ZWEEDSCHE NEUTRALITEITSSCHËNNIS
—STILTE AAN DE FRONTEN IN MACEDONIË
In de Engelsche pers duurt de storm over
de Zweedsche neutraliteitschennis voort.
Het geval wordt natuurlijk dankbaar aan
vaard als, .inderdaad ook ernstig, propaganda
materiaal tegen Duitschland.
De tekst der door Lansing gepubliceerde tele
grammen is thans bekend. Ze luiden:
„„Mei 1917, No. 32. De regeering hier heeft
thans de Duitsche en Oostenrijksche schepen, op
welke tot dusver een wacht was geplaatst, vrij
gelaten. Als gevolg van de bijlegging van het
Monte Protegido-geval is er een groote veran
dering in de openbare meening gekomen en de
regeering wil in de toekomst Argentijnsche
schepen alleen uitklaren tgt Las Palmas. Ik ver
zoek dat-het kleine stoomschip Oran Guazo (31
Januari) (hiermee is bedoeld, dat dit stoom
schip den 31sten Januari is uitgevaren), 300
ton, dat nu Bordeaux nadert met de intentie
van verandering van vlag, zal worden gespaard,
ol anders spoorloos in den grond zal worden
geboord. Spurlos versenkt.) w. g. Luxburg."
„„3 Juli 1917. No. 95. Ik verneem uit ver
trouwbare bronnen dat de tegenwoordige minis
ter yan buitcnlandsche zaken, die een beruchte
ezel en Engelschgezind is, in een geheime zitting
van den Senaat heeft gezegd, dat Argentinië
van Berlijn een belofte zou vragen geen Argen
tijnsche schepen meer in den grond te boren
en dat, in geval van weigering, de betrekkingen
zouden worden afgebroken.-Ik raad aan te wei
geren of zoo noodig de bemiddeling van Spanje
in te roepen, w. g. Luxburg."
.,„9 Juli 1917, No. 64. Stel, zonder eenige
neiging te toonen concessies te willen doen, het
antwoord aan Argentinië uit, totdat u verdere
berichten ontvangen hebt. Hen verandering van
ministerie is «waarschijnlijk. Wat aangaat de
Argentijnsche stoomschepen, raad ik aan, ze te
dwingen terug te keeren of anders ze in den
grond te boren zonder dat er een spoor van
overblijft óf ze door te laten. Ze zijn alle zeer
klein. w. g. Luxburg.""
Vooral de aansporing van Luxburg om een
Argentijnsch schip ófwel ie sparen, ofwel zoo
danig in den grond te boren, dat er geen spoor
van overblijft, wordt tegen Duitschland uitge
buit. Het is .dan ook een regelrechte aansporing
tot moord op Argentijnsche zeelieden, opdat zij
van het gebeurde niets zouden kunnen naver
tellen.
Niet alleen in Argentinië en Zweden, doch ook
in Duitschland zelf zal de publicatie dezer
telegrammen indruk maken, 't Is te verwachten,
daf de wrevel tegen de' Duitsche buitenlandsche
politiek, vooral, bij de linkerzijde in Duitschland,
hierdoor nog zal aangroeien!
Voor net oogenblik schijnen
de gealliëerden geen plannen
te hebben tegen Zweden.
In de Engelsche offleieuse berichten duikt het
onderscheid weer op tusschen het Zweedsche
volk en de Zweedsche regeering. Blijkbaar koes
tert de Entente de hoop, dat h« „Zweedsche volk
bij de naderende verkiezingen zijne regeering
zal verloochenen. Het tijdstip van de publicatie
der telegrammen wijst duidelijk op een poging
om invloed uit te oefenen in deze richting.
Op de oorlogster&einen nergens actie van be-
teekeni8.
Alleen in Macedonië en Albanië begint de
omtrekkende beweging tegen den Duitsch-Oos-
tenrijkschen rechtervleugel zich scherper af te
teekenen. Dultschers en Oostenrijkers melden,
dat zij hun troepen naar de hoogten ten Z.-W.
van het Ochudaméer moesten terugtrekken, onder
den druk van sterke" Fransdie strijdkrachten,
't Is nog te vroeg om de beteekenlg dezer
nieuwe Entente-poging te onderzoeken.
