Kin 1MIL tlllllT
VAN OVERAL
EEN BLAUW OOG.
WAT DE PERS ZEGT
KUNST EN 'KENNIS
LANDBOUW EN VISSCHER1J
KERKBERICHTEN
FEUILLETON
8 October
Tweede Blad
Uit Haarlepi's grijs verleden.
MEER LICHT.
De oorlogstoestand Loeft in de burgerlijke
samenleving al heel wat kwaad gedaan. Want
we mogen al redenen hebben vele onzer mede
burgers to verdenken van egoïsme, diie va,n de
gegeven droeve omstandigheden gebruik, maken
om extra winsten, oorlogswinst, te njpken. het
lijdt, geen twijfel, dat zulke verdenking ook vaak
zonder grond is.
Hierover vinden wij een ernstige klacht in
het Vakblad voor de S c h o e n m a-
ii. waarin de hij dit bedrijf betrokken he-
foepalieden worden verdedigd tegen het-verwijt,
'lat de hoogs sehaen- en sclioenirepairatioprijzen
do vinding zijn van de bazen-schoenmakers en
dat deze prijzen niet gerechtigd worden door
ds omstandigheden Het is daarom dat in het
blad „meer licht" wordt ontstoken over d© oor
zaak dier duurte van schoenen en séhoenenrepa-
ratie.
„Een kenmerkend toeken van dozen tri J
schrijft hot blad is. dat men telkens hert
woord O. W.er hoort uitspreken. Vooral zun -.A
de schoenmakers die, voor en na, hu de m> u. -
aanraking met bet publiek,Wanneer d© go
noemde prijs van een gedane reparatie w.
hoog voorkomt, zich met dat woord hoor en be-
titelen; zelfs de kleinste lapperbaastes due
groot© zorg hebben om den mond voor ziob. en
hun gezin open te houden en amper hunne s 1-
nancieele verplichtingen kunnen voldoen wor-
dien met. dat woord betiteld."
Vervolgens wordt dan opgemerkt, „dat net
publiek wel wat in d© war wordt gebracht door
die enkele collega's, die zoel' oneoUeguaal die pru
zen van liun werk la.ag houdteh ën dat vinden
in de inferieure grondstoffen cn daarbij soms
seer lage loon en en het gevolg onvoldoende
maakwijze, zoowel van nieuw werk als van hun.
reparatie.
Ook het lang uitblijven van regeoringsleder
aoowel als van -schoeisel wordt mede de. schoen
makers geweten als zouden deze zulks tegen
houden." -
Om nu aan te toonen, dat van een en ander
aiet do schuld ligt hij de schoenmakers of de
fede-rfabrikanten, doch bij do raadgevers der re
geering. haalt de schrijver uiit het jaarvers!a
Van dien Bond van Ned, Lediei'fabrikanten een
lang citaat aan, waardoor „het jaar wat met
Wachten is voort ij gegaan nu voor.
zoover hét de Ledérbranehe betreft kan worden
belicht-"
In bet bedoelde jaarverslag wordt olm. ge
zegd
„Weinig© weken. na.diat de looierii van.
haren goeden wil had blijk gegeven om de
leermairkt binnen normale banen te ltoudien,
worden door de „Commissie van Bijstand in
zake de uitvoering dier Distriilbotrewet 1910.
ter conferentie uitgcnoodi.gd do Beetuu.rdieren
van den Alg. Ned. Bond van Schoen fab rik am
ten. van do Sohoenmakerspatroonsvereeniging
en van dén Bond va.n Nedorlandscbe Ledorfa-
Lrikanten. In deze bijeenkomst werden breed
voerig besproken die oorzaken, die tot de
duurt© van ledier en schoenen haddlen biige-
dragen en werd door do Commissie betoogd
dat "liét .dte taak van -de vereenigingen uit elke
branche zou zijn. om verbetering in dien toe
stand te brengen en mid'cMen te beramen, die
konden leiden tot het beschikbaar stellen van
goodkooper lodier en schoeisel voor de ombe-
miidtdold'o bevdüking. De. aanwezige vertegen
woordigers verklaard en zich bereid om hier
aan hunne medewerking te ve-rloenen.
