Maximumprijzen ven Brood. Geldelijke losslag Brandstoffen lerlod tot vergeer van Wol. l Verbod tot aflevering van Gemalen Koffie. Toelichting. Goedkoope Brandstoffen. Regeeringsschoenen 1104 P. W. TWEEHUUSBi gesn zitting Verstrekking van BESPROKEN PLA4TS. ZATERDAG 19 JANUARI 1933 42STE JAARGANG 9542 DE ABOfJNEMEHTSPniJS BEDRAAGT VOOR HAARLEM EN AGENTSCHAPPEN: PER KWARTAAL f 1,95; PER WEEK 15 CENTS; FRANCO PER POST PER KWARTAAL f2,30 Dit nummer bestaat uit vier bladen, waar onder het Geïllustreerd Zondagsblad in acht bladzijden. EERSTE*BLAD De Gemeentebesturen van HAARLEM, BEN- NEBROEK, BLOEMENDAAL, HEEMSTEDE en SCHOTEN, maken bekend, dat door den Minister van L., N. en H. is bepaald, dat met ingang van 20 Januari 1918 de maximumprijs wordt vastgesteld voor: TARWEWATERBROOD (wittebrood gebakken van Regeeringsbloem) op a. f 0.35 per K.G.; b. 0.17% per K.G., en c. 0.09 per 250 Gram. TARWEWATERBROOD (wittebrood gebakken van Regeeringsbloem onder Rabbinaal toezicht) a. f 0.37 per K.G.; b. 0^8% per K.G., en c. 0.09% per 250 Gram 1575 De Gemeentebesturen van HAARLEM, BEN- NEBROEK, BLOEMENDAAL, HEEMSTEDE en SCHOTEN, maken bekend, dat door den Minister van L. N. en H. is bepaald: 1. a. Het is verboden gemalen koffie af te leveren. b. Het verbod onder 1 a gesteld, is niet van toepassing op eene aflevering van koffie, welke gemalen is in tegenwoordigheid van den kooper dier koffie. 2. Het verbod onder 1 gesteld treedt in wer king op 1 Februari 1918. 1575 Naar aanleiding van bovenstaande advertentie wordt het publiek dringend verzocht vanaf 1 Februari nauwlettend toe te zien, dat aan genoemde verbodsbepaling de hand wordt gehouden. Deze verbodsbepaling vindt zijn oorzaak in net feit, dat er gemalen koffie wordt afgeleverd, welke in meerdere of mindere mate VERMENGD is met gemalen gebrande eikels enz. Het behoeft geen toelichting, dat voor zulk een mengsel de tegenwoordige detailprijs van koffie te hoog is. Het is daarom wenschelijk, dat het koopende publiek in de gelegenheid is, zelf toe te zien dat het, een prijs voor koffie betalende, ook WERKE LIJK KOFFIE ONTVANOT. 1576 De Directeur van het Gemeentelijk Levensmiddelenbureau te Haarlem, F. DE JONGE. HEEMSTEDE. De Commissie, met het verleenen belast, zal Maandag 21 Januari en Dinsdag 22 Januari a.s. houden, echter wel een week later, wanneer voor het laatst gelegenheid zal zijn tot afstempeling van de nog bij belanghebbenden in bezit "zijnde zegels van October, November of December. 1554 OVERPEINZINGEN IN „DEN HOUT" IV. De Gemeentebesturen van HAARLEM, BEFT NEBROEK, BLOEMENDAAL, HEEMSTEDE en SCHOTEN maken bekend, dat de Minister van L., N. en H. heeft goedgevonden te bepalen: 1. Het vervoer van wol uit eenig deel eener ge meente naar alle overige deelen des Rijks, hetzij in of buiten die gemeente gelegen, en de aflevering van wol, zijn verboden; 2. Onder wol in deze beschikking wordt ver staan alle ongesponnen wol (hetzij ruw of gewasschen;) 3. het verbod sub 1 gesteld is niet van. toepas sing op partijen scheer- en- blootwol van in- landsche schapen, gedekt door een vervoer- bewijs, afgegeven door dén heer Hoofdinten dant van het leger, belast met de wolvorde- 'ring, of door de verplegingscommissie van de Stelling Amsterdam; '4. ontheffingen van het verbod sub 1 gesteld, kunnen zoo noodig, onder daarbij te stellen voorwaarden, worden verleend door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. 