Aanvti!!ing Bantsoeneering. H.H. Winkeliers. DE DAG listriÈutiebfidrijf Heemstede. GASRANTSOENEERING P. W. TWEEHUIJSEN, BUITENLAND I ons rijst en I ons vet. Twee antwoorden. Gemeente Electriciteitsbedrijf Haarlem. Het antwoord van Duitschland Cleiie@nte°GasbedPijven BEMEENTE- ELECTRICITEITS BEDRIJF HAARLEM. Het antwoord van Keizer Karei Sterke Jongens- en Meisjes SCHOOLLAARZEN. ATEÏÏ&&Q £2 SEPTE5W3EK 1917 42STE JAARGANG No. 9445 DE AB0NNEN1ENTSPRIJ8 BEDRAAGT V00R HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN» PER KWARTAAL f 1,75} PER WEEK ISi/, CENT; FRANCO PER POST PER KWARTAAL f 2^2® Dit nummer bestaat uit vier bladen, waar onder het Geïllustreerd Zondagsblad in acht '^zijden. EERSTE BLAD. De Directeur van het Gemeentelijk Le- '«nspvddelenburëau te Haarlem brengt ter kennis; dat op de broodkaarten 28e WEEK als- ®°l» zal worden verstrekt De broodkaarten zullen bij aflevering der S*ederen op de gewone wijze door de win keliers worden afgestempeld met R. en V. Dit geldt ook voor de gemeente ÊLOEMENDAAL. De aandacht van H.H. Winkeliers wordt Bevestigd op bovenstaande advertentie. Na dere inlichtingen kunnen desgewenscht ten fijnen kantore worden ingewonnen. Nog wordt verzocht geen artikelen te ver trekken, op broodkaarten welke^aan de achterzijde sporen vertoonen van knoeierij tHei de stempels, doch in dat geval naam adres over te nemen en het Le vensmid- dolenbureau onverwijld kennis te geven. 4674 De Directeur voornoemd, F. DE JONGE. Haarlem, Heemstede en Schoten. 2ij die in verband met de Brandstofdistri butie voor gaskachels meenen recht te heb Wa op toeslag van 180 M3 gas Per gaskachel gedurende de zes wintermaan dsn worden verzocht vóór of op Maandag ^4 dezer kennis te geven PER BRIEF- &AART aan de Directies van de respectie- telijke Gasbedrijven Haarlem, Heemstede en Schoten, naar gelang men bij een dier fa brieken is aangesloten met vermelding van A, het aantal gaskachels voor verwarming faoen gasfornuis of gascomforen voor kook- "oeleintien) waarop zij meenen recht te hebben; B, het nummer van de brandstoffenrant- kienkaart C, het nummer van den handelaar, voor Amende op diezelfde kaart. Voor het geval ALLEEN OASivAt'iIELS 'Oor verwarming worden gebruikt dus geen brands t of f e nk a a r t aanwezig; is, dan vragen en C. met een liggenden streep te beant ^oorden. Deze opgaven zullen op het Brandstoffen- bureau worden gecontroleerd. Bijgeplaatste gaskachels nèi 16 Aug. LI. komen niet in aanmerking. Haarlem, 21 Sept. 1917. De Directies. Aan electrieiteltsvorlruw e:s te Haarlem behoorende tot de groep particuliere verbrui kers wordt medegedeeld dat zij in ruil VOOR ELKE H.L. STEENKOLEN welke zij van hun brandstoffen-rantsoen wenschen af te staan, over het tijdperk van 1 October 1917 tot en met 31 Maart 1918 180 K. W. iU. (per 6 maanden) voor verwarming kunnen ontvangen. Aan hen die hiertoe wenschen over te gaan, wordt verzocht hiervan uiterlijk Dins dag 25 September a.s. bericht te zenden, met vermelding van liet aantal H.L. en het num mer van hun brands toffenrants oenkaart, aan de Directie van het Gemeente-electriciteits- bedrijf alhier. De Directeur. 4716 J. A: REUS. Naar verluidt zal, indien de onderhandelin gen met Duitschland niet spoedig ten goede geleid worden, over drie weken het g e h e e- le spoorwegverkeer worden stop gezet. Blijkens bericht van het Haagsehe Corr. Bur. is een wetsontwerp in voorbereiding, waarbij belangrijk hoogere bedragen voor de levensmiddelenvoorzlening in het laatste kwartaal van 1917 en voor het jaar 1918 wor den aangevraagd in verband met plannen tot uitbreiding der distributie. Bij koken op gas of electriciteit De Rijkskolendistributie heeft vastgesteld een verbruiker, die zoowel op het gaa- op het el-ectriciteitsnet is aangesloten, 'üor BIJ-KOKEN de keuze moet doen tus sen. de liiervolgende rantsoenen „voor. gas electriciteit. Gas-rantsoen voor Bijkoken: M3- per gezin per maand, vermeerderd et 2 M3 voor elke persoon waaruit het ®^in bestaat. Slectriciteits-rantsoen voor bijkoken ip u- Per gezin per maand, vermeer- ^"Nl met 8 K. W. H. voor elke persoon ^Uruit het gezin bestaat. aangeslotenen op het eleotriciteitsnet ...Haarlem behoorende tot de groep parti- vre verbruikers, welke gedurende het tijd ig van 1 0ctober 1917. tot en met 31 ,u': bet electriciteitsrantsoen voor ^..