De Italianen zijn aan het tellen van hun buit
in den 11 en Isonzo-slag. Ze zijn nog niet klaar
maar tot dusver, zeggen zij, heeft ni:n 145
kanonnen geteld, waarvan ongeveer 80 van mid
delbaar en zwaar kaliber, alsmede 94 mortieren
en dergelijke, 322 machinegeweren en 11,196 ge
weren. Veel van die wapens zijn al tegen den
vijand aan den gang.
VERSFRESDE^BERICHTEN
DE ECONOMISCHE TOESTAND IN
DUITSCHLAND.
Men schrijft aan het „Handelsblad'':
Als gij vraagt naar den eeonomischen toe
stand aan de overzijde der grens aldus
begon een Nederlander, die sinds eenige ja
ren in de groote fabriekscentra van Duitsch
land werkzaam is en thans voor enkele we
ken „zur Erholung" naar ons land terug
keerde dan moet ik dadelijk zeggen, dat
deze allesbehalve rooskleurig is. Een buiten-
ia ander kan zich geen denkbeeld- vormen
van de ellende en hst gebrek, dat er, vooral
in stille, geleden wordt. Er wordt ook steen
en been geklaagd, maar die klachten blijven
zooveel mogelijk binnen 's lands palen. Ik
overdrijf geenszins, als ik den eeonomischen
toestand zeer kritiek noem. En hierin speelt
het voedselgebrek wel de hoofdrol. Duitsch
land lijdt honger, niet in de eerste plaats de
arbeidende klasse, maar vooral de midden-
de neringdoende stand. Wii moeten onzen
honger stillen met 3 k 4 pond weinig voed
zaam brood per hoofd en per week, daarbij
wat aardappelen met groente. Daarbij komt
dan af jan toe een kleinigheid boter, wat
vleesch, maar nooit vet, en in een jaar heb
ben wo ook al geen mÊlk meer geproefd.
Men wil, dat 't op 't platteland in sommige
opzichten wat heter is, maar daarover kan
ik niet oordeelen. Wü drinken tegenwoordig
koffie van gemalen en gedroogde Steck-rü-
ben. Met veel suiker er in kan men dit onaan-
o-en'aain riekende vocht door de keel krij
gen. Een jaar gèleden dronken we koffie
van gebrande en daarna gemalen rogge,
maar dit is reeds "lang streng verboden. En
thee bereidt men van allerlei gebladerte,
maar het liefst nog van bloeiend heide
kruid, zoodat de „thee-oogst" weldra wel
weer in vollen gang zal zijn. Bier en sterke
dranken zijn er niet meer. Alleen wijn tegen
40 pfg pen glas en allerlei „Ersatze". Daar
de boeveelheid brood onvoldoende is, moet
menigeen zijn dagtaak beginnen met eerst als
ontbijt een weinig ooft, dat bovendien nog in
de meeste gevallen totaal onrijp is.
Wat ik hier zeg, geldt niet voor de arbei
ders en arbeidsters in munitie- en andere ia-
brieken. Deze menschen ontvangen een ex-
tra-voedseltoeslag van de regeering, om die
lieden zooveel mogelijk tevreden te houden,
zooals algemeen in Duitscliland gemompel
wordt. Én toch gist het ouder de arbeidende
bevolking. Men hoort daar herhaaldelijk uit
drukkingen, die volstrekt niet langer getui
gen yan diepen eerbied voor bet gezag, van
een kruipende onderdanigheid aan alles, wat
weleer als 't ware werd verafgood. Ja, de
toestand in de groote eentra der bevolking
wordt ernstig en vergissen we ons met al te
zeer, dan zouden we willen peggen, dat
Duitschland staat aan den vooravond van
gewichtige gebeurtenissen. Wel wordt na
tuurlijk thans nog alle zucht naar verade
ming onderdrukt op de' in Duitschland eigen
strenge wijze, maar dat neemt niet weg, dat
het verlangen naar hétere toestanden steeds
sterker wordt. Het getal dergenen, die nog
in een Duitsche overwinning gelooven, wordt
met den dag minder. Bij velen is de „Duit
sche" vaderlandsliefde reeds lang weg. Nu
wordt er wel heel wat geld verdiend, maar
wat ge>en me stukjes papier, waarvoor ik
geen brood kan koopen. Een mijnwerker bp
Krupp verdient met gemak een weekloon
van 180 200 Mark. In de munitiefabrieken
zijn de iocnen ook al vrij hoog; voor vroqwen
40 Mark en hooger. per week, voor vakman
nen 100 Mark en meer. Maar de arbeid komt
hoe langer hoe meer in banden der vrouwen,
hij gebrek aan mannelijke werkkrachten.