1575 Uitbetaling uitsluitend aan werkloozen ©ver de rantsoeneeringen van DECEMBER en JANUARI, aan het kantoor ZIJLWEG 24. op Maandag 21 Januari voor de letters A, B, C, D, E, F en G.; op Dinsdag 22 Januari voor de letters li, I, J, K, L, M, N en O; op Woensdag 23 Januari voor de lette» P, Q, R, S, T, U, V, W, Y en Z; telkens van 9—11 uur voorn, en van 2—4% wr nam. 1560 Medegebracht moeten worden de werkloozen- koarten,. brandstof enkaart en kwitanti'èn van de betaalde brandstoffen. DE ROOMSCHE H. B. S. De voortreffelijke voorzitter der „Vereeniging tot oprichting en instandhouding van R.-K. Hoo- gere- en Middelbare Scholen te Haarlem", de heer Anton Leeuwenberg, heeft in ons no. van 9 dezer een ingezonden stuk geschreven, dat een pleidooi is voor zijne rondborstigheid en de ongerepte zuiverheid zijner bedoelingen, doch waarmede ik mij toch niet in al'ie opzichten kan vereenigen. Daar het mij tevens gebleken is, dat een afwijkende meening door vele anderen wordt gekoesterd en een klaar begrip van den toestand zeker in het belang dezer zaak mag heeten, meen ik goed te doen mijne overpeinzingen betreffende deze aangelegenheid van het hoofd in en uit de pen te doen vloeien. Op de eerste plaats dan een oratio pro domo. Een verdediging van ons verslag. Den te optimistischen toon daarin heb Ik met den besten wil niet kunnen ontdekken. Mogelijk omdat ik zelf, gedachtig het woord: „de wereld behoort aan de optimisten, de pessi misten hebben slechts toe te kijken," den beet van het optimistische hondje te pakken heb. Meer waarschijnlijk echter, omdat 'n journalist nu eenmaal, bij een nieuwe beweging, zijne ver wachtingen nooit zeer hoog stelt, ten deze door bittere ervaring wijs geworden. Zoodat ik in ons verslag, dat van „een niet groot, doch uitgelezen gezelschap" sprak en de vergadering „ook een financiëel succes" noemde vrijwel de twee eenige waardeeringen, die er in voorkwamen geen „opgesmukt relaas" kon of kan zien. Van opgesmukte relazen ben ik dit ia nu wel bekend genoeg overigen» heel geen vriend; zelfs is mij al eens verweten, dat ik te weinig kaas heb gegeten van opsmukken(een verwijt, dat mij, dit tusschen haakjes, liever is dan het tegenovergestelde).' De verschillende beoordeeling van het bewuste verslag wortelt dan ook in de uiteenloopende opvatting over het door de vereeniging dusver bereikte resultaat. De heer Leeuwenberg acht dit resultaat niet zeer gunstig en geeft daarvoor eenige redenen aan ik acht het alleszins bevredigend maar zeker nog voor verbetering vatbaar en zal de redenen voor deze appreciatie eveneens ont vouwen*. De oorzaak dezer verschillende conclusie schuilt in het verschil van standpunt bij de be oordeeling der resultaten. De hooggeachte Inzender fn ons no. van 9 dezer redeneert zoo: de zaak eener Roomsche H. B. S. is zóó urgent en van zoo eminent belang, dat alle Roomsche Haarlemmers en Kennemer- landers er prijs op dienden te stellen haar te dienen. En zie nu eens hoevelen er met allerlei bezwaren komen aandragen en zich op grond daarvan afzijdig houden. Kunt ge, dit ziende, het verloop van zaken "bevredigend noemen? Maar, voegt hij er bij, ik zeg dit niet om te ontmoedigen doch alleen als een aansporing om vol te houden. Dat we elkaar in deze laatste conclusie de hand reiken, zal straks wel uitkomen. Ook in hetgeen de heer Leeuwenberg voor opstelt waardeeren we de zienswijze van den diep- overtuigden, edelmoedigen strijder voor een goede zaak. Maar de ervaring leert nu eenmaal, dat er bij iedere goede zaak, welke ook, eerst eenige men- schen zijn, die het nut en de urgentie er van inzien en bepleiten en daarnaast een groot aan tal andere, die vooral de moeilijkheden en bezwa ren zien en zich aanvankelijk afzijdig houden. Dat zit voor 'n deel in het temperament, voor een ander deel in de omgeving, voor nog een ander deel in de mindere kennis der betrokken zaak. Iemand als de heer Leeuwenberg, die als *t are dagelijks met het onderwijs in aanraking :omt, de dringende behoefte aan R.