In eene 's weeks daarna gehoudien verga-
de-ring van dezelfde Bestuursleden dor reeds
genoemde vereenigingen, werd die naar voren
gebrachte kwestie nogmaals ter tafel ge
bracht en ampel besproken. Het resultaat der
conferentie werd belichaamd in een voorstel
waardoor men, ia overleg met de Commissi;
van Bijstand, tot oene goede oplossing meende
te kunnen geraken- Men was rul. van oordeel
dat eene verlaging der huidenp-riizenbet
stollen van redelijke maxima automatisch tot
eene verlaging der leder- en aoboenpriizen zou
voeren. Mocht die Commissie-tozoodanige
regeling ovemvel over weger - - bezwaren in
brengen. datn w ensohle de verg adoring ©en-
stemmig in overweging te geven om een deel
der inlandisohe liuidenproductie vo-or d'o 1©
distributie te bestemmen, deze huiden togen
oen nader overeen te komen -loon te doen
looien, daarvan te-po- een. eveneens' nader
overeen te komen vergoeding schoenen te
laten vervaardigen en onder vaststelling van
maximum-loon voor reparatie, tegen oen be
paalden prijs halve zolen en achterlappen voor
die reparatie beschikbaar t© stellen."
„Doch al wederom zy hiér geboekstaafd
dat de C. v. 13. n.iet .die minste bereidwillig
heid betoond© om tor zake de gedane voorspel
len overleg te plegen.
Do desbetreffende correspon
dentie werd nimmer door haar
b o, a n t w o o r d."
„Wanneer wij nu hierbij uog aanstippen
zoo gaat de schrijver i.n het- „Vakblad" venter
dat do hier vermelde conferentie, waarvan
bedoeld voorstel- een gevolg was. dateert van
een jaar geledien en die prijzen in dat voorstel
(hier niet genoemd) waren gestéld voor werk
schoenen 4.een boter soort 5,i n voor
de reparatie van mans halve zolen en hakken
1-70 tegen een bruto winst van f 1-dan
spreekt daar dlunkf] ons voldoende uit d>at de
schuld niet ligt bij hen die bij het vak zijn ge-
interrosseerd maar elders schuilt en dat die
huidige regeering de schuld is diart dikwiilis die
eene burger de^amdiere burger vijandig is- Meer
klaarheid is daarom wensöhelijk niet alleen
maar noodzakelijk. Uiti ons verhaal boven ge
schetst blijkt immers diat wanneer ,dle maatrege
len door do vakmannen voorgesteld waren uit
gevoerd op tijd, dat dan reeds voor een jaar ge
ledien de toestand anders had kunnen ziiu en de
motie-V. d. Tempel niet was gestald kunnen
worden wat voor de schoenmakers in het bijzon
der veel beter zou zijn geweest daar dan de zélf-
ropavatie 'alias eigenbouwerij niet, gesanctio
neerd was "geworden."
VAN HET CHRISTENDOM VERVREEMD.
Wij lezen in HET HUISGEZIN.
In'de verslagen van onderscheidene commis
si ee, die dit jaar belast zijn geweest met hert
afnemen der onderwijzersexamen®, komt een
merkwaardige klacht voor.
Die tie Zutphen schrijft:
„Onderscheidene candidafen waren geheel
onbekend met veeil voorkomende, a,an dien Bijbel
ontleende uitdrukkingen."
Dio te 's-Gravenhaige
„Zoodra naar aanleiding van het gelezen© ge
vraagd werd naar die befeekemis van algemeen
voorkómende* woorden en uitdrukkingen bleef
men vooral bij die aan den Bijlbei ontleend
te vaak het antwoord schuldig."
Dia to Rotterdam:
„Meermallen bleek, diat de uitdrukkingen, aan
de Schrift ontleend, niet waren begrepen."
Die te Middelburg:
„Tal van bekende u i tri rukk-i ri ge- aan den
Bijbel ontleend, waren niiet -of slechts ten doele
bekend."
liet is geen nieuwe klacht, die hier is ge
uit.
Men heeft ze Indertijd ook uit d,en kring van
ander dan lager ouderwijs kunnen vernemen.'
Maar het ia toch wel teek en end voor die oplei
ding tot onderwijzer in verscheidene streken
des lands, diat bij een dec! der oandidaten vol
slagen onbekendheid met het Boek der B-ocken
meet worden geconstateerd.'
En men mag; ook al pogen de bewoordingen
dier wetsartikel en tot gerustheid te stommen,
wel eenige bezorgdheid koesteren voor de wiize.
waarop deze van het Christendom vervreemde
ouderwijzere hun hooge taak zullen gaan ver
vullen.
