'«MKJMKL CM1T
K
m
BUITENLAND
STAD EN STREEK
LEGER EN VLOOT
i'
A
I
erda9 I December Derde Blad
low:
ENGELAND.
LANSDOWNE'S SCHRIJVEN.
.iMoruiug Post" schrijft: Lord Lans-
|(,0 .üet'R door zijn staat van dienst in het
«i ;'rllui8 een zekere positie welke daarom ech-
,l;ll Reen reden geeft blind vertrouwen te
s ||e; ln zijn oordeel noch in zijn moed. Zeker
ji'itr r h'i 'n zaak noch spreekt voor de
Hij j"lst|sche partij noch voor het Hoogerhuis.
«een lid der Regeering en het kan niet
W v£rondersteld, dat nu de voornaamste le-
enii„ "peering thans te Parijs zijn in confe-
uen m-t de geallieerden, dat oogenblik geko-
5jw0ü ?'in om zulk een vlieger te laten. Hij
jte alleen voor zich zelf. Dit is een persoon-
1 Itljj], «in£. goed bedoeld, maar niettemin scha-,
ij. ^.Ctn vrede te maken waar er geen vrede
iiiitjJ Scbten het van belang, dat men in het
sPrUland goed zal begrijpen, dat Lansdowne
a,s particulier en geen gezag heeft in
toA *ödere hoedanigheid te spreken. Anders
iiliej "adeelig kunnen zijn voor de zaak der ge-
^Hsch wan' men zou kunnen nieenen, dat de
^idere re«cering verslapte en uitziet naar een
and i" u'tWe£, dan de nederlaag van Duitsch-
Di en wiJ' onderhandelingen openden met
Ijk .p Scb!and, dat België, een deel van Frank-
8aL deel van Italië, een groot deel van den
t'fRoemenië, Rusland bezet houdt, zouden
«!i(!tn aen niet ln staat te zij» het uit die
'Ju" 'e verdrijven en zouden we zijn positie
it, eesterschap in Europa erkennen. En dat is
schadelijke van Lansdowne's pedante
tjt s'^'d, dat zij de Duitsche ketenen verguld
^,/oone phrases en het voorstel tot overgave
ij ],e0orden tracht te bemantelen. Om die reden
'«dl van belang te weten, dat Lansdowne
hi de verantwoordelijke lieden in ons land
h( 1 minsten steun vindt,
fkoj aüy Chron." meent: Lansdowne schrijft
1 Vop duitsche meening in het algemeen rijp
ftobl r een billijken vrede. Hij beschouwt de
WÈHk01 vaa centraal en oostelijk Europa
gloria in 1803/04 het probleem van 8iees-
'ii| 0,stein beschouwden. Van de gevolgen
'Jfi zooals de staatslieden uit het tijdvak
Ik-
i onthouding in 1863/64 schijnt hij niets
lij 0j üen geleerd. Wij gelooven even sterk als
{et) 'eilland anders in de noodzakelijkheid van
K, jj0; ^mstigen bond der natiën, maar als zulk
Luiheid succes zal hebben, als vrede, nationale
%[.i cm internationaal evenwicht gehand-
(cis; zullen blijven voor immer, dan moeten er
'6, ',,e voorwaarden zijn voor deze vrijheid en
j^enwidit.
zullen er niet zijn, als Duitschland als
at. van den agressieven oorlog, dien het
-0(i rp'. ac, meester is van een solied blok van
"-'oen blanken, die een aaneengesloten
Azia,. bewoners dwars door het Europeesch-
?ersrh vasteland heen en er bovendien een
veifj 'ei,rd Rusland is, dat het een onbeperkt
DcV°0r verdere intriges en verbreiding biedt.
°ndetlJ':§aily Mail": Lansdowne ziet niet den
het verschiet. Maar wat is het
and niocralternatief is slavernij. Duitsch-
ef overfe de wereld verwoesten, maar het zal
ü6" no;'!1""'", zoo lang vrijheidlievende man
dje en een slag kunnen toebrengen. Dat "wij
eiclahalf jaar geleden kozen, was: vrij-
Hoon dft'azen konden meenen, dat die
.P gewonnen kon worden.
..Als
mj alie '"isdowne de witte vlag hllscht, staat
iv?«elana iu ziïn °vergave. Hij spreekt niet voor
i twi,f'i Voor Oroot-Brittannië en het Rijk.