-K. Middel baar onderwijs voortdurend kan aanvoelen, staat in een geheel andere conditie dan de buitenstaan der, wiens aandacht uiteraard op de eerste plaats getrokken wordt door de enorme uitgaven, voor R.-K. Middelbaar en Hooger Onderwijs gevorderd; door de dusver betrekkelijk weinige R.-K. jongelui, die zich voor dit onderwijs aan melden; in één woord door allerlei bezwaren. Wanneer wij dit in aanmerking nemen en dan eens nagaan hoevelen reeds wèl van hunne be langstelling hebben doen blijken en hoevelen nog niet, dan meenen wij dat er veel redenen tot tevredenheid zijn. Is dan feitelijk de toestand niet zoo, dat in dit geval niet eenige menschen zijn begonnen voor de idee te strijden en vele voorloopig zich afzijdig hielden, doch juist velen onmiddellijk hun persoon en hun geld beschikbaar stelden en betrekkelijk nog slechts weinigen in afwachtende houding staan? Althans wat de „upper ten" betreft? Niet dit geef ik toe wat de breede massa van onzen Roomschen middenstand aangaat. En hier komen we aan een punt waarover, dunkt me, in het belang der zaak iets moet worden gezegd, teneinde een dreigend misver stand, dat ook in zijn gevolgen betreurenswaar dig zou zijn, te voorkomen. Bij een deel van den Haarlemscben Midden stand schijnt een zekere vooringenomenheid te bestaan tegen de wijze, waarop bij de oprichting der vereeniging is gehandeld. Men heeft daarin een pogen willen zien om den kring der leden 4e beperken tot eenige be paalde groepen. Nu is dit een „afschuwelijk misverstand", dat zoo spoedig mogelijk uit den weg moet worden geruimd. Want zoo menig mooi werk lijdt juist onder dergelijke verdenkingen en groepstegen- stellingen. Tegenover de meening, dat een streven als het hier bedoelde zou bestaan, kunnen wij, die de vergaderingen van het voorloopig bestuur alle hebben medegemaakt, met den meesten nadruk verklaren, dat in het bestuur een dergelijke be doeling nooit in iemands gedachten is opge komen. Bij het bepalen van de contributie der leden is natuurlijk wèl in aanmerking genomen, dat vooral die personen geroepen zijn als lid toe te treden, die bij het tot stand komen der H. B. S. het meeste belang hebben. En de meerderheid van het béstuur heeft na breede discussies gemeend, dat voor deze per sonen, ook uit den Middenstand, een bijdrage van f 10.niet onoverkomelijk is en moest wor den gevraagd, wilde men het doel bereiken. Men kan te dezen aanzien van meening ver schillen, doch men mag hieruit allerminst con- cludeeren, dat ook maar bij iemand de bedoeling zou hebben voorgezeten, het lidmaatschap tot bepaalde groepen te beperken. Men moet ten slotte niet vergeten, dat juist het belang van alle groepen d'er Room sche samenleving in Haarlem en omstreken niet zoozeer mede brengt, dat het lidmaat schap voor ieder toegankelijk is doch dat de H. B. S. tot stand komt Dat is de hoo fdk wies tie. omdat van de H. B. S. eenieder zal kunnen profitee red En om deze tot stand te brengen, is geld en veel geld noodig: en deze overweging gaf voor de meerderheid van het bestuur den doorslag: dat een contributie van 10.— voordeeliger zou blijken om het doel te ver- naderen dan een lagere, zoodat juist in bet belang van alle kringen dit besluit viel. Intusschen komt het ook ons voor, dat het noodig is door een daad te toonen, dat het bestuur der vereeniging er prijs op stelt geheel Boomsch Haar lem en omg®ving in de actie foor de H. B. S. te betrekken. Het lijkt ons gewenscht de Middenstands- en andere vereenigingen, zooals de Volksbond, de St. Jozefsgezellenvereeniging e. d. uit te noodi- gen een vertegenwoordiger in hei bstuur aan te wijzen. Dèn is de zaak toch zeker zoo universeel moge lijk opgezet en kan geen verwijt van kliekgeest