Kin 1MIL tlllllT VAN OVERAL EEN BLAUW OOG. WAT DE PERS ZEGT KUNST EN 'KENNIS LANDBOUW EN VISSCHER1J KERKBERICHTEN FEUILLETON 8 October Tweede Blad Uit Haarlepi's grijs verleden. MEER LICHT. De oorlogstoestand Loeft in de burgerlijke samenleving al heel wat kwaad gedaan. Want we mogen al redenen hebben vele onzer mede burgers to verdenken van egoïsme, diie va,n de gegeven droeve omstandigheden gebruik, maken om extra winsten, oorlogswinst, te njpken. het lijdt, geen twijfel, dat zulke verdenking ook vaak zonder grond is. Hierover vinden wij een ernstige klacht in het Vakblad voor de S c h o e n m a- ii. waarin de hij dit bedrijf betrokken he- foepalieden worden verdedigd tegen het-verwijt, 'lat de hoogs sehaen- en sclioenirepairatioprijzen do vinding zijn van de bazen-schoenmakers en dat deze prijzen niet gerechtigd worden door ds omstandigheden Het is daarom dat in het blad „meer licht" wordt ontstoken over d© oor zaak dier duurte van schoenen en séhoenenrepa- ratie. „Een kenmerkend toeken van dozen tri J schrijft hot blad is. dat men telkens hert woord O. W.er hoort uitspreken. Vooral zun -.A de schoenmakers die, voor en na, hu de m> u. - aanraking met bet publiek,Wanneer d© go noemde prijs van een gedane reparatie w. hoog voorkomt, zich met dat woord hoor en be- titelen; zelfs de kleinste lapperbaastes due groot© zorg hebben om den mond voor ziob. en hun gezin open te houden en amper hunne s 1- nancieele verplichtingen kunnen voldoen wor- dien met. dat woord betiteld." Vervolgens wordt dan opgemerkt, „dat net publiek wel wat in d© war wordt gebracht door die enkele collega's, die zoel' oneoUeguaal die pru zen van liun werk la.ag houdteh ën dat vinden in de inferieure grondstoffen cn daarbij soms seer lage loon en en het gevolg onvoldoende maakwijze, zoowel van nieuw werk als van hun. reparatie. Ook het lang uitblijven van regeoringsleder aoowel als van -schoeisel wordt mede de. schoen makers geweten als zouden deze zulks tegen houden." - Om nu aan te toonen, dat van een en ander aiet do schuld ligt hij de schoenmakers of de fede-rfabrikanten, doch bij do raadgevers der re geering. haalt de schrijver uiit het jaarvers!a Van dien Bond van Ned, Lediei'fabrikanten een lang citaat aan, waardoor „het jaar wat met Wachten is voort ij gegaan nu voor. zoover hét de Ledérbranehe betreft kan worden belicht-" In bet bedoelde jaarverslag wordt olm. ge zegd „Weinig© weken. na.diat de looierii van. haren goeden wil had blijk gegeven om de leermairkt binnen normale banen te ltoudien, worden door de „Commissie van Bijstand in zake de uitvoering dier Distriilbotrewet 1910. ter conferentie uitgcnoodi.gd do Beetuu.rdieren van den Alg. Ned. Bond van Schoen fab rik am ten. van do Sohoenmakerspatroonsvereeniging en van dén Bond va.n Nedorlandscbe Ledorfa- Lrikanten. In deze bijeenkomst werden breed voerig besproken die oorzaken, die tot de duurt© van ledier en schoenen haddlen biige- dragen en werd door do Commissie betoogd dat "liét .dte taak van -de vereenigingen uit elke branche zou zijn. om verbetering in dien toe stand te brengen en mid'cMen te beramen, die konden leiden tot het beschikbaar stellen van goodkooper lodier en schoeisel voor de ombe- miidtdold'o bevdüking. De. aanwezige vertegen woordigers verklaard en zich bereid om hier aan hunne medewerking te ve-rloenen. In eene 's weeks daarna gehoudien verga- de-ring van dezelfde Bestuursleden dor reeds genoemde vereenigingen, werd die naar voren gebrachte kwestie nogmaals ter tafel ge bracht en ampel besproken. Het resultaat der