Bovendien welk een tekort aan algeimoene
ontwikkeling verraadt' idle man, die de Bübelschie
uitdrukkingen niet verstaat, en wolk een be
schamend figuur moe hii maken, ala straks een
leerling, licm om opheldering vragend, met een
„ik weet liet niet" wordt heengezonden.
7-0 St. Janskork te 's-Bo-sch.'Blij
kens het jongste verslag betreffende de her
stellingen aan de St. Janskerk te 'sller-
togenbosch, zijn de werkzaamheden in 1916
aan da Zuidzijde van het hoogkoor voortge
zet. Deze werken betroffen de eerste travö6
van het Zuidertransept af, alsmede het daar
toe beboerende stel dubbele schra-agbogen.
Evenals zulks bij de herstelling der voor
hWVVHfe'S;™ hot hoogkoor het geval
was, bleek de toestand van het oude werk
voor zoover de uitwendige natuursteenbe,
kleeding betreit, verre van gunstig
Ingrijpende maatregelen moesten worden
getroffen, ten einde de verdere instandhou
ding te verzekeren. Deze bestonden, voor
stover het de constructieve doelen van den
bouw betreft, uit de vernieuwing der sohruag-
bogen, welke doqr verweering ernstig ver;
zwakt waren .Slechts enkele der afdokstuk
ken konden weder worden toegepast.
Voorts ondergingen de neggen der ven
steropening en de frontaall'ijst, welke op plaat
sen vormloos afgebrokkeld waren, een ge
deeltelijke vernieuwing.
De bekronende deeien, als de pinakels en
de balustrade waren verdwenen en moes
ten nieuw worden aangebracht Het oina-
menteele beeldhouwwerk op den sehraag-
boog en aan de frointaalhjst behoefde |e--
hieele vernieuwing, waartoe de nog ter plaatse
aanwezige resten voldoende gegevens .ver
schaffen, -
De avontuurlijke spoorreis van
den Amsterdam-schen schooljon
gen naar Enaohedié. Met dien 10-jari-
gen knaap, die zooals reeds weird gemeld
een avontuurlijk rensrje meemaakte op het gas-
reservoir onder een der wagens naar Enschedé,
heeft een redacteur van het „Hbl." een onder
houd; gehad, waarvan hii het volgend versla;-
hoeft' gegeven-
Toen wii kwamen in de voorkamer van 't be-
nedienhuiisje no. zóóveel. Eerste Klooster, was
Henkie, een kwartier galoden door moeder zelf
van het politiebureau tem ggéhaakljuist in bed
gestopt.
„Hii zag zoo wit als 'k weet niiet wat," zei de
vrouw, die ondier de bedrij ven door twee peuters
van acht en zeven naar school zond. één op den
arm wiegdie en den overigen beduidde, dat ze
atil moesten wezen. Er was visite voor Henkie.
„Hom d"r eens uit, Henkie," noodtigde moeder
in de lichting van een paar gesloten bedstee-
gordijnen, „miaar dioe eerst je broekje en .1© bloe-
sie aan."
En even later werden een paar tengere,
bruine beentjes naar bulten gestoken en Hen
kie. do reiziger, wipte op den vloer en scharrel
de tusschen de wieg, die tafel en den kinder
stoel door, naar den voorgrond.
Toen. hii stukjes en beetjes, eerst situg en
kortaf en onwillig, maar gauw al mededeelzaam
en later heelemaal geïnteresseerd bii' 't gesprek,
vertelde 't kereltje, diat met een paar. groot©,
grijze kijker-s de wereld inziet en waarvan moe
der èn vader, ondanks al zijn balddadlige stre
ken toch met geen mogelijkheid anders konden
getuigen, dam diat ie een best kmd was: eerlijk,
en goed voor z'n broertjes en zusjes: gewillig in
't boodsohapen doen en op school wat een pien
ter© leerling. alle meesters zeien 't emmers:
toen dan. bij brokjes klein en groot'or. vertelde
Henkie
Of 't z'n eerste reisie was geweest! Hii keek
moeder aan en toen wéér 't kramtenanensch. en
toen schudde hii ontkerineud den leuken, blon
den jongenskop. Nee, 't was eigenlijk z'n derde
avontuur. Verleden jaar was-ie op dezelfde ma
niet naar Vénlo gegaan; maar wót fijn. En
later had-ie vier dagen gezworven in en op een
grooten verhuiswagen, die eiken dag naar oen
ander bo,efcie van Amsterdam werd gezeuld. Ja,
toen was moeder wél écht ongerust geweest. Hij
was er dien keer eigenlijk op uit gegaan om in
een klonnpie aan een touwtje stekeltjes te schep
pen uit dien Am,stel, en toen hii hodemaal niet
meer terugkwam, was moeder in doodsangst
naar de politie geloopen. D-ie had een heel stuk
van den Amstel afgedriegd. eu onderwijl reed
hij. fijn, in dien grooten wagen, bijna dén g»
heden dag door, en 's nachts slicp-ie in dat bak
beest.