^OKLN verkiezen, wordt verzocht ui- n Dinsdag 26 September a.s. hiervan 1 te zenden aan de Directie van het "neente-e!ectriciteitsbedrijf, alhier. De Directeur, J. A. REUS. ML Werbrijgbaar op bons VJ. 7®» 1 008 R'ist; 71, 1 ons 'Jq 72, 1 ons Bak- en Braadvet; 2 ons Zeep. 4698 Duitschland en Oostenrijk-Hongarije hebben geantwoord op de Pauselijke vredesvoorstellen. Ofschoon de beide antwoorden een vredelie- venden geest ademen, zal de vrede door hun inhoud niet veel naderbij gebracht zijn. Want wat in die antwoorden gezocht en ver wacht werd, is er niet ia te vinden. Verwacht werd een duidelijke omschrijving van de voorwaarden waarop de middenrijken bereid zouden zijn vrede te sluiten. Maar deze om schrijving ontbreekt te eenenmale. De antwoord-nota's bepalen zich tot de ver klaring van de bereidwilligheid der bekte mogendheden tot een gelijktijdige en weder- keerige ontwapening te land en ter zee. Op dit punt is er echter een belangrijke afwijking tusschen de beide antwoorden. Duitschland's antwoord bevat namelijk een beperking, die in het Oostenrijksche gemist wordt. De Keizerlijke regeering te Berlijn is slechts dhn bereid een voorstel tot geleidelijke en weder- keerige ontwapening te steunen, wanneer dit te rijmen is met de levensbelangen van het Duitsche Rijk. In theorie kan niemand op deze beperking ernsiige aanmerking makendoch in de practijk zal Duitschland zelf uitmaken, wat het onder zijn levensbelangen verstaat. En, gezien het tusschen de staten bestaande wantrouwen, zal deze zinsnede door de gealliëerden natuurlijk in den ongunstigsten zin worden uitgelegd. Van den anderen kant echter zou deze zin snede Z. H. den Paus aanleiding kunnen geven tot voortzetting der onderhandelingen. We merkten, bij de bespreking van Wilson's antwoord, reeds op, dat de Pauselijke diplo matie hem zou kunnen vragen: welke waar borgen verlangt gij van het Duitsche volk, dat het den vrede zal handhaven en de voorwaarden van het vredesverdrag eerbiedigen? En evenzoo zal Z. H. de Paus aan Duitsch land kunnen vragen; Wat verstaat gij onder uwe „levensbelangen?" Bovendien moet anderzijds op een zeer belang rijke tegemoetkoming in Duitschland's antwoord de aandaeht worden gevestigd. Een tegemoet koming, waarover wij ons zelfs eenigszins verbazen en die zoo merkwaardig is, dat alle vredesvrienden goed zullen doen haar in het volle licht te stellen. Terwijl namelijk de Duitsche nota begint met een uitvoerig betoog over de vredelievendheid des Keizers, een betoog, dat in dit antwoord zonderling aandoet, daar de Paus er natuurlijk in zijne voorstellen niet aan gedacht heeft deze kwestie in het geding te brengen komt ze dan tot deze conclusie omtrent de aanleidende oorzaak van den oorlog: Een rampzalige aaneenschakling van gebeurtenissen heeft in het jaar 1914 plotseling een veel belovenden ontwikke lingsgang gestremd en Europa in een bloe dig gevechtsterrein herschapen. Dit is in een hoogst-officiëel, Duitsch regee- ringsdocument een soort stilzwijgende erkenning, natuurlijk niet van Duitschland's schuld aan den oorlog dit te verwachten zou dwaasheid zijn maar dan toch hiervan, dat ook de „anderen" geen schuld dragen. Terwijl in de redevoeringen der Duitsche Rijkskanseliers en in de persartikelen beurtelings Rusland, Frankrijk, Engeland en in den laatsten tijd weer Rusland als de eigenlijke verwekkers van den wereldstrijd werden