conferentie werd belichaamd in een voorstel waardoor men, ia overleg met de Commissi; van Bijstand, tot oene goede oplossing meende te kunnen geraken- Men was rul. van oordeel dat eene verlaging der huidenp-riizenbet stollen van redelijke maxima automatisch tot eene verlaging der leder- en aoboenpriizen zou voeren. Mocht die Commissie-tozoodanige regeling ovemvel over weger - - bezwaren in brengen. datn w ensohle de verg adoring ©en- stemmig in overweging te geven om een deel der inlandisohe liuidenproductie vo-or d'o 1© distributie te bestemmen, deze huiden togen oen nader overeen te komen -loon te doen looien, daarvan te-po- een. eveneens' nader overeen te komen vergoeding schoenen te laten vervaardigen en onder vaststelling van maximum-loon voor reparatie, tegen oen be paalden prijs halve zolen en achterlappen voor die reparatie beschikbaar t© stellen." „Doch al wederom zy hiér geboekstaafd dat de C. v. 13. n.iet .die minste bereidwillig heid betoond© om tor zake de gedane voorspel len overleg te plegen. Do desbetreffende correspon dentie werd nimmer door haar b o, a n t w o o r d." „Wanneer wij nu hierbij uog aanstippen zoo gaat de schrijver i.n het- „Vakblad" venter dat do hier vermelde conferentie, waarvan bedoeld voorstel- een gevolg was. dateert van een jaar geledien en die prijzen in dat voorstel (hier niet genoemd) waren gestéld voor werk schoenen 4.een boter soort 5,i n voor de reparatie van mans halve zolen en hakken 1-70 tegen een bruto winst van f 1-dan spreekt daar dlunkf] ons voldoende uit d>at de schuld niet ligt bij hen die bij het vak zijn ge- interrosseerd maar elders schuilt en dat die huidige regeering de schuld is diart dikwiilis die eene burger de^amdiere burger vijandig is- Meer klaarheid is daarom wensöhelijk niet alleen maar noodzakelijk. Uiti ons verhaal boven ge schetst blijkt immers diat wanneer ,dle maatrege len door do vakmannen voorgesteld waren uit gevoerd op tijd, dat dan reeds voor een jaar ge ledien de toestand anders had kunnen ziiu en de motie-V. d. Tempel niet was gestald kunnen worden wat voor de schoenmakers in het bijzon der veel beter zou zijn geweest daar dan de zélf- ropavatie 'alias eigenbouwerij niet, gesanctio neerd was "geworden." VAN HET CHRISTENDOM VERVREEMD. Wij lezen in HET HUISGEZIN. In'de verslagen van onderscheidene commis si ee, die dit jaar belast zijn geweest met hert afnemen der onderwijzersexamen®, komt een merkwaardige klacht voor. Die tie Zutphen schrijft: „Onderscheidene candidafen waren geheel onbekend met veeil voorkomende, a,an dien Bijbel ontleende uitdrukkingen." Dio te 's-Gravenhaige „Zoodra naar aanleiding van het gelezen© ge vraagd werd naar die befeekemis van algemeen voorkómende* woorden en uitdrukkingen bleef men vooral bij die aan den Bijlbei ontleend te vaak het antwoord schuldig." Dia to Rotterdam: „Meermallen bleek, diat de uitdrukkingen, aan de Schrift ontleend, niet waren begrepen." Die te Middelburg: „Tal van bekende u i tri rukk-i ri ge- aan den Bijbel ontleend, waren niiet -of slechts ten doele bekend." liet is geen nieuwe klacht, die hier is ge uit. Men heeft ze Indertijd ook uit d,en kring van ander dan lager ouderwijs kunnen vernemen.' Maar het ia toch wel teek en end voor die oplei ding tot onderwijzer in verscheidene streken des lands, diat bij een dec! der oandidaten vol slagen onbekendheid met het Boek der B-ocken meet worden geconstateerd.' En men mag; ook al pogen de bewoordingen dier wetsartikel en tot gerustheid te stommen, wel eenige bezorgdheid koesteren voor de wiize. waarop deze van het Christendom vervreemde ouderwijzere hun hooge taak zullen gaan ver vullen. Bovendien welk een tekort aan algeimoene ontwikkeling verraadt' idle man, die de Bübelschie uitdrukkingen niet verstaat, en wolk een be schamend figuur moe hii maken, ala straks een leerling, licm om opheldering vragend, met een „ik weet liet niet" wordt heengezonden. 