Zelfs zijn er nu kceds munitiefabrieken en
-werkplaatsen, waar 80 a 85 pet. van het «per
soneel uit vrouwen bestaat.
En behalve daar, ziet men de vrouw ook
overal elders mannenwerk verrichten. Met
de wijde mannenbroek ann schijnt ze ook de
„bekwaamheid" te hebben erlangd, om
den vaak moeilijken en gevaarlijken mannen-
arbeid te verrichten. Ioch moet bet gezegd
en erkend worden: de Duitselie vrouw weet.
de handen uit de mouw te steken, zelfs....
als men meent, dat de nood verzet- of opstand
noodig maakt. Dat hebben veel Düsscldorf-
sche vrouwen bewezen bij de jongste, zeer
ernstige ongeregeldheden, waiarvoor thans
nog circa driehonderd vrouwen in het tucht-,
huis zitten. De Duitsche vrouw eiseht ook
loon voor haar arbeid; loon in de eerste
plaats in den vorm van voedsel. En hoe zal
de toestand worden. C «V nir.cht. om dit to
geven, gaandeweg vermindert? Men hoopt
nog altijd op vrede v«V— '«-♦ aanstaan le-
winterseizoen. Het is de stroohalm, waaraan
zich vele duizenden en duizenden dezer dren
kelingen nog krampachtig vastklemmen
DUITSCHE PLANNEN MET BELG-IE.
Het bericht van een correspondent van
de Tijd, dat volgens hetwelk de commissie
van den Duitschen Bondsraad en Rijksdag,
een voorstel zou hebben besproken om Bel
gië in zijn volle zelfstandigheid te herstellen,
wordt bevestigd door een mededceling, die
de Weensche Eeichspost uit Berlijn heeft
ontvangen. Daarin wordt gezegd dat de vele
stemmen, die tot dusver de inlijving van
België bepleitten, thans zijn verstomd. In
feteeds wijder kring wordt ingezien dat Bel
gië het voornaamste punt is van alle moei
lijkheden, welke een vrede in den weg staan
en dat, indien het mogelijk zou. zijn tusschen
Duitschland en Engeland overeenstemming
te krijgen over de toekomstige positie yan
België, de vrede niet meer ver af zou zijn.
Een Belgisch vraagstuk schijnt nog slechts
in zoover te bestaan, dat er waarborgen
moeten worden verkregen, dat België niet
meer.het vrije opmarschgebied en het wille
keurige werktuig van de huidige vijanden
der middelrijken kan zijn.
De verlangde waarborgen zijn van militair
en economisch en politieken aard. Een mili
taire waarborg zou ook daarin ltunnen be
staan, dat alle- landen de aansporing van
den Paus volgen en een. algemeencn mili
taire ontwapening mogelijk maken. Een op
nieuw economisch krachtig België zou ook
een Duitsch voordeel zijn, onder voorwaar
de echter dat België met zijn tegenwoordige
bondgenooten geen overeenkomst treft, wel
ke Duitschland schaadt. De politieke waar
borgen zouden dan van zelf komen. Een
voornaam punt is dat hef heden reeds ten
uitvoer gebrachte nationale zelfbestuur der
Vlamingen én Walen iu België blijft be
staan. In dit licht beschouwd, schijnt het
Belgische probleem niet meer 'zoo onoplos
baar, temeer daar het daarom alleen reeds
zoo: gewichtig is, .dat België, zooals Erzber-
ger het onlangs in de hoofdcommissie van
den Rijksdag noemde, als de „politieke lie
veling der wereld" behandeld wordt.