aangewezen, wordt thans „een rampzalige aaneenschakeling van gebeurtenissen", een soort ongelukkig noodlot dus, als oorzaak aangewezen. Deze zeer verscholen met diplomatieke voor zichtigheid omschreven wijziging in Duitsch land's inzichten ten opzichte van het ontstaan van den oorlog mag niet licht worden geteld en kan worden geacht een belangrijke stap te zijn op den weg tot toenadering. Hoezeer dan ook met droefheid moet worden geconstateerd, dat veel, ja bijna alles wordt gemist in 't Duitsche antwoord, wat 'n spoedigen vrede zou doen voorzien, toch dient anderzijds erkend, dat de beide antwoorden der Centrale Rijken de kans op vrede althans niet verkleind hebben en Z. H. den Paus gelegenheid bieden tot het aandringen op nadere pretiseering. Verdere Pauselijke stappen mogen dan ook wel verwacht worden. P. WEENEN, 21 Sept. (Korr. Bur.) Het door den minister van buitenlandsche zaken aan den Pauselijken nuntius overhandigde ant woord van Z. M. den Keizer op de vredes nota van den H. Vader van 1 Augustus, luidt als volgt: H. Va d er. Met verscliuldigden eerbied en diep bewo gen hebben Wij van den nieuwen stap kennis genomen, die TT, H., ter vervulling van het u door God opgedragen Heilige ambt, bij ons en bij de hoofden der andere oorlogvoerende Staten heeft ondernomen, in het edele voornemen om de zwaarbeproefde volken te brengen tot de eenstemmigheid, die hun den vrede weergeeft. Met een dankbaar hart ontvangen wij deze nieuwe gave van vaderlijke voorzorg, die U, H. V., aan alle volken steeds en zonder on derscheid heeft betoond, en wij begroeten uit de diepte onzer ziel de aangrijpende ver maning aan de regeeringen der oorlogvoe rende volken. Tijdens dezen gruwelijken oorlog hebben wij steeds opgezien tot IJ. H., als tot de hoog ste persoonlijkheid, die krachtens Uwe. bo ven bet aardsche uitreikende zending, en dank nwe hooge opvatting van de u opge legde plichten, hoog boven de oorlogvoerende volken staat, en die voor lederen invloed on toegankelijk den weg zou mogen vinden, die tot verwezenlijking van onzen eigen wensch naar bet doen ontstaan van een duurzamen en voor alle deelen eervollen vrede zou kun nen leiden. Sedert wij den troon onzer voorvaderen hebben bestegen en bewust van de verant woordelijkheid welke wij voor God en de men- schen voor het ons toevertrouwde lot der Oostenrijkscb-Hongaarsche monarchie dra gen, hebben wij nooit bet doel uit het oog verloren, onze volken ten spoedigste weder de zegeningen des vredes deelachtig te doen worden. Spoedig na onze komst aan de regeering was het ons dan ook vergund in gemeenschap met onze bondgenooten een reeds door wijlen onzen verheven voorganger, keizer Franz Joseph, overwogen en voorbereiden stap te doen in het verkrijgen van een eervollen en duurzamen vrede. In onze bij de opening van den Oostenrijk- schen Rijksdag gehouden troonrede, hebben wij die wenschen uitgesproken en daarbij er op gewezen, dat wij naar een vrede streven, die het verdere leven van de volken zou be vrijden van haat en wraakzucht en die hen, voor lange geslachten, tegen bet gebruik van wapengeweld zal verzekeren. Onze gemeenschappelijke regeering heeft inmiddels niet nagelaten herhaaldelijk en dringend in de geheel© wereld te verkondi gen don wil van ons en van de volken der O.