7-0 St. Janskork te 's-Bo-sch.'Blij kens het jongste verslag betreffende de her stellingen aan de St. Janskerk te 'sller- togenbosch, zijn de werkzaamheden in 1916 aan da Zuidzijde van het hoogkoor voortge zet. Deze werken betroffen de eerste travö6 van het Zuidertransept af, alsmede het daar toe beboerende stel dubbele schra-agbogen. Evenals zulks bij de herstelling der voor hWVVHfe'S;™ hot hoogkoor het geval was, bleek de toestand van het oude werk voor zoover de uitwendige natuursteenbe, kleeding betreit, verre van gunstig Ingrijpende maatregelen moesten worden getroffen, ten einde de verdere instandhou ding te verzekeren. Deze bestonden, voor stover het de constructieve doelen van den bouw betreft, uit de vernieuwing der sohruag- bogen, welke doqr verweering ernstig ver; zwakt waren .Slechts enkele der afdokstuk ken konden weder worden toegepast. Voorts ondergingen de neggen der ven steropening en de frontaall'ijst, welke op plaat sen vormloos afgebrokkeld waren, een ge deeltelijke vernieuwing. De bekronende deeien, als de pinakels en de balustrade waren verdwenen en moes ten nieuw worden aangebracht Het oina- menteele beeldhouwwerk op den sehraag- boog en aan de frointaalhjst behoefde |e-- hieele vernieuwing, waartoe de nog ter plaatse aanwezige resten voldoende gegevens .ver schaffen, - De avontuurlijke spoorreis van den Amsterdam-schen schooljon gen naar Enaohedié. Met dien 10-jari- gen knaap, die zooals reeds weird gemeld een avontuurlijk rensrje meemaakte op het gas- reservoir onder een der wagens naar Enschedé, heeft een redacteur van het „Hbl." een onder houd; gehad, waarvan hii het volgend versla;- hoeft' gegeven- Toen wii kwamen in de voorkamer van 't be- nedienhuiisje no. zóóveel. Eerste Klooster, was Henkie, een kwartier galoden door moeder zelf van het politiebureau tem ggéhaakljuist in bed gestopt. „Hii zag zoo wit als 'k weet niiet wat," zei de vrouw, die ondier de bedrij ven door twee peuters van acht en zeven naar school zond. één op den arm wiegdie en den overigen beduidde, dat ze atil moesten wezen. Er was visite voor Henkie. „Hom d"r eens uit, Henkie," noodtigde moeder in de lichting van een paar gesloten bedstee- gordijnen, „miaar dioe eerst je broekje en .1© bloe- sie aan." En even later werden een paar tengere, bruine beentjes naar bulten gestoken en Hen kie. do reiziger, wipte op den vloer en scharrel de tusschen de wieg, die tafel en den kinder stoel door, naar den voorgrond. Toen. hii stukjes en beetjes, eerst situg en kortaf en onwillig, maar gauw al mededeelzaam en later heelemaal geïnteresseerd bii' 't gesprek, vertelde 't kereltje, diat met een paar. groot©, grijze kijker-s de wereld inziet en waarvan moe der èn vader, ondanks al zijn balddadlige stre ken toch met geen mogelijkheid anders konden getuigen, dam diat ie een best kmd was: eerlijk, en goed voor z'n broertjes en zusjes: gewillig in 't boodsohapen doen en op school wat een pien ter© leerling. alle meesters zeien 't emmers: toen dan. bij brokjes klein en groot'or. vertelde Henkie Of 't z'n eerste reisie was geweest! Hii keek moeder aan en toen wéér 't kramtenanensch. en toen schudde hii ontkerineud den leuken, blon den