nog maar met een schijn van recht worden uit gebracht. En het zal de kracht der propaganda ongetwijfeld ten goede komen. Dit nu is het terrein waarop de heer Leeuwen berg en wij elkaar weder ontmoeten: krachtige voortzetting van den arbeid voor het heerlijke doel. In tegenstelling met hem, zijn wij van mee ning, dat er geen reden bestaat om over het verloop van zaken ontevreden te zijn. Maar we gaan hierin accoord: dat er nog zéér veel te doen overblijft Indien de maatregel, dien wij voorstaan, wordt uitgevoerd, houden wij ons overtuigd, dat deze arbeid in niet geringe mate bevorderd en ver gemakkelijkt zal worden. En dus de grootc zaal; gediend. M. v. P. Johanne* Wildschut f T© Amster dam is Donderdag, 71 jaar oud, overleden de heer Johannes Wildschut, burgemeester van Jisp en Wijde Wornior, lid der Fro vinciaie Staten van Noord-Holland. Priesters oandida ten. Naar ons tor ooro komt wordt hier en daar geijverd, om op de candidatenlijst voer de komende Kamerverkiezingen ook den naam geplaatst te krijgen van don een of anderen geeste lijke, die .zich op maatschappelijk of sociaal terrein bijzonder verdienstelijk maakte. Ten einde noodeioozen arbeid te voorko men, kan het nuttig zijn er op to wijzen, dat geen priester eon mandaat mag aanvaar den, tenzij met speciale toestemming van zijn Ordinarius. Weshalve 't aanbeveling verdient, al mens verdere stappen worden gedaan voor 't op de lijst brengen van priesters, bjj den be trokken geestelijke te informeeren, of hij de daartoe vereischte toestemming heeft ver kregen. (Mb.) NEDERLAND EN DE De Staatsspoor laat 33 Rood e-K ruis- wagens aanmaken, die op verschillende stations in gereedheid zullen worden gehou den, om in oorlogstijd ter be schikking van het leger te worden gesteld. „Vad." Wij lezen in de „N. CL": Voor mitrailleurs was VA millioen uitge trokken. Aangekocht zijn 1000 A m e r i - kaansohe mitrailleurs mat affuit, verwisselstukken enz. Deze wapens waren aan den vertegenwoordi ger van het (Nederlandsche) departement van Oorlog in Amerika afgeleverd en door hem betaald, toen de Amerikaansche regeering er beslag op legde. Hoe thans de onderhandelingen staan om trent de deswege verschuldigde schadever goeding, is op het oogenblik nog niet bekend Voorts waren in Amerika gekocht 10 0 millioen patronen kTYi ck., waar voor dus 7A millioen gulden was uitgetrok ken. Nadat ze waren afgeleverd en b e t a a ld, heeft de Amerikaansche regee ring ook hierop beslag gelegd Ziehier een paar veelzeggende, voor ons nationaal gevoel diep vernederende zinnetjes uit minister De Jonge's schriftelijk antwoord aan de Kamer betreffende het aanhangige buitengewone crediet van Oorlog. Wij krijgen in den laatsten tiid nog al eens aanmaningen van landgenooten te hooren, dat we toch voorzichtig moeten zij«i met uit latingen en oordeelen over Amerika en moe ten trachten de handelingen van de groote Republiek tegenover de neutralen te begrij pen en naar haar juiste waarde te schatten. Maar wat de Ininister van oorlog hier me dedeelt, is toch waarlijk om iederen Neder lander het bloed aan het koken te brengen! We ontvangen geen voedingsmiddelen voor mensch en dier, en geen mes 1st of feu uit Amerika meer, omdat men daar vreest dat deze in den eenen of anderen vorm aan Duitschland ten goede zullen komen. Het zij zoo; 't is een argument Maar pretendeert de Regeering der Unie hetzelfde ten aanzien van de krijgsmiddelen, die onze Regeering in Amerika besteld, en na leve ring, betaald heeft! Zoo ja, dan is dit niets minder dan een drieste loochening van onze goede trouw. Ofwel, wordt het een Amerikaansch belang geacht do neutrale landen van Europa te beletten zich in weerbaren staat te houden teneinde elke schending