Tpt zoover samengevat, hetgeen de Reichs-
post zegt. -
Het hoofdorgaan van het Beiersche cen
trum, de Augsburger Postzeitung, schrijft
onder den titel: Onze taak tegenover België,
een uitvoerig artikel, waarin o.a. wordt ge
zegd dat thans meer dan ooit in de Belgi
sche kwestie een eerlijke en onverbloemde
bekentenis noodig is, dat het Duitsche volk
er niet aan denkt België politiek, economisch
of zelfs milithir te onderdrukken. Dat is het
beginsel, waarvan alle onderhandelingen over
schadeloosstelling c. q. onzerzijds of waar
borgen van Belgische zijde doortrokken moe
ten zijn. In de plaats van een politiek van
geweld, moet een geest van ware verzoe
ning en overeenstemming treden. „Ons, Duit-
schen Katholieken, zegt het blad verder
is door de pauselijke vredesnota een nieu
we, machtige aansporing gegeven, om den
onchristelijken geest van weerwraak on ge
welddadige waarborgen, waarnaar ook velen
onzer trachtten, dé deur te wijzen. Van de
houding tegenover België hangt nu eenmaal
door een tragisch noodlot de beslissing over
oorlog en vrede af ,over de vraag of de
wereld verder noodeloos zal doodbloeden.
Wanneer het Duitsche volk het daarom met
zijn bereidwilligheid tot den vrede eerlijk
meent, moet het op dit punt het zijne doen."
Z. K- H. Prins Hendri k. Dr. Fideii-
landèr, de Duitsche arts vau Prins Hendrik. ia
ten paleiae Het Loo aangekomen om den Prins
gedurende eenige weken ondier ziine beliandé-
ling te nomen.
NEDERLAND EN DE OORLOG.
Zaterdagmiddag vergaderde de Prov. Over-
ijsselsche Boerenbond te Almelo, ten einde te
protesteer er tegen de regee
ring s m a a t r e g e 1 e n in zake graanbouw,
graanprijzen en voedernood. Onder de talrijke
aanwezigen was ook de heer H. A. P. C. van der
Waerden, adviseur van den Aartsdioeesanen
Boeren- en Tuinderstoond, en de heer A. H. J.
Engels, lid van de Tweede Kamer voor het dis
trict Almelo.
De voorzitter, L. baron van Voorst tot Voorst,
zeite in zijn openingsrede de -grieven der zaad-
boeren uiteen, Spr. voorzag een donkere
toekomst voor ons volk, want
de boer kan op. den graanbouw geen geld toe-
Barfcljcmsfraat 27. TEL. 877
leggen en zal minder of in 't geheel niet ver
bouwen. -Om dit te voorkomen, was deze ver
gadering bijeengeroepen. De heer A. H. J. Engels
hesprak tie door Minister Posthuma gevolgde
politiek. Hij zette uiteen, dat de actie der zaad-
boeren een algemeen volksbelang dient, omdat
door verhooging van prijzen, de graanverbouw
zal toenemen. Hij waarschuwde te
gen „1 ij d e 1 ij k v e r z e t", waarvan
hongersnood en revolutie de
gevolgen zouden zijn. Spreker
ineende, dat de Tweede* Kamer bij de a.s. be-
grootihg van landbouw wel zal zorgen dat dt
graanprijzen voor 1918 hooger gesteld worden.
Na langdurige discussies werd ook hier, even
als door de Brabantsche en Limburgsche boeren,
een motie aangenomen, waarin de landbouw
politiek der regeermg ernstig wordt becritiseerd
en afgekeurd en verschillende wenschen aan de
regeering worden kenbaar gemaakt.
In zijn sluitingsrede spoorde de voorzitter,
baron van Voorst tot Voorst de vergaderende
boeren aan, het hoofd boven water te houden en
te blijven zorgen voor den vaderlandschen land
bouw.
Dezer dagen kwameff 'de Zweedsche stoom
schepen „Dux" en „Tellus" uit Zweden te IJmui-
den binnen met grondstoffen voor
papier, bestemd voor de papierfabrieken te
Velsen. Zondag zijn opnieuw twee stoomschepen
aangekomen, namelijk de „Rex" en Ask".
Te Den Haag is gisteravond in de groote Wil
lemskerk een uitmuntend geslaagde vredesbe-
tooging gehouden door de protestantsche Chris
tenen, waar voor een zeer talrijk gehoor vijf
predikanten vau verschillende kerkgenootschap
pen over het toenemend vredesverlangen bij aile
volken hebben gesproken. De bijeenkomst vyas
uitgeschreven door de Nederlandsche afdeeling
van het Wereldverbond der Kerken. Verschillende
kerkelijke colleges en pacifistische vereenigingen
hadden afgevaardigden gezonden.
Aan het einde der bijeenkomst werd een mani
fest voorgelezen, waarin sympathie be
tuigd werd met het bemiddelings
aanbod van den Paus, dat den
weg aanwijst die tot een rechtvaardige en duur-
zamen vrede zou kunnen leiden en waarin de
mede-Christenen in alle landen met aandrang
worden opgewekt om alle pogingen die tot een.
duurzamen vrede kunnen leiden te steunen.