jongenskop. Nee, 't was eigenlijk z'n derde avontuur. Verleden jaar was-ie op dezelfde ma niet naar Vénlo gegaan; maar wót fijn. En later had-ie vier dagen gezworven in en op een grooten verhuiswagen, die eiken dag naar oen ander bo,efcie van Amsterdam werd gezeuld. Ja, toen was moeder wél écht ongerust geweest. Hij was er dien keer eigenlijk op uit gegaan om in een klonnpie aan een touwtje stekeltjes te schep pen uit dien Am,stel, en toen hii hodemaal niet meer terugkwam, was moeder in doodsangst naar de politie geloopen. D-ie had een heel stuk van den Amstel afgedriegd. eu onderwijl reed hij. fijn, in dien grooten wagen, bijna dén g» heden dag door, en 's nachts slicp-ie in dat bak beest. Den heden winter is 't toen goed gegaan. Hij ging van 't school van meester Minncma naar een ander school en ook daag paste hij ■wat goed op, en eiken morgen nam hii do twee jongeren aan de hand mee naar de Passcerdcr- gracht. Maar toen werd dat reis- en trekduiveltje in Henkie hem toch weer te sterk. En Dinsdag morgen ging hij naar d© richting van do I'as- seerdergracht. maar draaide links-af en trachtte de beid© kleineren mee te troonen. Maar die moesten d'r nike van'hebben en zoo gebeurde- 't. dat Henkie alleen kwam aan het Weesper- poortsst'ation en daar, op ©en stil plekje van het rangeer-emplaeemeat. <1e kans schoon zag, zich op een plaatsje te nestelen, waar hii met z'n tenger lichaampje stevig zat, 's Morgens om half negenMuisjesstil heeii het kind zicih geïnstalleerd tusschen de r-na pijpen, op het gasreseirvoir. Van alle torens in den omtrek heeft hij dien beelen lieven langen dag do klokken hooren luiden en slaan- Hij heeft zich voelen voortbewegen om even la,t?r. nadat zijn wagen mot harden smak was gekoppeld aan een anderen, weer uren lang te blijven staan. Hij heeft d© schemering zien onkruipeu na,ar zijn toch al zoo donkere plaatsje en hii beeft de duisternis zien vullen, en toen allo torens het achtste avonduur hadden geluid, toen, ein delijk, zette de trein Zich in beweging met 'n schokje, en daar g-mg-ie dkn. voorgoed „Wart wou jp toch eigenlijk!" vrqeg ik, „waar wou j© heen „Tc Wou niks! Alleen maar in dm trein zit ten, dia's zoo èöhlt l" En hij verteld© verder van die heerlijke spioorreiis door den zoelen her®tavon,d en gedu rende heel den nacht. O. liii wist de stations nog bést. Utrecht had-ie hooren afroepen, en rnhem en Zutfen. En Alemlo en Hengelo en use- ode. 'Dat de trein naar Ensehe.de ging. 3a<' ,10 geweten; dat had-ie in de vro-egte op dei wagon Wl«n en d,aarom was.j 0r ook onder gegaan, waut hp hud met hettrointje over de grens gewild, naar Duitschland. Ma'ar die kans wae verkeken, t-oen d© troin in den'vroegen Woensdagmorgen naden langen omweg via Arnhem, het station van die fa briek,sis-tad in Twente binnenreed. Ilenkie zelf zou zich wol muisjéss-til hebben gehouden, al had-ie ook in vier-en-twintig uur goen kruimel gegeten en ge-en oog geloken. Maar krijgt 'm daar oen spoorwegarbeider in de smiezen, die hem er onderuit haalt en 't zwart aange,rookte bundeltje overhandigt aan 't En- seh edescbo trein personeel „Vier sneeën bruin brood hebben ze me ge geven en een kop koffie," bluft Henk. „Euverder?'' „Toen ben 'k met een stille rechercheur van Enschede naar Almelo gegaan. En daar mocht ik van den commissaris van alles heb ben: aardappels en vier reepen spek en een honk vleesch en zooveel vet als 'k maar WOU. Een „stille agent" had hem verder getrans portèerd naar Apeldoorn. Daar had-ie op het politiebureau geslapen, maar eerst hadden ze hem ook hier bruin