Den heden winter is 't toen goed gegaan.
Hij ging van 't school van meester Minncma
naar een ander school en ook daag paste hij
■wat goed op, en eiken morgen nam hii do twee
jongeren aan de hand mee naar de Passcerdcr-
gracht.
Maar toen werd dat reis- en trekduiveltje in
Henkie hem toch weer te sterk. En Dinsdag
morgen ging hij naar d© richting van do I'as-
seerdergracht. maar draaide links-af en trachtte
de beid© kleineren mee te troonen. Maar die
moesten d'r nike van'hebben en zoo gebeurde- 't.
dat Henkie alleen kwam aan het Weesper-
poortsst'ation en daar, op ©en stil plekje van
het rangeer-emplaeemeat. <1e kans schoon zag,
zich op een plaatsje te nestelen, waar hii met z'n
tenger lichaampje stevig zat,
's Morgens om half negenMuisjesstil heeii
het kind zicih geïnstalleerd tusschen de r-na
pijpen, op het gasreseirvoir. Van alle torens in
den omtrek heeft hij dien beelen lieven langen
dag do klokken hooren luiden en slaan- Hij heeft
zich voelen voortbewegen om even la,t?r. nadat
zijn wagen mot harden smak was gekoppeld aan
een anderen, weer uren lang te blijven staan.
Hij heeft d© schemering zien onkruipeu na,ar
zijn toch al zoo donkere plaatsje en hii beeft
de duisternis zien vullen, en toen allo torens
het achtste avonduur hadden geluid, toen, ein
delijk, zette de trein Zich in beweging met 'n
schokje, en daar g-mg-ie dkn. voorgoed
„Wart wou jp toch eigenlijk!" vrqeg ik,
„waar wou j© heen
„Tc Wou niks! Alleen maar in dm trein zit
ten, dia's zoo èöhlt l"
En hij verteld© verder van die heerlijke
spioorreiis door den zoelen her®tavon,d en gedu
rende heel den nacht. O. liii wist de stations
nog bést. Utrecht had-ie hooren afroepen, en
rnhem en Zutfen. En Alemlo en Hengelo en
use- ode. 'Dat de trein naar Ensehe.de ging.
3a<' ,10 geweten; dat had-ie in de vro-egte
op dei wagon Wl«n en d,aarom was.j 0r ook
onder gegaan, waut hp hud met hettrointje
over de grens gewild, naar Duitschland.
Ma'ar die kans wae verkeken, t-oen d© troin
in den'vroegen Woensdagmorgen naden langen
omweg via Arnhem, het station van die fa
briek,sis-tad in Twente binnenreed.
Ilenkie zelf zou zich wol muisjéss-til hebben
gehouden, al had-ie ook in vier-en-twintig uur
goen kruimel gegeten en ge-en oog geloken.
Maar krijgt 'm daar oen spoorwegarbeider in de
smiezen, die hem er onderuit haalt en 't zwart
aange,rookte bundeltje overhandigt aan 't En-
seh edescbo trein personeel
„Vier sneeën bruin brood hebben ze me ge
geven en een kop koffie," bluft Henk.
„Euverder?''
„Toen ben 'k met een stille rechercheur
van Enschede naar Almelo gegaan. En daar
mocht ik van den commissaris van alles heb
ben: aardappels en vier reepen spek en een
honk vleesch en zooveel vet als 'k maar
WOU.
Een „stille agent" had hem verder getrans
portèerd naar Apeldoorn. Daar had-ie op het
politiebureau geslapen, maar eerst hadden ze
hem ook hier bruin brood gegeven en koffie,
en overal waren ze toch zoo vriendelijk ge
weest en allemaal hadden de heeren van de
burebux gevraagd:
„Hoe hè je m dht toch geleverd!"