°rdenJ "iet, of dit zal volkomen duidelijk
vl %f «(',naakt door onze vertegenwoordigers
"''eenl<omfntie der gealliëerden, die nu te Parijs
jj,*!' cmentaire medewerker van de „Times"
/rrassii hr'e* van Lansdowne een volkomen
'c was voor ziin vroegere colletra's.
i ''en
L|
was voor zijn vroegere collega's,
diep leedwezen lazen. Men verneemt
geen voorkennis had van den brief.
RUSLAND.
Tekst van het voorstel tot
L Al>ENSTlLSTAND EN VREDE,
Sj' pet vpperbevei van het O.-H. leger is, blij-
officieus bericht uit Weenen, een ge-
yO, verminkt draadloos telegram ontvan-
ai»a' voor zoover mogelijk werd aangevuld
v°lgt luidt:
Aari Tsarskoje Selo, 28 Nov.
®jj. ('e volkeren van de oorlogvoerende lan-
rH!S-e;!e.vierencie arbeiders- en boerenrevolutie
ii 'm rf!^ heeft de vredesquaestie op den voor-
r, r"aucr \rac^)e van weifeling, uitstel en
^rtijen atle is geëindigd,-thans wordt aan alle
f teiq v,'tn alle oorlogvoerende landen de eisch
°f Zr"' Allegorisch de vraag te beantwoor-
kifr «enJ ,ezamen ,net °ns tot onderhandelingen
unen v0nmiddellijken wapenstilstand en alge-
M h!^e w'"en- overgaan of niet.
jaMj c l'l antwoord op deze vraag hangt af,
ve,/1 "'ouwe win terveldtocht met alle daar-
0lldcn ellende ontgaan zullen of dat
J,'Hen °k verder rnet bloed overstroomd zal
(I ij
I r^r' °nsÜn ^aad van Volkscommissarissen, wen-
PgO bUn,,'et deze vraag tot de regeeringen van
V** «c"°oten Frankrijk, Engeland, Japan,
',i ',tinenJ vragen hun voor het aangezicht van
tj/'i bcTp- yolkeien en van de geheele wereld
J;.1.0 zijn vredesonderhandelingen te be-
Cden 0 1J' de Raad van Volkscommissarissen,
L 'f pi tot de verbonden volkeren, in de
V'b zjlnd ,ot de arbeidende massa, of zij
H 'hdcii zinloos bloedbad voort te zetten
C "deiin zinloos bloedbad voort te zetten
lp hesehf,gs de vernietiging van de Europee-
eeii*,u'-cl,,JK de vraag
r,'han,| zijn met de inleiding van vredes-
l^e v,?'"L,en-
vVre<Je Lfutellen wii voorop.
fiV^'hcrenur j W1J' voorgesteld hebben, moet
ZIjn' een eervolle vrede door
iNl s eCni' K- Waardoor elk volk de vrijheid
X L1 Ver>f. n!Sche en cultureele ontwikkeling
tl^ltt^l L>e arbeiders- en boerenrevo-
i,l VCj; i, "aar vredesprogram bekend ge-
jjl|%ii<ar eii'(>i ?n de geheime verdragen van
L'-l» ,C(-erd pde bourgeoisie met de gealliëerden
v,0"5 nipf- eze verdragen voor het Rus-
r on< np-,verlclaard- wij stellen alle vol-
v niijk een nieuw verdrag te sluiten
op den grondslag van overeenstemming en
samenwerking.
Ons voorstel hebben de officiëele en officieuse
vertegenwoordigers van de regeeringen der ge
allieerde landen beantwoord met een weigering
de regeering te erkennen en met haar in over
leg te treden over vredesonderhandelingen. Der
regeering van de zegevierende revolutie ontbreekt
de erkenning door ae diplomatie; maar wij vra
gen de volkeren of de reactionnaire diplomatie
hun denken cn streven weergeeft, of de volkeren
veroorloven dat de groote mogelijkheid van
vrede, welke door de Russische revolutie is ont
staan, onbenut blijft. (Hier is een zin verminkt).
Weg met de winterveldtocht! Leve de vrede
en de volkerenverbroedering!
Get. de Volkcommissaris voor buitenlandsche
aangelegenheden Trotzky; de voorzitter van den
Raad van Volkscommissarissen Uljany Lenin.
Hierop heeft de O.-H. regeering aan de Rus
sische regeering op 29 dezer het volgende ge
antwoord:
Aau de regeering van de Russische Republiek.