brood gegeven en koffie, en overal waren ze toch zoo vriendelijk ge weest en allemaal hadden de heeren van de burebux gevraagd: „Hoe hè je m dht toch geleverd!" XXI OVER DE VROEGERE VEREERING VAN ST. BAVO TE HAARLEM. In de jongste aflevering van het weekblad „Sint Bavo" vinden wij een en ander over de vroeger© vereering van oint Bavö To Tlaaf'lem, dat wij' gaarne onder deze rubriek een plaats je inruimen. Op den len October wordt gevierd het plechtig feest van den H. Bavo, Patroon der Kathedraal, omdat Hij op dien dag omstreeks 650 zijn boetvaardig leven eindigde te Gent. Tengevolge van handelsbetrekkingen met deze stad werd in verloop van tijd de devotie tot dezen H Belijder ook naar Haarlem over geplant. Daarenboven is Hij zelfs, volgens 'eene eerbiedwaardige overlevering, eenmaal San 'de Haarlemmers, toen zij in benarde omstan digheden zich hadden aanbevolen aan zijno bescherming, verschenen als een edelman in krijgsmantel en wapenrusting, met een opge heven zwaard in de rechter- 'en een valk op de linkerhand, en heeft hen verlost uit de dreigende gevaren. Ter dankbare gedachtenis van deze wel daad werd Sint Bavo tot Patroon gekozen door de geestelijkheid en het volk van Haar lem, en werd onder hen een broederschap ter zijner eere opgericht. In do 14e eeuw begon men vervolgens d n bouw van een' heerlijke gojhieke kerk mid den in de stad de oude Sint Baaf welke, mede door den steun van Albrecht van Beieren, den -23en graaf van Holland, nadat er langer dan een eeuw aan gearbeid was, eindelijk voltooid was in het jaar 1472. Eenigen tijd later, n.l. in 1500 sloten de leden der Haarlemsche broederschap een gees telijk contract, n.l. over de voortdurende en wederkeerigo gemeenschap van ge ba en en goede Werken, met Se kloosterlingen van fl-et St. Bavoklooster bij Gent, wier abt aan de Haarlemmers op hun verzoek een kostbare Reliek van den II. Belijder, n.l. een deel van den arm ten geschenke gaf Uit. dankbaarheid hieraan beloofden de Haarlemmers, deze Overbrenging der Reli k jaarlijks op den lOen Mei (Translatie) plech tig te zullen vieren, gelijk de Verheffing zij ner Reliquieën op derf len Augustus (E'eva- tio) en den Sterfdag van den Heilige op den len October, op welken dag zij jaearlijks in de Sint Baaf te Gent een kaars van een pond zouden offeren onder het Offertorium -der Hoogmis. Toen Paus Paulus IV op 12 Mei 1559 in België en Nederland 15 bisdommen had op gericht, verhief hij de kerken te Gent en te Haarlem tot Kathedralen aan Sint Bavo toe gewijd. Nog' geen 20 jaar later, n.l. op den 29cn Mei 1578, H. Sacramentsdag, werd de bis schopskerk van God. ried van M'erlo te Haar lem geprofaneerd door de Calvin'sten („Haar lemsche Noen") Doch do Reliek van Sint Bavo werd gelukkig gered on naar Keulen in veiligheid gebracht. Toen echter de beroerten ©enigermate be daard warons werd zij tot groot© vreugde der geestelijken naar Haarlem teruggebracht. Ook ter blijde herinnering aan deze gebeurtenis werd voortaan gevierd het feest van de Over brenging en Gedachtenis van Sint Bavo. Tot zoover het Vb ld „Sint Bavo." In het 'Frans Halsmuseum alhier berust oen schilderij, voorstellende de verlossing van Haarlem, waarop is bovenbedoeld stukje ge doeld. De hieraan verbonden en h!er bedoelde le gende luidt, dat tijdens een© belegering der stad, omstreeks het jaar 1250, de belegeraars op de vlucht werden geslageh door do ver schijning in do wolken van Sint Bavo, den patroon der stad Die schilderij hing vrocgeij op het bovenportaal der StadsJBibli» h ek. Be Éoilige Bavo, aan wien