XXI
OVER DE VROEGERE VEREERING
VAN ST. BAVO TE HAARLEM.
In de jongste aflevering van het weekblad
„Sint Bavo" vinden wij een en ander over de
vroeger© vereering van oint Bavö To Tlaaf'lem,
dat wij' gaarne onder deze rubriek een plaats
je inruimen.
Op den len October wordt gevierd het
plechtig feest van den H. Bavo, Patroon der
Kathedraal, omdat Hij op dien dag omstreeks
650 zijn boetvaardig leven eindigde te Gent.
Tengevolge van handelsbetrekkingen met
deze stad werd in verloop van tijd de devotie
tot dezen H Belijder ook naar Haarlem over
geplant.
Daarenboven is Hij zelfs, volgens 'eene
eerbiedwaardige overlevering, eenmaal San
'de Haarlemmers, toen zij in benarde omstan
digheden zich hadden aanbevolen aan zijno
bescherming, verschenen als een edelman in
krijgsmantel en wapenrusting, met een opge
heven zwaard in de rechter- 'en een valk op
de linkerhand, en heeft hen verlost uit de
dreigende gevaren.
Ter dankbare gedachtenis van deze wel
daad werd Sint Bavo tot Patroon gekozen
door de geestelijkheid en het volk van Haar
lem, en werd onder hen een broederschap
ter zijner eere opgericht.
In do 14e eeuw begon men vervolgens d n
bouw van een' heerlijke gojhieke kerk mid
den in de stad de oude Sint Baaf
welke, mede door den steun van Albrecht
van Beieren, den -23en graaf van Holland,
nadat er langer dan een eeuw aan gearbeid
was, eindelijk voltooid was in het jaar 1472.
Eenigen tijd later, n.l. in 1500 sloten de
leden der Haarlemsche broederschap een gees
telijk contract, n.l. over de voortdurende en
wederkeerigo gemeenschap van ge ba en en
goede Werken, met Se kloosterlingen van fl-et
St. Bavoklooster bij Gent, wier abt aan de
Haarlemmers op hun verzoek een kostbare
Reliek van den II. Belijder, n.l. een deel
van den arm ten geschenke gaf
Uit. dankbaarheid hieraan beloofden de
Haarlemmers, deze Overbrenging der Reli k
jaarlijks op den lOen Mei (Translatie) plech
tig te zullen vieren, gelijk de Verheffing zij
ner Reliquieën op derf len Augustus (E'eva-
tio) en den Sterfdag van den Heilige op den
len October, op welken dag zij jaearlijks in
de Sint Baaf te Gent een kaars van een pond
zouden offeren onder het Offertorium -der
Hoogmis.
Toen Paus Paulus IV op 12 Mei 1559 in
België en Nederland 15 bisdommen had op
gericht, verhief hij de kerken te Gent en te
Haarlem tot Kathedralen aan Sint Bavo toe
gewijd.
Nog' geen 20 jaar later, n.l. op den 29cn
Mei 1578, H. Sacramentsdag, werd de bis
schopskerk van God. ried van M'erlo te Haar
lem geprofaneerd door de Calvin'sten („Haar
lemsche Noen") Doch do Reliek van Sint
Bavo werd gelukkig gered on naar Keulen
in veiligheid gebracht.
Toen echter de beroerten ©enigermate be
daard warons werd zij tot groot© vreugde der
geestelijken naar Haarlem teruggebracht. Ook
ter blijde herinnering aan deze gebeurtenis
werd voortaan gevierd het feest van de Over
brenging en Gedachtenis van Sint Bavo.
Tot zoover het Vb ld „Sint Bavo."
In het 'Frans Halsmuseum alhier berust
oen schilderij, voorstellende de verlossing van
Haarlem, waarop is bovenbedoeld stukje ge
doeld.
De hieraan verbonden en h!er bedoelde le
gende luidt, dat tijdens een© belegering der
stad, omstreeks het jaar 1250, de belegeraars
op de vlucht werden geslageh door do ver
schijning in do wolken van Sint Bavo, den
patroon der stad Die schilderij hing vrocgeij
op het bovenportaal der StadsJBibli» h ek.
Be Éoilige Bavo, aan wien dc kerk te Haa. -
lem gewijd was, werd hier bijzonder ve.ee, d.
Zoo was ten zijner eer een kos ba :r zilveren
beeld, negen Keulsche maten zwaar, in de
kerk opgericht, terwijl zijn gebeente in e n
zilveren reliquiekast weid bewaard.