De Minister van Landbouw heeft besloten, de
periode betreffende den uitvoer van scha-'
penvleesch, te verlengen tot en met 30
September.
De Minister van Landbouw heeft benoemd tot
leden van de commissie van advies, toegevoegd
aan het Rijksdistributiekantoor
voor thee en koffie: 1..in zake thee:
mr. W. Suermondt, te Rotterdam, voorz.; F. H.
dé Koek v. Leeuwen, lid der firma Koekeen van
Heel, te Amsterdam; F. Sillem, directeur dei
N.V. van der Chljs' Handelsmaatschappij te
's-Gravenhage; C. H. J. ten Brink, te Leeuwar
den; Th. A. Geels, lid der firma Geels Co.,
Ie Amsterdam: J. A. Mulder, te Utrecht; 2. in
zake koffie: H. C. Rehbock, lid der firma Hof-
nrann, Schöffer Co., te Amsterdam, voorz.;
J. G. Bijdendiik, lid der firma G. Bijdendijk, te
Rotterdam; W. Moens, te Amsterdam; G. A.
J. Mirrer, directeur van de Handelskamer van
den Coöp. Bond te Rotterdam; G. P. Smith, lid
der firma H. Smith, te Groningen; C. van den
Berg, te Bussurn.
De Minister van Landbouw heeft bepaald dat
met ingang van 10 Sept. zal worden verstaan
onder Reg'eeringsbloem: 60 pet.
inlandsche tarwebloem; 20 pet. gerstebloem; 10
pet. aardappelmeel; 10 pet. Amerikaansch meel.
De samenstelling van het Regeeringsmeel blijft
ongewijzigd.
Twee der groote stoomponten van den veer
dienst Enkhuizen— Stavoren, die ge
bruikt worden voor het overbrengen van goede
rentreinen, zullen wegens gebrek aan
steenkolen worden stii gelegd. De man
schappen zijn heden, met 8 daggi opzegging,
werkeloos geworden.
Thans zijn alle tien strooc a r-
tonfabrieken Aastroom, Free Co.,
Union, Brittanië,, Erica, Albion, Ceres, oude en
nieuwe fabriek. De Kroon en Willielniina, re
Oude-Pekela, waar 800 arbeiders
werkten, stopgezet. Alleen in De Kroon
wordt nog asphalrpapier gemaakt.
Wegens de groote. schaarschie aan veevoeder
en ook omdat de slagers ie geringe prijzen voor
het vee betalenin verhouding lot -de vleesch-
Episode uit den Fransch-Engelschen oorlog
in de XIV© eenw.
Eerwaarde overste, gij spreekt waar.
Ja. het vaderland, de koning, onze plicht roe-
Pen ons. Is het niet waar Philiberta? Gij.
'\oeli Matheline zoudt ooit hem voor uwen
ridder kiezen, die ten tijd© van het gevaar,
ris slechts oorlogskreten weerklinken mogen,
"en minnelied zoude willen zingen.
- Ach, Robert, zejde Philiberta, ik wil
Hechte mijn hart schenken aan een braven
dapperen ridder; en ik weet dat KU even dap-
'er zijt als vroomMaar mij dunkt,
v oord at wij elkaar zullen wederzien, zullen
°r nog vele rampen over ons hoofd gaan
Kom kom, zeide do overste, wij zullen
onder bescherming stollen van Onze Lie-
Vrouw, meent ge, dat zij ons niet be-
,ftm»tten zal? Zegt elkander maar vaarwel.
Ln do vier jongelieden namen afscheid.
Robert de Brécé en Guy de Fontenelle, met
dien mamienmoeid, die een vast geloof
schenkt ook en juist ten tijde van. het gevaar.
Philiberta en Matheline trokken zich met
de overste en Yolande in een cel terug, waar
7,ij kracht zoohten en vonden in het gebed..
Is Thierry-Beer nog niet wedergekeerd,
vroeg Robert, zoodra hij zich hij zijne strijd
makkers had gevoegd,
Ja wel, messire, hier hen ik reeds, zeide
d© reus, terwijl hij vooruittrad.
Goed zoo ,hebt ge ook nieuws?
Ja, hij is dood; ik heb hem in zijn har
nas doen stikken; iets anders kon ik niet
doen.