Het telegram van den Raad van Volkscom
missaris van 28 Nov., waarin de Russische re
geering zich bereid verklaart onderhandelingen
over het sluiten van een wapenstilstand en alge
meen vredesverdrag te openen, heeft de O.-H.
regeering ontvangen. De door de Russische re
geering bekend gemaakte richtlijnen voor een te
sluiten wapenstilstand en vredesverdrag, waar
over de Russische regeering tegenvoorstellen
tegemoet ziet, vormen naar de meening van de
O.-H. regeering geschikte grondslagen voor een
begin van zulke onderhandelingen.
De regeering van Oosfenrijk-Hongarije ver
klaart zich derhalve bereid de door de Russische
regeering voorgestelde onderhandelingen over
een onmiddellijken wapenstilstand en algemeene
vrede te beginnen.
(Get.) O.-H. minister van buitenlandsche za
ken Czemin.
DE TOESTAND.
De correspondent van de „Daily Chron." te
St. Fetersburg meldt van 29 Nov.: Slechts drie
legers erkennen Krylenko als opperbevelhebber.
Het hoofdkwartier en de zuidelijke Roemeensche
en Kaukasische fronten weigeren de bolsjewilri-
beweging te erkennen. Aan het westelijk front
is er verdeeldheid. Een deel van de troepen
protesteert tegen de vredestactiek van de bolsje-
wlki en het andere deel steunt deze.
Krylenko gaf bevel het vechten en verbroede
ren aan alle fronten te slaken en alleen te vuren
als de vijand het vuur opent.
De commissaris in het hoofdkwartier, Stanke-
vitsj, weigert Krylenko's bevelen aan generaal
Doechonin over te brengen en heeft namens het
leger een oproep gericht tot de burgerlijke be
volking om een einde te maken aan burgeroorlog
en anarchie en te zorgen voor den aanvoer van
al het benoodigde voor het onderhoud van het
leger aan het front.
Krylenko heeft zijn reis naar het zuiden niet
voortgezet, maar is te St. Petersburg terugge
keerd.
Kapitein Koekei, die door Verderefski met de
behartiging van ae technische zaken van het
departement van marine was belast, is gearres
teerd, omdat hij weigerde documenten van het
ministerie aan ae bolsjewiki te overhandigen. De
bolsjewiki hebben nu kapitein Molest in zijn
plaats benoemd.
Het militaire revolutionaire comiité weigert
paspoorten te geven aan vreemdelingen, die naar
het buitenland willen gaan, tenzij het verzoek
hiertoe rechtstreeks door de legaties aan het
comité wordt gedaan. De neutrale legaties heb
ben hierin toegestemd.
Heden is het tractaat der geallieerden met
Italië gepubliceerd.
t f Ontspanning voor R.-Kmilitairen.
Nu wij den vierden winter van den mo
bilisatietijd ingaan doen zich tengevolge van
den gebrekkigen treinenloop, nog meer dan
voorheen de ongemakken en onaangenaam
heden van den militairen dienst aan onze
militairen gevoelen. Ver van huis, ver van
ouders, familie en vrienden, ver veelal van
vrouw en kinderen, van het gezin door hen
lingevolge Gods' bestiering gesticht, slijten
Onze soldaten in den vreemde hun kostelij-
ken tijd, dien zjj koo graag zich en den
hunnen hadden ten nutte gemaakt.
Welk een onbestemd gevoel moet die man
nen en jonggezellen drukken im het onzé
kere van het tijdstip waarop het einde van
den oorlogstoestand verbetering van hun po
sitie, het herstel tot den burgerstand zal
brengen. En dan dat gebrek aan een zoo
hoognoodige en vooral gepaste afleiding, ont
spanning.
Zeker, er wordt veel voor ontwikkeling
en ontspanning onzer gemobiliseerde® ge
daan. Doch maar al te vaak worden nog
klachten gehoord over de middelen die daar
bij worden aangewend; middelen die niet
in overeenstemming zijn met de oischen,
welke wij, Katholieken, daaromtrent mogen
en moeten stellen.
Vergaderingen en cursussen worden er
hier en daar voor de militairen gehouden,
waaraan wij maar Liever mogen zien dat
onze Katholieke mannen niet deelnemen.
Ontspanningsavonden worden vaak georga
niseerd, die voor onze Roomsche jongens
veelal gevaarlijker nog zijn dan de verve
ling die men met zulke uitgaan avondjes
tracht te verdrijven. Boeken worden soms
uit allerlei bibliotheken afgestaan, van wel
ker lezing meer gevaren uitgaaii dan men
bij oppervlakkig beschouwen zou kunnen ver
onderstellen.