van hun neutrali teit te voorkomeu, of, indien zij geschiedt krachtdadig af te slaan! En is^ dat belang zelfs zóó overweldigend, dat het do Vereenig- de Staten dwingt zich meester te maken van eigendommen eener vreemde Regeering, welke bij hun onderdaneu gekocht zijn en waarvoor'deze de kooppenningen hebben ge- indï Aan een bevriende Regeering die eigen dommen afhandig te maken, zonder dat eigen behoefte aan "Oorlogsmiddelen hen daartoe ook maar ©enigszins noodzaakt; im mers, de wapen- en munitie-fabrieken in al le staten der Unie werken dag en nacht en luttel is de hoeveelheid van het aan Neder land toebelioorend materieel dat zich in Amerika bevindt, vergelekenbij hetgeen daar in een enkele week tot eigen gebruik geproduceerd wordt. Wat een onbevangen Amerikaan in nor malen gemoedstoestand zou zeggen, wan neer hem een geval als dit objectief werd voorgelegd! „I guess, this is a case of robbery...." Havas sfeint'uit Bern: De geallieerden hebben toestemming verleend voor het ver voer van Zwitserland naar Nederland door Duitschland van eon zeker aantal lo comotieven, vervaardigd door de .fa briek to Wintertur en bestemd voor N ederlandsc h-I n d i Naar men zegt, verzet Duitschland zich to gen het vervoer van deze machines naar Ne- derlandseh-Indië, zelfs ender Nederlandsche vlag. CRISISAANGELEGENHEDEN. De Minister van Landbouw, Nijverheid en .Handel hoeft zich bereid verklaard aan ban delaren provlsio 'toe to keunon o p dlstributi c-a rtikelen, waaruit de kosten van reiziger© kunnen worden ge dekt, en zulks ter voorkoming, van hetgeen reeds hier en daar plaats vond, dat patroons hun reizigers ontsloegen op grond, dat we gens te geringe winst op distributie-artike len bun reizigers niet meer konden salari- eeren. Hot gebrek aan voeder voor paarden, met name voor die in han del en industrie in gebruik zijn, bluft nijpend, meldt het Bureau voor Meutedeelingen inza ke de voedselvoorziening. Ook de bouwboe- ren in Overijssel en gelijksoortige 6traken, die wegens den aard hunner gronden geen voor paarden geschikte voedergewassen kunnen verbouwen, worden door den voe- dernood zeer in hun bedrijf belemmerd. Daarom k door de veevoederburoau's een onderzoek ingesteld, met het gevolg, dat thans maatregelen in voorbereiding zijn, die h'ot, naar men hoopt, in het begin der vol gende maand mogelijk zullen maken deze boeren tegemoet te komen door hun ©ene, zij het ook een bescheiden hoeveelheid, me lasse voeder to verstrekken. In de Memorie van Antwoord op heit Voor loopig Verslag omtrent het wetsontwerp be treffende de leveiasmiddelenvoorzioning, voor Schoten en Haarlem. Barteljorisstraat 27. TEL. Ja, dat was aan boord. t Schiet me weer te binnen, nu ik blader in het zooeven uitgekomen boek van den heer H. f. van Oinkel: ,X-eeft men meer dan eenmaal op aarde?" 7 oen we drie dagen vér van Yokohama waren weggestoamd. kwant 'r n meneer naar me toe n bleeke man, die me al herhaaldelijk met 'n paar oogen als eierkolen, lang had aangekeken, stak z n hand uit en zei. ,fNu ken ik u weer terug!" Ik had den goeden man nooit van min leven ontmoet en zei dus heel beleefd: „U vergist u bepaald, want 'ik ken u volstrekt met." ,i>Ja wel, denk maar eens na, laatst aan hst diner van Assoerbanipal, nu ongeveer 2600 jaar geleden; ik zat naast Engkakakanon en u naast Assarlasaropap. Ik voelde iels als angst naar min keel kruipen en keek 'ns goed in 't rond, of de noodige pro- tige bootslui bij de hand waren. Maar ik hield me goed en zei: „Ja, nou u h'i zegt, ruik ik het ook!" Hij glimlachte. „Neen, neen, wees u maar niel bang, ik ben volkomen normaal, maar ik ben bijna aan het eind van het theosophische pad; en ik ken mijn eigen vorige incarnaties en allen