-H. monarchie, aan het bloedvergieten, door een vrede, zooals die ook U. H. voor oogen staat, een einde te maken, gelukkig in de gedachte, dat onze wenschen van het begin af op hetzelfde doel waren gericht als IJ. H. thans als het wenseheliike aangeeft, hebben wij de ons onlangs toegezonden concrete en practische overwegingen van TT. H. aan een diepe overweging onderworpen, die tot de volgende resultaten heeft geleid. Met de kracht van een diepgewortelde overtuiging begroeten wij de leidende ge dachte van U. H., dat de toekomstige wereld orde onder vermijding van liet wapengeweld, op de moreele macht van het Recht, de heer schappij der internationale Gerechtigheid en Wettelijkheid moge rusten. Ook zijn wij doordrongen ven dé hoop/dat een verheffing van het rechtsbewustzijn de menschheid zedelijk zal regenereeren. Wij vereentgeu ons daarbij met de. opvatting van U.TT., dat onderhandelingen tusschen de oor logvoerenden tot een overeenkomst daarover moge leiden, en dat met het invoeren van daarvoor dienende waarborgen, do toerus ting te land en ter zee en in de lucht tege lijk en aan allo zijden en successievelijk tot een bepaalde maat zouden worden vermin derd, en dat de van rechtswege aan alle vol ken der aarde behoorende open zee van de heerschappij of overheerseliappij van enke len bevrijd en voor het gelijke gebruik van allen opengesteld zou worden. Do groote beteekenis voor den vrede van het door U. H. voorgestelde middel, om in ternationale strijdquaesties te onderwerpen aan epn internationaal scheidsgerecht volko men inziende, zijn wfi bereid ook over dit voorstel van U. H. in onderhandeling te tre den. Als het, zoonis wij van ganscher harte wen schen, zou gelukken tot overeenkomsten tus schen de oorlogvoerenden te geraken, die deze hooge gedachten verwezenlijken en daardoor de Oostenrijk-Hongaarsche monar chie zekerheid voor haar onbelemmerde ont wikkeling bieden, dan kan het ook niet moei lijk vallen, andere tusschen de oorlogvoeren de staten nog te regelen qnaestios, in den geest van gerechtigheid en billijkheid, en met inachtneming van de wederzijdsehe voorwaarden van bestaan, tot een bevredi gende oplossing te brengen. Wanneer de vol ken der aarde in den geest van deze voor stellen van Uwe Heiligheid vredelievend met elkaar in onderhandeling treden, dan zon daaruit de duurzame vrede ontstaan; zij Von den volkomen vrijheid van beweging hebben op de open zee, zware materieele lasten konden van hunne schouders worden geno men en nieuwe bronnen van welvaart voor hen worden geopend. Geleid door een geest van gematigdheid en verzoening zien wij in de door Uwe Hei ligheid gedane voorstellen de geschikte grondslagen voor de inleiding tot onderhan delingen, ter voorbereiding van een voor al len rechtvaardigen en duurzamen vrede, en hopen levendig, dat ook onze tegenwoordige vijanden door dezelfde gedachten bezield mo gen zijn. In dien zin smeeken wij den Almachtige, 'Vat IIV hst, door Uwé Heiligheid ingeleid vredeswerk zal zegenen. Wii hebben de eer enz." BERLIJN. 21 Sopt. (Wolff.j (Officieel.), Het antwoord van de Keizerlijk Duitsclio Ro- georing op het Vredesvoorstel van den Paus luidt aldus: Aan Z. E. den Staatssecretaris van Paus Benedict us XV. den heer Gaspari te Rome. Barlün, 21 Sopt, Mijnheer de Kardinaal. Uwe excellentie heeft die goedheid gehad, om Z. M. den Keizier en Koning, mijmer allergana- digsten Mieester, boj schrijven van 2 Augustus een kennisgeving van Z. H. den Paus mee te deelen. waarin Z. H.. vol bezorgdheid over de verwoestingen van den werekloorlog, een drin gend vnedeöberoep op de. staatshoofden der oorlogvoerende volken doet. Z. M. de Keizer en Koning heeft mij van dit schrijven kennis ge geven en mil de beantwoording opgedragen. Reeds geruinien tijd Volgt Z. M. met giroeten eerbied en opreohte dankbaarheid de bemoei ingen van Z.H., om. in den geest van ware on partijdigheid, het lijden van den oorlog naar ritn krachten te verminderen en'het einde der vijandelijkheden ie verhaasten. Do Keizer ziet in den laatsten stap van Z. H. oen nieuw be wijs van edele en mensebiiovende gezindheid en hii voedt den lovendigen wensch. dat tot heil der heele menecahheid aan den Pau9elijken op roep succes moge beschoren ziin. Het streven van Paus Benedictus XV den weg te banen voor een verstandhouding onder de volken, kon te zekerder op een sympathieke ontvangst en overtuigden steun van Z. M. reke nen, daar de Keizer van