Nog zeer onlangs werd ar o.m. ernstig
geklaagd over ontspanningsavonden, welke
af en toe in de cantine van de te Amers
foort gelegerde soldateu worden georgani
seercL
Hoe vaak is reeds een beroep gedaan op
de overheid om toch te willen toezien op
de wijze waarop gezorgd wordt voor ont
spanning der militairen. En al willen wij
hier die overheid in het algemeen niet in
gebreke stellen, te loochenen, valt het niet,
dat nog altijd, hetzij met of zonder haar
medeweten, gelegenheden worden geboden,
die niet zonder gevaar zijn voor het gees
telijk heil onzer soldaten.
Dit blijkt maar al te zeer uit hetgeen nu
dezer dagen weer moet hébben plaats ge
had, nog wel te Gilze, dus in Noord-Bra
bant, waar een duettistenpaar, voor 'do sol
daten optredend, de aanwezige Katholieken
in hun godsdienstige overtuiging ernstig
griefde door te spotten met liturgische han
delingen, het' zingen van z.g. „schuine lied
jes" en liet idebiteeren van dubbelzinnighe
den. Het betreft hier, volgens een schrijven
aan Üe „Tijd", een „ontspanningsgelegen-
heid", waarvoor het compagniebureel de toe
gangskaarten verkocht. De overheid wist er
hier dus van. En zulks geschiedt dan on
danks de herhaalde protesten van katholie
ke zijde en de heele of halve toezfeggingen
van den Minister van Oorlog, dat daartegen
gewaakt zou worden.
Maar, met de „Tijd" vragen wij dan toch,
of de toezegging van een Minister nog ee-
nige waarde heeft. De Minister zou een be
roep doen op de commandanten, om in de
zen goedi too te zien. Of is het daarbij wre-
der aan de „appreciatie" van decomman-
danten overgelaten, wat goed en slecht is?
Dan dient daarvoör toch eens een goe
de maatstaf te worden aangelegd; want
zooals nu nog door verschillende comman
danten met de geestelijke belangen van
onze militairen wordt omgesprongen, dwin
gen er toe, dat de minister zelf hier in-
grijpe.
ff Een noodkreet van Walcheren.
Ook andere omstandigheden, dan het or-
ganiseeren van niet gevaarLooze .ontspan
ningsavonden, kunnen het noodzakelijk ma
ken, d.ateen beroep moet worden gedaan
op Neerland's katholieken, kraehtigen mo-
reelen en financieelen steun te yerleenen
aan de hoogst nuttige vereeniging „Credo
Pugno" en aan de plaatselijke R.K. Mili-
tairenvereeniginge®. Zulk een omstandigheid
is die waarin do katholieke militairen ver-
keeren op het Zeeuwsche eiland Walche
ren en welke reeds een noodkreet deed sla
ken om bijstand vooi deze Roomsche man
nen en jongens.
Overgeplaatst uit het Katholieke Noord-
Brabant naar dit Protestantsche oiland, zijn
die Roomsche militairen daar van bijna alle
hulpmiddelen tot veraangenaming van hun
eentonig en gevaarvol samenleven met al
lerlei elementen verstoken.
„In Noord-Brabant zoo schrijft de
miL sergeant Boomkamp, in „Een nood
kreet van Walr-heren" vormden wij
reeds een bloeiende onderafdeeling van de
machtige vereeniging „Credo Pugno".
Toentertijd telde onze afdeeling jieel wei
nig ontevreden leden, omdat wij, gehol
pen en gesteund door geestelijkheid en
burgerij, den leden in hunne wenschen
tegemoet konden komen. Voor weinig geld
en moeite konden wij èn orilwikkelings-
èn ontspanningsavonden organiseeren.
Maar hier op Walcheren...?
Dagelijks wordt aan mij gevraagd: „Ser-
feant, hebt u nog een boek voor m,ij?"
In de vraag, die, smachtend en dorstend
naar geestelijke verkwikking en ontspan
ning gedaan wordt, moet ik maar al te
vaak beantwoorden met een ontkennend:
NEEN.
Wel hebben we oen paar boeken. Maar
wat zijn 36 boeken voor pLm. 250 man
die de vereeniging telt?"
Is het te verwonderen, dat het bestuur
namens welk sergeant Boomkamp zijn „nood'
kreet" slaakt, con beroep doet op Neer
land's Katholieken om toezending van „goe
de" boeken tijdschriten en gelezen kran
ten?
Wij steunen gaaime dit beroep en drin
gen er bij onze lezers op aan, zooveel mo
gelijk goede boeken en tijdschriften voor
onze Roomsche soldaten beschikbaar te stel
len.