In dit verband zij het ons vergund hier nog
een legende neer te schrijven, die z ch hecht
aan den bouw van de Grooto of Sint Bavd-
kerk op de Groot© Markt, alhier. Dj heer
W. P. Overmeer, alhier, was zoo vriendelijk
er onze aandacht op te vestigen.
De bouwmeester van de Si. Bavo-kerk was
een oud man geworden. Hef werk, dooc hem
aangevangen, vordcrde 1 ingza m. Op zekeren
dag van het jaar 1472 was hij zeer droef
gestemd en zat in diep gepeins ter neder.
Nog slechts was de muur opgetrokken, de
zuilenrij gedekt en waren de b'n'en lan s
de spitse bogen aangebracht. Hij vreesde
dat hij sterven zou vóór het godshuis vol
tooid kon zijn. Hoe hij ook nadacht, hij mocht
niemand vinden, die zijn werk kon over
nemen. In tranen uitbarstende zond lyj een
vurig gebed op tot God om uitkomst. Nauwe
lijks had hij zijn gebed geëindigd, toen er
aan zijn kamerdeur werd geklopt en een
jonge vreemdeling binnen rad, de hen mei -
deelde, dat hij van verre kwant cn van zijn
bekwaamheid als bouwmeester had gehoo. d
Hij wilde ook gaarne een meester worden
en vroeg daarom of hij hem behulpzaam mocht
zijn bij het voltooien der St. Bavokcrk, z inder
toekenning van een loon, kost, kleeding. of
herberg." Zijn naam wilde hij echter geheim
houden
Dehoogbejia d; bouw mee her stond he, \er-
zoek toe en de vreemde knaap toog dadelijk
aan den arbeid. Het werk vorüerde nu 'e.tc-
ren dag zichtbaar, want de ijver en "de ken
nis van den jongenman was een prikkel voor
ieder, die aan den opbouw werkzaam was.
Spoedig was de St. Bavokcrk gereed en werd
ze plechtig ingewijd. Toen de bouwmeester
den jeugdigen medewerker zijn dank wilde
betuigen, was dez© echter spoorloos ve.dwe-
nen«
Toen zeide eerstgenoemde: „Ik heb het
werk aangevangen, eu de jonge vreemdeling
heeft liet voltooid. Het moet dus twee namen
dragon .Maar omdat de naam van d n voltooier
onbekend is, moet ook de mijne vergeten wor
den."
Dit is do reden, waarom men den naam
van den - bouwmeester der St. Bavokerk te
Haarlem ui et kent.
„Ja,'' zei Henki's moeder, „da's waar! Van
middag, hier op 't bureau, toen ze hoorden,
wat de jongen weer had uitgevoerd zeiden ze:
„De grootste boef van Amsterdam doet 'm
dat niet na!"
„Henkie," zei ik, heel ernstig'cn heel ver
manend, stellig overtuigd, dat de zaak van
dien kant nog niet belicht was, „als je d'r
af gevallen was, had de trein je in honderd
stukjes gereden. Heb je daar wel aan ge
dacht?"
De jongen keek me aan met grooto oiogen,
,,'k Val d'r niet af,'' zei hij, kort en nadruk»
kelijk.
'„Zou je 't ooit weer willen doen?''
Honk's oogeu glinsterden. Maar hij zag 't
strenge gelaat van zijn vader en mijn ge
fronste wenkbrauwen.
„Dat weet ik niet!!'' omzeilde hij foen een
rechtstreeks antwoord.
„Ik wou maar, dat wij raad wisten met den
jongen,'' klaagde de moeder, ,,'t is een heel
best kereltje, maar hij loopt me elk oogeinhlik
onder de handen weg. Als d'r nou maar 'n
Vereeniging was, die voor zoo'n kind kon zor
gen, totdat ie wat geleerd heeft. Hij wil latei-
machinist worden.''
En dat is dan wel de ernstige kant van
Henkie's avontuur, dat z'n ouders feitelijk
geen gerust moment hebben, als de jongen de
deur uit is. Een oplossing aan 'de hand te doen
die Henkie's ouders zon kuianou bevredigen,
ging helaas hoven mijn macht.