het begin zijner re geering af zijn voornaamste en heiligste taak heeft gezien daarin, om voor het Duitsche volk en de wereld de zegeningen dés vredes te be waren. In de eerste troonrede, bii de opening van den Duitsch en Rijksdag, 26 Juni 1888. beloofde de Keizer, dat de liefde voor het Duitsche leger en zijn verhouding tot dat' lichaam hem nooit in de verzoeking zouden brengen, liet land van de weldaden des vreldee te berooven. indien niét de oorlog door een aanval op. het Bijk of diipns bondgenoot een opgedrongen noodzakelijkheid zou worden. Het Duitsche leger moet ons den wrede verzekeren en. als die toch gebroken werd. moest dit in staat ziin met eere te strijden. De Keizer heeft de gelofte, toen afgelegd, in 26 jaar van zegenrijke regeering. alle verdacht makingen en verleiding ten trots, door daden bevestigd. Ook in de crisis, die tot den huidigon wereldoorlog leidde, is het het streven van Z. M. geweest, tot het laatste oogenhlik toe. die door vredelievende middelen te beslechten' Toen de oorlog tegen zijn wensch en wil uitge broken was, heeft de Keizer in vereenig'ng met ziin beogen bondgenoot, het eerst ziin be reidwilligheid om tot vredesonderhandelingen te komen plechtig uitgesproken. Achter Z- M. stond in wezenlijken vredeswil liet Duitsche volk. Duitschland zocht binnen do nationale «reuzen de vrüe ontwikkeling van ziin geeste lijke en stoffelijke goederen en buiten ziin grenzen onbelemmerde concurrentie met gelijk gerechtigde en gelijk-geëerbicdigde natiën. Een ongehinderd spel van de vredelievend in do wereld met elkaar worstelende krachten zou tot hoogste volmaking van de edelste menschheidsgoedere^ geleid hebben. Een on heilvolle samenloop van gebeurtenissen heeft in 1914 een hoopvol ontwikkelingaleven ruw onderbroken en Europa in een bloedig etrijd- tooneel veranderd. Vol waardeering voor de mededeel ing van Z. II. heeft, de Keizerlijke regeering niet na gelaten, de daarin ontvouwde denkbeelden aan een ernstig en gewetensvol onderzoek te onder werpen- Do bijzondere maatregelen, welke z\i in de nauwste voeling met de vertegenwoordiging van het Duitsche volk genomen heeft voor da beraadslaging over en do beantwoording van de gestelde vraagstukken, getuigen eir van. hoezeer 6et haar aan het harte ligt. in overeenstem" rning met do wenschen van Z. Iff het voorstel tot scheidsrechterlijke beslissing in internatio nale twistvragen té aanvaarden. Wü doelen de opvatting van Z. H.. dat be paalde regelen en zekere waarborgen voor een gelijktijdige en wederziidsohe beperking der wa pent oe rust in g. te land, te water en in deluöht. alsmede voor de ware vrijheid en het gemeenschappelijk bezi't der groote zoo die dingen ziin. bii welker be handeling do nieuwe geest, die in de toekomst ia de verhouding dar Staten tot Sarteljorisstpaat 27. TEL. I77Ü 3016 elkander heerscbent i al. den eersten veelbelovenden vorm mocht vinden in den Riiksdag van 19 Juli 1.1. Deze resolutie bier.lt bruikbare grondslagen voor een rechtvaardigen en duurzamen VTode. Met bijzondere sympathie begroet de Keizer lijke regeering de leidende gedachte van het vredesbewijs. waarin Z. H. op heldere wijze ziin overtuiging uitspreekt, dat voortaan in plaats van de materieole macht der wapenen do moreele kracht van het recht moet konen. Ook wii ziin er van doordrongen, dat het zieke lichaam der mensehenmaatschappii slechts door een versterking van de zedelijke kracht van het recht gezond kan worden. Hieruit zou. naar de meening van Z. H., en uit de gelijktijdige ver mindering van de strijdkrachten aller naties en de o-prichting van een verplichtend scheids gerecht vanzelf voortvloeien, dat internationale geschillen niet meer door wapenen maar door vredelievende bemiddeling, in het bijzonder door scheidsgerecht, beslecht zouden worden. Do belangrijke, vredestichtende kracht van zoo'n lichaam erkennen