En afgezien van het feit, dat wij bij voor
keur zouden willen zien, dat een nationale
organisatie steeds bezig was do bibliothe
ken onder miLitaire tehuizen to voorzien,
wenschen wij hier den noodkreet van Wal
cheren te s teunen, wijl de toestand daar al
zeer bedenkelijk ons toeschijnt (wie onze
jongens op Walcheren wil helpen, zende
zoo spoedig mogelijk zijn gaven aan voor
noemden sergeant, adres: 3 lil 23 R. I.
Troepen Zeeland. Gelezen dag- on weekbla
den aan zijn adres zijn portvrij.)
Maar wie ook niet vergeten mogen wor
den zijn de katholieke soldaten die in de
ziekenhuizen liggen.
In een volgend artikeltje komen wij hier
op nog eens terug.
ROND EEN VERKOOPING.
Men schrijft ons;
De Haarlenischü injcezetenen zullen zeker
met bevreemding hebben kennis genomen
van een advertentie, die in de plaatselijke
bladen voorkomt, waarbij een hier ter stede
gevestigde zaakwaarnemer aankondigt den
4den December te zullen overgaan tot den
publieken verkoop van eenige huizen. Het
is toch iu Haarlem sedert onheuglijke tij
den een vaste gewoonte dat onroerend goed
wordt verkocht door daartoe in de eerste
plaats bevoegden, n.l. de vanwege de Neder-
landsche Kegeering benoemde notarissen.
Schrijver dezcS stelt zich voor, in dit artikel
aan te looneu, waarom deze gewoonte op
den goeden grond berust, eu waarom hoo
pers voorzichtigheid dienen to betrachten,
op een niet-notarieele veiling te koopeu of
te verkoopen.
Zooals bekend kan worden verondersteld
bij allen, die wel eens in aanraking komen
juet bet Irausporteeren van onroerende
goederen, staan ten hypotheekkantore de
verschillende vaste goederen ten name van
de eigenaren en rechthebbenden geboekt.
Deze boekingen geven echter geen ul'doeud
bewijs van den eigendom.
De Nederiandseho wel huldigt teu dezen
aanzien het zoogenaamde negatieve stelsel,
waaruit volgt, dat er naast de boeking ten
hypotheekkantore nog een zelfstandig on
derzoek dient te geschieden naar den titel
van den eigendom, immers, het komt meer
malen voor, dat een andere eigenaar of me
de-eigenaar is dan die ten hypotheekkantore
ala zoodanig geboekt staat. Dit onderzoek
kan slechts geschieden door hen. die daarvoor
een wetenschappelijke opleiding hebben ge
had; immers, ook hier geldt de.regel: „Pour
savoir quelque chose, il faut avoir Eappris.''
Deze wetenschappelijke opleiding is te beurt
gevallen aan de notarissen, die na een studie
van eenige jaren en na A'oor notarieele
staatscommissies afgelegde examens be
noembaar worden tot hun ambt. waarna
hun nog een practijk-opleiding van pl.m. 15
Uit Haarlem's grijs verleden
XXIX.
DE BEUL VAN HAARLEM.
Aan het reeds meermalen genoemde boekje
van den heer C J. Gonnet: De Meester van
den Scherpen Zwaarde, ontleenen wij nog de
volgende bijzonderheden over den Beul van
Haarlem en over de lijfstraffelijke rechtspleging
van vroeger tijd. Het is een boekje, dat wij lief
hebbers van historie gaarne ter lezing aanbe
velen.
Over de gevangenissen in Haarlem schrijft
de heer C. 'J. Gonnet het volgende:
„Tot 1524 (sedert wanneer is niet bekend),
bezat de stad een huis in de Barteljorisstraat,
„geheeten de Stock develche de vangenisse van
de stede is geweest", maar in dat jaar werd het
voor f 240 verkocht, omdat er eene andere en
betere gevangenis was gemaakt in de Jansstraat,
welke stond (het was nog lang voor den uitleg),
in de St. Jansstraat ter hoogte van de Ridder
straat en Korte St. Jansstraat. Daar waren
twee giolen (misdadigersgaten) boven elkaer en
ook nog eene examineerkamer, waaronder men
te verstaan heeft de plaats waar de pijnbank
stond. Deze was, wat later, in 1536, aange
schaft, want toen werd er betaald aan Jan Zy-
brantsz, Meester van den Scherpen Zwaerde, 3
pond en 13 schellingen door hem verschoten
„voor 't maecken van eene nyeuwe paleye (pijn
bank) op St. Janspoorfc, omme te expediter te
mogen examineeren de delinquenten, alhier ge
vangen wesende." Niettegenstaande het eene
„betere" gevangenis genoemd was, zagen Bur
gemeesters zich den 16en September 1528 reeds
genoodzaakt een gebod uit te vaardigen „dat
niemant de gevangenen zal mogen toeroepen
leggende op de. St. Janspoort." Zelfs braken er
nu en dan nog al eens uit.