die nilf toen omringden. „Kou, proficiat," zeg ik, dan heb je zeker keel wat kennissen. Ik hoon maar niet, dat je ze mij allemaal voorstelt, en aangezien ik het maar bij mijn tegenwoordige incarnatie houd, lijkt het me aanbevelenswaardig 'n brokje te gaan pikken" ,JNog altijd denzeifden eetlust als in 658 voer Christus," mompelde hij. „Zooals je ziet, amiceF" „Apès diner", heeft hij me- toen héél veel ver teld, dat op tal van zaken 'n nieuw licht werpt. Ik weet nu bijv., waarom twee Haagsche jour nalisten zoo over „Thais" hebben getwist. Ze hebben er zelf natuurlijk geen benul van. Maar 't komt, omdat de een destijds officier in Alexanders leger, dn Orieksch type ver raadt hem nog het vrouwmensch haatte om dat het z'n vorst in (Fr macht had en de ander, 'n Iraniër, in z'n vuistje lachte. Ik ken nu de voor-historische redenen van het Treub-Posthuma-geschil en wie weet wat al niet meer. En nu, bladerend in 's heeren van Gin- kels boek, voel ik zoo recht de „argumenten?' on zer theosophen. Ik begrijp, dat er eenvoudig niets tegen in U brengen is, als „een geleerd vriend van den schrijver" verzekert, dat hij vóór zijn hiüdig be slaan, „in de bergen" heeft geleefd, dat het on weersprekelijk vaststaat,, als „een dame" in den schrijver „ken kind herkent uU een vroeger leven en hem om den hals valt. Indien dit een van de lezers der jNieuw* Haarlemsche CouranF' dezer dagen ook over komt, zijn ze meteen gewaarschuwd tegen ver keerde conclusies uit deze lieftalligheid. Ze zijn eenvoudig kinderen uit het vorige le ven der om-den-hals-vallerige dame. Dus niet kwalijk nemen! Maar, om nu op den beganen bodem terug t» komen en de tegenwoordige werkelijkheid niet dit het oog te verliezen: het is mij gebleken dat mijn vriend uit het jaar 600 en zóó véA vóór Christus, op grond van onze zoo oude ken nis, bi) aankomst in Nederland 500.pop van me wilde leenen. Toen ben ik tot de conclusie gekomen, dat hij niet gek was! t Schijnt dat de theosophische boeken nogal gelezen worden. t Is dus mogelijk, dat de schrijvers zelfs zéér verstandige lieden zijn. Want ge weet: hét is een wijs man, enz. Maar de lezers!? JAN VAN OVERZEE. wordt o.m. medegedeeld, dat het thans vast staat, dat in het eerste halfjaar 1918, de g e 1- digheidsduur der broodkaar ten niet weder tot een periode van 9 dagen zullen kunn^p. worden teruggebracht, en dat de nu nog beschikbare v o o r r a- den grondstoffen toereikend zul len zijn tot ongeveer half Mei. De Minister van Landbouw heeft vastge steld met ingang van 20 Jan. den maxi mumprijs voor tar wewaterbrood (ge bakken van Regeeringsbloem) op a. f0.35 per K.G. of b. f 0.09 per 250 gram. De 'Minister van Landbouw heeft het v e r- voer van wol uit eenig deel eener ge meente naar alle overige deelan des Rjjka, ^hetzij' in of buiten die gemeente gelegen, en de afleverin^g van wol verboden. Onder wol in deze beschikking wordt ver staan alle ongesponnen wol (hetzij ruw oi gewasschen). De Minister van Landbouw heeft bepaald^ dat met ingang van 1 Febr. verboden ia gemalen koffie af te leveren. Het ver bod ia niet van toepassing op eene afleve ring van koffie welke gemalen Is in tegen woordigheid van den kooper dier koffie. Ten einde een vaste basia te verkrijgen inzake de uitreiking van aanvullings broodkaarten aan arbeiders in dicnst der spoorwegmaatschappijen, heeft de Minis ter van L, N.. en H. aan de gemec.ilebestu ren een circulaire gericht, bevattende pon lijst van beroepen, waarvan de uitoefening de arbeiders in aanmerking doet komen voos respectievelijk een, twee of drie aanvu I ugs- broodkaarten, met verzoek deze lijst ais eafl ARLEMSCHE COURANT t ITn n e nland"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1918 | | pagina 1