Weet u zei
Afval als veevoeder. Men schrijft
ons uit Purmerend: In Waterland zijn proe
ven genomen om het afval Van de suikerbie
tenteelt, als bladeren en afgesneden koppen,
voo.r veevoeder te gebruiken. De resultaten
zijn zeer bevredigend. De opbrengst van liet
afval bedraagt ongeveer 65 pCt. van de teelt
per HA. en 1300 K.G. bletenpfval staat
aan voeder waarde gelijk met 325 K.G. goed
hooi. Ook voor ihkuiling is dit veevoeder
zeer 'goed geschikt. Het moot dan als ge
mengd voer worden gebruikt.
De onderwijzer maakte korte wetten met
'mj, en ik werd zonder verderen vorm van
van school gejaagd.
lUiito11 Ilmis kwam begon mijn moeder
j weenen.
huil niet, vrouw ,zei mijn vader,
mflAski'0^ de j°n£°n ^et beter mee. Bij
f riïu wae Dij niet goed besteed. De
ven i«n echte drinkebroer en doet niets
ieveijr.. en kindéren mishande
len. Va ij z en on2,en joxef meester Dou-
cereux op school doen.
Zoo gezegd, zoo gedaan. Vader en ik gingen
den volgenden morgen naar de woning van
den alom wegens zijne zachtheid en inne
mende manieren geroemden meester Douce-
reux,
Mijn beste vriend Mascampy, zeide deze
heer tot mijn vader, terwijl hii hem vriend-
ichappelijkj de hand drukte, waaraan heb ik
de eer van uw bezoek te dankenl
Buurman, sprak mijn vader, gjj kunt mij
een genoegen doem Ik heb hier een presentje
voor m Dit is mijn zoon Jozef. Maak van hem
een flink lid in de maatschappij.
De goode heer Doucereux begon mij van
top tot teen op te nemen.
Om mijn onheilspellend kenteeken te ver
bergen was ik aan 't venster gaan staan en
keek naar buiten, alsof ik de naastbijgele-
gen huizen nog nooit gezien had.
Door veeljarige ondervinding, zei Dou
cereux, helb ik het tamelijk ver in de gelaat
kunde gebracht. Als ik iemand zie, dan weet
ik ook gewoonlijk naastenbij, wat er zooal
inzit, Kom eens hier, lieve jongen, en laat mij
u eens in de oogen zien.
Wat moest ik doen? De blos der schaamte
overtoog mijn wangen, schoorvoetend gaf ik
mij over aan den onderzoekenden blik van
den mensehenkenner.
Zijn gezicht is niet kwaad, zei hij. Zijn
uiterlijk zou misschien zelfs zeer gunstig kun
nen genoemd -ft-orden, maarmaar..-..
Maar dat blauwe oog, nietwaar? viel
mijn vader hem in de rede.
Ja, mijnheer, ik zal 't n oprecht beken
nen, dat blauwe oog bederft alles.
Mijn jongen is een eerste kemphaan,
vechten is zijn leveif, en er gaat geen dag
voorbij, of hij komt met een blauw oog thuis.
Woelige kinderen zijn daarom altijd de
slechtste nog niet, hernam de meester met
een goedigeu glimlach zich tot mij wendend.
Als gij naar goede raad wilt luisteren, Jo
zef, dan zullen wij uw hart langzamerhand
wel verbeteren, ik wil het gedurende een
maand met u eens probeeren. Miin stelsel van
opvoeding is geheel op zachtheid en liefde
gegrondvest De tuchtroéde wordt in mijn
school niet gebruikt. Jongens die onverbeter
lijk zijn en zich niet door zachte woorden la
ten regeeren, verwijder ik zonder aanzien
van personen, uit de school, en dit doe ik
daarom, opdat niet door een schurftig schaap
de geheele schaapskooi wordt aangestoken.
Kort en goed: iik ging den .volgenden mor
gen naar de school van mijnheer Doucereux,
maar nauwelijks was mijn proeftijd voorbij,
of mijn vader kreeg van dienzelfden heer een
vriendelijk briefje, waarin hii mijn vader ver
zocht zijn zoon Jozef voortaan thuis te hou
den. Hij voegde er bij, dat ik een jongen was
van zeeg- goede talenten, van wien geduren
de den schooltijd, wel is waar, niets dan goed
viel te zeggen, doch die de kat in den dónker
scheen te knijpen, daar hii steeds een blauw
oog behield als.hot gevolg van aanhoudende
stille kloppartijen. Zoo werd ik ten tweede
male der samenleving met andere kinderen
onwaardig gekeurd en was ik wegens injjn
blauw oog een misdadiger, die noch door de
karwats van meestér Baton, noch door de ho
ningzoete taal van meester Doucereux kon
bekeerd worden.