Een en ander was misschien de aanleiding,
dat de Regeering er aan dacht eene andere
gevangenis te bouwen, en aan dat plan werd
een begin van uitvoering gegeven toen de Slad
in 1548 voor f 400 eèn huis kocht, weder in
de Bartel-Jorisstraat „omme een gevangenhuys
daaraf gemaict te werden." In 1550 betaalde
men f 699.10 voor den aanvankelijken verbouw
van dit perceel tot zijne nieuwe bestemming.
Men begon met het werk in Augustus 1550,
maar staakte het in Maart vau het volgende
jaar. Wat daarvan de reden is geweest, valt
moeilijk te zeggen, maar het zou kunnen zijn,
dat van hooger hand bedenkingen bestonden,
dat Haarlem twee gevangenissen had. Men zou
geneigd zijn iets dergelijks te veronderstellen,
wanneer men leest, dat in 1556 met Gerrit van
Assendelft, President van den Hove van Hol
land werd geraadpleegd, over het maken van
de nieuwe gevangenis. De afloop wordt niet ver
meld, maar het is zeker, dat de bouw weder
opgevat en dit pand voltooid werd. Het was eeri
kerker, als men van de Markt ter rechterhand
afgaat (d. i. de Bartel-Jorisstraat in) met mu
ren omringd en met zware steenen versterkt.
Daarbinnen bevond zich (ten tijde van het be
leg 1572'73) een tuintje met bloemen beplant,
ook versierd met allerlei lieflijke kruiden, en de
vrouw van den cipier gaf nu en dan aan de
gevangenen vergunning er in te wandelen en
de frissche lucht in te ademen. In den nacht
vóór Pinkster 1573 werden eenige aanzienlijke
burgers-gevangen genomen en „ai samen geleyd
in die dievenkelder in die Barteliorisstraat." Al
was dus deze gevangenis bezet, die op de St.
Janspoort werd te dien tijde ook steeds gebruikt.
Op den lOen December 1572 hadden de gevan
genen daar veel kans hun leven te verliezen
of op het onvoorziens de vrijheid te bekomen,
want op dien dag richtten de Spanjaarden 675
schoten op de St. Janspoort, met dit gevolg, dat
één toren werd weggeschotenmen begon te
begrijpen, dat de gekerkerden daar niet langer
veilig waren en bracht hen 's avonds naar de
kelders onder het Stadhuis. Zij gingen niet naar
hun vorig verblijf terug, want ae St. Janspoort,
A
voor zoover zij nog staande was gebleven werd
in Februari 1573 door de Stad geheel afge
broken.
Na het beleg hield men de gevangenis in de
Bartel-Jorisstraat nog juist vijftig jaren aan,
maar den 27en April 1622 werd door Burge
meester en Regeerders aan Jacob Janss. Smuy-
ser, wijakooper, voor f 3030verkocht „de
huysinge metten erven, tot desen de stadsge-
vanckenisse in de Battejorisstraat."
Men had toen gekocht zeven winkeltjes in de
Zijlstraat achter het Raadhuis, deze werden af
gebroken en op het terrein daarvan eene gevan
genis met cipierswoning gebouwd: toen het werk
voltooid was, kwamen, in 1622, twee leidekkers,
een uit Leiden en een uit 's-Gravenhage, in
spectie nemen van het leiendak en in hetzelfde
jaar ontving de Schepen Lucas Bastiaensz. 60
pond tot vereering, voor het door hem gehouden
toezicht.
Lang zal men van deze nieuwe inrichting
geen gerief gehad hebben, want reeds tien
jaren later, dus in 1632/33, werd het Raadhuis
vergroot met den bij het hoofdgebouw aanslui-
tendenden vleugel langs de Zijlstraat, waarvoor
de gevangenis, tenminste het bovengrondsch ge
deelte, moest opgeofferd worden.
Men zal zich tevreden gesteld hebben met de
ruime kelders, waarin de gevangenen hun von
nis moesten afwachten en waar op de muren
nog menige naam en kenteeken aan hun verblijf
onder die sombere gewelven herinnert.