Heeft u niemand gestoord in uw werk?
Toen ik met miin werk klaar was, -heb,
ik in de verte eenige ruiters bemerkt, die
op mij kwamen afrijden. Ik heb toen Cou-
leuvro ontwapend en ben zelf in een boscb
verdwenen.
Zijt ge' nu tevreden?
Ja, ik heb den schurk zijn verraad be
taald gezet.
Dan vooruit manifen, riep Eobefrt de
Bréeé. Deze dappere Breiaguers zullen onze
gidsen zijn.
En' de krijgers van Robert de Brécé, met
de soldaten van Bertrand du Gupsclin veree-
nigd, verlieten de abdij van Reunes, met de
noód-igo voorzichtigheid. Zij hadden eenige
dagen noodig om den beroemden ridder te
vinden, dio met zijne volgelingen eon soort
van guerilla-oorlog voerde.
VIII.
Do koniilg van Frankrijk en Karei van
Blois waren er ten zeerste over vertoornd,
dat Jan van Montfoort uit Parijs was ge
vlucht, zonder het, oordeel van de twaalf
pairs van Frankrijk af te wachten. Toeli
velden deze laafcsteu op den bepaalden dug
hun oordeel. Zii kenden het hertogdom toe
aan Karei van Blois, met uitsluiting van
Jan van Montfoprt.
Philips van Valois liet loon Karei van
Blois hij zich ontbieden en zeido hem:
Waarde neef, gij ziit nu als opvolger
benoemd in het hertogdom Bretagne. Ver
over nu uw goed op dengene, die er zich
"op verraderlijke wijze liet bezit van heeft
toegeëigend Ik zal u zelf geld geven om den
oorlog le voeren, en den bijstand van mijn
zoon, -ion hertog van-Normaudië. Het eenige
wat ik u verzoek, is spoedig te handelen.
Karei van Blois bedankte zijn oom en liet
terstond de voornaamste liecren van Frank
rijk verzoeken hem te helpen in den krijg.
Allen beloofden hunnen bijstand. Wij zullen
hen niet in hunne krijgsverrichtingen vol
gen, noch zullen wij gewagen vanjietgpen er
voorviel bij de.overgave van Nantes, noch
van de gevangenneming van Jan van Mont
foort, van don heer van Villers en van God
fried de Haroourt. Wij bepalen er ons toe, le
zeggen, dat Robert do Brécé en Guy de Fon
tenelle persoonlijk Godfried do H&rcourt en
den baron de Tracy overwonnen en dat zij
in dien strijd geducht werden bijgestaan
door den ouden dokter on door Thierry Beer,
zonder don dapperen du Guesclin to verge
ten, die. wel het grootste aandeel had in de
overwinning.
Nadat de oproerige edelen overwonnen wa
ren, werd togen hen een oordeel uitgespro
ken door den zoon van Philips van Valois
Dit behelsde onder meer, dat Jan van Mont
foort, Godfried de Haroourt en do baron vau
Traci naar Parijs zouden worden gezonden,
om daar het oordeel van den koning en de
straf af te wachten, dat, op last van den ko
ning het huwelijk zoodra mogelijk moest
worden voltrokken tusschen Robert de Bré
cé en Philiberta van Villers. Deze acte, met
het zegel van den hertog van Normandic
voorzien, werd aan Robert ter hand gesteld.
Ook Guy de Fontenelle kreeg eene bcloo-
ning bestaande in een gouden halsketen; en
TLierry-beer kreeg honderd gouden kronen
als schadeloosstelling voor de bewezen dieu-
sten,
Robert do Brécé en Guy de Fontenelle na
men afscheid van den hertog en van Karei
van Blois om zich naar Rennes te begeven.
Buiten zich zeiven s an geluk wilden ze reeds-
de zaal, waar het vonnis was gesproken, ver
laten, toen zij op den schouder werden ge-
klopt
Hoe nu, messires? Vergeet gij uwe vrien
den zoo spoedig?
Messire Bertrand, riepen beiden tegelijk
Ja, messire Bertrand, dien gij zoo maar
zonder afscheid wildot gaan verlaten. Gij
zult mij toch eerst wel eens vertéllen Wat et
vandaag gebeurd is?
(Wordt vervolgd-)-
UWE HAARLEMSCHE COURANT
wrnmmmrnam
,y./
3016