dc kerk te Haa. - lem gewijd was, werd hier bijzonder ve.ee, d. Zoo was ten zijner eer een kos ba :r zilveren beeld, negen Keulsche maten zwaar, in de kerk opgericht, terwijl zijn gebeente in e n zilveren reliquiekast weid bewaard. In dit verband zij het ons vergund hier nog een legende neer te schrijven, die z ch hecht aan den bouw van de Grooto of Sint Bavd- kerk op de Groot© Markt, alhier. Dj heer W. P. Overmeer, alhier, was zoo vriendelijk er onze aandacht op te vestigen. De bouwmeester van de Si. Bavo-kerk was een oud man geworden. Hef werk, dooc hem aangevangen, vordcrde 1 ingza m. Op zekeren dag van het jaar 1472 was hij zeer droef gestemd en zat in diep gepeins ter neder. Nog slechts was de muur opgetrokken, de zuilenrij gedekt en waren de b'n'en lan s de spitse bogen aangebracht. Hij vreesde dat hij sterven zou vóór het godshuis vol tooid kon zijn. Hoe hij ook nadacht, hij mocht niemand vinden, die zijn werk kon over nemen. In tranen uitbarstende zond lyj een vurig gebed op tot God om uitkomst. Nauwe lijks had hij zijn gebed geëindigd, toen er aan zijn kamerdeur werd geklopt en een jonge vreemdeling binnen rad, de hen mei - deelde, dat hij van verre kwant cn van zijn bekwaamheid als bouwmeester had gehoo. d Hij wilde ook gaarne een meester worden en vroeg daarom of hij hem behulpzaam mocht zijn bij het voltooien der St. Bavokcrk, z inder toekenning van een loon, kost, kleeding. of herberg." Zijn naam wilde hij echter geheim houden Dehoogbejia d; bouw mee her stond he, \er- zoek toe en de vreemde knaap toog dadelijk aan den arbeid. Het werk vorüerde nu 'e.tc- ren dag zichtbaar, want de ijver en "de ken nis van den jongenman was een prikkel voor ieder, die aan den opbouw werkzaam was. Spoedig was de St. Bavokcrk gereed en werd ze plechtig ingewijd. Toen de bouwmeester den jeugdigen medewerker zijn dank wilde betuigen, was dez© echter spoorloos ve.dwe- nen« Toen zeide eerstgenoemde: „Ik heb het werk aangevangen, eu de jonge vreemdeling heeft liet voltooid. Het moet dus twee namen dragon .Maar omdat de naam van d n voltooier onbekend is, moet ook de mijne vergeten wor den." Dit is do reden, waarom men den naam van den - bouwmeester der St. Bavokerk te Haarlem ui et kent. „Ja,'' zei Henki's moeder, „da's waar! Van middag, hier op 't bureau, toen ze hoorden, wat de jongen weer had uitgevoerd zeiden ze: „De grootste boef van Amsterdam doet 'm dat niet na!" „Henkie," zei ik, heel ernstig'cn heel ver manend, stellig overtuigd, dat de zaak van dien kant nog niet belicht was, „als je d'r af gevallen was, had de trein je in honderd stukjes gereden. Heb je daar wel aan ge dacht?" De jongen keek me aan met grooto oiogen, ,,'k Val d'r niet af,'' zei hij, kort en nadruk» kelijk. '„Zou je 't ooit weer willen doen?'' Honk's oogeu glinsterden. Maar hij zag 't strenge gelaat van zijn vader en mijn ge fronste wenkbrauwen. „Dat weet ik niet!!'' omzeilde hij foen een rechtstreeks antwoord. „Ik wou maar, dat wij raad wisten met den jongen,'' klaagde de moeder, ,,'t is een heel best kereltje, maar hij loopt me elk oogeinhlik onder de handen weg. Als d'r nou maar 'n Vereeniging was, die voor zoo'n kind kon zor gen, totdat ie wat geleerd heeft. Hij wil latei- machinist worden.'' En dat is dan wel de ernstige kant van Henkie's avontuur, dat z'n ouders feitelijk geen gerust moment hebben, als de jongen de deur uit is. Een oplossing aan 'de hand te doen die Henkie's ouders zon kuianou bevredigen, ging helaas hoven mijn macht. Weet u zei Afval als veevoeder. Men schrijft ons uit Purmerend: In Waterland zijn proe ven genomen om het afval Van de suikerbie tenteelt, als bladeren en afgesneden koppen, voo.r veevoeder te gebruiken. De resultaten zijn zeer bevredigend. De opbrengst van liet afval bedraagt ongeveer 65 pCt. van de teelt per HA. en 1300 K.G. bletenpfval staat aan voeder waarde gelijk met 325 K.G. goed hooi. Ook voor ihkuiling is dit veevoeder zeer 'goed geschikt. Het moot dan als ge mengd voer worden gebruikt. De onderwijzer maakte korte wetten met 'mj, en ik werd zonder verderen vorm van van school gejaagd. lUiito11 Ilmis kwam begon mijn moeder j weenen. huil niet, vrouw ,zei mijn vader, mflAski'0^ de j°n£°n ^et beter mee. Bij f riïu wae Dij niet goed besteed. De ven i«n echte drinkebroer en doet niets ieveijr.. en kindéren mishande len. Va ij z en on2,en joxef meester Dou- cereux op school doen. Zoo gezegd, zoo gedaan. Vader en ik gingen den volgenden morgen naar de woning van den alom wegens zijne zachtheid en inne mende manieren geroemden meester Douce- reux, Mijn beste vriend Mascampy, zeide deze heer tot mijn vader, terwijl hii hem vriend- ichappelijkj de hand drukte, waaraan heb ik de eer van uw bezoek te dankenl Buurman, sprak mijn vader, gjj kunt mij een genoegen doem Ik heb hier een presentje voor m Dit is mijn zoon Jozef. Maak van hem een flink lid in de maatschappij. De goode heer Doucereux begon mij van top tot teen op te nemen. Om mijn onheilspellend kenteeken te ver bergen was ik aan 't venster gaan staan en keek naar buiten, alsof ik de naastbijgele- gen huizen nog nooit gezien had. Door veeljarige ondervinding, zei Dou cereux, helb ik het tamelijk ver in de gelaat kunde gebracht. Als ik iemand zie, dan weet ik ook gewoonlijk naastenbij, wat er zooal inzit, Kom eens hier, lieve jongen, en laat mij u eens in de oogen zien. Wat moest ik doen? De blos der schaamte overtoog mijn wangen, schoorvoetend gaf ik mij over aan den onderzoekenden blik van den mensehenkenner. Zijn gezicht is niet kwaad, zei hij. Zijn uiterlijk zou misschien zelfs zeer gunstig kun nen genoemd -ft-orden, maarmaar..-.. Maar dat blauwe oog, nietwaar? viel mijn vader hem in de rede. Ja, mijnheer, ik zal 't n oprecht beken nen, dat blauwe oog bederft alles. Mijn jongen is een eerste kemphaan, vechten is zijn leveif, en er gaat geen dag voorbij, of hij komt met een blauw oog thuis. Woelige kinderen zijn daarom altijd de slechtste nog niet, hernam de meester met een goedigeu glimlach zich tot mij wendend. Als gij naar goede raad wilt luisteren, Jo zef, dan zullen wij uw hart langzamerhand wel verbeteren, ik wil het gedurende een maand met u eens probeeren. Miin stelsel van opvoeding is geheel op zachtheid en liefde gegrondvest De tuchtroéde wordt in mijn school niet gebruikt. Jongens die onverbeter lijk zijn en zich niet door zachte woorden la ten regeeren, verwijder ik zonder aanzien van personen, uit de school, en dit doe ik daarom, opdat niet door een schurftig schaap de geheele schaapskooi wordt aangestoken. Kort en goed: iik ging den .volgenden mor gen naar de school van mijnheer Doucereux, maar nauwelijks was mijn proeftijd voorbij, of mijn vader kreeg van dienzelfden heer een vriendelijk briefje, waarin hii mijn vader ver zocht zijn zoon Jozef voortaan thuis te hou den. Hij voegde er bij, dat ik een jongen was van zeeg- goede talenten, van wien geduren de den schooltijd, wel is waar, niets dan goed viel te zeggen, doch die de kat in den dónker scheen te knijpen, daar hii steeds een blauw oog behield als.hot gevolg van aanhoudende stille kloppartijen. Zoo werd