Het is nu bekend waar de kwaaddoeners, wan
neer men ze eenmaal gevat had, in bewaring
werden gebracht. Thans een en ander over de
straffen, en in welker voege men die uitvoerde.
Recht werd, ook te Haarlem, gesproken in
het voorportaal van het Raadhuis, dat de Vier
schaar heette, en voor vijftig-zestig jaren, nog
bij ieder onder dien naam oekend was."
De heer Gonnet geeft dan een duidelijke be
schrijving van de pijnbank, een lange bank,
waarop de terechtstaande werd gelegd, bij het
hoofd en aan de voeten met koorden vastge-
maakt, en zoo door middel van een katrol lang- 1
zaam werd uitgerekt. Door de hevige pijnen,
gaven de beklagenswaardige lieden meermalen
de beschuldiging toe, om die naderhand, wan-
neer de marteling gestaakt was, weder te ont-
kennen. Het was echter volstrekt geen regel, om
bij alle verhooren, de gevangenen op de pijn
bank te leggen, want in vele vonnissen leest
men, dat de veroordeelden „buiten pijn en ban-
den" hunne boosdoening hadden bekend.
De terechtstelling van zware misdadigers te
Haarlem had, in de 16e eeuw, veelal op de Baan
plaats en werden gewoonlijk met het zwaard
voltrokken. Van de galg leest men voor het
eerst onder het Spaansche beleg.
De lijken der gehangenen werden niet begra
ven, zoo vertelt de heer Gonnet nog in zijn
lezenswaardig boekje, maar op een rad gelegd
en zoo gebracht naar het galgeveld aan het
Zuider Buiten Spaarne, op den zuiderhoek van
de Gasthuis- of Crayenestervaart, waar- ze aan
eene galg werden opgehangen voor aas van de
vogelen des hemels, tot groote ergernis van den
heer van Heemstede, die door de vensters van
zijn slot, daar uit de verte het oog op had en
menigmaal zijn beklag er over moet hebben
gedaan bij het gerecht van Haarlem, maar zon
der goed gevolg
Toen Holland bij Frankrijk ingelijfd was, nam
men voor, eene verandering te brengen in den
aard der straffen en werden hier aanstalten ge
maakt om het Fransche onthoofden, guillotti-
neeren, in te voeren. Na de Fransche overheer-
sching was het spoedig gedaan met de guillotine
en ging mexi nu den ouden koers weer op en
de galg kwam algemeen, wanneer het noodig
werd geacht, nogmaals in eere. Doch doodstraf
fen werden al minder uitgesproken en de laalstea
te Haarlem werden den 24en November 1S29
3voltrokken aan twee schapendieven, die naar
voorvaderlijken trant werden opgehangen. Zoo
als velen weten werd de lichamelijke tuchtiging
in 1854 afgeschaft; de doodstraf in 1870.
r
r,
.1
jaar als candidaat-notaris wacht Na deze
theoretische eu practische opleiding: zijn zij
beter dan iemand andere iu staat om alle
geheimen, die zich bij het vraagstuk van den
eigendom van onroerend goed voordoen, op
te lossen.
Enkole vragen, die zich hierbij voordoen
zijn de na%rolgende:
Men dient te weten, of de verkooper wel
bevoegd was het perceel in eigendom over
te dragen; of bijv. de Directie van een naain-
looze vennootschap die als verkooper op
wenscht te treden, krachten# wet of statuten
machtiging noodig heeft van oommissarissen
en aandeelhouders en zoo ja, of do toestem
ming op wettige wijze ia verkregen; of een
man die in gemeenschap van goederen waa
getrouwd, inmiddels weduwaar is gewor
den, zonder dat een scheiding met zijn kinr
deren heeft plaats gehad, waardoor hij niet
meer bevoegd is, het perceel, dat ten hypo
theekkantore voorjoopig ten zijnent geboekt
blijft, te transporteereni; of hij misschien
krachten» art. 182 van het Burgerlijk Wet
boek met zijn kinderen in yoortgezette ge
meenschap van goederen verkeert, omdat
hij heeft verzuimd binnen den wettelijiken
termijn na het overlijden zijner vrouw, waar
mede hij in gemeenschap van goederen was
getrouwd, inventaris <xp to maken; of iemand,
die zich opgeeft als erfgenaam, wel inder
daad krachtens de Nederlandsehe wetgeving
erfgenaam is gewordeu; en of alle formali
teiten in acht zijn genomen.
Soortgelijke vraagstukken dienen even
eens onder de oogen te worden gezien bij
den kooper.