Eenige straten van ons verwijderd woonde
nog oen schoolmeester, die slechte ocgen had
Mijn vader begreep dat ilk toch Èrgens op
school moest gaan en zoo kwam ik bii dezen
halven blindeman. Ik deed mijn uiterste best
studeerde tegen de klippen aan, en mijn nieu
we meester met zijn kwade oogen en ik wer
den de beste maatjes. Dat konden de andere
jongens niet velen. Alles dachten zij uit, om
mij in éen kwaad blaadje hii den meester
te brengen; eiken dag verzonnen zij iets
nieuws, doch klopten steeds op hetzelfde
aambeeld en vertelden, dat ik weer een
blauw oog door miin vechten en rinkelooren
had opgeloopen.
Toch is en blijft liü mijn beste Jozef,
KATHEDRALE KERK SI BAVO.
ZONDAG, feest van den H Rozenkrans
en tevens 1ste Zondag dor maand. De H.H.
Missen om 6, 8 en 9 uur en om half 11 de
plechtige Hoogmis. Om 4 uur oefeningen,
van de kinderen der Edelwaeht. Hal'f 7 plech
tig Lof met Rozenhoedje. Geen Catechismus.
Do geheele week 's avonds half 8 oefe
ningen van de Octoberniaand.
Parochiekerk van ileii II. Joseph.
ZONDAG, feest van den H Rozenkrans.
Do stille HH. Missen te 7 en half 9, en te
half 11. plechtige Hoogmis en 's avonds te 7
uur plechtig Lof met gjbedon.
MAANDAG, half 8 Congregatie voor jonge
lingen
DINSDAG, generate II Communie yam-
de leden van dc Edelwaeht, 7 uur Congre
gatie
WOENSDAG, haif 10 II Mis voor den h er
Petrus Nieten, aLs lid van de .Broederschap,
van het II. Hart.
DONDERDAG, 7 uur gezongrn Requi m
'voor hen wier namen slaan opgeteckend oj
den do o den ceel, half 8 Lof.
ZATERDAG, te half 8 II Mis voor de b>
keering der Zondaren in de kapel van het
Mirac. Mariabeeld. Na den raiddag van haft
r,(j üur gelegenheid om te biechten. Te half.
8 Lof met gebéden voor de Ociobermaand,
Op dagen dat er geen Lof i3 zal na de
H Mis van 7 uur lmfc .Roz nhoédje worden-
gebeden en de zegen met het Aiiorh. worden
gegeven.
Parochiekerk van den H. Antoiiins v. Patina
ZONDAG, te half 6, 7 en half 9 de ge
lezen H.H. Missen; te half 11 de.Hoogmis;
te 12 uur Catechismus en te half 4 es-
pers met Rozenhoedje.
DINSDAG, te half 8 uitstelling van het.
Allerheiligste tot liet verdienen van den vol
len aflaat ter cere van don IT. Vntcfnius; 8
uur gezongen H. Mis en 's avonds te 7 uur
Lof en vergadering der Broederschap.
VRIJDAG, te 8 uur gezongen H. ML cc
antwoordde, hun mijn goedhartiae verdedi
ger. Al had hij vijftig blauwe cogen, Y
moet het van hem getuigen, dat niemand zoo
veel talent heeft als en zoo goed werdkt dan
hij
Dp kortzichtigheid van den schoolmeester
verhinderde hem het scliaiulteóken aan mijn
linkeroog te zien. De beschuldigingen eu
klachten mijner medescholieren bleven ge
heel vruchteloos, en nooit in mijn leven mac k
te ik zulke snelle vorderingen als onder do
leiding van dien ervaren eu goedhartig u
meester met de kwade oogeu.
Mijn vader had er schik in, dat ik zoo gucl
vooruitging en besloot mij op de universiteit
te doen, om daar mijn hoogere studiën te be
ginnen. Op den dag van mijn vertrek kwam
de oude, halfblinde schoolmeester tot mij cc
zei
Jozef, iik ben blfj ais een engel, dat gij uu-fc
de Alma Mater kennis gaat maken; m r uw
admissie-examen behoeft ge volstreki niet
b'ang te zijn, ik beu zeker dat gij ecu „uom.
mer-eentje''.zult krijgen.
(Wordt v
I.)