ik ten tweede male der samenleving met andere kinderen onwaardig gekeurd en was ik wegens injjn blauw oog een misdadiger, die noch door de karwats van meestér Baton, noch door de ho ningzoete taal van meester Doucereux kon bekeerd worden. Eenige straten van ons verwijderd woonde nog oen schoolmeester, die slechte ocgen had Mijn vader begreep dat ilk toch Èrgens op school moest gaan en zoo kwam ik bii dezen halven blindeman. Ik deed mijn uiterste best studeerde tegen de klippen aan, en mijn nieu we meester met zijn kwade oogen en ik wer den de beste maatjes. Dat konden de andere jongens niet velen. Alles dachten zij uit, om mij in éen kwaad blaadje hii den meester te brengen; eiken dag verzonnen zij iets nieuws, doch klopten steeds op hetzelfde aambeeld en vertelden, dat ik weer een blauw oog door miin vechten en rinkelooren had opgeloopen. Toch is en blijft liü mijn beste Jozef, KATHEDRALE KERK SI BAVO. ZONDAG, feest van den H Rozenkrans en tevens 1ste Zondag dor maand. De H.H. Missen om 6, 8 en 9 uur en om half 11 de plechtige Hoogmis. Om 4 uur oefeningen, van de kinderen der Edelwaeht. Hal'f 7 plech tig Lof met Rozenhoedje. Geen Catechismus. Do geheele week 's avonds half 8 oefe ningen van de Octoberniaand. Parochiekerk van ileii II. Joseph. ZONDAG, feest van den H Rozenkrans. Do stille HH. Missen te 7 en half 9, en te half 11. plechtige Hoogmis en 's avonds te 7 uur plechtig Lof met gjbedon. MAANDAG, half 8 Congregatie voor jonge lingen DINSDAG, generate II Communie yam- de leden van dc Edelwaeht, 7 uur Congre gatie WOENSDAG, haif 10 II Mis voor den h er Petrus Nieten, aLs lid van de .Broederschap, van het II. Hart. DONDERDAG, 7 uur gezongrn Requi m 'voor hen wier namen slaan opgeteckend oj den do o den ceel, half 8 Lof. ZATERDAG, te half 8 II Mis voor de b> keering der Zondaren in de kapel van het Mirac. Mariabeeld. Na den raiddag van haft r,(j üur gelegenheid om te biechten. Te half. 8 Lof met gebéden voor de Ociobermaand, Op dagen dat er geen Lof i3 zal na de H Mis van 7 uur lmfc .Roz nhoédje worden- gebeden en de zegen met het Aiiorh. worden gegeven. Parochiekerk van den H. Antoiiins v. Patina ZONDAG, te half 6, 7 en half 9 de ge lezen H.H. Missen; te half 11 de.Hoogmis; te 12 uur Catechismus en te half 4 es- pers met Rozenhoedje. DINSDAG, te half 8 uitstelling van het. Allerheiligste tot liet verdienen van den vol len aflaat ter cere van don IT. Vntcfnius; 8 uur gezongen H. Mis en 's avonds te 7 uur Lof en vergadering der Broederschap. VRIJDAG, te 8 uur gezongen H. ML cc antwoordde, hun mijn goedhartiae verdedi ger. Al had hij vijftig blauwe cogen, Y moet het van hem getuigen, dat niemand zoo veel talent heeft als en zoo goed werdkt dan hij Dp kortzichtigheid van den schoolmeester verhinderde hem het scliaiulteóken aan mijn linkeroog te zien. De beschuldigingen eu klachten mijner medescholieren bleven ge heel vruchteloos, en nooit in mijn leven mac k te ik zulke snelle vorderingen als onder do leiding van dien ervaren eu goedhartig u meester met de kwade oogeu. Mijn vader had er schik in, dat ik zoo gucl vooruitging en besloot mij op de universiteit te doen, om daar mijn hoogere studiën te be ginnen. Op den dag van mijn vertrek kwam de oude, halfblinde schoolmeester tot mij cc zei Jozef, iik ben blfj ais een engel, dat gij uu-fc de Alma Mater kennis gaat maken; m r uw admissie-examen behoeft ge volstreki niet b'ang te zijn, ik beu zeker dat gij ecu „uom. mer-eentje''.zult krijgen. (Wordt v I.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1917 | | pagina 5