Voorts moet nagegaan worden, of er ook
servituten op het te verkoopen perceel rus
ten, en zoo ja, welke daarvan de beteekenis
is; eu in verband met de Woningwet, Hinder
wet en andere wetten, of er ook publiek
rechterlijke beperkingen aan den eigendom
zijn verbonden.
Zijn hiermede reeds eenige zaken aange
roerd, die bij een verkoop van onroerend
goed vooraf goed onderzocht dienen te wor
den, van grooter belang nog is het verschil
in bewijskracht tussclien de authentieke en
de onderhandsche neten. Bij een notarieele
acte staat krachtens de wettelijke bepalin
gen vast, dat hetgeen in de acte door hen on
derteekend is. De wet heeft dit bewijs aan de
noarieele acte toegekend op grond van de bij
de wet erkende geloofwaardigheid van den
notaris, die met alle wettelijke waarborgen
omringd, zijn studie heeft voltooid, zijn ex
amen heeft gedaan, zijn practijk heeft ge
had en daarna door de Koningin is be
noemd. Bij een onderhandsche acte daaren
tegen kan iemand, die zich aan de gevolgen
van een onberaden stap wenscht te onttrek
ken, ontkennen, dat het zijne handteekenmg
V
is, die onder het stuk voorkomt. Het is dan
de taak van dengenei, die zich niettemin op
de acte wenscht te beroepen, om in een lang
durige ren kostbare procedure door schrift
kundigen of op andere wijze, te bewijzen, dat
de banteekening niet vcrvalscbt, maar echt
ié.
Dat hieruit groote rechtsonzekerheid voort
vloeit, behoeft wel geen nader beloog.
Gelden deze bezwaren in het algemeen te
gen een onderhandsche acte van verkoop, nog
grooter zijn do bezwaren in het bijzonder aan
eene niet notarieele veiling verbonden. Hier-
bjj tooh komt het herhaaldelijk voor, dat een
kooper niet voor zich koopt, maar voor zijn 1
meester of lastgever en nu bepaald de nieuwe
regLstratiewet, in art. 41. dat de opgave van
meester alleen dan vrij is van registratie, in
dien zij is opgemaakt bjj authentieke, dat wil
hier zeggen, bij notarieele acte.
Ook komt het voor, dat iemand die in pu-
blieke veiling heeft geboden, het bod alleen
gedaan hoeft, om eenig strijkgeld te verdie
nen, maar wanneer hij ziet, dat hij aan het
perceel z~g.n. blijft hangen, zich gaurne daar
aan zou willen onttrekken. Bij een veiling,
waarbij geen notaris tegenwoordig ia, is dit 'i
zeer gemakkelijk. Blijft men aan het perceel" f
hangen, dan verlaat men het lokaal zonder de
acto te teekenen' en do verkooper moet maar i
zien, dat hij het perceel aan den weggcloopen
bieder transporteert en de kooppenningen
binnenkrijgt Zonder een proces gaat dit al
weer niet Bij een notarieele veiling daaren
tegen heeft de notaris krachtens art. 31 van
de Notariswet de handteekeuing van een bie-
der niet noodig om hem kooper te doen zijn.
Op grond van de wettelijke geloofwaardig- i
beid van den notaris kan worden voldaan a
met in de acte te oonstateeren, dat iemand
een zekere som geboden heeft en zich van de
veiling verwijderd heeft, zonder de acte te I
teekenen.
Op al deze gronden meenen wij wel te mo
gen constateeren, dat een voorzichtig man in
eene veiling, niet ten overstaan van een no-
taris gehouden, noch zal koopen, noch zal t'
verkoopen.
Het is bovendien bekend, dat nagenoeg al- ];j
le hypotheekbanken op de hierboven uiteen- i
gezette gronden bezwaar hebben geld te ge- f! 1
ven op perceelen, waarvan de laatste aan- i
komsttitel een onderhandsche is.
.1
Do hypotheekbanken weigeren veelal os
'I
deze perceelen geld te geven, omdat zij in
dien de notarieele bijstand gemist wordt,
geen voldoende waarborg aanwezig achten,
dat de verkooper bevoegd was te verkoopeni
de kooper bevoegd was om te koopen.
Het zou ons dan ook in kooge mate ver
wonderen, indien een der te Haarlem geveS
tigde hypotheekbanken op perceelen, in de
u"Qp I 1 vot -
I 'C olcl& ÏVUimtlA tucviw^wi, "ij
.15 r
L" f|„, "avinpr |pnrprnn<i| r» rroan \Y/:i
i 'i
i,
II'!
il
i
i
i I