wij met Z. H. ten volle. De Keizerlijke regeering zal daarbij elk voorstel steunen, dat met de levensbelangen van het Duit sche volk vereenigbaar is. Duitschland is door ziin geografische ligging en zijn oeconomische behoeften op vredelievend verkeer met de naburen en met het verre bui tenland aangewezen. Geen volk heeft, derhalve moer dan het Duitsche volk reden te wenschen, dat in de plaats van den alge- moenon haat en s t r ii d eenver- zoenlijker en broederlijke! geesw tusschen de naties tot uiting komt- Wanneer de volken, door dezen geest g&leid. tot hun heil hebben ingezien, dat het er op aankomt meer op het vereenigend* dan het strbeidende in hun betrek kingen den nadruk te leggen, zal 't hun geluk ken zoo te regelen, dat aan elk volk bevredi ken zou te regelen, dat aan elk volk bevredi* gendé bestaansmogelijkheid verschaft wordt en daarmee oen terugkeer van de groote volkeren-catastrofe uitge sloten schijnt. Alleen onder deze voorwaarde kan oen duurzame vrede worden gevestigd, die de geestelijke en oeconomische toenadering der menscheliike maatschappij begunstigt. Deze ernstige en oprechte overtuiging geeft ona moed tot vertrouwen, dat onze tegenstan ders in de door Z. H. ontwikkelde denkbeelden oen gescbikten basis mogen zien. om. onder voorwaarden, die strooken met den geest der billijkheid en den toestand van Europa, dé voorberei<4lng van een toekomsti gen vrede te bevorderen. Dr. MICHAELIS. 1 WERELDBRAND" 0E NIEUWE SLAG IN VLAANDEREN - HET TACTISCHE SUCCES DER ENGELSCHEN - STRATEGISCHESUCCESSENTE WACHTEN?— DE DUITSCHE DOORBRAAK BIJ JACOBSTADT Do Engelsehen bobben ontegenzeglijk ge loerd. Zij hebben ingezien, dat hun vioegeraj methode: een dagenlang zwaar bombarde ment den vijand al te zeer gelegenheid gaf tot toebereidselen. En ditmaal zijn £ij tot den aanval overgegaan na een zéér krachtig, kort roffel vuur. Het element der verrassing was nu wèl aanwezig,-en het gevolg was, cLat de Duit sclie verliezen veel zwaarder waren dan ge woonlijk, omdat de linies der Duitschers v el dichter bezet waren dan anders. Eon officieel Engelsch bericht meldt dan ook: „Meer in bij-zonderheden tredende berich ten over den slag van gisteren bevestigen de volkomenheid van ons succes. Plaatselijke aanvallen in den avond door ons ten N.O. van Langomarck hebben een aantal steun punten opgeruimd. Daarmee is da vermeeste ring van onze doelpunten in die streek af gerond. „Het -slaat nu vast, dat de vijand in da vele tegenaanvallen met aanzienlijke strijdkrach ten 's middags en 's avonds ondernomen, bui tengewoon zwaar geteisterd is. „Het heldere zicht van het laatste deel van den dag heeft het onzen troepen mogelijk gemaakt, de lucht te krijgen van de op handen zijnde aanvallen, in élk géval zijn de voorste linies der Duitsche infanterie door het samengetrokken vuur uit geweren, mar chinegeweren en artillerie vernield. De hard nekkigheid, waarmee do vijand gedtadig zijn aanvallen herhaalde, deed zijn verliezen en kel aanzwellen zonder dat hij1 eênig bruik baar terrein heroverde, dat wij hadden geno men. Door zijn voorafgegane krachtsontwik* keling uitgeput, deed de vijand 's nachts geen tegenaanvallen en onze troepen konden da stellingen vrijelijk In orde brengen. Onza eigen verliezen in den elag zijn licht." Een Engelsch bericht van gisteren avond meldde nog: „Wij hebben op een aantal punten onze linie naar voren gebracht en alle tegenaan vallen gekeerd. Het aantal gevange nen overtreft de 3000." Ofschoon dit .cijfer niet zoo bijzonder hoog is, mag toch l4t tactische succes der Engel sehen belangrijk heeten. De al les beii eerschen- d© vraag blijft echter of al die tactische suc cessen eens zullen uitgroeien tot een Strate gisch. De militaire deskundig© van de Daily News ziet de nadering van een strategisch" succes tisssi

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 1